Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 258

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Welkom bij Hartelijk dank voor het installeren van Waarom ? Aan de slag met Nitro Pro 7 De gebruikersinterface van Nitro Pro 7 verkennen De gebruikersinterface van Nitro Pro 7 1 Menu Bestand 2 Werkbalk Snelle toegang 3 Linttabbladen 4 Balk Zoeken 5 Informatiebalk 6 Documentvenster 7 Functies voor in- en uitzoomen en paginaweergave 8 Paginabesturingselementen 9 Onderste navigatievensters 10 Zijbalkvensters voor navigatie Sneltoetsen van het lint Sneltoetsen weergeven en gebruiken Compatibiliteit met andere applicaties Hulp opvragen Tabbladgroepen in Help Help Online support Product Learning Center Het dialoogvenster Learning Center openen Het venster Learning Center niet weergeven wanneer Nitro Pro wordt geopend Online-Help Controleren op software-updates Handmatig op updates controleren De frequentie van updatecontrole wijzigen Support-functies Technische gegevens verzamelen De printer Nitro PDFCreator opnieuw installeren Microsoft Office-invoegtoepassingen bijwerken Taken en gereedschappen PDF-bestand bekijken en navigeren PDF-bestand openen Een PDF-bestand openen Het menu Bestand Slepen en neerzetten Dubbelklikken of rechtsklikken Paginaweergave wijzigen Weergaveopties van het documentvenster wijzigen: i 1 1 1 2 3 3 3 3 4 4 4 4 4 4 4 5 6 6 7 8 8 8 8 8 9 9 9 10 11 11 11 12 12 12 12 13 14 15 15 15 15 15 16 16

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Paginaweergave vergroten/verkleinen: De paginaweergave draaien: Zoomniveau instellen Het zoomgereedschap gebruiken: Het zoomniveau instellen met de paginabesturingselementen: Bladeren door uw document Bladeren door de pagina's Pagina's door- of terugschuiven: Deelvensters voor navigatie Het deelvenster Pagina's Het deelvenster Bladwijzers Het deelvenster Handtekeningen Het deelvenster Lagen Het deelvenster Lagen Het deelvenster Lagen weergeven: Een OCG-laag weergeven of verbergen: De standaardstatus van een laag herstellen: Structuur van lagen uitvouwen of samenvouwen: Het deelvenster Commentaar Het deelvenster Commentaar tonen of verbergen: Het deelvenster Bijlagen Het deelvenster Bijlagen tonen of verbergen: Werken met bijlagen in het deelvenster Bijlagen: Het deelvenster Uitvoer Het deelvenster Uitvoer bekijken: De berichten in het deelvenster Uitvoer wissen: Tekst zoeken Tekst in een document zoeken Meerdere documenten parallel weergeven Het scherm in twee of meer delen splitsen: Een PDF-document tussen tabgroepen verplaatsen Een PDF-document met rechtsklikken naar een andere tabgroep verplaatsen: Een PDF-document naar een andere tabgroep slepen: Normale weergave herstellen: Voorbeeldweergave van uw PDF-bestanden PDF-bijlage in Microsoft Outlook bekijken PDF-bijlage in Outlook bekijken: PDF-bestanden in Windows Verkenner bekijken PDF-bestanden in Windows Verkenner bekijken: Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing De Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing gebruiken Nitro PDF browser-invoegtoepassing configureren Google Chrome configureren Microsoft Internet Explorer configureren Mozilla Firefox configureren Bestanden openen en opslaan in een WebDAV-locatie Een WebDAV-verbinding maken in Windows 7 of Vista Een WebDAV-verbinding maken in Windows XP ii

16 17 18 18 18 19 19 19 20 20 21 21 22 23 23 23 23 23 24 24 25 25 25 26 26 26 27 27 28 28 28 28 28 28 30 30 31 31 32 33 33 33 33 33 34 35 35 35 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een PDF-bestand maken Afdrukken naar Nitro Creator 2 Een document afdrukken naar Nitro Creator 2 Documenteigenschappen instellen PDF-document maken van een willekeurig bestand Een PDF-document maken: Aangepaste instellingen voor PDF PDF/A-bestanden maken Over PDF/A PDF/A-1a en PDF/A-1b PDF/A-bestanden maken met de printer Nitro PDF Creator PDF/A-bestanden maken met de functie PDF - Van bestand PDF/A-bestanden maken met Microsoft Office 2007/2010-programma's PDF/A-bestanden maken met Microsoft Office 2003-programma's PDF/A-bestanden maken via een scanner Een PDF maken van het klembord of van schermopnamen Een PDF maken van een afbeelding op het klembord Gentegreerde functie voor het maken van PDF's PDF maken met slepen en neerzetten Het bestand naar de snelkoppeling op het bureaublad slepen: Het bestand naar Nitro Reader slepen: PDF-document opslaan PDF-document opslaan Nieuwe versie van uw PDF-document maken met Opslaan als Wijzigingen afvlakken en opslaan als een PDF-bestand Voorkeuren voor Nitro Creator 2 De voorkeuren voor Nitro Creator 2openen: HetNitro Creator 2 dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken Nitro Creator 2 Pagina's PDF-eigenschappen PDF-beveiliging Microsoft Office-bestanden vanuit Microsoft Office-applicaties naar PDF converteren Instellingen van Microsoft Office-invoegtoepassingen De instellingen van Office-invoegtoepassingen wijzigen Microsoft Office 2007/2010: Microsoft Office 2003: Overzicht van instellingen voor Microsoft Office-invoegtoepassingen Microsoft Word-bestanden naar PDF converteren Microsoft Word 2007/2010 Een PDF maken Een beveiligde PDF maken Een PDF/A-1b compatibele PDF maken De instellingen voor PDF-conversie wijzigen Microsoft Word 2003 Microsoft Excel-bestanden naar PDF converteren Microsoft Excel 2007/2010 Een PDF maken iii

36 37 37 37 38 38 38 40 40 40 40 40 41 41 41 42 42 43 43 43 43 44 44 44 45 46 46 46 46 47 47 48 49 50 50 50 50 50 52 52 52 52 52 52 52 53 53 53 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een beveiligde PDF maken Een PDF/A-1b compatibele PDF maken De instellingen voor PDF-conversie wijzigen Microsoft Excel 2003 Microsoft PowerPoint-bestanden naar PDF converteren Microsoft PowerPoint 2007/2010 Een PDF maken Een beveiligde PDF maken Een PDF/A-1b compatibele PDF maken De instellingen voor PDF-conversie wijzigen Microsoft PowerPoint 2003 Scannen en OCR PDF maken van scan Van papier naar PDF scannen Instellingen voor beeldcompressie Opties voor beeldcompressie Kleur/grijswaarde Zwart/wit Kwaliteit OCR OCR-voorkeuren OCR-voorkeuren configureren Algemene OCR-voorkeuren OCR op een afgedrukt document toepassen met 'PDF maken van scan' OCR op een papieren document toepassen tijdens scannen OCR toepassen op bestaande PDF's OCR op een document toepassen OCR toepassen op geselecteerde pagina's in een document OCR-problemen oplossen Controleren en commentaar invoeren Notities toevoegenof bewerken Notitie toevoegen: Eigenschappen van notities wijzigen: Standaardeigenschappen van notities Notitie beantwoorden: Notitie verwijderen: Aantekeningen maken met de tekstmarkeringsfuncties Tekst markeren: Markering verwijderen: Markeringseigenschappen wijzigen: Een aantekening beantwoorden: Markering verwijderen: Commentaar beheren en bekijken Het deelvenster Commentaar tonen of verbergen: Commentaar uitvouwen of samenvouwen: Commentaar verwijderen: Commentaar beantwoorden Commentaar beantwoorden: iv

53 53 53 53 54 54 54 54 54 54 54 55 56 56 57 57 57 57 57 58 59 59 59 61 61 62 62 62 63 64 65 65 65 65 65 66 67 67 67 67 68 68 69 69 69 69 70 70 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Commentaar sorteren Commentaar sorteren: Alle commentaar tonen of verbergen Commentaar uit meerdere bestanden samenvoegen Commentaar exporteren uit een feedbackbestand Commentaar van meerdere personen in n PDF importeren Commentaar samenvatten Commentaar samenvatten in PDF Commentaar samenvatten om af te drukken Voorkeuren voor afdrukken en samenvatten wijzigen PDF's opmaken met tekengereedschappen Een lijn, pijl, rechthoek of ovaal toevoegen Een vrije-vormtekening toevoegen Feedback aan een tekening toevoegen De vormgeving of eigenschappen van een tekening wijzigen De standaardvormgeving van tekeningen instellen Een rechte lijn omzetten in een pijl Een tekening verwijderen Tekstvakken en toelichtingen Een tekstvak met commentaar toevoegen Tekst in een bestaand tekstvak bewerken De vormgeving van een tekstvak met commentaar wijzigen De plaats of het formaat van een tekstvak wijzigen De standaardvormgeving van tekstvakken instellen Een tekstvak verwijderen Bestanden als aantekeningen bijvoegen Een bestand als aantekening bijvoegen De weergave of eigenschappen van een bestandsbijlage wijzigen Een bestandsbijlage openen Een bestandsbijlage opslaan PDF exporteren PDF naar Microsoft Word converteren PDF naar Microsoft Word converteren PDF naar Microsoft Excel converteren PDF naar Microsoft Excel converteren PDF-bestanden naar afbeeldingen converteren PDF naar afbeelding converteren PDF naar Rich Text converteren PDF naar Rich Text converteren PDF naar onbewerkte tekst converteren PDF-bestand naar onbewerkte tekst converteren: Instellingen voor het exporteren van PDF naar Word en RTF Pagina-indeling Afbeeldingen Tabellen Kop- en voettekst Geavanceerd tekstherstel Tekst en afbeeldingen selecteren en kopiren v

71 71 72 73 73 73 74 74 74 74 76 76 76 76 76 77 77 77 78 78 78 78 78 79 79 80 80 80 80 80 81 82 82 83 83 84 84 85 85 86 86 87 87 87 88 88 88 89 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een hele pagina tekst in een PDF-document kopiren Tekst in een PDF-document selecteren Afbeeldingen in een document selecteren en kopiren Een snapshot maken Alle afbeeldingen ophalen Afbeeldingen ophalen uit PDF-bestanden Werken met formulieren Formulieren invullen en opslaan Digitaal formulier met interactieve velden invullen Formulier opslaan: Een formulier terugzetten: Handtekening stempelen met QuickSign Uw handtekening voorbereiden QuickSign-handtekening maken in Nitro Reader Uw handtekening op de pagina stempelen met QuickSign Uw handtekeningen beheren: Formulieren Formuliervoorkeuren Formuliervoorkeuren bewerken Formulieren opstellen Een formulierveld toevoegen Een formulierveld bewerken Gereedschappen voor formuliervelden Formulierveldkenmerken Algemeen Vormgeving Actie Een testveld maken Een tekstveld toevoegen Een tekstveld bewerken Een veld voor een selectievakje maken Een veld voor een selectievakje toevoegen Een formulierveld voor een selectievakje bewerken Een veld voor een keuzerondje maken Een keuzerondje toevoegen Een formulierveld voor een keuzerondje bewerken Een veld voor een keuzelijst met invoervak maken Een veld voor een keuzelijst met invoervak toevoegen Een formulierveld voor een keuzelijst met invoervak bewerken Een keuzelijstveld maken Een keuzelijstveld toevoegen Een keuzelijstveld voor een formulier bewerken Een knopveld maken Een knopveld toevoegen Een formulierveld voor een knop bewerken Een veld voor een digitale handtekening maken Een nieuw formulierveld voor een digitale handtekening maken Een formulierveld voor een digitale handtekening bewerken vi

89 89 89 90 91 91 92 93 93 93 94 95 95 95 95 96 97 97 97 98 98 98 99 100 100 100 101 102 102 103 104 104 104 105 105 105 106 106 106 107 107 107 108 108 108 109 109 109 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Meerdere velden maken Een batch gelijke velden maken Tabvolgorde instellen De tabvolgorde instellen Meerdere velden bewerken, uitlijnen en indelen De vormgeving van meerdere velden bewerken De uitlijning en ruimte tussen formuliervelden instellen Formuliervelden op een raster uitlijnen Het raster tonen of verbergen Uitlijnen op raster in- of uitschakelen Rasterweergave aanpassen Eenheden en rastervoorkeuren Vormgevingsinstellingen voor formuliervelden opnieuw gebruiken Een vormgeving maken voor een formulierveld Een vormgeving toepassen op een formulierveld Formuliergegevens importeren en exporteren Gegevens uit een PDF-document exporteren Gegevens in een PDF-document importeren Formuliergegevens opnieuw instellen Formuliergegevens opnieuw instellen Uw eigen resetknop maken Formuliergegevens verzenden Een verzendknop maken Velden tonen of verbergen Velden tonen/verbergen Veldgegevens berekenen Een berekening opstellen JavaScript JavaScripts zoeken Veldscripts JavaScript-console Documentacties JavaScripts op documentniveau JavaScripts op mapniveau JavaScripts kopiren en plakken JavaScript op mapniveau toevoegen of bewerken JavaScript op mapniveau toevoegen of bewerken JavaScript op documentniveau Een JavaScript op documentniveau schrijven Aangepast JavaScript voor berekening toevoegen of bewerken Een berekeningsscript schrijven Vereenvoudigde veldnotaties toevoegen Een vereenvoudigde veldnotatie toevoegen De JavaScript-console gebruiken De JavaScript-console gebruiken Uitvoer- en JavaScript-fouten weergeven Het deelvenster Uitvoer openen Ondersteunde JavaScript-objecten vii

110 110 111 111 112 112 112 113 113 113 113 113 114 114 114 115 115 115 116 116 116 117 117 118 118 119 119 120 121 121 121 121 121 122 123 124 124 125 125 126 126 127 127 128 128 129 129 130 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

App-object Doc-object Color-object Console-object Event-object Field-object Global-object Identity-object Link-object This-object Util-object OCG-object Eigenschappen en methoden Voorbeeld: Bewerken Tekst Afbeeldingen Bestanden Verwante informatie Tekst toevoegen of bewerken Tekst toevoegen Tekst bewerken Tekst verplaatsen Een alinea of afbeelding verwijderen Tekst afvlakken Kop- en voettekst Alle beheerde kop- en voetteksten weergeven Profielen beheren en het menu Toepassen op document configureren Nieuwe koptekst of voettekst aan een profiel toevoegen Een kop- of voettekstprofiel importeren of exporteren Kop- of voettekst in uw PDF-document invoegen Alle kop- en voettekst uit een document verwijderen Watermerken en achtergronden Alle beheerde watermerken weergeven Profielen beheren en het menu Toepassen op document configureren Een nieuw watermerk of nieuwe achtergrond aan een profiel toevoegen Een watermerkprofiel importeren of exporteren Een watermerk of achtergrond in een PDF-document invoegen Alle watermerken en achtergronden uit een document verwijderen Bates-nummers Bates-nummers aan een PDF toevoegen Bates-nummers aan een reeks PDF-bestanden toevoegen Bestanden bijvoegen Een bestand op documentniveau bijvoegen Afbeeldingen Afbeeldingen invoegen Een afbeelding invoegen Een afbeelding ophalen viii

131 132 134 135 136 137 140 141 142 143 144 145 145 145 146 146 146 146 146 147 147 148 148 148 148 149 149 149 149 150 150 150 151 151 151 151 152 152 152 154 154 154 155 155 156 157 157 158 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een afbeelding ophalen Afbeeldingen verwijderen Een afbeelding verwijderen Meerdere afbeeldingen selecteren Afbeeldingen rangschikken Afbeeldingen rangschikken Afbeeldingen vergroten/verkleinen en bijsnijden De grootte van afbeeldingen wijzigen Een afbeelding bijsnijden De kleurruimte van afbeeldingen wijzigen De kleurruimte van een afbeelding wijzigen Afbeeldingen vervangen Een afbeelding vervangen PDF-bestanden optimaliseren Een PDF-document optimaliseren Instellingen voor beeldoptimalisatie Comprimeren Verkleinen Beschikbare instellingen voor beeldoptimalisatie Web Kantoorkwaliteit Professionele kwaliteit Zoveel mogelijk als origineel Afbeeldingen ongewijzigd laten Aangepast Documenteigenschappen Documenteigenschappen weergeven Documentinformatie en metagegevens Documentinformatie of metagegevens toevoegen of bewerken Eigen metagegevensvelden toevoegen of bewerken Documentbeveiliging De beveiliging van een bestand weergeven Lettertypen Bekijken welke lettertypen in een document zijn gebruikt Eigenschappen Eerste weergave Eigenschappen voor eerste weergave instellen Redactie Markeren voor redactie Tekst markeren voor redactie Een afbeelding markeren voor redactie Pagina's markeren voor redactie Markeringen op pagina's herhalen Een redactiemarkering verwijderen Redacties toepassen Redactie-eigenschappen instellen Redactiecodes Zoeken en redigeren Metagegevens verwijderen ix

158 159 159 159 160 160 161 161 161 162 162 163 163 164 164 165 165 165 165 165 165 166 166 166 166 167 167 168 168 168 169 169 170 170 171 171 172 172 172 173 173 173 173 174 174 174 175 177 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Redenen voor het verwijderen van metagegevens Metagegevens verwijderen Koppelingen Een koppeling toevoegen Een koppeling aan een PDF-document toevoegen Koppelingen bewerken De vormgeving van koppelingen in PDF-documenten bewerken Een standaardstijl voor koppelingen instellen Koppelingen uitlijnen, vergroten/verkleinen en verplaatsen De plaats en eigenschappen van koppelingen vergrendelen en ontgrendelen Koppelingen verwijderen Automatische paginakoppelingen Paginakoppelingen maken Webkoppelingen van URL's maken Actieve webkoppelingen maken Automatisch trefwoordkoppelingen maken Trefwoordkoppelingen maken Bladwijzers Bladwijzers in een PDF-document bekijken Een PDF-document zodanig configureren dat het met het deelvenster Bladwijzers wordt geopend Bladwijzers bekijken en gebruiken Het deelvenster Bladwijzers openen Het lettertype in het deelvenster Bladwijzers vergroten of verkleinen Een bladwijzer maken Een bladwijzer aan een PDF-document toevoegen Een kop of tekst als bladwijzer instellen Automatisch bladwijzers maken Automatisch bladwijzers maken Bladwijzerkenmerken selecteren Tekstmaskers . ^ $ [] [^] \ * + ? () | Bladwijzers bewerken De actie van een bladwijzer instellen Een bladwijzer verwijderen Alle bladwijzers verwijderen De naam van een bladwijzerlabel wijzigen

177 177 178 179 179 180 180 180 180 180 181 182 182 183 183 184 184 185 185 185 186 186 186 187 187 187 188 188 188 189 189 189 190 190 190 190 190 191 191 191 191 192 192 192 192 192

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De weergave van bladwijzers wijzigen De volgorde van bladwijzers wijzigen Bladwijzers groeperen Beveiliging Wachtwoordbeveiliging Certificaatbeveiliging De beveiliging van een bestand weergeven Instellingen voor bevoegdheden Wachtwoordbeveiliging PDF-bestanden beveiligen met een wachtwoord Wachtwoordbeveiliging beheren Wachtwoordbeveiliging toepassen met een specifiek profiel Certificaatbeveiliging PDF-bestanden beveiligen met een certificaat Certificaatbeveiliging beheren Certificaatbeveiliging toepassen met een specifiek profiel Beveiligingsprofielen Uw beveiligingsprofielen weergeven Een nieuw beveiligingsprofiel toevoegen Een beveiligingsprofiel bewerken Een beveiligingsprofiel verwijderen JavaScript-beveiliging JavaScript uitschakelen Digitale id's Digitale id's beheren Digitale id maken Digitale id importeren Digitale id exporteren Digitale id per e-mail exporteren Vertrouwde contacten beheren Vertrouwd contact toevoegen ID van een contact exporteren Openbare sleutelcertificaten delen Digitale handtekeningen Documenten digitaal ondertekenen Een document digitaal ondertekenen De vormgeving van handtekeningen aanpassen Een nieuwe digitale handtekening maken De vormgeving van een digitale handtekening bewerken Certificaten en handtekeningen bekijken en valideren Deelvenster Handtekeningen Statuspictogrammen voor PDF-documenten Handtekeningen en certificaten op de pagina van een PDF-document bekijken PDF-bestanden certificeren Redenen voor het certificeren van een document Een PDF-document certificeren Handtekening met digitale tijdstempel Instellingen van digitale tijdstempel beheren xi

192 193 193 194 194 194 194 195 196 196 196 196 198 198 198 199 200 200 200 200 200 201 201 202 203 203 203 203 203 205 205 205 205 206 207 207 208 208 208 209 209 209 209 211 211 211 213 213 Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Invoegtoepassingen van partnerprogramma's 214 Evernote 215 Evernote instellen: 215 Naar Evernote verzenden 215 PDF-bestand naar Evernote verzenden: 215 Geselecteerde tekst naar Evernote verzenden: 215 Afbeelding naar Evernote verzenden: 215 De gebruikersinterface aanpassen 216 De werkbalk Snelle toegang 217 Een knop aan de werkbalk Snelle toegang toevoegen: 217 Een knop van de werkbalk Snelle toegang verwijderen: 217 De werkbalk Snelle toegang verplaatsen: 217 Geavanceerde configuratie van de werkbalk Snelle toegang 217 Het lint minimaliseren 219 Het lint minimaliseren: 219 Bestanden samenvoegen en pagina's opstellen 220 Bestanden samenvoegen in PDF 221 Bestanden samenvoegen in PDF vanuit een map of vanaf het bureaublad 221 Bestanden in Nitro PDF Professional samenvoegen in PDF 221 Pagina's opstellen 222 U kunt op een van de volgende manieren toegang krijgen tot de functies voor het rangschikken van pagina's: 222 Pagina's bijsnijden of vergroten/verkleinen 223 Pagina's bijsnijden met de functie Bijsnijden 223 Pagina's draaien 224 Een PDF-document tijdelijk draaien tijdens weergave 224 Pagina's in een PDF permanent draaien 224 Pagina's ophalen 225 Pagina's ophalen 225 Pagina's verwijderen 226 Pagina's verwijderen met de functie Pagina's verwijderen 226 Pagina's verwijderen via het deelvenster Pagina's 226 Pagina's in een andere volgorde zetten 227 De volgorde van pagina's wijzigen in het deelvenster Pagina's 227 Pagina's invoegen 228 Pagina's in een PDF invoegen 228 Pagina's splitsen 229 Navigatieproblemen voorkomen 229 Splitsen in groepen pagina's 230 Een PDF in groepen pagina's splitsen 230 Splitsen op bladwijzers 231 Splitsen op bladwijzers 231 Splitsen op paginabereik 232 Splitsen op paginabereik 232 PDF-documenten afdrukken 234 Een PDF-document afdrukken: 234 PDF-documenten per e-mail verzenden 235

xii

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF als e-mailbijlage verzenden Ongedaan maken en Opnieuw Handeling ongedaan maken: Meerdere handelingen tegelijk ongedaan maken: Ongedaan gemaakte handeling opnieuw uitvoeren: Meerdere handelingen tegelijk opnieuw uitvoeren: Voorkeuren De voorkeuren openen: Uitleg van de voorkeursinstellingen Op updates controleren Kleurbeheer Commentaar invoeren Pop-upnotities Conversie Afbeeldingen ophalen Conversie Onbewerkte tekst Conversie Geavanceerd tekstherstel Formulieren Algemeen Identiteit Interface Internettoegang JavaScript Invoegtoepassingsbeheer Eenheden en raster Bijlage Aantekeningenlaag en inhoudslaag Voorbeelden Tekst uit de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag verplaatsen Afdrukopties Ingesloten lettertypen Lettertypen insluiten

235 236 236 236 236 236 237 237 237 237 237 237 237 238 238 238 238 238 239 239 240 240 240 241 242 242 242 243 244 244

xiii

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Welkom bij
Hartelijk dank voor het installeren van
Deze gebruikershandleiding helpt u te gaan gebruiken voor het lezen en maken van en navigeren door PDF-bestanden en introduceert alle krachtige voorzieningen die u tot uw beschikking hebt om uw PDFwerkproces te verbeteren. Wij stellen uw actieve deelname enorm op prijs en hechten veel waarde aan uw feedback, dus laat ons weten wat u van Nitro Reader, of de andere Nitro PDF softwareproducten, vindt. Via het tabblad Help krijgt u tevens toegang tot ons online forum, waar u kunt ontdekken hoe andere gebruikers van profiteren. Als u aan het forum wilt deelnemen, gaat u naar community.nitropdf.com.

Waarom ?
Met kunt u PDF-bestanden maken, formulieren invullen en opslaan, elektronisch controleren en samenwerken, handtekeningen stempelen, tekst rechtstreeks op de pagina typen, inhoud ophalen en in andere programma's gebruiken, en met elektronische documenten werken op een manier die nog nooit eerder met een PDF-editor mogelijk is geweest. Met de reeks beste-van-de-klas voorzieningen, het revolutionaire gebruiksgemak en zonder de traditionele problemen van PDF-software, voldoet op de meest logische en intutieve manier aan al uw verwachtingen.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Aan de slag met Nitro Pro 7


Selecteer een van de volgende onderwerpen om aan de slag te gaan met Nitro Pro 7: l De gebruikersinterface verkennen l Sneltoetsen van het lint l Compatibiliteit met andere applicaties

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De gebruikersinterface van Nitro Pro 7 verkennen


Nitro Pro 7 beschikt over krachtigere gereedschappen maar is tegelijkertijd makkelijker te gebruiken dan eerdere versies. De functies zijn op taak gegroepeerd in tabbladen en zijn dus makkelijk te vinden, zodat u meteen met uw PDF-bestand aan de slag kunt zonder te hoeven zoeken.

De gebruikersinterface van Nitro Pro 7


De gebruikersinterface van Nitro Pro 7 verdeeld in 10 hoofdgebieden. Hieronder worden de verschillende gedeelten kloksgewijs beschreven, beginnend bij het menu Bestand:

1 Menu Bestand
Het menu Bestand bevat algemene opdrachten voor het openen, opslaan, afdrukken, optimaliseren en verzenden van een PDF-bestand.

2 Werkbalk Snelle toegang


De werkbalk Snelle toegang kan volledig naar wens worden aangepast met de besturingselementen die u het meest gebruikt. Zo zijn ze altijd beschikbaar, ook als u naar andere linttabbladen gaat. Raadpleeg De werkbalk Snelle toegang voor verdere informatie.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

3 Linttabbladen
Het lint in Nitro Pro 7 is ontwikkeld met het oog op intutief gebruiksgemak voor iedereen die bekend is met Microsoft Office 2010. Hierin zijn sets van functies gegroepeerd op basis van de taak die zij uitvoeren. Als u bijvoorbeeld commentaar en notities aan een PDF wilt toevoegen, selecteert u in het tabblad Home in de groep Gereedschappen de optie Notitie toevoegen of Tekstmarkering. Raadpleeg Notities toevoegen of bewerken, Aantekeningen maken met de tekstmarkeringsfuncties en Het lint minimaliseren voor verdere informatie.

4 Balk Zoeken
Met de balk Zoeken kan snel naar bepaalde trefwoorden of woordgroepen in uw PDF-bestand worden gezocht. De zoekbewerking kan verder worden beperkt tot Hoofdlettergevoelig of Alleen hele woorden. Raadpleeg Tekst zoeken voor verdere informatie.

5 Informatiebalk
De informatiebalk verschijnt automatisch wanneer speciale functies van een PDF-bestand uw aandacht vereisen. Als een document bijvoorbeeld gecodeerd is of interactieve formuliervelden bevat, wordt deze informatie in de informatiebalk weergegeven zodra u het document opent.

6 Documentvenster
Voor het bekijken en bewerken van PDF-bestanden wordt het documentvenster gebruikt. In dit venster kunt u met meerdere documenten werken door gebruik te maken van tabbladen (zoals in de meeste webbrowsers), die in horizontale of verticale tabgroepen kunnen worden gerangschikt. Verdere informatie hierover kunt u vinden in: Meerdere documenten in parallelle weergave bekijken.

7 Functies voor in- en uitzoomen en paginaweergave


Met gebruik van deze functies kunt u snel de weergave van het PDF-bestand vergroten of verkleinen. U kunt het zoomniveau instellen met gebruik van de schuifregelaar of door het gewenste percentage op te geven (max. 6400%). Met de besturingselementen voor paginaweergave kunt u opgeven hoeveel pagina's tegelijk op het scherm worden weergegeven. Raadpleeg Zoomniveau instellen en Paginaweergave wijzigen voor verdere informatie.

8 Paginabesturingselementen
Met deze knoppen kunt u door de pagina's van uw PDF-document bladeren, rechtstreeks naar de eerste of laatste pagina van het document gaan, of de eerder bekeken weergaven voor- of achteruit doorlopen. Raadpleeg voor meer informatie PDF-bestand bekijken en navigeren.

9 Onderste navigatievensters
Dit is een reeks deelvensters horizontaal langs de onderkant van het Nitro Pro 7-hoofdvenster. Deze navigatievensters zijn contextgevoelig en worden uitsluitend weergegeven als er informatie is die moet worden weergegeven: l Commentaar: biedt een gestructureerde wijze voor het bekijken, sorteren, beantwoorden en verwijderen van aantekeningen in een PDF-bestand. l Bijlagen: biedt een gestructureerde wijze voor het bekijken, openen, opslaan, toevoegen en verwijderen van bijlagen in een PDF-bestand. l Uitvoer: verschijnt als uw aandacht vereist is voor JavaScript- of systeemberichten.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Raadpleeg Het deelvenster Commentaar, Het deelvenster Bijlagen en Het deelvenster Uitvoer voor verdere informatie.

10 Zijbalkvensters voor navigatie


Dit is een reeks deelvensters verticaal langs de zijkant van het Nitro Pro 7-hoofdvenster. Deze navigatievensters zijn contextgevoelig en worden uitsluitend weergegeven als er informatie is die moet worden weergegeven: l Pagina's: geeft miniaturen weer van alle pagina's in een PDF-bestand en bevat tevens een contextmenu met functies voor het invoegen en bewerken van pagina's, die bereikbaar zijn door met de rechtermuisknop te klikken. l Zoeken en redigeren: hiermee kunt u trefwoorden en woordgroepen in een PDF-bestand zoeken en redigeren. l Bladwijzers: geeft de structuur van de bladwijzers in een PDF-bestand weer en biedt de mogelijkheid bladwijzers te maken, te verwijderen en een andere naam te geven. l Handtekeningen: geeft de digitale handtekeningen in een PDF-bestand weer, met voor iedere handtekening alle informatie en de geldigheidsstatus. l Lagen: hiermee kunt u omschakelen tussen OCT-lagen (Optional Content Group), indien deze in een PDF-bestand aanwezig zijn. Raadpleeg voor meer informatie Deelvensters voor navigatie, Het deelvenster Lagen en Redactie.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Sneltoetsen van het lint


Net als in de meeste programma's hebben alle opdrachten en gereedschappen op de linttabbladen corresponderende sneltoetsen voor snelle activering. U kunt de beschikbare sneltoetsen (inclusief de toetsen voor opdrachten op het actieve tabblad) gemakkelijk weergeven, zodat u ze snel uit uw hoofd kunt leren.

Sneltoetsen weergeven en gebruiken


1. Druk op de toets Alt. Op elke opdracht in de huidige weergave ziet u de letter voor de bijbehorende sneltoets. 2. Druk op de letter voor de gewenste opdracht. 3. Afhankelijk van de toets waarop u drukt, worden mogelijk meer sneltoetsen weergegeven. Als u bijvoorbeeld op R drukt, wordt het tabblad Controleren weergegeven, met de sneltoetsen voor de functies in dat tabblad.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Compatibiliteit met andere applicaties


PDF (afkorting voor Portable Document Format) is de meest gebruikte norm voor de online verspreiding en uitwisseling van digitale documenten tussen talloze persoonlijke en professionele gebruiksomgevingen. Enkele van de vele voordelen van het gebruik van PDF-documenten zijn: l PDF is nu een norm met ISO-certificering en wordt niet langer meer uitsluitend door Adobe beheerd, hetgeen betekent dat alle softwareleveranciers nu de vrijheid hebben om PDFfunctionaliteit in hun applicaties op te nemen. l PDF is compatibel met alle computerplatformen, zoals Windows, Mac en Linux. l Als u in Nitro Pro 7 een PDF maakt of wijzigt, zal het document in andere PDF-viewers op precies dezelfde wijze worden weergegeven, zolang aan de PDF-specificatie wordt voldaan. l PDF-documenten die in een andere PDF-applicatie zijn samengesteld (bijv. Adobe Acrobat), worden in Nitro Pro 7 op precies dezelfde wijze weergegeven als ze worden geopend.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Hulp opvragen
In het tabblad Help van Nitro Reader 2 vindt u verschillende gereedschappen, waarmee u toegang krijgt tot de productdocumentatie en andere online hulpbronnen, zoals de Knowledge Base en het gebruikersforum.

Tabbladgroepen in Help
Help
l

Gebruikershandleiding: hiermee wordt de handleiding die u nu leest geopend. U kunt het document tevens openen door op de toets F1 op uw toetsenbord te drukken en vervolgens Zoeken gebruiken om het betreffende onderwerp te zoeken.

Online support
l

Knowledge Base: hiermee wordt uw standaard webbrowser gestart en wordt automatisch de online Knowledge Base geopend, waarin u oplossingen voor bekende problemen en gedetailleerde uitleg van andere concepten kunt vinden. Vraag stellen: hiermee krijgt u toegang tot de online gemeenschap van gebruikers van Nitro Reader 2. U kunt deelnemen aan gesprekken over PDF-technologien en andere onderwerpen uit de PDF-wereld. Ideen delen: hebt u ideen voor verbeteringen aan Nitro PDF Reader? Wij stellen uw suggesties zeer op prijs en hopen alle ideen met meerwaarde voor Reader en voor uw PDF-werkproces in ons programma op te nemen. Een probleem melden: met deze functie kunt u bugs of problemen melden die optreden bij het gebruik van Nitro Reader 2.

Product
l

Verbeteringsprogramma: u kunt ons helpen meer inzicht te krijgen in de manier waarop u met Nitro Reader 2 werkt door de software toestemming te geven anonieme informatie over uw gebruikspatronen aan ons door te geven. Deze informatie bevat geen persoonlijke of privgegevens, maar uitsluitend gegevens over de gereedschappen die u het meest gebruikt. Op updates controleren: controleer of er updates zijn, of dat u de nieuwste versie van Nitro Reader 2 gebruikt. Info over Nitro Reader: hier kunt u informatie over de softwareversie, de webadressen van Nitro PDF en de licentie bekijken.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Learning Center
De handleiding Learning Center verschaft een kort overzicht, aan de hand waarvan u snel kunt leren hoe u met Nitro Pro 7 de meest algemene taken kunt uitvoeren. Dit is het ideale beginpunt voor nieuwe gebruikers om bekend te raken met het programma. Het venster Learning Center wordt automatisch geopend wanneer u Nitro Pro 7 voor het eerst start, en kan tevens handmatig worden geopend en permanent worden in- of uitgeschakeld.

Het dialoogvenster Learning Center openen


1. Klik op het tabblad Help in het groepsmenu Help op Learning Center.

Het venster Learning Center niet weergeven wanneer Nitro Pro wordt geopend
1. Open het dialoogvenster Learning Center. 2. Klik op het selectievakje Niet weergeven bij opstarten in de rechterbovenhoek van het venster.

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Online-Help
Met vragen of problemen kunnen gebruikers terecht bij de Nitro-hulpbronnen hieronder, die toegankelijk zijn via http://www.nitropdf.com/support/.
l

Knowledge Base. Biedt een archief van veelgestelde vragen en oplossingen voor problemen. Stel een nieuwe vraag, meld een probleem of draag een idee voor verbetering aan. Premium Support. Voor hulp kunt u rechtstreeks contact opnemen met de medewerkers van ons supportteam. Bij alle aankopen krijgt u 30 dagen gratis toegang tot Premium Support, en bij aanschaf van softwareverzekering krijgt u 12 maanden onbeperkt toegang.

10

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Controleren op software-updates
Nitro Pro 7 kan worden ingesteld om automatisch te controleren of er software-updates zijn, of u kunt dit handmatig doen. Standaard controleert het hulpprogramma 'Op updates controleren' eenmaal per week of er updates zijn.

Handmatig op updates controleren


1. Klik in het tabblad Help in het groepsmenu Product op Op updates controleren.

De frequentie van updatecontrole wijzigen


1. 2. 3. 4. Klik op Voorkeuren in het menu Bestand. Klik in het dialoogvenster Voorkeuren op Op updates controleren. Klik op de gewenste instelling. Klik op OK.

11

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Support-functies
De Support-functies bieden u een snelle methode voor het verzamelen van technische gegevens die van pas kunnen komen wanneer u de hulp van het Nitro PDF-ondersteuningsteam inroept. U kunt de Support-functies ook gebruiken om de printer Nitro PDF Creator opnieuw te installeren of om de Microsoft Office-invoegtoepassingen bij te werken.

Technische gegevens verzamelen


1. Klik in het tabblad Help in het groepsmenu Product op Support-functies. 2. Klik op de knop Opslaan naar bestand in het dialoogvenster Gereedschappen voor ondersteuning. 3. Selecteer een locatie voor het bestand van de Support-functies en klik op Opslaan. 4. Verzend het zojuist opgeslagen ZIP-bestand samen met uw vraag of probleemmelding.

De printer Nitro PDFCreator opnieuw installeren


1. Klik in het tabblad Help in het groepsmenu Product op Support-functies. 2. Klik in het tabblad PDF maken op Nitro PDF Creator 2.

Microsoft Office-invoegtoepassingen bijwerken


1. Klik in het tabblad Help in het groepsmenu Product op Support-functies. 2. Selecteer op het tabblad PDF maken de gewenste Microsoft Office-invoegtoepassingen. 3. Klik op Invoegtoepassingen bijwerken.

12

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Taken en gereedschappen
In dit hoofdstuk vindt u gedetailleerde instructies voor het uitvoeren van verschillende taken met gebruik van de afzonderlijke gereedschappen en wordt informatie over hun instellingen gegeven. Tevens vindt u hier informatie over hoe het standaardgedrag van Nitro Pro 7 wordt gewijzigd en hoe PDF-documenten worden gemaakt en bewerkt. Verdere informatie hierover kunt u vinden in: l PDF-bestand openen l PDF-bestand bekijken en navigeren l Een PDF-bestand maken l Bestanden samenvoegen en pagina's opstellen l Scannen en OCR l Controleren en commentaar invoeren l PDF exporteren l Formulieren l Bewerken l Redactie l Koppelingen l Bladwijzers l Beveiliging l Invoegtoepassingen van partnerprogramma's l Werken met formulieren l Gebruikersinterface aanpassen

13

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-bestand bekijken en navigeren


In Nitro Pro 7 is het openen, bekijken en navigeren van PDF-documenten uiterst eenvoudig. Met gebruik van de document- en paginabesturingselementen kunt u uw werkruimte met alle gemak beheren, vooral als u met meerdere documenten tegelijk werkt. Raadpleeg de volgende onderwerpen om meer te lezen over het bekijken van en navigeren door een PDFbestand: l PDF-bestand openen l Deelvensters voor navigatie l Tekst zoeken l Paginaweergave wijzigen l Zoomniveau aanpassen l Bladeren door het document l Meerdere documenten in parallelle weergave bekijken Raadpleeg Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing en lees hoe u een PDF-bestand in uw webbrowser kunt bekijken.

