Practicum 4 - De slinger

Felten De Meulenaere & Dante Goethals 3 mei 2012

Onderzoek van de slingerwetten

1 Doel
We onderzoeken de slingerbeweging, dit is een periodieke beweging wanneer we de luchtweerstand verwaarlozen. We gaan na van welke factoren de slingerperiode afhenkelijk is: 1. Massa (kg) 2. Hoekamplitude ( ) 3. Slingerlengte (m) We hopen, door dit onderzoek zorgvuldig en zo nauwkeurig mogelijk uit te voeren, dat we een antwoord krijgen op onze vraag.

Opstelling

3
3.1

Metingen
Verband tussen de periode en de massa

Tabel: Massa (kg) 0.0111 0.0211 0.0311 0.0411 Graek: t(3sl.)(s) 4.24 4.34 4.18 4.28
t T =4 1.06 1.09 1.04 1.07

3.2
Tabel:

Verband tussen de periode en de hoekamplitude

A ( ) 60 40 20 10 Graek:

t(3sl.)(s) 4.24 4.02 3.91 4.28

t T =4 1.06 1.01 0.97 1.07

3.3

Verband tussen de periode en de slingerlengte

Tabellen: l(m) 0.265 0.382 0.466 0.845 t(3sl.)(s) 3.11 3.52 4.24 5.49
T l t T =4 0.78 0.88 1.06 1.37

l(m) 0.265 0.382 0.466 0.845

T(s) 0.78 0.88 1.06 1.37

1.52 1.43 1.55 1.49

Graeken:

Besluit & Interpretatie

Nu we alle metingen in tabellen en graeken gegoten hebben, kunnen we verder onze besluiten trekken.

4.1

Verband tussen de periode en de massa

We zien dat de waarden in de 3e tabel ongeveer een constante zijn (1.07). Op de graek zien we (met een beetje fantasie) een horizontale rechte met als vergelijking: y = 1, 07. We kunnen hieruit besluiten dat de periode van een slingerbeweging onafhankelijk is van de massa van de slinger.

4.2

Verband tussen de periode en de hoekamplitude

We zien dat de waarden in de 3e tabel ongeveer een constante zijn (1.03). Op de graek zien we (met een beetje fantasie) een horizontale rechte met als vergelijking: y = 1, 03. We kunnen hieruit besluiten dat de periode van een slingerbeweging onafhankelijk is van de hoekamplitude van de slinger. 3

4.3

Verband tussen de periode en de slingerlengte

Wanneer we naar de 3e tabel kijken, vermoeden we dat er een verband bestaat tussen de periode en de slingerlengte van een slinger. De graek geeft ons de vergelijking: T = 1.49l0.5 T = 1.49l 2 T = 1, 49 l T = 1, 49 l De periode is dus rechtevenredig met de vierkantswortel uit de slingerlengte van de slinger. En die constante is hier ongeveer (1.49).
1

Foutenanalyse

Natuurlijk hebben wij tijdens onze metingen enkele fouten gemaakt. Het is dan ook de moeite om te vermelden waar onze mogelijke fouten kunnen liggen. 1. We hebben de luchtweerstand verwaarloosd, dit kan dus gelden als een theoretische proef maar in de praktijk zal dit niet helemaal kloppen. 2. We hebben de tijd niet exact kunnen meten met de chronometer, omdat een volledige slingerbeweging moeilijk exact te bepalen is. 3. In de theorie stelden we dat als een hoek zeer klein is, ze dezelfde is als de sinus van die hoek. (Mclaurinreeks). Maar onze hoeken waren niet altijd zeer klein, dus hebben we ook hierop fouten gemaakt. 4. Doordat we een hele kleine massa als standaardmassa genomen hebben, bleef de slinger niet altijd in hetzelfde vlak slingeren. Dit geeft als gevolg dat onze metingen niet helemaal precies waren.