Brochure Keuzetraject

You might also like

Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 23

Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2

VMBO KBL/BBL RSG wiringherlant 2012-2013

1
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

INHOUD
pagina

Voorwoord De leerwegen op het VMBO rsg wiringherlant De sectoren en afdelingen De kenmerken van de verschillende sectoren Sector Techniek Afdeling Bouwtechniek Afdeling Voertuigentechniek Afdeling Techniek-breed Sector Zorg & Welzijn: afdeling Verzorging Intersectoraal: afdeling Dienstverlening & Commercie Sectoraal of Intersectoraal onderwijs? Het vakkenpakket De keuzebegeleiding PSO: Praktische Sector Orintatie Voorbeeldexemplaar keuzeformulier Kiezen: wat past bij mij? Bijlagen: I Opleidingen na het VMBO II Niveauverschillen binnen het MBO III Leerwegen binnen het MBO

3 4 5 6 7 8 9 10 12 14 16 17 18 18 19 20

21 22 23

2
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

VOORWOORD

Beste ouders/verzorgers, Deze brochure is voor u bestemd, zodat u samen met uw zoon/dochter een weloverwogen en passende keuze kunt maken. Uw kind staat dit schooljaar voor een belangrijke keuze. Hij/zij kiest voor een sector/afdeling waarin hij/zij examen gaat doen in leerjaar 4. Het is daarbij belangrijk dat uw zoon/dochter kiest voor de richting die het best past bij zijn/haar capaciteiten en interesse. In deze brochure vindt u alle informatie betreffende de keuze waar uw kind voor staat. Indien u vragen heeft betreffende de sector/afdelingskeuze of vakkenpakketkeuze van uw zoon of dochter, dan kunt u per mail of telefonisch contact met mij opnemen of een afspraak met mij maken. Met vriendelijke groet, Mw. M.K. Landru- Nieuweboer Decaan VMBO KBL/BBL lan@wiringherlant.nl Tel: 0227- 513830

3
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Leerwegen op het VMBO rsg wiringherlant


Een leerweg is de route die een leerling volgt vanaf leerjaar 1 in het VMBO naar het onderwijs dat daarop aansluit. De keuze voor een leerweg heeft te maken met de manier van leren: meer theoretisch of meer praktisch. Binnen het VMBO op rsg wiringherlant zijn er drie leerwegen: Basisberoepsgerichte leerweg Kaderberoepsgerichte leerweg Theoretische leerweg (BBL) (KBL) (TL)

De basis en kaderberoepsgerichte leerwegen zijn bestemd voor leerlingen die vooral praktische talenten hebben. Deze leerwegen hebben in verhouding minder theorie in de opleiding dan de theoretische leerweg. Bij de basisberoepsgerichte leerweg ligt de nadruk, ten opzichte van de kaderberoepsgerichte leerweg, meer op praktische vaardigheden en iets minder op theoretische kennis. H et examenprogramma voor deze leerweg is dan ook minder uitgebreid en meer praktisch van aard dan dat van de andere leerwegen. Leerlingen van de afdeling BBL/KBL krijgen sinds dit schooljaar op beide niveaus les gedurende de eerste 2 leerjaren. Hierbij wordt basisstof (BBL) en extra stof (KBL) aangeboden. De leerlingen ontvangen gedurende de eerste twee leerjaren cijfers en rapporten op zowel het BBL niveau als het KBL niveau waarbij het cijfer op BBL niveau is gebaseerd op de basisstof. Het KBL cijfer wordt vastgesteld door beoordeling van de basisstof n de extra stof. Aan het einde van leerjaar 2 vindt de definitieve niveaubepaling plaats. Indien de leerling doorstroomt op BBL niveau worden de BBL cijfers gebruikt bij de bevorderingsnormen. Indien de leerling doorstroomt op KBL niveau worden de KBL cijfers gebruikt. Op- en afstroom is mogelijk als blijkt dat de leercapaciteiten niet passen bij de leerweg (zie bevorderingsnormen). Elke leerweg geeft recht op toegang tot het Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO). Leerlingen van de afdeling basis- en kaderberoepsgerichte leerweg kader krijgen in de eerste twee leerjaren algemeen vormend onderwijs aangeboden waarbij zoveel mogelijk uren praktisch ingevuld worden. De leerlingen BBL/KBL besteden, vergeleken met de theoretische leerweg, meer uren aan praktische vakken zoals techniek, kunst & cultuur en sport & beweging. Daarnaast wordt een aantal vakken in leergebieden aangeboden zoals: mens & maatschappij (geschiedenis en aardrijkskunde), mens & natuur (biologie, verzorging, natuur-/scheikunde) en kunst & cultuur (muziek, tekenen, handvaardigheid, drama). Leerlingen werken vanaf het eerste leerjaar met een portfolio waarbij er volop aandacht is voor competenties zoals doorzettingsvermogen, omgaan met druk en tegenslag, initiatief nemen en inlevingsvermogen. In het tweede leerjaar verschuift de aandacht steeds meer naar het keuzeproces waarbij de leerling begeleid wordt bij het maken van een goede sectorkeuze in de bovenbouw van het VMBO. Binnen de leerwegen kunnen de leerlingen LWOO (leerwegondersteunend onderwijs) krijgen. LWOO is geen aparte leerweg, maar een extra begeleidingsmogelijkheid. Voor de leerling die niet in staat is om de reguliere BBL-leerweg te volgen is er het leerwerktraject (LWT). LWT = instroom vanuit leerjaar 3. Twee dagen op school, drie dagen werken bij een erkend leerbedrijf Beroepsgericht vak en het vak Nederlands Volwaardige leerroute; de leerling behaald een BBL- diploma