14

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-bestand openen
De eerste keer dat Nitro Pro 7 wordt gestart, controleert het programma of er een andere PDF-viewer op uw systeem is genstalleerd. U wordt dan gevraagd of u Nitro Pro 7 de standaard PDF-viewer wilt maken, zodat het automatisch wordt geopend wanneer u in uw bestandsbrowser dubbelklikt op een PDFbestand om dit te openen. TIP:u kunt een PDF-bestand in uw webbrowser bekijken. Raadpleeg Nitro PDFbrowserinvoegtoepassing voor verdere informatie.

Een PDF-bestand openen


Gebruik een van de volgende methoden om een PDF-bestand te openen in Nitro Pro 7:

Het menu Bestand


1. Selecteer Openen in het menu Bestand of druk op Ctrl+O, of selecteer Openen in de werkbalk Snelle toegang. 2. Blader naar de locatie van het bestand dat u wilt openen en selecteer het bestand. 3. Klik op Openen.

Slepen en neerzetten
1. Open een Windows Verkenner-venster (Win-toets+E) en ga naar het PDF-bestand dat u wilt openen. 2. Maak het Verkenner-venster zo nodig kleiner, zodat het bureaublad zichtbaar is. 3. Sleep het PDF-bestand uit het Verkenner-venster en zet dit op de snelkoppeling van Nitro Pro 7.

Dubbelklikken of rechtsklikken
1. Open een Windows Verkenner-venster en ga naar het PDF-bestand dat u wilt openen. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Dubbelklik op het PDF-bestand. o Klik met uw rechtermuisknop op het bestand, selecteer Openen met en selecteer vervolgens Nitro Pro 7. TIP: u kunt Nitro Pro 7 instellen als uw standaard PDF viewer. Raadpleeg Voorkeuren.

15

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Paginaweergave wijzigen
Nitro Pro 7 is voorzien van verschillende instellingen voor de paginaweergave, zodat u op basis van uw voorkeur of van de schermresolutie kunt kiezen hoe de PDF-documenten moeten worden weergegeven. Er zijn opties waarmee wordt ingesteld hoe tussen de pagina's in het document wordt gebladerd, hoeveel pagina's per keer worden weergegeven, en voor het zoomniveau en rotatie van het beeld. Tevens is er een optie voor de volledige schermmodus.

Weergaveopties van het documentvenster wijzigen:


Voer een van de volgende handelingen uit in de balk met de paginabesturingselementen, rechtsonder in uw scherm: l Enkele pagina: geeft n pagina tegelijk weer, zonder dat een deel van de volgende pagina wordt weergegeven. l Doorlopend: hiermee worden pagina's in n doorlopende kolom weergeven, die naadloos dooren teruggeschoven kan worden. l Dubbele pagina's: hiermee worden twee pagina's tegelijk naast elkaar getoond. l Dubbel doorlopend: hiermee worden twee pagina's tegelijk naast elkaar in verticale kolommen weergegeven, die naadloos door- en teruggeschoven kunnen worden. l Volledig scherm: hiermee wordt het hele scherm gebruikt voor de documentweergave. Druk op de Esc-toets om deze modus te sluiten. l Volledig scherm, twee pagina's: hiermee wordt het hele scherm gebruikt voor weergave van twee pagina's naast elkaar. Druk op de Esc-toets om deze modus te sluiten.

OPMERKING: veranderingen aan de paginaweergave worden alleen op het huidig geopende document toegepast. De instellingen moeten voor ieder document afzonderlijk worden ingesteld. De auteur van een PDF-document kan de initile weergave instellen in de documenteigenschappen om te zorgen dat het bestand een specifiek zoomniveau of specifieke paginaweergave heeft als dit in een willekeurige PDF-applicatie wordt geopend. Raadpleeg Initile weergave voor verdere informatie.

Paginaweergave vergroten/verkleinen:
Klik in het tabblad Home in de groep Beeld op een van de volgende opties: l Passend in breedte: stelt de breedte van de pagina zo in dat de hele breedte van het documentvenster wordt gevuld. l Pagina passend maken: past de breedte en de hoogte van de pagina aan het documentvenster aan. l Ware grootte 100%: klik op de pijl bij Zoomen en selecteer Ware grootte 100% om het document op ware grootte weer te geven. Met gebruik van de overige numerieke zoomopties kan de vergroting van deze weergave worden ingesteld. l Schuifregelaar voor in-/uitzoomen: gebruik de zoominstellingen rechtsonder in het venster. Raadpleeg Zoomniveau instellen voor verdere informatie.

16

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

OPMERKING: u kunt in- en uitzoomen met gebruik van de sneltoetsen Ctrl+Plus en Ctrl+Min op het toetsenbord. U kunt tevens de Ctrl-toets indrukken en het muiswieltje gebruiken om het zoomniveau in te stellen. Met de pijltoetsen links/rechts kunt u naar de vorige of volgende paginas bladeren, en met de pijltoetsen omhoog/omlaag worden de paginas verschoven.

De paginaweergave draaien:
Klik in het tabblad Home in de groep Beeld op Beeld draaien als u het beeld van de pagina in stappen van 90 graden rechtsom wilt draaien. Als u het document ondersteboven wilt draaien, klikt u tweemaal op Beeld draaien.Als u het beeld 90 graden linksom wilt draaien, klikt u driemaal op Beeld draaien. OPMERKING: de pagina's worden uitsluitend voor weergavedoeleinden gedraaid; de wijzigingen aan de stand van de pagina's worden niet in het PDF-bestand opgeslagen. Raadpleeg Pagina's draaien voor informatie over het roteren van een of meer pagina's in het document.

17

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Zoomniveau instellen
Wanneer u een PDF-document op het scherm bekijkt, kunt u het zoomniveau als volgt naar wens instellen: l Zoomgereedschappen: o Inzoomen o Uitzoomen o Klik met het zoomgereedschap en sleep een lichtkrant om het deel van de pagina dat u wilt vergroten. l Paginabesturingselementen: o Schuifregelaar voor in-/uitzoomen o Knoppen + en o Een waarde in het zoomveld invoeren l Sneltoetsen op het toetsenbord: o Ctrl+rolwieltje van de muis o Ctrl+Plus en Ctrl+Min

Het zoomgereedschap gebruiken:


1. Klik in het tabblad Home in de groep Beeld op de pijl onder de knop Zoomen. 2. Selecteer het gereedschap Inzoomen of Uitzoomen. De muisaanwijzer verandert in een vergrootglas met een + of een -. 3. Voer een van de volgende handelingen uit: o Klik op de plaats op de pagina waarop u wilt in- of uitzoomen. o Klik en sleep een lichtkrant om het gebied op de pagina waarop u wilt inzoomen. 4. Omschakelen van Inzoomen naar Uitzoomen en omgekeerd, of een van de vooringestelde zoomniveaus selecteren: o Klik met uw rechtermuisknop op een willekeurige plaats op de pagina en selecteer het gewenste zoompercentage in het menu. o Klik op de pijl onder de knop Zoomen in het tabblad Home en selecteer een specifiek zoompercentage. o Houd de Ctrl-toets ingedrukt als u tijdelijk wilt omschakelen tussen het gereedschap Uitzoomen en Inzoomen, of omgekeerd. TIP:om over te schakelen van het Handje naar het gereedschap Inzoomen of Uitzoomen, klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u Inzoomen of Uitzoomen.

Het zoomniveau instellen met de paginabesturingselementen:


Voer een van de volgende handelingen uit in de balk met de paginabesturingselementen, rechtsonder in uw scherm: l Klik en verplaats de schuifregelaar voor in-/uitzoomen naar links om te verkleinen of naar rechts om te vergroten. l Klik op de knop + of - aan de zijkant van de schuifregelaar. l Geef een percentage van 25% tot 6400% op in het percentageveld.

18

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bladeren door uw document


Bladeren door de pagina's

l l

En voor n door de pagina's lopen: klik op de pijl bij vorige pagina (2) of volgende pagina (3). Naar het begin of eind van het document gaan: klik op de pijl bij eerste pagina (1) of laatste pagina (4). Voor- of achteruit door de gebruikte weergaven lopen: klik op de pijl bij vorige weergave (5) of volgende weergave (6). Naar een specifieke pagina gaan: geef het paginanummer op in het hiervoor bestemde veld.

TIP: u kunt ook de de toetsen Page up Page down op uw toetsenbord gebruiken of de pijltoetsen links/rechts om naar de volgende of vorige pagina te gaan.

Pagina's door- of terugschuiven:


TIP: u kunt tevens de pijltoetsen op/neer gebruiken, of u kunt het rolwieltje op uw muis gebruiken om de pagina's van uw PDF-document door of terug te schuiven.

19

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Deelvensters voor navigatie


De deelvensters voor navigatie zijn vooral handig als u door grotere PDF-documenten bladert; hiermee krijgt u een globaal overzicht van de pagina's en bladwijzers in het document.

Het deelvenster Pagina's

Gebruik het deelvenster Pagina's om snel door een groot document te bladeren, vooral als u bepaalde visuele elementen zoekt, zoals foto's, grafieken, of tabellen. Klik op de miniatuur van een pagina als u rechtstreeks naar die pagina in het PDF-document wilt gaan. TIP: als u het deelvenster Pagina's groter of kleiner wilt maken, klikt en sleept u de rechterrand van het deelvenster naar de gewenste plaats. Als u de grootte van een miniatuur wilt veranderen, klikt u met de rechtermuisknop op de miniatuur.

20

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Het deelvenster Bladwijzers

Vooral grote documenten bevatten vaak een structuur van bladwijzers, die snel en gemakkelijk in het deelvenster Bladwijzers kan worden bekeken en geselecteerd. Klik op een bladwijzer om rechtstreeks naar de bijbehorende pagina of het hoofdstuk te gaan. Het deelvenster Bladwijzers is afhankelijk van de inhoud van het geopende bestand en wordt alleen in de zijbalk weergegeven als het PDF-bestand een bladwijzerstructuur bevat. Verdere informatie hierover kunt u vinden in Bladwijzers.

Het deelvenster Handtekeningen

21

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Als het geopende PDF-document een of meerdere digitale handtekeningen of certificaten bevat, kunt u in dit deelvenster de informatie over de handtekeningen bekijken en rechtstreeks naar de plaats van een specifieke handtekening in het document gaan. Het deelvenster Handtekeningen is afhankelijk van de inhoud van het geopende bestand en wordt alleen in de zijbalk weergegeven als het PDF-bestand digitale handtekeningen of ingesloten certificaten bevat.

Het deelvenster Lagen


Met het deelvenster Lagen kunt u de OCG-lagen (Optional Content Group) in het PDF-bestand tonen of verbergen. U kunt de eigenschappen van de lagen bekijken zoals ze door de auteur van het document werden ingesteld. Het deelvenster Lagen is afhankelijk van de inhoud van het geopende bestand en wordt alleen in de zijbalk weergegeven als het PDF-bestand OCG-lagen bevat. Raadpleeg Het deelvenster Lagen voor verdere informatie.

22

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Het deelvenster Lagen


Het deelvenster Lagen verschijnt in de navigatiebalk wanneer een PDF-document wordt geopend dat een OCG, ofwel een optionele inhoudslaag, bevat. Met het deelvenster Lagen kunt u omschakelen naar iedere OCG-laag in het PDF-bestand. U kunt tevens de eigenschappen van de lagen bekijken zoals ze door de auteur van het document werden ingesteld. De status van de zichtbaarheid van lagen wordt in het PDF-bestand opgeslagen. Als u het PDF-bestand op een later tijdstip weer bekijkt, of als u dit met iemand anders deelt, wordt de door u opgeslagen weergave van de lagen weer getoond. Bij het afdrukken van een PDF-bestand worden alleen de lagen die u op dat moment zichtbaar hebt gemaakt afgedrukt. Zo kan een PDF met CAD-ontwerpen bijvoorbeeld verschillende lagen hebben voor de verschillende aanzichten, of kunt u verschillende lagen gebruiken voor verschillende talen, zoals een laag voor Engels, een laag voor Duits, enz.

Het deelvenster Lagen weergeven:


1. Open een PDF-bestand met OCG-lagen. 2. Klik op het tabblad Lagen in de zijbalk. Het deelvenster Lagen wordt weergegeven.

Een OCG-laag weergeven of verbergen:


Voer een van de volgende handelingen uit in het deelvenster Lagen: l Schakel het selectievakje naast de laag in of uit l Klik met de rechtermuisknop op een laag en selecteer Laag tonen of Laag verbergen OPMERKING: als u een PDF wilt afdrukken met de wijzigingen die u aan de lagen hebt gemaakt, klikt u in het menu Bestand op Opslaan nadat u de weergavestatus van de lagen hebt gewijzigd.

De standaardstatus van een laag herstellen:


Klik met de rechtermuisknop op een laag en selecteer Beginstatus zichtbaarheid herstellen.

Structuur van lagen uitvouwen of samenvouwen:


Klik met de rechtermuisknop op een willekeurige plaats in het deelvenster Lagen en selecteer Alles uitvouwen of Alles samenvouwen. OPMERKING: de lagenstructuur is specifiek voor PDF-bestanden ontwikkeld met geneste OCG-lagen. Raadpleeg OCG-object voor meer informatie over het definiren van OCG-objecteigenschappen..

23

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Het deelvenster Commentaar


Het deelvenster Commentaar biedt een centrale plaats waar u al uw aantekeningen kunt bekijken en organiseren. U vindt hier een lijst van alle aantekeningen, het type, de naam van de reviewer, de datum waarop het is toegevoegd en de tekst die in de pop-upnotities en tekstvakken is ingevoerd. Dit deelvenster is afhankelijk van de inhoud van het geopende bestand en het tabblad wordt alleen in de zijbalk weergegeven als het PDF-bestand commentaar bevat, of als u notities, tekst of markeringen toevoegt.

Het deelvenster Commentaar tonen of verbergen:


l

Klik op het tabblad Commentaar in de zijbalk om het deelvenster Commentaar weer te geven of te verbergen.

Raadpleeg Commentaar beheren en bekijken voor verdere informatie.

24

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Het deelvenster Bijlagen


Het deelvenster Bijlagen biedt een centrale plaats van waaruit u alle bijlagen van een PDF-document kunt bekijken en organiseren. In dit deelvenster kunt u ieder bestand dat als een bijlage aan uw PDF-bestand is gekoppeld bekijken, invoegen, verwijderen en exporteren. Het deelvenster is afhankelijk van de inhoud van het geopende bestand en het tabblad wordt alleen in de zijbalk weergegeven als het PDF-bestand een of meer bijlagen bevat.

Het deelvenster Bijlagen tonen of verbergen:


Klik op het tabblad Bijlagen in de zijbalk om het deelvenster Bijlagen weer te geven of te verbergen.

Werken met bijlagen in het deelvenster Bijlagen:


Selecteer de bijlage door erop te klikken in het deelvenster Bijlagen en voer een van de volgende handelingen uit: l Klik op Openen om de bijlage in de standaard-viewer voor dat type bestand te bekijken. l Klik op Opslaan om de bijlage op uw vaste schijf op te slaan. OPMERKING: als u meerdere bijlagen wilt selecteren, houdt u de Ctrl-toets op uw toetsenbord ingedrukt terwijl u de gewenste bijlagen selecteert. Raadpleeg Bestand bijvoegen en Bestanden als aantekeningen bijvoegen voor verdere informatie.

25

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Het deelvenster Uitvoer


In het deelvenster Uitvoer kunt u eventuele fouten bekijken die zijn opgetreden in JavaScript- of documentprocessen. Dit deelvenster is afhankelijk van de inhoud van het geopende bestand en het tabblad wordt alleen in de zijbalk weergegeven als er JavaScript- of andere fouten optreden bij het openen van het PDF-bestand. Het wordt automatisch geopend om u op belangrijke berichten over de uitvoer te wijzen.

Het deelvenster Uitvoer bekijken:


Klik op het tabblad Uitvoer in de zijbalk.

De berichten in het deelvenster Uitvoer wissen:


1. Klik op het tabblad Uitvoer in de zijbalk om het deelvenster Uitvoer te openen. 2. Klik op de knop Wissen om het deelvenster Uitvoer leeg te maken.

26

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Tekst zoeken
Gebruik het veld Zoeken rechtsboven in het venster van Nitro Pro 7 als u bepaalde tekst in een PDFbestand wilt opzoeken.

Tekst in een document zoeken


1. Klik in het veld Zoeken (1) of druk op Ctrl+F, en voer het trefwoord of de zin die u wilt zoeken in. 2. Klik op de neergaande pijltoets als u zoekfilters (4) en (5) wilt gebruiken. 3. Klik op de pijlknoppen Volgende zoeken (2) of Vorige zoeken (3) om naar het volgende of vorige exemplaar van het gezochte woord te gaan. 4. Druk op de toets Esc om een zoekbewerking te stoppen. 5. Om het zoekveld leeg te maken druk u op de knop X, die het pictogram van het vergrootglas vervangt als er tekst is in het veld Zoeken. OPMERKING:de functie Zoeken doorzoekt alleen de tekst in de inhoudslaag. Tekst in de aantekeningenlaag wordt genegeerd.

27

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Meerdere documenten parallel weergeven


Met Nitro Pro 7 kunt u twee of meer documenten naast elkaar weergeven zonder twee aparte schermen te hoeven gebruiken, of een andere kopie in een ander programma te hoeven openen. PDF-documenten die naast elkaar worden weergegeven, kunnen onafhankelijk van elkaar worden bekeken, bewerkt, doorgebladerd, gedraaid en in- of uitgezoomd. TIP:klik en sleep de scheidingslijn tussen de twee vensters als u het 'gesplitste scherm' anders wilt verdelen.

Het scherm in twee of meer delen splitsen:


1. Open twee documenten die u wilt weergeven in Nitro Pro 7. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Sleep een documenttabblad naar het documentvenster. o Klik met de rechtermuisknop op een documenttabblad. 3. Selecteer een van de volgende opties in het menu: o Nieuwe horizontale tabgroep: geeft de documenten in een horizontaal parallel venster weer. o Nieuwe verticale tabgroep: geeft de documenten in een verticaal parallel venster weer. 4. Als u meer parallelle weergaven wilt maken, opent u nog een PDF-bestand en herhaalt u stap 2 en 3. TIP:als u parallelle weergaven hebt geopend in Nitro Pro 7 en u opent een nieuw PDF-document, wordt dit bestand in de tabgroep van het laatste actieve tabblad geplaatst.

Een PDF-document tussen tabgroepen verplaatsen


Een PDF-document met rechtsklikken naar een andere tabgroep verplaatsen:
1. Klik met uw rechtermuisknop op het tabblad van het PDF-document dat u wilt verplaatsen. 2. Selecteer een van de volgende opties in het menu: o Naar vorige tabgroep: hiermee wordt het PDF-document in de tabgroep geplaatst die werd geopend voordat de huidige groep werd geopend. o Naar volgende tabgroep: hiermee wordt het PDF-document in de tabgroep geplaatst die werd geopend nadat de huidige groep werd geopend.

Een PDF-document naar een andere tabgroep slepen:


1. Klik op het tabblad van het PDF-document dat u wilt verplaatsen. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Sleep het tabblad naar de tabbladbalk van een andere tabgroep. o Sleep het tabblad van de tabbladbalk af en selecteer Naar vorige tabgroep of Naar volgende tabgroep in het menu.

Normale weergave herstellen:


Voer een van de volgende handelingen uit:

28

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

l l l

Zet alle geopende PDF-documenten in dezelfde tabgroep. Sluit alle documenten, maar laat n PDF-bestand geopend. Sluit en start Nitro Pro 7 weer op; de standaardweergave is nu weer hersteld.

29

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Voorbeeldweergave van uw PDF-bestanden


Twee van de belangrijkste eigenschappen voor PDF-werkprocessen zijn de mogelijkheid PDFdocumenten met collega's te kunnen uitwisselen, en de administratieve flexibiliteit van digitale bestanden in vergelijking met papieren documenten. In beide gevallen kan men op basis van alleen de bestandsnaam echter niet altijd meteen duidelijk zien welke bestanden worden verwerkt. Om het visuele beheer van PDF-bestanden te vereenvoudigen, integreert Nitro Pro 7 zijn engine voor PDF-weergave in Microsoft Outlook en Windows Verkenner, zodat u uw PDF-bestanden en -bijlagen eerst kunt bekijken voordat u ze in Nitro Pro 7 opent. OPMERKING:om de volgende functie voor voorbeeldweergave en het pictogram te kunnen gebruiken, moet Nitro Pro 7 zijn ingesteld als uw standaard PDF-viewer.

PDF-bijlage in Microsoft Outlook bekijken


Als Nitro Pro 7 genstalleerd wordt op een computer met Microsoft Windows Vista of Windows 7, wordt het programma tevens automatisch in Microsoft Outlook (versie 2007 en later) gentegreerd en kunnen PDF-bestanden die als bijlage aan een e-mail zijn gekoppeld in Outlook worden bekeken.

30

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-bijlage in Outlook bekijken:


1. Open een e-mail met een PDF-bijlage in Outlook. 2. Klik n keer op de PDF-bijlage om deze te selecteren; de knop Voorbeeld van bestand weergeven verschijnt nu in de berichttekst. 3. Klik op Voorbeeld van bestand weergeven om een voorbeeld van de PDF-bijlage weer te geven. Pas de weergave naar wens aan met de opties voor paginaweergave: o Draai de documentweergave linksom (A) of rechtsom (B). o Selecteer Passend in breedte of Pagina passend maken (C). o Blader achteruit (E) en vooruit (F) door de pagina's in het PDF-bestand. o Ga rechtstreeks naar het begin (D) of eind (G) van het document.

PDF-bestanden in Windows Verkenner bekijken


Net als dat PDF-bijlagen in Outlook kunnen worden bekeken, kunt u ook de inhoud van een PDFdocument in Windows Verkenner weergeven als Nitro Pro 7 is genstalleerd op een computer met Windows Vista of Windows 7. Pictogrammen van PDF-bestanden die in het hoofdvenster van Windows Verkenner worden weergegeven, tonen een voorbeeld van de eerste pagina van het PDF-bestand. Deze pictogramweergave wordt ook gebruikt voor de pictogrammen in het overzichtvenster van Windows Verkenner. TIP:de grootte van de bestandspictogrammen kan worden ingesteld in het menu Beeld. Windows past geen voorbeeldweergaven toe op kleine pictogrammen als u Kleine pictogrammen, Lijst of Details selecteert.

31

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-bestanden in Windows Verkenner bekijken:


1. Open Windows Verkenner en ga naar een map die PDF-bestanden bevat. 2. Klik in het dialoogvenster van Windows Verkenner op Het voorbeeldvenster weergeven (H). Rechts van het venster wordt nu een voorbeeldvenster geopend. 3. Klik op een PDF-bestand om de inhoud van het document in het voorbeeldvenster weer te geven. Pas de weergave naar wens aan met de opties voor paginaweergave: o Draai de documentweergave linksom (A) of rechtsom (B). o Selecteer Passend in breedte of Pagina passend maken (C). o Blader achteruit (E) en vooruit (F) door de pagina's in het PDF-bestand. o Ga rechtstreeks naar het begin (D) of eind (G) van het document.

32

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing


De Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing gebruiken
Als u in uw webbrowser op een PDF-bestand klikt, leest de Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing het bestand en geeft dit in de webbrowser weer. Als u uw muis langs de onderkant van het venster beweegt, worden de functies van de webbrowser-invoegtoepassing weergegeven.

De Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing beschikt over de volgende functies: l De knoppen + en - worden gebruikt om het zoomniveau in te stellen l Met het pictogram van de printer wordt het dialoogvenster Afdrukken geopend l De knop E-mail opent uw standaard e-mailclient, maakt een nieuw e-mailbericht aan en koppelt het PDF-bestand aan het bericht l De knop Nitro opent Nitro Pro 7 en laadt het PDF-bestand, zodat u met deze PDF kunt werken De Nitro PDF webbrowser-invoegtoepassing ondersteunt de volgende browsers: l Google Chrome versie 9 en hoger l Microsoft Internet Explorer versie 7 en hoger l Mozilla Firefox versie 3.6 en hoger

Nitro PDF browser-invoegtoepassing configureren


Bij het installeren van Nitro Pro 7 wordt de Nitro PDFbrowser-invoegtoepassing automatisch genstalleerd, maar soms moet de browser worden geconfigureerd om Nitro PDF als de standaardinvoegtoepassing voor PDF in te stellen.

Google Chrome configureren


1. Klik op het pictogram van de steeksleutel Google Chrome aanpassen en beheren. 2. Selecteer Opties en vervolgens Geavanceerde opties. 3. Selecteer Instellingen voor inhoud en vervolgens Afzonderlijke invoegtoepassingen uitschakelen. 4. Klik op de pagina met invoegtoepassingen op Uitschakelen onder Chrome PDF Viewer en schakel tevens de Adobe PDF-invoegtoepassing uit indien deze is genstalleerd. 5. Controleer dat de Nitro PDF-invoegtoepassing aanwezig en ingeschakeld is.

Microsoft Internet Explorer configureren


1. Open een PDF-bestand in Internet Explorer. Het volgende bericht wordt weergegeven: Deze website wil deze invoegtoepassing uitvoeren: Nitro PDF Professional van Nitro PDF Software. Klik hier als u de website en de invoegtoepassing vertrouwt, en deze wilt uitvoeren.... 2. Klik in de Infobalk om de Nitro PDF-invoegtoepassing in te schakelen. 3. In het dialoogvenster dat verschijnt, geeft u aan dat u de Nitro PDF-invoegtoepassing wilt uitvoeren.

33

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Mozilla Firefox configureren


1. Open het Firefox-menu en selecteer Add-ons. De Add-ons Manager wordt weergegeven en geeft aan welke Firefox-invoegtoepassingen genstalleerd zijn. 2. Controleer in het gedeelte Plugins dat de Nitro PDF-invoegtoepassing is genstalleerd. Deze moet hetzelfde versienummer hebben als Nitro Pro 7. 3. Als er een Adobe PDF-reader is genstalleerd, dient u op de knop Disable te klikken. 4. Start Firefox opnieuw op om de wijzigingen te activeren.

34

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bestanden openen en opslaan in een WebDAV-locatie


WebDAV, of Web-based Distributed Authoring and Versioning, is een set uitbreidingen op het HTTPprotocol waarmee gebruikers gezamenlijk documenten op een externe server kunnen beheren. Dit wordt bijvoorbeeld gebruikt om bestanden via HTTP op te slaan op een gedeelde server of in een DMS (documentmanagementsysteem) zoals Documentum of Hummingbird, zodat de bestanden vanaf iedere locatie beschikbaar en toegankelijk zijn. Dankzij de integrale ondersteuning voor WebDAV in Nitro Pro 7 kunt u PDF-bestanden op HTTP-locaties openen, bewerken en opslaan. U kunt bestanden in- en uitchecken om andere gebruikers alleenlezentoegang te geven tot de meest recente versie van de bestanden die u bewerkt. OPMERKING:als u een PDF-bestand met WebDAV op een weblocatie wilt opslaan, is een Windowsnetwerkverbinding vereist. U hoeft geen speciale handelingen uit te voeren om Nitro Pro te configureren voor het gebruik van bestaande WebDAV-verbindingen. Als u een nieuwe WebDAV-verbinding wilt maken, gaat u echter als volgt te werk:

Een WebDAV-verbinding maken in Windows 7 of Vista


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Selecteer Computer via het pictogram Start. Selecteer Netwerkverbinding maken op de werkbalk. Klik op Verbinding met een website maken waar u documenten en afbeeldingen kunt opslaan. Klik in het venster Wizard Netwerklocatie toevoegen (in Vista Wizard Netwerkverbinding toevoegen genoemd) op Volgende. Selecteer Een aangepaste netwerklocatie kiezen en klik op Volgende. Geef de URL op van de locatie waarmee u verbinding wilt maken en klik op Volgende. Voer zo nodig een gebruikersnaam en wachtwoord in voor aanmelding bij uw gedeelde webmap en klik op OK. Typ een naam voor uw netwerkverbinding en klik op Volgende. Klik op Voltooien.

Een WebDAV-verbinding maken in Windows XP


1. 2. 3. 4. 5. Klik in het menu Start op Mijn netwerklocaties. Selecteer Netwerklocatie toevoegen en klik op Volgende. Klik op Een andere netwerklocatie kiezen en klik op Volgende. Geef de URL op van de locatie waarmee u verbinding wilt maken en klik op Volgende. Geef de gebruikersnaam en het wachtwoord voor aanmelding bij uw gedeelde webmap op en klik op OK. 6. Typ een naam voor uw netwerkverbinding en klik op Volgende om de wizard te voltooien.

35

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een PDF-bestand maken


Nitro Pro 7 is voorzien van alle benodigde functies om van praktisch ieder type bestand een PDF-bestand te maken en u kunt hiermee veel meer doen dan alleen PDF-bestanden openen en lezen. Het maken van PDF-bestanden biedt talloze voordelen, waaronder: l PDF-documenten kunnen worden beveiligd tegen ongemachtigd gebruik. l De grootte van een PDF-document kan worden verkleind, om het makkelijker per e-mail te verzenden of naar een website te uploaden. l U kunt er van op aan dat alle ontvangers van uw PDF het document kunnen bekijken zonder eerst extra software te moeten aanschaffen. Verdere informatie hierover kunt u vinden in: l Afdrukken naar Nitro Creator 2 l PDF maken van een willekeurig bestand l PDF/A-bestanden maken l PDF maken van scan l Microsoft Office-bestanden vanuit Microsoft Office-applicaties naar PDF converteren l Een PDF maken van het klembord of van schermopnamen l Gentegreerde functie voor het maken van PDF's l PDF-document opslaan l Voorkeuren voor Nitro Creator 2

36

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Afdrukken naar Nitro Creator 2


Wanneer u een programma gebruikt van waaruit u kunt afdrukken, kunt u vanuit dit programma rechtstreeks PDF-documenten maken. Nitro Creator 2 wordt bij Nitro Pro 7 geleverd en is een virtuele printer waarmee u PDF-bestanden kunt maken vanuit iedere applicatie die over een afdrukoptie beschikt. Nitro Creator 2 is klaar voor gebruik, hoeft niet te worden geconfigureerd en wordt automatisch in uw Windows printerbeheer genstalleerd.

Een document afdrukken naar Nitro Creator 2


1. Open het document dat u wilt converteren in het programma waarin het is gemaakt. Open een Word-document bijvoorbeeld in Microsoft Word, of online-inhoud in uw webbrowser. 2. In de meeste applicaties is de optie Afdrukken opgenomen in het menu Bestand. Selecteer de optie of druk op Ctrl+P. 3. Selecteer Nitro Creator 2 in de lijst printers en bevestig dat u hiernaar wilt afdrukken. Het dialoogvenster PDF maken wordt weergegeven. 4. Voer de volgende handelingen uit: o Geef een naam en locatie op voor het PDF-bestand. o Klik op Vragen om documenteigenschappen als u de documentgegevens wilt opslaan en geavanceerde instellingen (zie hieronder) wilt aanpassen wanneer het PDF-document wordt gemaakt. o Geef aan of u het PDF-document automatisch wilt laten openen nadat het is gemaakt. 5. Klik op Maken. TIP: als u de documenteigenschappen in Nitro Pro 7 wilt bekijken, klikt u in het menu Bestand op Documenteigenschappen.

Documenteigenschappen instellen
Als u met Nitro Creator 2 een PDF-document maakt, kunt u de eigenschappen voor dit document opgeven. Documenteigenschappen instellen: 1. Klik in het dialoogvenster Afdrukken op Eigenschappen. Het dialoogvenster Nitro Creator 2Eigenschappen wordt weergegeven. 2. Geef de gewenste eigenschappen op en klik op OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Afdrukken. Raadpleeg Het dialoogvenster Nitro Creator 2Voorkeursinstellingen voor afdrukken in Voorkeuren voor Nitro PDF Creator voor verdere informatie over de eigenschappen van PDF-documenten.

37

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-document maken van een willekeurig bestand


Met Nitro Pro 7 kunt u PDF-documenten maken van meer dan 300 verschillende typen bestanden. PDFbestanden kunnen op eenvoudige wijze in en buiten Nitro Pro 7 worden gemaakt, zonder de oorspronkelijke applicatie van het bestand zelfs maar te hoeven openen (de applicatie moet echter wel op uw computer zijn genstalleerd). Bij de installatie van Nitro Pro 7 wordt tevens automatisch Nitro Creator 2 genstalleerd. Dit is een virtuele printer, waarmee het mogelijk wordt om PDF's te maken vanuit ieder programma dat over een afdrukfunctie beschikt. Raadpleeg Afdrukken naar Nitro PDFCreator 2 voor verdere informatie.

Een PDF-document maken:


1. Klik in het tabblad Home in de groep Maken/converteren op Bestand gebruiken. Het dialoogvenster PDF maken van bestand wordt weergegeven. 2. Klik op Bladeren, selecteer het bestand dat u wilt converteren en klik op Openen. 3. Selecteer in het gedeelte Uitvoer een van de volgende opties in het menu PDF-bestanden maken: l Voor web: als de grootte van het PDF-bestand moet worden geoptimaliseerd voor weergave in browsers en voor snelle downloads. l Voor kantoor: als het PDF-bestand een goede afdrukkwaliteit voor zakelijk gebruik moet leveren. l Voor afdrukken: als het PDF-bestand de hoogst mogelijke kwaliteit moet leveren voor verwerking op professionele printers. l Aangepast: hiermee kunt u de uitvoerinstellingen voor uw PDF handmatig instellen (zie de onderstaande uitleg van de beschikbare instellingen). 4. Selecteer in het gedeelte Uitvoer een van de volgende opties in het menu PDF opslaan naar: l Specifieke map: hiermee selecteert u een locatie voor de PDF voordat het bestand is gemaakt. l Map van originele bestand: hiermee wordt het nieuwe PDF-bestand op dezelfde locatie als het bronbestand opgeslagen. l Navragen tijdens het proces: hiermee kunt u een locatie voor het PDF-bestand opgeven nadat het bestand is gemaakt. 5. Schakel het selectievakje Gemaakte PDF openen in als u het PDF-bestand automatisch wilt openen zodra dit is gemaakt. 6. Klik op Maken.

Aangepaste instellingen voor PDF


Als u een PDF-document maakt via het dialoogvenster PDFmaken van bestand, kunt u Opties selecteren om de kwaliteit en compressie in te stellen. Het dialoogvenster Aangepaste instellingen wordt weergegeven. Via de volgende tabbladen en opties kunt u opgeven hoe het PDF-bestand moet worden gemaakt: l Tabblad Afbeeldingen: geef hier de gewenste instellingen op voor optimalisering van uw afbeeldingen, afhankelijk van de typen afbeeldingen in uw document: o Kleurenbeelden omzetten in grijswaarden: hiermee worden kleurenafbeeldingen in grijswaarden omgezet. o Grijswaardeafbeeldingen omzetten in zwart/wit: hiermee worden grijswaarden omgezet in zwart/wit.

38

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Verkleinen: hiermee stelt u het aantal dots per inch (dpi) in dat voor iedere afbeelding moet worden gebruikt. Door een lagere dpi te selecteren ontstaan kleinere bestanden, maar dit verlaagt tevens de kwaliteit van uw afgedrukte afbeeldingen. o Compressie: hiermee wordt de methode van comprimering ingesteld. Als Automatisch wordt geselecteerd, selecteert Nitro Reader 2 het type compressie dat het meest geschikt is voor het merendeel van de afbeeldingen in het document. U kunt de verschillende instellingen uitproberen om de beste balans tussen bestandsgrootte en beeldkwaliteit te bepalen. JPEG en JPEG2000 comprimeren met verlies, hetgeen wil zeggen dat de decomprimering van een gecomprimeerd beeld enige mate van kwaliteitsverlies zal opleveren. Het compressiealgoritme ZIP is een verliesvrije methode. o Beeldkwaliteit: als u JPEG-compressie selecteert, kunt u de beeldkwaliteit opgeven op basis van hoe uw document gebruikt gaat worden. Hoe hoger de beeldkwaliteit, des te groter het bestand zal zijn. Het tabblad Lettertypen:hier kunt u instellingen voor insluiting van lettertypen selecteren: o Insluiten (subset): hiermee worden uitsluitend de tekens van ieder lettertype ingesloten die nodig zijn om het document juist te kunnen weergeven. Dit betekent dat wanneer de tekst in deze PDF-bestanden op een later tijdstip moet worden gewijzigd, sommige tekens niet beschikbaar zullen zijn. De bestandsgrootte is echter kleiner dan wanneer het gehele lettertype wordt ingesloten. o Insluiten (volledige set): hiermee wordt de volledige tekenset voor ieder lettertype in het document ingesloten. Als het PDF-bestand in de toekomst wordt gewijzigd, zijn alle lettertypen aanwezig. Door de volledige tekenset in te sluiten, wordt het bestand echter wel groter. o Lettertype niet insluiten: hiermee worden er geen lettertypen in het PDF-bestand ingesloten. Dit resulteert in de kleinste bestanden. Indien deze PDF's echter worden weergegeven op computers waarop niet dezelfde lettertypen zijn genstalleerd, zien de bestanden er anders uit. o Als insluiten mislukt: hier kunt u opgeven of het PDF-bestand gewoon moet worden gemaakt of dat de bewerking wordt geannuleerd als de lettertypen niet kunnen worden ingesloten. Het tabblad Pagina's:hier kunnen de paginaformaten en -richting worden opgegeven: o Paginaformaat: maak een selectie uit de lijst standaardformaten of geef de gewenste afmetingen op in het vak Aangepast. o Afdrukstand: selecteer of het PDF-bestand staand of liggend moet zijn.
o

TIP: klik op Terugzetten als u de oorspronkelijke instellingen van het PDF-bestand wilt herstellen.

39

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF/A-bestanden maken
Met Nitro Pro 7 kunt u PDF/A-compatibele bestanden maken. Zo kunt u PDF/A-compatibele bestanden maken door af te drukken naar Nitro PDF Creator, maar ook met de Office-invoegtoepassingen of de functie PDF maken van scan.

Over PDF/A
PDF/A is een standaard voor archivering met het ISO-keurmerk, die is ontwikkeld voor langdurige archivering van elektronische documenten. Met deze standaard wordt gewaarborgd dat PDF/Adocumenten vele jaren precies zoals ze nu zijn kunnen worden bekeken en gereproduceerd, ongeacht toekomstige wijzigingen aan de PDF-indeling. Om dit te kunnen bereiken, moeten alle PDF/A-bestanden volledig zelfstandig kunnen worden gebruikt. Dat wil zeggen dat alle informatie die nodig is om het document weer te geven, in het bestand moet zijn ingesloten, inclusief alle inhoud (tekst, afbeeldingen en grafische inhoud), lettertypen en kleurgegevens. Bepaalde PDF-functies die langdurige archivering van het PDF-bestand verhinderen, zoals hyperlinks naar externe bronnen, ingesloten audio en video, JavaScripts en uitvoerbare bestanden, kunnen niet in PDF/A worden gebruikt. Daarnaast kunnen PDF/A-documenten niet gecodeerd zijn en is het gebruik van op standaarden gebaseerde metagegevens en apparaat-onafhankelijke kleurenruimten vereist.

