Download as doc, pdf, or txt
Download as doc, pdf, or txt
You are on page 1of 11

Visie: Fan-beleving in de sportjournalistiek

Stefan van der Meer

Student

School voor Journalistiek

Utrecht

Studentnummer
1546963

Begeleidend docent
Frank Wezenberg

Aantal woorden

2499

Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Inleiding Argumentatie Journalisten zijn alleen bezig met n club (tegen) Van sportjournalisten wordt soms subjectiviteit verwacht (voor) Journalisten zijn professioneel genoeg (voor) Journalisten laten bewust bepaalde feiten weg (tegen) Tunnelvisie bij sportjournalisten (tegen) Fan zijn is handig bij het maken van verhalen (voor) Niet meer serieus genomen (tegen) Conclusie Bronnendossier p. 7 p. 8 p. 3 p. p. p. p. p. p. p. p. 4 4 4 5 5 6 7 7 p. 2

Inleiding
De onthullingen over het dopinggebruik van voormalig topwielrenner Lance Armstrong zorgde voor veel verontwaardiging. Dat geen journalist ook maar twijfelde aan de eerlijkheid van zijn zeven eindzeges in de Tour de France was onbegrijpelijk. Er kwam veel kritiek, vooral op het sportjournaille. Zij kregen het verwijt niet meer dan verkapte fans te zijn. Misschien klopt die bewering ook wel. Niet alleen in het wielrennen, maar in vrijwel alle takken van sport. Neem voetbal, waar mooie doelpunten met gejuich worden becommentarieerd. Kijkend naar mezelf als aankomend sportjournalist, zie ik ook genoeg bewijzen van een fan. Ik sta bij alle thuiswedstrijden van mijn cluppie ADO Den Haag te schreeuwen vanaf de tribune en uiteraard zijn er ook de sporten waar ik als groot liefhebber naar kijk. Maar is het eigenlijk wel erg, die zogenoemde fan-beleving in de sportjournalistiek? Kunnen journalisten daardoor hun werk minder goed doen? Ik denk het niet. Daarom is mijn stelling: Het is niet schadelijk voor de berichtgeving als sportjournalisten ook fan zijn van een club of sport. Om duidelijk te maken waar ik over spreek in mijn betoog, moet ik eerst een aantal zaken definiren. Wanneer ik spreek over sportjournalisten, heb ik het over sportjournalisten in Nederland. Dit is om mijn onderwerp zo goed mogelijk af te bakenen. Dat betekent niet dat ik alleen bronnen uit Nederland heb verzameld, want er zitten ook Engelse documenten tussen. Qua medium gaat het over dagblad, tijdschrift, radio en televisie. Dit om mij niet te veel beperkingen op te leggen. Op het punt van berichtgeving ben ik breed. Berichtgeving in de sportjournalistiek is dat ook. Als ik zeg dat fan zijn niet schadelijk is voor de berichtgeving, dan lijdt de kwaliteit van sportverslagen er niet onder, maar net zo belangrijk is in dat geval het sportnieuws.

