Download as doc, pdf, or txt
Download as doc, pdf, or txt
You are on page 1of 1

ww.

spelling, herhaling 3

Oefening 1: Vul de werkwoordsvormen aan in de tegenwoordige tijd. 1. Of ik ooit al geskie. heb? Jij skie. toch ook niet? 2. Er wor. luid op de deur gebons. . 3. Met gefrons. gezicht kijkt hij toe. 4. Hij race. over de weg alsof hij daar alleen rij. ; hij is al vaak geslip. . 5. Hij wor. door zijn dochters omhels. . 6 Je vermoe. zeker dat de auto niet meer herstel. kan worden. 7 Die geleerde wij. zich (zich wijden) helemaal aan zijn opzoekingen. 8. Waarom schen. je het vertrouwen dat in je gestel. wor. ? 9. Dat slordig geschrift verraa. een grote haast. 10. Bin. dat even vast, Jan. Oefening 2: Vul de werkwoordsvormen aan in de verleden tijd. Let op: soms moet je ook bijvoeglijke naamwoorden aanvullen. 1. De beantwoor. vraag was erg moeilijk, maar hij beantwoor. ze uitstekend. 2. Met ontblo. armen ging hij aan het werk. 3. Die verbre. stoepen hebben onze straat heel wat verfraai. . 4. De jager doo.(doden) een twintigtal konijntjes; wat vangt hij aan met al dat gedo. wild? 5. De gro. van die vergro. foto is wat tegengevallen. 6. Je beste (besteden) veel te veel tijd aan je hobby; de daaraan beste tijd kon je wel nuttiger gebruiken. 7. Te sterk gekrui. spijzen zijn niet gezond. 8. De firma vergoe. de gele. schade, maar de vergoe.. som dekt toch niet volledig het verlies. Oefening 3: Gebiedende wijs: gebruik de goede vorm. 1. 2. 3. 4. (Komen) u binnen, heren, en (gaan) u zitten. (melden) je aan de balie en (gaan) in de wachtkamer zitten. (Houden) u zich in de toekomst aan de feiten, mijnheer! (beantwoorden) de volgende vragen.

Oefening 4: Vul de juiste werkwoordsvormen in. 1.Jan heeft gisteren de tekst (deleten) . 2 Ze hebben er de hele nacht flink op los (fuiven). 3 Je kan het (verroesten) broodtrommeltje best niet langer gebruiken. 4 Tijdens de middag (schaften) de arbeiders vroeger nooit langer dan een uurtje. 5 Hij (skin) .al sinds zijn jeugd. 6 De (promoten) voedingswaren stonden al een paar dagen in het uitstalraam. 7 Dat hij in de wolken is met je voorstel (worden). je nu alsmaar duidelijker. 8 Heeft hij echt (tossen) om te weten wie er als eerste zou starten? 9 De stem van de kleine godin (echon) eertijds in alle spelonken. 10 (Verantwoorden) u maar voor de heisa die in de klas ontstaan is.

You might also like