PDF/A-1a en PDF/A-1b
De PDF/A-standaard omvat twee niveaus van compatibiliteit voor PDF-bestanden: PDF/A-1a en PDF/A-1b. Compatibiliteit met PDF/A-1b verzekert dat de visuele aspecten van het document ook in de toekomst goed kunnen worden gereproduceerd. In PDF/A-1a wordt hieraan tevens de structuur van het document toegevoegd, zodat wordt gewaarborgd dat de inhoud opnieuw kan worden gebruikt (bijvoorbeeld voor de weergave van PDF's op draagbare apparaten, zoals PDA's) en dat het document toegankelijk is voor gebruikers met bepaalde handicaps. Met Nitro Pro 7 kunt u PDF-bestanden maken die voldoen aan de standaard PDF/A-1b.

PDF/A-bestanden maken met de printer Nitro PDF Creator


1. 2. 3. 4. Open het bestand in het programma waarin het is gemaakt en klik op de optie Afdrukken. Kies in de printerlijst Nitro PDF Creator en klik op OK. Het venster PDF maken verschijnt. Kies bij Opslaan als de indeling PDF/A. Klik op Maken om het PDF/A-1b-compatibele PDF-bestand te maken.

PDF/A-bestanden maken met de functie PDF - Van bestand


1. Klik op het tabblad Home in het groepsmenu Creren op de knop PDF en vervolgens op Van bestand. 2. Klik in het dialoogvenster PDF-bestanden maken op de knop Bestanden toevoegen en selecteer de gewenste bestanden. 3. Selecteer de gewenste kwaliteit in de lijst PDF maken. 4. Schakel het selectievakje PDF/A-1b-compatibiliteit in. 5. Selecteer een of meer van de volgende opties in de lijst Map: l Klik op Navragen tijdens het proces als u een locatie wilt opgeven voor ieder bestand dat wordt geconverteerd.

40

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Klik op Specifieke map als u n map wilt opgeven, waarin alle gemaakte PDF's moeten worden geplaatst. Klik op de knop Bladeren om een map te selecteren. l Als u de gemaakte PDF-bestanden in dezelfde map als de originelen wilt plaatsen, klikt u op Map van originele bestand. 6. Klik op Maken.
l

PDF/A-bestanden maken met Microsoft Office 2007/2010-programma's


1. Ga naar het tabblad Nitro PDF en schakel het selectievakje PDF/A-1b-compatibiliteit in het groepsmenu Maken in. 2. Klik op PDF makenof op PDF maken en e-mailen.

PDF/A-bestanden maken met Microsoft Office 2003-programma's


1. Klik op PDF makenof op PDF maken en e-mailen. 2. Het venster Opslaan als verschijnt. Selecteer PDF/A-bestanden (*.pdf) in de lijst Opslaan als en klik vervolgens op OK.

PDF/A-bestanden maken via een scanner


1. Klik in het tabblad Home van Nitro Pro 7 op de knop PDF en vervolgens op Van scanner. 2. Selecteer uw scanner, de te scannen vellen en de beeldcompressie in het dialoogvenster PDF maken van scan en geef de bestemming op. 3. Schakel het selectievakje PDF/A-1b-compatibiliteit in. 4. Klik op Scannen om uw standaardscansoftware te openen. 5. Selecteer de gewenste scanmodus: kleur, grijswaarde of zwart/wit. 6. Selecteer de menuopdracht om terug te keren naar Nitro Pro 7 7. Selecteer de optie Voltooien om uw scanopdracht te beindigen of selecteer Voorkant scannen: pag. twee om verdere pagina's te scannen.

41

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een PDF maken van het klembord of van schermopnamen


U kunt snel en gemakkelijk een PDF-bestand maken van een afbeelding in het klembord. Zo kunt u afbeeldingen (bijvoorbeeld schermopnamen) in een handomdraai met andere gebruikers delen. Het PDFbestand dat wordt gemaakt, heeft precies dezelfde afmetingen als de afbeelding op het klembord.

Een PDF maken van een afbeelding op het klembord


1. Selecteer een afbeelding en kopieer deze naar het klembord. 2. Klik in het tabblad Home op de knop PDF en vervolgens op Van klembord. TIP: Gebruik de functie Snapshot om snel een opname van een document te maken. Vervolgens kunt u een PDF maken door de opname vanuit het klembord te plakken.

42

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Gentegreerde functie voor het maken van PDF's


Met gebruik van de dynamische PDF-functie kunnen bestanden vanuit iedere map of ieder venster via slepen en neerzetten naar PDF worden geconverteerd. Nitro Reader 2 hoeft niet te zijn gestart om een PDF-bestand te gaan maken.

PDF maken met slepen en neerzetten


Het bestand naar de snelkoppeling op het bureaublad slepen:
1. Controleer dat er een snelkoppeling van Nitro Reader 2 op uw bureaublad staat. Zo niet, dient u een snelkoppeling op uw bureaublad aan te maken. o In het menu Start van Windows klikt u met uw rechtermuisknop op Nitro Reader 2 en selecteert u Kopiren naar --> Bureaublad (Snelkoppeling maken). 2. Sleep vanuit een Windows Verkenner-venster, of vanaf het bureaublad, een bestand naar de snelkoppeling van Nitro Reader 2. 3. Nitro Reader 2 start automatisch en het PDF-bestand wordt gemaakt. 4. As de PDF voltooid is, verschijnt het document in Nitro Reader 2.

Het bestand naar Nitro Reader slepen:


1. Start Nitro Reader 2 op. 2. Open een Windows Verkenner-venster en ga naar het bestand dat u naar PDF wilt converteren. 3. Sleep het bestand uit het venster van Windows Verkenner naar Nitro Reader 2 om de PDF te maken. 4. As de PDF voltooid is, verschijnt het document in Nitro Reader 2.

43

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-document opslaan
Met alle mogelijke wijzigingen die aan een PDF-document kunnen worden gemaakt, is het belangrijk dat u zowel kopien van het originele document als van het gecorrigeerde document opslaat. Zo loopt u nooit de kans om uw veranderingen kwijt te raken en kunt u vergelijkingen tussen de verschillende versies van het document uitvoeren met de opties voor parallelle weergave. Al uw toevoegingen (zoals markeringen, aantekeningen, formulierveldgegevens en getypte tekst) worden in het PDF-bestand opgeslagen als bewerkbare elementen, die allemaal afzonderlijk op een later tijdstip nog kunnen worden gewijzigd. Raadpleeg Aantekeningenlaag en inhoudslaag en Meerdere documenten in parallelle weergave bekijken.

PDF-document opslaan
U wordt aanbevolen tijdens het werken aan een PDF-document uw vorderingen regelmatig op te slaan. Hiermee worden de wijzigingen in het originele bestand opgeslagen, zonder dat er een nieuwe kopie van het document wordt gemaakt. PDF-document opslaan: 1. Open uw PDF-document. 2. Breng de benodigde veranderingen aan. 3. Klik op Opslaan in het menu Bestand. TIP:u kunt uw PDF-bestand ook opslaan met de knop Opslaan in de werkbalk Snelle toegang. Raadpleeg De werkbalk Snelle toegang en De interface van Nitro Pro 7 verkennen.

Nieuwe versie van uw PDF-document maken met Opslaan als


Als u een leeg formulier hebt ontvangen dat u moet invullen, kunt u een aparte kopie van het formulier met de ingevulde informatie maken. Zo hebt u een kopie van het originele lege formulier en een kopie van het formulier met alle gegevens die u hebt ingevuld. Een nieuwe versie van een PDF-document maken met Opslaan als: 1. Open uw PDF-document. 2. Breng de benodigde veranderingen aan. 3. Klik op Opslaan als in het menu Bestand. 4. In het dialoogvenster Opslaan als voert u een andere naam in voor het bestand, zodat het origineel niet wordt overschreven, en selecteert u de locatie waar u het bestand wilt opslaan. 5. Klik op Opslaan. OPMERKING: de optie Opslaan maakt Nitro Pro 7 incrementele veranderingen aan het bestaande bestand. Vooral voor grote PDF-bestanden werkt dit sneller, maar het maakt het bestand wel groter. Met Opslaan als maakt Nitro Pro 7 een nieuw PDF-bestand met een nieuwe bestandsnaam, en worden alle oude incrementele veranderingen weggegooid. Dit kan meer tijd in beslag nemen, maar er ontstaat hiermee wel een kleiner bestand.

44

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Wijzigingen afvlakken en opslaan als een PDF-bestand


Toegevoegde elementen zoals markeringen en getypte tekst, kunnen als onderdeel van de PDF-inhoud worden opgeslagen, zodat deze elementen hun interactieve eigenschappen verliezen. Als een formulier is ingevuld en het document is afgevlakt, is het bijvoorbeeld niet meer mogelijk om de inhoud van een veld te veranderen en is het formulier niet langer meer interactief. Afvlakken en opslaan als een nieuw PDF-bestand: 1. Open uw PDF-document. 2. Breng de benodigde veranderingen aan. 3. Klik op Opslaan als in het menu Bestand. 4. Selecteer Afgevlakte PDF in het menu Opslaan als. 5. In het dialoogvenster Opslaan als voert u een andere naam in voor het bestand, zodat het origineel niet wordt overschreven, en selecteert u de locatie waar u het bestand wilt opslaan. 6. Klik op Opslaan.

45

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Voorkeuren voor Nitro Creator 2


Nitro Creator 2 is een virtuele printer waarmee u PDF's kunt maken vanuit iedere applicatie die een afdrukfunctie heeft. De standaardinstellingen zijn afgestemd op uw normale dagelijkse werkzaamheden, maar u kunt de parameters voor het maken van PDF volledig naar wens wijzigen.

De voorkeuren voor Nitro Creator 2openen:


l

Windows XP: 1. Selecteer in het menu Start in Windows de optie Printers en faxapparaten. 2. Klik met uw rechtermuisknop op Nitro Creator 2 en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Het dialoogvenster Nitro Creator 2Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven. Windows Vista of Windows 7: 1. Selecteer in het menu Start in Windows de optie Apparaten en printers. 2. Klik met de rechtermuisknop op Nitro Creator 2 en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Het dialoogvenster Nitro Creator 2 Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven.

HetNitro Creator 2 dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken


Nitro Creator 2
l

Doelmap: stel de standaardlocatie in waar nieuwe PDF-documenten moeten worden opgeslagen, of klik op de bladerknop (... ) om naar een map te bladeren. Als het bestand bestaat: geef aan wat er moet gebeuren als een nieuwe PDF wordt opgeslagen op een locatie waar reeds een PDF met dezelfde naam staat. Voortgangsvenster na beindiging sluiten: schakel dit selectievakje in als u wilt dat het voortgangsvenster automatisch wordt gesloten als de PDF is gemaakt. Conversiekwaliteit: selecteer een standaard voor beeldresolutie, compressie en kwaliteit en voor het insluiten van lettertypen. Met een hogere kwaliteit ontstaan grotere bestanden. Gebruik de optie Aangepast als u uw eigen parameters voor afbeeldingen en lettertypen wilt opgeven. o Voor web: als de grootte van het PDF-bestand moet worden geoptimaliseerd voor weergave in browsers en voor snelle downloads. o Voor kantoor: als het PDF-bestand een goede afdrukkwaliteit voor zakelijk gebruik moet leveren. o Voor afdrukken: als het PDF-bestand de hoogst mogelijke kwaliteit moet leveren voor verwerking op professionele printers. o Aangepast: hiermee kunt u de volgende instellingen voor uitvoer van de PDF configureren: n In het tabblad Afbeeldingen kunt u de instellingen voor optimalisatie van afbeeldingen naar wens aanpassen. Afhankelijk van de soorten afbeeldingen in uw document, kunt u uit de volgende opties kiezen: o Kleurconversie: Hiermee wordt ingesteld of kleurenafbeeldingen naar grijsschaal, of grijsschaalafbeeldingen naar zwart/wit, worden geconverteerd. o Verkleinen: hiermee stelt u het aantal dots per inch (dpi) in dat voor iedere afbeelding moet worden gebruikt. Met een lagere dpi worden kleinere bestanden geproduceerd, maar dit levert ook een mindere kwaliteit van afgedrukte afbeeldingen.

46

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Compressie: hiermee wordt het type compressie voor afbeeldingen ingesteld. Als Automatisch wordt geselecteerd, selecteert Nitro Creator 2 het type compressie dat het meest geschikt is voor het merendeel van de afbeeldingen in het document. U kunt de verschillende instellingen uitproberen om de beste balans tussen bestandsgrootte en beeldkwaliteit te bepalen. o Beeldkwaliteit: selecteer JPEG-compressie om de gewenste beeldkwaliteit op te geven op basis van hoe uw document gebruikt gaat worden. Hoe hoger de beeldkwaliteit, des te groter het bestand zal zijn. In het tabblad Lettertypen kunt u de instellingen voor insluiting van lettertypen opgeven. Raadpleeg Ingesloten lettertypen voor meer informatie over het insluiten van lettertypen. o Insluiten (subset): hiermee worden uitsluitend de tekens van ieder lettertype ingesloten die nodig zijn om het document juist te kunnen weergeven. Dit betekent dat wanneer de tekst in dit PDF-document op een later tijdstip moet worden gewijzigd, sommige tekens niet beschikbaar zullen zijn. De bestandsgrootte is echter kleiner dan wanneer het gehele lettertype wordt ingesloten. o Insluiten (volledige set): hiermee wordt de volledige tekenset van ieder lettertype in het document ingesloten. Als de PDF op een later tijdstip moet worden gewijzigd, zullen alle tekens beschikbaar zijn. Door de volledige tekenset in te sluiten, wordt het bestand echter wel groter. o Lettertypen niet insluiten: hiermee worden er geen lettertypen in het PDFbestand ingesloten. Dit resulteert in de kleinste bestanden. Indien deze PDF's echter worden weergegeven op computers waarop niet dezelfde lettertypen zijn genstalleerd, zien de bestanden er anders uit. o Als insluiten mislukt: geef hier op of de PDF's nog gemaakt moeten worden als de lettertypen niet kunnen worden ingesloten.
o

Pagina's
l l

Afdrukstand: maak PDF-documenten in staande of liggende afdrukrichting. Paginaformaat: selecteer het paginaformaat van uw PDF-documenten uit de lijst standaardformaten. Aangepaste formulieren: geef een aangepast paginaformaat op en sla de afmetingen op voor toekomstig gebruik. Marges van printer gebruiken: hiermee worden automatisch de marges gekopieerd die worden gebruikt door een andere printer op uw pc.

PDF-eigenschappen
Met de instellingen in Eerste weergave kunt u de documentweergave instellen die wordt gebruikt wanneer een PDF-document in een PDF-viewer wordt geopend. U kunt het PDF-document bijvoorbeeld openen op een specifieke pagina, met een ingesteld zoomniveau, of met een opgegeven paginaformaat. l Paginaweergave: deze instelling bepaalt het aantal pagina's dat tegelijk in de PDF-viewer wordt weergegeven, en of de pagina's als n lange doorgaande pagina worden getoond of als afzonderlijke pagina's. l Zoomen: geef op welk zoomniveau moet worden toegepast voor het bekijken van PDFdocumenten.

47

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Openen op pagina: geef de pagina op die u wilt weergeven wanneer het PDF-document wordt geopend. Venster centreren op het scherm: wanneer de gemaakte PDF wordt geopend, kunt u bepalen of de pagina's gecentreerd in het documentvenster van de viewer moeten worden weergegeven. Volledig scherm: als de gemaakte PDF wordt geopend, kunt u hiermee zorgen dat de pagina's het hele scherm in beslag nemen door de menubalken en andere besturingselementen in de viewer te verbergen. Documentinformatievelden: voer in deze velden de standaardinformatie in die van toepassing is op alle PDF-documenten die met de printerdriver op deze computer worden gemaakt.

PDF-beveiliging
l

Maak een gebruikerswachtwoord een vereiste om het document te kunnen openen: beveilig uw PDF-document met een wachtwoord om te voorkomen dat dit door ongemachtigde gebruikers wordt gelezen. Wachtwoord eigenaar gebruiken om afdrukken, bewerken en ophalen te beperken: u kunt uw PDF-document beveiligen met een wachtwoord om bepaalde functies, zoals afdrukken of bewerken van het document, te blokkeren. Afdrukken toegestaan: hiermee kunt u voorkomen dat het document kan worden afgedrukt, of afdrukken in alleen lage of hoge resolutie toestaan wanneer het juiste wachtwoord is opgegeven. Wijzigingen toegestaan: hiermee kunt u verhinderen dat er wijzigingen aan uw document worden gemaakt, of exacte veranderingen toestaan wanneer het juiste wachtwoord is opgegeven. Kopiren en ophalen van de inhoud toestaan: gebruikers kunnen tekst en afbeeldingen uit het PDF-document kopiren als het juiste wachtwoord is ingevoerd. Teksttoegang voor schermleesapparaten van visueel gehandicapten: met deze instelling krijgt software voor schermleesapparatuur toegang tot de inhoud van uw PDF, om het bestand voor een visueel gehandicapte gebruiker te lezen. Coderingsniveau: o Geen: het document heeft geen beveiligingscodering. o 40-bit ARC4: gebruik deze optie als documenten compatibel moeten zijn met oudere versies van Adobe Reader. o 128-bit ARC4: sterkere beveiliging dan 40-bits ARC4 codering. o 128-bit AES: geavanceerdere codering dan ARC4. o 256-bit AES: aanbevolen; dit wordt tevens gebruikt in de nieuwe versies van Adobe Reader.

OPMERKING: om de beveiligingsopties Gebruiker en Eigenaar te kunnen toepassen, moet er een coderingsniveau zijn ingesteld. Als het niveau wordt ingesteld op Geen worden alle andere beveiligingsopties, inclusief wachtwoordbeveiliging, uitgeschakeld.

48

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Microsoft Office-bestanden vanuit Microsoft Officeapplicaties naar PDF converteren


Met Nitro Pro 7 kunt u intelligente PDF-bestanden maken vanuit Microsoft Office-programma's, waarbij automatisch bladwijzers, koppelingen, documentinformatie, beveiliging en nog veel meer kunnen worden toegevoegd.
l l l l

Microsoft Word-bestanden naar PDF converteren Microsoft Excel-bestanden naar PDF converteren Microsoft PowerPoint-bestanden naar PDF converteren Instellingen van Microsoft Office-invoegtoepassingen

49

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Instellingen van Microsoft Office-invoegtoepassingen


Met de Microsoft Office-invoegtoepassingen krijgt u meer besturingsfuncties voor de PDF-bestanden die u produceert, waaronder beveiliging, verbeterde navigatie met bladwijzers en hyperlinks, paginaformaten, beeldcompressie, en nog veel meer. De instellingen variren al naar gelang het Officeprogramma dat u gebruikt. Voor ieder programma kunt u verschillende instellingen opgeven, afhankelijk van de typen bestanden die u wilt produceren.

De instellingen van Office-invoegtoepassingen wijzigen


Microsoft Office 2007/2010:
1. Ga in het Office-programma naar het tabblad Nitro PDF en selecteer de gewenste instellingen in het groepsmenu Algemene instellingen en in het groepsmenu met programma-instellingen. 2. U kunt ook in het groepsmenu Algemene instellingen op Geavanceerd klikken om extra instellingen te selecteren.

Microsoft Office 2003:


1. Klik in het Office-programma op de werkbalkknop Nitro PDF: Nitro PDF-instellingen. 2. Wijzig de instellingen en klik op OK.

Overzicht van instellingen voor Microsoft Office-invoegtoepassingen


Algemene instellingen Gemaakt PDF-bestand Opent de PDF nadat de conversie is uitgevoerd. openen Documentoverzicht converteren Om bestandsnaam vragen Koppelingen converteren Importeert documenteigenschappen zoals auteur, titel en onderwerp in de PDF. Er verschijnt een dialoogvenster waarin u de bestandsnaam van de PDF kunt wijzigen voordat het bestand wordt opgeslagen. Converteert alle actieve koppelingen in Word-bestanden, of webkoppelingen in PowerPoint- en Excel-bestanden, naar actieve hyperlinks in het PDF-bestand.

Inclusief Hele werkmap, Hiermee kunt u opgeven of u een hele Excel-werkmap, een groep Actieve bladen of werkbladen, of slechts een selectie naar PDF wilt converteren. Selectie Bladwijzers aan PDF toevoegen Dia's inlijsten Indeling dia's Maakt automatisch bladwijzers aan voor de koppen in Word, voor ieder werkblad in een Excel-spreadsheet of voor iedere dia in een PowerPointpresentatie. Plaatst iedere dia in een kader. Hiermee kunt u uw PDF indelen met meerdere dia's per pagina's en kunt u

50

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Algemene instellingen uw PowerPoint-notities onder iedere dia in de PDF weergeven. Geavanceerd De optimalisatie-instellingen bieden een aantal vooraf ingestelde opties, die u kunt selecteren op basis van het beoogde gebruik van het bestand (bijvoorbeeld voor webweergave of om op kantoor af te drukken). U kunt deze instellingen naar wens aanpassen, waarbij u de compressie van afbeeldingen kunt instellen en opties voor Optimalisatie het insluiten van lettertypen kunt selecteren. Het comprimeren van afbeeldingen en het insluiten van lettertypen heeft een merkbare invloed op de bestandsgrootte; probeer de verschillende instellingen uit om de juiste balans tussen visuele kwaliteit en bestandsgrootte te bepalen. Met de opties in Beeld kunt u opgeven hoe het gemaakte PDF-bestand in de PDFviewer wordt geopend. U kunt een selectie maken uit de opties voor documentweergave, pagina-indeling en in- en uitzoomen, en u kunt opgeven op welke pagina het bestand moet worden geopend. U kunt desgewenst ook opgeven dat het bestand op volledige schermgrootte moet worden geopend (indien ondersteund door de PDF-viewer) of dat het venster op het scherm moet worden gecentreerd.

Beeld

Beveiliging Gebruik wachtwoorden om de toegang tot en het gebruik van PDF-bestanden te Beveiliging controleren. Verdere informatie over de beschikbare instellingen kunt u vinden in het toepassen gedeelte PDF-beveiliging in deze gebruikershandleiding. Compatibiliteit PDF/Acompatibel maken Hiermee kunt u PDF/A-compatibele bestanden maken van uw Office-documenten. Raadpleeg PDF/A-bestanden maken voor verdere informatie.

51

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Microsoft Word-bestanden naar PDF converteren


Microsoft Word 2007/2010
In Microsoft Word 2007/2010 wordt Nitro PDF weergegeven als een tabblad in het Word-lint. Zo kunt u snel PDF-bestanden maken en uw conversie-instellingen met slechts enkele muisklikken wijzigen.

Een PDF maken


1. Selecteer de gewenste PDF-instellingen in het tabblad Nitro PDF. 2. Klik op de knop PDF maken of PDF maken en e-mailen.

Een beveiligde PDF maken


1. Ga naar het tabblad Nitro PDF en schakel het selectievakje Beveiliging toepassen in het groepsmenu Maken in. 2. Klik op PDF makenof op PDF maken en e-mailen. 3. Kies de gewenste beveiligingsopties in het venster Beveiligde PDF maken en klik vervolgens op Maken.

Een PDF/A-1b compatibele PDF maken


1. Ga naar het tabblad Nitro PDF en schakel het selectievakje PDF/A-1b-compatibiliteit in het groepsmenu Maken in. 2. Klik op PDF maken of op PDF maken en e-mailen. OPMERKING: als gevolg van de PDF/A-compatibiliteitseisen kunt u geen beveiligde PDF/Abestanden maken.

De instellingen voor PDF-conversie wijzigen


1. Klik op Geavanceerde instellingen. 2. Selecteer de gewenste opties in de tabbladen Instellingen, Optimalisatie en Beeld. 3. Klik op OK.

Microsoft Word 2003


De Nitro PDF-invoegtoepassing voor Microsoft Word 2003 biedt dezelfde functies als die voor Word 2007/2010. Het enige verschil is dat Nitro PDF wordt weergegeven als een groep werkbalk- en menuopties, omdat Word 2003 geen lint heeft.

52

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Microsoft Excel-bestanden naar PDF converteren


Microsoft Excel 2007/2010
In Microsoft Excel 2007/2010 wordt Nitro PDF weergegeven als een tabblad in het Excel-lint. Zo kunt u snel PDF-bestanden maken en uw conversie-instellingen met slechts enkele muisklikken wijzigen.

Een PDF maken


1. Selecteer de gewenste PDF-instellingen in het tabblad Nitro PDF. 2. Klik op de knop PDF maken of PDF maken en e-mailen.

Een beveiligde PDF maken


1. Ga naar het tabblad Nitro PDF en schakel het selectievakje Beveiliging toepassen in het groepsmenu Maken in. 2. Klik op PDF makenof op PDF maken en e-mailen. 3. Kies de gewenste beveiligingsopties in het venster Beveiligde PDF maken en klik vervolgens op Maken.

Een PDF/A-1b compatibele PDF maken


1. Ga naar het tabblad Nitro PDF en schakel het selectievakje PDF/A-1b-compatibiliteit in het groepsmenu Maken in. 2. Klik op PDF maken of op PDF maken en e-mailen. OPMERKING: als gevolg van de PDF/A-compatibiliteitseisen kunt u geen beveiligde PDF/Abestanden maken.

De instellingen voor PDF-conversie wijzigen


1. Klik op Geavanceerde instellingen. 2. Selecteer de gewenste opties in de tabbladen Instellingen, Optimalisatie en Beeld. 3. Klik op OK.

Microsoft Excel 2003


De Nitro PDF-invoegtoepassing voor Microsoft Excel 2003 biedt dezelfde functies als die voor Excel 2007/2010. Het enige verschil is dat Nitro PDF wordt weergegeven als een groep werkbalk- en menuopties, omdat Excel 2003 geen lint heeft.

53

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Microsoft PowerPoint-bestanden naar PDF converteren


Microsoft PowerPoint 2007/2010
In Microsoft PowerPoint 2007/2010 wordt Nitro PDF weergegeven als een tabblad in het PowerPoint-lint. Zo kunt u snel PDF-bestanden maken en uw conversie-instellingen met slechts enkele muisklikken wijzigen.

Een PDF maken


1. Selecteer de gewenste PDF-instellingen in het tabblad Nitro PDF. 2. Klik op de knop PDF maken of PDF maken en e-mailen.

Een beveiligde PDF maken


1. Ga naar het tabblad Nitro PDF en schakel het selectievakje Beveiliging toepassen in het groepsmenu Maken in. 2. Klik op PDF makenof op PDF maken en e-mailen. 3. Kies de gewenste beveiligingsopties in het venster Beveiligde PDF maken en klik vervolgens op Maken.

Een PDF/A-1b compatibele PDF maken


1. Ga naar het tabblad Nitro PDF en schakel het selectievakje PDF/A-1b-compatibiliteit in het groepsmenu Maken in. 2. Klik op PDF maken of op PDF maken en e-mailen. OPMERKING: als gevolg van de PDF/A-compatibiliteitseisen kunt u geen beveiligde PDF/Abestanden maken.

De instellingen voor PDF-conversie wijzigen


1. Klik op Geavanceerde instellingen. 2. Selecteer de gewenste opties in de tabbladen Instellingen, Optimalisatie en Beeld. 3. Klik op OK.

Microsoft PowerPoint 2003


De Nitro PDF-invoegtoepassing voor Microsoft PowerPoint 2003 biedt dezelfde functies als die voor PowerPoint 2007/2010. Het enige verschil is dat Nitro PDF wordt weergegeven als een groep werkbalk- en menuopties, omdat PowerPoint 2003 geen lint heeft.

54

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Scannen en OCR
Met Nitro Pro 7 kunt u papieren documenten rechtstreeks in PDF-indeling scannen, waarbij u tevens de optie voor OCR* (optische tekenherkenning) kunt gebruiken om documenten te kunnen doorzoeken en markeren. * Hiervoor moet de versie Nitro Pro 7 met OCR zijn genstalleerd. Meer informatie vindt u hier.

55

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF maken van scan


Met Nitro Pro 7 kunt u papieren documenten op eenvoudige wijze omzetten in digitaal formaat, dat gemakkelijker kan worden opgeslagen en teruggevonden. Afhankelijk van het type scanner dat u gebruikt, kunt u afzonderlijke pagina's of volledige documenten in n keer omzetten. U kunt zo nodig ook verschillende papieren documenten samenvoegen tot n PDF-document.

Van papier naar PDF scannen


1. Klik in het tabblad Home in het groepsmenu Creren op de knop PDF en vervolgens op Van scanner. 2. Selecteer uw scanner, de te scannen vellen en de beeldcompressie in het dialoogvenster PDF maken van scan en geef de bestemming op. 3. Klik op Scannen om uw standaardscansoftware te openen. 4. Selecteer de gewenste scanmodus: kleur, grijswaarde of zwart/wit. 5. Selecteer de menuopdracht om terug te keren naar Nitro Pro 7 6. Selecteer de optie Voltooien om de scantaak te beindigen, of selecteer Voorkant scannen: pag. twee om door te gaan met scannen.

56

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Instellingen voor beeldcompressie


Wanneer u met Nitro Pro 7 naar PDF scant, bepalen de uitvoerinstellingen die in uw standaardscansoftware zijn geselecteerd, welk type compressie (kleur, grijswaarde of zwart/wit) wordt toegepast. Als u een kleurenscan wilt maken, hoeft u de zwart/wit-instellingen dus niet te wijzigen, omdat uw afbeelding hierdoor niet wordt benvloed.

Opties voor beeldcompressie


Kleur/grijswaarde
l

JPEG. De Joint Photographic Experts Group-norm ondersteunt compressieratio's van 10:1 met minimaal kwaliteitsverlies. JPEG2000. Levert hogere compressieratio's dan JPEG en gebruikt compressie met en zonder verlies in dezelfde bestandsstream. ZIP. Maakt gebruik van het ZIP-compressiealgoritme om de grootte van de afbeelding te verkleinen zonder de kwaliteit aan te tasten.

Zwart/wit
l

CCITT Groep 4. Een norm voor faxverzending die gebruikmaakt van geavanceerde compressiemethoden voor reproductie zonder verlies. CCITT Groep 3. De Groep 3-norm voorziet in een lager compressieniveau en is minder geavanceerd dan de CCITT Groep 4-methode. Run-length. Vooral geschikt voor bestanden waarin lange reeksen identieke bits, waarden of tekens voorkomen. Deze methode wordt voornamelijk gebruikt voor binaire bestanden. ZIP. Maakt gebruik van het ZIP-compressiealgoritme om de grootte van de afbeelding te verkleinen zonder de kwaliteit aan te tasten.

Kwaliteit
l

l l

150DPI. Deze optie levert kleinere bestanden en is dus mogelijk geschikt voor gebruik op internet. De resulterende beeldkwaliteit is echter relatief laag. 200DPI. Geschikt voor hogere beeldkwaliteit op computerschermen. 300DPI. Deze optie wordt meestal voor afdrukken van kantoorkwaliteit gebruikt en resulteert in iets grotere bestanden. 600DPI. Deze optie levert hoge beeldkwaliteit maar resulteert in grote bestanden.

57

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

OCR
OCR is de afkorting van Optical Character Recognition, ofwel Optische tekenherkenning, een softwareproces waarmee gedrukte tekst wordt omgezet in tekst die leesbaar is voor de computer. OCR wordt voornamelijk gebruikt bij het scannen van papieren documenten om elektronische exemplaren te creren, maar kan ook worden toegepast op bestaande elektronische documenten (bijvoorbeeld PDF). De OCR-versie van Nitro Pro 7 bevat de OCR-plug-in als onderdeel van het installatieprogramma. Koop desgewenst een upgrade als de knop OCR van de Nitro-website niet wordt weergegeven in uw huidige versie van Nitro PDF Professional. Meer informatie over het aanschaffen van Nitro PDF Professional met OCR

58

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

OCR-voorkeuren
De OCR-invoegtoepassing van I.R.I.S. kan volledig met Nitro Pro 7 worden gentegreerd, zodat tekstherkenning niet alleen op gescande pagina's maar ook op afbeeldingen in geopende PDFdocumenten kan worden toegepast. Het OCR-hulpprogramma is volledig instelbaar en bevat functies waarmee alle opties kunnen worden geconfigureerd, van het corrigeren van schuine beelden tot de instellingen voor beeldcompressie. U kunt tekstherkenning voor scanners ook inschakelen in het dialoogvenster PDF maken van scan, zodat gescande pagina's automatisch in PDF worden omgezet, met tekst die doorzoekbaar en bewerkbaar is.

OCR-voorkeuren configureren
1. Klik op de menuknop Bestand in de linkerbovenhoek van het applicatievenster. 2. Klik op de knop Voorkeuren onder aan het hoofdmenu. 3. Klik in het dialoogvenster Voorkeuren op OCR in de kolom met categorien.

Algemene OCR-voorkeuren
De algemene voorkeuren die voor de OCR-functies kunnen worden ingesteld, zijn in 3 groepen verdeeld, met de volgende opties: l Hellende beelden corrigeren. Hiermee wordt alle tekst die op het gescande document schuin of scheef staat, rechtgezet. l Vaste drempelwaarde. Om tekst van een achtergrond te kunnen onderscheiden, wordt het histogram van een beeld geanalyseerd. Met een vaste drempelwaarde wordt dezelfde eindwaarde op het gehele beeld toegepast, in plaats dat de tekst dynamisch wordt gezocht. De percentages geven het punt aan waarop het contrast tussen zwart en wit ideaal is om tekst te herkennen, waarbij 0% volledig zwart is en 100% volledig wit. Deze instelling wordt aanbevolen voor beelden met varirende achtergronden, of met achtergronden waarvan de tint of kleurschakering verandert. Voor meer gangbare OCR-bewerkingen kunt u de vaste drempelwaarde het beste uitschakelen. l Tekstrichting detecteren. Hiermee worden pagina's automatisch gedraaid als deze met een hoek van 90, 180 of 270 graden zijn gescand. l Kleurenbeeld afvlakken. Gebruik deze optie om de kleuren van het beeld af te vlakken, de JPEGcompressieartefacten te verwijderen en de herkenning te bevorderen. l Taal. Selecteer de taal waarin de gescande tekst die u wilt detecteren, is geschreven. l Kwaliteit: l Laag (snel). Dit is de ideale optie als de tekst op het gescande document helder en duidelijk te herkennen is. Met deze instelling worden scans snel uitgevoerd. l Middelmatig (medium). Met deze optie wordt de herkenning nauwkeuriger uitgevoerd dan met Laag, waardoor het scannen iets langer duurt. l Hoog (langzaam). Deze instelling is geschikt voor het scannen van tekst die moeilijk te herkennen is. Met deze instelling worden complexere methoden voor tekstherkenning toegepast en duurt het scannen aanzienlijk langer. l Type: l Doorzoekbare tekst. Hiermee wordt een verborgen laag met tekst toegevoegd, om zoekbewerkingen en tekstmarkeringen mogelijk te maken. De tekst zelf kan echter op geen enkele wijze worden bewerkt.

59

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bewerkbare tekst. Hiermee wordt het gehele document opnieuw opgebouwd en ontstaat er een PDF-bestand met tekst die doorzoekbaar en bewerkbaar is. Met deze methode blijft het originele gescande beeld niet behouden, waardoor de resultaten kunnen variren. Gebruik deze instelling daarom uitsluitend als het PDF-bestand nog moet worden bewerkt. Beelden verkleinen. Nadat de scan is voltooid, kunt u de resolutie van uw gescande beelden verminderen om de grootte van het resulterende PDF-document te beperken. Beeldcompressiefactor. Hoe hoger de compressiefactor van een beeld, des te kleiner het resulterende PDF-bestand is. Als uw PDF-bestand moet worden afgedrukt, wordt echter een lage compressiefactor aanbevolen, zodat de kwaliteit optimaal blijft. Lettertypen insluiten. Hiermee worden de lettertypen die nodig zijn voor herkenning van de uitvoertekst, indien deze op het systeem aanwezig zijn, na het scanproces in de uitgevoerde PDF opgeslagen.
l

60

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

OCR op een afgedrukt document toepassen met 'PDF maken van scan'
OCR op een papieren document toepassen tijdens scannen
1. Klik in het tabblad Home in het groepsmenu Creren op de knop PDF en vervolgens op Van scanner. 2. Selecteer uw scanner, de te scannen vellen en de beeldcompressie in het dialoogvenster PDF maken van scan en geef de bestemming op. 3. Schakel het selectievakje Doc. doorzoekbaar maken in om de OCR-invoegtoepassing in te schakelen en klik op de knop Geavanceerd om uw voorkeuren in te stellen. 4. Klik op Scannen om uw standaardscansoftware te starten. 5. Selecteer de gewenste scanmodus (kleur, grijswaarde of zwart/wit) en stel het contrast naar wens in. 6. Selecteer Scannen om de scan te starten (in sommige scanprogramma's moet u het dialoogvenster sluiten wanneer de scan is voltooid). 7. Selecteer de optie Voltooien om uw scanopdracht te beindigen, of selecteer Voorkant scannen: pag. twee om verdere pagina's te scannen. 8. Als u meerdere pagina's hebt gescand, klikt u op Voltooien om het gescande document in Nitro Pro 7 te openen.

61

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

OCR toepassen op bestaande PDF's


OCR op een document toepassen
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Open in Nitro Pro 7 het PDF-document waarop u OCR wilt toepassen. Klik in het tabblad Bewerken op de knop OCR in het groepsmenu Tekst/afbeeldingen. Geef in het dialoogvenster Tekst herkennen met OCR de taal van de tekst en de paginaopties op. Kies in het vak Uitvoer of de uitgevoerde tekst bewerkbaar of alleen doorzoekbaar moet zijn. Als u verdere opties wilt configureren, klikt u op de knop Geavanceerd voor meer instellingen. Klik op OK om uw instellingen te bevestigen en door te gaan met de tekstherkenning. Als u Bewerkbare tekst hebt geselecteerd als het type uitvoer, wordt u gevraagd een naam op te geven voor uw PDF-document en het nieuwe document op te slaan. 8. Als u Doorzoekbare tekst als het type uitvoer hebt geselecteerd, blijft uw (nu doorzoekbare) document geopend.

OCR toepassen op geselecteerde pagina's in een document


1. Klik op de tab Pagina's (een van de navigatietabs aan de linkerkant van het Nitro Pro 7-venster). 2. Klik met de rechtermuisknop op de gewenste pagina's in het deelvenster Pagina's en selecteer OCR pagina's (houd Ctrl ingedrukt als u een aantal pagina's wilt selecteren). 3. Geef in het dialoogvenster Tekst herkennen met OCR de taal van de tekst en de paginaopties op. 4. Kies in het vak Uitvoer of de uitgevoerde tekst bewerkbaar of alleen doorzoekbaar moet zijn. 5. Als u verdere opties wilt configureren, klikt u op de knop Geavanceerd voor meer instellingen. 6. Klik op OK om uw instellingen te bevestigen en door te gaan met de tekstherkenning. 7. Als u Bewerkbare tekst hebt geselecteerd als het type uitvoer, wordt u gevraagd een naam op te geven voor uw PDF-document en het nieuwe document op te slaan. 8. Als u Doorzoekbare tekst als het type uitvoer hebt geselecteerd, blijft uw (nu doorzoekbare) document geopend.

