Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 2

Datum: Aan: Van: Onderwerp: 13 september 2013 Gemeenteraad College van Burgemeester en Wethouders Initiatiefvoorstel variantenstudie nieuwbouw stadhuis

Memo

Het college van B&W van Den Helder raadt het instemmen met het initiatiefvoorstel van de fracties van Helder Onafhankelijk!, Groen Links, Stadspartij Den Helder en de Vrije Socialisten af. Dit voorstel wijkt af van het raadsbesluit genomen op 29 oktober 2012 dat onder andere luidt: Te herbevestigen dat de locatie Stationsplein de geigende plaats is voor nieuwbouw van het stad huis Den Helder. Aan dat raadsbesluit is een lange en intensieve voorbereidingsperiode vooraf gegaan. Tijdens die periode is gebleken dat het bouwen van een nieuw stadhuis een verstandige keuze is en dat de stationslocatie de geigende plaats is voor een nieuw stadhuis. Dit is bekrachtigd door diverse opvolgende raadsbesluiten. Het college is van mening dat het onverstandig is om deze besluitvorming opnieuw ter discussie te stellen. Consistent beleid De gemeenteraad is de vertegenwoordiger van de bevolking. Inwoners van Den Helder verwachten consistente en consequente besluitvorming door het gemeentebestuur. Dat betekent dat de raad zich bewust moet zijn van het feit dat ze in haar huidige samenstelling tot 3 keer toe (13 december 2010, 6 december 2011, en 29 oktober 2012) in meerderheid heeft besloten dat de stationslocatie DE plek voor nieuwbouw stadhuis is. Besluitvorming die bovendien het resultaat was van een langlopende en diepgaande studie en (bestuurlijk) afstemmingsproces. Met het nu ter discussie stellen van dit al zo vaak bekrachtigde besluit komt de bestuurlijke betrouwbaarheid naar burgers en ondernemers in de stad in het geding. Stationslocatie Sinds jaren werkt Den Helder aan de stedelijke vernieuwing van het stadshart. Hiertoe is 2008 het Uitwerkingsplan Stadshart Den Helder vastgesteld. Op 14 mei 2012 is dit uitwerkingsplan door de raad in aangepaste vorm opnieuw vastgesteld. De herinrichting van de stationslocatie is een van de cruciale onderdelen hiervan. Indien het bouwen van het stadhuis op deze locatie geen doorgang vindt, staat deze herinrichting op losse schroeven, waardoor van het voltooien van het uitwerkingsplan geen sprake kan zijn. Een belangrijke ruimtelijke doelstelling die Den Helder zichzelf heeft gesteld, zou daarmee niet gerealiseerd worden. Daarnaast zou de gemeente zich een onbetrouwbare partner tonen ten opzichte van ondernemers die zich inzetten in en voor de binnenstad, indien zij zich terug zou trekken uit een ontwikkeling waarvan zij jaren heeft gezegd erin te zullen investeren. Huisvesting In 2008 / 2009 was al duidelijk dat de gemeentelijke huisvesting sterk verouderd was. Dit uit zich in achterstallig onderhoud, het niet bieden van een prettige werkomgeving voor circa 500 ambtenaren, het niet hebben van een representatief gebouw waar raadsleden, burgers en andere bezoekers worden ontvangen, hoog energieverbruik, onvoldoende flexibiliteit om in te spelen op moderne eisen die worden gesteld aan huisvesting (zoals het nieuwe werken en draadloze ICT-toepassingen). Ook is de organisatie verdeeld over meerdere gebouwen, wat inefficint is en de een-loket-gedachte niet mogelijk maakt. Het investeren in verbetering van de huidige gebouwen vraagt om een grote investering die de geschetste problemen slechts ten dele oplost. Om deze redenen is de voorbereiding tot nieuwbouw gestart om daarmee te komen tot een efficint, flexibel en duurzaam stadhuis. Dit heeft als neveneffect gehad dat sinds 2008 geen grote onderhoudswerkzaamheden zijn uitgevoerd. Het achterstallig onderhoud is daarmee alleen maar opgelopen. De noodzaak om nu ook door te pakken en de nieuwbouw te realiseren dringt zich daarom op. Financieel Vanaf het begin van het project nieuwbouw stadhuis heeft als randvoorwaarde gegolden dat dit niet meer mag kosten dan wat het continueren van het stadhuis op de huidige locatie zou gaan kosten. Dit is vertaald in een budget van 2,1 miljoen (prijspeil 2012), wat eveneens in het raadsbesluit van 29 oktober 2012 is herbevestigd. Uit de variantenstudie blijkt dat aan dit financile kader voldaan kan worden. Het

