OGP3

Format voor sterkte-zwakte-analyse bij lesontwerp

Domein: Taal Rekenen/ wiskunde OJWBVO*
*omcirkel wat van toepassing is

Voor een meer uitgebreide beschrijving van de standaarden en criteria, zie

bladzijde 2 van de OGP3-opdracht. Of via
https://www.fontys.nl/pabo/denbosch/competentieprofiel/Propedeusefase/index.html

Sta bewust stil bij jouw doelen voor de groep, zoals geformuleerd in de
overdenking van de groep
Denk in je antwoorden aan de terugkoppeling naar zowel (vakspecifieke) theorie
als praktijk
Wat ging goed?

B1. Leerdoelen stellen

De student kiest in zijn lesontwerp
voor passende leerdoelen (proce- en
product) die aansluiten bij leerlijnen en
het bestaande onderwijsprogramma
van de stagegroep.
B3. Leeractiviteiten begeleiden
De student toont aan dat hij in staat is
om in de lesuitvoering coperatieve
wervormen te hanteren. De student
toont aan dat hij leerlingen hulp biedt
bij het leerproces, rekening houdend
met de kenmerken van de groep. Hij
bevordert de samenwerking tussen
leerlingen en de redzaamheid van
individuele leerlingen.

De leerdoelen sluiten aan op

kerndoel 56. De procesdoelen
vloeien voort uit mijn
overdenking namelijk het
bevorderen van de
groepscohesie.
Ik geef de leerlingen vooraf
handvatten hoe ze goed kunnen
luisteren. Ik heb zelf ook iets
dierbaars meegenomen. Ik
vertel helder en duidelijk wat
het is wat ik heb meegenomen
en waarom dit dierbaar voor me
is. Met dit voorbeeld geef ik de
leerlingen een leidraad dat ze
kunnen gebruiken voor hun
eigen verhaal.
Ik heb er voor gekozen om on
the spot de cirkels te vormen in
plaats van een instructie vooraf.
Zo verliep deze vorming snel en
bleef ik de aandacht van de
leerlingen houden.

A3. Leiding geven aan het

groepsproces

Wat mag beter?

Kinderen die snel stil vallen in

Ik had bij de instructie

vooraf me niet alleen
moeten focussen op
een goede
luisterhouding. Het is
voor leerlingen ook van
belang om te leren hoe
je een gesprek gaande
houdt.
Het draaien van de
binnencirkel ging niet
zo soepel als ik van te
voren had bedacht. Dit
had ik vooraf op bord
kunnen visualiseren.

Zie instructie boven.

De student toont dat hij samenwerking

leren tijdens de onderwijsactiviteiten
bevordert en laat expliciet zien dat hij
kinderen aanspreekt op gedrag, hen
positief stimuleert en zicht houdt op
alle groepjesleerlingen.

A4. Interactie aangaan met de groep

De student toont aan dat hij vanuit een
onderzoekende houding gesprekken
voert met de leerlingen door actief te
luisteren. De student evalueert de
onderwijsactiviteiten met kinderen en
hij geeft feedback aan leerlingen op
het samenwerkingsproces en/of op de
gestelde doelen.

B2 Leeractiviteiten ontwerpen
De student toont in het ontwerp aan
dat hij coperatieve werkvormen
hanteert.
De student maakt zichtbaar dat hij
voor aanvang van de lesactiviteiten
benodigde materialen en leermiddelen
klaar zet.

hun verhaal help ik op weg

door, door te vragen. De
kinderen die moeten luisteren
leg ik uit dat ze vragen kunnen
stellen om elkaar te helpen om
het gesprek gaande te houden.

Na elke gespreksronde laat ik

enkele verhalen samenvatten
door kinderen die deze beurt
hebben moeten luisteren. De
kinderen die hun verhaal vertelt
hebben, vinden het zichtbaar
prettig als dit door een
klasgenootje herhaalt wordt.
Op het einde van de les
evalueer ik het kringgesprek
met de kinderen. Hoe ging het
luisteren.

Ik heb samen met mijn mentor

een mail opgesteld en
verstuurd. In deze mail hebben
wij alle ouders verzocht, om
samen met hun kind op zoek te
gaan naar iets wat bij hun kind
hoort of past.
De kinderen hebben de
voorwerpen achterin het
klaslokaal gelegd. Voordat ik de
kringen ging vormen mochten
de kinderen hun voorwerpen
pakken.

Ik heb me vooral
gefocust op het proces
;van leren luisteren en
kunnen navertellen.
Ik had de leerlingen ook
kunnen vragen of het
moeilijk was om over je
zelf te praten. Hoe het
was om iemand over
zijn lievelingsding te
horen praten. Zijn er
leerlingen bij die
soortgelijke
voorwerpen hebben
meegenomen.
Zo wordt het minder
controlerend en meer
belevend.