4
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Sectoren en afdelingen
De leerlingen van de basis en kaderberoepsgerichte leerweg volgen in de bovenbouw (derde en vierde leerjaar) onderwijs in een sectorale of intersectorale afdeling. Dit betekent dat in het tweede leerjaar door alle leerlingen van het VMBO BBL/KBL een keuze gemaakt moet worden voor een sector en/of afdeling. Binnen het VMBO is een vierdeling gemaakt waardoor het onderwijs meer wordt toegesneden op een mogelijk latere beroepsopleiding. Landelijk zijn er vier sectoren: Zorg & Welzijn Techniek Economie (valt onder de afdeling Dienstverlening & Commercie) Landbouw (niet op wiringherlant)

Het VMBO BLL/KBL rsg wiringherlant biedt twee sectoren aan: Zorg & Welzijn: afdeling Verzorging Techniek: afdeling Bouwtechniek, Voertuigentechniek en Techniek- breed Tevens biedt rsg wiringherlant ook intersectoraal onderwijs aan: Afdeling Dienstverlening & Commercie

Sectoren

Afdelingen

Techniek

Techniek Smal: keuze uit; Bouwtechniek Voertuigentechniek Techniek Breed: een combinatie van; Metaaltechniek, Voertuigentechniek, Bouwtechniek, Installatietechniek en Electro- techniek

Zorg & Welzijn

Verzorging; waaronder enkele modulen Uiterlijke verzorging

Intersectoraal

Dienstverlening & Commercie

Elke afdeling kan op verschillende niveaus worden doorlopen. Elk niveau geeft recht op doorstroming
naar een niveau in het MBO.

5
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

De kenmerken van de verschillende richtingen


Elke richting heeft zijn eigen kenmerken. Toch zijn niet alle kenmerken verschillend!

Sector Techniek

Sector Zorg & Welzijn


na het volgen van een opleiding in de sector zorg en welzijn kan je bijvoorbeeld iets (met):

Intersectoraal Dienstverlening & Commercie


na het volgen van een opleiding in de sector economie kan je bijvoorbeeld iets (met):

Sector Landbouw
na het volgen van een opleiding in de sector landbouw kan je bijvoorbeeld iets (met):

na het volgen van een opleiding in de sector techniek kan je bijvoorbeeld iets (met):

-monteren -repareren/ sleutelen -elektronica -machines/ gereedschap -bedienen -metaal/ hout -vervoer -bouwen -stoffen onderzoeken -ontwerpen -buiten- of binnenwerk -inspecteren/ controleren -computers -leidinggeven - veiligheid

-mensen helpen en verzorgen -mensen begeleiden -met mensen praten -medische beroepen -maatschappelijke beroepen -horeca -stoffen onderzoeken -voeding -inspecteren/ controleren -kinderen/ ouderen/ volwassenen/ gehandicapten -creatief en flexibel -sport -leidinggeven

-kantoor/ administratie/
receptie -verkopen/ handelen en onderhandelen -met mensen praten -reizen -recreatie/cultuur/mode -vervoer -cijfers -voorlichten -adviseren -horeca -orde en gezag -inspecteren/ controleren -computers -leidinggeven -evenementen/ projecten/themas

-dieren/ planten/ bomen - grond -voeding -buiten werken - tuinen, parken, - tuincentra -machines -gereedschap -bedienen -ontwerpen -leidinggeven -verkopen -artistiek -inspecteren/ controleren

De sector Landbouw (Groen) wordt niet op rsg wiringherlant aangeboden. Voor informatie kunt u terecht bij de decaan.

6
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Sector Techniek
Op onze locatie aan de Ir. Ovingestraat beschikken we over een groot techniekplein. Op dit techniekplein worden de verschillende technische afdelingen vertegenwoordigd; Bouwtechniek Voertuigentechniek Techniek- breed: bouwtechniek, voertuigentechniek, metaaltechniek, installatie- en elektrotechniek.

