Johannes Drie en Zestien De King James Version is waarschijnlijk de meest geliefde versie van de Bijbel, de hele wereld bekend.

En een van de grootste tekst in het - zo niet de grootste, is Johannes 3:16. "Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven hebbe." (Johannes 3:16)

We kunnen uit te breiden op de betekenis van deze grote Heilige Schrift vers. Door dit te doen zullen we een aantal geweldige dingen in het. Want God - de grote schepper. Alzo lief heeft - de grote initiatief. De wereld - het grote aantal. Dat gaf hij - de grote daad. Zijn eniggeboren zoon - het grote geschenk. Opdat een iegelijk, - de grote uitnodiging. Is van mening - de grote eenvoud. In hem - de grote persoon. Niet verloren gaat - de grote ontsnapping. Maar hebben - de grote zekerheid. Eeuwig - de grote eeuwigheid. Het leven - de grote bezit.

In feite, wanneer we het geheel van het derde hoofdstuk van Johannes lezen, hebben we de verlossing formule die later werd op uiteengezet door Jezus en de apostelen. We vinden in Johannes 3:3-5 dat iedereen moet opnieuw geboren worden, van het water (doop is - de meeste geleerden het erover eens om dit feit) en [Heilige] Geest. Men kan ook te weten komen dat het getuigenis van de Heilige Geest te ontvangen door geloof (actieve geloof, en geen enkel lippendienst of te zeggen dat je gelooft zonder enige volgende actie). Dit is te vinden in Johannes 3:11-12. Ten slotte, Jezus vertelde ons dat veroordeling komt over allen die weigeren te geloven in Hem, en zijn naam op hun hart en leven in Johannes 3:17-18. Een herhaling van dezelfde concepten zijn in Johannes 3:22-36. Hier is nu de gehele derde hoofdstuk van Johannes.

"Er was een mens uit de Farizeen, wiens naam was Nicodemus, een overste der Joden; Deze kwam des nachts tot Jezus, en zeide tot Hem: Rabbi, wij weten, dat Gij zijt een Leraar van God gekomen; want niemand kan deze wonderen, die Gij doet, tenzij God met hem. Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand wederom geboren wordt, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien. Nicodemus zeide tot Hem: Hoe kan een mens geboren worden, als hij oud is? kan hij voor de tweede keer in de baarmoeder van zijn moeder in te voeren, en geboren worden? Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest, kan hij niet in . naar het koninkrijk van God Dat wat uit het vlees geboren is, is vlees, en wat geboren is uit de Geest is geest Verwonder u niet dat Ik tot u gezegd: Gij moet wederom geboren worden De wind blaast, waarheen hij wil, en gij.. daarvan hoort zijn geluid, maar gij weet niet, vanwaar hij komt en waar hij heen gaat; alzo is een iegelijk, die geboren is uit de Geest. Nicodemus antwoordde en zeide tot Hem: Hoe kunnen deze dingen geschieden? Jezus antwoordde en zeide tot hem: Zijt gij een leraar van Isral, en weet gij deze dingen niet? Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wij spreken, wat Wij weten, en getuigen, wat Wij gezien hebben, en gij neemt ons getuigenis niet. Als ik het u gezegd hebben aardse dingen, en gij niet gelooft, hoe zult gij geloven, wanneer Ik u van het hemelse spreek? En niemand is opgevaren naar de hemel, dan die uit de hemel nedergedaald is, de Zoon des mensen, Die in de hemelen is. En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, alzo moet de Zoon des mensen verhoogd worden; Opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven heeft. Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon, opdat een

iegelijk die in Hem gelooft, niet verloren gaat gaf, maar eeuwig leven hebbe. Want God heeft zijn Zoon niet in de wereld om de wereld te veroordelen, maar opdat de wereld door Hem zou behouden worden. Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar die niet gelooft, is reeds veroordeeld, omdat hij niet heeft geloofd in de naam van de eniggeboren Zoon van God. En dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen, en de mensen hebben de duisternis liever gehad dan het licht, want hun werken waren boos. Want een iegelijk, die kwaad doet het licht, en komt haat tot het licht, opdat zijn werken moet bestraft worden. Maar wie de waarheid doet, komt tot het licht, opdat zijn werken openbaar worden, dat zij in God gedaan zijn. Na dezen kwam Jezus en Zijn discipelen in het land van Judea, en onthield Zich aldaar met hen, en doopte. En Johannes doopte ook in Enon bij Salim, dewijl aldaar vele wateren waren; en zij kwamen, en werden gedoopt. Want Johannes was nog niet in de gevangenis geworpen. Er rees dan een vraag van enigen van de discipelen van Johannes en de Joden over de reiniging. En zij kwamen tot Johannes, en zeiden tot hem: Rabbi, Die met u was over de Jordaan, Welken gij getuigenis gaaft, zie, Die doopt, en zij komen allen tot Hem. Johannes antwoordde en zeide: Een mens kan geen ding aannemen, tenzij het hem gegeven worden uit de hemel. Gij zelf van mij getuigen, dat ik gezegd heb: Ik ben de Christus niet, maar dat ik voor Hem heen uitgezonden. Die de bruid heeft, is de bruidegom, maar de vriend des bruidegoms, die staat en hem hoort, verblijdt sterk om de stem van de bruidegom: dan deze mijn blijdschap vervuld. Hij moet wassen, maar ik minder worden. Die van boven komt, is boven allen; die is uit de aarde aards is, en spreekt uit de aarde: hij, die komt uit de hemel is boven allen. En wat hij heeft gezien en gehoord heeft, dat getuigt Hij en niemand krijgt zijn getuigenis. Die heeft zijn getuigenis ontvangen heeft ingesteld op zijn verzegeld, dat God waarachtig is. Want Dien God gezonden heeft spreekt de woorden Gods; want God geeft de Geest niet met mate tot hem. De Vader heeft de Zoon lief, en heeft alle dingen in Zijn hand. Wie gelooft in de Zoon, heeft eeuwig leven en hij gelooft, niet de Zoon niet zullen zien het leven, maar de toorn Gods blijft op hem."