Professional Documents
Culture Documents
Geschiedenis - Vs
Geschiedenis - Vs
2) INDUSTRIALISATIE
VS wordt van landbouwland een industrieland. 1820: Industrialisatie begint 1865: Einde Amerikaanse burgeroorlog versnelling industrialisatie en verstedelijking Voorwaarden industrialisatie: Natuurlijke grondstoffen aanwezig Goedkope werkkrachten door vele immigranten Innovatieve succesvolle ondernemers (bijv. Bell en Edison) nieuwe communicatiemiddelen Een nationale markt/economie ontstond door: Spoorlijnen verbonden oost- en westkust
grondstoffen vervoerd over heel de VS ingebruikname woeste gronden (gekregen van de federale overheid, verkocht aan Europeanen/Amerikanen) Nieuwe communicatiemiddelen (telegraaf, telefoon) Politiek van economisch liberalisme (vrijlating economie)
Boeren hebben last van: 1886-1900: Overproductie lage graanprijzen minder inkomsten boeren moeten hun rente betalen met nieuwe schulden Hoge transportkosten spoorwegmaatschappijen Arbeiders hadden last van: Slechte woon- en werkomstandigheden Mechanisatie werkloosheid Geen sociale wetgeving
Geen succes, doordat het populisme niet aantrekkelijk was voor industriearbeiders (antiindustrialisatie). Na 1896 alweer verdwenen
SEGREGRATIE
>1877: Systeem van segregatie (rassenscheiding) ontstaat in het Zuiden. Segregatie is vastgelegd in Jim Crow-wetten. Reacties op Jim Crow-wetten: 1896 van Hooggerechtshof: Geen afkeuring, gescheiden voorzieningen zijn niet in strijd met de grondwet indien zij gelijk zijn aan die voor blanken. President doet niets uit angst voor het verlies van blanke kiezers uit het zuiden. Theorie: gelijke rechten Praktijk: - Barrires om te stemmen (analfabetisme, primaries) - Verbod op gemengde huwelijken - Segregatie in openbaar leven - Lynchpartijen kosten duizenden zwarte levens
Slechte economische situatie zwarten geen geld voor verhuizing naar noorden Sharecroppers: Deel van de oogst afstaan in ruil voor een stuk grond om op te werken, grote afhankelijkheid plantage-eigenaar Armoede door: Te veel oogst afstaan 1886-1900: Landbouwcrisis
ZWART PROTEST
Booker T. Washington: Politieke en economische achterstelling kan alleen worden overwonnen door scholing en goed gedrag. Oprichting vakopleidingen voor zwarten W.E.B. Du Bois: Rechten moeten opgeist worden. Oprichting NAACP (National Association for the Advancement of Coloured People) in 1909: Ongelijkheid bestrijden dmv rechtszaken. Kritiek op Washington van Du Bois: BTW voegt zich teveel naar een racistische samenleving. Washington was een voorbeeld van zijn eigen theorie. Du Bois stond ver van de zwarten af als intellectueel uit het Noorden.
BUITENLANDS BELEID 1865-1918 (2.4) <1865: ISOLATIONISME: AFZIJDIGHEID VAN BUITENLANDSE POLITIEK:
Monroe-doctrine (1923): Europa mag zich niet met het westelijk halfrond bezighouden. Manifest Destiny: Amerikanen zijn voorbestemd om heel Noord-Amerika te beheersen. Ontsluiten en ontwikkelen continent door middel van het verleggen Frontier. 1869: Eerste transcontinentale spoorlijn.
WOI
1914: VS is neutraal (isolationisme), maar voelt zich verwant en heeft economische banden met GB. 1915: Duitse torpedos laten Lusitania zinken 1917: VS verklaart Duitsland de oorlog naar aanleiding van: o Aankondigen onbeperkte duikbotenoorlog door Duitsland o Onderschepping Zimmermann-telegram
Woodrow Wilson vraagt oorlogverklaring aan Congres: to make the world safe for democracy.