Genoeg voor een leerling om een carrire in de techniek te starten! De sector techniek is een dynamische sector. In alle werkplekken wordt druk gewerkt en geleerd. De prachtige en ruime werkplekken bieden de kader- en basisberoepsgerichte leerlingen van het VMBO, die voor de sector Techniek hebben gekozen, goede mogelijkheden. Het techniekplein is voorzien van alle benodigde materialen, machines, apparatuur en gereedschappen om alle vaardigheden te oefenen en eigen te maken. Naast de praktijk krijgen de leerlingen ook theorielessen. In het derde en vierde leerjaar lopen zij enkele weken stage bij een bedrijf uit de technieksector. De stages geven de leerlingen een goed beeld van wat hen later te wachten staat en bovendien doen zij tijdens de stages veel nieuwe ervaringen op.

Over welke eigenschappen moet een leerling voor de sector techniek beschikken? . interesse in techniek hebben praktisch ingesteld en handig zijn nauwkeurig kunnen werken ruimtelijk inzicht hebben technisch inzicht hebben rekenvaardig zijn graag willen samenwerken en overleggen met anderen afhankelijk van de verdere studierichting moet de leerling het niet erg vinden om soms lichamelijk zwaar werk te verrichten (tillen, staan) of onder soms minder prettige omstandigheden te moeten werken (lawaaierige, koude of stoffige omgeving) voor de elektrotechniek moet de leerling daarbij over een goede waarneming van kleuren beschikken

Naast het beroepsgerichte vak krijgt de leerling de vakken Nederlands, Engels, maatschappijleer I, lichamelijke opvoeding en cultureel kunstzinnige vorming (CKV). De vakken wiskunde en natuur-/scheikunde (NASK) zijn sectorgebonden vakken en behoren dan ook in het vakkenpakket van een leerling die gekozen heeft voor de sector Techniek.

7
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Afdeling Bouwtechniek
De afdeling bouwtechniek is een creatieve afdeling. Tijdens de praktijklessen zijn de leerlingen bezig met verschillende opdrachten. Deze afdeling is zeer praktisch. Bouwtechniek is een vak waarin de leerling uren moet draaien om bepaalde vaardigheden eigen te maken en inzicht te verwerven. Binnen de opleiding krijgt de leerling te maken met banktimmeren en machinale houtbewerking. Ook het computertekenen (CAD) komt aanbod. Verder leert hij/zij technische vaardigheden als handgereedschap bedienen, meten, afschrijven en zagen. Voorbeelden van opdrachten binnen bouwtechniek zijn; ramen, kozijnen meubelstukken ontwerpen en vervaardigen. De afdeling bouwtechniek kent twee richtingen. Waar bouwtimmeren zich richt op aspecten van de bouwindustrie, legt fijnhoutbewerking de nadruk op de meubelindustrie. In het vierde leerjaar kiest de leerling voor n van deze afdelingen om zich daar verder in te specialiseren.

Foto: Leerling van Voertuigentechniek klas 4 (leerjaar 2010-2011) is bezig met een examenonderdeel van de afdeling Bouwtechniek: het vervaardigen van nachtkastje. Voorbeelden van beroepen in de bouwbranche zijn; timmerman, metselaar, uitvoerder, schilder, stukadoor, glaszetter, montagemedewerker, dakdekker, voeger/ gevelbehandelaar, aannemer, parketteur, machinaal houtbewerker, meubelmaker, grafisch vormgever, restauratiemedewerker, interieurbouwer en botenbouwer

8
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Afdeling Voertuigentechniek:
Op de afdeling voertuigentechniek leren de leerlingen technische vaardigheden op het gebied van onderhoud en reparatie van voertuigen (auto, motor, brommer en fiets). Voorbeelden van deze technische vaardigheden zijn autoverlichting vernieuwen, banden vervangen, banden spanning controleren, uitlijnen en balanceren, pneumatische remsystemen aansluiten en olie verversen. De garage van voertuigentechniek beschikt over twee bruggen waar aan de autos gewerkt kan worden en de werkruimte is voorzien van diverse apparatuur, materiaal, gereedschap en motoronderdelen zodat de leerling zijn/haar vaardigheden kan oefenen en zijn/haar inzicht kan uitbreiden. Tevens is er een nieuwe sleutelplaats voor tweewielers aanwezig.

Foto: Leerling van Voertuigentechniek klas 4 (leerjaar 2010-2011) is aan het oefenen in de garage: reinigen en poetsen van de laklaag van een voertuig.

Naast technische vaardigheden leert de leerling ook sociale vaardigheden zoals een klant ontvangen en/of te woord staan, samenwerken en overleggen in een team. De afdeling voertuigentechniek geeft de kaderberoeps- en basisberoepsgerichte leerling goede doorstroming naar het MBO. Voorbeelden van beroepen die tot de branche van voertuigentechniek behoren zijn; autotechnicus, technische specialist, autoschadehersteller, autospuiter en fiets- en bromfietstechnicus.