62

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

OCR-problemen oplossen
De resultaten van OCR (optische tekenherkenning) zijn mede afhankelijk van de kwaliteit van het elektronische document. Aan de hand van de volgende tips kunt u de OCR-resultaten verbeteren: l Stel de kleurinstellingen van de scanner in op Grijsschaal, of op zwart/wit als zwarte tekst op een witte achtergrond wordt gescand. l Indien uw scanner hiervoor ondersteuning biedt, dient u de helderheid en het contrast zodanig in te stellen dat donkere zwarte tinten en heldere witte tinten worden geproduceerd. l Stel de scankwaliteit (resolutie) in op 300dpi of hoger. l Begin met een origineel van goede kwaliteit. De nauwkeurigheid van de OCR wordt verslechterd door kreukels en vouwen. l Zorg dat de glasplaat van de scanner schoon en vlekvrij is. l Plaats uw pagina's zo recht mogelijk voor het scannen. Voor scheve of schuine pagina's moet de OCR-engine meerdere verwerkingen uitvoeren. l Afhankelijk van de kwaliteit van uw scanner moet hetzelfde document soms meerdere malen worden gescand om het beste resultaat te verkrijgen. l Als uw tekst op een gekleurde achtergrond of een achtergrond met een patroon is gedrukt, probeer dan een versie te krijgen die op een witte achtergrond is gedrukt. Voor het OCR-scannen van tekst op een gekleurde achtergrond moeten veelal verschillende instellingen worden uitgeprobeerd om de juiste configuratie voor OCR te vinden. l Vlekken of ongewenste artefacten kunnen wellicht met de hand worden verwijderd met gebruik van witte correctievloeistof. l Indien uw scanner hiervoor ondersteuning biedt, dient u de optie voor ontspikkelen in te schakelen om ruis van uw beeld te verwijderen. l Indien uw scanner hiervoor ondersteuning biedt, dient u de afvlakking van tekst te verhogen, om grove of slecht gedrukte tekst te verbeteren.

63

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Controleren en commentaar invoeren


De functies voor tekstmarkering in Nitro Pro 7 maken het mogelijk om met een PDF-bestand te werken alsof het een papieren document is. Bovendien kunt u wijzigingen zo nodig ongedaan maken of opnieuw aanbrengen. Een aantekening is een 'non-destructief' element, dat in een extra laag over de pagina van uw PDF wordt toegevoegd en te allen tijde weer kan worden verwijderd. Als u aantekeningen of commentaar in een geprinte versie van het document wilt laten verschijnen, moet u dit specifiek in uw afdrukinstellingen inschakelen. U kunt commentaar toevoegen aan pagina's als notities, tekst highlightg, tekening markils, stempels en bestandsbijlagen. Bij de meeste typen van commentaar kan een pop-upnotitie worden geopend, zodat u feedback kunt geven. Als u bijvoorbeeld een deel van de tekst hebt gemarkeerd met het markeringsgereedschap, kunt u de bijbehorende pop-upnotitie openen en uitleggen waarom de tekst is gemarkeerd. Het deelvenster Commentaar kan bovendien worden gebruikt om commentaar van andere gebruikers te bekijken, beheren en organiseren. Voor meer informatie over commentaar en aantekeningen in PDF-bestanden raadpleegt u: l Notities toevoegen of bewerken l Aantekeningen maken met de tekstmarkeringsfuncties l Aantekeningenlaag en inhoudslaag l Tekst markeren

64

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Notities toevoegenof bewerken


In PDF-bestanden kunnen notities worden aangebracht en aantekeningen worden gemaakt, net zoals u dit op een papieren document doet. Notities wijzen de lezer op een bepaald deel van de pagina waar aandacht aan moet worden besteed, of geven de beoordelaar van het document specifieke instructies.

Notitie toevoegen:
1. Klik in het tabblad Home in de groep Gereedschappen op Notitie toevoegen. 2. Klik op de pagina waar u de notitie wilt zetten. Er verschijnt een gele spraakballon. 3. Met de nieuwe notitie wordt automatisch een pop-upnotitie geopend. Klik in de pop-upnotitie om uw tekst in te voeren. 4. Als de tekst eenmaal is ingevoerd, klikt u op een willekeurige plaats buiten de aantekening. 5. Dubbelklik op de gele spraakballon om de pop-upnotitie te tonen of te verbergen. OPMERKING: u kunt op de gele ballon klikken en deze dan naar iedere willekeurige plaats op de pagina slepen.

Eigenschappen van notities wijzigen:


1. 2. 3. 4. 5. Klik met uw rechtermuisknop op de notitie of het bijbehorende pictogram. Selecteer Eigenschappen in het menu. In het tabblad Algemeen kunt u de Auteur en de gegevens over het Onderwerp wijzigen. In het tabblad Vormgeving kunt u de visuele kenmerken van de notitie instellen. Klik op Sluiten om de wijzigingen op te slaan.

Standaardeigenschappen van notities


Ga als volgt te werk als u alle volgende notities dezelfde eigenschappen wilt geven als de geselecteerde notitie: 1. Klik met uw rechtermuisknop op de notitie of het bijbehorende pictogram. 2. Selecteer Huidige eigenschappen als standaard instellen. TIP: notities zijn opgeslagen in de aantekeningenlaag. Ze verschijnen daarom niet in zoekresultaten en worden niet met het document afgedrukt, tenzij u aangeeft dat u het document met markups wilt afdrukken. Raadpleeg Aantekeningenlaag en inhoudslaag voor verdere informatie.

Notitie beantwoorden:
1. Als de tekst van de notitie verborgen is, dubbelklikt u op de spraakballon om de pop-upnotitie weer te geven. 2. Klik in de pop-upnotitie op het menu Opties en selecteer Antwoorden. 3. In de oorspronkelijke notitie verschijnt een pop-upnotitie in een andere kleur. Voer uw antwoord in deze nieuwe pop-upnotitie in. 4. Als de tekst eenmaal is ingevoerd, klikt u op een willekeurige plaats buiten de aantekening. TIP: u kunt meerdere antwoorden invoeren, zodat u een thread kunt opbouwen in een aantekening.

65

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Notitie verwijderen:
1. Klik met uw rechtermuisknop op de spraakballon om het contextmenu te openen. 2. Selecteer Verwijderen in het menu.

66

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Aantekeningen maken met de tekstmarkeringsfuncties


Nitro Pro 7 is voorzien van markeringsfuncties waarmee de aandacht kan worden gevestigd op tekst die moet worden gecorrigeerd. Met gebruik van deze functies kan iedere tekstmarkering van feedback of commentaar worden voorzien. Bij het afdrukken van een PDF-bestand kunnen alle tekstmarkeringen zichtbaar worden gemaakt of worden verborgen. Raadpleeg Aantekeningenlaag en inhoudslaag voor verdere informatie.

Tekst markeren:
1. Klik in het tabblad Home in de groep Gereedschappenop de pijl onder Tekstmarkering en selecteer een van de volgende opties: l Tekst markeren l Tekst doorstrepen l Tekst onderstrepen 2. Selecteer een of meer woorden of een tekstblok waarop u de tekstmarkering wilt toepassen. Selectie met gebruik van de lichtkrant is handig voor tekst die in verticale kolommen is uitgevuld. 3. Dubbelklik op de nieuwe markering als u commentaar wilt bijvoegen. 4. Druk op de knop x bovenaan de pop-upnotitie om de notitie te sluiten.

Markering verwijderen:
l

Voer een van de volgende handelingen uit: o Selecteer het handje of het selectiegereedschap en klik hiermee met de rechtermuisknop op de aantekening. Kies Verwijderen in het menu. o Klik met het handje of het selectiegereedschap op de markering die u wilt verwijderen. Er verschijnt een begrenzingsvak om aan te geven dat de markering is geselecteerd. Druk op de toets Delete.

TIP: u kunt meerdere markeringen toepassen op een woord of tekstblok. Tekst kan bijvoorbeeld gemarkeerd en onderstreept worden.

Markeringseigenschappen wijzigen:
1. Klik met de rechtermuisknop op de tekstmarkering. 2. Selecteer Eigenschappen. Het dialoogvenster Eigenschappen verschijnt en bevat de volgende tabbladen: o Algemeen: hierin kunt u de gegevens over de auteur en het onderwerp van de aantekening wijzigen. o Vormgeving: hierin kunnen de visuele kenmerken van de markering worden gewijzigd. 3. Klik op Sluiten om de wijzigingen op te slaan. TIP:als u alle volgende markeringen dezelfde eigenschappen wilt geven als de geselecteerde markering, klikt u er met uw rechtermuisknop op en selecteert u Huidige eigenschappen als standaard instellen.

67

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een aantekening beantwoorden:


1. Als de aantekening verborgen is, dubbelklikt u op de gemarkeerde tekst om de aantekening weer zichtbaar te maken. 2. Klik op het menu Opties in het tekstveld en selecteer Antwoorden. 3. Voer uw antwoord in het berichtvak in dat in de originele markering verschijnt. TIP: u kunt meerdere antwoorden invoeren, zodat u een thread kunt opbouwen in een aantekening.

Markering verwijderen:
l

Klik met uw rechtermuisknop op de markering en selecteer Verwijderen.

68

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Commentaar beheren en bekijken


Nitro Pro 7 biedt een enkele locatie waar alle commentaar uit het PDF-bestand wordt getoond. In het deelvenster Commentaar worden alle opmerking weergegeven die in uw document zijn ingevoerd, met daarbij de informatie met betrekking tot de opmerking in kwestie.

Het deelvenster Commentaar tonen of verbergen:


l

Klik op het tabblad Commentaar in de zijbalk om het deelvenster Commentaar weer te geven of te verbergen. Het deelvenster kan worden gesloten door op het tabblad Commentaar of op de knop x rechtsboven in het deelvenster Commentaar te klikken.

TIP:klik op het gewenste commentaar in het deelvenster Commentaar als u rechtstreeks naar de bijbehorende locatie in het PDF-bestand wilt gaan. Gebruik de pijltoetsen Op en Neer om door de lijst in het deelvenster Commentaar te lopen.

Commentaar uitvouwen of samenvouwen:


Voer een van de volgende handelingen uit in het deelvenster Commentaar: l Afzonderlijke aantekeningen uitvouwen of samenvouwen: klik op de knop + of - naast de aantekening, of druk op de pijltoets Links of Rechts. l Commentaar in een groep, zoals Redactie of Tekst, uitvouwen of samenvouwen: klik op de knop + of - naast de aantekening, of druk op de pijltoets Links of Rechts. l Alle commentaar uitvouwen of samenvouwen: klik op Alles uitvouwen of Alles samenvouwen. OPMERKING: met de optie Alles uitvouwen wordt alle beschikbare informatie over iedere opmerking in het hele document weergegeven, inclusief het paginanummer, de naam van de reviewer, het type opmerking en alle eventuele feedback. Met Alles samenvouwen wordt het commentaar gegroepeerd op basis van de huidig geselecteerde optie bij Sorteren op. Bijvoorbeeld type, pagina, of auteur.

Commentaar verwijderen:
Selecteer het commentaar in het deelvenster Commentaar en klik op Verwijderen. Verdere informatie over de andere functies in het deelvenster Commentaar kunt u vinden in: l Het deelvensters Commentaar l Commentaar sorteren l Commentaar beantwoorden l Alle commentaar tonen of verbergen l Commentaar samenvatten l Combine comments from multiple files

69

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Commentaar beantwoorden
Met Nitro Pro 7 kunt u op uiterst eenvoudige wijze reageren op commentaar van andere reviewers. Ieder antwoord is gekoppeld aan het oorspronkelijke commentaar, en alle reacties kunnen in het deelvenster Commentaar worden bekeken. De elektronische cyclus voor controle van documenten kan worden gestroomlijnd door meerdere reacties op commentaar zo te rangschikken dat ze een thread vormen. U hoeft ze ook niet langer meer stuk voor stuk te sorteren.

Commentaar beantwoorden:
1. Voer een van de volgende handelingen uit: o Markeer de gewenste aantekening in het deelvenster Commentaar en klik op Antwoorden. o Klik met uw rechtermuisknop op de aantekening op de pagina in het PDF-document en selecteer Antwoorden. 2. Voer de gewenste tekst in op de pop-upnotitie. Raadpleeg Het deelvenster Commentaar voor verdere informatie.

70

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Commentaar sorteren
In het deelvenster Commentaar kunt u alle aantekeningen en feedback bijhouden die aan een PDFdocument zijn toegevoegd. In het deelvenster wordt een lijst getoond van iedere aantekening, met daarbij het type, de naam van de reviewer, een tijdstempel, alle eventuele feedback-tekst en de reacties.

Commentaar sorteren:
1. Klik op het tabblad Commentaar in de zijbalk om het deelvenster Commentaar te openen. 2. Klik in het deelvenster Commentaar op Sorteren op en kies de gewenste sorteermethode, zoals sorteren op Type, of sorteren op Auteur.

71

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Alle commentaar tonen of verbergen


Als u een PDF-document zonder enig commentaar wilt bekijken, kunt u alle aantekeningen tegelijk verbergen in plaats van ze stuk voor stuk te sluiten of te verwijderen. U gebruikt dezelfde functie om het commentaar weer te tonen. De zichtbaarheid van het commentaar in- of uitschakelen: l Klik in het tabblad Controleren in de groep Controleren op Commentaar verbergen.

72

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Commentaar uit meerdere bestanden samenvoegen


Wanneer u van meerdere personen feedback ontvangt in afzonderlijke exemplaren van het originele PDFbestand, is het waarschijnlijk handig om dit commentaar tot n PDF-bestand samen te voegen, zodat u het gemakkelijker kunt controleren. U moet twee stappen uitvoeren om commentaar samen te voegen: 1. Exporteer commentaar uit elk feedbackbestand. 2. Importeer alle commentaar om het in n PDF-bestand te plaatsen.

Commentaar exporteren uit een feedbackbestand


1. Zorg dat er een PDF-bestand met commentaar geopend is. Klik in het tabblad Controleren in het groepsmenu Controleren op de pijl naast Migreren en selecteer Commentaar exporteren. Het dialoogvenster Commentaar exporteren wordt weergegeven. 2. Geef een unieke bestandsnaam en een locatie voor het gexporteerde commentaar op en klik op Opslaan. 3. Herhaal stap 1 en 2 voor elk bestand met commentaar.

Commentaar van meerdere personen in n PDF importeren


1. Zorg dat de originele PDF geopend is. Klik in het tabblad Controleren in het groepsmenu Controleren op de pijl naast Migreren en selecteer Commentaar importeren. . Het dialoogvenster Commentaar importeren wordt weergegeven. 2. Selecteer een commentaarbestand en klik op Openen. 3. Herhaal stap 1 en 2 voor elk bestand met commentaar.

73

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Commentaar samenvatten
Met Nitro Pro 7 kunt u op eenvoudige wijze alle commentaar dat aan uw PDF-document is toegevoegd, samenvatten. Het samengevatte commentaar wordt naast de betreffende inhoud in het document weergegeven. Wanneer commentaar wordt samengevat, verschijnt elk commentaar als een toelichting naast de oorspronkelijke PDF-pagina, zodat u een duidelijk overzicht krijgt van de inhoud van elk commentaar naast de originele tekst. Elke toelichting is voorzien van een id. In een bijgevoegde samenvattingstabel worden alle id's vermeld, samen met de inhoud en eventuele verdere gegevens van het commentaar. Zo kan alle commentaar in n oogopslag worden bekeken, maar kan tegelijkertijd door de pagina's van het document worden gebladerd om elk commentaar afzonderlijk te zien. U kunt kiezen of u commentaar wilt samenvatten voor weergave op het scherm (als PDF) of op papier. In het dialoogvenster Nitro PDF Professional Voorkeuren kunt u opgeven hoe het samengevatte commentaar moet worden weergegeven en afgedrukt.

Commentaar samenvatten in PDF


1. Klik in het tabblad Controleren in de groep Controleren op Commentaar samenvatten. Het dialoogvenster Commentaar samenvatten wordt weergegeven. 2. Geef het gewenste paginabereik op. 3. Klik op OK. TIP:als u instellingen voor afdrukken en samenvatten wilt configureren, klikt u in het dialoogvenster Commentaar samenvatten op Instellingen.

Commentaar samenvatten om af te drukken


1. Voer een van de volgende handelingen uit: o Ga in het menu Bestand naar het submenu Afdrukken en selecteer Samenvatting afdrukken met commentaar. o Klik in het tabblad Controleren in het groepsmenu Controleren op de pijl onder Commentaar samenvatten en selecteer Commentaar samenvatten en afdrukken. 2. Geef een paginabereik op in het dialoogvenster Samenvatting van document met commentaar afdrukken. 3. Klik op OK. TIP:als u instellingen voor afdrukken en samenvatten wilt configureren, klikt u in het dialoogvenster Samenvatting van document met commentaar afdrukken op Instellingen.

Voorkeuren voor afdrukken en samenvatten wijzigen


1. Klik op Voorkeuren in het menu Bestand. Het dialoogvenster Nitro PDF Professional Voorkeuren wordt weergegeven. 2. Vouw de optie Commentaar invoeren uit en selecteer Afdrukken en samenvatten. 3. Configureer een of meer van de volgende instellingen voor afdrukken en samenvatten: o Volgorde commentaar. Geef op hoe het commentaar in de samenvattingstabel moet worden gesorteerd. U hebt de keuze uit volgorde op pagina, auteur, tijd gemaakt, tijd gewijzigd en type commentaar.

74

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Lettertype. Geef het lettertype voor de commentaarsamenvatting op. Dit lettertype wordt gebruikt in de commentaartoelichtingen en de samenvattingstabel. o Koptekstgrootte. Hiermee wordt de grootte van de koptekst ingesteld. De koptekst wordt langs de bovenkant van iedere toelichting weergegeven en tevens langs de bovenkant van de samenvattingstabel. o Hoofdtekstgrootte. Hiermee wordt de grootte van de hoofdtekst ingesteld. De hoofdtekst is de tekst van elke commentaartoelichting, en de commentaartekst in elke rij van de samenvattingstabel. o Lijnstijl. Hier selecteert u de stijl van de lijn tussen de samenvattingstoelichtingen en de commentaarlocatie in het PDF-document. o Paginamarges. Hiermee wordt de grootte van de marges op de samenvattingspagina ingesteld. Met grote marges is er meer ruimte voor de toelichtingen, terwijl u met kleine marges een grotere versie van de originele PDF-pagina kunt zien. o Gegevens commentaar afdrukken (auteur, datum en tijd van de opmerking). Schakel dit selectievakje in om gegevens over de auteur en de datum en tijd waarop het commentaar is gemaakt, aan de samenvatting toe te voegen. o Pagina's zonder commentaar weglaten. Als u dit selectievakje inschakelt, worden alleen pagina's met commentaar in de samenvatting opgenomen. Bij het samenvatten van grote documenten bespaart u hierdoor tijd en geld, aangezien pagina's zonder commentaar worden weggelaten uit het uitvoerbestand of de afdruk. o Kader aan de originele pagina toevoegen. Schakel dit selectievakje in om een kader rond de originele pagina weer te geven en de samenvattingsgegevens buiten het kader te plaatsen. o Afmeting commentaar. Geef de breedte en hoogte van de commentaartoelichtingen op. 4. Klik op OKom uw instellingen op te slaan.
o

75

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF's opmaken met tekengereedschappen


Met de tekengereedschappen van Nitro Pro 7 kunt u vooraf gedefinieerde vormen (zoals lijnen, rechthoeken of ovalen) en vrije-vormtekeningen aan uw PDF-documenten toevoegen. Deze tekengereedschappen omvatten een corresponderende pop-upnotitie, waarin u aanvullende opmerkingen bij iedere tekening kunt invoeren. Daarnaast kunt u de vormgeving van uw tekeningen wijzigen met de opties voor kleur, transparantie, aanwijzerstijlen enzovoort, afhankelijk van het type tekening. U beschikt over de volgende tekengereedschappen: l Pijl l Rechthoek l Ovaal l Lijn l Wolk l Veelhoek l Veelhoekslijn l Potlood (voor tekenen met de hand) l Gum

Een lijn, pijl, rechthoek of ovaal toevoegen


1. Klik in het tabblad Controleren, in de groep Commentaar, op de pijl onder Vormen en selecteer de vorm die u wilt invoegen. 2. Klik op de plaats op de PDF-pagina waar u de vorm wilt plaatsen.

Een vrije-vormtekening toevoegen


1. Klik in het tabblad Controleren, in de groep Commentaar, op de pijl onder Tekening en selecteer Potlood. 2. Sleep met de aanwijzer op de pagina om een tekening te maken. TIP: in het menu Tekening kunt u het gereedschap Gum selecteren en hiermee delen van een potloodtekening wissen.

Feedback aan een tekening toevoegen


1. Dubbelklik op de tekening. Er wordt een pop-upnotitie weergegeven. 2. Voer uw tekst in.

De vormgeving of eigenschappen van een tekening wijzigen


1. Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en klik met de rechtermuisknop op de tekening. 2. Selecteer Eigenschappen in het menu. 3. Bewerk de eigenschappen op het tabblad Algemeen of Vormgeving naar wens. 4. Klik op Sluiten.

76

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De standaardvormgeving van tekeningen instellen


1. Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en klik met de rechtermuisknop op een tekening met de gewenste vormgeving. 2. Selecteer Huidige eigenschappen als standaard instellen in het menu.

Een rechte lijn omzetten in een pijl


1. Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en klik met de rechtermuisknop op een rechte lijn. 2. Selecteer Eigenschappen in het menu. 3. Selecteer op het tabblad Vormgeving in de vervolgkeuzelijst Begin en Eind een stijl voor de uiteinden van de pijl. 4. Klik op Sluiten.

Een tekening verwijderen


Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en voer een van de volgende handelingen uit: l Klik met de rechtermuisknop op de tekening en selecteer Verwijderen in het menu. l Klik op de tekening en druk op de toets Delete.

77

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Tekstvakken en toelichtingen
Met behulp van tekstvakken kunt u zorgen dat belangrijke tekst duidelijk en op de juiste plaats op de pagina wordt weergegeven. Tekstvakken zijn altijd zichtbaar en kunnen in tegenstelling tot plaknotities niet worden geopend of gesloten. Toelichtingen zijn tekstvakken met een pijl, die u naar een specifieke locatie op dezelfde pagina van het PDF-document kunt laten wijzen. Dit kan handig zijn als u commentaar aan een bepaalde tekstpassage of afbeelding wilt koppelen. OPMERKING:tenzij anders aangegeven zijn de instructies voor tekstvakken ook van toepassing op toelichtingen.

Een tekstvak met commentaar toevoegen


1. Klik in het tabblad Controleren, in de groep Commentaar, op de pijl onder Tekst en selecteer Tekstvak of Toelichting. 2. Klik op de PDF-pagina waar u het tekstvak wilt plaatsen en typ de gewenste tekst.

Tekst in een bestaand tekstvak bewerken


1. Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en dubbelklik in een tekstvak waarin u tekst wilt bewerken. 2. Bewerk de tekst. TIP:wanneer u tekst in een tekstvak bewerkt, kunt u het tabblad Indeling gebruiken om instellingen voor het lettertype, de uitlijning of afstand van tekst te wijzigen.

De vormgeving van een tekstvak met commentaar wijzigen


1. Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en klik met de rechtermuisknop op het tekstvak. 2. Selecteer Eigenschappen in het menu. 3. Wijzig de instellingen op het tabblad Algemeen, Vormgeving en/of Lettertype naar wens. 4. Klik op Sluiten.

De plaats of het formaat van een tekstvak wijzigen


l

Als u een tekstvak wilt verplaatsen, sleept u het naar de gewenste positie. U kunt de pijl van een toelichting apart verplaatsen door de rode grepen van de pijl te verslepen. U kunt het formaat van een tekstvak wijzigen door de rode grepen op de randen te verslepen.

TIP: Als de cursor in het tekstvak knippert, betekent dit dat de tekstbewerkingsmodus actief is. U kunt de eigenschappen van het tekstvak bewerken door buiten het tekstvak te klikken om de tekstbewerkingsmodus uit te schakelen, met de rechtermuisknop op het tekstvak te klikken en Eigenschappen in het menu te selecteren.

78

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De standaardvormgeving van tekstvakken instellen


1. Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en klik met de rechtermuisknop op een tekstvak met de gewenste vormgeving. 2. Selecteer Huidige eigenschappen als standaard instellen in het menu. OPMERKING:standaardeigenschappen voor tekstvakken zijn onafhankelijk van standaardinstellingen voor toelichtingen.

Een tekstvak verwijderen


Selecteer het gereedschap Handje of Selecteren of een Commentaar-gereedschap, en voer een van de volgende handelingen uit: l Klik met de rechtermuisknop op het tekstvak en selecteer Verwijderen in het menu. l Klik op het tekstvak en druk op de toets Delete.

79

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bestanden als aantekeningen bijvoegen


Met de functie voor het bijvoegen van aantekeningbijlagen kunt u elektronische bestanden aan uw PDFbestanden koppelen, net zoals u een papieren document met een paperclip aan een ander document kunt bevestigen. Dergelijke bijlagen worden als paperclippictogram op de PDF-pagina weergegeven en kunnen worden geopend door op het pictogram te dubbelklikken. U kunt aantekeningbijlagen bekijken in de deelvensters Commentaar en Bijlagen. Het deelvenster Bijlagen is de centrale plaats voor het bekijken, invoegen, verwijderen en exporteren van alle bijlagen in een document, zelfs bijlagen die niet als aantekeningen zijn bijgevoegd.

Een bestand als aantekening bijvoegen


1. Klik in het tabblad Controleren in de groep Commentaar op Bestanden bijvoegen. De muisaanwijzer verandert in een paperclip. 2. Klik op de paginapositie waar u een bestand wilt bijvoegen. Het dialoogvenster Openen wordt weergegeven. 3. Zoek en selecteer het bestand dat u wilt bijvoegen en klik op Openen. Het bestand wordt als bijlage aan uw PDF-document toegevoegd en wordt in het bestand ingesloten wanneer u het opslaat. TIP:u kunt het paperclippictogram naar de gewenste plaats op dezelfde pagina slepen en het met de sneltoetsen voor knippen en plakken op andere pagina's plaatsen.

De weergave of eigenschappen van een bestandsbijlage wijzigen


1. Klik met de rechtermuisknop op het bijlagepictogram en selecteer Eigenschappen. Het dialoogvenster Bestandsbijlage Eigenschappen wordt weergegeven. 2. Werk de eigenschappen op de tabbladen Algemeen en Vormgeving naar wens bij. 3. Klik op Sluiten.

Een bestandsbijlage openen


Dubbelklik op het bijlagepictogram (de paperclip).

Een bestandsbijlage opslaan


1. Klik met de rechtermuisknop op het bijlagepictogram en selecteer Ingesloten bestand op schijf opslaan. Het dialoogvenster Opslaan als wordt weergegeven. 2. Selecteer Ingesloten bestand op schijf opslaan in het menu. 3. Ga naar de locatie waar u de bestandsbijlage wilt opslaan en klik op Opslaan. Raadpleeg Het deelvenster Bijlagen en Bestanden bijvoegen voor verdere informatie.

80

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF exporteren
Met Nitro Pro 7 kunt u tekst en afbeeldingen uit uw PDF-bestanden ophalen, of een 'snapshot' maken van het documentvenster, en deze inhoud vervolgens in andere programma's gebruiken. Nitro Pro 7 bevat bovendien functies voor het exporteren van PDF-bestanden, zodat de inhoud kan worden gebruikt in applicaties zoals Microsoft Word, WordPerfect, Open Office enzovoort. U kunt bestanden opslaan als DOC, RTF, TXT en afbeeldingen als BMP, JPG, PNG of PNG. De volgende functies zijn beschikbaar:
l

l l l

Knop Selecteren: hiermee kopieert u tekst en afbeeldingen op pagina's, zodat u deze in andere applicaties kunt gebruiken. Naar Word: hiermee converteert u bestanden naar DOC-indeling voor gebruik in Microsoft Word. Naar Excel: hiermee converteert u bestanden naar XML-indeling voor gebruik in Microsoft Excel. Naar afbeelding: hiermee converteert u volledige documenten of afzonderlijke pagina's naar afbeeldingsbestanden. Naar Rich Text: hiermee converteert u bestanden naar RTF-indeling voor gebruik in WordPerfect, Open Office, Google Docs en andere tekstverwerkingsprogramma's. Alle tekst en afbeeldingen ophalen: hiermee wordt iedere afbeelding als een apart bestand gexporteerd en wordt alle tekst naar een tekstbestand zonder opmaak gexporteerd.

TIP: Als u de standaardinstellingen voor exporteren en kopiren wilt instellen, selecteert u Voorkeuren in het menu Bestand en kijkt u in de vakken Algemeen en Conversie. Verdere informatie hierover kunt u vinden in Voorkeuren.

81

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF naar Microsoft Word converteren


Met de exportfunctie van Nitro Pro 7 kunt u PDF-bestanden naar Microsoft Word-documenten (DOCbestanden) converteren. De inhoud wordt zo in een handomdraai bruikbaar in Microsoft Word. U kunt een reeks pagina's, hele bestanden of een verzameling bestanden in n keer exporteren.

PDF naar Microsoft Word converteren


1. Klik in het tabblad Home in het groepsmenu Converteren op Naar Word. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het venster PDF naar Word converteren: l Klik onder Bestanden voor conversie op Bestanden toevoegen en zoek en selecteer andere PDF-bestanden voor conversie. l Markeer een PDF-bestand in de lijst en gebruik vervolgens de opties Op of Neer om de documenten naar wens te rangschikken, of klik op Verwijderen als u het document uit de lijst wilt verwijderen. l Schakel het selectievakje Alle geopende PDF-documenten opnemen in om de geopende PDF's snel naar Word te converteren. l Als u alleen bepaalde pagina's in een document wilt converteren, markeert u het document en klikt u op Pagina's kiezen. Geef de gewenste pagina of reeks pagina's (gescheiden door een streepje) op in het vak Pagina's. Als u bijvoorbeeld pagina 3, 4 en 5 van een document met 8 pagina's wilt converteren, typt u hier 3-5. l Selecteer onder Conversie-instellingen een indelingsmodus in de lijst Indeling, of klik op Opties om extra opties in te stellen. Raadpleeg 'Instellingen voor het exporteren van PDF naar Word en RTF' voor verdere informatie over indelingsmodi en andere beschikbare opties. l Selecteer onder Uitvoer een optie in de vervolgkeuzelijst Map om op te geven waar het gexporteerde bestand moet worden opgeslagen. l Schakel het selectievakje Geconverteerde bestanden openen in als u wilt dat de documenten na conversie automatisch in het standaardprogramma worden geopend. l Klik op Converteren om de conversie te voltooien. TIP: u kunt de selectie makkelijker maken door de navigatiepijlen onder in het venster te gebruiken om de afzonderlijke pagina's te bekijken.

82

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF naar Microsoft Excel converteren


Met Nitro Pro 7 kunt u PDF-bestanden converteren naar een Microsoft Excel 2003 XML-werkblad (.xml) of een Excel 2007-werkmap (.xlsx). U kunt een reeks pagina's, hele bestanden of een verzameling bestanden in n keer exporteren. Om een PDF-bestand met Nitro PDF Professional naar Excel te converteren, moet uw PDF tabelgegevens bevatten; zonder tabelgegevens zal de conversie mislukken.

PDF naar Microsoft Excel converteren


1. Klik op Naar Excel in de groep Converteren van het tabblad Home. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het venster PDF naar Excel converteren: l Klik op Bestanden toevoegen en zoek en selecteer andere PDF-bestanden voor conversie. l Selecteer een PDF-bestand in de lijst en gebruik de opties Op of Neer om de documenten naar wens te rangschikken, of klik op Verwijderen als u het document uit de lijst wilt verwijderen. l Schakel het selectievakje Alle geopende PDF-documenten opnemen in om alle geopende PDF's snel naar Excel-bestanden te converteren. l Als u alleen bepaalde pagina's in een document wilt converteren, markeert u het document en klikt u op Pagina's kiezen. Geef de gewenste pagina of reeks pagina's (gescheiden door een streepje) op in het vak Pagina's. Als u bijvoorbeeld pagina 3, 4 en 5 van een document met 8 pagina's wilt converteren, typt u hier 3-5. l Geef in het vak Conversie-instellingen een Bestandsindeling op:Excel 2007-werkmap (.xlsx) of Excel 2003 XML spreadsheet (.xml). l Geef in het vak Uitvoer aan waar het gexporteerde bestand moet worden opgeslagen. l Schakel het selectievakje Geconverteerde bestanden openen in als u wilt dat de documenten na conversie automatisch in het standaardprogramma worden geopend. TIP: u kunt de selectie makkelijker maken door de navigatiepijlen onder in het venster te gebruiken om de afzonderlijke pagina's te bekijken. 3. Klik op Converteren om de conversie uit te voeren.

83

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-bestanden naar afbeeldingen converteren


Met de exportfunctie van Nitro Pro 7 kunt u volledige PDF-bestanden of afzonderlijke pagina's ervan naar een afbeeldingsbestand converteren. Hierbij kunt u de gewenste bestandsindeling selecteren en de beeldkwaliteit zo nodig verlagen.

PDF naar afbeelding converteren


1. Klik in het tabblad Home in het groepsmenu Converteren op Naar afbeelding. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Naar afbeelding: l Klik onder Bestanden voor conversie op Bestanden toevoegen en zoek en selecteer andere PDF-bestanden voor conversie. l Markeer een PDF-bestand in de lijst en gebruik vervolgens de opties Op of Neer om de documenten naar wens te rangschikken, of klik op Verwijderen als u het document uit de lijst wilt verwijderen. l Schakel het selectievakje Alle geopende PDF-documenten opnemen in om de geopende PDF-bestanden snel naar afbeeldingen te converteren. l Als u alleen bepaalde pagina's in een document wilt converteren, markeert u het document en klikt u op Pagina's kiezen. Geef de gewenste pagina of reeks pagina's (gescheiden door een streepje) op in het vak Pagina's. Als u bijvoorbeeld pagina 3, 4 en 5 van een document met 8 pagina's wilt converteren, typt u hier 3-5. l Selecteer onder Conversie-instellingen een Beeldindeling. De beschikbare opties zijn PNG, JPEG, TIFF en TIFF op meerdere pagina's. l Selecteer onder Conversie-instellingen of u de afbeelding wilt Verkleinen tot een specifieke dpi-waarde, of selecteer Originele dpi behouden als u de resolutie niet wilt wijzigen. l Selecteer onder Uitvoer een optie in de vervolgkeuzelijst Map om op te geven waar het gexporteerde bestand moet worden opgeslagen. l Schakel het selectievakje Geconverteerde bestanden openen in als u wilt dat de documenten na conversie automatisch in het standaardprogramma worden geopend. 3. Klik op Converteren om de conversie uit te voeren.

84

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF naar Rich Text converteren


Met de exportfunctie van Nitro Pro 7 kunt u PDF-bestanden naar RTF-bestanden (Rich Text Format) converteren. De inhoud wordt zo in een handomdraai bruikbaar in WordPerfect, Open Office, of andere tekstverwerkingsprogramma's. U kunt een reeks pagina's, hele bestanden of een verzameling bestanden in n keer exporteren.

PDF naar Rich Text converteren


1. Klik in het tabblad Home in het groepsmenu Converteren op Ander type en vervolgens op Naar Rich Text. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het deelvenster PDF naar Rich Text converteren: l Klik onder Bestanden voor conversie op Bestanden toevoegen en zoek en selecteer andere PDF-bestanden voor conversie. l Markeer een PDF-bestand in de lijst en gebruik de opties Op of Neer om de documenten naar wens te rangschikken, of klik op Verwijderen als u het document uit de lijst wilt verwijderen. l Schakel het selectievakje Alle geopende PDF-documenten opnemen in om de geopende PDF's snel naar RTF te converteren. l Als u alleen bepaalde pagina's in een document wilt converteren, markeert u het document en klikt u op Pagina's kiezen. Geef de gewenste pagina of reeks pagina's (gescheiden door een streepje) op in het vak Pagina's. Als u bijvoorbeeld pagina 3, 4 en 5 van een document met 8 pagina's wilt converteren, typt u hier 3-5. l Selecteer onder Conversie-instellingen een indelingsmodus in de lijst Indeling, of klik op Opties om extra opties in te stellen. Raadpleeg 'Instellingen voor het exporteren van PDF naar Word en RTF' voor verdere informatie over indelingsmodi en andere beschikbare opties. l Selecteer onder Uitvoer een optie in de vervolgkeuzelijst Map om op te geven waar het gexporteerde bestand moet worden opgeslagen. l Schakel het selectievakje Geconverteerde bestanden openen in als u wilt dat de documenten na conversie automatisch in het standaardprogramma worden geopend. 3. Klik op Converteren om de conversie uit te voeren.

85

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF naar onbewerkte tekst converteren


Met Nitro Reader 2Nitro Reader kunt u alle tekst uit een PDF-document ophalen en in een bestand opslaan in een willekeurige map of bestemming zonder het originele PDF-document te wijzigen.

PDF-bestand naar onbewerkte tekst converteren:


1. Klik in het tabblad Home in de groep Maken/converteren op Tekst ophalen. Het dialoogvenster PDFnaar Onbewerkte tekst converteren wordt weergegeven. 2. Als er reeds een PDF is geopend, wordt dit bestand automatisch voor de conversie gebruikt. Anders klikt u op de knop Bladeren, selecteert u een bestand en klikt u vervolgens op Openen. 3. Klik in het gedeelte Uitvoer op Opties en wijzig zo nodig de volgende instellingen: o Alinea-opmaak tijden de conversie behouden: hiermee blijft de alinea-indeling behouden, zodat de tekst makkelijker opnieuw kan worden gebruikt. o Regels afbreken na: specificeer een gelijke lijnbreedte, op basis van een aantal tekens. o Kop- en voettekst: selecteer of u de kop- en voettekst van het document wel dan niet wilt behouden. 4. Om de bestemming van de uitgevoerde tekst op te geven, selecteert u een van de volgende opties in het menu Bestanden opslaan in van het gedeelte Uitvoer: o Specifieke map: hiermee selecteert u een locatie voor het tekstbestand voordat het bestand is gemaakt. o Map van originele bestand: het nieuwe tekstbestand wordt opgeslagen op de locatie van de bron-PDF die u in stap 2 hebt geselecteerd. o Navragen tijdens het proces: als het tekstbestand is gemaakt, wordt u gevraagd een locatie op te geven waar het bestand moet worden opgeslagen. 5. Schakel het selectievakje van Geconverteerde bestand openen in als u het nieuwe tekstbestand wilt openen zodra het is gemaakt. 6. Klik op Converteren om het PDF-bestand te converteren. Het originele PDF-bestand blijft ongewijzigd.