Journalisten zijn alleen bezig met n club


Iets dat me al jaren opvalt is het chauvinisme bij grote sportwedstrijden. Bijzonder vaak gebeurt dit bij wedstrijden van het Nederlands Elftal. Tijdens een groot kampioenschap juichen de commentatoren op de tv bij successen van Oranje mee. Na afloop van de gewonnen halve finalewedstrijd op het WK van 2010 mocht voetballer Wesley Sneijder zelfs op schoot bij interviewer Jack van Gelder1. Voormalig sportjournalist Guus van Holland (Volkskrant en NRC) viel dat ook op, zo liet hij merken in een column in 2008. De aandacht gaat alleen uit naar de successen van onze jongens. Elk succes van een sporter in oranje wordt breed uitgemeten in de krantenkolommen (...) en uitvoerig in beeld gebracht op alle televisiezenders. Alsof er geen buitenlandse sporters met uitzonderlijke talenten meer bestaan. De Nederlandse sportjournalisten gedragen zich meer dan ooit als supporters. Wanneer Oranje wint, heerst er euforie, wanneer Oranje verliest diepe ontgoocheling. Zeer herkenbaar voor de gemiddelde sportvolger. En de vraag is of de kijker of lezer hierdoor een goed beeld krijgt van alles wat er gebeurt in de sportwereld. Ik denk het zelf niet. Zeker getuige het volgende voorbeeld, dat NOS-presentator Mart Smeets tijdens een mediadebat in 2008 aanhaalde. 2 Daarin vertelde hij over het WK wielrennen dat jaar, dat de verslaggever van dienst na afloop twee interviews deed. Eentje met winnaar Alessandro Ballan (Itali) en n met Nederlander Karsten Kroon. Maar Kroon werd uitgezonden, en Ballan niet. Daar was geen tijd meer voor, aldus Smeets. Als er op deze manier verslag wordt gedaan, krijgt de Nederlandse sportvolger een eenzijdig beeld. We zien alleen de Nederlandse kant en missen daardoor andere belangrijke zaken.

Van sportjournalisten wordt soms enige subjectiviteit verwacht


Dat sportjournalisten soms de fan uithangen en op een subjectieve manier verslag doen van een club, dan wel ploeg, is wel duidelijk. Maar dat betekent niet altijd dat dit slecht is. Soms is het zelfs gewenst, stellen Annelies Knoppers en Agnes Elling (2004): In addition, sport journalists are often required to be subjective, such as when they cover international matches involving their country. Thus a certain amount of subjectivity is built into sport journalism (). In contrast, subjectivity is part of the job in the (sport) entertainment domain, where journalists are required to serve and side with the audience. 3 Blijkbaar verwachten kijkers en lezers dat het sportjournaille met een positieve toon verslag doet van bijvoorbeeld de WK-wedstrijd Duitsland-Oranje en daarbij vooral aandacht schenkt aan zijn eigen land. Deze verwachting komt veelal naar voren 1 http://www.dumpert.nl/mediabase/1028061/ed98fcbf/op_schoot_bij_jack.html, vanaf ongeveer 1
minuut 20. Dit voorval was na de halve finale van het WK 2010 in Zuid-Afrika. Nederland had vlak daarvoor Uruguay uitgeschakeld. 2 Verslag van debat over de objectiviteit van de Nederlandse sportpers: http://web.archive.org/web/20081009145523/http://www.mediadebat.nl/index.php? option=com_content&task=view&id=130&Itemid=33 3 'We Do Not Engage in Promotional Journalism'. Discursive Strategies Used by Sport Journalists to Describe the Selection Process.

bij voetbalwedstrijden die het nationale team op grote toernooien spelen. In dit soort gevallen is subjectiviteit klaarblijkelijk wenselijk. In veel gevallen wordt ook vanuit de eigen redactie gevraagd om op een bepaalde toon verslag te doen. Ik liep mijn tweede stage bij AD Sportwereld. Iedere (voetbal)verslaggever had daar zijn eigen club en zij werden in hun wedstrijdverslagen ook geacht om vooral aandacht te besteden aan de club die zij zelf volgden, de tegenstander is ondergeschikt. Dit is een subjectieve manier van berichtgeving, want n partij krijgt de meeste aandacht. Echter, als het team dat de verslaggever volgde compleet door de mand viel, werd dat ook gemeld. Er werd ingegaan op de fouten en waaraan dat lag. Subjectief hoeft in dit geval dus niet meteen positief te betekenen. Sowieso zijn fans in veel gevallen jist kritisch op hun club. Soms zelfs kritischer dan buitenstaanders.

