Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e)
Wouter van Rooij
Mentor
Wendy Adriaans
Klas
B
Datum
Stageschool Bloktempel
Groep
3
Plaats
Son
Aantal lln 24
Vak- vormingsgebied: Muziek
Speelwerkthema / onderwerp: de giraf (dieren) en benadrukking in de tekst.
Persoonlijk leerdoel:
Gedurende mijn les ga ik de band tussen leerlingen versterken door een coperatieve werkvorm in te zetten.
Gedurende mijn les ga ik de samenwerking in de groep verbeteren door feedback te geven op het samenwerken met betrekking op de omgang met
klasgenootjes.
Lesdoel(en) wat wil je aanleren?
Evaluatie van lesdoelen hoe ga je dit controleren?
Productdoel:

Aan het einde van de les wordt nagegaan of het lied correct, correct van buiten werd
gezongen. Aan het einde van de les wordt nagegaan of de verklankingen pasten bij de
Aan het einde van de les zingen de kinderen het eerste couplet van tekst van het lied, of er goed werd samengewerkt bij het bedenken en uitvoeren van de
verklankingen.
het lied giraf van buiten, op de juiste toon, in het juiste tempo en
ritme.
Tijdens het zingen spelen groepjes korte intermezzi waarin situaties
uit het lied verklankt worden. Verklankingen moeten herkenbaar
zijn, associaties met de werkelijkheid oproepen ( denk aan
heeeeele lange nek).

Procesdoelen:

De kinderen werken aan hun samenwerkingsvaardigheden met

betrekking op omgang met klasgenootjes. Dit doen zij door de
regels toe te passen.

De kinderen werken aan een band met hun klasgenootjes door

elkaar te helpen gedurende coperatieve werkvormen.

Beginsituatie, wat kunnen ze al? Wat ga ik doen om net een stapje verder te gaan? ( groep, voorkennis, actualiteit, instrumentarium, didactische werkvormen.)
Groep:
De groep is erg ijverig en gedurende uitleg vaak betrokken. Wanneer ze te lang moeten luisteren raken ze afgeleid. Verder zijn ze tijdens activiteiten erg betrokken bij
de les en nemen een actieve participerende rol in de les. De kinderen zingen regelmatig, en zijn gewend om liedjes via de weggeeftechniek aan te leren.
Voorkennis:
De kinderen hebben vaker gezongen. Meestal zingt de leerkracht voor en herhalen de kinderen het lied. Dit heet de papegaai methode. Ik ga de weggeef methode
toepassen.
Actualiteit:
In het lied gaat de tekst over het willen zijn van een giraf. Dit kan natuurlijk niet en om je erin te kunnen laten meeslepen moet je aardig wat fantasie hebben. Dit heeft
de groep wel.
Instrumentarium:
Ik gebruik vellen papier met daarop de tekst geschreven. Zo heeft elk kind concreet de tekst voor zijn neus. Ook projecteer ik op het digibord de giraf met zijn hele
lange nek en gebruik ik de cd-rom die bij eigen-wijs horen om het lied op te zetten.
Didactische werkvormen:
In de les gaan de kinderen in een groepje apart zingen. Dit groepje is gebaseerd op de uitslag van de typering, mijn overdenking en algemeen genomen sterke,
zwakke en gemiddelde leerlingen.
Lesverloop
Tijd

Leerinhoud Didactische handelingen

Leraar
Introductie
Ik laat het plaatje van de giraf zien en vertel de
kinderen dat ik soms wel eens iets anders wil
zijn. Ik wil soms wel een giraf zijn. Met zon
lange poten en zon lange nek. Dat zou gaaf
zijn! En soms als ik iets graag wil, dan zing ik er
een liedje over. Luister maar eens.
Voorzingen De leerkracht zingt het liedje voor.

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en), reactie
De kinderen luisteren naar de introductie van de docent.

De kinderen zitten stil en luisteren naar het lied dat de

leerkracht zingt.

Materialen / Organisatie
Ik heb een groepje samen
gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.
Ik heb een groepje samen
gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.

Bespreking.

Wat valt jullie op aan het liedje?

(Heeeeeeeeeele lange nek).

De kinderen denken terug aan de tekst van het liedje. Als

het goed is valt hun op dat ik bij hele in het stukje
heeeeeeeeele lange nek uitrek.

Samen
zingen

De kinderen zingen eerst het stukje heeeele

lange nek.

De kinderen zingen het stukje heeeeeele lange nek.

Samen
zingen

De kinderen zingen tot aan lange nek.

De kidneren zingen tot aan het stukje lange nek waar ze

een beweging maken door de lange nek uit te beelden.

Samen
zingen

De kinderen zingen het eerste couplet samen

met de docent.

De kinderen zingen het eerste couplet samen met de

docent. Na het stukje heeeele lange nek klappen ze twee
keer in hun handen.

Alleen
zingen

De kinderen zingen het eerste couplet nu

helemaal alleen, onder begeleiding van de
docent.

De kinderen zingen zonder enige tekst erbij het eerste

couplet onder begeleiding van de docent.

Ik heb een groepje samen

gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.
Ik heb een groepje samen
gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.
Ik heb een groepje samen
gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.
Ik heb een groepje samen
gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.
Ik heb een groepje samen
gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.

Bespreking

Aan het eind van de les reflecteer je met de

kinderen hoe het samenwerken gegaan is.
Hierbij moet je letten op het productdoel (Wat is
het moeilijkste in het liedje?), maar besteed de
meeste aandacht aan de procesdoelen. Je kunt
deze niet zien, maar laat de kinderen vertellen
hoe het samenwerken is gegaan. Dit kan je
sturen door vragen te stellen als: hoe is het
samenwerken gegaan? En heb je gelet op de
regels? Heb je iemand geholpen? Hoe ging
dat? En vervolgens kan je hierop ingrijpen en
ze feedback geven. Geef dan bij gewenst
gedrag een compliment en bij ongewenst
gedrag een tip.

De kinderen reflecteren op een door jou gestuurde manier

op hun samenwerking. Doe dit consequent. Stel eerst
positieve vragen, bijvoorbeeld wat ging er goed. Vervolgens
vraag je wat ze niet zo goed vonden gaan en geef je tips en
je eindigt met een compliment. Op deze manier hebben de
kinderen op zichzelf gereflecteerd met een
sandwichmethode in de feedback die ze zowel van zichzelf
als van jou krijgen.

Ik heb een groepje samen

gesteld van 7 leerlingen.
Twee hiervan zijn cognitief
zwakker, twee zijn cognitief
sterk en drie zijn
gemiddelde leerlingen.

Persoonlijke reflectie

Feedback mentor (inclusief handtekening)

Datum: