Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 27

REDERIJKERS

1400-1700

Ontstaan: 15e E in Vlaanderen onder Fr invloed en uit kerkelijke of geestelijke broederschappen Activiteiten: schrijven van pozie en toneelstukken vb als er processies waren deden ze aan mee + als vorst op bezoek kwam (was aangekondigd) -> maken in naam van vorst om zo aan te tonen ze goed konden dichten organiseren van wedstrijden (landjuwelen* of refreinfeesten**) tss kamers uit verschillende gewesten om best theater/gedicht nooit zeer goed wegens veel drank die aanwezig is op wedstrijden/feesten *landjuwelen: wedstrijden toneel (mirakelspel en aligorie) 2 meesterwerken geschreven van landjuwelen: Aligorie: Elkerlyc (kwade=personage -> personificatie) Mirakelspel : Mariken van Nieuweghem (veel mirakel in toneelstuk) ** refreinfeesten: wedstrijden pzie religieuze plechtigheden verzorgen Een RR was de artistieke en uitvoerende directeur van allerlei stedelijke festiviteiten die gerganiseerd werden. (Stad zorgde vr nofige fondsen) spelen vertonen dichten Gesellen van der kercke (religieuze, geestelijke inslag) Gesellen van der konste (kunst, toneel) Gesellen van den spele (kerkelijke koorzangers)

Begin 15e E leden RR heetten:

Midden 15e E leden RR heetten: Rederijkers < Fr. Rhtoriciens (purisme) beoefent retorieke (=welsprekendheid) Eind 15e E: 2 stromingen De conste van rethorieken (gegoede burgerij) volkstaal en Fr en Lat gebruiken taalbederf en bastaardwoorden De humanisten (clerus en intellectuelen) Latijn om voor rijm te zorgen taalzuivering

zodat er gerijmd kan worden

Na 1585: Val van Antwerpen ( bekering tot katholicisme in Z-Ned.*) *Wij waren protestanten en Spanje moest ons katholiek maken van Filips II (Hertog Alva leider leger SP) Intellectuelen verliet Z-Ned en gingen naar N-Ned, Sp leger kon niet hoger dan Antwerpen Stilstaan RRK in Z-Ned. Glorietijd RRK in Z-Ned voorbij (stilval RRK in Z-Ned.) Nieuwe kamers in N-Ned. (Gouden Eeuw in N-Ned.) Belangrijkste kamer in Amsterdam: De Eglantier (1619) Motto: In liefde bloeiende Leden: Vondel, P.C. Hooft, Bredero Toneelstukken: 3 grote genres De Vroede of Ernstige spelen over heiligen, Bijbelse gebeurtenissen, geloofmysteries, mirakelen De Sotte of Komische spelen Tafelspelen: korte, kluchtige dialogen

Esbattementen: boertige en satirische stukken De Amoureuze spelen liefdesgedichten Pozie: Rhetorike extraordinaire (buitengewone dichtkunst) = verzamelnaam voor allerlei technische knutselgedichtjes waarin RR hun zucht naar versiering botvieren !!! Vorm belangrijker dan inhoud en taal Refrein of Ballade: 1 stockvers of envoi, 4 strofen Kreeftdicht of retrograde: kan je van achter naar voor lezen Bijzondere vorm: Palindroom (Madam, Im Adam. Sir, Im Iris.) Aldicht: alle woorden die in verschillende versregel op overeenkomstige plaats staan, rijmen met elkaar Schaakbord: bestaat uit 64vakjes waarin een regel; verschillende gedichten door je te bewegen als schaakstuk Naamdicht of acrostichon: beginlettes/-woorden van verzenof strofen die een naam, spreekwoord of zin vormen Als alfabet gevormd: Abecedarium Ketendicht: slotwoord rijmt op beginwoord van volgende regel/vers Echogedicht: dichter stelt vraag waarop hij in zelfde regel antwoordt met rijmend woord Chronogram of tijds- of jaartalvers: som van romeinse cijfers geeft jaartal weer van de gebeurtenissen waarop versje slaat Begin RRK: geen namen vonden zichzelf niet belangrijk, maar God wel Later RRK: wel namen invloed individualisme In ME: Anonieme literaire werken In REN: Individu belangrijker dan groep naambekendheid Rederijkerskamers: Oorspronkelijk: elitaire vereniging voorwaarden: jaarlijks lidgeld, kunnen dichten, goed en zedelijk gedrag zinsspreuk/devies en patroonsheiligen + kunnen betalen voor wapenschild (voor wedstrijden) kregen subsidies van stad moesten stoeten e.d. verzorgen Leden: - Prince of keizer (beschermheer, financile leider) - Factor of dichter (artistieke leider) - Dekens of hoofdlieden (kerkelijken) - Zot (/Nar: amusement en ontspanning) - Bode of chaep - Penningsmeester (beheerde kas) - gewone leden (ook vrouwen) Invloed: - Groter invloed op OH dan andere gilden - Didactisch en moraliserende invloed op volk (opvoeding, onderwijzen) - Leveren kritiek op politieke, maatschappelijke en kerkelijke mistoestanden (aflatenhandel) via kunst (KUNST=MIDDEL !geen doel) -Hoger aanzien - Privilges 4 RRK in Bxl: Den Boeck 1401 De Corenbloem 1477 Violette smolten samen in 1507 tot t Mariacranske

1) 2) 3)

4) Lelie

Eerst Belgisch werk van t Mariacranske: Het sneeuwpoppenfestival over harde winters Motto: Minnelijk akkoord (verdraagzaamheid) Factor/dichter: Jan Smeken

Rederijkers: Propageerde met hun literatuur het ideaal vd beschaafde burger (burgermoraal*) ideologie sluit aan bij ideen van: - humanisten zoals Erasmus en Thomas Morus - kunstenaars zoals Pieter Breughel de Oudere *burgermoraal: verfijnde levensvisie, diepe persoonlijke vroomheid, obsessieve doodgedachte, leven beheerst dr rede, leven niet enkel vluchtig doorgangsstadium naar eeuwigheid, literatuur is instrument om identiteit te vormen en te dragen. Bxl had pioniersrol bij ontwikkeling en verspreiding vd nieuwe burgerlijke moraal Inspiratie: bij vroegere waarden en ideen RR=opiniemakers: namen stellingen in hevige discussies en debatten over politieke en religieuze hervormingen Engagement duur betaald tijdens inquisitie-> vele RR verbrand op Grote Markt in Bxl Wrm RR eerst? Wegens grote mond en gevaarlijk (veel invloed)

Dichtvorm van RR Strofisch gedicht / stoofjesgedicht: Strofen met gelijke lengte Van 4 tot 20 strofen Laatste strofe bondiger Laatste versregel bij elke strofe is identiek = Stocregel: bevat thema vh gedicht Thema: genieten vh leven leven humoristisch opnemen vrolijkheid Laatste strofe is korter en opgedragen aan de voorzitter vd RR, hun beschermheer, de prins Is aan prinse gericht, de opdrachtgever Prince: = ENVOI : deze strofe is verschillend van toon Argumenten RR om te dichten: Prinse (opdrachtgever) Moraliserend Vorm: refrein

jjho Gedicht: Anthonis De Roovere (ca.1430-1482) Sotte amoureusheyt Anthonis De Roovere: Oorspronkelijk was hij architect/bouwheer De Roovere beantwoorde aan een perfect profiel vr stadsrederijker De Roovere werd aangesteld op voorstel van Karel de Stoute Eenmaal als RR aangesteld, gold hij als diplomaat Brugge stelde hem tot RR om te verhinderen dat hij naar andere steden zou gaan Hij werd contractueel verplicht in de stad te blijven wonen Sotte amoureusheyt: Vorm: 4 strofen waaronder laatste strofe korter(PRINCE)

Strofe 1: - Verkleinwoorden - Koosnaampjes - Bezigheden meisje, eten, drinken, slapen Strofe 2: - Zijn gevoelens voor haar worden niet ernstig weergegeven - zij weet dit ook Strofe 3: - Beschrijving van haar schoonheid: alle elementen zijn tegengestelde aan schoonheid - Trouwen (onmogelijke data): belachelijk genomen Strofe 4: - Gelijkgezinde zoeken elkaar op - Serieuze toon, ernstig - Samenvatting, algemeen besluit; beschouwing rest gedicht Inhoud: - Liefde tss Pantken en Pampoeseken - Eigenschappen Pampoeseken: kledij onverzorgd, vuile handen, mollig, ruikt naar knoflook, grappig, goedlachs, ze heeft plezier in eten, drinken en slapen, laatste zin van elke strofe oogjes pinken/blinken Conclusie: Omgekeerde vh ideaal; ze wordt niet gedealiseerd voorgesteld soort zoekt soort + titel gedicht: amoureusheyt: er is liefde Sotte: luchtig, geen zwaar, moeilijk gedicht + is kritisch want noot is: zo wordt je als je je niet gedraagt ook toon is ironisch + moraliserend gedicht

Gedicht: Anthonis De Roovere (ca.1430-1482) Van der mollenfeesten Thema: Of je nu arm/rijk bent, op het einde vh leven zijn we allemaal gelijk we eindigen allemaal onder de grond bij de mollen.

RR Ode aan kunde en vorm Ode: Aandacht, eerbetoon Kunde: Vaardigheid Vorm: Alle soorten gedichten De Fonteine: Gesticht in 1448 te Gent Drievoudige motief voor bestaan De Fonteine: 1) Zorgen voor recreatie en aangenaam tijdverdrijf (als wapen tgn melancholie en luiheid) 2) Aanbidding en verering bevorderen vd Heilige Drievuldigheid (religie) 3) Zodat er ook een Gezelschap in Gent bestaat Eerste RRK die over officile statuten beschikt verlenen kerkelijk-liturgische verankering een stevige juridische basis en een officile maatschappelijk status Funstioneerde als een gilde met periodiek te verkiezen bestuur, blazoen*, gildekleed*, deken*, bode* en klerk * Blazoen: vlag met afbeelding en spreuk * gildekleed: kleed die gedragen werd door gilde. Elk gilde had eigen gildekleed (identificatie) * deken: of hoofdlieden (kerkelijken) * bode: of chaep * klerk: schrijver

Lid worden : wie bederven was met const (kunnen dichten) + jaarlijks bijdrage (lidgeld) + reglement respecteren Kunst= kwestie van techniek en conventies Beoogde en beoefende vermaak: zingen en musiceren, toneelspelen, gedichten maken en voortdragen Veel financile verplichtingen mikken van beter gesitueerde burger Literatuur met hoog aanzien: refrein, acrostichon, retrograde, ketendicht, schaakbord druk oefenen dichtvormen die hoge technische vaardigheid vereisen Streven naar culturele zelfontwikkeling vd leden (via scheidingslijn beschraafden en onbeschaafden: wij die kunnen dichten en de anderen Waarmee hangt evolutie naar burgerlijkheid samen? met de groei vd steden onstond burgerij Beschavingsideologie: als officieel erkende instituten nemen RR organisaties op zich waar het moraliserend en didactische blijft. (vb literatuur, toneel, allerlei festiviteiten, spektakels) Nl. moraliserend en didactisch optreden Aanzien en macht groeit ontsnappen aan controle vd vorsten doordat RR: intellectuelen die streven naar vrijheid v denken (pol., maatsch., rel. gebied) !! vrijheid denken religieus gebied komt tot uiting tav ideen Luther & andere prot. denkers Maatschappelijk, politiek en religieus zeer invloedrijk belangrijke opinirings- en beschavingsinstituten (= mensen opvoeden)

HISTORISCHE ACHTERGROND: NEDERLANDEN

16e E

16e E: bloeiende periode 1477: Maximiliaan I van Oostenrijk (Sp.) x Maria van Bourgondi (Ned.) Wordt opgevolgd door In 1515 dr kleinzoon Karel V Rooms keizer Koning van Sp. Heer vd Ned. Antwerpen: economische bloei in textiel Boekdrukkunst (Christoffel Plantyn) Godsdienstige vernieuwingen (Reformatie hervorming katholicisme nieuwe religies) Luther (Du.): 95 stellingen aan kerkdeur Wittenberg protest tgn winstgevende aflatenhandel en rijkdom Kerk 1517: symbolische start protestantisme Karel V (kath) >< reformisten (prot) brandstapel Verschillende stromingen Calvinisten : sobere erediensten, afgodenbeelden in Room-kath Ker (God niet afgebeeld) Humanisme : Erasmus met Lof der Zotheid (satire op mistoestanden in samenleving en kerk) mens staat centraal; Erasmus gaat lachen met pastoren Eind 16e E: crisis Economische problemen (misoogsten, lage lonen...) Nieuwe religieuze stromingen zich afkeren van katholicisme = afkeren van bestaande orde Protestanten worden achtervolgd dr Sp (want Sp katholiek) Nederlanders tegen absolute regering en hun eenheidsstreven Absolute regering: Kerk en staat samen m8; Nederlanders willen scheiding der m8en Afstand tss Nederlanden en Filips II w te groot 1555: Filips II (zoon Karel V) stelt halfzus Marghareta van Parma aan als landvoogdes over de Ned. 1555: Edelen (=protestanten=ketters) roepen de hulp van Margaretha van Parma tgn kettervervolgingen Ketters noemden zichzelf Gueux (=bedelaar) = eretitel geuzen: verzetstrijders tegen Spanjaarden Tegen verplichte katholicisme

1566 Beeldenstorm: = Rooms-Katholieke eigendommen (heilige beelden) werden vernield Koning Filips II stuurt Spaanse leger onder leiding van Hertog van Alva = te laat (1567) Ontstaan Raad van Beroerte = Bloedraad (vanwege vele terechtstellingen) Rebellen straffen en mensen (ketters) tegen Spanje (katholicisme) uitroeien 1568: Willem van Oranje (Willem de Zwijger; stadshouder Ned.) Vader des vaderland genoemd; hij heeft gestreden vr Verenigd Ned. (1 natie van Z&N-Ned.) 25 jaar later heeft WvO 7 provincies verenigd grondlegger idee vereniging Ned. Wilem van Oranje: bezetting van Brabant ontstaan 80-jarige oorlog REDEN 80-j-oorlog? Eenheidsstreven (Kerk+Staat) Maximiliian, Karel V, Filips II (VOOR) Willem vO, zoon Maurits (TEGEN) 1568: - begin opstand tgn Sp. Gezag (leider: Willem vOranje) - in Bxl liet Alva Egmond en Hoorne (medestanders WvO) executeren - WvO: verschillende keren opstanden tgn Alva geleid 3e keer: 1572: succes dr steun vd Franse Hugenoten (Calvinisten) + watergeuzen 1572: Wilhelmus: Religieus-Politieke propagandalied Verdedigde leiderschap van Willem van Oranje 1585: Val van Antwerpen (intellectuelen naar N-Ned (gouden eeuw in N-Ned) en stilstaan Z-Ned) Sp verovert Antwerpenn maar N-Ned. sluit Schelde af (geen in-/uitvoereconomisch slecht) Definitieve scheiding Ned. Geloof scheidt N (7) en Z (10 provincies) Massale emmigratie ZN van - gekwalificeerde ambachtslui - kooplui - intellectuelen - kunstenaars (Bredero, P.C. Hooft, Vondel) 1588: Onafhankelijkheid vd Republiek der Verenigde Nederlanden (N-Ned) (Johan van Oldenbarnevelt = stadshouder en Calvinist) 1648: einde 80-jarige oorlog met Vrede van Mnster bevestigde onafhankelijkheid N-Ned

PROTESTANTISME Leer Orthodoxe protestantisme, ivm verschillen met Rooms-katholieke Kerk Vijf Latijnse uitspraken Vijf solas (tijdens Reformatie geformuleerd om protestants-gereformeerde geloof samen te vatten Sola = alleen maar Vijf Solas Sola Gratia (Alleen door genade) Sola fide (Alleen door geloof) Sola scriptura (Alleen door de Bijbel) Protestantisme Redding enkel dr vergeving door God Rechtvaardiging (zondeloos worden vr God) enkel door geloof Bijbel is woord van God en toegankelijk voor iedereen (iedereen kan Bijbel lezen en interpreteren) Christus is enige tsspersoon tss Katholicisme Redding door verdienste zondaar(mens); door te biechten Rechtvaardiging door geloof EN goede werken Bijbel enkel toegankelijk voor Paus en Bisschoppen tijdens kerkelijk overleg Andere heiligen dan Christus.

Solus Christus

(Alleen Christus; soms Solo Christo, Alleen door Christus) Soli Deo Gloria (Alle eer is alleen aan God)

mens en God. Maria, heiligen, priesters kunnen niet als tsspersoon dienen of redding brengen Alle eer aan God. Goede komt enkel dr God, niet mens. Redding enkel mogelijk door God, kruising v Christus en het geven van geloof (door God aan mens).

Andere Goden vereren. Heiligen, functies van de priester, Maria worden als tsspersoon gezien. Eer komt dr mens. Ze moeten het goede doen.

DE GEUZEUNLIEDEREN: EEN LITERAIRE OPSTAND Aanvankelijk waren dat pamfletten (stukken losse blaadjes) en voor weinig geld verkocht Later: gebundeld Inhoud: verzet tgn Sp bewind in 16e E Soorten: - chroniekachtige verzetliederen : <historielied (kroniek: verhaal/boek met chronologisch geordende gedenkwaardige feiten) - spotliederen : tegen Sp en Rome - triomfliederen : over successen van opstanden - propagandaliederen: om reclame te maken; volk winnen voor protestantisme en om tegen Sp te vechten Oudste bewaarde verzameling: Een nieu Geusen Lieden Boecxken (1581) Formeel: - verwantschapmet Rrskunst (rethoriek extraordinaire) - meeste liederen zijn anoniem (kenmerk MEse RR) Oudste bekende: Wilhelmus van Nassau (nationale hymne v Ned.) volkslied over WvO bedankt goede leider tgn Sp invasie

Inleiding Bij oorlog horen strijdliederen: liederen de mensen samen konden zingen om groepsgevoel te vertsterken. Ook geuzen hadden strijdliederen: geuzenliederen. Bekendste geuzenlied: Het Wilhelmus verwijst nr Wilem van Oranje / Naussau = Willem de Zwijger triomflied voor WvO Later nationale hymne vh Koninkrijk Nederland kwam tot stand in periode 1568 1572 (vroeg in 80-j oorlog) overgeleverd in liedverzameling: Een nieu Geusen Liede Boecxken (1581) tegenwoordig vooral strofe 1 en 6 gezongen

Het Wilhelmus

( politiek en religieus conflict)

= nationale hymne : Hedendaagse tekst van de eerste en zesde strofe

Beginletters van alle strofen: Willem Van Nassau Naamdicht / Acrostichon WvO is steeds trouw gebleven aan Sp, maar kwam in opstand tegen Hertog Alva (leider Sp leger) Maar Hertog Alva in naam gekomen van Sp koning Filips II historisch gezien wie tegen Alva is tgn Sp. In 7e strofe vraagt WvO Gods hulp hem te beschermen, dat zijn tgnstanders hun handen niet zouden wassen met Willems onschuldig bloed. Want hij was vogelvrij verklaart. In 8e strofe wordt gealludeerd op zekere David. Hij was de eerste koning van Isrel. De schrijver probeert sympathie te halen vr WvO als een kleine sympathieke die het opneemt tgn reus (Sp) In 13e strofe vraagt WvO dat God bekend zou maken dat WvO onschuldig was, want koning v Sp had WvO van verraad beschuldigd/beticht In 10e strofe zat WvO dwars. Het doet WvO verdriet dat Alva en zijn leger Ned. verwoest. Dus eigenlijk maakt Alva het land (Ned) van koning van Sp (Filips II) kapot, en is dus Alva de slechte, en niet WvO. CONTRAFACT: melodien werden gerecycleerd; nieuw tekst op reeds bestaande melodie Ook het Wilhelmus zelf was een tegenlied. De melodie waarop het geschreven werd, was die van Chartres, een spotlied tegen de protestanten in Frankrijk. Dat lied werd door de schrijver van het Wilhelmus omgezet in een triomflied ter ere van de Nederlandse protestanten, in de persoon van Willem van Oranje.

Gedicht: Joost van de Vonde (1625?) Geuse-vesper of Siecken-troost voor de vierentwintigh

Geuse: protestantse ; vesper: katholieke avonddienst kan niet echt! Ziekentroost voor de 24 24 rechters hebben Johan Van Oldenbarnevelt veroordeelt tot dood Joost van den Vondel gaat gedicht maken om rechters te laten inzien dat JVO onschuldig beschuldigd is geweest Inhoud: Strofe 1: Johan Van Oldenbarnevelt heeft Ned. onder hart gedragen, als eigen kind levenslang voor gezorgd wrm dood? En ook nog zijn geld afgepakt? Stank voor dank! Strofe 2: JVO was al heel oud (80j) en werd van verraad beschuldigd want hij heeft zich zogezegd laten omkopen, maar er werden geen bewijzen gevonden (geen Pistoletten (Sp geld) gevonden). Hij werd van verraad beschuldigd zodat volk aan kant vd rechters, en niet meer aan die van JVO Strofe 3: de gierigheid van de rechters (JVOs geld afnemen) Wreedheid van Prins Maurits (zoon WvO) (wreed wegens verraad) Joost van den Vondel (1619, dichter) spreekt in name van 24 rechters: wij hebben berouw, dit wouden we niet Strofe 4: Rechters kunnen troost en heil zoeken waar ze willen (heiligen, Dortrecht) , ze zullen het nooit vinden, want de moord op JVO is gepleegd en God zal ze straffen. Strofe 5: Zijt gij ook zo n vd 24 rechters gestorven precies vroeging (van loontje, boontje) De worm knaagt het hart. Worm staat voor spijt, vroeging en berouw Maak uw handen niet vuil aan haat Haat gaat niet weg door moord Scheld geen heiligen, braven, vrome mensen uit voor verraad MORAAL: Wees niet als de rechters, beschuldig geen vrome mensen want dan krijg je spijt, en spijt komt na de zonde Rijmschema: gekruisde ruim, omarmde rijm, gepaard rijm + hele 1e strofe Retorische vragen: men verwacht geen antwoord op de vraag Verpersoonlijking: zaken en dieren krijgen menselijke kenmerken Vbn metafoor: worm: spijt die aan zijn hart knaagt MAAR te laat: moord gepleegd

VERLIEFD OP DE LIEFDE Hoofse Minnelyriek 12e E

11e 13e E: - troubadours/minnedichter maken Occitaanse cultuur bekend in heel Eur - hoofdthema: hoofse pozie; de minne; liefde - Alle aandacht gaat nr onvervulbaarheid vh minneverlangen Hoofse liefde is gebonden aan conventies/regels: - onderdanigheid en dienstbaarheid - wachten, de vrouw laten beslissen - lichamelijk contact = taboe - in gesloten ruimte - onvervulbaarheid verlangens Willem IX Van Aquitani (1071-1127) Opnieuw aanschouwen wij Vrouw staat centraal Hoofse minne is gebonden aan conventies (regels en strenge wetten Willem VA hoofse houding (afwachten, respecteren, geduld, vrouw dienen, zichzelf vernederen, niet vrlangen) vrouw neemt initiatief Man altijd snakken zonder iets te krijgen, grillig lot, onbereikbaarheid (Hoofse minne in gesloten tuin) Vrouw staat op voetstuk Hertog Jan I Van Brabant Eens meien morgens vroeg* Vrouw : lichamelijke schoonheid (wel gedaan, schone kruid, maagdekens fijn) Spontane gevoelens uiten Onmiddellijk toetasten parodie op hoofse minne Vrouw zou initiatief moeten nemen, maar Jan neemt initiatief en wordt gestraft krijgt niets Man wordt afgewezen (kus) (open veld Zie Beatrijs) Vrouw staat op voetstuk

* Eens meien morgens vroeg: - meilied : in mei = seizoen vd liefde liefdeslied - wachtlied: harba lori fa= lied om minnaars te verwittigen dat morgen aanbreekt (want hoofse liefde werd nooit gezien; verstoppen)

Zakelijke Teksten Verleiden en verlokken: Aanstaren (3 korte blikken) Blik langer vasthouden Met ogen knipperen Haar naar achter zwieren (bewijs jonge lftd) Lippen tuiten of natmaken Glimlach Moeten ingetogen zijn (hard to get spelen) Verleiden = spel van beheersing Vrouw neemt initiatief!!! (NU+ME) Masterflirt: de man wil ook wel wat Vrouwen zijn op zoek nr vervangvader Verleiden = spel van beheersing Man verdwijnt langzaam uit maatschappij, uit leven vd vrouw, uit gezin. Mannenberoepen zijn vervrouwelijkt + ontstaan spermabanken Metroseksueel: hetero, gevoelig, goed opgeleid, veel aandacht vr uiterlijk en lichaam Behoefte aan re-emancipatie: terugvinden mannelijkheid, weg met metroseksuelen en watjes, man opnieuw leiding

SCHEIDEN DOET LEIDEN elkaar graag zien maar niet bij elkaar kunnen zijn

Gedicht ME : Gequetst ben ic van binnen 8 verzen Liefdesverdriet Herkenbaar gedicht iedereen zou dit geschreven kunnen hebben

Vergelijkingstabel : Hero & Leander, Tristan & Isolde, Lancelot & Guinevere, van twee conincskinderen Tristan en Isolde Genre Thema + uitwerking Thema: onmogelijke liefde Keltische sage Isolde aan koning Mark Verboden liefde Lancelot en Guinevere Arthurroman Guinevere aan koning Arthur Vrouwen steeds Hero en Leander Griekse sage Hero aan God beloofd aan iem. beloofd Van twee conincskinderen MEse ballade

Isolde leidt haar geliefde niet

Hero leidt haar geliefde met fakkel

Vrouw leidt haar geliefde met 3 kaarsen

Opvallend motief

Water Ook hierdoor is de (tragedie)

Water liefde onmogelijk

Water water leidt tot

Water dood geliefden

Afloop

Held sterft Vrouw sterft geen zelfmoord liefdesverdriet

Held sterft (fakkel gedoofd door wind) Vrouw sterft door zelfmoord

Held sterft (guene blaast kaarsen uit) Vrouw sterft door zelfmoord Oude guene die kaarsen uitblaast

Nevenpersonages Jaloerse oude slechte vrouw gaf toverdrank onheil

Volksballade: Vertellend lied met korte strofes over tragische gebeurtenis. Speelt in een ridderlijk of adelijk milieu. Alleen de dramatische hoogtepunten worden verteld. Kleine rol voor de verteller. Ruimte voor dialoog Vb: Van twee conincskinderen, de Heer Halewijn ( hij lokt maagden) Mystieke minne= lijden bij liefde Natureingang= sfeerbeeld uit de natuur om mee te beginnen Motief= kleinste betekenisvolle dragend element die steeds weerkeert en die naar het thema leidt.

Zoeken naar Eileen 1981 2 geliefden. Eileen en Kevin, werden gescheiden wegens geloof (kath en prot). Ook ander verliefd. queeste naar Kevin, maar vindt hem niet terug

De vriendtschap van u oogen, de wellust van u mondt 17e E: Gouden Eeuw in Noordelijke Nederlanden (Vondel, P.C. Hooft, Bredero, C. Huygens) ME Anonieme werken (God belangrijker) ; gemeenschapskunst Translatie (= vertalen van erkende meesterwerken en zo in contact komen met de ideenwereld van anderen. Ook om nationale taal op te bouwen en te beschaven) Theocentrisme (God centraal) Memento morti (leven om dood te gaan) REN Individualisme (invloed REN : individu w belangrijk en dus meer werken benaamd) Grijpen naar KO imitatio (imiteren) aemulatio (verbeteren) creatio (creeren) Antropocentrisme (mens, kunst centraal) Capre diem (genieten vd dag)

Pieter Cornelis Hooft (1581-1647) Sal nemmermeer gebeuren (8 januari 1605) Thema: afscheid en onmogelijke liefde Inhoud: Strofe 1 6 : vraagt zich af of het echt gedaan is Vb. Eerste 3 strofen: eindigt met vragen (RETORISCHE VRAGEN) Strofe 4 : kernwoord letstar = leidster / leidende ster hij is zijn steun, toeverlaat kwijt Strofe 5 : - geschreven uit standpunt van u - de achterblijvende is alles kwijt - reactie: verdrietig, tranen emoties uiten Strofe 6 : Tranen maken het lijden lichter zijn troosten zijn gemoed Strofe 7 14 : - mythologisch tafereel: Godin Venus heeft zijn tranen opgenomen en ze worden parels, maar ze behouden hun wenende kracht. Venus doet dit, omdat ze een Godin is en dus geen emoties kan uiten maar deze parels wel, dus hangt ze de parels aan haar oren. Conclusie: Contrafact: op de wijze: ... 2 delen: - het zuivere menselijke, een difintief afscheid tss ik en jij - mythologisch tafereel waarin Venus de tranen opvangt Vermoedelijk autobiografisch (=gaat over auteur zelf) Metamorfosegedicht: tranen worden in rozenblad opgevangen en worden parels: Iets vloeibaars vast menselijks goddelijk vergaanbaar tijdloos renaissancegedicht: herleven KO: mythologische figuur Venus

Gebrand Adriansz. Bredero (1585 1618) Bredero: - Amsterdamse redenrijker + schilder + schrijver ( oog vr detail) - Schildersopleiding maar ontwikkelt zich vooral tot dichter en toneelschrijver. - Gedichten : vorm in de traditie vd RR - niet zo chique schrijft over boerenmens Boeren-geselschap Vorm: Enjambement (doorlopende zinnen) Rijmstrusctuur: zelden eindrijm Interpunctie: bijna geen saai en beschrijvend effect Inhoud: 6 mannen op stap: - gansrijden (te paard, hoofd ve opgehangen gans aftrekken met hand) - mooie kleren - meisjes met gordel met nuttige gereedschap (naaigerief) - gokspelen (gedobbelt, gekanst) Kermis/feest met beschrijving van feestgangers: bijnamen met kledij met gebruiken Tot uitbarsten ve vechtpartij Hoogtepunt: dodelijk slachtoffer: Veenpuyt Kenmerken: Tam: sleteren, zwerven Typerende namen Realistische beschrijving vd boerenfeesten Houdt van: drinken, vrouwen, dansen en Amsterdam Diep in hart: vlam vurig, passievol.. Dialectisch taal (Amsterdam om zo nog is het volk te kunnen identificeren) Oog voor detail Weglaten van prefix (= voorvoegsel) Besluit: Rederijkerstraditie: moraliserend slot (afstand houden van boerenfeesten want kan uit de hand lopen ( <> beeld Marsman) Dualiteit in gevoelens: moet boerenfeesten vermijden (gevaarlijk) MAAR vindt deze ook charmant: dansen, vrouwen... Houding bredero tgnover Boerenfeesten: neemt afstand, maakt burgers... observant en spot met mens mijn dochter was eigenlijk zo mooi RR is overgangsfiguur tss ME en REN ; overgangsfase van ME naar REN ( terug KO) : - MEse kenmerken: volkslied en refrein met moraliserend slotstrofe geen mythologische verwijzingen taal en inhoud zijn direct - RENse kenmerken: vast metrum rijm alle geknutselden klankenspel zijn kenmerken alliteratie van de REN binnenrijm : aaa(b)ba assonantie

Hendrik Marsman (vitalisme) Breero Inhoud: Volgens Marsman is Bredero een ronddolende stadsfiguur, vrouwenliefhebber en dromer. Hij zoekt troost in kroeg/drank/dans

EMOTIE IN 14 VERZEN : HET SONNET Italiaans (algemeen) Sonnet : Francesco Patrarca ( 1307 1374 ) Petrarca: grondlegger sonnet Sonnet: 2 kwatrijnen octaaf Volta of chute 1e deel: beschrijvend 2e deel: conclusie, bepeinst, betoogt, ridiculiseren, tegensprekend 2 terzines sextet Rijmschema : abba abba cdc dcd abba abba cde cde 11 lettergrepen per versregel Petrarkisme: Petrarca bevloedde de stijl van liefdespozie in de W-EUR literatuur. In Petrarcas liefdessonnetten wordt een gedealisserde maar onbereikbare dame aanbeden; vandaar dat de liefde paradoxaal ervaren wordt als bron van geluk EN als bron van smart. De lichamelijke schoonheid vd beminde wordt conventioneel beschreven (huis blank als sneeuw, lippen rood als rozen) in het kader ve paradijselijk natuurlandschap met symbolische en mythologische referenties. Er bestaat een spanning tss de zintuiglijke liefdesbeleving en een spiritualisering in platonische zin. Francesco Petrarca (1307-1374) Sonnet CCXLVI Beelden uit natuur om geliefde te verheerlijken : Laura is centrum - zoete zefier (westenwind) draait rond haar heen - vergelijking roos met doornen - vergelijking ondergaande zon zet wereld in gloed (zonder haar: verduistering) Vrouw is verheven (hoog gezet), onbereikbaar, medogenloos Man is smachtend, stotterend, smekend MEse hoofse minnelyriek

Frans Sonnet: Pierre Ronsard ( 1524 1585 ) Sonnet: 2 kwatrijnen octaaf Volta of chute 2 terzines sextet Rijmschema: abba abba ccd ede abba abba ccd eed 12 lettergrepen per versregel Jambische alexandrijn = 6 x jambe (onbeklemtoond vervolgd dr beklemtoond lettergreep) Vbn: Vondel, Hooft, Bredero Pierre Ronsard (1524 1585) Sonnet pour Hlne Drieledige structuur: 1) Vers 1 6 : toekomst + gij

2) Vers 7 10 : ic (Ronsard) 3) Vers 11 14 : opnieuw gij REN kenmerken: - sterk en onvoorwaardelijk zelfbewustzijn: dichter weet waar zijn naam voor staat individualisme - Carpe diemmotief : leef vandaag!

Engels Sonnet: William Shakespeare ( 1564 1616 ) Sonnet: 3 kwatrijnen (3 x 4) omarmend rijm 1 distichon (=couplet) (1 x 2) gepaard rijm met pointe Rijmschema: abab cdcd efef gg 10 lettergrepen per versregel Jambische pentameter = 5 x jambe (onbeklemtoond vervolgd dr beklemtoond lettergreep)

William Shakespeare ( 1564 1616 ) Sonnet CXXX Vorm verschillend van klassiek patroon (Petrarca + Ronsard) : 2 kwatrijnen + 2 terzines Shakespeare: 3 kwatrijnen + 1 distichon (gekruist rijm)

Stijlkenmerken Oxymoron een puntig (Grieks: oxus = scherp) gezegde door zijn eigenaardige (moros = gek, dwaas) tegestelling Vb. - spreken door te zwijgen - schitteren door afwezigheid Paradox een uitspraak die op het eerste gezicht een tegenstrijdigheid bevat (bv. sterven om te leven) Personificatie levenloze dingen worden als menselijke wezens voorgesteld of krijgen er eigenschappen van toebedeeld Retorische vraag: onechte vraag; de spreker of schrijver verlangt geen atnwoord, maar wil zijn publiek aan het nadenken zetten Personificatie De voorstelling van een zaak of een begrip als een persoon. Vb. De vrede komt tot u'. Chiasme figuur waarbij twee paren van woorden of woordgroepen in kruis gesteld worden, zodat 1 correspondeert met 4 en 2 let 3. Vb. Je kunt een kind wel uit de oorlog halen, maar hoe haal je de oorlog uit een kind? Epitheton ornans: geeft een vast en algemeen kenmerk of eigenschap van het substantief Vb. de snelvoetige Achilles Enjambement een versregel worst afgebroken op een plaats waar geen natuurlijke pauze is in de zin. Vb. (uit een gedicht van Herman Gorter): Ze had een vaart genomen en was afgesprongen van de rotsen... Drieslag Het getal drie speelt een grote rol in de retorica. Zo heeft een betoog drie fasen: koprompstaart en valt het gebruik van drie argumenten aan te bevelen. Drie is een hoeveelheid die beklijft. Vandaar dat de stijlfiguur van de drieslag zeer effectief is. Vb. - veni, vidi, vici - geloof,hoop en liefde - vrijheid, gelijkheid en broederschap

Metafoor

Tautologie

Pleonasme

Paradox

Eufemisme

Litotes

Alliteratie Assonantie

In een metafoor noem je iets rechtstreeks bij een andere naam. Je vergelijkt zodoende hetgeen je echt bedoeld met hoe je het noemt. Vb. - Julia en Sara zijn engeltjes. - De regering ligt onder vuur. Een begrip wordt herhaald met een ander woord dat (ongeveer) dezelfde betekenis heeft. Allebei de woorden zijn van dezelfde woordsoort. Tautologie wordt als een stijlfout gezien als er sprake is van slordigheid. Vb. - Eenzaam en alleen - Gratis en voor niets - In vuur en vlam Een vanzelfsprekend kenmerk van een ding of begrip wordt herhaald. Bij het pleonasme zijn de woorden of begrippen van twee verschillende woordsoorten. Ook slordige pleonasmen zien we als stijlfout. Vb. - Een ronde cirkel - Uitstellen tot later - Hij daalde de trap af naar beneden Een paradox is een schijnbare tegenspraak. Er lijkt iets niet te kloppen, maar als je beter leest blijkt er toch goed geformuleerd te zijn. Vb. - Hoe naakter de mens, hoe meer hij in zijn hemd staat. - Wie in vrede wil leven, moet zichzelf vaak geweld aandoen. - De mens wordt vrij geboren, maar is alom geketend. (J.J. Rousseau) Een term die te cru of te hard klinkt, wordt door een andere minder directe term vervangen. Meestal worden eufemismen gebruikt uit angst iets bij de juiste naam te noemen. Ook deze stijlfiguur gaat vaak gepaard met ironie. Vb. - ombuigingen (ingrijpende bezuinigingen) - vredesmacht (interventieleger) Een speciale vorm van understatement. Hierbij wordt iets sterk benadrukt door het tegenovergestelde te ontkennen. Vb. - Dat is helemaal niet gek bedacht.(uitstekend idee) - Heer, niet onbemiddeld, zoekt kennismaking met(welgestelde heer) beginmedeklinkers van twee of meerdere beklemtoonde lettergrepen of woorden Vb. Zachte zoetigheid Rijm waarbij de klankovereenkomst alleen de klinkers en niet de medeklinkers betreft Vb. Bomen en rozen

Het Sonnet in de Nederlanden Jan van der Noot ( 1535 1595 ) En ist de liefde niet, wat ist dan dat mij quelt? (1570) Over liefde en de vele paradoxale, tgnstrijdige gevoelens en gewaarwordingen Stijlfiguren: - Oxymoron + chiasme : combinatie van 2 tgnstrijdige begrippen vreucht van pynen vol, pyne vol vreucht - Paradox : schijnbare tgnstelling, maar toch juist geformuleerd goede en zoete liefde is tgnlijk hard - Personificatie : iets een menselijk kenmerk geven aanspreking vd liefde heeft veel macht over ik-figuur - Retorische vraag : mededeling in vorm van vraag ; geen antwoord op vraag verwacht Er zijn 7 vragen in sonnet Samengestelde zinnen - in bijzin de voorwaarde vermeld - in de hoofdzin de vraag

Vb. Als het de liefde wl is, wat kan die liefde dan wel zijn? Vorm: - octaaf hoe is het mogelijk dat liefde zon paradoxale ervaring levert (vreugde + droefig) - Volta - sextet ik-figuur spreekt liefde zelf aan en tracht zijn ziekte nader te omschrijven - slotvers conclusie: streven nr vrijheid (in liefde) en tegelijk zoekt hij zich te binden aan een geliefde Pieter Cornelis Hooft ( 1581 1647 ) Sonnet (op 17 februari 1610) Stijlfiguren: - Personificatie: heel het gedicht door w de tijd als persoon gehouden en dus verpersoonlijkt - Oxymoron: Geswinde grijsart - Chiasme: verslockt verteert keert stort kruisstelling, ook op niveau van e/o-vocalen - Epitheton ornans: onachterhaelbre Tijdt - Enjambement - Alliteratie: wackre wiecken - Assonantie: nae laet Rijmschema: abba abba cdd edd Vorm: - octaaf: 1 lange, samengestelde zin - sextet: traagheid w op ik-figuur betrokken (ik omschrijft hoe het de tijd ervaart) sextet concretiseert de algemene situatie die in het octaaf w beschreven juist volgens theorie van het sonnet (waar sextet de algemene stelling vh octaaf concretiseren of tgnspreken - einde sonnet: POINTE: woordspelling verlangen (=verlengen) tegenstelling lang/kort (eymologie) Gebrand Adriaensz. Bredero ( 1585 1618 ) Vroegh in den dageraedt Tafereel : huiselijk: meisje die haar haar kamt aan de achterdeur vroeg in de ochtend Keuze woordenschat : dubbelzinnig / dubbele interpretatie (beschrijving meisje of natuur?) meisje maakt deel uit vd natuur ( dubbelzinnig register) Vb. Gouden blonde tros haardos meisje of stralenkrans zon? Personificatie : winden (beven), kam (gelukkig) Bredero ook schilder oog vr detail, kleur Poticaal trekje: Bredero komt in sonnet uit vr zijn kunstopvatting: Kunst moet natuurlijk zijn, want natuurlijk mooie overtreft het kunstmatige mooie. Bredero verbindt het artificile en het natuurlijke en laat het natuurlijke primeren CONTRADICTORISCH: Bredero zingt zijn voorkeur vr het sonnet (slotvers) uit in een sonnet, n vd meest kunstmatige tekstsoorten. Hij schrijft conventioneel. MAAR rijmschema wijkt af vh klassieke type!

