Download as ppt, pdf, or txt
Download as ppt, pdf, or txt
You are on page 1of 15

BUURTCOACH

KAN WEL!
JONGEREN

Voorbeeld beschrijving
methodiek
Opdracht Methodisch Werken
 Naam methode
 Doel, met een onderscheid in agogische doelen en oplossingsgerichte doelen
 doelgroep(en) of maatschappelijk thema
 de uitgangspunten
 de werkprincipes
 de vaardigheden/competenties van de agogisch werker
 de fasering in de methode
 instrumenten en technieken / communicatiemiddelen
 tussentijdse evaluatie
 eindevaluatie
Dit zijn ook de criteria voor de beoordeling
Aansluitend beschrijf jij per methode de dilemma’s die jij ervaart c.q. ziet in:
 De spanning tussen oplossingsgerichte doelen en agogische doelen
 De spanning tussen enerzijds jij als coach van een groep mensen en anderzijds de
individuele mogelijkheden en behoeften van die groep mensen
 De spanning tussen enerzijds de empowermentprincipes en anderzijds de door
opdrachtgevers / financierders / belanghebbenden gevraagde resultaten
Doel
Agogische doelen Oplossingsgerichte doelen
 Voor de coaching in Kan wél!  in 15 maanden tijd minimaal 12
jongeren betekent empowerment dat
jongeren (individuen en groepen) zelf activiteiten, door jongeren zelf
krachten kunnen aanboren om bedacht en uitgevoerd, met een
oplossingen te vinden voor hun budget van 30.000 euro en 15 uur
problemen die aansluiten bij de professionele coaching per week
belevingswereld.Hoe zij deze zelf
ervaren en omschrijven, wat zij daarin
willen veranderen, en hoe zij dat
willen bereiken.
 Het openbreken van een ongewenste,
persoonlijke situatie. Werken aan het
weer controle krijgen van de eigen
situatie. Vertrouwen krijgen in jezelf,
en het geloof dat je zelf in staat iets te
bereiken. Daarbij hoort ook het gevoel
dat wat je wilt bereiken ook bij je past,
en dat je er zelf voor kiest.
Uitgangspunten
de jongeren is en blijft
eigenaar
 Van begin tot eind blijft de jongere als initiatiefnemer zelf
eigenaar van het idee. Hij/zij voert het zelf uit (alleen of met
andere jongeren). Kan wél! zorgt voor de begeleiding,
financiering en publicitaire aandacht. Via een lokale campagne in
de wijken en gebruikmakend van de al bestaande netwerken
worden andere actieve bewoners opgespoord en uitgedaagd om
ook hun ideeën en plannen in te dienen, zodat een veelheid van
plannen ontstaan. Er zijn een paar voorwaarden om als Kan wél!-
project aan de slag te kunnen:
 Het moet een activiteit zijn die niet al bestaat in de wijk
 Het project moet niet gericht zijn op een enkele etnische groep
 Het idee moet volgens de buurtcoach haalbaar zijn
Werkprincipes
empowerment staat
centraal
 in principe is ieder idee van de jongere een goed idee als
het bijdraagt aan het versterken van de maatschappelijke
binding.
 Ingezet wordt op de eigen kracht van de jongere, daarop
wordt door de buurtcoach ‘gecoacht’.
 De buurtcoach neemt geen verantwoordelijkheden van de
jongere over. Alle activiteiten worden beschreven,
vastgelegd en geëvalueerd.
 De buurtcoach blijft wel verantwoordelijk voor de
financiële verantwoording.
 Met minderjarigen wordt alleen gewerkt op basis van
schriftelijke toestemming van de ouders.
 De buurtcoach organiseert zijn/haar eigen werk(tijd).
Vaardigheden en competenties
CMV professional
 jongeren tussen de 12 en 25 jaar opsporen en uitdagen om activiteiten
in hun wijk te bedenken en uit te voeren;
 de jongeren coachen op basis van de eigen vaardigheden en deze
vaardigheden coachend versterken en uitbreiden
 Aansluiten bij de belevingswereld van de jongeren. Hoe zij deze zelf
ervaren en omschrijven, wat zij daarin willen veranderen, en hoe zij dat
willen bereiken.
 Het is de kunst om de coaching zodanig uit te voeren dat de jongere
het gevoel heeft het zelf voor elkaar gekregen te hebben. Wanneer de
jongere denkt dat de activiteit alleen maar gelukt is door de
ondersteuning van de buurtcoach blijft er een gevoel van afhankelijkheid
zitten.
 Verkennen, opsporen en activeren is een permanente activiteit van de
buurtcoach. Dat betekent dat de buurtcoach in staat moet zijn om
tegelijkertijd op verschillende niveaus te werken en te schakelen. Het
vraagt om voortdurende alertheid in de alledaagse werkzaamheden
Vaardigheden 2
 Vanaf het eerste contact zal de buurtcoach
moeten communiceren dat hij/zij 100% gelooft
in de eigen mogelijkheden van de jongere. Niet
alleen in woorden, maar ook non-verbaal.
 Voor de relatieopbouw met de jongeren is het
essentieel om echte belangstelling te hebben
voor de jongere. Luisteren betekent dat je er
de tijd voor neemt
 Een positieve grondhouding van de buurtcoach
in Kan wél! Jong is: alles waar een jongere
mee komt is nieuw en goed.
De fasering