INDUSTRIALISATIE EN HAAR POLITIEKE EN MAATSCHAPPELIJKE INVLOED 1918-1945 3.1, 3.2 ECONOMISCH 1918-1920
Eerste jaren na WO I (1918-1920) = economisch moeilijke tijd. Oorzaak: Wegvallen bestellingen die in WO I waren geplaatst (wapenindustrie). Inflatie: Stijging algemeen prijsspel (minder producten kopen met je geld). Recessie: Algemene achteruitgang economie Stijgende werkloosheid Oorzaak: Terugkerende soldaten uit Europa zochten werk dat al door anderen was overgenomen.
POLITIEK 1918-1920
Red Scare: Grote angst voor het communisme (uit Europa) door Slechte economische situatie; 1917: Russische Revolutie, communisten (Lenin en co) aan de macht; 1919: Oprichting Cominterm (communistische internationale), zij streefden naar communistische wereldrevolutie o In Amerika: CPUSA en Communist Labor Party America waarvan de aanhang groeide, sympathie voor communisme bij radicale vakbonden
SOCIAAL 1918-1920
1919-1920: Stakingen en bomaanslagen arbeiders Reactie overheid = arrestaties vermeende communisten (angst revolutie) burgerrechten worden geschonden In werkelijkheid geen revolutiedreiging, Red Scare ebde langzaam weg, maar verdween nooit helemaal.
lonen
Rationalisatie groei welvaart + VS wordt consumptiemaatschappij, extra aangewakkerd door: Stijging lonen Nieuwe elektrotechnische producten (autos!) Vertrouwen in de toekomst! Effectievere reclame Meer inkomsten, dus dan Gemakkelijke leningen van de bank schulden afbetalen Nieuwe mogelijkheden om op afbetaling te kopen Sterk geloof in het New Capitalism: De overtuiging dat het oude kapitalisme (crises, werkloosheid, uitbuiting) aan het verdwijnen was. Oorzaak: Opkomst massamedia Vermeende gevolgen: Eendrachtige samenwerking staat en ondernemers groei welvaart Harmonie tussen arbeiders en ondernemers socialisme niet meer nodig Werkelijk gevolg: Sterke groei aandeelhandel door vertrouwen in de toekomst en speculatie Lenen is a way of life
POLITIEK
Invloed Progressive Movement is afgenomen Liberale presidenten: Vrijheid ondernemers Heilig vertrouwen in vrije marktmechanisme, hierdoor zagen zij de zwakke punten van de economie niet Overgrote meerderheid politici en kiezers aanvaard kapitalisme kritiekloos
1933-1945: Franklin Delano Roosevelt: NEW DEAL I: Actief overheidsingrijpen om de economie te laten herstellen d.m.v.: Wetten om alle sectoren van de economie op gang te brengen: o AAA: Subsidies voor boeren die productie beperken o NIRA: Afspraken tussen bedrijven en overheid over prijzen/lonen enz. Oprichting organisaties die wetten ten uitvoer brengen: o NRA: Naleving NIRA o Publieke werken werkgelegendheid, zoals TVA: Zorgen voor bouw stuwdammen in Tennesseerivier. Kritiek op New Deal I: Zakenlieden: Beschuldigen Roosevelt van socialisme/communisme Red New Deal o Hogere belastingen o Meer invloed vakbonden Hooggerechtshof: Staaft de New Deal met de grondwet? o Delen van de NIRA ongrondwettelijk Roosevelt stelt vervanging leden Hooggerechtshof voor om de New Deal erdoor te krijgen. Toch steun meerderheid electoraat >1935: New Deal II: Hervorming maatschappij Sociale wetgeving: Social Security Act: Verzekeren werknemers tegen werkloosheid en ziekte, betaald door werkgevers. Sterkere positie vakbonden Werkprojecten voor werklozen
>1937: Einde New Deal. Redenen: Bezuinigingen Tegenwerking van: o Republikeinen: anti-socialisme o Zuidelijke democraten: Roosevelt zou de Democraten veranderen van een landbouw- naar een stadspartij en de zuiderlingen waren antizwarte bevolking.
WO II
WO II eindigt Grote Depressie: Productie verdubbelt door o.a. wapenindustrie Werkloosheid daalt Sociale gevolgen WO II Tekort arbeidskrachten door mannelijke dienstplicht vrouwen op arbeidsmarkt Toename