Journalisten zijn professioneel genoeg


Tijdens je werk ben je journalist, in je privleven ben je supporter. Dat zijn twee totaal verschillende dingen en die dien je gescheiden te houden. Werk en priv gescheiden houden gebeurt ook bij andere beroepen, dus waarom in de journalistiek niet? Dat vindt ook Maarten Scholten, al sinds 1994 allround sportjournalist voor NRC Handelsblad. Hij weet dat iedereen zo zijn favorieten heeft. Ook bij NRC heeft iedereen zijn voorkeur voor club of sport, maar wij zijn allemaal journalisten en wij houden die zaken gescheiden. Daar zijn we professioneel genoeg voor. Zijn collega Yorick Roos van het Algemeen Dagblad is het daarmee eens. Als diehard supporter van een voetbalclub dagelijks verslag doen van je liefde, lijkt lastig. De Zoetermeerder, die jarenlang op Midden-Noord zat bij ADO Den Haag, kreeg ongeveer twee jaar geleden de mogelijkheid om te verhuizen naar de perstribune bij diezelfde club. Die kans liet hij niet onbenut. In het begin was het wel even wennen om achter de schermen te komen, maar die knop ging snel genoeg om. Als journalist ben ik professioneel genoeg om de zaken gescheiden te houden. Roos geeft aan dat hij er tijdens de interviews met zijn helden bij de club achter kwam dat zij ook maar gewoon mensen zijn.

Journalisten laten bewust bepaalde feiten weg


Omdat de journalist zon grote fan is van de sport of de club, mag hij (van zichzelf) niet alles opschrijven wat hij weet. Dat gebeurt al sinds het begin der tijden. Deze eerste generatie professionele sportjournalisten voelde zich zeer verantwoordelijk voor de goede gang van zaken op het terrein van de sport. Dit vormde voor hen kennelijk een reden zich sterk te identificeren met de doeleinden van de voorste bestuurders op sportgebied. 4 Deze eerste sportjournalisten voelden zich meer begaan met de sport dan met de journalistieke functie en daardoor was er geen plaats voor een kritische noot in de verhalen. Hoewel de journalisten zich in de loop der tijd ontwikkelden en meer in het belang van de journalistiek gingen denken, is er nog steeds sprake van deze het verzwijgen van belangrijke informatie. Zo zei Peter Vandermeersch, hoofdredacteur van NRC Handelsblad, in een debat in 2011 dat sportjournalisten vaak meer weten dan ze opschrijven. Vandermeersch stelt dat in het geval van de Belgische wielrenner Johan Museeuw sportjournalisten al lang wisten van

4 Stokvis, 2002. Journalistieke cultuur in Nederland 5

doping. Maar blijkbaar is er sprake van een soort Omerta tussen sport en sportjournalisten en zijn er relevante feiten die we niet in de krant zetten. 5 In het dit jaar uitgekomen Routledge Handbook of Sport Communication van Paul M. Pedersen, wordt uitgelegd waarom journalisten bepaalde zaken verzwijgen. Het boek stelt dat negatieve berichtgeving de sport kunnen schaden, iets dat directe impact heeft op hun eigen baan. Waarom zou een sportjournalist zijn publiek informeren over een iets (het boek haalt doping aan) dat het publiek juist afschrikt, aldus het boek. Minder publiek voor de sport zorgt er indirect ook voor dat er minder aandacht aan wordt gegeven, waardoor een medium minder mensen nodig heeft om verslag te doen hiervan. Dat kan een sportjournalist zijn baan kosten. Hierbij mag overigens de kanttekening gemaakt worden dat in Nederland steeds meer over doping bericht wordt. Iedere journalist hoort echter een bepaalde (ethische) code te volgen. De Code voor de Journalistiek van het Genootschap van Hoofdredacteuren. Hoewel deze code op geen enkele manier bindend is en er geen sancties op staan, wordt deze over het algemeen op veel redacties gerespecteerd. Onder het kopje Onafhankelijk stelt deze code: De journalist verricht zijn werk in onafhankelijkheid en vermijdt (de schijn van) belangenverstrengeling. Sportjournalisten hebben n belang. Dat is niet het belang dat zij als fan hebben, maar het belang van het objectief verslag doen. Echter Dat het gebeurt dat sportjournalisten er meerdere agendas op nahouden is iets algemeen bekends. Het gebeurt niet alleen in de sportjournalistiek, maar ook in de gewone journalistiek. Zaken worden off the record verteld. Als de journalist de persoon dan nogmaals wil spreken, kan hij die teksten beter niet publiceren. Zie het als wisselgeld. Het is dus aan de orde van de dag, maar of dit erg is? Ik denk het niet. Maarten Scholten (NRC), denkt overigens dat dit probleem niet bekend is in de sportjournalistiek Naar mijn weten komt dit vrijwel nooit voor. Scholten kan zich in zijn loopbaan als sportjournalist geen voorvallen herinneren waarin een collega zaken verzweeg. Voorbeelden of cijfers van voorvallen zijn ook niet te vinden.

