Professional Documents
Culture Documents
Op Weg Naar de Professionele OR
Op Weg Naar de Professionele OR
25505JWY-E01
Binnen GITP Medezeggenschap is mede op basis van onze ervaringen in het
opleiden, begeleiden en adviseren van MZ-organen, intensief nagedacht en
gediscussieerd over de ontwikkeling van de medezeggenschap en meer in
het bijzonder, de ondernemingsraad (OR).
Hiernaast besteedt een professionele OR veel aandacht aan zowel het op-
bouwen en instandhouden van een goede relatie met de achterban als aan
een constructief overlegklimaat met de bestuurder en het management.
2. Een professionele OR wacht niet af, maar neemt zelf initiatieven. Een OR
kan belangrijke ontwikkelingen signaleren en op eigen initiatief proble-
men aan de orde stellen in het overleg met de bestuurder. Via eigen initi-
atiefvoorstellen en goede argumenten kan druk uitgeoefend worden om
beleid te ontwikkelen of te veranderen. OR'en zijn in staat een sterkte-
zwakteanalyse van de onderneming te maken. Zo'n analyse en een dis-
25505BRI-P01
2. Initiatieven nemen:
• Hoe vaak vraagt de OR extra informatie op?
• In hoeverre brengt de OR eigen onderwer-
pen in in het overleg met de bestuurder?
• Hoe vaak dient de OR schriftelijke initiatief-
voorstellen in?
• Hoeveel ontwikkelingen binnen de onderne-
ming zijn in gang gezet door de OR?
• In hoeverre probeert de OR via eigen initia-
tieven vroegtijdiger bij de besluitvorming
betrokken te raken?
4. Inhoudelijke inbreng:
• In hoeverre geeft de OR input bij de strategi-
sche beleidsdiscussies?
• Levert de OR een inhoudelijke bijdrage aan
de ontwikkeling van het sociaal-maatschap-
pelijk beleid?
• Levert de OR een inhoudelijke bijdrage aan
het financieel-economisch en/of
technisch/organisatorisch beleid?
• Maakt de OR in de gesprekken met de be-
stuurder gebruik van zijn eigen werknemers-
deskundigheid en ervaringen?
• Hoe vaak formuleert de OR inhoudelijke be-
oordelingscriteria voordat het voorgenomen
besluit aan de orde is?
5. Mogelijkheden benutten:
• In hoeverre is de OR op de hoogte van de
wettelijke mogelijkheden, jurisprudentie, Eu-
ropese richtlijnen en dergelijke?
• Maakt de OR gebruik van interne/externe
deskundigen?
• In hoeverre benut de OR de informatiebron-
nen, formele en informele contacten, tijd-
schriften, platforms en dergelijke?
8. Achterbanbeleid:
• Hoe vaak wordt de achterban schriftelijk ge-
ïnformeerd over het OR-werk?
• Heeft de OR methodieken ontwikkeld voor
het raadplegen van de achterban?
• In hoeverre legt de OR verantwoording af
aan zijn achterban?
• Besteedt de OR aandacht aan PR-vaardighe-
den en een goede communicatie met de
achterban?
• Wordt de achterban betrokken bij de stand-
puntbepaling binnen de OR en zijn commis-
10. Overlegbeleid:
• In hoeverre zijn de overlegpartners bereid
tot overleg over belangrijke beleidszaken?
• Bereiden OR en bestuurder zich allebei vol-
doende voor op het overleg?
• Hoe vaak wordt het overleg geëvalueerd?
• Is er sprake van open overleg, gebaseerd op
argumenten?
• In hoeverre worden er duidelijke afspraken
gemaakt?
11. Teamontwikkeling:
• Functioneert de OR als team?
• Wordt er geïnvesteerd in de verdere ontwik-
keling van het team?