86

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Instellingen voor het exporteren van PDF naar Word en RTF


Er zijn verschillende instellingen waarmee u kunt bepalen hoe PDF-inhoud door Nitro Pro 7 naar documenten in DOC-indeling (Microsoft Word) en RTF-indeling (Rich Text Format) wordt gexporteerd. U krijgt toegang tot deze instellingen door op de knop Opties te klikken in het exportvenster of in het venster Voorkeuren van Nitro PDF Professional. Opmerking: Het is onmogelijk om PDF-bestanden naar Word-indeling te converteren met behoud van alle indelings- en opmaakelementen. Nitro Pro 7 probeert een Word-bestand te produceren dat er zoveel mogelijk uitziet als het originele PDF-document.

Pagina-indeling
In Pagina-indeling vindt u de opties waarmee u de juiste balans tussen de bewerkbaarheid van het uitvoerbestand en de visuele nauwkeurigheid in vergelijking met de originele PDF kunt instellen. l Hoge bewerkbaarheid (met indeling). Met deze optie wordt een bestand gemaakt dat redelijk bewerkbaar is maar dat er tegelijkertijd uitziet als de originele PDF. De tekstopmaak, afbeeldingen en alinea's worden allemaal nagebootst en het uitvoerbestand is in kolommen ingedeeld voor visuele overeenkomst met het origineel. l Hoge bewerkbaarheid (enkele kolom). Met deze optie wordt een bestand geproduceerd waarin probleemloos ingrijpende structurele en indelingswijzigingen kunnen worden aangebracht. De tekstopmaak, afbeeldingen en alinea's worden allemaal nagebootst, maar er worden geen kolommen gebruikt om de inhoud in te delen. l Nauwkeurig ingedeeld. Met deze optie maakt u een bestand dat er precies hetzelfde uitziet als de PDF. Hierbij worden tekstkaders gebruikt om de inhoud zo nauwkeurig mogelijk in te delen. Deze optie is ideaal wanneer de visuele kwaliteit van het bestand het belangrijkste is en als er weinig of geen wijzigingen hoeven te worden aangebracht. l Originele indeling behouden met gebruik van aangepaste tekenafstand. Als deze optie is ingeschakeld, wordt de tekenafstand zodanig ingesteld dat de tekst van het PDF-bestand zo nauwkeurig mogelijk wordt nagebootst. l Pagina's automatisch draaien op basis van tekstrichting. Hiermee worden de pagina's in het gexporteerde document gedraaid overeenkomstig het merendeel van de originele tekst in de PDF.

Afbeeldingen
Met de afbeeldingsopties kunt u bepalen hoe afbeeldingen tijdens het conversieproces worden verwerkt. l Automatisch verankeren. Op basis van het type inhoud dat in de PDF wordt aangetroffen, wordt automatisch de beste methode voor het verankeren van afbeeldingen bepaald. l Aan alinea verankeren. Afbeeldingen worden aan de dichtstbijzijnde alinea verankerd. Hierdoor wordt het makkelijker om de inhoud te bewerken, aangezien de afbeeldingen met de alinea mee worden verplaatst. Deze optie werkt goed in combinatie met de optie Hoge bewerkbaarheid (met indeling).

87

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Aan pagina verankeren. Afbeeldingen worden op een vaste plaats in de gexporteerde pagina verankerd, op precies dezelfde plaats als in de PDF-pagina. Deze optie werkt goed in combinatie met de optie Nauwkeurig ingedeeld. Alleen inline-afbeeldingen. Hiermee worden alleen afbeeldingen tussen woorden en op dezelfde letterlijn als de tekst geconverteerd. Andere afbeeldingen worden niet geconverteerd.

Tabellen
Met Nitro Pro 7 kunt u bepalen of tabelgegevens in uw uitvoerbestanden weer naar tabellen worden geconverteerd. l Tabellen detecteren. Met deze optie wordt de inhoud die in de PDF in tabellen is ingedeeld, automatisch gedetecteerd. Vervolgens zorgt Nitro Pro 7 dat deze inhoud in het gexporteerde bestand waar mogelijk naar tabellen wordt geconverteerd.

Kop- en voettekst
Met deze opties kunt u opgeven hoe inhoud die eruitziet als kop- en voettekst, wordt verwerkt. l Kop- en voetregels detecteren en herstellen. Kop- en voettekst wordt automatisch gedetecteerd en in het gexporteerde bestand naar kop- en voettekst geconverteerd. l Verwijderen. Inhoud die op kop- en voettekst lijkt, wordt niet in het gexporteerde bestand opgenomen. l Kop- en voetregels niet detecteren. Kop- en voettekst wordt als normale inhoud geconverteerd en in de hoofdtekst van het gexporteerde bestand opgenomen, aan de boven- en onderkant van de pagina.

Geavanceerd tekstherstel
De opties voor geavanceerd tekstherstel kunnen van pas komen bij het converteren van PDF-bestanden met lettertypen die geen standaardcodering gebruiken. Dit resulteert soms in een Word- of RTFdocument met onleesbare tekst. l Alle tekst. Met deze optie past Nitro Pro 7 een geavanceerde optische hersteltechniek toe op alle tekst in het document. Alle tekst in het uitvoerbestand zal dezelfde lettertypestijl gebruiken. l Alleen probleemtekst. Hiermee wordt alleen geavanceerd optisch tekstherstel toegepast op probleemtekst in het document en worden waar mogelijk de originele lettertypen en stijl gehandhaafd. l Geen. Hiermee wordt probleemtekst niet hersteld. l Taal van tekst voor herstel. Hier kunt u een taal opgeven die door de functie voor tekstherstel wordt gebruikt bij het interpreteren van de woorden in het PDF-bestand. Opmerking: Geavanceerd tekstherstel is alleen beschikbaar als Microsoft Office Document Imaging (MODI) is genstalleerd. Microsoft Office 2003 en 2007 worden inclusief MODI geleverd. MODI maakt geen deel uit van Office 2010 maar is hier toegankelijk.

88

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Tekst en afbeeldingen selecteren en kopiren


Met Nitro Pro 7 kunt u tekst en afbeeldingen in uw PDF-document selecteren en kopiren om deze in andere applicaties te gebruiken.

Een hele pagina tekst in een PDF-document kopiren


1. Klik op Selecteren in de groep Gereedschappen van het tabblad Home, Bewerken, Controleren, Formulieren of Beveiliging en voer een van de volgende handelingen uit: o Druk op Ctrl+A. o Kik met de rechtermuisknop en klik vervolgens op Alles selecteren. 2. Als de tekst geselecteerd is, voert u een van de volgende handelingen uit: o Druk op Ctrl+C. o Kik met de rechtermuisknop en selecteer Kopiren. 3. De tekst wordt naar het klembord gekopieerd en is gereed om te worden geplakt.

Tekst in een PDF-document selecteren


1. Klik op Selecteren in de groep Gereedschappen van het tabblad Home, Bewerken, Controleren, Formulieren of Beveiliging. De muisaanwijzer verandert in een verticale streep. 2. Voer een van de volgende handelingen uit met het selectiegereedschap: o Klik op tekst en sleep erover om letters, woorden of alinea's te selecteren. o Klik buiten de tekst en sleep een selectiekader om de te selecteren tekst. U kunt tevens verticale kolommen tekst selecteren met het selectiekader. o Klik met de rechtermuisknop op een willekeurige plaats op de pagina en selecteer Alles selecteren om alle tekst in het document te selecteren. 3. Klik met de rechtermuisknop op de geselecteerde tekst en selecteer Tekst kopiren of druk op Ctrl + C op het toetsenbord. 4. U kunt de tekst nu in Nitro Pro 7 of een andere applicatie plakken. OPMERKING: Wanneer u tekst in een ondersteunde applicatie (bijvoorbeeld Microsoft Word) plakt, blijft de opmaak van de tekst behouden. Als u deze standaardeigenschap wilt wijzigen, selecteert u in het menu Bestand de optie Voorkeuren, klikt u op Algemeen en schakelt u in het gedeelte Basisgereedschappen de optie Tekst kopiren zonder opmaak in. Klik op OKom deze instelling op te slaan.

Afbeeldingen in een document selecteren en kopiren


1. Klik op de pijl Selecteren en kies Tekst/afbeelding selecteren in de groep Gereedschappen van het tabblad Home, Bewerken, Controleren, Formulieren of Beveiliging. 2. Plaats de muis op een afbeelding; de aanwijzer verandert in een dradenkruis. Klik op de afbeelding om deze te selecteren. 3. Klik met de rechtermuisknop op de geselecteerde afbeelding en selecteer Afbeelding kopiren of druk op Ctrl + C op het toetsenbord. 4. Er wordt een bericht weergegeven om te bevestigen dat de afbeelding naar het klembord is gekopieerd. U kunt de afbeelding nu in Nitro Pro 7 of een andere applicatie plakken. Raadpleeg Een afbeelding ophalen en Alle afbeeldingen ophalen voor verdere informatie.

89

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een snapshot maken


Met Nitro Pro 7 kunt u een deel van een PDF-pagina (tekst en afbeeldingen) kopiren en deze selectie als afbeelding in een andere applicatie (bijvoorbeeld Microsoft Word, PowerPoint, Paint, of Adobe Photoshop) plakken. Tevens kunt u een deel van een pagina kopiren en als een nieuwe PDF opslaan. Ga als volgt te werk om een snapshot van pagina-inhoud te maken: 1. Klik op de pijl Selecteren en kies Snapshot in de groep Gereedschappen van het tabblad Home, Bewerken, Controleren, Formulieren of Beveiliging. De muisaanwijzer verandert in een dradenkruis. 2. Sleep een rechthoek om het gebied op de pagina dat u wilt kopiren. Er verschijnt een bericht om te bevestigen dat het geselecteerde gebied naar het klembord is gekopieerd. 3. Klik op OK. 4. U kunt de afbeelding nu in Nitro Pro 7 of een andere applicatie plakken of een nieuwe PDF van uw snapshot maken met de functie PDF Van klembord. Verdere informatie hierover kunt u vinden in Een PDF maken van het klembord of van schermopnamen.

90

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Alle afbeeldingen ophalen


Met Nitro Pro 7 kunt u alle afbeeldingen in uw PDF-document ophalen en in aparte beeldbestanden opslaan, die dan weer in andere programma's kunnen worden gebruikt. Met gebruik van deze procedure kunt u afbeeldingen uit een reeks pagina's, hele PDF-bestanden of een verzameling bestanden ophalen.

Afbeeldingen ophalen uit PDF-bestanden


1. Klik in het tabblad Home in het groepsmenu Converteren op Ander type en vervolgens op Afbeeldingen ophalen. Het dialoogvenster Afbeeldingen ophalen wordt weergegeven. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Afbeeldingen ophalen: o Klik in het gedeelte Bestanden voor op te halen afbeeldingen op Bestanden toevoegen en selecteer verdere PDF-bestanden die u wilt gebruiken. o Selecteer een PDF-bestand in de lijst en klik op Op of Neer als u de volgorde van de documenten in de lijst wilt veranderen. Klik op Verwijderen als u het geselecteerde bestand uit de lijst wilt verwijderen. o Alle geopende PDF-documenten opnemen: hiermee worden de PDF-bestanden die op dat moment in Nitro Pro 7 geopend zijn, aan de lijst toegevoegd en worden alle pagina's opgegeven. o Als u alleen de afbeeldingen op specifieke pagina's uit een document wilt ophalen, selecteert u het document en klikt u op Pagina's kiezen. Geef in het veld Pagina's de gewenste pagina's op. Losse pagina's worden gescheiden door een komma en een reeks pagina's door een koppelstreepje. Als u bijvoorbeeld afbeeldingen uit pagina's 1, 3, 4 en 5 van een document met 8 pagina's wilt ophalen, voert u hier 1, 3-5 in. U kunt het selectieproces vergemakkelijken door de navigatiepijlen onder in het dialoogvenster te gebruiken om de pagina's te bekijken. o Klik op Opties als u de voorkeuren voor standaardbestandsindelingen wilt wijzigen. Geef de bestandsindeling voor kleuren- en zwart/wit-afbeeldingen op. Als u Optimaal selecteert, kiest Nitro Pro 7 automatisch het beste type afbeeldingsbestand op basis van de PDFinformatie. o Selecteer in het gedeelte Uitvoer een Mapoptie om aan te geven waar de opgehaalde bestanden moeten worden opgeslagen. o Gemaakte map openen: hiermee wordt de doelmap automatisch geopend als de afbeeldingen zijn opgehaald. 3. Klik op Ophalen om de afbeeldingen op te halen.

91

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Werken met formulieren


Met Nitro Pro 7 kunnen interactieve PDF-formulieren worden ingevuld en verzonden, en kunt u een kopie van het formulier met alle ingevulde informatie opslaan. Interactieve formulieren zijn ontworpen om de informatie die u in de velden typt te verzamelen. Ze kunnen tevens andere handelingen uitvoeren, zoals veldwaarden berekenen, of informatie via het internet verzenden. Formulieren kunnen ook statisch zijn. Dit zijn scans van papieren formulieren, of niet-interactieve formulieren die in Word of andere applicaties zijn opgesteld en geen interactieve formuliervelden hebben. TIP: klik met het handje in de velden van een interactief formulier om de formuliervelden in te vullen. Gebruik de functie Tekst typen om statische formulieren in te vullen. Verdere informatie hierover kunt u vinden in: l Tekst toevoegen of bewerken l Formulieren invullen en opslaan l Handtekening stempelen met QuickSign

92

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formulieren invullen en opslaan


In Nitro Pro 7 kunt u interactieve PDF-formulieren invullen die zijn voorzien van velden voor gegevensinvoer. Klik met het handje in de velden van een interactief formulier om de velden in te vullen. Statische formulieren bevatten geen interactieve formuliervelden. Deze formulieren zijn scans van een papieren formulier of zijn in Word of een andere applicatie gemaakt en zijn daarom niet interactief. Gebruik de functie Tekst typen om statische formulieren in te vullen.

Digitaal formulier met interactieve velden invullen


1. Open het PDF-formulier in Nitro Pro 7. 2. Selecteer een willekeurig gereedschap en klik n keer in een formulierveld om tekst te typen en om de verschillende soorten elementen in het formulier, zoals selectievakjes, keuzerondjes, vervolgkeuzelijsten, enzovoort, te selecteren. 3. Klik en selecteer het volgende veld met uw muis, of gebruik de Tab-toets op uw toetsenbord om de cursor naar het volgende veld te verplaatsen. OPMERKING: voor het invullen van de velden van een interactief formulier klikt u met het handje in de formuliervelden. Gebruik de functie Tekst typen om statische formulieren in te vullen.

TIP: als er formuliervelden in een PDF-document worden aangetroffen, markeert Nitro Reader 2 deze velden en wordt er in de informatiebalk boven de documenttabbladen een bericht getoond.

TIP: als u uw handtekening op een formulier moet invoeren, kunt u de functie QuickSign gebruiken om een afbeelding van uw handtekening op het formulier te stempelen. Zie Handtekening stempelen met QuickSign voor verdere informatie.

Formulier opslaan:
Als het formulier eenmaal is ingevuld, voert u een van de volgende handelingen uit: l Klik in het menu Bestand op Opslaan of Opslaan als --> Afgevlakte PDF. l Klik op Opslaan als in het menu Bestand als u het formulier onder een andere naam of op een andere locatie wilt opslaan. U kunt de PDF dan een andere naam geven en op een andere locatie opslaan.

93

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een formulier terugzetten:


u de inhoud van alle formuliervelden wilt verwijderen en opnieuw wilt beginnen, klikt u in het tabblad Home in de groep Formulieren op de optie Velden terugzetten. Alle interactieve elementen in het formulier, zoals velden, knoppen, enz. worden teruggezet op hun standaardinstelling.

94

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Handtekening stempelen met QuickSign


Het voordeel van het gebruik van PDF-formulieren is dat u ze kunt ontvangen, invullen en verzenden zonder met eindeloze vellen papier te moeten werken of naar het postkantoor te hoeven gaan om het document te frankeren en versturen. Met de knop QuickSign kunt u een formulier bovendien valideren door een digitale kopie van uw eigen handtekening toe te voegen.

Uw handtekening voorbereiden
Om uw handtekening te gebruiken met QuickSign in Nitro Pro 7, volgt u de onderstaande procedure. Hiervoor is enige kennis van scannen en beeldbewerking vereist. 1. Zet uw handtekening met een zwarte pen op een leeg wit vel papier. 2. Herhaal het proces totdat u een handtekening hebt die gelijkmatig zwart is, zonder lichtere delen of vlekken. 3. Gebruik een flatbed scanner, multifunctionele printer of een digitale camera om een afbeelding van uw handtekening op uw computer te zetten. 4. Gebruik een beeldbewerkingsprogramma om de afbeelding bij te snijden en de achtergrond wit te maken. 5. Sla het bestand op in JPEG-, PNG-, PDF-, BMP-, TIFF-, of GIF-indeling. HINT: de functie QuickSign maakt de witte achtergrond van uw handtekening uiteindelijk automatisch transparant, zodat alle tekst of lijnen onder de handtekening zichtbaar zijn en de handtekening er zeer waarheidsgetrouw zal uitzien.

QuickSign-handtekening maken in Nitro Reader


1. Klik in het tabblad Home in de groep Gereedschappen op de pijl onder de knop QuickSign. Selecteer Nieuwe handtekening maken. Het dialoogvenster Handtekeningeigenschappen verschijnt. 2. Klik op Bladeren, selecteer het afbeeldingsbestand dat uw handtekening bevat en klik op Openen. 3. Voer uw naam of een beschrijving van de handtekening in het veld Naam in. 4. Schakel het selectievakje Wachtwoord vereist om de handtekening te kunnen gebruiken in om ongemachtigd gebruik van uw handtekening te voorkomen. 5. Geef een wachtwoord op en herhaal dit nogmaals. 6. Klik op Opslaan om uw QuickSign-handtekeningstempel te maken.

Uw handtekening op de pagina stempelen met QuickSign


1. Klik in het tabblad Home in de groep Gereedschappen op de pijl onder de knop QuickSign. Selecteer een handtekening uit de lijst Laatst gebruikt of uit de Verzameling. 2. Voer indien vereist uw wachtwoord voor gebruik van de handtekening in. 3. Uw muisaanwijzer wordt nu vervangen door een voorbeeld van uw handtekening. 4. Klik op een willekeurige plaats op de pagina om de handtekening op de pagina te zetten. 5. De handtekening verschijnt in een blauw vak, hetgeen aangeeft dat u moet dubbelklikken om de handtekening op de pagina te stempelen. 6. Met klikken en slepen kunt u de plaats van de handtekening op de pagina wijzigen. Om de handtekening groter of kleiner te maken, versleept u de rode selectiegrepen in de hoeken van het begrenzingsvak.

95

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

7. Als u de handtekening wilt verwijderen, selecteert u deze en klikt u op de Delete-toets, of klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u Verwijderen in het menu. 8. Dubbelklik in het gemarkeerde vak om de handtekening in uw PDF-document te stempelen.

Uw handtekeningen beheren:
1. Klik in het tabblad Home in de groep Gereedschappen op de pijl onder de knop QuickSign. Selecteer Handtekeningen beheren. Het dialoogvenster Handtekeningen beheren verschijnt. 2. In het vak Handtekening aan de linkerkant worden uw handtekeningen weergegeven. Selecteer een handtekening om een voorbeeld ervan weer te geven. 3. Voer een van de volgende handelingen uit: o Klik op Maken als u een nieuwe handtekening wilt maken. o Klik op Bewerken om de naam, het wachtwoord of de afbeelding van de geselecteerde handtekening te wijzigen. o Klik op Verwijderen om de geselecteerde stempel van uw handtekening uit de handtekeninglijsten te verwijderen. 4. Klik op Sluiten als uw handtekeningen zijn bijgewerkt. OPMERKING: wijzigingen aan handtekeningsstempels in Nitro Pro 7 worden niet toegepast op handtekeningen die reeds op een PDF-pagina zijn gestempeld.

96

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formulieren
Voor formulieren wordt veelvuldig gebruikgemaakt van PDF-documenten. Met de tools voor formulieren en JavaScript kunt u dynamische, interactieve documenten opstellen. Tevens biedt dit een alternatief voor het schrijven van complexe HTML-code voor formulieren op websites. Nitro PDF Professional biedt verschillende tools voor het maken van formulieren. Elke tool biedt verschillende instellingen waarmee de werking en vormgeving van formulieren kunnen worden bepaald. Als u een formulier in Nitro Pro opent, verschijnt boven het documentvenster een informatiebalk met de mededeling dat het bestand formuliervelden bevat.

Formuliervoorkeuren
Aan de hand van de formuliervoorkeuren kunt u nauwkeurig instellen hoe u met PDF-formulieren werkt. Voorkeuren omvatten de volgende opties:
l

Veldwaarden automatisch berekenen. De werking van een PDF-viewer is afhankelijk van het aantal complexe en onderling afhankelijke berekeningen dat in een PDF-formulier wordt uitgevoerd. Schakel deze voorkeur uit als u dit soort formulieren veel gebruikt, of als u weet dat u een dergelijk formulier gaat invullen. Formuliervelden markeren. Soms is het moeilijk een PDF-formulier in te vullen, omdat het niet altijd meteen duidelijk is welke delen van het bestand moeten worden ingevuld. Als deze voorkeur is ingeschakeld en het formulier in Nitro Pro wordt geopend, worden alle formuliervelden weergegeven met de hier opgegeven achtergrondkleur. Daarnaast kunt u een andere kleur instellen voor het markeren van velden die verplicht moeten worden ingevuld. Dubbelklikken op veld opent. Bij het ontwerpen van formulieren kunt u op twee manieren toegang verkrijgen tot de hoofdeigenschappen en vormgevingsinstellingen: via het linttabblad Eigenschappen (boven aan het scherm) of via het dialoogvenster met eigenschappen (dat als apart venster wordt geopend). Met deze voorkeur kunt u kiezen welke methode wordt gebruikt wanneer u dubbelklikt op een formulierveld om dit te bewerken.

Formuliervoorkeuren bewerken
1. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Voorkeuren. 2. Klik op Formulieren en werk de voorkeuren naar wens bij. 3. Klik op OK.

97

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formulieren opstellen
De tools voor het maken van formulieren zijn te vinden in het linttabblad Formulieren van Nitro PDF Professional. Er zijn verschillende veldtypen beschikbaar. Voor elk veldtype kunt u uiteenlopende opties instellen via het dialoogvenster met formulierveldeigenschappen of via het linttabblad. Nitro Pro heeft tevens een unieke functie waarmee u de vormgevingsinstellingen van het veld kunt opslaan, zodat u deze snel opnieuw kunt gebruiken. Als u bijvoorbeeld regelmatig bepaalde knopstijlen gebruikt (kleuren, kaders enzovoort) kunt u deze toevoegen aan de lijst Vormgeving, zodat u ze op latere formulieren opnieuw kunt gebruiken. (Zie het onderwerp 'Vormgevingsinstellingen voor formuliervelden opnieuw gebruiken' voor verdere informatie.) TIP:bij het bewerken van formuliervelden kunt u de functie 'Alle velden bewerken' gebruiken om ieder soort veld te selecteren en bewerken.

Een formulierveld toevoegen


1. Open het PDF-bestand in Nitro PDF Professional. 2. Klik op het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op het type veld dat u wilt toevoegen. 3. Sleep een rechthoek op de pagina om de grootte van het veld te definiren en laat de muisknop los om het veld te maken. 4. Dubbelklik op het veld om de veldeigenschappen naar wens te bewerken.

Een formulierveld bewerken


1. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: l Klik op het veldtype dat correspondeert met het veld dat u wilt bewerken. Als u bijvoorbeeld een tekstveld wilt bewerken, klikt u op de tool Tekstveld. l Klik op Alle velden bewerken. 2. Dubbelklik op het veld om het te bewerken.

98

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Gereedschappen voor formuliervelden


Er zijn verschillende gereedschappen voor formuliervelden. Met ieder van deze gereedschappen wordt het bijbehorende veldtype gemaakt. Als u een veld wilt maken, selecteert u eerst het gereedschap voor het gewenste soort veld. Vervolgens bepaalt de positie van het veld op de pagina door te slepen met de aanwijzer. U kunt een gemaakt veld verplaatsen door het bijbehorende gereedschap te selecteren en het veld hiermee naar de gewenste plaats te slepen. U kunt de grootte van een veld wijzigen door een van de hoekpunten van het veld te verslepen. Als u veldkenmerken wilt wijzigen, dubbelklikt u op het formulierveld om de eigenschappen weer te geven. In Nitro Pro 7 kunnen de volgende soorten formuliervelden worden gemaakt:
l

Tekstveld. Met tekstvelden kunnen gebruikers tekst rechtstreeks in het veld typen. Standaard kan ingevoerde tekst zowel letters als cijfers bevatten, hoewel u de veldeigenschappen zodanig kunt wijzigen dat alleen bepaalde typen invoer (bijvoorbeeld numerieke gegevens) zijn toegestaan. Selectievakje. Selectievakjes dienen om gebruikers de keuze uit een aantal opties te bieden (bijvoorbeeld een boodschappenlijstje waarin gebruikers alle gewenste artikelen aankruisen). Keuzerondje. Keuzerondjes lijken op selectievakjes, maar worden meestal gebruikt in gevallen waarin slechts n selectie kan worden geaccepteerd. U kunt bijvoorbeeld een groep keuzerondjes presenteren voor de typen creditcards op een bestelformulier. Gebruikers mogen dan slechts n creditcardtype kiezen voor hun transactie. Zodra een keuzerondje wordt geselecteerd, worden de resterende keuzerondjes in die groep uitgeschakeld. Dit is in tegenstelling tot de werking van selectievakjes, die allemaal beschikbaar blijven als er een in de groep wordt ingeschakeld. In alle andere opzichten zijn keuzerondjes en selectievakjes identiek. Keuzelijst met invoervak. Keuzelijsten met en zonder invoervak worden gebruikt om de gebruikers een menu aan te bieden waaruit een keuze kan worden gemaakt. De keuzelijst wordt uitgevouwen met de pijl omlaag naast het invoervak. Gebruikers kunnen slechts n optie in de lijst selecteren. Keuzelijst. Keuzelijsten zijn lijsten met een schuifbalk waarmee gebruikers de opties in de lijst kunnen doorlopen. In bepaalde keuzelijsten kunnen gebruikers meerdere opties selecteren door Ctrl tijdens het selecteren ingedrukt te houden. Knop. Knoppen worden gebruikt voor hyperlinks en om acties uit te voeren. U kunt bijvoorbeeld een knop maken om gegevens in een formulier te wissen, of formuliergegevens naar een webadres of e-mailaccount te verzenden. Digitale handtekening. Handtekeningvelden zijn velden waarmee gebruikers hun individuele digitale handtekening kunnen toepassen.

99

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formulierveldkenmerken
De verschillende formuliervelden hebben bepaalde eigenschappen gemeen, zoals hieronder wordt toegelicht, maar aangezien formuliervelden grote verschillen vertonen qua ontwerp en doel, beschikt u over unieke kenmerken die u aan ieder veldtype kunt toewijzen. Zo kunt u bij het maken van tekstvelden bijvoorbeeld opties voor gegevensindeling, validering en berekening gebruiken. Voor knopvelden zijn meer vormgevingsopties beschikbaar, waarbij pictogrammen kunnen worden gebruikt op het drukvlak van de knoppen. Aan keuzelijsten met of zonder invoervak kunnen menunamen worden toegevoegd.

Algemeen
l

l l

Naam. Wanneer u een veld aanmaakt, zal Nitro Pro 7 hier automatisch een naam aan toewijzen op basis van het veldtype en de rangschikking. Als u bijvoorbeeld twee tekstvelden op een pagina hebt en een derde maakt, krijgt dit laatste tekstveld standaard de naam Tekst3 ('Tekst' voor het veldtype en '3' voor het derde veld van dit type). Het eerste knopveld dat wordt gemaakt, krijgt de naam Toets1. Knopinfo. Als u tekst in het tekstvak Knopinfo invoert, verschijnt deze tekst onder de muisaanwijzer wanneer een gebruiker de aanwijzer op het veld plaatst. Zichtbaarheid. Formuliervelden zijn in de meeste gevallen zichtbaar. U hebt drie andere opties: 'Verborgen', 'Zichtbaar maar wordt niet afgedrukt' en 'Verborgen maar afdrukbaar'. Rotatie. U kunt een rotatie instellen in stappen van 90 graden. Alleen lezen. Een 'alleen-lezen' veld kan niet worden bewerkt. Als u het selectievakje Alleen lezen inschakelt, kan de gebruiker het veld niet wijzigen. Verplicht. Schakel dit vakje in als het veld moet worden ingevuld voordat de formuliergegevens worden verzonden. Geblokkeerd. Met dit selectievakje wordt een veld op de pagina verankerd. De eigenschappen van het veld kunnen dan bovendien niet worden gewijzigd. Als u de eigenschappen wilt wijzigen, moet u dit selectievakje eerst uitschakelen.

Vormgeving
l

Lettertypenaam. Het lettertype dat aan het veld wordt toegewezen, verschijnt uitsluitend als er tekst in een tekstveld wordt ingevoerd door een gebruiker. Tekstwijzigingen zijn niet van invloed op knopinfo en tekst in het dialoogvenster Formuliereigenschappen. Lettertypegrootte. Alle velden behalve handtekeningvelden accepteren wijziging van lettertypegrootte. De standaardgrootte is Automatisch. Als u een veldvak maakt, wordt de tekstgrootte automatisch aan de lengte van het vak aangepast. U kunt ook een vaste puntgrootte selecteren in een vervolgkeuzelijst, of een waarde in het tekstvak Lettertypegrootte typen. Lettertypekleur. Voor de kleur van het lettertype hebt u dezelfde opties als voor de vormgeving van het veld. Kaderkleur. U kunt ofwel geen kleur of een kleur uit het kleurenpalet toewijzen aan het kader van een rechthoek of cirkel. Kik op de optie Meer als u een van de in Windows ondersteunde kleuren wilt toewijzen. Lijndikte. Selecteer Dun, Middel of Dik in de vervolgkeuzelijst om de dikte van de lijn van de rechthoek of cirkel in te stellen. Lijnstijl. Selecteer Effen, Stippellijn, Afgeschuind, Ingelegd of Onderstreept in de vervolgkeuzelijst.

100

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Opvulkleur. De inhoud van de rechthoek (of cirkel) kan worden opgevuld met een kleur van hetzelfde kleurenpalet als u voor de kaderkleur hebt gebruikt.

Actie
Voor velden zijn dezelfde acties beschikbaar als voor bladwijzers en koppelingen. De kenmerken van acties bestaan uit twee hoofdopties: de trigger en het actietype.
l

Trigger selecteren. De 'trigger' is de muisactie. Een actie wordt uitgevoerd bij een van de volgende bewegingen van de muis: l Muis loslaten (standaardinstelling): de toegewezen actie wordt uitgevoerd wanneer de muisknop wordt losgelaten. l Muis indrukken: de toegewezen actie wordt uitgevoerd wanneer de muisknop wordt ingedrukt. l Muis invoeren: de toegewezen actie wordt uitgevoerd wanneer de cursor in een bepaald veld wordt geplaatst. l Muis verlaten: de toegewezen actie wordt uitgevoerd wanneer de cursor uit een bepaald veld wordt verwijderd. l Bij tab in: de toegewezen actie wordt uitgevoerd wanneer de cursor met de tabtoets in het veld wordt geplaatst. l Bij tab uit: de toegewezen actie wordt uitgevoerd wanneer de cursor met de tabtoets uit het veld wordt verwijderd. Actie selecteren. Voor formuliervelden zijn dezelfde actietypen beschikbaar als voor bladwijzers en koppelingen. Klik op de optie Actie selecteren en kies het type actie dat u wilt toewijzen.

Aan het vak Huidige acties wordt zo nodig een schuifbalk toegevoegd om de beschrijving van de toegewezen actie(s) weer te geven. In dit vak krijgt u een overzicht van de acties die aan formuliervelden zijn toegewezen. De inhoud van dit vak kan niet worden bewerkt, maar u kunt op een item dubbelklikken om de actie te wijzigen. Als u bijvoorbeeld de actie Webkoppeling openen gebruikt, kunt u dubbelklikken op de weergegeven webkoppeling in het vak Huidige acties om het dialoogvenster te openen waarin de URL voor de koppeling is ingevoerd. U kunt deze URL dan bewerken. De gewijzigde URL wordt in het vak getoond. Onder het vak Huidige acties ziet u knoppen waarmee de acties hoger of lager in het vak kunnen worden geplaatst. Met de knop Bewerken wordt er een dialoogvenster geopend voor een toegewezen actie. De knop Verwijderen wordt gebruikt om een geselecteerde actie uit het vak te verwijderen.

101

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een testveld maken


Tekstvelden zijn de meest gebruikte velden in PDF-formulieren. In deze velden kunnen gebruikers tekst en/of numerieke waarden invoeren. U kunt tekstvelden op verschillende manieren instellen om te zorgen dat ze correct worden ingevuld. U kunt scripts toevoegen, gegevens valideren, acties toewijzen en berekeningen laten uitvoeren met tekstvelden.

Een tekstveld toevoegen


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Tekstveld. Bepaal de positie van het veld op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Dubbelklik op het veld en voer een van de volgende handelingen uit (afhankelijk van uw voorkeur): l Geef in het tabblad Eigenschappen (op het lint) een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. l Geef in het Eigenschappen-dialoogvenster een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. Voer een van de volgende handelingen uit: l Als u het tabblad Eigenschappen gebruikt, klikt u in het groepsmenu Meer op Eigenschappen en vervolgens op Opties. l Als u het dialoogvenster Eigenschappen gebruikt, klikt u op het tabblad Opties. Selecteer Opties. Klik op Uitlijning en selecteer of u de tekst links of rechts wilt uitlijnen of wilt centreren. Typ tekst in het vak Standaardwaarde als u standaardtekst in het tekstveld wilt weergeven. U kunt hier bijvoorbeeld de postcode of het land van de meeste respondenten opgeven.. Schakel Meerdere regels in als de tekst op meerdere regels moet verschijnen, en schakel Lange tekst schuiven in als u wilt dat gebruikers de tekst kunnen scrollen. Klik op Limiet van n tekens en voer het aantal tekens in dat het antwoord mag bevatten. Dit wordt bijvoorbeeld gebruikt voor een postcode. Selecteer Wachtwoord in de vervolgkeuzelijst 'Veld gebruiken voor' als het veld als invoervak voor een wachtwoord fungeert. Schakel Maximaal n tekens in om een maximaalveld te maken. (Opmerking: voor gebruik van deze functie moeten alle andere selectievakjes zijn uitgeschakeld.) Maximaalvelden worden gebruikt als tekens in afzonderlijke vakjes moeten worden ingevoerd. Het aantal vakjes dat u wilt gebruiken, wordt opgegeven in het tekstvak dat verschijnt nadat u het selectievakje Maximaal n tekens hebt ingeschakeld. Indeling. Als u een andere indeling dan tekst wilt, bijvoorbeeld een datum of aangepaste indeling, kiest u een optie in de vervolgkeuzelijst Formaatcategorie selecteren. Valideren. Als u wilt dat bepaalde veldgegevens worden gevalideerd, moet u bekend zijn met JavaScript. Schakel Aangepast script voor validering gebruiken in en typ de JavaScript-code voor het valideren van de veldgegevens. Berekenen. Als het veld moet worden berekend, schakelt u een optie in voor het berekenen van gegevens.

5.

6. 7. 8. 9. 10. 11.

12. 13.

14.

102

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een tekstveld bewerken


1. Open het PDF-bestand in Nitro PDF Professional. 2. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: l Klik op het veldtype dat overeenkomt met het veld dat u wilt bewerken. l Klik op Alle velden bewerken. 3. Dubbelklik op het veld om de kenmerken te bewerken.

103

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een veld voor een selectievakje maken


Bij het maken van formuliervelden moet u praktisch altijd unieke veldnamen gebruiken. Als u voor een bepaald veld (bijvoorbeeld een tekstveld) een bestaande veldnaam gebruikt, worden de in dit veld ingevoerde gegevens herhaald in alle velden met die naam. Selectievakjes en keuzerondjes vormen de enige uitzondering op deze regel. Als u wilt dat een selectievakje of keuzerondje wordt uitgeschakeld zodra een ander selectievakje of keuzerondje wordt ingeschakeld, moet u dezelfde veldnaam gebruiken. Deze twee veldtypen hebben een optie voor het toevoegen van een exportwaarde. Wanneer u velden met dezelfde naam maakt, gebruikt u verschillende exportwaarden om onderscheid te maken tussen de verschillende keuzes.

Een veld voor een selectievakje toevoegen


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Selectievakje. Bepaal de positie van het veld op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Dubbelklik op het veld en voer een van de volgende handelingen uit (afhankelijk van uw voorkeur): l Geef in het tabblad Eigenschappen (op het lint) een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. l Geef in het Eigenschappen-dialoogvenster een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. 5. Voer een van de volgende handelingen uit: l Als u het tabblad Eigenschappen gebruikt, klikt u in het groepsmenu Meer op Eigenschappen en vervolgens op Opties. l Als u het dialoogvenster Eigenschappen gebruikt, klikt u op het tabblad Opties. 6. Selecteer Opties. Kies een weergavestijl voor het selectievakje in de lijst Stijl selectievakjes. Klik in het veld Exportwaarde en voer een waarde in. Als u bijvoorbeeld twee velden hebt die u wilt gebruiken voor Ja- en Nee-antwoorden, gebruikt u dezelfde naam voor de twee velden en voert u voor het ene veld de exportwaarde Ja in en voor het andere Nee.

Een formulierveld voor een selectievakje bewerken


1. Open de PDF in Nitro Pro 7. 2. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: 1. Klik op het veldtype dat overeenkomt met het veld dat u wilt bewerken. 2. Klik op Alle velden bewerken. 3. Dubbelklik op het veld om de kenmerken te bewerken.

104

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een veld voor een keuzerondje maken


Aan keuzerondjes kunt u dezelfde eigenschappen en kenmerken toewijzen als aan selectievakjes. Keuzerondjes worden gebruikt als een gebruiker verplicht een keus moet maken. Selectievakjes kunnen worden in- en uitgeschakeld door erop te klikken. Een keuzerondje kan daarentegen alleen worden uitgeschakeld door een formulier te wissen of door een ander keuzerondje in te schakelen (waardoor de overige keuzerondjes in die groep worden uitgeschakeld).

Een keuzerondje toevoegen


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Keuzerondje. Bepaal de positie van het veld op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Dubbelklik op het veld en voer een van de volgende handelingen uit (afhankelijk van uw voorkeur): l Geef in het tabblad Eigenschappen (op het lint) een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. l Geef in het Eigenschappen-dialoogvenster een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. 5. Voer een van de volgende handelingen uit: l Als u het tabblad Eigenschappen gebruikt, klikt u in het groepsmenu Meer op Eigenschappen en vervolgens op Opties. l Als u het dialoogvenster Eigenschappen gebruikt, klikt u op het tabblad Opties. 6. Selecteer Opties. Kies een weergavestijl voor het keuzerondje in de vervolgkeuzelijst Stijl van knoppen. Klik in het veld Exportwaarde en voer een waarde in. Als u wilt dat alle keuzerondjes worden ingeschakeld wanneer n keuzerondje wordt geselecteerd, schakelt u het selectievakje 'Keuzerondjes met dezelfde naam en waarde worden samen geselecteerd' in.