Tunnelvisie bij sportjournalisten


Hoewel hij het niet direct tegenkomt bij zijn collegas, ziet NRC-journalist Maarten Scholten een gevaar in fan-beleving bij sportjournalisten. Je gaat het groter geheel uit het oog verliezen. Je hebt alleen maar oog voor bepaalde zaken en mist daardoor belangrijke dingen, die er wel toe doen. Tunnelvisie dus. Waar Scholten niet gelooft dat dit aan de orde is, beweert de Ierse journalist David Walsh het tegenovergestelde. Walsh was n van de weinigen die (voormalig) zevenvoudig Tourkampioen Lance Armstrong wantrouwde. Hij kreeg gelijk, want de wielrenner had inderdaad doping gebruikt. Een schok voor veel media, maar niet voor Walsh. Een verklaring voor het gedrag van zijn collegas zoekt hij in oogkleppen die zij op zouden hebben. Soms verblindt die liefde voor de sport. Ze willen niet cynisch worden, ze willen niet horen dat de held een oplichter is. Enthousiasme is wat veel sportjournalisten drijft. Dat willen ze niet kwijtraken. 6

5 Verslag van debat over de sportjournalistiek: http://www.denieuwereporter.nl/2011/12/in-desportjournalistiek-komen-relevante-feiten-niet-altijd-in-de-krant/ 6 Vertaling via http://www.nrc.nl/nieuws/2012/10/22/armstrong-is-tourzeges-kwijt-slechtste-journalistvan-de-wereld-krijgt-gelijk/

In een debat begin januari over de kwestie Armstrong, met daarbij onder meer Wessel Penning, sportchef van het AD, Wessel Penning, en wielerjournalist Thijs Zonneveld werd nog een andere mogelijke reden opgevoerd waarom de verslaggevers last krijgen van een tunnelvisie. Zij zitten te dicht op de wereld waarvan zij fan zijn en die zij eigenlijk kritisch moeten volgen. Dit is iets wat mij een logisch gevolg lijkt. Je bent dagelijks onderdeel van een sport die je daarnaast ook nog eens liefhebt. In het begin zal dat misschien geen grote problemen opleveren, maar op termijn is die kans groter. Daar moet in mijn ogen iets aan gedaan worden. Anderhalf jaar geleden was ik te gast op de redactie van dagblad Trouw. Om iedereen scherp te houden was het daar beleid dat om de zoveel jaar gewisseld werd van redactie. Probleem kan zijn dat je je contacten verliest, maar het heeft voordelen. Je blijft met een frisse blik naar zaken kijken.

Fan zijn is handig bij het maken van verhalen


Als fan weet je vaak heel snel van de hoed en de rand als het gaat om je club. Je volgt deze op de voet en je bent bij vrijwel alle wedstrijden. Bovendien spreek je veel met je mede-supporters over de gebeurtenissen. Dat ondervond ook ADjournalist Yorick Roos, toen hij aan de slag mocht als verslaggever van zijn club ADO Den Haag. Dat ik fan ben, zag ik juist als een extra voordeel bij het maken van verhalen, want je kent de emotie die leeft bij de supporter. Ook was Roos bij belangrijke wedstrijden uit het verleden, zoals de gestaakte wedstrijden tegen Vitesse en Groningen in 2006 en de promotie drie jaar eerder. Dat maakte het voor de journalist makkelijker om dat soort zaken voor nieuwe verhalen terug te halen.

