Kinderen oefentoets

Kinderen oefentoets



002396 - 1.3 Stofwisselingsziekte06
1. Een patintje van 4 maanden oud presenteert zich met hypoglycaemieen, hoog lactaat in het
bloed en bij lichamelijk onderzoek een sterke vergroting van de lever. Wat is de meest
waarschijnlijke diagnose?
a. Ureumcyclusdefect
b. Vetzuuroxidatiestoornis
c. Glycogeenstapelingsziekte

001488 - 3.1 Intoxicaties tijdens de zwangerschap06
2. Een pasgeborene van een heroneverslaafde moeder ontwikkelt diarree en convulsies. Wat
is juist?
a. Beide verschijnselen passen bij een opiaat-abstinentiesyndroom
b. Slechts n van deze verschijnselen past bij een opiaat-abstinentiesyndroom
c. Gn van deze verschijnselen past bij een opiaat-abstinentiesyndroom

001422 - 4.1 Geboortetrauma01
3. Bij een neonaat ziet u een zwelling links parietaal die niet over de schedelnaden heen gaat.
Wat is uw diagnose?
a. Caput succedaneum
b. Cephaal hematoom
c. Subgaleale bloeding

001527 - 5.1 Icterus02
4. Wat is het risico van een pathologische icterus neonatorum en door welke stof wordt dit
veroorzaakt?
a. Kernicterus, door een verhoogd totaal bilirubine
b. Kernicterus, door geconjugeerd bilirubine
c. Kernicterus, door ongeconjugeerd bilirubine

000311 - 5.2 Hypoglycaemie11
5. Wat zijn oorzaken van neonatale hypoglykemie?
a. Dysmaturiteit, prematuriteit en hyperviscositeit
b. Ondervoeding, caput succedaneum en asfyxie
c. Hypothermie, claviculafractuur en sepsis
d. Maternale diabetes mellitus, galactosemie en hemangiomen

002737 - 5.3 Sepsis01
6. Wat is een risicofactor voor early-onset sepsis bij de neonaat?
a. Een ingebrachte navelvenelijn
b. Maternale koorts tijdens de partus
c. 8 uur gebroken vliezen

001615 - 6.1 Varicella01
7. U ziet Tom, een jongetje van 4 maanden met vlekjes sinds enkele uren. Hij gaat niet naar
een dagverblijf, maar op de crche van het oudere broertje heerst sinds 6 dagen
waterpokken. U ziet een gering niet wegdrukbaar exantheem op de romp zonder blaasjes.
Waarom zegt u dat de waterpokken onwaarschijnlijk zijn?
a. De incubatietijd is nog niet voorbij
b. Er zijn geen blaasjes
c. Op deze leeftijd kom waterpokken niet voor

1 / 4
Kinderen oefentoets
002742 - 7.1 kindermishandeling12
8. Welke stelling betreffende het Algemeen Meldpunt Kindermishandeling (AMK) is juist?
a. Iedereen kan een vermoeden op kindermishandeling melden bij het AMK
b. Een arts kan een vermoeden op kindermishandeling niet anoniem melden bij het AMK
c. Het AMK kan bij een onveilige situatie een kind uit huis plaatsen

002408 - 7.2 Het bedreigde kind 07
9. Een gedehydreerde zuigeling is in diepe shock en het lukt niet meteen een perifeer infuus te
plaatsen. Wat moet de volgende stap zijn?
a. Centraal veneuze lijn inbrengen onder narcose
b. ORS per sonde
c. Botnaald in de tibia plaatsen

001703 - 7.2 Brandwonden en vergiftiging17
10. Een 4-jarige verstandelijk gehandicapte jongen heeft wasbenzine gedronken. Wat is het
voornaamste risico?
a. Acute encefalopathie
b. Pneumonie
c. Ritmestoornissen

001737 - 8.1 Bronchiolitis04
11. Wat is juist? Bij de behandeling van bronchiolitis:
a. Zijn de genomen maatregelen voornamelijk ondersteunend
b. Nemen steroden een belangrijke plaats in
c. Wordt antivirale medicatie gegeven

001760 - 8.3 cystic fybrosis03
12. Hoe is het overervingspatroon bij CF?
a. Autosomaal dominant
b. Autosomaal recessief
c. X gebonden recessief

001794 - 8.4 Astma22
13. Wat is juist? Astma:
a. Heeft vrijwel altijd een allergische oorzaak
b. Wordt bij zuigelingen vaak veroorzaakt door allergie tegen huisstofmijt
c. Leidt met enige regelmaat tot een dusdanige respiratoire insufficintie dat beademing
noodzakelijk is
d. Wordt doorgaans in eerste instantie behandeld met een beta-sympathicolyticum

