Professional Documents
Culture Documents
Proteïnen in Voedingsmiddelen
Proteïnen in Voedingsmiddelen
Groep 212
Mattias Durnez in samenwerking met Ruth Bams, Jakob Mols, Carl Uydens, Thomas Goossens, Bastiaan Van Loo
Labverantwoordelijke
Leni Borremans
Inleiding
Om de samenstelling van verschillende soorten protenen of DNA(-fragmenten) in een staal te onderzoeken, kan je elektroforese toepassen. Kenmerkend voor deze techniek uit de moleculaire biologie is dat moleculen gescheiden worden op basis van hun lengte en moleculair gewicht. Voor niet-gedenatureerde protenen gebeurt dit ook op hun vormgrootte. In dit practicum worden stalen van voedingsmiddelen getest op de samenstelling van hun protenen. Voor bepaalde verwante voedingsmiddelen worden de stalen met elkaar vergeleken bij de analyse van de resultaten.
De protenen verplaatsen zich van de min- naar de pluspool in het elektrisch veld en zouden in het ideale geval een bandenpatroon in de gel moeten vormen na kleuring. Grotere en langere protenen, al dan niet gedenatureerd, migreren trager en vormen op die manier banden in de gel die dichter tegen de minpool aanliggen dan voor kortere protenen.
3. Resultaten en besprekingen
Na de beschrijving van het doel van dit practicum en van de manier waarop we getracht hebben dat te bereiken, is het tijd om de resultaten te bespreken. Hierbij beperk ik me tot mijn eigen staal, bestaande uit erwten, en de vergelijking van stalen afkomstig van verwante voedingsmiddelen, zijnde niet gekookt eiwit versus niet gekookt eigeel en erwten versus gekookte rijst. Ook besprekingen van de Laemlli buffer, het gebruik van opgekookte stalen en een mogelijk alternatief voor de agarosegel als scheidingsmedium komen aan bod.
De onvolledige scheiding van de verschillende moleculen heeft geleid tot een smeer van protenen in de gel. Enkel de stalen met nummers 1, 4 en 7 vertonen al min of meer een vage bandenstructuur met overlapping. Dit in tegenstelling tot het verwachte, duidelijke bandenpatroon in de agarosegel voor de stalen. Figuur 2 geeft weer hoe een bandenpatroon van een erwtenstaal eruit ziet na elektroforese in een 12 % polyacrylamide gel omgeven door TPPE. De banden aangeduid door nummers 1, 2, 3, 4 en 5 komen overeen met respectievelijk conviciline, legumine, ongemodificeerde viciline, post-translationeel gemodificeerde viciline en aan globulinen gerelateerde protenen. (Tzitzikas, 2005)
Het gebruik van de polyacrylamide gel is een alternatief voor de agarosegel. Het heeft als voordeel dat de resolutie van het bandenpatroon veel hoger is omdat moleculen veel nauwkeuriger gescheiden kunnen worden op grootte. Dit betekent echter ook dat het bereik van een polyacrylamide gel kleiner is dan deze van een agarosegel. Bovendien is een polyacrylamide gel moeilijker te bereiden en is acrylamide neurotoxisch, dus voorzichtigheid is geboden. (Bowen, 2000)
Besluit
Het is niet onmiddellijk mogelijk conclusies te trekken uit de resultaten van de elektroforese uitgevoerd door onze groep. Een verkorte tijdsduur van de agarose-gelelektroforese heeft waarschijnlijk aan de basis gelegen van de smeer aan protenen die in de gel is ontstaan. Dit maakt een analyse en vergelijking van de samenstelling van de protenen in de verscheidene stalen lastig en onbetrouwbaar.
Bibliografie
Bowen, R. A. (2000). Principles of Gel Electrophoresis. In R. A. Bowen, et al, Biotechnology and Genetic Engineering. Colorado State University. Tzitzikas, E. N. (2005). Exploring variation in pea protein composition by natural selection and genetic transformation. Experimentele Planten Wetenschappen. Wageningen, Nederland: Wageningen Universiteit, p. 23, 31, 32, 105.