9
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Afdeling Techniek-breed:
De benaming zegt het al; Techniek-breed is een brede opleiding! Deze afdeling is zeer geschikt voor de leerling met een brede interesse voor techniek. Deze opleiding leidt de leerling op in alle facetten van de techniek. In het vierde leerjaar kan de leerling, wanneer hij/zij daar behoefte aan heeft, extra verdieping in een bepaald vakonderdeel krijgen. Techniek- breed is een combinatie van: voertuigentechniek (zie vorige paginas) bouwtechniek (zie vorige paginas) metaaltechniek installatietechniek elektrotechniek

Foto: Leerling van Techniek- breed klas 4 (leerjaar 2010-2011) is aan het oefenen in de werkpleksimulatie van metaaltechniek: slijpen en lassen.

Metaaltechniek: Bij metaaltechniek maakt de leerling kennis met de basisvaardigheden van de diverse beroepen in de metaalindustrie: verspanende techniek (machinebankwerken met digitale aflezing en computerbesturing) en niet-verspanende techniek (constructie- bankwerken en lassen). Voorbeelden van beroepen binnen de metaaltechniek zijn; metaalbewerker, constructiewerker,verspaner, technisch tekenaar, technicus middenkader engineering en werkvoorbereider in de fabricage.

10
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Installatie- en elektrotechniek: Op onze locatie aan de Ir. Ovingestraat is in 2010, vanuit een samenwerkingsverband met Installatiewerk Noord- Holland- Noord, een geheel vernieuwde en uitgebreide werkplaats voor installatie- en elektrotechniek gerealiseerd. In de werkplekken van installatietechniek kunnen leerlingen o.a. sanitair aanleggen en gas- en wateraansluitingen aansluiten. Bedrading en bekabeling aanbrengen, schakelmateriaal installeren en verlichtingsarmaturen aanleggen kunnen zij in de werkplekken van elektrotechniek oefenen. Bovendien wordt er ruim aandacht besteed aan elektronica, digitale techniek en computerbesturing. Kortom; uw zoon/dochter kan hier optimaal kennis maken met installatiewerk en elektrotechniek en in een levensechte situatie praktijkopdrachten uitvoeren!

Foto: Leerling van Techniek- breed klas 4 is aan het werk in de werkpleksimulatie van elektroen installatietechniek: het buigen van koperen leidingen.

Voorbeelden van beroepen die tot de branche van installatie- en elektrotechniek behoren zijn; airco monteur, assistent installatie monteur, assistent verwarmingsmonteur, monteur werktuigbouwkundige installaties, monteur elektrotechnische installaties, monteur sterkstroom Installaties, monteur beveiligingsinstallaties, eerste monteur dak, eerste monteur dak, eerste monteur elektrotechniek, monteur met specialisatie installaties/dak/utiliteit, verwarmingsmonteur, werkvoorbereider installatie- of elektrotechniek, technisch tekenaar of technicus, leidinggevende monteur werktuigbouwkundige installaties.

11
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Sector Zorg & Welzijn: Afdeling verzorging:


Als leerlingen voor deze sector hebben gekozen, krijgen zij het vak verzorging. Binnen het vak verzorging wordt gewerkt met werkveldmappen waarin zij kennismaken met verschillende werkvelden zoals bijvoorbeeld: de thuiszorg, de basisschool, de kinderopvang, het woonzorgcentrum en woonbegeleiding (gehandicapten). Op deze manier maken zij kennis de met verschillende doelgroepen (ouderen, kinderen en gehandicapten) en beroepen binnen de sector zorg & welzijn. Individueel of samen met een klasgenoot werken de leerlingen aan verschillende opdrachten uit de werkveldmappen. Deze opdrachten kunnen zowel theoretisch als praktisch zijn. In het verzorgingslokaal bevinden zich diverse werkplekken waarin de leerling praktijkgerichte opdrachten kan oefenen. Zo kan hij/zij oefenen in de werkplek van de facilitaire dienstverlening (schoonmaak, huishouden en voorraadbeheer), de babykamer, de ziekenboeg en de keuken. De leerling leert vaardigheden zoals: een baby in bad doen, een baby verschonen, flesvoeding klaarmaken, met een rolstoel rijden, een clint uit bed tillen en een clint aan- en uitkleden. In deze nagebootste praktijksituaties wordt gewerkt met werkkaarten die precieze instructie geven over hoe een opdracht uitgevoerd behoort te worden. Belangrijke onderdelen van het vak verzorging zijn ook de E.H.B.O.- en kooklessen. In zowel het derde als vierde leerjaar loopt de leerling stage bij een instelling of organisatie die raakvlakken heeft met de sector zorg & welzijn.
\

Foto: Leerlingen van Zorg & Welzijn (klas 3) zijn aan het werk in de keuken van het verzorgingslokaal; een fruithapje maken voor een baby.

12
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Bij het vak uiterlijke verzorging leert de leerling zichzelf en anderen (clinten) te presenteren. In de kapsalon leert hij/zij vaardigheden zoals: haren wassen, drogen en modeleren. In de schoonheidssalon worden vaardigheden zoals gezichtsverzorging, visagie en nagelverzorging geoefend. Over welke eigenschappen moet de leerling voor de sector zorg & welzijn beschikken? interesse in begeleidend, verzorgend, verplegend of dienstverlenend werk verantwoordelijkheidsgevoel respect, inlevingsvermogen en interesse in andere mensen hebben praktisch ingesteld zijn graag willen samenwerken en overleggen met anderen afhankelijk van de verder studierichting moet de leerling het niet erg vinden om soms lichamelijk zwaarder werk te verrichten (onregelmatige diensten, tillen, staan).

Foto: Leerlingen van Zorg & Welzijn, klas 4 zijn aan het werk in de schoonheidssalon van het verzorgingslokaal; nagelverzorging en nail- art.

Naast verzorging en uiterlijke verzorging krijgt de leerling de vakken Nederlands, Engels, biologie, lichamelijke opvoeding en cultureel kunstzinnige vorming (CKV). Het vak biologie is een sectorgebonden vak en behoort dan ook in het vakkenpakket van een leerling die gekozen heeft voor de sector Zorg & Welzijn. Verder kan er gekozen worden uit de vakken wiskunde of maatschappijleer 2. In het MBO kan de leerling doorleren voor o.a. de volgende beroepen; tandarts- of doktersassistente, facilitair- of horeca- medewerker, kapster, schoonheidsspecialiste, verzorgende of verpleegkundige, onderwijs- assistente, medewerker kinderopvang, pedagogisch werker, buurtwerker, sociaal maatschappelijk dienstverlener en activiteitenbegeleider.

13
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Intersectoraal: afdeling Dienstverlening & Commercie


Dienstverlening & Commercie is een intersectorale opleiding. Dat wil zeggen dat het een brede opleiding is waarin leerlingen veel leren over vakonderdelen zoals bijvoorbeeld handel, verkoop, ICT, administratie, dienstverlening, toerisme, cultuur, veiligheid etc. De intersectorale opleiding Dienstverlening & Commercie is zeer geschikt wanneer: de leerling interesse heeft voor n of meerdere facetten die voorkomen in de opleiding Intersectoraal de leerling geen interesse/voorkeur heeft voor de andere aangeboden sectoren, de leerling nog niet weet wat hij/zij wil en zich breed wil orinteren op vakonderdelen zoals bovengenoemd. Hoe ziet het lesprogramma van Dienstverlening & Commercie er uit? Naast het zelfstandig werken wordt er veel projectmatig gewerkt. Dat wil zeggen dat de leerling met een groepje aan een bepaald thema of project werkt. Men leert dus veel van n met elkaar! Via praktijkgerichte opdrachten, projecten en themas, ervaart de leerling wat hij/zij leuk vindt en waar hij/zij goed in is.

Foto: Leerlingen van de intersectorale afdeling Dienstverlening & Commercie, klas 3 zijn aan het werk voor het thema Pretpark. Een thema of een project bestaat uit meerdere taken vanuit de vakonderdelen; handel, verkoop, ICT, administratie, dienstverlening, toerisme, cultuur, veiligheid etc. Bovendien heeft Dienstverlening & Commercie soms raakvlakken met de sectoren Techniek en Zorg & Welzijn. Een voorbeeld van zon thema is het organiseren van een schoolevenement of een activiteit buiten school (bijvoorbeeld voor een zorginstelling of het bedrijfsleven).

14
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Zowel in het derde als vierde leerjaar gaat de leerling stagelopen bij een bedrijf dat aansluit op Dienstverlening & Commercie. Op deze manier kan hij/zij zich breed orinteren en later de juiste vervolgopleiding in het MBO kiezen. Over welke eigenschappen moet de leerling voor Dienstverlening & Commercie beschikken? . klantgericht en klantvriendelijk (goede communicatieve vaardigheden) creatief en uitdaging aan willen nemen netjes, geordend kunnen werken representatief zijn commercieel en dienstverlenend ingesteld zijn ondernemend rekenkundig (goed in economie en eventueel wiskunde) graag met computers willen werken graag aan themas en projecten willen werken graag willen samenwerken en overleggen met anderen.

Naast het beroepsgerichte vak krijgt de leerling de vakken Nederlands, Engels, maatschappijleer I, lichamelijke opvoeding en cultureel kunstzinnige vorming (CKV). Het vak economie is een sectorgebonden vak en behoort dan ook in het vakkenpakket van een leerling die gekozen heeft voor Dienstverlening & Commercie. Met deze intersectorale opleiding kan de leerling nog vele kanten op! Dienstverlening & Commercie sluit goed aan op MBO- opleidingen voor de volgende beroepen; facilitair- of recreatiemedewerker, bakker, horeca- ondernemer, fotograaf, medewerker evenementenorganisatie, verkoper reizen, ICT- medewerker, netwerkbeheerder, administratief medewerker, secretaresse, commercieel -of exportmedewerker, verkoopmedewerker en verkoopspecialist

15
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Sectoraal of intersectoraal onderwijs?