002746 - 11.2 UWI17
14. J immy wordt verdacht van een urineweginfectie. Bij blaascatheterisatie wordt het volgende
gevonden: 10*4 CFU/ml E Coli. Wat is juist?
a. Dit past bij een urineweginfectie; hij moet worden behandeld
b. Dit is te weinig bacteriegroei voor een urineweginfectie: niet behandelen
c. Dit is te weinig bacteriegroei voor een urineweginfectie: opnieuw catheteriseren
d. Dit past bij contaminatie

000665 - 14.2 Pubertas praecox015
15. Schaamhaargroei bij een meisje van 8 jr zonder borstontwikkeling:
a. Duidt op activiteit van de ovaria
b. Duidt op activiteit van de hypofyse / hypothalamus as
c. Duidt op activiteit van de bijnier

000678 - 14.3 Bijnier1
16. Het basisdefect van een adrenogenitaal syndroom is een stoornis in de synthese van:
a. Bijnier oestrogenen
b. Cortisol
c. Bijnierandrogenen

2 / 4
Kinderen oefentoets
002312 - 17.3 Encephalitis01
17. Waardoor wordt een HSV encefalitis bevestigd?
a. Specifiek EEG
b. Specifieke afwijkingen op de CT of MRI
c. HSV-PCR liquor

000863 - 16.1 kinderorthopaedie6
18. Welke stelling is juist? Congenitale heupdysplasie:
a. Komt meer voor na hoofdligging dan na stuitligging
b. Kenmerkt zich door een beperkte abductie in het aangedane gewricht
c. Kenmerkt zich door een beperkte flexie in het aangedane gewricht

001819 - 8.5 Dyspnoe01
19. Waarop kan het acuut optreden van heftige dyspnoe met een luide inspiratoire stridor bij een
4-jarige berusten?
a. Astma
b. Aspiratie van een vreemd lichaam
c. Beide

001652 - 18.2 Ziekte van Kawasaki01
20. Welke van onderstaande kenmerken hoort niet bij de ziekte van Kawasaki?
a. Lymfadenopathie
b. Conjunctivitis
c. Petechien

002001 - 20.3 Motorische ontwikkeling06
21. Wat is juist? U moet zich zorgen beginnen te maken als een kind nog niet zelfstandig los zit
op een leeftijd van:
a. 6 maanden
b. 9 maanden
c. 12 maanden

002436 - 20.4 Voeding 01
22. In bepaalde leeftijdsfasen hebben kinderen een hoge calorische intake nodig omdat zij in die
periode een forsere groei doormaken dan in andere fases van het leven. In welke
leeftijdsperiode is dit effect het sterkst?
a. Op zuigelingenleeftijd
b. In de kleuterperiode
c. In de puberteit

002633 - 11.1 Hydrocele01
23. Een grote niet pijnlijke en licht doorlaatbare zwelling van het scrotum bij een 5 maanden
oude zuigeling berust waarschijnlijk op een:
a. Varicokele
b. Maligne testis tumor
c. Hydrokele

002423 - 20.1 Vaccinatie-alg 01
24. Wat is juist? Volgens het Rijksvaccinatieprogramma krijgen kinderen in het eerste levensjaar
naast een DKTP-HIB vaccinatie ook:
a. Pneumokokkenvaccin
b. Pneumokokkenvaccin en BMR
c. Pneumokokkenvaccin, BMR en meningokokken C vaccin

3 / 4
Kinderen oefentoets
4 / 4
002160 - 10.5 Obstipatie bij kinderen01
25. Welk onderzoek is aangewezen bij een zuigeling met obstipatie vanaf de geboorte en bij
rectaal toucher een lege ampul?
a. Een rectumzuigbiopt
b. Een coloninloop
c. Beide onderzoeken

002213 - 10.1 Gastro-enteritis11
26. Waardoor wordt de meest voorkomende darminfectie op de zuigelingenleeftijd wordt
veroorzaakt?
a. Rota-virus
b. Giardia lamblia
c. Salmonella

002241 - 6.4 Exanthema subitum04
27. Wat is juist? Convulsies worden met name gezien in het kader van:
a. Waterpokken
b. Erythema infectiosum
c. Exanthema subitum

002738 - 6.3 Kinkhoest16
28. Wat is de belangrijkste reden om een patient met kinkhoest te behandelen met een
antibioicum
a. Verminderen van besmettelijkheid
b. Voorkomen van secundaire infecties
c. Beide items zijn juist

002552 - 15.1 Eczeem11
29. Wat is juist?
a. Seborrhoisch eczeem bij zuigelingen beperkt zich tot de hoofdhuid
b. Seborrhoisch eczeem jeukt niet
c. Beide stellingen zijn juist
d. Beide stellingen zijn onjuist

002733 - 1.1 Syndroom van Down04
30. Welke zintuigen van kinderen met het syndroom van Down zijn vaak aangedaan?
a. Gehoor
b. Reuk
c. Beide alternatieven zijn juist
d. Geen van beide alternatieven is juist

===Einde ===