Niet meer serieus genomen


In de sportjournalistiek geldt een ongeschreven regel, de zogenoemde No Cheering In The Press Box-regel, die inhoudt dat een journalist niet mag juichen juicht tijdens een sportwedstrijd. Maar die regel wordt in Nederland nog wel eens overtreden, zegt Mark Misrus, sportjournalist bij de Volkskrant. Op die manier ben je niet meer objectief, net als wanneer je bijvoorbeeld vriendjes met bepaalde sporters wordt en een boek met hen schrijft. Onder meer Mart Smeets deed dat. Je wordt dan niet meer serieus genomen, stelt Misrus. Als jij met Boogerd of Armstrong een mooi boekje over hen maakt, dan kan je hem nooit meer serieus ondervragen over doping. Dan zit je in een spagaat waar je niet meer uitkomt. Op het moment dat je door dit soort zaken geen kritische vragen meer kunt stellen, is het dus lastig om nog sterke nieuwsverhalen te maken.

Conclusie
Mijn aanvankelijke stelling, waarin ik beweer dat het niet erg is dat sportjournalisten ook fan zijn van een club of sport, ga ik iets nuanceren. Yorick Roos en Maarten Scholten vertelden mij dat het geen probleem is, omdat ze er professioneel mee om kunnen gaan. Dat geldt voor een groot deel van de Nederlandse journalisten. Daarnaast is het ook handig als je fan bent, omdat je de sport of club al heel lang volgt en weet wat er leeft. Argumenten die mijn stelling ondersteunen en zeker belangrijk zijn, omdat het verteld wordt door sportjournalisten zelf die relevante ervaring hebben in het vak. Roos gezien zijn tweede leven als supporter van ADO Den Haag en Scholten omdat hij al zon twintig jaar in het vak zit.

Toch liggen er gevaren op de loer. Journalisten die fan zijn kunnen last krijgen van tunnelvisie, omdat zij te dicht op de sport die hen lief is, zitten. Hoewel dit een groot probleem kan zijn, is het makkelijk voorkomen worden door bijvoorbeeld om de zoveel tijd te wisselen van redactie. Daarna keert de journalist met een frisse blik weer terug. Ook het verzwijgen van informatie kan slecht zijn voor de berichtgeving. Het is lastig om dit te voorkomen, zeker omdat dit niet alleen in de sportjournalistiek gebeurt. Toch is dit niet altijd erg, omdat het ook een gevalletje wisselgeld kan zijn. De journalist houdt dan informatie achter om een bepaalde sporter nogmaals te kunnen interviewen. Als laatste is er de mogelijkheid dat je niet meer serieus genomen wordt, omdat je bijvoorbeeld uit je dak gaat bij een doelpunt van je favoriete speler terwijl je live commentaar doet. Dan is het lastig om nog dezelfde speler daarna kritisch te ondervragen. In mijn ogen is alleen het laatste gevaar echt zwaarwegend en daarom vind ik dat de berichtgeving er slechts in beperkte mate onder lijdt, wanneer een sportjournalist ook fan is van een club of speler.