Tussen sectoraal onderwijs en intersectoraal onderwijs zitten enkele wezenlijke verschillen. Hieronder een opsomming van de verschillen:

Sectorale afdelingen:

Intersectorale afdelingen:

In het sectorale onderwijs wordt de leerling in het beroepsgerichte vak voorbereid op het MBO, waarbij de nadruk ligt op verdieping in een bepaalde branche/richting.

In het intersectorale onderwijs ligt de nadruk meer op breed beroepsgericht onderwijs, hierdoor kan de leerling zich nog breed orinteren (op meerdere vakrichtingen) en een passende vervolgopleiding vinden. Meer werken met projecten en themas

Meer praktisch, meer gericht op beroepsvaardigheden

Wanneer kiezen voor sectoraal onderwijs?

Wanneer kiezen voor intersectoraal onderwijs?

Wanneer er echt voorkeur/interesse is voor een bepaalde sector (Zorg &Welzijn of Techniek) Wanneer de leerling zeer praktisch ingesteld is.

Wanneer er interesse is voor n of meerdere facetten die voorkomen in de intersectorale opleiding Dienstverlening & Commercie Wanneer er geen voorkeur is voor de andere aangeboden sectoren, de leerling weet nog niet wat hij/zij wil.

Bij de keuze van sectoraal en intersectoraal kunnen de verschillen van vakkenpakket ook
doorslaggevend zijn (zie volgende pagina). Zie ook schema; Kiezen: Wat past bij mij? Bij twijfel of vragen, overleg met de mentor of vraag advies en informatie aan de decaan!

16
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Het vakkenpakket

Voor de leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg (BBL) en de kaderberoepsgerichte leerweg (KBL) wordt de keuze van het vak bepaald binnen de gekozen afdeling. Elke leerling kiest: een gemeenschappelijk deel (vakken door iedereen te volgen) een sectorgebonden deel (verplichte vakken van die sector) een keuzedeel (keuze maken uit een groep van vakken) Het gemeenschappelijke deel: 5 verplichte vakken; Nederlands Engels Maatschappijleer 1: na 3e leerjaar afgerond CKV (Cultureel Kunstzinnige Vorming: na 3e leerjaar afgerond L.O. (Lichamelijke Oefening)

Het sectorgebonden deel en het keuzedeel: Sector: Techniek Sector gebonden deel: Wiskunde NASK (natuur- en scheikunde) Biologie Keuzedeel: -

Zorg & Welzijn

Intersectoraal: Dienstverlening & Commercie

Gebonden deel: Economie

Wiskunde of Maatschappij leer 2 Maatschappijleer 2 of Wiskunde of Biologie*

*Onder voorwaarde van voldoende deelname! Tijdens het tweede schooljaar vullen de leerling en zijn ouders/ verzorgers een voorlopig keuzeformulier en een definitief keuzeformulier in. Hierin wordt vastgelegd voor welke sector, afdeling en voor welk vakkenpakket de leerling kiest voor het derde schooljaar. De definitieve keuze moet ongeveer in maart 2013 bekend zijn. De exacte datum krijgt u nog door. Tip: Wanneer er twijfels zijn over de sectorkeuze, dan is het verstandig die vakken te kiezen, die bij meerdere sectoren vereist zijn. Met andere woorden: kies een zo breed mogelijk vakkenpakket. Houd uiteraard rekening met capaciteiten (beperkingen) en interesses!

17
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

De keuzebegeleiding In het tweede leerjaar staat uw zoon/dochter voor enkele belangrijke keuzes. Kiezen is soms moeilijk en daarom is het belangrijk dat hij/zij hierbij hulp krijgt vanuit huis en vanuit de school. Door de decaan in samenwerking met de mentoren worden de leerlingen begeleid bij en voorbereid op het maken van deze belangrijke keuzes. Aan het begin van het tweede leerjaar zal de decaan de leerling een test (beroeps- en interessetest) laten doen. Deze test zal een richtingwijzer zijn voor de latere sector- en beroepskeuze. De leerling krijgt een exemplaar mee naar huis zodat deze met de ouders/ verzorgers te besproken kan worden. Tijdens het tweede leerjaar voert de decaan zowel klassikaal als individuele gesprekken met de leerlingen om te kijken of de leerlingen tot een bewuste en passende keuze komen. Verder biedt de decaan excursies aan om de leerling kennis te laten maken met verschillende sectoren en beroepen. In de mentorlessen gaat de mentor met de leerlingen met de startmodule van loopbaanorintatie aan het werk. Door middel van dit opdrachtenboekje krijgen de leerlingen meer zelfinzicht (motivaties, voorkeuren, kwaliteiten, capaciteiten, inzet, interesses, beperkingen en mogelijkheden). Door middel van deze opdrachten krijgt de leerling meer inzicht in; wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik? Deze opdrachten worden klassikaal besproken. Op deze manier kunnen de leerlingen van elkaar leren. Bovendien komen de verschillende sectoren, afdelingen en de diversiteit aan beroepen aanbod. Belangrijke gegevens en conclusies van de keuzelessen van iedere leerling worden bewaard in het portfolio van de leerling. PSO: Praktische Sector Orintatie. In het tweede leerjaar volgen de leerlingen PSO- lessen. PSO staat voor Praktische Sector Orintatie. Tijdens de PSO- lessen wordt aan de leerling de mogelijkheid gegeven om een beeld te krijgen van de verschillende sectoren en afdelingen. In de eerste weken krijgen alle leerlingen, van de vakdocenten van de beroepsgerichte vakken, een orintatieles van twee uur per afdeling. Tevens krijgen zij van de decaan een loopbaanles waarin de verschillende keuzemogelijkheden binnen onze school aan bod komen. Hierna kiest elke leerling drie afdelingen waarin hij/zij zich verder wil verdiepen. De leerling volgt de PSO- lessen gedurende een aantal weken (2 uur per week) per afdeling. Er worden zowel theoretische als praktische opdrachten gedaan die specifiek zijn voor de afdeling. Na deze verdiepende orintatie volgt pas de definitieve sector/afdelingskeuze!

