Slaapzakspelletjes.

1.Levendstronten.

Materiaal  Kaarten.

Verloop  Als iemand kwartet heeft ga je zo snel mogelijk in het midden van de cirkel
liggen. De speler die helemaal van boven ligt, krijgt een aantal kilo stront van de stapel
aangesmeerd.

2. Dag Madam.

Materiaal  Kaarten.

Verloop  In het midden van de slaapzaal ligt 1 boek kaarten. 1 voor 1 draaien de kwiks een
kaart van de stapel om. Bij een speciale kaart moet er een opdracht uitgevoerd worden. Wie
de opdracht als laatst uitvoert, die krijgt alle kaarten die tot dan toe omgedraaid zijn.

• Aas : Huppel in je slaapzak door de slaapzaal en tik de twee uiterste muren.

• Heer : Kruip omgekeerd in je slaapzak.
• Dame : Ga twee bedden naar rechts.
• Boer : Ga twee bedden naar links.
• Tien : Spring recht en ga zo snel mogelijk terug liggen.

3. Ballonduiken.

Materiaal  Dubbelzijdige tape, Ballonnen.

Verloop  Elke kwik zit helemaal in haar slaapzak, enkel hoofden zijn zichtbaar.
Op de voorkant van elke slaapzak plakt dubbelzijdige tape. De leiding gooit een ballon
omhoog en roept twee nummers. De kwiks die hun nummers horen, proberen zo snel
mogelijk de ballon aan hun slaapzak te kleven.

4. Bal verstoppen.

Materiaal  Bal.

Verloop  Iemand gaat naar buiten. Een kwik verstopt een bal in z’n slaapzak. Iedereen doet
alsof hij de bal in z’n slaapzak verstopt heeft. De kwik komt terug binnen en moet raden bij
wie de bal zit.

5.Rollend tapijt.

Verloop  Over elkaar rollen.