Verhaal maken(het draaiend baldakijn)

Toen de bouw van de Sint-Jan in volle gang was, kwam op zekere dag een vreemdeling naar s-Hertogenbosch. Hij bood zich aan bij de bouwmeesters, in de hoop werk te vinden bij de bouw van de kerk. Hij vertelde dat hij het vak geleerd had in Duitsland van een oude meester en dat hij in Frankrijk had meegewerkt aan de bouw van een grote kerk. De bouwmeesters bekeken hem wantrouwig. De vreemdeling zag er helemaal niet uit als kundig vakman of beroemd kunstenaar. Hij was sjofel gekleed, zijn jas en broek waren gescheurd en hij zag er grauw uit. wij kunnen je niet gebruiken. Ga maar ergens anders je geluk beproeven, oplichter, was alles wat de bouwmeesters tegen de vreemdeling zeiden. Toen gingen ze weer vlug aan het werk. De vreemde gast was heel kwaad, maar liet daar niets van merken. Hij vertrok en was vast besloten om te laten zien waartoe hij in staat was. In een achterafstraatje vond hij een werkplaats en begon aan ingewikkelde berekeningen waar hij lang mee bezig zou blijven. Uiteindelijk had hij iets op papier waar hij tevreden mee was. Nog eens een aantal maanden werkte hij in stilte aan de uitvoering van het onderwerp hij was zo in zich zelf gekeerd bezig in zijn werkplaats, dat de mensen over hem begonnen te praten. Toen het werkstuk klaar was, verscheen hij voor de tweede keer voor de bouwmeesters. Ik zou graag hebben dat iemand met mij meegaat. Ik heb iets gemaakt wat ik de Sint-Jan wil schenken schenken,zei hij. Het kostte hem nogal wat overtuigingskracht, maar uiteindelijk ging een van de bouwmeesters met hem mee. binnen de kortst mogelijke tijd was hij terug, helemaal het is een wonder, kom snel mee kijken, het is raadsel, het is niet te geloven wat die man gemaakt heeft!,riep hij. Even later bewonderde de bouwmeesters in de werkplaats het meesterstuk, een baldakijn, dat als een zeehoorn in elkaar draait, dat schreef lijkt te hangen en toch schietlood en waterpas tart. Het leek wel kei van klei gemaakt en niet van steen. Nu waren de bouwmeesters overtuigd van zijn kunnen. Ze boden hem kostbaren dingen aan om aan te werken. De man weigerde: dit werk is voor de Sint-Jan, ik heb het voor deze kerk gemaakt. Maar nu trek ik verder. Jullie hebben mij toen niet zien staan, nu heb ik jullie opdrachten niet meer nodig. En hoe de bouwmeesters ook baden en smeekten, de vreemdeling was niet over te halen. Hij vertrok, stil en onbekend, zoals hij gekomen was.

Mike,Jamie,Meggie en Marc.

Verhaal maken(het draaiend baldakijn)

A. het Duhamel college is vernoemd naar Alart du hamel. B. Hij was van 1478 tot 1494 actief in 's-Hertogenbosch, waar hij loodsmeester was van de huidige Sint-Janskathedraal. Ook was hij buitenlid van de Onze Lieve Vrouwenbroederschap. Onder zijn leiding werd gebouwd aan de kapel van deze broederschap in de Sint-Jan, de tegenwoordige H. Sacramentskapel. Na die tijd verhuisde hij naar Leuven en daarna naar Antwerpen, waar hij omstreeks 1509 overleed. A. het Maurick college is vernoemd naar het kasteel de Maurick B. het heeft met de stad te maken. A. De school is naar Dominee Hendrik Pierson vernoemd. B. Het heeft met de stad te maken want het ligt in Den-Bosch.

Mike,Jamie,Meggie en Marc.