Naam: ……………………………………… Datum: ……………………….

Klas: ………

1. De Romeinse cijfers
1. Een opwarmertje. Schrijf de juiste Romeinse cijfers ernaast.

1 = ……… 10 = ……… 100 = ……… 1000 = ………

5 =……… 50 = ……… 500 = ………

2. Verbind de items in de linkerkolom met de Romeinse cijfers in de

rechterkolom. Schrijf je antwoord in de kolom onderaan.

a) 2312 1) LXXVII
b) 1004 2) MMI
c) 232 3) MIV
d) 6 4) VI
e) 23 5) MCMXC
f) 114 6) MMCCCXII
g) 77 7) CXIV
h) 188 8) XXIII
i) 2001 9) CCXXXII
j) 1990 10) CLXXXVIII

a b c d e f g h i j

3. Duid het juiste antwoord aan.

1678 486
a) MLCCXXVIII a) LLDLXXXVI
b) MDXLXXVIII b) CDLXXXVI
c) MDCLXXVIII c) CDXXCVI
d) MCCCCMLXXVIII d) DCLXXXVI

2743 924
a) MMCCCMXLIII a) CMXXIV
b) MMDCCXLIIV b) CMVIXXX
c) MMCCCMXLIII c) DCCCCVIXXX
d) MMDCCXLIII d) DCCCCXXIV
De Romeinse cijfers, deelbaarheid, restbepaling 1
4. Schrijf nu zelf in Romeinse cijfers.

6 = ………………………………… 901 = ……………………………….

40 = ……………………………….. 1070 = ……………………………...
234 = ……………………………… 990 = ……………………………….
755 = ……………………………… 241 = ……………………………….
18 = ……………………………….. 505 = ……………………………….
101 = ……………………………… 404 = ……………………………….
93 = ……………………………….. 1945 = ……………………………...
52 = ……………………………….. 2759 = ………………………………

5. Rangschik de volgende Romeinse cijfers van klein naar groot (<).

Tip: Zet ze eerst om in Arabische cijfers.

- CDXLVI DCCCXXXI DCCV CCCXCIX DCCCXLI

…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………

- CCLXXXIII CCLXXVI CCXCI CCLXXXVIII CCLXXIV

…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………

2. Deelbaarheid
1. Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 3.

435 – 4566 – 4541 – 235 – 4898 – 10868 – 68973

2. Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 9.

41547 – 4563 – 258 – 4536 – 75762 – 95679 – 1458

3. Duid de getallen aan die deelbaar zijn door 3, maar niet door 9.

52785 – 12676 – 1276 – 84768 – 98874 – 18738 – 1473

De Romeinse cijfers, deelbaarheid, restbepaling 2

4. Som de getallen op tussen 40 en 50 die alleen maar deelbaar zijn
door 1 en zichzelf.
…………………………………………………………………………………………………

5. De grootste gemeenschappelijke deler van 48 en 16 is ……

6. De grootste gemeenschappelijke deler van 32 en 12 is ……

7. Het kleinste gemeenschappelijke veelvoud van 4 en 9 is ……

8. Het kleinste gemeenschappelijke veelvoud van 9 en 13 is ……

3. Restbepaling
1. Bepaal de rest:

- 7 892 143 : 2 geeft als rest ……

- 574 605 : 3 geeft als rest ……
- 87 514 : 4 geeft als rest ……
- 14 832 : 10 geeft als rest ……
- 796 702 : 5 geeft als rest ……

De Romeinse cijfers, deelbaarheid, restbepaling 3