In Kan wél! Jongeren wordt er, methodisch gezien, in vier verschillende fasen gewerkt:
verkennen,activeren, coachen, uitvoeren & verbinden, en evalueren.
1. verkennen & activeren: hoe zit de wijk in elkaar, wat speelt er, waar kan ik de jongeren
vinden en activeren om zelf een activiteit te willen opzetten
2. coachen: jongeren coachen van idee naar activiteit
3. uitvoeren & verbinden: ondersteunen van jongeren en ontwikkelen van nieuwe relaties
tussen jongeren onderling én jongeren en volwassenen
4. evalueren: evaluatiegesprek met jongere(n)

 De fasering is cyclisch. De fasering is een werkmodel, en geen harnas. In de praktijk zal er


regelmatig geschakeld moeten worden tussen de verschillende fases. En de cyclus zal
zich een aantal malen herhalen. De uitvoering van een activiteit is bijvoorbeeld ook een
gelegenheid om nieuwe talenten op te sporen en te activeren.
 Verkennen, opsporen en activeren is een permanente activiteit van de buurtcoach. Dat
betekent dat de buurtcoach in staat moet zijn om tegelijkertijd op verschillende niveaus te
werken en te schakelen. Het vraagt om voortdurende alertheid in de alledaagse
werkzaamheden.
Instrumenten en technieken
 Deskresearch

