De docentenhandleiding.

Les 2: Dramales

Doel. .... De leerlingen leren zich in te leven in hun

sprookjesfiguur door informatie op te zoeken. Hierbij moeten ze in
een groepje samenwerken en tot een toneelstuk komen. De
leerlingen moeten aan het eind van de les een toneelstukje van 5-
10 minuten hebben waarbij ze laten zien hoe het verhaal na “ze
leven nog lang en gelukkig” nog verder gaat. In hun toneelstuk
brengen ze de emoties goed over.

Materiaal .. - Computers
- Papier/pen
- Kostuums
- Bord

Tijd ...... 90 minuten

Doelgroep ... Groep 8

Omschrijving lesactiviteit.
De leerlingen zullen in deze les leren om hun emoties goed te laten
zien. Dit doen ze door middel van een eigengemaakte drama stuk.
Elk sprookje eindigt met “En ze leven nog lang en gelukkig…”. Maar
hoe leefden ze dan nog lang en gelukkig? Is dat wel zo? De
leerlingen worden in groepjes verdeeld en krijgen per groepje een
sprookje. In Shrek komen namelijk ook allerlei sprookjesfiguren
voor. Als de leerlingen een sprookje hebben dan gaan ze zich daarin
verdiepen door informatie op te zoeken via internet. Als ze zich
daarin verdiept hebben mogen ze zelf een vervolg maken op “En ze
leven nog lang en gelukkig…”. Als afsluiting laten ze de
toneelstukjes zien en word er nabesproken hoe ze de emoties lieten
zien.

Voorkennis leerlingen.
De leerlingen hebben in de vorige les geleerd hoe emoties worden
afgebeeld. De leerlingen moeten weten hoe ze met de computer op
school om moeten gaan.

Opbouw.
Inleiding 15 minuten.
Als introductie laat u het stukje uit de film “Shrek” zien waarbij alle
sprookjesfiguren bij Shrek in zijn moeras staan. (5 min.)
Laat de leerlingen de sprookjesfiguren benoemen. Vertel daarna dat
alle sprookjes altijd eindigen met “En ze leven nog lang en
gelukkig…). Vraag aan de leerlingen of dat altijd wel zo is?
Leg de leerlingen uit dat er groepjes worden gemaakt, ieder groepje
krijgt 1 sprookje. Ze moeten op de computer zich verdiepen in het
sprookje en opzoeken hoe het sprookje eindigt. Als dit gedaan is
gaan ze zelf verzinnen hoe het sprookje verder gaat. Het hoeft niet
altijd goed af te lopen! Vertel dat het belangrijk is om de emoties
overdreven te tonen. (Geef een voorbeeld van lachen, huilen, boos
zijn). Het toneelstukje moet 5 – 10 minuten duren.
Verdeel de groep in de volgende sprookjes:
- De drie biggetjes
- Assepoester
- Sneeuwwitje
- Robin Hood
- Doornroosje
- Roodkapje

Kern 45 minuten.

De leerlingen gaan zich verdiepen in het sprookje en maken een

eigen verzonnen eind aan het sprookje. Bij het toneelstukje moeten
ze zich goed focussen op hun emoties. Hoe gaan ze die laten zien?
Dit kan doormiddel van mimiek maar ook door gebaren en/of
lichaamshouding.

Afsluiting 30 minuten.

De toneelstukjes worden opgevoerd en na elk stuk wordt er

nabesproken. Wat was er leuk en/of minder leuk en op welke manier
werd de emotie getoond?
Werkblad
Waar gaat het sprookje over? Schrijf dit op in steekwoorden.

--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
----------------------------

Welke personages spelen er in?

--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
---------------------------------------------------------------------------

Wat zijn de hoofdpersonen in dit sprookje? Wat voor een karakter hebben
zij?

--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
---------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------

Hoe loopt het af?

--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
--------