Een formulierveld voor een keuzerondje bewerken


1. Open de PDF in Nitro Pro 7. 2. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: l Klik op het veldtype dat overeenkomt met het veld dat u wilt bewerken. l Klik op Alle velden bewerken. 3. Dubbelklik op het veld om de kenmerken te bewerken.

105

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een veld voor een keuzelijst met invoervak maken


Een keuzelijst met invoervak biedt de gebruiker een vervolgkeuzelijst. Er kan slechts n optie in de lijst worden geselecteerd. Via de categorie Opties in de formuliereigenschappen kunt u menuopties aan keuzelijsten met invoervak toevoegen.

Een veld voor een keuzelijst met invoervak toevoegen


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Keuzelijst met invoervak. Bepaal de positie van het veld op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Dubbelklik op het veld en voer een van de volgende handelingen uit (afhankelijk van uw voorkeur): l Geef in het tabblad Eigenschappen (op het lint) een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. l Geef in het Eigenschappen-dialoogvenster een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. Voer een van de volgende handelingen uit: l Als u het tabblad Eigenschappen gebruikt, klikt u in het groepsmenu Meer op Eigenschappen en vervolgens op Opties. l Als u het dialoogvenster Eigenschappen gebruikt, klikt u op het tabblad Opties. Selecteer Opties. Klik in het tekstvak Item en typ een naam. Klik op de knop Toevoegen om de tekst aan de lijst met items toe te voegen. Typ een exportwaarde in het tekstvak Exportwaarde. Voeg verdere items toe door deze stappen te herhalen. Klik op het selectievakje Items sorteren als u de lijst in alfabetische volgorde wilt sorteren. Selecteer items in de lijst en klik op de knop Op of Neer om de volgorde aan te passen. Selecteer een item en klik op Verwijderen als u het item uit de lijst wilt verwijderen. Als u wilt dat gebruikers een item typen in plaats van een keuze uit de lijst te maken, schakelt u het selectievakje Invoer aangepaste tekst toestaan in. Indeling. Als u een andere indeling dan tekst wilt, bijvoorbeeld een datum of aangepaste indeling, kiest u een optie in de vervolgkeuzelijst Formaatcategorie selecteren. Valideren. Als u wilt dat bepaalde veldgegevens worden gevalideerd, moet u bekend zijn met JavaScript. Schakel 'Aangepast script voor validering gebruiken' in en typ de JavaScript-code voor het valideren van de veldgegevens. Berekenen. Als het veld moet worden berekend, schakelt u een optie in voor het berekenen van gegevens.

5.

6.

7.

8. 9. 10.

11.

Een formulierveld voor een keuzelijst met invoervak bewerken


1. Open de PDF in Nitro Pro 7. 2. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: l Klik op het veldtype dat overeenkomt met het veld dat u wilt bewerken. l Klik op Alle velden bewerken. 3. Dubbelklik op het veld om de kenmerken te bewerken.

106

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een keuzelijstveld maken


Keuzelijsten bieden gebruikers een menu met scrolfunctie. U kunt de kenmerken van keuzelijsten zodanig instellen dat slechts n of meerdere keuzes mogelijk zijn. Items worden op dezelfde manier aan het menu toegevoegd als voor een keuzelijst met invoervak. Tip: U kunt algemene en vormgevingseigenschappen instellen via het tabblad Eigenschappen op het lint of via het dialoogvenster voor eigenschappen, afhankelijk van uw voorkeur. (Lees meer over formuliervoorkeuren.)

Een keuzelijstveld toevoegen


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Keuzelijst. Bepaal de positie van het veld op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Dubbelklik op het veld en voer een van de volgende handelingen uit (afhankelijk van uw voorkeur): l Geef in het tabblad Eigenschappen (op het lint) een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. l Geef in het Eigenschappen-dialoogvenster een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. Voer een van de volgende handelingen uit: l Als u het tabblad Eigenschappen gebruikt, klikt u in het groepsmenu Meer op Eigenschappen en vervolgens op Opties. l Als u het dialoogvenster Eigenschappen gebruikt, klikt u op het tabblad Opties. Selecteer Opties. Klik in het tekstvak Item en typ een naam. Klik op de knop Toevoegen om de tekst aan de lijst met items toe te voegen. Typ een exportwaarde in het tekstvak Exportwaarde. Voeg verdere items toe door deze stappen te herhalen. Klik op het selectievakje Items sorteren als u de lijst in alfabetische volgorde wilt sorteren. Selecteer items in de lijst en klik op de knop Op/Neer om de volgorde aan te passen. Selecteer een item en klik op Verwijderen als u het item uit de lijst wilt verwijderen. Als u wilt dat een gebruiker meerdere items selecteert, schakelt u het selectievakje Meervoudige selectie toestaan in.

5.

6.

7.

8.

Een keuzelijstveld voor een formulier bewerken


1. Open de PDF in Nitro Pro 7. 2. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: l Klik op het veldtype dat overeenkomt met het veld dat u wilt bewerken. l Klik op Alle velden bewerken. 3. Dubbelklik op het veld om de kenmerken te bewerken.

107

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een knopveld maken


Knopvelden zijn de meest veelzijdige van alle veldtypen. U kunt knoppen aan PDF-formulieren toevoegen waarmee uiteenlopende handelingen kunnen worden uitgevoerd voor het invullen van een formulier, maar u kunt knoppen ook gebruiken op PDF-documenten die niet bestemd zijn voor gebruik als formulieren. U kunt knoppen in een PDF gebruiken voor navigatie in een PDF-ontwerp, als hyperlinks voor talloze verschillende acties en voor praktisch elke andere functie die u zich maar kunt bedenken.

Een knopveld toevoegen


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Knop. Bepaal de positie van het veld op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Dubbelklik op het veld en voer een van de volgende handelingen uit (afhankelijk van uw voorkeur): l Geef in het tabblad Eigenschappen (op het lint) een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. l Geef in het Eigenschappen-dialoogvenster een naam en vormgevingsinstellingen voor het veld op. Voer een van de volgende handelingen uit: l Als u het tabblad Eigenschappen gebruikt, klikt u in het groepsmenu Meer op Eigenschappen en vervolgens op Opties. l Als u het dialoogvenster Eigenschappen gebruikt, klikt u op het tabblad Opties. Stel de opties in. Als u de knop als pictogram wilt weergeven, of met tekst erin, geeft u de gewenste instellingen op in het tabblad Opties. Selecteer de trigger. Standaard is 'muis loslaten' toegewezen. In de meeste gevallen kan de standaardinstelling ongewijzigd blijven. Wijs de gewenste actie toe. Open het vervolgkeuzemenu Actie selecteren en kies de actie die u aan de knop wilt toewijzen.

5.

6. 7. 8.

Een formulierveld voor een knop bewerken


1. Open de PDF in Nitro Pro 7. 2. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: l Klik op het veldtype dat overeenkomt met het veld dat u wilt bewerken. l Klik op Alle velden bewerken. 3. Dubbelklik op het veld om de kenmerken te bewerken.

108

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een veld voor een digitale handtekening maken


Met het handtekeningveld kunt u een leeg formulierveld voor een digitale handtekening aan een document toevoegen. Als een ondertekenaar op het veld klikt, wordt een dialoogvenster geopend waarin hij/zij wordt gevraagd het bestand te certificeren of met een digitale id te ondertekenen.

Een nieuw formulierveld voor een digitale handtekening maken


1. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Digitale handtekening. 2. Sleep op een pagina van het PDF-document een rechthoek om de grootte en positie van de handtekening te definiren. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Typ in het tabblad Eigenschappen een Naam voor het veld en geef andere instellingen op, bijvoorbeeld voor vormgeving en acties. o Klik met de rechtermuisknop op het handtekeningveld en selecteer Eigenschappen. Typ in het dialoogvenster Handtekening Eigenschappen een Naam voor het veld en geef andere instellingen op, bijvoorbeeld voor vormgeving en acties.

Een formulierveld voor een digitale handtekening bewerken


1. Open het PDF-bestand in Nitro Pro 7. 2. Voer een van de volgende handelingen uit op het tabblad Formulieren, in het groepsmenu Velden: o Klik op het veldtype dat overeenkomt met het veld dat u wilt bewerken. o Klik op Alle velden bewerken. 3. Klik op het handtekeningveld en voer een van de volgende handelingen uit: o Bewerk de eigenschappen van het handtekeningveld in het tabblad Eigenschappen. o Klik met de rechtermuisknop op het handtekeningveld en selecteer Eigenschappen. Bewerk de eigenschappen van het handtekeningveld in het dialoogvenster Handtekening Eigenschappen.

109

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Meerdere velden maken


Als u veel velden van hetzelfde type wilt maken, kunt u dit het beste doen met de functie Kopien maken. Stel eerst een formulierveld in met alle eigenschappen die u voor de velden wilt gebruiken, en geef vervolgens op hoeveel rijen en kolommen u nodig hebt.

Een batch gelijke velden maken


1. 2. 3. 4. 5. Open de PDF in Nitro Pro 7. Maak een formulierveld dat precies is ingesteld zoals de velden die u nodig hebt. Selecteer het formulierveld. Klik op het tabblad Eigenschappen in het groepsmenu Taken op Kopien maken. Selecteer hoeveel rijen en kolommen velden u wilt maken.

110

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Tabvolgorde instellen
Tijdens het werken met formuliervelden kunnen gebruikers van veld naar veld gaan met de tabtoets op het toetsenbord. Standaard is de tabvolgorde voor velden ingesteld op de volgorde waarin de velden zijn gemaakt. Afhankelijk van de volgorde waarin u de velden hebt toegevoegd, kan het gebeuren dat u de tabvolgorde moet wijzigen om te zorgen dat gebruikers gemakkelijker kunnen navigeren.

De tabvolgorde instellen
1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Instellen op Tabvolgorde. Klik op de formuliervelden in de volgorde waarin de tabtoets de velden moet doorlopen. Klik op een ander gereedschap om uw handeling te voltooien.

111

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Meerdere velden bewerken, uitlijnen en indelen


In Nitro Pro 7 kunt u meerdere formuliervelden tegelijk selecteren, zodat u algemene vormgevingseigenschappen in n keer kunt bewerken en problemen met de uitlijning snel kunt oplossen. U kunt de uitlijning bewerken via het linttabblad Uitlijning of via het contextmenu dat wordt geopend wanneer u met de rechtermuisknop klikt. Als u de vormgeving van meerdere formuliervelden wilt bewerken, gebruikt u het linttabblad Eigenschappen of het dialoogvenster Eigenschappen. Tip: U kunt meerdere veldtypen selecteren met de functie Alle velden bewerken. Bij gebruik van deze functie selecteert u de gewenste velden door er een selectiekader omheen te slepen of door de Ctrl-toets ingedrukt te houden en de velden een voor een aan te klikken.

De vormgeving van meerdere velden bewerken


1. 2. 3. 4. 5. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Alle velden bewerken. Selecteer de velden op een van de volgende manieren: Klik, en sleep een rechthoek om alle velden. Houd de Ctrl-toets ingedrukt en klik op ieder veld. Voer een van de volgende handelingen uit: l Klik in het linttabblad Eigenschappen op de gewenste opties in de groep Vormgeving. l Klik met de rechtermuisknop, selecteer Eigenschappen en wijzig de opties op het tabblad Vormgeving naar wens. 6. Klik op OK.

De uitlijning en ruimte tussen formuliervelden instellen


1. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Alle velden bewerken. 2. Selecteer de velden op een van de volgende manieren: l Klik en sleep een rechthoek om alle velden. l Houd de Ctrl-toets ingedrukt en klik op ieder veld. 3. Voer een van de volgende handelingen uit: l Klik in het linttabblad Uitlijning op de gewenste optie voor uitlijning of tussenruimte. l Klik met de rechtermuisknop en klik op de gewenste optie voor uitlijning of tussenruimte. TIP:door het linttabblad Uitlijning te gebruiken kunt u uw wijzigingen makkelijker ongedaan maken, aangezien de knop Ongedaan maken boven de uitlijningsfuncties verschijnt.

112

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formuliervelden op een raster uitlijnen


Met behulp van rasters kunt u in Nitro Pro 7 koppelingen, formuliervelden en andere objecten nauwkeurig op een pagina plaatsen. Als de functie is ingeschakeld, is het raster op uw PDF-pagina's zichtbaar. Wanneer u het document afdrukt, verschijnt het raster echter niet op de afdruk. De rasterweergave kan naar wens worden aangepast; zo kunt u bijvoorbeeld de standaardeenheden, lijnkleur, lijnafstand en andere opties instellen. Met de optie Uitlijnen op raster worden objecten op de dichtstbijzijnde kruising van lijnen in het raster uitgelijnd. Als een object wordt getekend, verplaatst, of als de grootte ervan wordt gewijzigd, 'springt' het object weer naar de dichtstbijzijnde kruising van lijnen, ook als het raster niet zichtbaar is. Tip: als u uw vorm of object niet naar de gewenste plaats kunt verplaatsen, dient u de optie Uitlijnen op raster uit te schakelen.

Het raster tonen of verbergen


1. Schakel op het tabblad Formulieren in het groepsmenu Linialen het selectievakje Raster tonen in of uit. Als er een vinkje in het selectievakje wordt weergegeven, is het raster zichtbaar.

Uitlijnen op raster in- of uitschakelen


1. Schakel op het tabblad Formulieren in het groepsmenu Linialen het selectievakje Uitlijnen op raster in of uit. Als er een vinkje in het selectievakje wordt weergegeven, is de optie ingeschakeld.

Rasterweergave aanpassen
1. Klik op Voorkeuren in het menu Bestand. 2. Selecteer Eenheden en raster in het deelvenster links. 3. Selecteer de gewenste opties en klik op OK.

Eenheden en rastervoorkeuren
De volgende opties zijn beschikbaar voor het instellen van eenheden en rastervoorkeuren:
l l l

Standaardeenheden. Hiermee worden de maateenheden voor het raster ingesteld. Rasterlijnkleur. Hiermee wordt de kleur van de rasterlijnen ingesteld. Hoogte tussen lijnen. Hiermee wordt de verticale tussenruimte tussen de rasterlijnen bepaald. U kunt een waarde van 0 t/m 1000 opgeven, inclusief decimalen. Breedte tussen lijnen. Hiermee wordt de horizontale tussenruimte tussen de rasterlijnen bepaald. U kunt een waarde van 0 t/m 1000 opgeven, inclusief decimalen. Rasterafstand linkerrand. Standaard begint het raster in de linkerbovenhoek van de pagina. Met deze instelling kunt u het horizontale beginpunt van het raster op de pagina instellen. Rasterafstand bovenrand. Standaard begint het raster in de linkerbovenhoek van de pagina. Met deze instelling kunt u het verticale beginpunt van het raster op de pagina instellen. Onderverdelingen. Hiermee stelt u het aantal rasterlijnen voor iedere rastersectie van het raster in.

113

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Vormgevingsinstellingen voor formuliervelden opnieuw gebruiken


Nitro Pro 7 bevat een unieke functie waarmee u de vormgevingseigenschappen van een formulierveld (zoals kleur, kader en lijnstijl) kunt opslaan en later op andere velden kunt toepassen. Alle 'vormgevingen' die u maakt, verschijnen in het tabblad Eigenschappen.

Een vormgeving maken voor een formulierveld


1. 2. 3. 4. 5. Maak een formulierveld met de vormgevingsopstellingen die u wilt opslaan. Selecteer het veld. Klik in het tabblad Eigenschappen in het groepsmenu Vormgeving op de pijl omlaag. Klik op Selectie opslaan als nieuwe vormgeving. Geef een naam op voor de vormgeving. Klik op OK.

Een vormgeving toepassen op een formulierveld


1. Selecteer een of meer formuliervelden waarop u de vormgeving wilt toepassen. 2. Klik in het tabblad Eigenschappen in het groepsmenu Vormgeving op de gewenste vormgeving.

114

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formuliergegevens importeren en exporteren


Met Nitro Pro 7 kunt u formuliergegevens als een afzonderlijk FDF-bestand (Form Data Format) exporteren. Een gexporteerd FDF-bestand is veel kleiner dan het originele PDF-formulierbestand, zodat het gemakkelijker onder anderen kan worden verspreid. U kunt een FDF-bestand via e-mail verzenden aan een andere gebruiker die de gegevens vervolgens in een PDF-bestand kan importeren, of u kunt FDFbestanden gebruiken om formuliergegevens lokaal op te slaan en om gegevens in uw formulieren te importeren. Wanneer u gegevens in een PDF-formulier importeert, moet het formulier velden bevatten met precies dezelfde namen als de velden waaruit de gegevens zijn gexporteerd. Veldnamen zijn hoofdlettergevoelig. Nitro Pro 7 negeert alle gemporteerde veldgegevens waarvoor de veldnamen niet overeenkomen met de namen uit het gexporteerde bestand.

Gegevens uit een PDF-document exporteren


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Formuliergegevens op Exporteren. Typ een naam voor het bestand. Klik op Opslaan.

Gegevens in een PDF-document importeren


1. 2. 3. 4. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Formuliergegevens op Importeren. Selecteer het bestand dat u wilt importeren. Klik op Openen.

115

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formuliergegevens opnieuw instellen


Een van de nuttigste knoppen die u op een PDF-formulier kunt maken, is de knop waarmee gebruikers ingevulde velden kunnen wissen, ook wel reset- of terugzetknop genoemd. Als u werkt met een formulier zonder resetknop, kunt u met de functie Terugzetten van Nitro Pro 7 snel gegevens uit alle velden in het formulier wissen.

Formuliergegevens opnieuw instellen


1. Open het formulier in Nitro Pro 7. 2. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Formuliergegevens op Terugzetten.

Uw eigen resetknop maken


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren op Knop. Bepaal de positie van de knop op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Open de Eigenschappen, geef als naam 'Reset' op en selecteer de gewenste opties op de tabbladen Algemeen en Vormgeving. Open het tabblad Opties en selecteer Alleen label in de vervolgkeuzelijst Indeling. Klik in het vak Label en typ Formulier opnieuw instellen. Open het tabblad Acties en klik op Formulier opnieuw instellen in de vervolgkeuzelijst Actie selecteren. Klik op Actie toevoegen en voer een van de volgende handelingen uit: l Klik op Alles deselecteren. Druk op Ctrl en klik op elk te wissen veld, als u minder velden wilt wissen dan er in totaal in de lijst staan. l Klik op Alles selecteren. Druk op Ctrl en klik op ieder veld dat u niet wilt wissen, als er meer velden zijn die u wilt wissen dan velden die u niet wilt wissen. Klik op OK.

8.

116

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Formuliergegevens verzenden
U kunt een verzendknop in een PDF-formulier maken om gebruikers de mogelijkheid te geven de ingevoerde gegevens automatisch naar een specifieke URL of een specifiek e-mailadres te sturen. Het is uiterst eenvoudig om een verzendknop in uw formulieren te maken voor gebruikers. Als u gegevens naar een URL wilt sturen, is enige programmering aan de serverzijde vereist om de formuliergegevens te verzamelen en routeren. Als u de gegevens naar een e-mailadres wilt sturen, worden de formuliergegevens aan de berichttekst van de e-mail toegevoegd. U hebt verschillende opties om op te geven welke gegevens u wilt opnemen respectievelijk uitsluiten.

Een verzendknop maken


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren op Knop. Bepaal de positie van de knop op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Open de Eigenschappen, typ als naam 'Verzenden' en selecteer de gewenste opties op de tabbladen Algemeen en Vormgeving. Open het tabblad Opties en selecteer Alleen label in de vervolgkeuzelijst Indeling. Klik in het vak Label en typ Formulier verzenden. Klik op het tabblad Acties op Actie selecteren en selecteer Een formulier verzenden in de vervolgkeuzelijst. Klik op Actie toevoegen en geef het adres op in het vak Formulier verzenden naar. Selecteer de velden. Klik op Alle velden verzenden, of klik op Alleen deze velden verzenden en vervolgens op Selecteren om de gewenste velden te selecteren. Schakel desgewenst het selectievakje Inclusief lege waarden en/of Deze waarden converteren naar standaardindeling in. Klik op OK.

9.

117

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Velden tonen of verbergen


Er kunnen zich situaties voordoen waarin u bepaalde velden in uw PDF-formulier wilt tonen of verbergen. Als de gebruiker bijvoorbeeld op een knop klikt, wordt een nieuwe groep velden weergegeven. Voor het tonen of verbergen van velden beschikt u over verschillende opties: u kunt afzonderlijke velden tonen of verbergen door de algemene eigenschappen van de velden naar wens in te stellen, of u kunt uw eigen aangepaste JavaScript schrijven om velden te tonen en verbergen op basis van gebruikershandelingen (bijvoorbeeld als een gebruiker een knop aanwijst). U kunt ook een knop maken die specifieke velden toont of verbergt wanneer erop wordt geklikt.

Velden tonen/verbergen
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren op Knop. Bepaal de positie van de knop op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Open de Eigenschappen, geef een naam op en selecteer de gewenste opties op de tabbladen Algemeen en Vormgeving. Selecteer op het tabblad Opties de optie Indeling en selecteer Alleen label. Klik in het vak Label en typ Velden tonen/verbergen. Klik op het tabblad Acties op Actie selecteren en selecteer Velden tonen/verbergen in de vervolgkeuzelijst. Voer een van de volgende handelingen uit: l Klik op Tonen. l Klik op Verbergen. Klik op OK.

8.

118

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Veldgegevens berekenen
In Nitro Pro 7 kunnen veldberekeningen op verschillende manieren worden uitgevoerd. De integrale berekeningsformules bieden een eenvoudige methode voor het opstellen van simpele en vastomlijnde veldberekeningen. U kunt ook vereenvoudigde veldnotatie en JavaScripts gebruiken, hoewel deze methoden geavanceerder zijn en programmeerkennis vereisen. Als uw berekeningen beperkt zijn tot optellen of het bepalen van gemiddelden, kunt u de integrale formules gebruiken en hoeft u zich geen zorgen te maken over programmering. Voor berekeningen worden altijd tekstvelden gebruikt. Berekeningen kunnen in alle soorten velden worden uitgevoerd. Als het resultaat van een berekening echter in een formulier moet worden gerapporteerd, moet u een tekstveld hebben dat deze waarden berekent en het resultaat in het berekeningsveld op het formulier plaatst, of een ander type veld dat de waarden berekent en vervolgens naar een tekstveld verstuurt.

Een berekening opstellen


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren op Tekstveld. Bepaal de positie van de knop op de pagina door te slepen met de aanwijzer. Open de Eigenschappen, geef een naam op en selecteer de gewenste opties op de tabbladen Algemeen en Vormgeving. Selecteer Opties en klik op Uitlijning. Selecteer Rechts in de vervolgkeuzelijst om de waarden rechts uit te lijnen. Open het tabblad Indeling, klik op Formaatcategorie selecteren en selecteer Nummer in de vervolgkeuzelijst. Klik op Decimalen en geef het aantal decimalen op dat u in het berekende veld wilt weergeven. Open het tabblad Berekenen, selecteer het type waarde en voer een van de volgende handelingen uit: l Klik op SOM (+) om de som van een reeks waarden te berekenen. l Kik op PRD (product (x)) om de waarden te vermenigvuldigen. l Klik op GEM om het gemiddelde van een reeks waarden te berekenen. l Klik op MIN om de minimumwaarde van een groep velden te geven. l Klik op MAX om de maximumwaarde van een groep velden te geven. Klik op de optie Selecteren om het dialoogvenster Veldselectie te openen. Houd de Ctrl- of de Shift-toets ingedrukt en klik op ieder veld dat moet worden berekend. Klik op OK.

9. 10.

119

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

JavaScript
Het valt buiten het bestek van deze handleiding om een gedetailleerde beschrijving van het gebruik van JavaScript met Nitro Pro 7 te geven. Als u wilt leren programmeren met JavaScript, verdient het aanbeveling op internet naar bronnen te zoeken. Tevens kunt u nagaan of uw plaatselijke bibliotheek of boekhandel boeken over JavaScript heeft. Er zijn ook veel voorbeelden van PDF-documenten met JavaScript op internet te vinden. JavaScript wordt veelal voor PDF-formulieren gebruikt. U kunt deze soorten documenten op internet opsporen, het JavaScript openen in de JavaScript-console, en de routines vervolgens kopiren en in uw eigen bestanden plakken. Door op onderzoek te gaan en programmacode uit te proberen komt u al snel aan de weet welke code u nodig hebt voor de taken die u wilt uitvoeren.

120

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

JavaScripts zoeken
Of u nu scripts in uw eigen documenten schrijft, of door bestanden bladert om andere scripts te bekijken, u moet eerst weten waar u JavaScripts kunt vinden. In Nitro Pro 7 zijn JavaScripts op de volgende locaties te vinden:

Veldscripts
JavaScripts kunnen met alle veldtypen worden gebruikt. In alle velden kunnen scripts worden toegevoegd via de eigenschappen in Actie instellen. In handtekeningvelden kunnen JavaScripts zowel via de eigenschap Actie instellen als de eigenschap Ondertekend worden toegevoegd. Tekstvelden bieden verreweg de meeste mogelijkheden voor het toevoegen van scripts aan veldeigenschappen. In tekstvelden kunnen scripts worden toegevoegd aan:
l

Indeling. Open het tabblad Indeling in het eigenschappenvenster en selecteer Aangepast in het vervolgkeuzemenu Formaatcategorie selecteren. Voeg JavaScripts toe als u een Script aangepast formaat en een Script aangepaste toetsaanslagen wilt maken. Valideren. Open het tabblad Valideren in het eigenschappenvenster en selecteer Aangepast script voor validering gebruiken als u een JavaScript wilt toevoegen om veldgegevens te valideren. Berekenen. JavaScripts worden waarschijnlijk het meest gebruikt in combinatie met de Berekeneneigenschappen. U kunt scripts in twee gebieden schrijven. Als u op het keuzerondje Vereenvoudigde veldnotatie klikt, kunt u scripts schrijven die qua syntaxis op spreadsheetformules lijken. Klik op Aangepast berekeningsscript om JavaScripts te schrijven waarmee veldgegevens worden berekend. Actie instellen. Tekstvelden ondersteunen het actietype JavaScript uitvoeren, net als andere velden.

JavaScript-console
U kunt de JavaScript-console openen en een script schrijven dat niet voor een bepaald veld of element is bedoeld. Scripts die in de JavaScript-console zijn geschreven, kunnen worden gebruikt voor testroutines en debug-code.

Documentacties
Documentacties zijn acties zoals het openen, opslaan en afdrukken van PDF's. U kunt JavaScripts schrijven die worden uitgevoerd als deze acties plaatsvinden. Als u een documentactie wilt toevoegen, gaat u naar het linttabblad Formulieren, klikt u in het groepsmenu Instellen op de pijl onder JavaScript en selecteert u Documentacties.

JavaScripts op documentniveau
Een JavaScript op documentniveau kan een functie zijn die wordt geactiveerd door andere scripts in subroutines. Deze scripts zijn op documentniveau opgenomen en kunnen worden uitgevoerd door een ander script of tijdens het openen van een bestand.

121

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

JavaScripts op mapniveau
Een JavaScript op mapniveau bevindt zich buiten het PDF-bestand (in een JS-bestand) en kan door meerdere PDF's worden gebruikt. De scripts worden uitgevoerd wanneer Nitro Pro 7 wordt geopend.

122

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

JavaScripts kopiren en plakken


JavaScripts kunnen uit een veld of andere locatie in een PDF-document worden gekopieerd en op een andere locatie of in een ander document worden geplakt. Als u meer over programmeren met JavaScript wilt leren, kunt u PDF-bestanden met scripts bekijken, een script kopiren uit een document dat u via internet hebt gedownload, en de code in de JavaScript-editor in uw document plakken. Met enkele kleine wijzigingen aan de code kunt u zo snel scripts aan uw eigen bestanden toevoegen. Als u code tussen PDF-bestanden wilt kopiren, opent u beide bestanden eenvoudig in Nitro Pro 7.

123

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

JavaScript op mapniveau toevoegen of bewerken


JavaScripts op mapniveau zijn JavaScript-bestanden (.JS) die bij het starten van een applicatie worden uitgevoerd. Hiermee kunnen bijvoorbeeld JavaScript-functies in de applicatie worden geladen die opnieuw gebruikt kunnen worden, of kunnen methoden/eigenschappen worden geopend waarvan de beveiliging zo is ingesteld dat ze alleen in de app/init-event uitgevoerd kunnen worden. Eenvoudige voorbeelden hiervan zijn het laden van de Windows-aanmelding van de gebruiker in een globale JavaScript-variabele bij het opstarten, of het laden van een lijst werknemersnamen van uw bedrijf in een JS-array bij het opstarten, dat gebruikt kan worden door formulieren die in Nitro Pro 7 worden geopend.

JavaScript op mapniveau toevoegen of bewerken


1. Open Nitro Pro 7. 2. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Instellen op JavaScript en selecteer Mapniveau. 3. Voeg JS-bestanden aan de map toe of bewerk bestaande bestanden.

124

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

JavaScript op documentniveau
Met behulp van JavaScript kunt u een praktisch oneindig aantal interactieve functies toevoegen, complexe formules maken, en meer dynamische functies aan uw PDF's toevoegen. Met scripts op documentniveau worden functies toegevoegd, vanwaar andere scripts de routines in het hele PDF-bestand steeds opnieuw kunnen gebruiken. JavaScripts op documentniveau kunnen ook worden gebruikt om bepaalde acties te starten wanneer een bestand wordt geopend.

Een JavaScript op documentniveau schrijven


1. Open de PDF in Nitro Pro 7. 2. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Instellen op JavaScript en selecteer Documentniveau. 3. Klik op Nieuw en typ een naam voor het JavaScript. 4. Typ uw code in het dialoogvenster JavaScript-editor. In het onderstaande voorbeeld is een eenvoudige routine opgesteld, waarmee een berichtvenster wordt weergegeven telkens wanneer het bestand wordt geopend. De code is als volgt: var msg = Gemaakt in Nitro PDF Professional; app.alert(msg); 5. Klik op OK. Als uw script juist is geschreven, wordt een berichtvenster weergegeven wanneer het bestand wordt geopend.

125

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Aangepast JavaScript voor berekening toevoegen of bewerken


Wanneer u een formulier maakt waarin berekeningen moeten worden uitgevoerd, zijn voor dit formulier waarschijnlijk aangepaste berekeningsscripts nodig. De opties die beschikbaar zijn met de vooraf ingestelde berekeningsformules, zijn beperkt tot eenvoudige vermenigvuldigingen en optellen. Voor andere soorten berekeningen moeten scripts worden geschreven.

Een berekeningsscript schrijven


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Tekstveld. Selecteer het tekstveld dat u wilt bewerken. Kik met de rechtermuisknop en selecteer Eigenschappen. Klik op de tab Berekenen. Klik op de optie Aangepast berekeningsscript en klik vervolgens op de knop Bewerken. Typ de code voor uw script. In het onderstaande voorbeeld wordt een eenvoudige berekening opgesteld om een omzetbelasting van 7,25 % te berekenen. De code is als volgt: var f = this.getField(subtotal); event.value = Math.round(f.value 7.25)/100; 8. Klik op OK.

126

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Vereenvoudigde veldnotaties toevoegen


Vereenvoudigde veldnotaties worden ongeveer geschreven zoals formules in een spreadsheetprogramma, zoals Microsoft Excel. Voor het uitvoeren van berekeningen zijn notaties makkelijker op te stellen dan scripts.

Een vereenvoudigde veldnotatie toevoegen


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Open de PDF in Nitro Pro 7. Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Velden op Tekstveld. Selecteer het tekstveld dat u wilt bewerken. Kik met de rechtermuisknop en selecteer Eigenschappen. Klik op de tab Berekenen. Klik op de optie Vereenvoudigde veldnotatie en klik vervolgens op de knop Bewerken. Typ de code voor uw script. In dit voorbeeld wordt de berekening voor omzetbelasting ingevoerd. In de JavaScript-editor wordt de code als volgt opgesteld: subtotal .0725; 8. Klik op OK.

127

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De JavaScript-console gebruiken
U kunt de JavaScript-console openen en een script schrijven dat niet voor een bepaald veld of element is bedoeld. Scripts die in de JavaScript-console zijn geschreven, kunnen worden gebruikt voor testroutines en debug-code.

De JavaScript-console gebruiken
l

Klik in het tabblad Formulieren in het groepsmenu Instellen op JavaScript en selecteer Console.

128

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Uitvoer- en JavaScript-fouten weergeven


In het deelvenster Uitvoer kunt u fouten met betrekking tot JavaScript of documentprocessen bekijken. Dit deelvenster wordt automatisch geopend om u te attenderen op belangrijke uitvoerberichten.

Het deelvenster Uitvoer openen


l

Klik op de tab Uitvoer in de zijbalk.

129

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Ondersteunde JavaScript-objecten
l l l l l l l l l l l l

App-object Doc-object Color-object Console-object Event-object Field-object Global-object Identity-object Link-object This-object Util-object OCG-object

130

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

App-object
Een statisch object dat de PDF-viewerapplicatie vertegenwoordigt. Bevat methoden en eigenschappen voor het communiceren met de applicatie en voor het werken met actieve documenten. Voorbeeld: hiermee wordt het aantal geopende documenten weergegeven in een waarschuwingsbericht. var nDocs = app.activeDocs.length; app.alert("Er zijn " + nDocs + " documenten geopend."); Eigenschappen activeDocs formsVersion platform viewerType viewerVersion Methoden alert browseForDoc goBack goForward launchURL mailMsg newDoc openDoc response

131

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Doc-object
Gebruikt voor interactie met actieve documenten via JavaScript-code. Voorbeeld: hiermee wordt het volledige pad van het PDF-bestand opgehaald en opgeslagen in de variabele sPath. var sPath = doc.path; Eigenschappen dirty disclosed documentFileName filesize info layout numFields numPages path pageNum URL zoom zoomType Methoden addIcon addField addLink closeDoc deletePages extractPages exportAsFDF flattenPages getField getIcon getNthFieldName getPageBox getPageNthWord getPageNumWords

132

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Methoden importAnFdf importIcon insertPages mailDoc mailForm print removeIcon removeField resetForm saveAs selectPageNthWord submitForm

133

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Color-object
Een object waarmee een kleur kan worden ingesteld in andere JavaScript-methoden en eigenschappen. Voorbeeld: hiermee wordt de tekstkleur in het formulierveld Voornaam op rood ingesteld. this.getField("Voornaam").textColor = color.red; Eigenschappen en methoden Het color-object ondersteunt alle eigenschappen en methoden in de Acrobat JavaScript-specificatie.

134

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Console-object
Alle JavaScript-scripts worden geactiveerd door een bepaalde gebeurtenis. Voor elk van deze gebeurtenissen maakt JavaScript een event-object waarmee informatie over de huidige gebeurtenisstatus kan worden opgehaald en bijgewerkt. Voorbeeld: als dit JavaScript wordt uitgevoerd op de gebeurtenis keystroke (toetsaanslag), wordt alle tekst die de gebruiker heeft ingevoerd, omgezet in hoofdletters. event.change = event.change.toUpperCase(); Eigenschappen en methoden Het console-object ondersteunt alle eigenschappen en methoden in de Acrobat JavaScript-specificatie.

135

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Event-object
Vertegenwoordigt een veld in een PDF-formulier. Dit object bevat de methoden en eigenschappen waarmee formuliervelden kunnen worden gewijzigd via JavaScript-code (zoals u dit visueel met de tools voor formuliervelden doet). Voorbeeld: hiermee wordt een verborgen veld zichtbaar gemaakt. var oField = this.getField("hiddenFieldName"); oField.display = display.visible; Eigenschappen change changeEx commitKey fieldFull keyDown modifier name rc selEnd selStart shift source target targetName type value willCommit

136

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Field-object
Vertegenwoordigt een veld in een PDF-formulier. Dit object bevat de methoden en eigenschappen waarmee formuliervelden kunnen worden gewijzigd via JavaScript-code (zoals u dit visueel met de tools voor formuliervelden doet). Voorbeeld: hiermee wordt een verborgen veld zichtbaar gemaakt. var oField = this.getField("hiddenFieldName"); oField.display = display.visible; Eigenschappen alignment borderStyle buttonAlignX buttonAlignY buttonFitBounds buttonPosition buttonScaleHow buttonScaleWhen calcOrderIndex charLimit comb commitOnSelChange currentValueIndices defaultStyle defaultValue doNotScroll doNotSpellCheck display doc editable exportValues hidden fileSelect fillColor lineWidth highlight multiline

137

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Eigenschappen multipleSelection name numItems page password print radiosInUnison readonly rect required richText richValue rotation strokeColor style submitName textColor textFont textSize type userName value valueAsString Methoden browseForFileToSubmit buttonGetCaption buttonGetIcon buttonImportIcon buttonSetCaption buttonSetIcon checkThisBox clearItems defaultIsChecked getArray getItemAt getLock

138

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Methoden insertItemAt isBoxChecked isDefaultChecked setAction setFocus setItems setLock

139

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Global-object
Hiermee kunt u gegevens delen in een instantie van de PDF-viewer (zodat gegevens vanuit elk geopend document kunnen worden opgeroepen). Voorbeeld: wanneer een gebruiker zijn/haar e-mailadres eenmaal heeft ingevoerd, wordt dit opgeslagen in een global-variabele en automatisch in de e-mailvelden van andere geopende documenten ingevoerd. global.userEmail = this.getField("email").value; Opmerking:de methoden setPersistent en subscribe worden momenteel niet ondersteund in Nitro Pro 7.

140

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Identity-object
Dit object bevat informatie over de huidige gebruiker, die is aangemeld op het apparaat met Nitro Pro 7. Deze informatie kan tevens in Voorkeuren worden bekeken. Voorbeeld: Dit JavaScript haalt de aanmeldnaam van de gebruiker op en slaat deze op in een globale variabele (met de naam login) die door ieder ander JavaScript kan worden gebruikt. Het identity-object is uitsluitend toegestaan tijdens console-, menu- en batch-gebeurtenissen en tijdens initialisatie van de applicatie, en is daarom ideaal geschikt voor een JavaScript-bestand (.js) op mapniveau dat wordt uitgevoerd wanneer de applicatie wordt gestart. global.login = identity.loginName; Eigenschappen corporation email loginName name

141

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Link-object
Met dit object kunt u de eigenschappen van een PDF-koppeling ophalen en instellen en kunt u de instellingen opgeven voor een JavaScript uitvoeren-actie. Eigenschappen en methoden Het link-object ondersteunt alle eigenschappen en methoden in de Acrobat JavaScript-specificatie.

142

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

This-object
Dit is een speciaal trefwoord voor JavaScript dat naar het huidige object verwijst. Wanneer bijvoorbeeld een JavaScript wordt uitgevoerd als een document geopend is, heeft het trefwoord this hetzelfde effect als het trefwoord doc. Voorbeeld: this.getField("veldnaam"); komt overeen met: doc.fieldName("veldnaam"); Eigenschappen en methoden Het this-object ondersteunt alle eigenschappen en methoden in de Acrobat JavaScript-specificatie.

