Luisteropdracht

You might also like

Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 4

Luisteropdracht

Fruitsalade
Stap 1.
Muziekstuk: Fruitsalade van Jeroen Schipper, muziekboek Eigenwijs p 278, cd track 186.
Klank: klankduur hoor ik er duidelijk in, het ritme is in het couplet is steeds hetzelfde. Het refrein
wijkt wel af. De klanksterkte hoor je duidelijk, het refrein is iets harder dan het couplet. De
klankhoogte en klankkleur vind ik wat lastiger te vinden. Het samenspel, wat hoort bij klankkleur, kan
ik wel vinden. Bij het refrein komen er meerdere instrumenten aan te pas, dit zorgt voor een goed
klinkend samenspel van de instrumenten. Bij het couplet hoor je dit minder vind ik.
Vorm: Er zit wel degelijk vorm in de muziek stuk. Ik vind de vormtechniek echo terug in het refrein.
Het vormprincipe herhaling zit er ook in. Het couplet wordt steeds op dezelfde toonhoogte gespeeld.
Betekenis: De betekenis die ik bij dit muziekstuk bedenk ik warm weer en heel veel vers fruit. Op mijn
stage hebben we een speciale fruitdag en dit lied past daar goed bij.
Bij mij wordt de luisterstijl analytisch en creatief gestimuleerd. Ik denk snel in beelden en luister heel
zorgvuldig naar de soorten fruit die erin voor komen.
Stap 2.
Ik denk dat de kinderen vrolijk van dit muziekstuk worden. Er zit een opgewekte melodie in het stuk
en het ritme van het refrein is wat sneller. De kinderen kunnen specifieker naar het fruit luisteren.
Wat voor soorten fruit komen erin voor en welke hoor je meerdere keren? Welke fruit soort is
onbekend en welke vindt je het lekkerst denk je?
Stap 3.
De opdrachten waarbij ik aan moet denken bij dit muziek stuk zijn bijvoorbeeld hoeveel fruitsoorten
hoor je en welke, wat hoor je dubbel en zitten er onbekende fruitsoorten bij? De vragen die
vergelijkbaar zijn bij stap 2.
Ook zat ik te denken aan een tekenopdracht. Wat voor beelden heb je voor je als je naar dit
muziekstuk luistert, probeer deze eens te tekenen met potlood. Kan je zoveel mogelijk soorten fruit
tekenen die in dit muziekstuk voorkomen?
Stap 4.
De kinderen analyseren het muziekstuk in eerste instantie. Ik vraag naar hun bevindingen aan de
hand van de vragen van stap 2 en 3, deze mogen ze eventueel noteren.
Ik zet het muziekstuk nog eens op en de kinderen mogen hun beelden en bevindingen creren op
papier.
Stap 5.
Ik wil als eerste een klassengesprek houden over het fruit. Om te zorgen dat de leerlingen de juiste
aandacht hebben voor dit onderwerp. Hierna leg ik klassikaal uit wat we gaan doen en bespreek ik
een aantal regels. De rest van de les wil ik de leerlingen zelfstandig laten werken. In dien er tijd over
is geef ik de leerlingen de tijd om samen de opdrachten te bekijken in groepjes.

Stap 6.
Ik maak geen gebruik van coperatief leren. Alleen als hier tijd voor is zoals beschreven bij stap 5.
Stap 7.
Ik wil wat soorten fruit meenemen, deze in een doos stoppen en een aantal leerlingen met hun ogen
dicht laten voelen wat erin zit. Kijken of ze kunnen raden wat het is en waar deze les over zal gaan.
Ik bouw hierdoor een spanning op en hoop de volle aandacht van de klas te hebben.
Stap 8.
Ik wil de leerlingen hun mening laten geven over hoe zij dit vonden om te doen. Of ze misschien
tegen problemen aanliepen en hoe het was om hun beelden op papier te zetten.
Ook wil ik de leerlingen de ruimte geven om hun product af te laten maken, dit kan eventueel als
klaaropdracht gezien worden.
Als de leerlingen behoefte hebben aan het laten zien van elkaars producten geef ik hier de ruimte
voor. Het is goed om naar elkaars werk te kijken hierover vragen te stellen. De leerlingen leren het
verwoorden en het uitleggen van hun beelden die zij op papier hebben gezet.