Orinteren gebeurt niet alleen op school! Leerlingen krijgen indrukken van een beroep of opleiding door in gesprek te gaan met mensen, sites op internet te bezoeken, reportages op televisie te bekijken. Ook bijbaantjes en vakantiebaantjes dragen bij aan een beroepenbeeld. Het is belangrijk dat de leerling zijn/haar ervaringen en indrukken kan delen. Al deze indrukken, ervaringen en kennis worden meegenomen in de uiteindelijke keuze!

18
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Voorbeeldexemplaar: Definitieve keuze voor het derde leerjaar VMBO


Definitieve keuze

Naam leerling: Klas: . Datum:..

Vanaf het derde leerjaar gaat elke leerling zich specialiseren. Dit betekent dat in het tweede leerjaar door alle leerlingen van het VMBO keuzes gemaakt moeten worden. Wanneer je kiest voor de sector Techniek kun je kiezen voor de afdeling Bouwtechniek, Voertuigentechniek of Techniek- breed (een combinatie van voertuigentechniek, bouwtechniek, metaaltechniek, installatietechniek en elektrotechniek). Je hebt verplicht wiskunde en nask (natuurkunde en scheikunde) in je vakkenpakket. Wanneer je kiest voor de sector Zorg en Welzijn kies je voor de afdeling Verzorging en heb je verplicht biologie in je pakket. Daarbij moet je een keuze maken voor maatschappijleer 2 of wiskunde. Wanneer je kiest voor Intersectoraal Onderwijs kies je voor Dienstverlening & Commercie. Je hebt verplicht economie in je pakket. Daarbij moet je een keuze maken voor maatschappijleer 2 of wiskunde of biologie.

Sector
Techniek

Afdeling
0 0 0 0 Bouwtechniek Voertuigentechniek Techniek- breed Verzorging

Vakkenpakketkeuze
-----------------------

Zorg & Welzijn

Intersectoraal*

0 Dienstverlening & Commercie

0 Wiskunde 0 Maatschappijleer 2 0 Wiskunde 0 Maatschappijleer 2 0 Biologie *

* Onder voorwaarde van voldoende deelname

Wil je aangeven wat je later wilt worden/studeren?.................................................................... Handtekening leerling: Handtekening ouders/verzorgers:.. Dit formulier s.v.p. voor .. bij de mentor inleveren!

19
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

Kiezen: Wat past bij mij?

Wat ga ik doen na het tweede leerjaar? Wat zijn de mogelijkheden? A. Welke sector kies ik? B. Welke afdeling kies ik? C. Hoe ziet mijn vakkenpakket eruit? Dit is een persoonlijke keus. Een zaak om goed over na te denken. Een zaak van persoonlijke eigenschappen. Het is belangrijk om goed over de volgende vragen na te denken na te denken: Wie ben ik? Wat vind ik belangrijk? Wat vind ik leuk? Wat kan ik? Hoe ben ik? Wat wil ik? Wat zijn de mogelijkheden? Wat zijn mijn kwaliteiten/capaciteiten? Wat zijn mijn beperkingen?

Waar ben je goed in? Wat zijn je kwaliteiten, je capaciteiten en je beperkingen?

Met je handen?

Met eigenschappen wordt bedoeld:

Waarmee werk je het liefst? Wat zijn je voorkeuren? Op wat voor manier leer jij?

Met je hart?

Met je hoofd?

Met je fantasie?

Welke interesses heb je?/ Wat vind je leuk? Wat vind je belangrijk?