143

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Util-object
Bevat een aantal hulpmethoden waarmee tekenreeksen en datums gemakkelijk kunnen worden ingedeeld en geparseerd. Methoden printf printd printx scand

144

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

OCG-object
Dit object biedt ondersteuning voor Optional Content Groups (optionele inhoudsgroepen). OCG's bevatten een verzameling grafische objecten en worden 'lagen' genoemd. U kunt de eigenschappen van lagen dynamisch omschakelen om ze zichtbaar of onzichtbaar te maken, voor navigatie in een PDFdocument. Raadpleeg Het deelvenster Lagen voor verdere informatie.

Eigenschappen en methoden
Het OCG-object ondersteunt alle eigenschappen en methoden in de Acrobat JavaScript-specificatie.

Voorbeeld:
Hiermee wordt een OCG met de naam 'Overlay' ingeschakeld (om de laag uit te schakelen verandert u true in false in de JavaScript-code).

function turnOverlayOCG(doc) { var ocgArray = doc.getOCGs(); for(var i=0; i<ocgArray.length){ if(ocgArray[i].name == Overlay){ ocgArray[i].state = true; } } }
Eigenschappen state initState locked name Methoden getIntent getAction setIntent

145

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bewerken
Met de juiste functies voor het bewerken van PDF's bent u veel minder tijd kwijt aan het omschakelen tussen de verschillende programma's en bestandstypen. Nitro Pro 7 voorziet in een uitgebreide set functies om de tekst, afbeeldingen en pagina's in uw bestaande PDF's te bewerken en uw documenten perfect af te werken voor distributie.

Tekst
l l l l

Tekst toevoegen of bewerken Ingesloten lettertypen Kop- en voettekst Bates-nummers

Afbeeldingen
l l l l l l l l l

Afbeeldingen invoegen Afbeeldingen verwijderen Afbeeldingen rangschikken Afbeeldingen vergroten/verkleinen en bijsnijden De kleurruimte van afbeeldingen wijzigen Afbeeldingen vervangen Een afbeelding ophalen Alle afbeeldingen ophalen Watermerken en achtergronden

Bestanden
l l l l l l

Documentinformatie en metagegevens Documentbeveiliging Lettertypen Eigenschappen Eerste weergave PDF-bestanden optimaliseren Bestanden bijvoegen

Verwante informatie
l l

Aantekeningenlaag en inhoudslaag Bestanden samenvoegen en pagina's opstellen

146

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Tekst toevoegen of bewerken


Nitro Pro 7 bevat functies waarmee nieuwe tekst aan PDF-documenten kan worden toegevoegd, laatste correcties aan PDF-documenten kunnen worden gemaakt en waarmee documenten kunnen worden bijgewerkt zonder de bronbestanden in hun oorspronkelijke applicatie te hoeven openen. Met de functie Tekst typen kan overal in een PDF-document tekst worden ingevoerd, zelfs als het document geen interactieve velden heeft. Daarbij kunt u tekstkleur, lettertype en tekstgrootte volledig zelf bepalen. Als u bijvoorbeeld een PDF-formulier ontvangt dat gemaakt is van een fotokopie of scan van het papieren formulier, hoeft u dit niet eerst af te drukken om de benodigde informatie in te vullen. In plaats daarvan gebruikt u de functie Tekst typen en voert u de tekst als een aantekening op het formulier in. Met de functie Bewerken kunt u bestaande tekstblokken bijwerken en als een alinea in een begrenzingsvak verplaatsen. Zo hoeft u dus niet alle regels apart te verplaatsen. Bij het bewerken van tekst of als de grootte van het begrenzingsvak tijdens het wijzigen van tekst wordt veranderd, wordt de tekstdoorloop automatisch aangepast. TIP:Tekstdoorloop wordt ondersteund in alinea's, en alinea's worden als afzonderlijke objecten behandeld. Gebruik de functie Bewerken om alinea's te verplaatsen. Nitro Pro 7 bevat functies waarmee u aan iedere pagina van uw document tekst kunt toevoegen in de vorm van kop- en voetteksten, en Bates-nummers voor unieke paginanummering. Verdere informatie hierover kunt u vinden in: l Kop- en voettekst l Bates-nummers OPMERKING:Als er veel kleine of grote correcties in een document moeten worden ingevoerd, kunt u de wijzigingen het beste in het bronbestand aanbrengen. Zo kunt u de exacte opmaak en indeling van het bestand nauwkeuriger bepalen en heeft u wellicht opties ter beschikking om de correcties automatisch te laten invoeren. U kunt ook de opties PDF naar Microsoft Word converteren of PDF naar Rich Text converteren gebruiken om de PDF om te zetten in een bewerkbaar DOC- of RTF-bestand.

Tekst toevoegen
1. Klik in het tabblad Home in de groep Gereedschappen op Tekst typen. 2. Klik op de pagina waar u tekst wilt invoeren. 3. Gebruik de tekstopties in het tabblad Indeling, zoals Lettertype en Grootte, om de tekst naar wens op te maken. 4. Voer de gewenste tekst in en druk op Escape of klik op Voltooien als u klaar bent. TIP:De tekst die u typt, wordt standaard in de laag voor aantekeningen ingevoegd. Als u de tekst in de laag voor inhoud wilt invoegen, drukt u op Ctrl en klikt u op de pagina waar u de tekst wilt invoeren. Raadpleeg Aantekeningenlaag en inhoudslaag voor verdere informatie.

147

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Tekst bewerken
1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/Afbeeldingen op Bewerken. 2. Dubbelklik op Tekst en zet de cursor waar u de tekst wilt invoegen of bewerken. Tijdens het typen wordt de grootte van het begrenzingsvak aan de tekst aangepast. 3. Als u klaar bent, drukt u op Escape, klikt u elders op de pagina, of klikt u op Voltooien. OPMERKING:Als u een teken invoert in een lettertype dat niet is genstalleerd, zal Nitro Pro 7 automatisch het lettertype selecteren dat er het meest op lijkt. U ziet dan tijdens het typen dat de naam van het lettertype wordt veranderd. Als Nitro Pro 7 geen gerelateerd lettertype kunt vinden, wordt een algemeen lettertype gebruikt. Het is raadzaam te controleren of geselecteerde lettertypen gelijksoortig zijn en zo nodig een ander lettertype toe te passen. Raadpleeg Ingesloten lettertypen voor verdere informatie.

Tekst verplaatsen
Als u tekst wilt verplaatsen, klikt u op de functie Bewerken en op een paragraaf of titel om deze tekst te selecteren en voert u een van de volgende handelingen uit: l Sleep het begrenzingsvak naar de nieuwe plaats. l Gebruik de pijltoetsen op uw toetsenbord om het begrenzingsvak in kleine stappen te verplaatsen.

Een alinea of afbeelding verwijderen


1. Klik n keer op de tekst of de afbeelding om het blauwe begrenzingsvak weer te geven. 2. Druk op de toets Delete of klik met uw rechtermuisknop en selecteer Verwijderen in het menu.

Tekst afvlakken
Het verplaatsen van tekst uit de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag wordt 'afvlakken' genoemd. Voer een van de volgende handelingen uit om tekst af te vlakken: l Als u een geselecteerde tekstaantekening naar de inhoudslaag wilt verplaatsen, klikt u met uw rechtermuisknop op de aantekening en selecteert u Selectie afvlakken in het menu. l Als u alle tekst uit de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag wilt verplaatsen, klikt u met uw rechtermuisknop op een aantekening en selecteert u Alles afvlakken in het menu. l Als u alle aantekeningen uit de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag wilt verplaatsen en tegelijkertijd de PDF wilt opslaan, selecteert u in het menu Bestand de optie Opslaan als en Afgevlakte PDF. Hiermee worden alle aantekeningen afgevlakt, inclusief velden, notities, koppelingen en andere markeringen. Raadpleeg Aantekeningenlaag en inhoudslaag voor verdere informatie.

148

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Kop- en voettekst
Met de functie Kop- en voettekst kunt u tekst, afbeeldingen en PDF-bestanden in een of meer pagina's van een PDF-document invoegen. U kunt de positie, grootte, transparantie en andere kenmerken van uw kop- en voettekst naar wens instellen en deze instellingen opslaan om ze later opnieuw te gebruiken. Bovendien kunt u kop- en voettekstprofielen importeren en exporteren om ze met anderen te delen. Kop- en voettekstprofielen kunnen een of meer kop- en voetteksten bevatten. Kop- en voetteksten worden vaak voor het volgende gebruikt: l Dynamische tekst: automatisch dynamische informatie aan uw document toevoegen, zoals paginanummers, auteur, titel van het document, datum en tijd. l Koptekst: de titel van het document of hoofdstukken en datuminformatie invoegen. l Voettekst: paginanummering, datum- en tijdinformatie invoegen.

Alle beheerde kop- en voetteksten weergeven


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Kop- en voettekst. Het dialoogvenster Kop- en voettekst beheren wordt weergegeven. 2. Kijk in het gedeelte Profiel selecteren voor een lijst van kop- en voettekstprofielen. Profielen kunnen meer dan n koptekst en voettekst bevatten. 3. Klik op de knop + naast een profiel om alle kop- en voetteksten in dit profiel weer te geven.

Profielen beheren en het menu Toepassen op document configureren


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Kop- en voettekst. Het dialoogvenster Kop- en voettekst beheren wordt weergegeven. 2. Kijk in het gedeelte Profiel selecteren voor een lijst van kop- en voettekstprofielen. Voer een van de volgende handelingen uit: o Om de naam van een profiel te veranderen, dubbelklikt u op het profiel en voert u de nieuwe naam in. o Klik op Nieuw profiel als u een nieuw profiel wilt samenstellen. Het nieuwe profiel verschijnt onder aan de lijst Profiel selecteren. Voer een naam in voor het profiel. o De volgorde van deze lijst bepaalt de volgorde van de profielen in het menu Toepassen op document. Als u een nieuw kop- en voettekstprofiel toevoegt, verschijnt dit onder aan de lijst Profiel selecteren, en boven aan het menu Toepassen op document. o Als u een profiel wilt verwijderen, selecteert u dit en klikt u op Verwijderen. 3. Klik op Toepassen om een kop- en voettekstprofiel op uw PDF-document toe te passen en het dialoogvenster Kop- en voettekst beheren te sluiten.

Nieuwe koptekst of voettekst aan een profiel toevoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Kop- en voettekst. Het dialoogvenster Kop- en voettekst beheren wordt weergegeven. 2. Selecteer een profiel in de lijst Profiel selecteren en klik op Toevoegen. Selecteer een type kop- of voettekst: o Tekst: geef de tekst voor uw kop- of voettekst op. o Afbeelding: gebruik een afbeelding als kop- of voettekst op de pagina's van uw document. o PDF: importeer een PDF-bestand om als kop- of voettekst te gebruiken.

149

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

3. Configureer eigenschappen voor uw kop- of voettekst: o Typ in het veld Naam kop- en voettekst de naam die in Nitro Pro 7 moet worden gebruikt om de kop- of voettekst in de lijsten en menu's aan te duiden. Deze naam kan afwijken van de tekst die in de kop- of voettekst van uw PDF-document verschijnt. o Geef aan of het watermerk Overliggend of Onderliggend (op de achtergrond, onder de inhoud van de pagina) moet zijn. o Geef de overige opties op, zoals de kleur, achtergrond en de plaatsing op de pagina. 4. Klik op Opslaan om de nieuwe kop- of voettekst in het geselecteerde profiel op te slaan. TIP:u kunt meerdere watermerk- of achtergrondobjecten aan een profiel toevoegen.

Een kop- of voettekstprofiel importeren of exporteren


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkering op Kop- en voettekst. Het dialoogvenster Kop- en voettekst beheren wordt weergegeven. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Selecteer een profiel in de lijst Profiel selecteren en klik op Exporteren om een kop- of voettekstprofiel te exporteren. Sla het profiel op als een nxp-bestand. o Klik op Importeren om een kop- of voettekstprofiel te importeren. Als u een nxp-bestand importeert, wordt het nieuwe profiel onder aan de lijst met profielen toegevoegd. TIP:Voor afbeeldingen die aan een watermerkprofiel zijn gekoppeld, verschijnt uitsluitend een verwijzing. Deze afbeeldingen worden niet gexporteerd.

Kop- of voettekst in uw PDF-document invoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkering op de pijl onder Kop- en voettekst en selecteer Toepassen op document. 2. Alle kop- en voettekstprofielen worden weergegeven in een lijst. Selecteer het profiel dat u op uw PDF-document wilt toepassen. OPMERKING: Als u een kop- of voettekst invoegt waarin gebruik wordt gemaakt van lettertypen die niet op het systeem van de ontvanger zijn genstalleerd, wordt deze tekst waarschijnlijk onjuist weergegeven. Als u niet zeker weet welke lettertypen uw ontvangers gebruiken, kunt u het beste standaardlettertypen zoals Times Roman, Courier, Arial of Symbol gebruiken. Raadpleeg Ingesloten lettertypen voor verdere informatie.

Alle kop- en voettekst uit een document verwijderen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkering op de pijl onder Kop- en voettekst en selecteer Kop- en voettekst verwijderen. 2. Er verschijnt een dialoogvenster waarin u moet bevestigen dat u alle kop- en voettekst wilt verwijderen. Klik op OK. TIP:als u alleen een bepaalde kop- of voettekst wilt verwijderen, selecteert u deze met het gereedschap Bewerken, klikt u erop met de rechtermuisknop en selecteert u Verwijderen in het menu.

150

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Watermerken en achtergronden
Met de functie Watermerk kunt u tekst, afbeeldingen en andere PDF-bestanden in een of meer pagina's van een PDF-document invoegen. U kunt de positie, grootte, transparantie en andere eigenschappen van uw watermerken naar wens instellen en deze eigenschappen opslaan, zodat u ze later opnieuw kunt gebruiken. Tevens kunt u watermerkprofielen importeren en exporteren om ze met anderen te delen. Watermerkprofielen bevatten een of meer watermerken of achtergronden. Watermerken worden veel gebruikt voor: l Watermerken en achtergronden: u kunt bedrijfslogo's en andere merktekens invoegen om uw huisstijl te handhaven op alle pagina's en documenten. l Weergave van de documentstatus: u kunt een afbeelding toepassen als watermerk, bijvoorbeeld Gecontroleerd, Goedgekeurd en Concept, zodat alle ontvangers de status van het document kunnen zien.

Alle beheerde watermerken weergeven


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Watermerk. Het dialoogvenster Watermerken en achtergronden beheren wordt weergegeven. 2. Bekijk de lijst met watermerkprofielen in het vak Profiel selecteren. Profielen kunnen meerdere watermerken bevatten. 3. Klik op de knop + naast een profiel om alle watermerken in dit profiel weer te geven.

Profielen beheren en het menu Toepassen op document configureren


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Watermerk. Het dialoogvenster Watermerken en achtergronden beheren wordt weergegeven. 2. Bekijk de lijst met watermerkprofielen in het vak Profiel selecteren. Voer een van de volgende handelingen uit: o Om de naam van een profiel te veranderen, dubbelklikt u op het profiel en voert u de nieuwe naam in. o Klik op Nieuw profiel als u een nieuw profiel wilt maken. Het nieuwe profiel verschijnt onder aan de lijst Profiel selecteren. Voer een naam in voor het profiel. o De volgorde van deze lijst bepaalt de volgorde van de profielen in het menu Toepassen op document. Als u een nieuw watermerkprofiel toevoegt, verschijnt dit onder aan de lijst Profiel selecteren en boven aan het menu Toepassen op document. o Als u een watermerkprofiel wilt verwijderen, selecteert u dit en klikt u op de knop Verwijderen. 3. Klik op Toepassen om een watermerkprofiel op uw PDF-document toe te passen en het dialoogvenster Watermerken en achtergronden beheren te sluiten.

Een nieuw watermerk of nieuwe achtergrond aan een profiel toevoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Watermerk. Het dialoogvenster Watermerken en achtergronden beheren wordt weergegeven. 2. Selecteer een profiel in de lijst Profiel selecteren en klik op Toevoegen. Selecteer een type watermerk.

151

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Tekst: geef de tekst op voor uw watermerk. Afbeelding: gebruik een afbeelding als watermerk of achtergrond op de pagina's van uw document. o PDF: importeer een PDF-bestand om als watermerk of achtergrond te gebruiken. 3. Configureer eigenschappen voor uw watermerk of achtergrond: o Typ in het veld Watermerknaam een naam voor gebruik in Nitro Pro 7-lijsten en -menu's. Deze naam hoeft niet overeen te komen met de tekst die in het watermerk in uw PDFdocument verschijnt. o Geef aan of het watermerk Overliggend of Onderliggend (op de achtergrond, onder de inhoud van de pagina) moet zijn. o Geef de overige opties op, zoals de kleur, de achtergrond en de plaatsing van het watermerk op de pagina. 4. Klik op Opslaan om het nieuwe watermerk in het geselecteerde profiel op te slaan.
o o

TIP:u kunt meerdere watermerk- en achtergrondobjecten aan een profiel toevoegen.

Een watermerkprofiel importeren of exporteren


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Watermerk. Het dialoogvenster Watermerken en achtergronden beheren wordt weergegeven. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Selecteer een watermerkprofiel in de lijst Profiel selecteren en klik op Exporteren om het profiel te exporteren. Sla het profiel op als een nxp-bestand. o Klik op Importeren om een watermerkprofiel te importeren. Als u een nxp-bestand importeert, wordt het nieuwe profiel onder aan de lijst met profielen toegevoegd. TIP:Voor afbeeldingen die aan een watermerkprofiel zijn gekoppeld, verschijnt uitsluitend een verwijzing. Deze afbeeldingen worden niet gexporteerd.

Een watermerk of achtergrond in een PDF-document invoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkering op de pijl onder Watermerk en selecteer Toepassen op document. 2. U ziet een menu met alle watermerk- en achtergrondprofielen. Selecteer het profiel dat u op uw PDF-document wilt toepassen. OPMERKING: Als u een watermerk invoegt dat uit tekst bestaat, kan dit op het systeem van de ontvanger anders worden weergegeven als de gebruikte lettertypen niet op dit systeem zijn genstalleerd. Als u niet zeker weet welke lettertypen uw ontvangers gebruiken, kunt u het beste standaardlettertypen zoals Times Roman, Courier, Arial of Symbol gebruiken. Raadpleeg Ingesloten lettertypen voor verdere informatie.

Alle watermerken en achtergronden uit een document verwijderen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkering op de pijl onder Watermerk en selecteer Watermerken verwijderen. 2. In het dialoogvenster dat verschijnt, wordt u gevraagd te bevestigen dat u alle watermerken wilt verwijderen. Klik op OK.

152

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

TIP:als u alleen een bepaald watermerk of specifieke achtergrond wilt verwijderen, selecteert u dit item met het gereedschap Bewerken, klikt u erop met de rechtermuisknop en selecteert u Verwijderen in het menu.

153

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bates-nummers
Bates-nummering wordt gebruikt voor wettelijke en soortgelijke verzamelingen van documenten waarin alle pagina's gelabeld, verantwoord en gemakkelijk terug te vinden moeten zijn. Met de functie voor Bates-nummering kunt u een uniek nummer aan iedere pagina toewijzen. De nummering kan op ieder willekeurig punt beginnen. Als er dan tegelijkertijd meerdere documenten worden verwerkt, wordt deze nummering door alle documenten vervolgd.

Bates-nummers aan een PDF toevoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op Bates-nummer. 2. Geef de gewenste nummeringswaarden op in de vakken Prefix, Suffix en Begin op. 3. Klik op de opties die u wilt gebruiken voor de lettertype-eigenschappen en opmaak, en selecteer de pagina's die u wilt verwerken. 4. Klik op Toepassen.

Bates-nummers aan een reeks PDF-bestanden toevoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Paginamarkeringen op de pijl onder Bates-nummer en klik op Meerdere bestanden. 2. Voeg de bestanden toe die u wilt verwerken en rangschik deze naar wens. Klik vervolgens op Volgende. 3. Geef de gewenste nummeringswaarden op in de vakken Prefix, Suffix en Begin op. 4. Klik op de opties die u wilt gebruiken voor de lettertype-eigenschappen en opmaak, en selecteer de pagina's die u wilt verwerken. 5. Klik op Toepassen.

154

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bestanden bijvoegen
PDF-documenten kunnen behalve tekst en afbeeldingen tevens bestandsbijlagen bevatten. Dit is een makkelijke en betrouwbare methode om reeksen documenten uit te wisselen. Het deelvenster Bijlagen is de centrale plaats waar u bijlagen kunt bekijken, invoegen, verwijderen en exporteren. Met Nitro Pro 7 kunt u bestanden op twee manieren bijvoegen: l Bijlagen op documentniveau. Als u een document samenstelt dat door anderen moet worden gecontroleerd, kan het handig zijn het bronbestand en eventueel referentiemateriaal (zoals spreadsheets en tekeningen) op documentniveau aan het document toe te voegen. Zo beschikken de andere gebruikers van het document over een compleet informatiepakket, dat zij op ieder gewenst moment tijdens het bekijken van de PDF-versie kunnen openen. l Bijlagen in de vorm van aantekeningen. Als u een document controleert dat door iemand anders is samengesteld, en u een apart bestand met feedback (bijvoorbeeld een herziene technische tekening of prijslijst) wilt verschaffen, kunt u een bijlage in de vorm van aantekeningen bijvoegen. Deze aantekeningen kunnen namelijk precies op de gewenste plaats in de PDF worden ingevoegd. Dergelijke bijlagen worden als paperclippictogram op de PDF-pagina weergegeven en kunnen worden geopend door op het pictogram te dubbelklikken.

Een bestand op documentniveau bijvoegen


1. Selecteer Bestanden bijvoegen op het tabblad Bestand. Het dialoogvenster Openen wordt weergegeven. 2. Zoek en selecteer het bestand dat u wilt bijvoegen en klik op Openen. Het bestand wordt als bijlage aan uw PDF-document toegevoegd en wordt in het bestand ingesloten wanneer u het opslaat. Raadpleeg Het deelvenster Bijlagen en Bestanden als aantekeningen bijvoegen voor verdere informatie.

155

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Afbeeldingen
Nitro Pro 7 is voorzien van een geavanceerde set functies waarmee afbeeldingen rechtstreeks kunnen worden bewerkt, zodat u niet telkens terug hoeft te gaan naar het brondocument als er iets moet worden veranderd. U kunt afbeeldingen bewerken met de functie Bewerken. Als u op een afbeelding dubbelklikt, verschijnt het nieuwe tabblad Indeling in het lint, met alle functies voor het bewerken van afbeeldingen.

156

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Afbeeldingen invoegen
Met de functie Afbeelding toevoegen kunt u afbeeldingen aan uw PDF toevoegen, zodat u niet terug hoeft te gaan naar uw brondocument om dit te bewerken.

Een afbeelding invoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Afbeeldingen op Afbeelding toevoegen. 2. Selecteer de gewenste afbeelding en klik op Openen. 3. Klik op de afbeelding, stel de grootte naar wens in en zet de afbeelding op de juiste plaats op de pagina.

157

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een afbeelding ophalen


Met de functie Beeld ophalen kunt u afbeeldingen uit een PDF-bestand kopiren en opnieuw gebruiken in Nitro Pro 7 of andere applicaties.

Een afbeelding ophalen


1. Gebruik de functie Selecteren en klik op een afbeelding. De afbeelding wordt gemarkeerd met een blauw kader. 2. Klik met de rechtermuisknop op de geselecteerde afbeelding en selecteer Beeld ophalen. Het dialoogvenster Opslaan als wordt weergegeven. 3. Blader naar een locatie en geef een bestandsnaam op voor de afbeelding. 4. Opslaan als: maak hier een keuze uit de bestandsindelingen JPG, TIFen PNG. 5. Klik op Opslaan.

158

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Afbeeldingen verwijderen
Met de functie Bewerken kunt u afbeeldingen uit uw PDF-bestanden verwijderen.

Een afbeelding verwijderen


1. 2. 3. 4. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/afbeeldingen op de knop Bewerken. Klik op Tekst en afbeeldingen bewerken. Klik op de gewenste afbeelding. Voer een van de volgende handelingen uit: l Druk op de toets Delete. l Kik met de rechtermuisknop en klik vervolgens op Verwijderen.

Meerdere afbeeldingen selecteren


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/afbeeldingen op de knop Bewerken. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: l Houd de Shift-toets ingedrukt en selecteer iedere afbeelding die u wilt verwijderen. l Klik en sleep de aanwijzer om een groep aaneengesloten afbeeldingen te selecteren. 3. Voer een van de volgende handelingen uit: l Druk op de toets Delete. l Kik met de rechtermuisknop en klik vervolgens op Verwijderen.

159

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Afbeeldingen rangschikken
Met de functies voor het rangschikken van afbeeldingen kunt u beelden vr en achter andere objecten plaatsen, horizontaal en verticaal spiegelen, en draaien.

Afbeeldingen rangschikken
1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/Afbeeldingen op de knop Bewerken. 2. Dubbelklik op de gewenste afbeelding. 3. Klik in het tabblad Indeling in het groepsmenu Rangschikken op Naar voorgrond, Naar achtergrond, Spiegelen of Draaien.

160

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Afbeeldingen vergroten/verkleinen en bijsnijden


Met behulp van de bewerkgereedschappen voor afbeeldingen kunt u de grootte van een afbeelding proportioneel wijzigen, of kunt u de hoogte of breedte aanpassen. Met het gereedschap Bijsnijden kunt u de randen van afbeeldingen permanent verwijderen.

De grootte van afbeeldingen wijzigen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/Afbeeldingen op de knop Bewerken. 2. Klik op de gewenste afbeelding. 3. Voer een van de volgende handelingen uit: l Als u de grootte verhoudingsgewijs wilt aanpassen, versleept u de hoek van de afbeelding tot het juiste formaat is bereikt. l Als u de hoogte of breedte wilt aanpassen, versleept u een van formaatgrepen in het midden van de respectieve afbeeldingsranden.

Een afbeelding bijsnijden


1. 2. 3. 4. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/Afbeeldingen op de knop Bewerken. Dubbelklik op de gewenste afbeelding. Klik in het tabblad Indeling in het groepsmenu Grootte op Bijsnijden. Sleep de formaatgreep op de afbeeldingsrand naar het midden van de afbeelding om deze bij te snijden.

161

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De kleurruimte van afbeeldingen wijzigen


Met Nitro Pro 7 kunt u de kleurruimte van iedere afbeelding afzonderlijk wijzigen.

De kleurruimte van een afbeelding wijzigen


1. 2. 3. 4. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/Afbeeldingen op de knop Bewerken. Dubbelklik op de gewenste afbeelding. Klik op het tabblad Indeling in het groepsmenu Aanpassen op Kleur. Klik op de kleurruimte.

162

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Afbeeldingen vervangen
Met de functie Afbeelding vervangen kunt u n afbeelding verwijderen en er een andere voor in de plaats zetten. Wanneer de nieuwe afbeelding is ingevoegd, zijn alle bewerkgereedschappen beschikbaar om de afbeelding op de gewenste plaats te zetten en te bewerken.

Een afbeelding vervangen


1. 2. 3. 4. 5. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Tekst/Afbeeldingen op de knop Bewerken. Dubbelklik op de afbeelding die u wilt vervangen. Klik op het tabblad Indeling in het lint. Klik in het tabblad Indeling in het groepsmenu Aanpassen op Vervangen. Selecteer de nieuwe afbeelding en klik op Openen.

163

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-bestanden optimaliseren
Nitro Pro 7 beschikt over een krachtige set gereedschappen om ongewenste documentobjecten te verwijderen en afbeeldingen te comprimeren, waardoor uw bestanden aanzienlijk kleiner worden.

Een PDF-document optimaliseren


1. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op PDF optimaliseren. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het tabblad Afbeeldingen: l Selecteer een van de vooraf ingestelde opties voor beeldkwaliteit. l Selecteer Aangepast, klik op Instellingen en selecteer vervolgens de gewenste opties voor beeldcompressie. Klik op OK. 3. Selecteer de objecttypen die u wilt verwijderen in het tabblad Objecten verwijderen. 4. Klik op Optimaliseren.

164

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Instellingen voor beeldoptimalisatie


Door de afbeeldingen in uw PDF's te optimaliseren, kunt u de juiste balans creren tussen de bestandsgrootte en de visuele kwaliteit, afhankelijk van de manier waarop uw bestanden zullen worden gebruikt. De twee belangrijkste technieken die worden gebruikt voor het optimaliseren van afbeeldingen, zijn comprimeren en verkleinen.

Comprimeren
l

Verliesvrij. Hiermee wordt de grootte van een afbeeldingsbestand verkleind zonder gegevensverlies, door uitsluitend herhaalde informatie te verwijderen. De visuele kwaliteit van een afbeelding die verliesvrij is gecomprimeerd, is identiek aan het origineel. Deze methode is nuttig als de afbeelding moet worden opgehaald en op een later tijdstip moet worden bewerkt. Met verlies. Hiermee worden de 'overbodige' delen van de informatie uit de afbeelding verwijderd. Door het verwijderen van informatie ontstaat een kleiner bestand dan met compressie zonder verlies, maar dit is veelal niet geschikt voor kwalitatief hoogwaardige afdrukken, of wanneer de afbeelding later moet worden opgehaald om te worden bewerkt of elders te worden gebruikt.

Verkleinen
Bij verkleining wordt de beeldresolutie verlaagd door het aantal punten per inch (dots per inch of dpi) van de afbeelding te verlagen. Aangezien er dan minder informatie hoeft te worden opgeslagen, zijn de resulterende PDF-bestanden aanzienlijk kleiner. Over het algemeen is het een goed idee om afbeeldingen te verkleinen op basis van de resolutie van het apparaat waarnaar het bestand wordt verzonden. Zo hebben computerschermen bijvoorbeeld gewoonlijk een resolutie tussen 72 dpi en 96 dpi; dit is de hoogste resolutie van het beeldscherm.

Beschikbare instellingen voor beeldoptimalisatie


De volgende instellingen voor beeldoptimalisatie zijn beschikbaar wanneer de functie PDF optimaliseren in Nitro Pro 7 wordt gebruikt:

Web
Hiermee ontstaan bestanden die zijn geoptimaliseerd voor weergave op het scherm. Afbeeldingen worden met verlies gecomprimeerd, en afbeeldingen met een hogere resolutie dan 150 dpi worden verkleind. Gebruik deze instelling als de bestanden zo klein mogelijk moeten zijn en wanneer de afdrukkwaliteit minder belangrijk is dan de grootte van het bestand, bijvoorbeeld voor PDF's die op internet moeten worden weergegeven.

Kantoorkwaliteit
Produceert een PDF die geoptimaliseerd is om te worden afgedrukt op een gewone thuis- of kantoorprinter. Afbeeldingen worden met verlies gecomprimeerd, en afbeeldingen met een hogere resolutie dan 300 dpi worden verkleind. Gebruik deze instelling als uw bestand een redelijke afdrukkwaliteit moet hebben bij afdrukken op een standaardprinter, maar tegelijkertijd niet al te groot moet zijn, bijvoorbeeld voor PDF's die u per e-mail naar collega's wilt versturen.

165

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Professionele kwaliteit
Produceert een PDF die geoptimaliseerd is om te worden afgedrukt op een professionele printer. Afbeeldingen worden verliesvrij gecomprimeerd (er wordt geen pixelinformatie verwijderd), en afbeeldingen met een hogere resolutie dan 600 dpi worden verkleind. Met deze instelling worden kwalitatief hoogwaardige bestanden gemaakt waarvan de bestandsgrootte toch nog zoveel mogelijk wordt verkleind. Dit is de ideale instelling voor bestanden die bijvoorbeeld bij een drukkerij worden afgedrukt.

Zoveel mogelijk als origineel


Hiermee worden bestanden gemaakt waarvan de afbeeldingen dezelfde resolutie hebben als het origineel. Afbeeldingen worden met verliesvrije compressie gecomprimeerd en worden niet verkleind. De bestandsgrootte wordt iets verkleind, vooral bij documenten die veel grote afbeeldingen bevatten. Deze instelling is ideaal wanneer de beeldkwaliteit erg belangrijk is.

Afbeeldingen ongewijzigd laten


Afbeeldingen niet comprimeren of verkleinen. Gebruik deze instellingen als uw afbeeldingen niet gecomprimeerd of verkleind mogen worden, maar wanneer u wel andere optimaliseringstaken wilt uitvoeren, zoals het verwijderen van objecten.

Aangepast
Hiermee kunt u specifieke instellingen selecteren voor de verschillende typen afbeeldingen in uw document, zoals kleuren- en grijswaardeafbeeldingen. Afhankelijk van de typen afbeeldingen in uw document zijn de volgende opties beschikbaar: l Verkleinen (dpi). Hiermee kunt u opgeven dat de originele dpi moet worden gehandhaafd of kunt u de dpi voor het renderen van iedere afbeelding kiezen. Als hier een lagere dpi wordt ingesteld, wordt de kwaliteit minder en het bestand kleiner. l Compressie. Hiermee wordt het type compressie voor afbeeldingen ingesteld. Als Automatisch wordt geselecteerd, selecteert Nitro PDF het type compressie dat het meest geschikt is voor het merendeel van de afbeeldingen in het document. U kunt de verschillende instellingen uitproberen om de beste balans tussen bestandsgrootte en beeldkwaliteit te bepalen. l Beeldkwaliteit. Als JPEG-compressie wordt geselecteerd, kunt u met deze instelling de gewenste beeldkwaliteit opgeven, afhankelijk van het beoogde gebruik van uw document. Hoe hoger de beeldkwaliteit, des te groter het bestand zal zijn.

166

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Documenteigenschappen
De velden met documentinformatie in Nitro Pro 7 zijn handig voor gebruikers die meer over een document willen weten, en komen vooral van pas als documenten moeten worden gendexeerd. Aan de hand van deze velden kunnen documenten in categorien worden ondergebracht en kunnen de zoekresultaten van zoekengines en andere indexen worden beperkt.

Documenteigenschappen weergeven
l

Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Documenteigenschappen, of druk op de sneltoets Ctrl+D.

167

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Documentinformatie en metagegevens
In Nitro Pro 7 kunt u de velden met de documenttitel, de auteur, het onderwerp en de trefwoorden en tevens uw eigen metagegevensvelden bewerken. Tip: Niet alle documentinformatie kan worden bewerkt. Veel velden zijn ingesteld toen het document werd gemaakt of voor het laatst werd bijgewerkt. Bijvoorbeeld: datum gemaakt, maker, optimalisatie, PDF-versie, enzovoort.

Documentinformatie of metagegevens toevoegen of bewerken


1. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Documenteigenschappen. 2. Typ tekst in de vakken Titel, Auteur, Onderwerp en Trefwoorden, of werk de bestaande tekst in deze vakken bij. 3. Klik op OK.

Eigen metagegevensvelden toevoegen of bewerken


1. 2. 3. 4. 5. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Documenteigenschappen. Klik op Bewerken. Typ tekst in de vakken Naam en Waarde en klik op Toevoegen. Klik op OK. Klik in het dialoogvenster Documenteigenschappen op OK.

168

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Documentbeveiliging
Het dialoogvenster Documenteigenschappen bevat informatie over de beveiliging en beperkingen die zijn ingesteld voor een PDF. Raadpleeg Instellingen voor bevoegdheden voor meer informatie over verschillende instellingen voor PDF-bevoegdheden.

De beveiliging van een bestand weergeven


1. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Documenteigenschappen. 2. Open het tabblad Beveiliging.

169

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Lettertypen
In het dialoogvenster Documenteigenschappen wordt informatie gegeven over de lettertypen die in een document zijn gebruikt. Raadpleeg Ingesloten lettertypen voor meer informatie over PDF-lettertypen.

Bekijken welke lettertypen in een document zijn gebruikt


l

Klik op de menuknop Bestand, klik op Documenteigenschappen en open het tabblad Lettertypen.

170

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Eigenschappen Eerste weergave


PDF-documenten kunnen zo worden ingesteld dat ze op een specifieke manier worden weergegeven wanneer ze in een PDF-viewer worden geopend. Als uw bestand bijvoorbeeld bladwijzers bevat en u deze makkelijk toegankelijk wilt maken voor de ontvangers, kunt u het document zo instellen dat het deelvenster Bladwijzers wordt weergegeven zodra het document wordt geopend. Ook kunt u een bepaald zoomniveau selecteren voor uw PDF, instellen op welke pagina het document wordt geopend, enzovoort. In Nitro Pro 7 worden deze instellingen via het dialoogvenster Documenteigenschappen opgegeven.
l

l l

Navigatie. Hiermee wordt ingesteld welk deelvenster standaard wordt weergegeven. De opties zijn Deelvenster Bladwijzers en pagina, Deelvenster Pagina's en pagina, en Alleen pagina (dus geen deelvenster). Paginaopmaak. Hiermee kunt u de weergavemodus voor pagina's instellen op Enkel, Doorlopend, Dubbel of Dubbel doorlopend. In-/uitzoomen. Hiermee stelt u het standaardniveau van vergroting in. Kies uit een lijst van vergrotingspercentages of selecteer de instelling Paginabreedte, Paginahoogte of Zichtbare inhoud. Document altijd openen op pagina. Hier kunt u opgeven op welke pagina de PDF moet worden geopend. Venster op grootte van document. Hiermee wordt de grootte van het venster aangepast aan de vergrotingswaarde die is ingesteld voor weergave van het document. Venster centreren op scherm. Hiermee wordt het applicatievenster gecentreerd op het scherm weergegeven. Volledig scherm. Hiermee wordt het document schermvullend geopend. Titelbalk van venster instellen op. Hier wordt ingesteld wat er in de titelbalk van de PDF-viewer wordt weergegeven. Dit kan de bestandsnaam zijn of de documenttitel. Menubalk verbergen. Hiermee worden de menu's verborgen als de PDF in Adobe Reader of Acrobat wordt geopend. Gereedschappen verbergen. Hiermee worden de werkbalken verborgen als de PDF in Adobe Reader of Acrobat wordt geopend. Vensterbesturingstoetsen verbergen. Hiermee worden het linkerdeelvenster en de statusbalk verborgen als de PDF in Adobe Reader of Acrobat wordt geopend.

Eigenschappen voor eerste weergave instellen


1. 2. 3. 4. Klik op de menuknop Bestand, klik op Documenteigenschappen en open het tabblad Lettertypen. Klik op de opties die u wilt gebruiken. Klik op OK. Klik in het dialoogvenster Documenteigenschappen op OK.