Bronnendossier
Artikelen Pugh, Andrew (oktober 2012) David Walsh: 'It was obvious to me Lance Armstrong was doping' http://www.pressgazette.co.uk/david-walsh-it-was-obvious-me-lance-armstrongwas-doping Geraadpleegd: meerdere keren in mei 2013 Benson, Daniel (december 2012) Q&A: David Walsh on changing cycling, Lance Armstrong and his own fan days http://www.cyclingnews.com/features/q-and-a-david-walsh-on-changing-cyclinglance-armstrong-and-his-own-fan-days Geraadpleegd: meerdere keren in mei 2013 De Nieuwe Reporter (2013) Verslag VVOJ-caf: Laat sportjournalisten samenwerken met onderzoeksjournalisten http://www.denieuwereporter.nl/2013/01/laat-sportjournalisten-samenwerkenmet-onderzoeksjournalisten/ Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 De Nieuwe Reporter (2011) Verslag debat: In de sportjournalistiek komen relevante feiten niet altijd in de krant http://www.denieuwereporter.nl/2011/12/in-de-sportjournalistiek-komenrelevante-feiten-niet-altijd-in-de-krant/ Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 Van Holland, Guus (2008) Sportjournalistiek kiest voor medailles. Opinie VillaMedia http://www.villamedia.nl/opinie/bericht/sportjournalistiek-kiest-voor-medailles/ Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 Mediadebat.nl (2008) Verslag van debat over objectiviteit in de sportjournalistiek http://web.archive.org/web/20081009145523/http://www.mediadebat.nl/index.ph p?option=com_content&task=view&id=130&Itemid=33 Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 NRC.nl (22 oktober 2012) Armstrong is Tourzeges kwijt: 'slechtste journalist van de wereld' krijgt gelijk http://www.nrc.nl/nieuws/2012/10/22/armstrong-is-tourzeges-kwijt-slechtstejournalist-van-de-wereld-krijgt-gelijk/ Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 Teeghman, David (2011) Whats the point of objectivity in sports journalism? Jschoolbuzz http://www.jschoolbuzz.com/whats-the-point-of-objectivity-in-sports-journalism/ Geraadpleegd: meerdere keren in mei 2013 Fry, Jason The Sportswriter as Fan: Me and My Blog http://www.nieman.harvard.edu/reports/article/102526/The-Sportswriter-as-FanMe-and-My-Blog.aspx Geraadpleegd: Meerdere malen in mei 2013

(Digitale) documenten Nederlands Genootschap van Hoofdredacteuren (2008). Code voor de Journalistiek http://www.genootschapvanhoofdredacteuren.nl/het_genootschap/code-voor-dejournalistiek.html Geraadpleegd: 5 juni 2013 Knoppers, Annelies en Elling, Agnes (2004). 'We Do Not Engage in Promotional Journalism' - Discursive Strategies Used by Sport Journalists to Describe the Selection http://irs.sagepub.com.www.dbproxy.hu.nl/content/39/1/57.full.pdf Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 Vijgen, Bram (2008) Wielervolgers; De dubbele houding van de wielerpers. Vakonderzoek Universiteit van Tilburg http://hbo-kennisbank.nl/nl/page/hborecord.view/?uploadId=fontys_didlmods %3Aoai%3Arepository.fontys.nl%3A18943 Geraadpleegd: 1 mei 2013 Luijt, Roelien (2005) Sport en stereotype, een onderzoek naar de weergave van Olympische sporters in Nederlandse kranten . Doctoraal scriptie Universiteit Utrecht www.miramedia.nl/media/files/Sport%20&%20Stereotype.doc Geraadpleegd: 1 mei 2013 Mondelingen bronnen Misrus, Mark. Sportjournalist voor de Volkskrant m.miserus@volkskrant.nl Contact gehad: 06-06-2013 Roos, Yorick. Journalist voor AD/Haagsche Courant - Editie Zoetermeer, voorheen ADO-verslaggever voor AD Sportwereld. Die-hard fan van ADO Den Haag Email: Y.Roos@ad.nl Tel: 06-54964281 Contact gehad: 23-05-2013 Scholten, Maarten. Sportjournalist voor NRC Handelsblad, sinds 1994. Email: M.Scholten@nrc.nl Tel: 020-7553000 Contact gehad: 27-05-2013 Boeken Bardoel, Jo e.a. (2009) Journalistieke cultuur in Nederland. Amsterdam: University Press Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 Petersen, Paul M (2013) Routledge Handbook of Sport Communication. Londen: Routledge Geraadpleegd: Meerdere keren in mei en juni 2013 Boy, Raymond (2006) Sports Journalism Context and Issues. Londen: SAGE Geraadpleegd: 2 mei 2013 Videos

10

De Waan van de Dag (november 2011) Chris van Nijnatten, chef sport 'Algemeen Dagblad', en Guus van Holland, oud-sportjournalist, over de mate van objectiviteit onder sportjournalisten http://www.uitzendinggemist.net/aflevering/24832/De_Waan_Van_De_Dag.html Geraadpleegd: 6 mei 2013

11

You might also like