Download as pptx, pdf, or txt
Download as pptx, pdf, or txt
You are on page 1of 28

PPO

Bijeenkomst 4 en 5
Begeleiden van leeractiviteiten:
geven van feedback en

Doelen bijeenkomst 4 en 5

De studenten kunnen

onderscheid maken tussen feed up, feedback en feed


forward
het verschil tussen growth- en fixed mindset benoemen.
De studenten
oefenen in het geven van ontwikkelingsgerichte
feedback
Voettekst

Cyclus opbrengstgericht werken

Een oefening.

http://youtu.be/tbBz2e7kAoA

Feed up, feedback, feed forward

Uit allerlei onderzoeken komt feedback


steevast als een van de meest krachtige
voorspellers van leerprestaties naar voren
(Hattie & Timperly, 2007).

Mark Lammers

https://www.youtube.com/watch?v=_
tUaHxNzjxI

Voettekst

Feed up, feedback, feed forward

Goede feedback geeft antwoord op de volgende drie belangrijke


vragen (Hattie & Timperley, 2007):
Opbrengstgericht
onderwijs ontwerpen
hoofdstuk 7.4

- Waar ga ik naartoe? Feed up


Verwijzend naar betekenisvolle leerdoelen.
- Hoe doe ik het? Feedback
Verwijzend naar de huidige prestaties ten opzichte van het
leerdoel.
- Hoe moet ik verder? Feed forward
Verwijzend naar relevante vervolgstappen om leerdoelen te
halen.

Feedup feedback - feedforward

Het doel is om te begrijpen hoe je procenten kunt


berekenen (feed..). Bij de som waarbij je 30% korting
van 10 euro moet nemen, heb je heel goed eerst 1%
van 10 euro genomen, dat is inderdaad 10 cent, maar je
hebt het berekenen van 1% naar 30% niet goed gedaan
(feed.). Bedenk eens hoeveel keer meer 30% is en
opzichte van 1% (feed.)

Voettekst

Zone van naaste ontwikkeling

Twee kleuters hebben een prachtig kasteel gebouwd met houten


blokken. Ze vertellen dat er een gracht omheen ligt. Je ziet dat ze geen
brug gebouwd hebben. Je geeft eerst feedback over het bouwwerk: ik zie
dat het bouwwerk stevig is gebouwd, er kunnen ridders op staan, het
kasteel heeft twee torens. Vervolgens daag je ze uit om
een oplossing te bedenken om wel toegang tot het kasteel te krijgen
(feedup). Indien ze op het idee van een brug komen, kun je feed forward
geven over de techniek van het bouwen van een brug of je laat ze het eerst
zelf proberen.

Voettekst

Niveaus van feedback

Ongeveer 90% van de feedback is op taakniveau (Hattie&


Timperley, 2007).
Andere niveaus zijn: procesniveau, zelfreguleringsniveaus en
zelfniveau.

Voettekst

10

Nieuwe inzichten uit onderzoek naar


faalangst: Carol Dweck

http://www.youtube.com/watch?v=oF
ZAxX2ALUE&feature=player_embedded
Meer weten?
http://www.eduratio.be/dweck.html
11

Carol Dweck

http://youtu.be/kXhbtCcmsyQ

Voettekst

12

Feedback geven gericht op een


growth mindset

Strategiekeuze: je hebt goed nagedacht hoe je dit ging


aanpakken.
Keuze voor hulp (middelen): goed dat je aan kan geven
waar je hulp bij nodig hebt.
Werkhouding en inzet: je hebt hard gewerkt.
Aandacht en poging tot concentreren: je hebt goed
geprobeerd om je te richten op de opdracht.
Artikel stimulerende en
ontwikkelingsgerichte
feedback
16

Feedback geven gericht op een


growth mindset, vervolg
Artikel stimulerende en
ontwikkelingsgerichte
feedback

Doorzetten: je hebt goed geprobeerd om dit op te


lossen.
Poging om geleerde toe te passen: ik zie dat je
geprobeerd hebt om de uitleg toe te passen.
Probleemoplossende houding: goed dat je zelf een
oplossing hebt bedacht.
Zorgvuldigheid en aandacht voor een taak: je hebt
netjes gewerkt.
Eigenheid: leuk hoe jij deze opdracht zelf hebt ingevuld.
17

Suggesties voor de leerkracht om het


zelfbeeld te bevorderen:

Spreek kinderen zoveel mogelijk aan vanuit de


groeitheorie.
Richt de feedback op het proces en complimenteer de
inspanning of de leerstrategie.
Leer de kinderen dat het leuk is een uitdaging aan te
gaan en te zoeken naar passende leerstrategien.
Breng kinderen liefde voor het leren bij. (Van Herpen,
2013)
18

Begeleiding door de leerkracht


Probeer elk kind te laten ervaren: ik hoor er bij, ik tel mee.
Geef kinderen de kans zowel hun sterke als zwakke punten te
ontdekken op allerlei gebieden.
Leer kinderen de positieve kanten van zichzelf te zien en moedig ze
aan die ook onder woorden te brengen.
Stel het ontwikkelingsproces van de kinderen primair, niet het
gewenste resultaat.
Geef leerlingen vaak en snel zakelijke informatie over hun prestaties
en vorderingen.
Streef naar uitbreiding van gebieden waarvoor kinderen zelf
verantwoordelijkheid dragen.
Leer kinderen, hoe ze op een zelfbewuste manier in allerlei situaties
op kunnen treden
Bron: www.sociaalemotioneel.slo.nl

Kerndoel 3 Taal
De leerlingen leren informatie te beoordelen in discussies en in een
gesprek dat informatief of opinirend van karakter is en leren met
argumenten te reageren.