ROMANTIEK

( 1800 1880 )

De romantiek is ca. 1800 ontstaan als reactie op een maatschappij waarin het verstand, de rede centraal stond (CLAS en VERL) Het optimisme vd Verlichting beantwoordde niet ad werkelijkheid. Men wil nu naar een cultuur waarin het gevoel en de fantasie het middelpunt zijn. De kunstenaars zijn niet tevreden over de wereld zoals hij is en ook niet over zichzelf : ze lijden onder permanente onvolmaaktheid vh bestaan. Daarom vluchten ze : in de droom, fantasie, natuur, herosche verleden, toekomst, godsdienst, humer, dood, jeugd... De nationalistische literatuur steekt de kop op (verheerlijking herosche verleden vh land)

Wat is romantiek? Romantiek is een kunststroming met een overwicht vh gevoel op de rede en vh individu op de gemeenschap, ontstaan id 18e E als reactie vd kunstenaars op een aantal historische toestanden: - centralisme van Napeleon (lokt nationalisme uit) - ontstaan landen (volkeren grenzen taalstrijd - internationaal karakter v kunst (communicatiemogelijkheden) Kenmerken: De romantische mens is een individualist - in uitzicht: baard, kledij - in opvatting over kunst, godsd, vaderland, taal... - ik en beleving staan centraal - zelfanalyse Nadruk op gevoel: - melancholie, droefgeestigheid, mijmerig - onvervulde verlangens Gevoel van onvrede met de gewone werkelijkheid Romantische mens revolteert tegen de maatschappij - tegen wetten en conventies, tegen beschaving en cultuur Romantische mens wil vluchten / ontsnappen uit werkelijkheid - vlucht in verleden : historische romans, sprookjes en legendes - vlucht in bovennatuurlijke : gothic novel, griezelverhalen - vlucht in natuur : het ongerepte - vlucht in dood : zelfvergiftiging, zelfmoord - vlucht in religieuze : sektes, parapsychologie, mythen - vlucht in humor : romantische ironie (Piet Paaltjens) Kunst = middel om ervaringen uitdrukken ; persoonlijke expressie Niet volgens traditie, maar originaliteit telt Weltschmerz : lijden in deze wereld voelt zich niet thuis ih leven, niet gelukkig met zichzelf Fantasie belangrijk Focus op emoties Kunstenaar = genie

Piet Paaltjens (19e E) Vlaamse dichter Romanticus Heeft verdriet want hij ziet het verschil tss wat onze wensen zijn en wat het is Romantische ironie : vlucht uit harde realiteit dmv HUMOR - wrange ironie, dubbel gevoel - romantisch met grimmig kantje Vb. Aan Rika, Immortellen, De zelfmoordenaar hangt zichzelf op ; jong paar ligt onder boom humoristisch gebracht : - vrijend paar ; laars die naar beneden valt - om ernstige zaken te vermilden

Guido Gezelle ( 1830 1899) West-Vlaming ; pote ; vond eigen taal mooi genoeg om in te dichten Was een symbolist, impressionist, romanticus 1854 : priester gewijd en leraar benoemd (1854) aan kleine seminarie te Roeselare Romanticus: schiep als leraar een sfeer v religieus, potisch en Vlaams-nationaal idealisme Pozie: spontaan, verfijnd, in gewesttaal van W-VL, dus: spel v woord, ritme, rijm en beeld

Anti-conventionele opvattingen als leraar overplaatsing van Roeselare nr Brugge speciale band met lln Eugne van Oye (dokter + dichter) Gedichten: - eerst : ROMANTIEK : genspireerd door lln - dan : IMPRESSIONIST : natuurgedichten - later : hoogtepunt van zijn impressionistische pozie Ook: religieuze gedichten experimenteert met posie pure = klank en ritme belangrijker dan betekenis Sterft in 1899 in Brugge Guido Gezelle ( 1830 1899 ) Een bonke keerzen kind (zomer 1858) Inhoud: - gevoelens van dankbaarheid om de vruchten vd zomer ; bedankt God - opgedragen aan Eugne van Oye, hem bedanken vr goede momenten Formele kenmerken: Vorm: - langgerekt - geen strofen - ononderbroken - vertikaal een naar God (=schepper) opstijgende dank Klank: - velaire vocalen (o/u) zwaarte vh fruit - schuringselementen / fricatieven (s/z) om de weelde, overdaad vd kerzen te suggeren Vrij vers: - geen vast metrum / rijm ( lengte = onbepaald ) - geen eindrijm Posie Pure: nadruk klank en ritme Stijlkenmerken: - Parrallellisme : (in syntactisch opzicht gelijk lopen) Synoniem parallellisme: die ze gemaakt heeft die ze deed worden dank om licht en leven dank om lucht en leven Antithetisch parallellisme: volzoet vol zuur Climactisch parallellisme: dank om licht en leven, dank om de lucht en licht, en het zien en horen, en AL! Varirende herhaling: daar is Hij, daar is God den Heere zij dank Dank zij den Heere - Personificatie : kersen kunnen praten - Alliteratie : zijpelende zap Guido Gezelle ( 1830 1899 ) Dien avond en die rooze (1889) Inhoud : Gekoesterde herinneringen aan samen doorgebrachte momenten Samen geplukte bloemn = gelezen pozie Roos = matierile aanleiding vr dit gedicht (Eugne van Oye gaf Gezelle een roos) indien erotisch, zou dit niet verschenen zijn. Roos benadrukt vriendschapsband Roos is een metafoor voor het gedicht / de tekst Onze zielen weten we zullen elkaar nooit terugzien Vorm: Titel : 2-ledig ; 2 kerngedachten Thema : vriendschap 2 partijen nodig Structuur : 2-ledig : vers 116 en vers 1733 Rijmschema: abab acac adad Rijm: voortdurend afwisseling mannelijk en vrouwelijk rijm Laatste klank benadrukt voorlaatste klank benadrukt

Stijlkenmerken Dubbelvormen en parallellismen benadrukt het wij-zijn (Gezelle en EvO) Guido Gezelle ( 1830 1899 ) Ik misse u (1859) Inhoud : Droefgeestig gevoel van verlatenheid Wanhoop, eenzaamheid Rethorische slotvraag : ik hoop in dood bij geliefde vriend te zijn Vorm : Strofe 1 2 : Gezelle mist EvO (deze moest seminarie verlaten van liberale vader) Strofe 5 6 : Herinnering aan de tijd samen vers 24 25 : Gezelle = priesterronselaar Strofe 7 8 : wanhoop : alleen id dood zullen ze elkaar opnieuw ontmoeten

Mystieke verzen afstappen vriendschap en kijken naar eigen ziel Guido Gezelle ( 1830 1899 ) Als de ziele luistert (1859) Al wat leeft en beweegt in de natuur heeft de mens, tot in het diepst vzijn ziek, iets te zeggen Hoe zacht dit geluid soms ook is, het stilste gefluister kan tot de ziel doordringen Daarvoor is echter luisterbereidheid, openheid en ontvankelijkheid nodig Je moet je openstellen om godschepping te horen Als het stil genoeg is in jezelf, hoor je de bladeren/wind praten teken van God De opgesommde natuurfenomenen zijn ook voetsporen van God Guido Geselle ( 1830 1899 ) Gij badt op enen berg (1862) Wereld die ik-figuur achterna wil, wordt geplaatst tgnover een andere, niet nader genoemde wereld die hij nog niet kan bereiken : de mystieke ruimte waar hij alleen met God aanwezig is Leren bidden God in je hart toelaten en ontmoeten Hij beklimt niet echt een berg hij groeit naar God toe 2 werelden eigen wereld mystieke wereld ( ruimte waar hij alleen met God kan zijn Guido Geselle ( 1830 1899 ) De navond komt zoo stil (1893) De natuurlijke omgeving bij valavond, alleen het geluid vd hemelse nachtegaal. De gewijde stilte en de zingende nachtegaal brengen de ik-figuur dichter bij de Schepper Godsmoment : Het is een tijdelijke en broze ervaring want er is meestal wel een stoorzender ; iets dat verstoord Dankgebed vr de dag Het is stil en rustig om tot God te komen

