Aan de hand van mijn groepstypering schrijf ik een kritische analyse. Ik heb een aantal instrumenten gebruikt om zicht te krijgen op de groep. Deze instrumenten heb ik besproken in mijn groepstypering. In de analyse beschrijf ik hoe ik rekening ga houden met de cognitieve en sociaalemotionele verschillen binnen mijn stagegroep. Vervolgens schrijf ik mijn doel voor het maken van mijn lesvoorbereidingen voor de stageklas. Ten slotte bespreek ik de doelen die ik voor deze periode in mijn stage groep heb en laat ik weten hoe ik dat wil bereiken. Cognitieve niveau verschillen Ik ga tijdens het maken van mijn lesvoorbereiding rekening houden met de cognitieve niveauverschillen in de klas. Ik ben in gesprek gegaan met mijn mentor over de groepsplannen van de verschillende vakdomeinen. De leerlingen zijn bij het vak rekenen al in gedifferentieerde groepen verdeeld. Ik ga voor dit vak een les ontwerpen, waarbij ik leerlingen van verschillende niveaus bij elkaar zet. Hierdoor kunnen de sterke leerlingen de zwakke leerlingen helpen en daarbij de zwakkere leerling op een hoger niveau krijgen. Bij de andere vakdomeinen zal ik leerlingen ook laten samenwerken die op hetzelfde niveau zitten. Hierdoor worden deze kinderen getriggerd. Ik zal rekening houden met de theorie van Vygotsky. Hierbij staat de actuele en naaste ontwikkeling centraal. Door een uitdagende klaar opdracht, stimuleer ik de naaste ontwikkeling. Sociaal-emotionele verschillen Ik wil gebruik maken van verschillende werkvormen. Ik heb een sociogram afgenomen en daaruit blijkt dat een aantal leerlingen buiten de groep valt, zowel op sociaal- als op werk gerelateerd gebied. Dit is niet opvallend te zien in de klas. Gelukkig benvloedt dit de sfeer niet negatief in de groep. Ik wil ervoor zorgen dat deze leerlingen plezier krijgen in het samenwerken. Deze leerlingen werken liever alleen, wat natuurlijk soms ook prima is. Tijdens een samenwerking is het belangrijk dat de leerlingen proberen samen te werken. Daarnaast wil ik zorgen voor een goede afwisseling van verschillende groepen. De leerlingen die normaal minder goed met elkaar kunnen samenwerken wil ik proberen bij elkaar te zetten. Ik kan dit niet bij alle leerlingen doen, want sommige leerlingen mogen absoluut niet bij elkaar in het groepje. De leerlingen die altijd samen willen werken, laat ik ook met andere kinderen samenwerken. Doelen Deze periode wil ik de samenwerking tussen de leerlingen bevorderen. Tijdens een aantal lessen stel ik het coperatief leren centraal. Ik zal verschillende werkvormen gaan gebruiken en verschillende groepssamenstellingen, zoals ik hierboven heb genoemd. Ik ga tijdens het coperatief leren rekening houden met de verschillen tussen de leerlingen. Het samenwerken zal niet voor iedereen even makkelijk zijn, daarom vind ik het erg belangrijk om voor de les en na de les de samenwerking te 1
bespreken klassikaal. Ik vind een goede evaluatie over de samenwerking
van groot belang. Ik stel vragen zoals: Wat vonden jullie goed gaan tijdens de samenwerking en wat zou de volgende keer beter kunnen?
Bronnenlijst
Luijtjes, M. , Zeeuw-Jans, I. de (2013). Ontwikkeling in de groep.
Bussum: Couthino. - 1.1 wat is een groep? - 1.2.3 Ontwikkeling van kinderen in groepen - 5.1.1 Samenwerken Hendriksen, J. & Dijkstra, H. (2011). Het verhaal van het kind. Thieme Meulenhoff - H. 7.18: Vygotsky