handhaven van de huidige huisvesting is dus niet goedkoper. Voor het college is er in financieel opzicht daarom geen valide argument te bedenken om de nieuwbouwplannen af te blazen. Welk perspectief biedt het initiatiefvoorstel? Het participatietraject dat het college van plan is te voeren gaat in op de keuze om de twee gebouwen die onderdeel uitmaken van de beoogde bouwvlek al of niet te behouden en in geval van het voormalige postkantoor te integreren in de nieuwbouw. De drie voorgestelde varianten zijn globaal uitgewerkt, waardoor het voor de burgers van Den Helder duidelijk wordt waar zij voor kiezen. De gevolgen van de keuze voor onder andere het behoud van de gebouwen, de inrichting van het gebied, het parkeren, de verkeersafwikkeling, duurzaamheid, gevolgen voor omwonenden en financin zijn inzichtelijk. De fracties van Helder Onafhankelijk!, Groen Links, Stadspartij Den Helder en de Vrije Socialisten stellen voor om de keuze om geen stadhuis op de stationslocatie te bouwen hieraan toe te voegen. Het college staat er niet achter om deze keuze, waarbij de gevolgen voor Den Helder volledig ongewis zijn, voor te leggen aan de burgers. Deze optie roept namelijk meer vragen op dan zij beantwoordt:

Komt er in de toekomst wel of geen nieuw stadhuis? Hoe komt de stationsomgeving eruit te zien? Wat is de toekomst van de gebouwen waar de participatie om draait: het postkantoor en het stationsgebouw? En als dit alles bepaald is: welk kostenplaatje hangt hier aan?
Het college is het dan ook oneens met de stelling van de motie, dat enkel het toevoegen van de ja/nee vraag bijdraagt aan een verantwoorde besluitvorming. De besluitvorming moet gericht zijn op de toekomstige invulling van de stadhuis functie in Den Helder en daarmee samenhangend de ruimtelijk functionele inrichting van het stationsgebied. Zonder inzicht in de consequenties van het antwoord op de ja/nee vraag, voor zowel het stadhuis van Den Helder als de stationsomgeving, draagt een dergelijke extra vraag als onderdeel van het participatietraject niet bij aan een verantwoorde (toekomstgerichte) besluitvorming in dit dossier. Reactie op argumentatie van de indieners van het initiatiefvoorstel De argumentatie van de indieners van het initiatiefvoorstel is gericht op de stelling dat het onverstandig is om nieuwbouw te plegen. Het in het initiatiefvoorstel gevraagde besluit is hier echter niet op gericht, maar gaat enkel over de vraag of de stationslocatie de juiste plek is. Hoewel de gegeven argumentatie dus feitelijk niet direct ter zake doet heeft het college wel een reactie op de argumentatie. Wanneer in de toekomst een fusie met andere gemeenten een feit zou worden, biedt juist een nieuw gebouw, waarin de nodige flexibiliteit is ingebouwd, mogelijkheden om in te spelen op een veranderde behoefte. Daarmee is nieuwbouw ook een strategische stap om te zorgen dat bij een eventuele herinrichting (een deel van) de nieuwe organisatie in Den Helder werkzaam wordt (blijft). De locatie direct gelegen aan het NS station draagt daar aan bij omdat dit de werkplek in Den Helder uitstekend bereikbaar maakt. Juist het handhaven van de verouderde huisvesting zou het gemakkelijk maken om bij een gemeentelijke herindeling afscheid te nemen van Den Helder als vestigingsplaats van de gefuseerde gemeentelijke organisatie. Het andere argument dat de indieners geven dat ingaat tegen nieuwbouw is dat burgers in tijden van crisis (in financile zin) voorop zouden moeten staan. Dit uitgangspunt staat nieuwbouw niet in de weg. Zoals al eerder aangegeven kost nieuwbouw niet meer dan continuering van de bestaande huisvesting (mits op kwalitatief voldoende niveau gebracht). De uitkomsten van de variantenstudie bevestigen dit. Dit is mogelijk doordat de huurlasten van de nevenvestiging wegvallen, doordat het benodigde vloeroppervlak als gevolg van een efficinte indeling die in het nieuwe gebouw mogelijk is enorm afneemt (met daling van exploitatiekosten als gevolg) en doordat een veel energiezuiniger gebouw kan worden gerealiseerd. Daarnaast is nieuwbouw een investering die over een veel langere periode wordt afgeschreven terwijl voor renovatie / groot onderhoud van bestaande huisvesting een beperkte afschrijvingstermijn geldt. Tevens (en niet meegenomen in de berekening van de huisvestingslasten van de nieuwbouwvarianten) ontvangt de gemeente 2,5 miljoen voor het huidige stadhuis en is naar verwachting een besparing mogelijk binnen de facilitaire organisatie (bijvoorbeeld doordat er nog maar n receptiefunctie nodig is). Er hoeft dus niet bezuinigd te worden op voorzieningen voor burgers als gevolg van nieuwbouw. Wel volgt er als positief effect uit de nieuwbouw op de stationslocatie dat de detailhandel en de horeca in de binnenstad een impuls krijgen vanwege de uitgaven die de medewerkers en bezoekers van het stadhuis daar zullen doen.

You might also like