20
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

BIJLAGE I Opleidingen na het VMBO Na het VMBO heeft de leerling de mogelijkheid een MBO- opleiding te volgen. Het niveau geeft de moeilijkheid van de vakken bij het examen aan. Niveau 4 stelt de hoogste eisen. Hoe hoger het niveau, hoe meer theorie. Het MBO biedt voor de alle niveaus doorstroommogelijkheden. Alleen niveau 4 geeft toegang tot het HBO.

Basisberoepsgerichte Leerweg + LWT

Kaderberoepsgerichte Leerweg

MBO

Theoretische Leerweg

MBO

V M B O

MBO niveau 2

MBO niveau 3 en 4

HBO

MB OMB
WO

O
Atheneum

H A V O

6 5 4 3 2 1

HAVO

Atheneum

B a s i s v o r m i n g

4 3 2 1

Leerwerktraject Leerwerktraject

Basisberoeps Basisberoeps

Kaderberoeps Kaderberoeps

Theoretische leerweg Theoretische leerweg

HAVO

Atheneum

HAVO

Atheneum

Basisberoeps

Kaderberoeps

Theoretische leerweg

HAVO + Atheneum

Basisberoeps

Kaderberoeps

Theoretische leerweg

HAVO + Atheneum

A t h e n e u m B a s i s v o r m i n g

21
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

BIJLAGE II

Niveauverschillen binnen het MBO

niveau
1

naam opleiding
assistenten opleiding

minimale toelatingseis
drempelloos

duur opleiding
6 mnd 1 jaar

na of tijdens opleiding
eenvoudig werk onder begeleiding

basisberoepsopleiding

vmbo basisberoeps

2 3 jaar

werkzaamheden onder begeleiding

vakopleiding

vmbo kaderberoeps

2 4 jaar

zelfstandig werken

middenkader opleiding

vmbo kaderberoeps

3 4 jaar

4s

specialistenopleiding

vakopleiding

1 2 jaar

zelfstandig werken of doorgroeien naar leidinggeven of doorstuderen doorgroeien naar leidinggeven / specialisme

* De duur van de opleiding is o.a. afhankelijk van de opzet van de opleiding (vraag informatie
bij de decaan op het VMBO of neem contact op met het MBO).

22
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

BIJLAGE III

Leerwegen binnen het MBO: BOL of BBL Het MBO biedt twee leerwegen aan: BOL of BBL. Wat is het verschil? BOL: Beroeps Opleidende Leerweg: Leren en stage: Volgt de leerling een beroeps opleidende leerweg, dan gaat hij/zij naar school en loopt hij/zij daarnaast een van te voren vastgestelde periode (onbetaald) stage bij een erkend stagebedrijf. Voor deze periode krijgt de leerling een stage- overeenkomst. De leerling krijgt geen salaris maar komt misschien wel in aanmerking voor een stagevergoeding en/of een reiskostenvergoeding. Soms moet de leerling zelf een stageplaats regelen, maar de school kan hierbij vaak helpen. Informeer hier tijdig naar! De leerling leert dus vanuit school en heeft recht op studiefinanciering. Leerlingen die voor een BOL- opleiding kiezen, hebben over het algemeen een voorkeur voor theoretisch leren of gaan liever nog een tijdje naar school en daarna pas aan het werk. BBL: Beroeps Begeleidende Leerweg: Werken en leren: Bij deze opleiding ligt de nadruk op het verkrijgen van praktijkervaring door te werken bij een erkend leerbedrijf. Daarnaast gaat de leerling meestal n dag in de week naar school. De leerling zoekt zelf een werkgever. Voor een BBL- plaats moet hij/zij wel eerst solliciteren. Men wordt dus in dienst genomen door een bedrijf. Bij de werkgever heeft de leerling een leer- arbeidsovereenkomst en ontvangt een leerlingsalaris. De leerling valt onder de CAO van het bedrijf. Informeer van te voren goed over wat de mogelijkheden zijn wanneer het contract om een of andere reden wordt beindigd. Vraag ook of je in aanmerking komt voor een studiekostenvergoeding. Mensen die voor de BBL kiezen, hebben een voorkeur voor praktisch leren en willen direct in de echte praktijk beginnen. Voor een aantal spelen financile redenen ook een rol. Vaak zijn het jongeren met al enige werkervaring of oudere jongeren die al aan het werk zijn en toch een niveau hoger willen komen of zich om willen scholen. Voor leerlingen die gemakkelijker leren vanuit hun ervaringen uit de praktijk of voor oudere leerlingen is werken en leren heel geschikt. Let op: de combinatie van werken en leren kan zwaar zijn! Bij beide soorten overeenkomsten zijn altijd drie partijen betrokken: het leerbedrijf, de student en de opleidingsinstelling.

Opmerking: Bij steeds meer opleidingen wordt een zgn. intakegesprek gehouden. Er wordt gelet op de juiste beroepshouding, motivatie en cijferlijst. Mogelijk wordt een eventueel portfolio bekeken bij de intake.

23
Brochure keuzetraject en keuzebegeleiding leerjaar 2 2012-2013

You might also like