 Lopend verkennen
 Gebruik maken van
informatieknooppunten
 activeringscampagne
Communicatiemiddelen
 Denk niet vanuit de zender (wat heb ik te vertellen) maar vanuit de ontvanger (wat is
het belang voor de doelgroep)
 Maak een onderscheid (segmentatie) in de doelgroepen. De doelgroep zit in de
leeftijdscategorie van 12 tot 25 jaar. Voor deze leeftijdscategorie zijn dat enorme
verschillen. De 12 jarigen zijn van de basisschool af en hebben de stap naar
middelbare scholier gezet. Zij komen in een nieuwe leefwereld waarin zij, op school,
weer onderaan de ladder kunnen beginnen. Vanaf 14 jaar is de jongere op school wel
gesetteld en staat een nieuwe wereld van uitgaan en seksualiteit voor de deur. De16
jarige komt in de eindfase van middelbare schoolcarrière (VMBO, HAVO/VWO) en
moet gaan nadenken over je toekomst (studie of werk) en begint het thuis wel voor
gezien te houden. De 18 jarige jongvolwassene werkt of studeert, woont zelfstandig of
is dit van plan, en bepaalt steeds meer de eigen toekomst.
 Vroegtijdig schoolverlaten en schooluitval is een maatschappelijk probleem dat
speelt in de leeftijdscategorie van Kan wél! Jongeren.
 Timing – Kan wél! Jong start in de loop van mei 2007. De zomervakantie begint eind
 juni al in een aantal regio’s. Wat er voor pleit om de officiële introductie na de
zomervakantie uit te voeren. Uit de verkenning kan ook blijken dat juist in de
zomervakantie er grote behoefte is aan activiteiten, omdat jongeren zich bijvoorbeeld
rot vervelen. Dat is dan een kans om met een korte zomercampagne daar jong en oud
op te mobiliseren. Maak dan van de introductie een tweetrapsraket; je kunt dan de
successen van de ‘zomervakantie activiteiten’ inzetten in de publiciteit in september.
Tussentijdse evaluatie
 Investeren: de buurtcoach besteedt veel tijd en energie aan het activeren van jongeren. Lang niet alle
gesprekken leiden tot een idee, en alle ideeën leiden niet tot een activiteit, en activiteiten worden soms voor de
uitvoering gestopt.
 Luisteren: door de aanwezigheid in de wijk (anderhalf jaar) wordt de buurtcoach steeds meer benaderd door
bewoners, jong en oud. Jongeren willen dingen bij je kwijt zonder dat het gaat om ideeën of activiteiten;
volwassenen zullen je aanspreken over de jeugd, of over ideeën die ze zelf hebben. De buurtcoach is geen
praatpaal, maar zorgt in het gesprek door te luisteren en de juiste interventies (vragen) te plegen steeds
verbindingen te leggen met het project
 Werven: de buurtcoach is voortdurend bezig met werving: voor de uitvoering, voor verbreding. De buurtcoach
krijgt daarom ook een mobieltje van de zaak, een eigen Kan wél! Jongeren emailadres, een visitekaartje, en een
website speciaal voor Kan wél! Jongeren .
 Onbevangen waarnemen: de buurtcoach is tijdelijk in de wijk, hoort niet bij de bestaande instituties en draagt
geen ‘geschiedenis’ met zich mee. In deze rol kunnen kritisch constructief bepaalde zaken ter discussie gesteld
worden. En door met frisse blik tegen vastgeroeste zaken aankijken mogelijk oplossingen aanreiken.
 Bruggen bouwen: in de loop van het project krijgt de buurtcoach steeds meer zicht op bestaande verhoudingen
tussen instituties en welke professionals er toe doen. Door deze kennis kan de buurtcoach onderlinge contacten
tussen personen en instanties verbeteren, of nieuwe verbindingen leggen.
 Netwerken: door de vele contacten die de buurtcoach opbouwt ben je op een gegeven moment ook in staat om
mensen ( jong en oud) met hun capaciteiten aan elkaar te koppelen. Dit kan een bijdrage leveren aan het
ontstaan van nieuwe verbindingen. Van een jongere met een idee kent de buurtcoach de capaciteiten, en die
kunnen verbonden worden met activiteiten van andere jongeren.
Eindevaluatie
Evalueren van het project
 Na de activiteiten volgt de evaluatie met de jongere. In het
projectdossier staat een gestandaardiseerd evaluatieformulier.
Dit wordt gebruikt voor de evaluatie van het project, de
verantwoording en de doorontwikkeling van de methodiek.
 Het is dus een pittig, inhoudelijk gesprek, waarin de buurtcoach
belangrijke data voor het project verzamelt. Voor de jongere is
de uitvoering van de activiteit waarschijnlijk het hoogtepunt.
Organiseer de evaluatie met de jongere daarom op maat. In de
loop van het project is er een relatie met de jongeren
opgebouwd en weet de coach welke manier passend is voor de
evaluatie. Bijvoorbeeld door de evaluatie in te richten als het
‘vieren’ van het succes, en het belonen van de inzet van de
jongere
Dilemma 1

De spanning tussen oplossingsgerichte doelen en


agogische doelen
Dilemma 2
De spanning tussen enerzijds jij als coach van een
groep mensen en anderzijds de individuele
mogelijkheden en behoeften van die groep mensen
Dilemma 3
De spanning tussen enerzijds de empowermentprincipes en
anderzijds de door opdrachtgevers / financierders /
belanghebbenden gevraagde resultaten

You might also like