De les in zijn geheel.


Lied aanleren Fruitsalade
CD: Fruitsalade van Jeroen Schipper, muziekboek Eigenwijs p 278, cd track 186.
YouTube: https://www.youtube.com/watch?v=VOokT6FOFjA
Groep: 5
Voorbereiding

Opening

Kern

-Doos met soorten fruit.


-theedoek/blinddoek.
-CD/YouTube klaar staan.
-Tekenpapier.
-Kleurpotloden, als de leerlingen deze niet in hun
la hebben.
Stel een aantal regels samen met de leerlingen
op en schrijf deze op het bord. Omdat je de
leerlingen vraagt te helpen regels te verzinnen
raken ze meer betrokken bij de les en kunnen zij
elkaar wijzen op de regels.
Laat een aantal leerlingen met de blinddoek voor
in de doos voelen. De leerling beschrijft wat
hij/zij voelt en de klas probeert te raden wat het
is.
Als het eenmaal duidelijk is dat het over fruit
gaat probeer je hier een klassengesprek over te
houden. Vraag de leerlingen wat zij voor zich
zien als zij aan fruit denken. Maak eventueel een
woordweb samen met de leerlingen hierover.
Probeer de focus te leggen op woensdag
fruitdag, waarom dit belangrijk kan zijn etc.
Vraag de leerlingen klaar te gaan zitten voor het
stukje muziek wat zij gaan luisteren.
Vraag voordat de leerlingen gaan luisteren om
na te denken over het gevoel en de verbeelding
die ze zien/voelen bij dit muziekstuk.
Na het n keer afspelen van het muziekstuk
bespreek je den belevingen met de leerlingen.
Nu is het tijd voor het schrijven/tekenen.
Leg uit dat de leerlingen goed moeten luisteren
naar de verschillende fruitsoorten. Welke zijn er
allemaal, welke hoor je dubbel. Deze kunnen ze
eventueel opschrijven.
Laat het muziekstuk weer n keer luisteren.
Bekijk met elkaar de verschillende bevindingen
van de leerlingen.
Wanneer dit eenmaal gedaan is, kan je wijzen op
de volgende opdracht. het tekenen van je
verbeeldingen.
Het muziekstuk laat je een aantal keren weer
afspelen, het aantal keer verschilt per klas.
Belangrijk dat je inspeelt op de leerlingen tijdens

-Let op dat de leerlingen niet in


de doos kijken. Dit is juist
spannend.
-tekenpapier kan eventueel op
de tafels liggen samen met
potloden.
-Let hierbij op dat de leerlingen
de regels volgen om chaos te
voorkomen.
-Tijdens het woordweb kan je
de leerlingen eventueel de
woorden zelf op het bord
schrijven.
-Zorg ervoor dat de focus ligt
op woensdag fruitdag.

-Let op het pedagogisch klimaat


in de klas. Dit moet goed en
vertrouwd zijn om de
gevoelens/belevingen van de
leerlingen te bespreken. Jij als
leerkracht waakt hierover dat
dit flexibel verloopt.
-Zorg dat de leerlingen de
materialen voor zich hebben als
zij deze nodig hebben.
Voorkomt gerommel en lopen
in de klas.

dit stuk.
afsluiting

De leerlingen mogen alles opruimen. Vraag aan


de leerlingen wat zij ervan vonden. Hoe zij om
zijn gegaan met het tekenen van hun belevingen
op papier. Liepen de leerlingen tegen problemen
aan etc.
Als sommige leerlingen hun tekening af willen
maken kan je hier natuurlijk tijd voor vrij maken
of als klaaropdracht invoeren.
Stel de leerlingen hebben behoefte om de
tekeningen met elkaar te bespreken geef hier
dan ruimte voor. Zo kunnen de leerlingen elkaars
bevindingen bespreken, omschrijven en
uitleggen.

Let op; sommige vragen


kunnen alleen gesteld worden
als het pedagogisch klimaat
vertrouwd en goed is binnen de
klas. Het gaat hierbij om de
vragen over problemen of
eigen meningen. Leerlingen
kunnen moeite hebben met dit
te beantwoorden en daarom is
het belangrijk dat de rest van
de klas hier positief op
reageert. Jij als docent ook.

You might also like