Gezelles mystieke ruimten:

- onbewoond : onaangeraakt deel vd natuur - bergachtig gedeelte : opgang nr God - lied vd nachtegaal wordt enkel gehoord dr de luisterbereide ziel

Guido Gezelle (1830 1899 ) Een zelfportret in verzen Guido Gezelle ( 1830 1899 ) O dichtergeest 4 periodes in zijn leven : 1) 1e strofe : Roeselare vrienden als inspiratiebron (EvO) 2) 2e strofe : Brugge wachten op inspiratie ; hoe verder leven? Naar Kortrijk dr 3) 3e strofe: Kortrijk hij heeft diepe wonden, hij werd niet verstaan moeiing in politiek e 4) 4 strofe : Kortrijk bloeiperiode : natuurgedichten ; voelde zich btr Hij keert terug naar Brugge in April 1899 en in november 1899 sterft hij te Brugge Guido Gezelle ( 1830 1899 ) Mijn hert is als een blomgewas (1893) Kenmerk romanticus zich niet goed voelen met zichzelf stemmingswisselingen (manisch-depressie) Guido Gezelle ( 1830 1899 ) De slekke (1881) Gerust en ongestoord wereldje in keldertrap >< rusteloez, strijdlustige en onveilige wereld buiten keldertrap mensenwereld

BEELDENSTORMERS VD 19E E

DeNieuwe Gids De Tachtigers

(1885 1893 )

N-Ned.

Groep Vlaamse dichters uit N-Ned. stichten De Nieuwe Gids (tijdschrif) omdat ze in de oude niet mochten toetreden O.a. Willem Kloos, Herman Gorter, Henry van de Velde, Albert Verwey, Jacques Perk Vorm belangrijker dan inhoud Jacques Perks sonnetten zijn gebeeldhouwd vormbesef Impressionisme : pozie mag bestaan om pozie zelf (zintuigelijk) Romantische ziel : de ik komt vaak voor Letterkunde : geen moraal meer, maar lart pour lart Romankunst : naturalisme Individualisme, originaliteit : Kunst is de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie Aansluiting bij internationale literatuur Vormcultus primeert Vinden veel nieuwe woorden uit neologismen De Nieuwe Gids is beperkter dan Van Nu en Straks (zie bij kenmerken Van Nu en Straks) Vonden wat Gezelle deed goed, waren het niet eens met anderen Schoonheidsideaal / estheticisme Posie Pure : kunst om kunst ; vorm en inhoud= 1 (vs. Rethoriek) Hun bezwaren : - Inhoud vd toenmalige literatuur : te moralistisch Brave pozie van priester Lijkt op religieus gepreek - Stijl van de toenmalige literatuur : niets persoonlijks Ver vh alledaags Nederlands Boekentaal Ractie vd tachtigers: Zels een nieuwe literatuur scheppen De oude literatuur belachelijk maken (dr parodien en kritieken) DOEL kunst : schoonheid scheppen (zonder ethiek en moraal) De Nieuwe Gidsers willen lezer op kunstzinnige manier amuseren, vermaken (lart pour lart)

Citaten: - Ik ben een God in t diepste van mijn gedachten, en zit in t binnenst van mijn ziel ten troon. (Willem Kloos) - Kunst is de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie. (W. Kloos) - The artist is the creator of beautiful things. (Oscar Wilde) O. Wilde en W. Kloos : uitspraken liggen niet ver van elkaar beschouwen zich als een schepper, als God een dichter heeft goddelijke functie Herman Gorter ( 1864 1927 ) Mei : Zang I : Een nieuwe lente, een nieuw geluid Mei is een episch gedicht Impressionist Hoe Gorter zijn pozie en die van zijn voorgangers ziet Gorter wilt breken met wat voordien opgeschreven werd, opnieuw ontroeren Oude traditionele pozie = Menig moe man ( De Nieuwe Gids wil hiermee breken!) Nieuw periode = Nieuwe lente Vernieuwde pozie = Nieuw geluid bereid mensen op zijn innoverende pozie ; hij rekent op sympathie van oude garde (volk) ; hoopt dat mensen het even graag gaan hebben als vorige Stijlkenmerken: Vergelijking : Als jonge kerzen ; als orgelpijp ; als jonge vogel Homerische (=uitgebreide) vgl : v2-16 Als het gefluit...avondrust Alliteratie : Menig moe man , stille straat Synesthesie : klanken schudden Enjambement : v 17 Jacques Perk ( 1859 1881 ) - Iris Epische natuurdichter Sonnet als individuele expressie Mathilde-krans (hij ontmoette Mathilde Thomas in de Ardennen : natuur en meisje, die al verloofd was, inspireerden hem tot een groot aantal sonnetten) Schoonheidscultus Impressionistisch natuurtafereel Stijlkenmerken: Personificatie : Iris = verpersoonlijke dageraad natuurtafereel : ze is de natuur vd dag (ochtendglore) Paradoxale verwoording : uit de diepte omhoog schijnbare tgnstellingen Alliteratie: zucht vd ziedende zee Oxymoron : tranen lachen ; uit de diepte omhoog Gekruist rijm : Afwisselend mannelijke en vrouwelijke rijm PERK en GORTER : gebruik van allerlei natuurtaferelen + stijlfiguren kenmerken impressionisme emotie : alles gbruiken om hem uit te drukken Willem Kloos ( 1859 1938 ) Ik ben een God in t diepst van mijn gedachten, en zit in t binnenst van mijn ziel ten troon Sonnet! Gevoel van goddelijke functie, machtig, groot De wereld is Gos, hij maakt deel uit van de wereld, dus is hij God Romantiek, impressionisme Meest bekend gedicht van W. Kloos : liefdesgedicht Volta : Ik ben een God >< Ik wil gewoon liefde Hoe machtig ook je kan zijn, wat ben je zonder liefde? ; mens is niets als het niet mag beminnen

Van Nu en Straks De Negentigers

( 1893 1894 ; 1896 1901 )

Vlaanderen

Groep Vlaamse dichters uit Vlaanderen (Gent, Bxl, Antw) ; aanhangers van De Nieuwe Gids O.a. August Vermeylen, Karel van de Woestijne, Stijn Streuvels, Paul Van Ostaijen Karel van de Woestijne en Stijn Streuvels zorgden voor vorm en inhoud vh tijdschrift Impressionisme ; (symbolisme) Tijdschrift stopt en herbegint vaak, omdat productie duur is, en niet iedereen kan het tijdschrift betalen Jong en ambitieus tijdschrift (inspireert zich op de Franstalige Belgische bladen) Wil band met het verleden versterken Wijst nadrukkelijk op het belang vd West-Vlaamse school (Gezelle) Schrijvers streven nr een synthese van individu (kunstenaar) en naar nationaliteit (gemeenschap, Europa) Radicale Vlaamsgezindheid Fin de sicle-gevoel : loomheid, moeheid, leven hun leven passief, pessimistisch, gevoel van overbeschaving, doelloosheid (dood=oplossing), ennui, machteloosheid, Fin de sicle : einde vd eeuw moreel verval, culturele terugval Onstaan van ziekelijk gevoel vr schoonheid, het artificile, onnatuurlijke Gedachtewereld primeert : ze willen openstaan vr elk humane ideologie Volwaardig pluralistisch blad gelovigen, ongelovigen, socialisten, anarchisten, dichters en schilders vullen elkaar aan Van Nu en Straks is ruimer dan De Nieuwe Gids art nouveau / Jungendstil ; schilders, BHK, architecten ruimere orintatie zeer duur : gebruik van verschillende vormen (leer, metaal, letterkunde, BHK) in het tijdschrift nooit meer dan 250 abonnees geteld toch doel bereikt! DOEL : het maatschappelijk denken en de kunst in Vlaanderen grondig vernieuwen vechten vr het Nederlands pluralistisch : vr iedereen voor jonge Vlaamse kunstenaars die nieuwsgierig zijn naar kunst van straks/later en buitenland zelf voorwerp van boek-kunst : materieel aspect is even belangrijk als boodschap binnenin Karel van de Woestijne ( 1878 1929 ) Samen met Guido Gezelle en Paul van Ostaijen grootste Nederlandse dichters rond 20e E Symbolist Erin geslaagd eigen beelden te schppen en een eigen klankexpressie te vinden Decadent / fin-de-sicle-gevoel er ontstaat een ziekelijk gevoel vr schoonheid, het artificile, onnatuurlijke fin de sicle : eind vd eeuw : moreel verval, culturele terugval Karel van de Woestijne (1878 1929 ) Koorts-Deun (1903) Geen sonnet! Symbolistisch gedicht Symboliek : werled buiten regent hij voelt zich triestig Symbolistisch : natuurbeeld : natte herfst = droefheid ik-figuur Klanksymboliek : o , e , oe moeheid, loomheid Decadentie : verwijzen moeheid, loomheid, hulpeloosheid = FIN DE SICLE-GEVOEL Veel stijlkenmerken