Situatie groep 1/2 Meester Ben is met de kinderen van groep 1 en 2 naar het
museum geweest waar een tentoonstelling over kleding en schoenen was. De
kinderen hebben plaatjes meegenomen uit het museum. Elk kind heeft een
plaatje uitgekozen en in het lokaal opgehangen. De kinderen hebben van huis
allerlei bijzondere kleding meegenomen. Een paar kinderen hebben zich
verkleed en staan als 'beelden' opgesteld in het lokaal. Meester Ben loopt met
een klein groepje kinderen langs de beelden en de platen. De 'beelden'
vertellen over hun kleding.
Een van de kinderen durft niets te vertellen en staat naar de grond te staren.

20

Welke feedback geef je?


1. Ik zie dat het je niet lukt, vraag het maar aan Ellen
(kleuter uit de groep), zij kan het vast wel vertellen.
2. Ik vind het echt goed om te zien dat je zon mooie
kleding hebt meegebracht.
Welke feed forward geef je?
1. Ik zie dat je nu niet wil vertellen, zullen we dit straks
samen doen?
2. Dit is toch niet zo moeilijk voor je, ik weet zeker dat het
gaat lukken.

21

Situatie in groep 7: Rekenen; De leerkracht heeft een


meethoek ingericht waarin de kinderen onderzoeken wat
het gewicht is van bekende huishoudelijke artikelen zoals
een pakje thee (100 g), een pak koffie (250 g) en een pak
macaroni (500 g), en oefenen in het schatten en precies
meten van het gewicht van andere artikelen zoals een zak
appels of peren.
En van de kinderen heeft meer taakgerichte tijd nodig
dan andere kinderen. Toch mag iedereen even lang in de
meethoek.

22

Welke feed forward geef je?


1. Jouw tempo ligt wat lager. Je hoeft niet alle metingen te
doen in de meethoek.
2. Hoeveel metingen kun je doen als je hard doorwerkt?

23

Situatie in een kleutergroep:


Een kind in je groep heeft een puzzel uit de kast gepakt en
is al een tijdje aan het proberen om de puzzel op te lossen.
Je ziet dat het hem niet lekker zit dat het niet meteen lukt.
Toch gaat hij door. Jammer genoeg zit de werktijd er bijna
op en is het niet gelukt om de puzzel op te lossen.
Je hebt als leerkracht het doel voor ogen om kinderen te
leren om te gaan met uitdagingen, door hen puzzels te
laten maken die in de zone van naaste ontwikkeling liggen.

24

Welke feedback geef je?


1. Ik zag dat je bijna wilde stoppen met de puzzel, maar
je bent toch doorgegaan. Dat vind ik echt knap!
2. Ik had verwacht dat jij deze puzzel zou kunnen
oplossen. De volgende keer lukt het je vast wel!
Welke feed forward geef je?
3. De volgende keer zoeken we samen een makkelijke
puzzel uit. Dan gaat het jou in ieder geval lukken om
hem op te lossen.
4. Zullen we deze puzzel morgen samen proberen te
maken? Zal ik je dan een eindje op weg helpen?
25

Situatie in groep 5: Er zit een nieuw kind in je groep. Vanaf


het begin dat hij op school zit, zijn er veel problemen
tijdens het buiten spelen. Er ontstaat vaak onenigheid met
andere kinderen. Dit zit het kind niet lekker; hij speelt niet
graag buiten in de pauze. Je doel als leerkracht is dat alle
kinderen met een fijn gevoel buiten spelen in de pauze.

26

Welke feed forward geef je?


1. Ik denk dat het beter is dat jij in pauze voortaan
binnen blijft. Dan komen er geen problemen.
2. De pauze is voor jou nu nog druk. Vind je het prettig
om af en toe binnen te blijven en te oefenen om steeds
meer buiten te spelen?

27

Literatuur
Alkema, A., Tjerkstra, W., Kuipers, J. & Lindhout, C. (2011). Meer dan onderwijs: Theorie en praktijk
van het onderwijs in de basisschool. Assen: Van Gorcum.
Hoofdstuk 5 (blz. 344-366): differentiatie, rekening houden met individuele verschillen.
Bakx, A., Ros, A. & Teune, P. (2012). Opbrengstgericht onderwijs ontwerpen. Bussum: Uitgeverij
Coutinho.
Hoofdstuk 1 (blz. 13-22)
Hoofdstuk 7 (blz. 154-159)
Van Herpen, M. (2013) .Ik de leraar. Driebergen: Het Kind
Artikel
Kordelaar, N. van, & Zwaan M. Stimulerende en ontwikkelingsgerichte feedback.

28

You might also like