Karel van de Woestijne (1878 1929 ) Wijding aan mijn vader KvdW spreekt zijn overleden vader aan KvdW merkt dat hij met de jaren steeds meer op zijn vader begint te lijken KvdW is levensmoe, hij leeft zijn leven passief, hij laat alles gaan Sonnet! (Artificile vorm) : omarmd rijmschema Volta : tussen eerste en tweede kwatrijn : Gij - ik vgl tss KvdW en zijn vader Ritme : langzaam, slepend met enjambementen goed fin-de-sicle-gevoel aantonen Veel adjectieven barokke-stijl : zwaar, moe Impressionistisch trekje : neologismen : handen-beven, zomer-winden, spiegel-rust Symbolistisch : - loomheid : ziet men in de lange klanken o e oe - levensmoeheid : overschillig : waan van dood begeren decandentisme (fin de sicle-mentaliteit : passievie woordkeuze) - zintuigelijke impressie : zomer-winden, wijd-suizend, weiden luistrend verdere betekenis achter die zintuigelijke indrukken. Klanksymboliek e : geweeklaag Symbolisme van spiegelrust en meer - nominaal-zinnen : zinnen zonder pv : met uw zacht spreken, en uw strelende handen-beven In 2e terzine : zo knabbelt mijn leven langzaam verder hij laat zijn leven leven : varen = verlangend naar de dood tot ik na innerlijke bespiegeling tot het inzicht kom dat ik ben zoals jij waart Stijlkenmerken : - Alliteratie : leerde leven, riemen rusten, zoel zomer-winden - Assonantie : strelend hande-beven, avond-zoete water-bloemen, leerde leven - Woordkoppelingen : hande-beven, water-bloemen - Enjambement : v2, v6, v10 Paul van Ostaijen (1896 1928) Flamboyante dandy in een bezette stad - probleemkind : weggestuurd v school - houdt van bruisend nachtleven v Antwerpen - snuift cocane - overtuigende flamingant en activist 1916 : Music-Hall - Ode aan nachtleven in Antwerpen - Nadruk op unanimiteit die heerst in een music-hall : mensen worden n, met elkaar en de muziek una ama : 1 ziel : verbondenheid broederschap tss mensen Futurisme - Futuristisch manifest van Filippo Tommasso in 1909 : - toekomst gebaseerd op geweld, snelheid en dynamisme - technologische ontwikkeling - breken met tradities 1918 : Berlijn - Na betoging tegen kardinaal Mercier moet hij vluchten naar Berlijn - In contact met dadasme en expressionisme - ritmische typografie Paul van Ostaijen : 3 perioden in leven : 1) Unanimistisch / Humanitair expressionisme : broederschap der mensen, hartstochtelijk deelname aan het stadsleven 2) Typografisch expressionisme : schrijven nihilisme, dadasme 3) Organisch expressionisme : zoeken nr absolute lyriek, posie pure

1921 : Berlijn : Bezette stad - PvO schreef in Berlijn Bezette stad : impressies van Antwerpen tijdens WOI - Los van traditionele vorm, van klassieke themas, shokeren - nihilisme 1928 : De feesten van angst en pijn - PvO schreef in Berlijn De feesten van angst en pijn - postuum uitgegeven - verlies in geloof goedheid mens - nieuw begin 1928 - PvO sterft aan tuberculose - ligt begraven in Antwerpen - Eerst grote Vlaamse expressionist in de literatuur - Grote invloed op latere dichters (nl. De Vijftigers : Hanlo, Claus) - Nagelaten gedichten

Cobra De Vijftigers ( 1948 1961 ) Schilders, beeldhouwers, dichters, fotografen, filmers... Kunstenaars uit Copenhagen, Brussel, Amsterdam opgerolde slang als symbool vd bewegingen ( beweging ontstaan in Parijs waar ze het manifest La Cause tait entendue (=de zaak was beklonken) ondertekenen die opgesteld was door Dotremont) Reactie op een verklaring vd Franse surrealisten die La cause est entendue (=de zaak is beklonken) heet. Dotremont maakt in zijn betoog duidelijk dat hij het niet meer eens zijn met de Franse kunstenaars. Cobra-theorien : - niet enkel maken van kunstwerken, ook theorien over kunst en rol vd kunstenaar id maatschappij - gaan uit van hun communistisch leer marxisme, maar vullen diens ideen aan met gedachtegangen over kunst - Hun streven is een kunst voor en vooral ook door iedereen, ongeacht klasse, nationaliteit, kennis- en opleidingsniveau Willen een nieuwe weg inslaan : zonder vooropgezette plan en met veel fantasie werken Cobra-taal : bestaat uit een bepaalde manier van schilderen, een bepaald kleurgebruik en uit een aantal kenmerkende onderwerpen Manier van schilderen: - direct en spontaan - streven nr ongedwongen kunst - grove borsteltreken - kleurrijk (vooral blaux want goedkoper) - dikke lagen verf - proberen met allerlei materialen te werken - geen esthetische perfectie - kindertekeningen / primitief - zetten zich af tgn de regels vd kunstacademie : niet belangrijk om de regels vh perspectief toe te passen nadruk op tastbaarheid en stoffelijkheid Kenmerkende onderwerpen schilderkunst: - dieren zoals vogel, kat, hond, slang - fantasiebeesten / -wezens : combinatie dieren en mensen - inspireren door mythen, kindertekeningen, volkskunst, prehistorie, oosterse kalligrafie, primitieve kunst (negermaskers), tekeningen van geestzieken Verzetten zich tegen saaiheid, passieve maatschappij

Af en toe samenwerken op n doek, n papier, n muur Peinture-mots (=woordschilderingen) : dichters en schilders creeren eveneens geamenlijke werken. Schrift en beeld combineren zij op een vrije manier Pleidooi vr vitaliteit: kracht levendig, dynamiek Wil radicale breuk met traditie en verleden = TABULA RASA Mens moet volledig bevrijd worden uit maatschappij Ook experimentelen genoemd : het experiment staat voorop Literaire productie Kenmerken : - Geen traditionele vormelementen (rijm, metrum, strofes) - Veelvuldig gebruik van beelden : Niet verduidelijkend, maar op zich staand Associatieve beeldkeuze Sterk lichamelijke beelden - Tgnstellingen en verrassende combinaties - poly-interpretabiliteit : woorden / beelden hebben meerdere betekenissen die tegelijk aanwezig zijn - geen taboes, wil volledige leven weergeven - maatschappelijk engagement : De pozie w moeder der politiek en de dichter omroeper van oproer. (Lucebert) zeer moeilijke, complexe gedichten de betekenis ligt niet vast, w dr de lezer mee opgeroepen Tegenstellingen Dubbele Betekenis Engagement Veel beelden

School der pozie (Lucebert) ik ben geen lieflijke dichter ik ben de schielijke oplichter der liefde, zie onder haar de haat en daarop de kaaklende daad. lyriek is de moeder der politiek ik ben niets dan omroeper van oproer en mijn mystiek is het bedorven voer van leugen waarmee de deugd zich uitziekt. ik bericht, dat de dichters van fluweel schuw en humanisties dood gaan. voortaan zal de hete ijzeren keel der ontroerde beulen muzikaal opengaan. nog ik, die in deze bundel woon als een rat in de val, snak naar het riool van revolutie en roep: rijmratten, hoon, hoon nog deze veel te schone pozieschool.

Overzicht literaire periodes Middeleeuwen Renaissance en Barok Romantiek Realisme Impressionnisme Symbolisme Expressionisme Moderne kunst Experimentele kunst ca. 500 ca. 1500 ca. 1500 ca. 1750 1800 1880 1830 1880 1870 1900 ca. 1900 ca. 1940 ca. 1950 heden

You might also like