171

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Redactie
Met de functie Redactie worden delen van tekst of afbeeldingen permanent uit een PDF verwijderd en vervangen door zwarte blokjes. Zo kunt u vertrouwelijke informatie uit een alinea, tabel, kop of bitmapafbeelding verwijderen. De rest van het document blijft intact en kan normaal worden bekeken en afgedrukt. Het proces voor redactie bestaat uit twee stappen: het markeren van de gebieden voor redactie en het toepassen van de redactie: 1. Selecteer afbeeldingen, woorden, alinea's of pagina's en pas redactiemarkeringen toe. Redactiemarkeringen voor tekst en afbeeldingen zijn niet-destructief. Deze markeringen geven alleen aan welke delen van het PDF-document geselecteerd zijn voor redactie. 2. Als u hebt gecontroleerd of alle redactiemarkeringen goed zijn geplaatst en u de gemarkeerde inhoud permanent wilt verwijderen, past u de redacties toe. OPMERKING:Zodra de redactie is toegepast, worden alle gemarkeerde afbeeldingen en (delen van) pagina's permanent verwijderd. Geredigeerde inhoud kan dan niet meer worden hersteld met Ongedaan maken (Ctrl + Z). Redacties worden pas in het PDF-document opgeslagen wanneer u het PDF-bestand opslaat. Als u ongewenste redacties hebt toegepast, sluit het bestand dan onmiddellijk zonder het op te slaan, en open het bestand vervolgens opnieuw. Als u een PDF-bestand met redacties opslaat, wordt u aanbevolen het bestand onder een andere naam op te slaan en aan te geven dat dit een geredigeerd bestand is. Nitro Pro 7 vraagt u om _redacted aan de bestandsnaam toe te voegen. Redactie is uitsluitend van invloed op tekst en afbeeldingen in de inhoudslaag van het document. Als u een aantekening of vectorafbeeldingen wilt verwijderen, klikt u erop met de rechtermuisknop en selecteert u Verwijderen in het menu. Raadpleeg Aantekeningenlaag en inhoudslaag voor verdere informatie. Metagegevens worden niet uit uw PDF-document verwijderd met redactie. Verdere informatie hierover kunt u vinden in Metagegevens verwijderen.

Markeren voor redactie


Tekst markeren voor redactie
1. Klik in het tabblad Beveiligen op Inhoud markeren en selecteer Markeren voor redactie. De muisaanwijzer verandert in een verticale streep wanneer u tekst aanwijst, in een pijl wanneer u afbeeldingen aanwijst, en in een dradenkruis wanneer u andere items aanwijst. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Sleep over tekst (terwijl de aanwijzer de vorm van een verticale streep heeft) om delen van een woord, woorden, regels of een alinea te markeren. o Dubbelklik op een woord om het hele woord te markeren. o Sleep (met de aanwijzer in de vorm van een dradenkruis) om een rechthoek te markeren.

172

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een afbeelding markeren voor redactie


1. Klik in het tabblad Beveiligen op Inhoud markeren en selecteer Markeren voor redactie. De muisaanwijzer verandert in een verticale streep wanneer u tekst aanwijst, in een pijl wanneer u afbeeldingen aanwijst, en in een dradenkruis wanneer u andere items aanwijst. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: o Dubbelklik met de pijl op een beeld om de hele afbeelding voor redactie te markeren. o Sleep (met de aanwijzer in de vorm van een dradenkruis) om een rechthoek te markeren. OPMERKING: Redactiemarkeringen houden rekening met de volgorde waarin tekst en afbeeldingen gestapeld zijn. Alle afbeeldingen en tekst onder de redactiemarkering worden geredigeerd. Voorbeeld 1: als er tekst op een afbeelding staat en de tekst wordt gemarkeerd, wordt het gebied van de afbeelding onder de gemarkeerde tekst ook geredigeerd. Voorbeeld 2: Als er tekst vr een achtergrondafbeelding op een pagina is geplaatst en de afbeelding wordt geredigeerd, blijft de tekst intact. Het kan zijn dat de redactiemarkering dezelfde kleur als de tekst heeft, maar de tekst blijft gewoon staan en kan worden geselecteerd en gekopieerd.

Pagina's markeren voor redactie


1. Klik op de tab Pagina's aan de linkerkant van het venster. Het deelvenster Pagina's wordt geopend. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het deelvenster Pagina's: o Pagina's redigeren: selecteer meerdere pagina's door erop te klikken terwijl u Shift ingedrukt houdt, klik met de rechtermuisknop en selecteer Pagina's redigeren. o Paginabereik redigeren: geef een paginabereik op voor redactiemarkering en filter dan op alle pagina's of alleen op oneven of even pagina's. Standaard worden gebieden voor redactie rood gemarkeerd. Plaats de muisaanwijzer op een gemarkeerd gebied om te kijken hoe de redactiemarkering eruitziet wanneer de redactie is toegepast. Het geselecteerde gebied is bedekt door een zwarte rechthoek. TIP:met Redactie-eigenschappen kunt u de kleuren en andere kenmerken van redactiemarkeringen en redacties instellen.

Markeringen op pagina's herhalen


1. Klik met de rechtermuisknop op een redactiemarkering en selecteer Markering op pagina's herhalen. 2. Geef een paginabereik op om voor redactie te markeren en filter dan op alle pagina's of alleen op oneven of even pagina's. 3. Klik op OK om de redactiemarkering op dezelfde plaats op andere pagina's te herhalen. TIP: Markering op pagina's herhalen is handig als u met behulp van redactie kop- of voettekst uit iedere pagina wilt verwijderen.

Een redactiemarkering verwijderen


Als u een redactiemarkering wilt verwijderen, gebruikt u de functie Markeren voor redactie of het gereedschap Handje of Selecteren en voert u een van de volgende handelingen uit:

173

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

l l

Klik op een gebied dat gemarkeerd is voor redactie en druk op de toets Delete. Klik met de rechtermuisknop op een gebied dat gemarkeerd is voor redactie en selecteer Verwijderen in het menu.

Redacties toepassen
Ga als volgt te werk om een redactie op een afzonderlijke redactiemarkering toe te passen: 1. Klik met de rechtermuisknop op de markering. 2. Selecteer Redactie toepassen in het contextmenu. Voer een van de volgende handelingen uit om redacties op alle gemarkeerde gebieden toe te passen: l Klik in het tabblad Beveiligen op Redactie en selecteer Redacties toepassen. l Druk op Ctrl+Shift+V. OPMERKING:als u uw PDF-bestand opslaat (met Opslaan of Opslaan als) nadat een redactie is toegepast, vraagt Nitro Pro 7 u om _redacted aan de bestandsnaam van het originele PDF-bestand toe te voegen, zodat dit bestand niet wordt overschreven.

Redactie-eigenschappen instellen
Ga als volgt te werk om standaardeigenschappen voor redactie in te stellen: 1. Klik in het tabblad Beveiligen op Inhoud markeren en selecteer Eigenschappen redactiemarkeringen. Het dialoogvenster Redactie-eigenschappen wordt weergegeven. 2. Geef in het tabblad Vormgeving overlay de standaardeigenschappen voor redactie op, zoals de kleur van de markering, en klik op OK. Ga als volgt te werk om de redactie-eigenschappen voor een specifieke redactiemarkering in te stellen: 1. Klik met de rechtermuisknop op de markering en selecteer Eigenschappen. Het dialoogvenster Redactie-eigenschappen wordt weergegeven. 2. Geef eigenschappen op (zoals kleur en redactiecodes) die afwijken van de standaardeigenschappen. Deze instellingen overschrijven de standaardinstellingen die in het tabblad Beveiligen zijn ingesteld, en worden alleen op de geselecteerde redactiemarkering toegepast. Als u de eigenschappen (inclusief de redactiecodes) van een bepaalde redactiemarkering wilt gebruiken als de standaardinstellingen voor alle volgende redacties, klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u Huidige eigenschappen als standaard instellen.

Redactiecodes
Redactiecodes geven aan waarom bepaalde inhoud geredigeerd is. Nitro Pro 7 beschikt over een set veelgebruikte redactiecodes, ook wel Exemption Codes (vrijstellingscodes) genoemd, die van toepassing zijn op de Amerikaanse FOIA (wet op de vrijheid van informatie) en Privacy Act (privacywet), bijvoorbeeld (b)1A. TIP:U kunt standaardredactiecodes opgeven wanneer u redactiemarkeringen instelt. Redactiecodes kunnen tevens worden aangepast en u kunt uw eigen set aangepaste redactiecodes definiren. U kunt ook uw eigen tekst voor een redactiemarkering opgeven. Ga als volgt te werk om standaardredactiecodes aan redactiemarkeringen te koppelen:

174

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

1. Klik in het tabblad Beveiligen op Redactie en selecteer Redactie-eigenschappen in het menu. Het dialoogvenster Redactie-eigenschappen wordt weergegeven. 2. Schakel het selectievakje Overlaytekst gebruiken in. 3. Geef een opvulkleur, lettertype en grootte voor de overlaytekst op. 4. Selecteer een redactiecode uit een codeset in het tabblad Vormgeving overlay: a. Selecteer Redactiecode. b. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Codesets de gewenste codeset, bijvoorbeeld US FOIA. c. In de vervolgkeuzelijst Codes kunt u een code uit de geselecteerde Codeset selecteren. Selecteer een of meer redactiecodes in de lijst Codes. In het veld naast Redactiecode wordt een voorbeeld weergegeven van de codes die u gebruikt. Geselecteerde codes worden standaard aan alle nieuwe redactiemarkeringen toegevoegd. Als u deze standaardselectie van codes wilt stoppen, klikt u om de selectie van de code in de lijst op te heffen. 5. Klik op OKom de standaardredactiecodes voor redactiemarkeringen op te slaan. TIP:als u uw eigen tekst voor een redactiecode wilt opgeven in plaats van een keuze uit een codeset te maken, selecteert u Eigen tekst in het tabblad Vormgeving overlay (zie stap 4 hierboven) en typt u de tekst voor de aantekening. Ga als volgt te werk om redactiecodes aan een bestaande redactiemarkering te koppelen: 1. Klik met de rechtermuisknop op de markering en selecteer Eigenschappen. Het dialoogvenster Redactie-eigenschappen wordt weergegeven. 2. Volg de bovenstaande stappen 2 t/m 4. 3. Klik op Sluitenom de geselecteerde redactiecodes aan de redactiemarkering te koppelen. Ga als volgt te werk om codesets en redactiecodes aan te passen: 1. Klik in het tabblad Beveiligen op Inhoud markeren en selecteer Eigenschappen redactiemarkeringen. Het dialoogvenster Redactie-eigenschappen wordt weergegeven. 2. Schakel het selectievakje Overlaytekst gebruiken in het tabblad Vormgeving overlay in. 3. Selecteer een codeset in het menu Codesets. In de lijst Codes worden de beschikbare redactiecodes weergegeven. 4. Klik op Codesets bewerken om redactiecodes aan te passen. Het dialoogvenster Redactiecodeeditor wordt weergegeven. Gebruik dit venster om codesets en de codes in iedere set te bewerken. 5. Selecteer een of meer redactiecodes in de lijst, pas de codes aan en klik op OK. OPMERKING:redactiecodesets zijn opgeslagen in een XML-bestand op de volgende locatie: %appdata%\Nitro PDF\Professional\7.0\Redaction\ Geavanceerde gebruikers en IT-beheerders kunnen dit bestand desgewenst rechtstreeks bewerken.

Zoeken en redigeren
Met Zoeken en redigeren kunt u zoeken naar trefwoorden of woordgroepen en kunt u de resultaten markeren voor redactie. 1. Klik in het tabblad Beveiligen in de groep Redactie op Zoeken en redigeren. 2. Voer een zoekterm in en klik op Zoeken. Er verschijnt een lijst met zoekresultaten. Klik op +om de lijst met zoekresultaten uit te vouwen. De resultaten van achtereenvolgende zoekbewerkingen worden aan de lijst zoekresultaten toegevoegd.

175

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

3. Schakel de selectievakjes naast de zoekresultaten in om termen in de lijst te selecteren. Door de selectievakjes in te schakelen, wordt de bijbehorende tekst gemarkeerd. Schakel de selectievakjes uit als u de markering wilt verwijderen. 4. Klik op Redactie. De redactie wordt nu toegepast op alle redactiemarkeringen in het PDFdocument. TIP:Door op een zoekresultaat te klikken, gaat u rechtstreeks naar de plaats van de gevonden tekst in het PDF-document. De redactiemarkering wordt weergegeven als geselecteerde tekst.

176

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Metagegevens verwijderen
Metagegevens zijn ondersteunende gegevens over het PDF-document. Deze gegevens beschrijven eigenschappen zoals de auteurs, de datum waarop het document is gemaakt, referentienummers, informatie over ingesloten lettertypen, enzovoort. Metagegevens kunnen op twee plaatsen in een PDF-bestand voorkomen: l Woordenboek met documentinformatie. Als u deze velden in Nitro Pro 7 wilt zien, selecteert u Documenteigenschappen in het menu Bestand. Het gaat hier om een set gedefinieerde metagegevensvelden (Titel, Auteur, Maker, Gemaakt, Gewijzigd) waarin specifieke informatietypen worden opgeslagen. l Metagegevensstream. Een metagegevensstream is een methode voor het opslaan van metagegevens in een PDF-bestand. Zolang de inhoud van de metagegevensstream in XMP (Extensible Metadata Platform) wordt weergegeven, kan alles in de metagegevensstream worden opgeslagen. Als het bijvoorbeeld via een applicatie voor fotobeheer mogelijk is om foto's naar een PDF-bestand te exporteren, kan aan iedere foto een metagegevensstream worden gekoppeld met de naam van de persoon die de foto heeft gemaakt. OPMERKING:metagegevens van documenten kunnen in Nitro Pro 7 niet worden weergegeven.

Redenen voor het verwijderen van metagegevens


De functie Redactie biedt u de mogelijkheid vertrouwelijke informatie of afbeeldingen te verwijderen uit de inhoud die gebruikers op de pagina te zien krijgen. Metagegevens zijn echter in veel PDF-viewers en editors onzichtbaar. Sommige metagegevens kunnen van vertrouwelijke aard zijn en zijn daarom niet geschikt voor publicatie. Met de functie Metagegevens verwijderen in Nitro Pro 7 worden alle sporen van metagegevens verwijderd. Verdere informatie hierover kunt u vinden in Redactie.

Metagegevens verwijderen
Met de functie Metagegevens verwijderen worden alle exemplaren van beide typen metagegevens uit het PDF-document verwijderd. Ga als volgt te werk om metagegevens te verwijderen: 1. Klik in het tabblad Beveiligen in de groep Redactie op Metagegevens verwijderen. 2. Er verschijnt een dialoogvenster waarin u moet bevestigen dat u alle metagegevens wilt verwijderen. Klik op OK.

177

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Koppelingen
l l l l l

Een koppeling toevoegen Koppelingen bewerken Automatische paginakoppelingen Webkoppelingen van URL's maken Automatisch trefwoordkoppelingen maken

178

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een koppeling toevoegen


Klik op het gereedschap Koppeling en teken de omtrek van de koppeling op de pagina om handmatig een koppeling aan uw PDF-pagina toe te voegen. Als de koppeling eenmaal op de pagina is ingevoerd, kunt u de weergave ervan bewerken en instellen welke actie moet worden uitgevoerd wanneer de gebruiker op de koppeling klikt.

Een koppeling aan een PDF-document toevoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op Koppeling. 2. Klik en sleep de aanwijzer op de pagina om de koppeling toe te voegen. 3. Stel in het venster Koppeling maken de eigenschappen voor Vormgeving koppeling in en selecteer de koppelingsactie. 4. Klik op Volgende om de opties voor de geselecteerde koppelingsactie te configureren. 5. Sleep de koppeling naar de gewenste positie of versleep een van de hoekhandgrepen om het formaat te wijzigen.

179

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Koppelingen bewerken
U kunt bepalen hoe koppelingen worden weergegeven, inclusief welke kleur ze hebben en hoe ze eruitzien wanneer gebruikers erop klikken. Desgewenst kunt u uw koppelingen ook verankeren, zodat iedere koppeling de oorspronkelijke plaats en eigenschappen behoudt. Als u een set koppelingen in een PDF hebt gemaakt en deze nauwkeurig op een pagina moeten worden geplaatst (bijvoorbeeld als u navigatiekoppelingen in de kop- of voettekst van een pagina hebt gemaakt) kunt u hiervoor de uitlijningsfuncties voor koppelingen in het groepsmenu Koppelingengereedschap gebruiken.

De vormgeving van koppelingen in PDF-documenten bewerken


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling en klik vervolgens op Koppelingen bewerken. 2. Klik met de rechtermuisknop op de koppeling die u wilt bewerken en klik op Eigenschappen. 3. Klik in het tabblad Vormgeving op de opties die u wilt veranderen. Tip:als u de vormgeving van meerdere koppelingen wilt wijzigen, selecteert u deze door de Ctrl-toets ingedrukt te houden en op iedere koppeling te klikken.

Een standaardstijl voor koppelingen instellen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling en klik vervolgens op Koppelingen bewerken. 2. Klik met de rechtermuisknop op een koppeling die de gewenste stijl heeft en en selecteer Huidige vormgeving als nieuwe standaard gebruiken.

Koppelingen uitlijnen, vergroten/verkleinen en verplaatsen


1. Als u een set koppelingen in een PDF hebt gemaakt en deze nauwkeurig op een pagina moeten worden geplaatst (bijvoorbeeld als u navigatiekoppelingen in de kop- of voettekst van een pagina hebt gemaakt) kunt u hiervoor de uitlijningsfuncties voor koppelingen gebruiken. 2. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling en klik vervolgens op Koppelingen bewerken. 3. Houd de Ctrl-toets ingedrukt en klik op iedere koppeling die u wilt wijzigen. 4. Klik met de rechtermuisknop en maak een keuze uit de opties Uitlijnen, Centreren, Verdelen en Grootte. Opmerking: u moet ten minste twee koppelingen selecteren om de opties Uitlijnen, Centreren, Verdelen en Grootte te kunnen gebruiken.

De plaats en eigenschappen van koppelingen vergrendelen en ontgrendelen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling en klik vervolgens op Koppelingen bewerken. 2. Kik met de rechtermuisknop op de koppeling en selecteer Eigenschappen. 3. Klik op de optie Geblokkeerd. 4. Klik op Sluiten.

180

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Koppelingen verwijderen
1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling en klik vervolgens op Koppelingen bewerken. 2. Selecteer de koppeling door erop te klikken. 3. Voer een van de volgende handelingen uit: l Druk op de toets Delete op het toetsenbord. l Kik met de rechtermuisknop op de koppeling, klik op Bewerken en vervolgens op Verwijderen.

181

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Automatische paginakoppelingen
Met de functie voor automatische paginakoppelingen kunt u alle nummers in een gebied op de pagina omzetten in actieve hyperlinks, waardoor elk nummer aan de corresponderende pagina in het document wordt gekoppeld. Dit is de ideale manier om bepaalde delen van uw document, zoals een inhoudsopgave of index, intelligenter en gebruiksvriendelijker te maken. Selecteer eenvoudig het gewenste deel van de pagina of de gewenste reeks pagina's en start de functie om de nummers in actieve koppelingen om te zetten.

Paginakoppelingen maken
1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling. 2. Klik op Automatische paginakoppelingen. 3. Specificeer het deel van de pagina of de reeks pagina's op een van de volgende manieren: l Als u slechts een gedeelte van de pagina wilt doorzoeken, selecteert u dit door te klikken en te slepen, en geeft u op welke pagina's moeten worden doorzocht. l Als u de hele pagina of een reeks volledige pagina's wilt doorzoeken, selecteert u de optie Pagina's en geeft u de gewenste pagina('s) op. 4. Klik op de opties om te bepalen hoe de koppelingen moeten worden weergegeven. 5. Klik op de knop Maken om de koppelingen te genereren.

182

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Webkoppelingen van URL's maken


Met de functie 'Webkoppelingen maken' worden URL's in uw PDF opgezocht en in actieve webkoppelingen omgezet.

Actieve webkoppelingen maken


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling. 2. Klik op Webkoppelingen maken. 3. Selecteer de optie voor de pagina's waarop koppelingen moeten worden gezocht.

183

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Automatisch trefwoordkoppelingen maken


Met Nitro Pro 7 kunt u een bepaald woord of een bepaalde woordgroep overal in een bestand als actieve hyperlink instellen. Zo kunt u de naam van uw bedrijf overal in een document omzetten in een koppeling waarmee uw website wordt geopend. De functie Automatische trefwoordkoppeling biedt twee opties: u kunt alle exemplaren van het trefwoord een voor een als koppeling accepteren, of u kunt alle exemplaren automatisch in n keer omzetten. Er kunnen verschillende acties worden geselecteerd voor de koppelingen. Zo kan een koppeling bijvoorbeeld een URL activeren, een specifieke pagina of benoemde bestemming openen of zelfs het volgende exemplaar van het woord in het document weergeven.

Trefwoordkoppelingen maken
1. 2. 3. 4. 5. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Koppeling. Klik op Automatische trefwoordkoppelingen. Typ het woord of de woordgroep waarvan u een actieve koppeling wilt maken, in het vak Zoeken. Klik op de pijl naast de lijst Actietype en selecteer de actie die moet worden uitgevoerd. Klik in het vak Koppelingseigenschappen op de gewenste opties voor de weergave van de koppelingen. 6. Voer een van de volgende handelingen uit om de koppelingen te maken: l Als u alle trefwoorden in hyperlinks wilt omzetten, klikt u op de knop Alle maken. l Als u elk exemplaar van het trefwoord wilt controleren voordat het wordt omgezet, klikt u op Volgende zoeken. Vervolgens klikt u op Maken als u het gevonden trefwoord in een koppeling wilt omzetten. 7. Klik op Sluiten.

184

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bladwijzers
Bladwijzers in Nitro Pro 7 werken ongeveer zoals een gewone boekenlegger. Ze voorzien in een koppeling naar bepaalde pagina's in een document, zodat u deze sneller terug kunt vinden, en bieden tevens enkele andere functies, waaronder: l Naar een pagina in het huidige PDF-document gaan l Naar een pagina in een ander PDF-document gaan l Naar een webpagina gaan l Een ander bestand openen l Een formulier opnieuw instellen l Een formulier verzenden l JavaScript uitvoeren Met elektronische bladwijzers kunt u deze koppelingen groeperen in hirarchien, exacte tekstlabels voor de bladwijzers opgeven en uw document zo instellen dat de bladwijzers worden weergegeven of verborgen wanneer het document voor het eerst wordt geopend. Een set goed ingedeelde bladwijzers geeft de gebruiker inzicht in de structuur van lange documenten. Bovendien kunt u gebruikers door het toevoegen van bladwijzers stimuleren om documenten online te lezen in plaats van papier te verspillen door ze af te drukken. Bladwijzers worden meestal gebruikt als koppelingen naar andere pagina's in uw PDF en bieden een van de eenvoudigste manieren om uw documenten gebruiksvriendelijker te maken.

Bladwijzers in een PDF-document bekijken


Klik op de navigatietab Bladwijzer aan de linkerkant van het Nitro Pro-venster. Het deelvenster Bladwijzers wordt geopend.

Een PDF-document zodanig configureren dat het met het deelvenster Bladwijzers wordt geopend
U kunt een document zodanig instellen dat het deelvenster Bladwijzers wordt weergegeven wanneer u het document opent. Dit doet u als volgt: 1. Klik op Documenteigenschappen in het menu Bestand. Het dialoogvenster Documenteigenschappen wordt weergegeven. 2. Selecteer in het tabblad Eerste weergave in het menu Navigatie de optie Deelvenster Bladwijzers en pagina. Verdere informatie hierover kunt u vinden in: l Bladwijzers bekijken en gebruiken l Een bladwijzer maken l Automatisch bladwijzers maken l Een bladwijzer bewerken

185

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bladwijzers bekijken en gebruiken


Bladwijzers worden weergegeven in het deelvenster Bladwijzers, links van het documentvenster.

Het deelvenster Bladwijzers openen


1. Klik op de tab Bladwijzer (een van de navigatietabs aan de linkerkant van het Nitro Pro-venster).

Het lettertype in het deelvenster Bladwijzers vergroten of verkleinen


1. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Voorkeuren. 2. Klik op Interface en klik in de lijst Tekstgrootte bladwijzers op de gewenste tekstgrootte. 3. Klik op OK.

186

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Een bladwijzer maken


U kunt bladwijzers maken door tekst op een pagina te selecteren en deze als bladwijzer in te stellen, of door een naamloze bladwijzer toe te voegen en deze in te stellen en een naam te geven in het deelvenster Bladwijzers. Wanneer u bladwijzers toevoegt die als koppeling naar een ander deel van hetzelfde document fungeren, bent u niet beperkt tot alleen paginakoppelingen, maar kunt u precies bepalen wat de gebruikers te zien krijgen. U kunt bijvoorbeeld zorgen dat de bladwijzer een andere pagina opent en meteen inzoomt op een klein deel van die pagina. Dit doet u door de actie-eigenschap van de bladwijzer in te stellen.

Een bladwijzer aan een PDF-document toevoegen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op Bladwijzer. 2. Typ het label voor uw bladwijzer in het deelvenster Bladwijzers. Opmerking: Bladwijzers die op deze manier worden ingesteld, zijn standaard gekoppeld aan de pagina die op dat moment wordt weergegeven. Raadpleeg het onderstaande gedeelte over het bewerken van bladwijzers als u een andere actie voor uw bladwijzer wilt instellen.

Een kop of tekst als bladwijzer instellen


1. 2. 3. 4. Klik in een willekeurig tabblad in het groepsmenu Gereedschappen op de optie Selecteren. Markeer de gewenste tekst. Kik met de rechtermuisknop en selecteer Bladwijzer toevoegen. Sleep de bladwijzer in het deelvenster Bladwijzers naar de gewenste positie in de lijst.

187

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Automatisch bladwijzers maken


Met de functie 'Automatisch bladwijzers maken' worden bladwijzers geheel automatisch in uw PDF's gemaakt, waardoor de bruikbaarheid van de PDF's die u publiceert, aanzienlijk wordt verbeterd. Gebruik deze functie om bladwijzers automatisch te genereren op basis van lettertypestijlen (koppen, hoofdstukken, enz.) en de indeling die u in uw PDF's gebruikt. U kunt de functie tevens gebruiken om bladwijzers te maken op basis van de tekst- en numerieke inhoud van de PDF-bestanden. Dit doet u met gebruik van de functies voor tekstmaskers en wildcards.

Automatisch bladwijzers maken


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Bladwijzer. 2. Klik op Automatisch bladwijzers maken. 3. Klik in het dialoogvenster Bladwijzers maken op Niveau 1. Het dialoogvenster Bladwijzerkenmerken selecteren wordt geopend. 4. Voer een van de volgende handelingen uit: l Selecteer een deel van de tekst (bijvoorbeeld de kop) op de pagina met de muisaanwijzer. l Schakel de selectievakjes in van de eigenschappen die u wilt gebruiken om de bladwijzers te maken. 5. Klik op OK. 6. Als u bladwijzers op meerdere niveaus wilt maken, klikt u op Niveau 2 (enzovoort) en voert u stap 4 en 5 nogmaals uit. 7. Klik in het dialoogvenster Bladwijzers maken op Maken. Tip: Met Nitro Pro 7 kunt u automatisch bladwijzers van Word-documenten maken op basis van de stijlen die hierin zijn gebruikt. Zie het gedeelte Zie \"Instellingen van Microsoft Officeinvoegtoepassingen"\ op pagina 50 in de gebruikershandleiding voor meer informatie.

Bladwijzerkenmerken selecteren
U kunt vijf teksteigenschappen gebruiken wanneer u de eigenschappen selecteert op basis waarvan de bladwijzers worden gemaakt. Door de verschillende eigenschappen te combineren, worden alleen bladwijzers gemaakt wanneer wordt voldaan aan de criteria van die eigenschappencombinatie. Als de tekst in het document niet aan de criteria voldoet, worden er geen bladwijzers gemaakt. l Lettertypenaam. Hiermee worden bladwijzers gemaakt van het geselecteerde lettertype. As u op de knop Vernieuwen naast Lettertypenaam klikt, wordt de lettertypelijst bijgewerkt met de namen van alle lettertypen die in het document zijn gebruikt. Ingesloten lettertypen worden hierin niet opgenomen. l Lettertypegrootte. Hiermee worden bladwijzers gemaakt van tekst met de opgegeven grootte. l Lettertypekleur. Hiermee worden bladwijzers gemaakt van tekst met de opgegeven kleur. l Links inspringen. Hiermee worden bladwijzers gemaakt van tekst die met de opgegeven afstand inspringt ten opzichte van de linkerrand van de pagina. Een voorbeeld hiervan zijn koppen met opsommingstekens. Door deze links ingesprongen koppen met opsommingstekens te selecteren en de eigenschap Lettertypenaam in te schakelen, worden bladwijzers gemaakt van de koppen met opsommingstekens: Lettertypenaam, Lettertypegrootte, Lettertypekleur, Links inspringen en Tekstmasker (als de eigenschap Lettertypenaam niet is ingeschakeld, wordt alle tekst met dezelfde inspringing als de opsommingstekens, omgezet in een bladwijzer).

188

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

l l

Tekstmasker. Hiermee worden bladwijzers gemaakt van tekst die overeenkomt met de tekens die in het tekstvak Tekstmasker zijn ingevoerd. Tekstmaskers zijn een handige methode als er geen specifieke bladwijzereigenschappen zijn, of als u bepaalde tekst, die anders als bladwijzer zou worden gebruikt, wilt uitsluiten. Raadpleeg het gedeelte over tekstmaskers voor verdere informatie over het gebruik van deze speciale tekens. Trefwoordenlijst. Met dit kenmerk kunt u bepaalde bladwijzers opnemen en uitsluiten op basis van tekstlabels. Het trefwoordenbestand is een gewoon tekstbestand met een lijst woorden. Als u Inclusief inschakelt, worden alleen bladwijzers gemaakt van tekst die een of meer van de trefwoorden in die lijst bevat. Als u Exclusief inschakelt, worden er geen bladwijzers gemaakt van tekst die een of meer van de trefwoorden in die lijst bevat. Herhaalde koppen negeren. Hiermee wordt alleen een bladwijzer gemaakt voor het eerste exemplaar van een herhaalde bladwijzernaam. Koppen met meerdere regels. Hiermee worden bladwijzers gemaakt van meerdere regels tekst. Voorloopnummers. Met dit kenmerk kunt u voorloopnummers verwijderen uit of toevoegen aan bladwijzers. Dit is bijvoorbeeld handig voor koppen en hoofdstukken die genummerd zijn. Deze nummers worden dan weggelaten in de bladwijzerlabels die automatisch worden gegenereerd. Tekstmaskers. Hiermee wordt inhoud opgenomen of weggelaten uit bladwijzers op basis van door u opgegeven wildcards. In plaats van een PDF-bestand af te zoeken naar kenmerken (lettertypenaam, -grootte en -kleur) en indeling (inspringing) kunt u met de functie Tekstmasker de tekst van de bestanden doorzoeken om tekst op te nemen of weg te laten als bladwijzers. Tekstmaskers worden vooral gebruikt als de bestanden weinig specifieke bladwijzerkenmerken bezitten (als het PDF-bestand niet goed of inconsistent gestructureerd is) of als u bepaalde bladwijzers wilt weglaten op basis van hun tekstuele inhoud.

Tekstmaskers
Tekstmaskers bieden geavanceerdere functies voor het opnemen of weglaten van bladwijzers op basis van de wildcards die u opgeeft. Tekstmaskers worden vooral gebruikt als de bestanden weinig specifieke bladwijzerkenmerken bezitten (als het PDF-bestand niet goed of inconsistent gestructureerd is) of als u bepaalde bladwijzers wilt weglaten op basis van hun tekstuele inhoud.

.
De punt (.) komt overeen met n instantie van een willekeurig teken. Voorbeeld: als P.F in het veld Tekstmasker wordt ingevoerd, wordt er een bladwijzer gemaakt van iedere tekstregel die PDF, PeF, PdF, enz. bevat.

^
Met het accent circonflexe (^) wordt er alleen een bladwijzer gemaakt als de opgegeven tekst aan het begin van de regel staat. Voorbeeld: Door de tekst ^abc op te geven, wordt er alleen een bladwijzer gemaakt als de regel begint met abc. Begint de regel met 1.0 abc, dan wordt er geen bladwijzer gemaakt.

189

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

$
Met het dollarteken ($) wordt er alleen een bladwijzer gemaakt als de opgegeven tekst aan het einde van de regel staat. Als u alleen bladwijzers wilt maken van regels die precies overeenkomen met de tekst die u opgeeft, dient u zowel ^ als $ te gebruiken. Voorbeeld: Als u de tekst "abc$" invoert, wordt er alleen een bladwijzer gemaakt van tekst met regels die eindigen met "abc". Voor regels die eindigen met "...xyzabc" wordt dus een een bladwijzer gegenereerd, maar voor regels die eindigen met "abcxyz" niet.

[]
Voor alle regels die tekens tussen de vierkante haken ([ ]) bevatten, wordt een bladwijzer gegenereerd. De tekens kunnen afzonderlijk of als een reeks tekens worden opgegeven. Voorbeeld: Met [abc] worden bladwijzers gegenereerd van alle regels die de tekens a, b of c bevatten. Dit in tegenstelling tot "abc", waarbij alleen bladwijzers worden gegenereerd van regels die de letterreeks abc bevatten. Met [a-dA-D] worden bladwijzers gemaakt van regels die kleine of hoofdletters tussen a en d (dus a, b, c, d, A, B, C en D) bevatten.

[^]
Tekst met tekens tussen de vierkante haken ([ ]) en na het accent circonflexe (^) wordt niet omgezet in een bladwijzer. Deze functie is vooral nuttig in combinatie met andere bladwijzerkenmerken om te voorkomen dat er ongewenste bladwijzers worden gegenereerd. Dit betekent wel dat alle andere tekst die niet tussen vierkante haken staat, potentieel materiaal is om als bladwijzer gegenereerd te worden. U kunt dit kenmerk daarom het beste in combinatie met een andere bladwijzerselectie gebruiken. Als u bijvoorbeeld waarden zoals 1.0 wilt uitsluiten, dient u dit te wijzigen in [^0-9\.]. De backslash (\) wordt hieronder toegelicht en is nodig omdat de punt (.) als een speciaal teken wordt beschouwd in tekstmaskers. Voorbeeld: Wanneer u [^0-9] opgeeft, worden er nog altijd bladwijzers met cijfers gegenereerd als de tekstregel ook een ander teken bevat. Zo wordt 1.0 in een bladwijzer omgezet omdat er een punt in voorkomt.

\
De backslash (\) wordt gebruikt als u wilt zoeken naar een speciaal teken zoals een punt (.) of dollarteken ($). Deze speciale tekens worden in het veld Tekstmasker gebruikt om speciale tekstovereenkomsten te zoeken. Voorbeeld: Voer \$ in om tekst in het document te zoeken die het dollarteken bevat en deze tekst om te zetten in een bladwijzer. Zo wordt de opdracht die gewoonlijk met "$" in het tekstmasker wordt uitgevoerd, dus genegeerd.

*
Gebruik het sterretje (*) als u bladwijzers wilt genereren van meer dan n set tekens.

190

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Voorbeeld: voer a*b in om bladwijzers te genereren van regels die a en/of b bevatten.

+
Gebruik het plusteken (+) als u bladwijzers wilt genereren van n set tekens in een bepaalde volgorde. Er kunnen bladwijzers worden gegenereerd van het eerste teken of de eerste paar tekens vr het plusteken. Er kunnen echter alleen bladwijzers worden gegenereerd van tekens na het plusteken als de tekens vr het plusteken ook aanwezig zijn. Voorbeeld: Voer a+b in om bladwijzers te maken van iedere tekstregel die ab, aab, aaab enzovoort bevat. Tekst zoals ba, of cb wordt genegeerd.

?
Net als het plusteken dient het vraagteken (?) voor het maken van een bladwijzer van een set tekens in een bepaalde volgorde. In dit geval kunnen echter alleen bladwijzers worden gemaakt van de tekens vr het vraagteken als de tekens erna ook aanwezig zijn. De tekens na het vraagteken kunnen voor bladwijzers worden gebruikt, ongeacht of de tekens ervr aanwezig zijn. Voorbeeld: voer a?b in om bladwijzers te genereren van tekstregels met ab, abb of alleen b.

()
Hiermee kunnen tekens worden gegroepeerd en met andere speciale tekens worden gecombineerd. Voorbeeld: voer (a*b)$ in om bladwijzers te maken van tekstregels met a en/of b, maar alleen als deze regels eindigen met a of b.

|
Hiermee worden bladwijzers gemaakt van een van de twee opgegeven tekenreeksen. Voorbeeld: voer a | b in het veld Tekstmasker in om bladwijzers te maken van tekstregels die a of b bevatten.

191

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bladwijzers bewerken
Nitro Pro 7 biedt alle functies die u nodig hebt om de bladwijzers in uw PDF-documenten te bewerken, rangschikken, groeperen of verwijderen, of om de weergave ervan te wijzigen. Tip:U kunt meerdere bladwijzers tegelijk bewerken. Als u een reeks gerangschikte bladwijzers wilt bewerken, klikt u op de eerste in de reeks, houdt u de Shift-toets ingedrukt en klikt u op de laatste. Als u meerdere niet-aaneengesloten bladwijzers wilt selecteren, houdt u Ctrl ingedrukt terwijl u ze selecteert.

De actie van een bladwijzer instellen


1. Klik in het deelvenster Bladwijzers met de rechtermuisknop op de gewenste bladwijzer en selecteer Eigenschappen. 2. Open het tabblad Actie. 3. Klik op de gewenste actie in de lijst Actie en klik vervolgens op Actie toevoegen. 4. Stel de actie in. 5. Klik op Sluiten.

Een bladwijzer verwijderen


1. Selecteer de bladwijzer in het deelvenster Bladwijzers en voer een van de volgende handelingen uit: l Druk op de toets Delete. l Kik met de rechtermuisknop en klik vervolgens op Verwijderen.

Alle bladwijzers verwijderen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Navigatie op de pijl onder Bladwijzer. 2. Klik op Alle bladwijzers verwijderen.

De naam van een bladwijzerlabel wijzigen


1. Voer een van de volgende handelingen uit in het deelvenster Bladwijzers: l Kik met de rechtermuisknop en klik vervolgens op Naam wijzigen. l Dubbelklik op het bladwijzerlabel. 2. Typ de nieuwe naam voor de bladwijzer.

De weergave van bladwijzers wijzigen


1. Klik met de rechtermuisknop op de bladwijzer(s), selecteer Eigenschappen en voer een van de volgende handelingen uit: l Klik in de lijst Stijl op de tekststijl. l Kies een vooraf ingestelde of een aangepaste kleur in het palet Kleur. Bladwijzers kunnen worden gegroepeerd, zodat een hoofdbladwijzer een groep onderliggende bladwijzers heeft. Zo ontstaan er meerdere lagen of niveaus van bladwijzers, wat vooral handig is voor navigatie door lange, goed gestructureerde documenten.

192

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De volgorde van bladwijzers wijzigen


1. Klik op de bladwijzer en sleep deze naar de gewenste plaats. 2. Plaats de aanwijzer op de bladwijzer die erboven moet verschijnen en zet de bladwijzer hier neer.

Bladwijzers groeperen
1. Klik op de bladwijzer en sleep deze naar de gewenste plaats. 2. Plaats de aanwijzer op het tekstlabel van de bladwijzer die erboven moet verschijnen en zet de bladwijzer hier neer.

193

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Beveiliging
Met Nitro Pro 7 kunt u twee verschillende soorten beveiliging toepassen om te bepalen wie toegang heeft tot uw bestanden en welke bewerkingen ze kunnen uitvoeren wanneer ze de bestanden ontvangen: wachtwoordbeveiliging en certificaatbeveiliging.

Wachtwoordbeveiliging
Met wachtwoorden kunt u de toegang tot en het gebruik van uw inhoud beperken tot personen die op de hoogte zijn van het wachtwoord waarmee het PDF-bestand is beveiligd. Afhankelijk van uw behoeften en de doelgroep kunt u kiezen uit de volgende typen codering: 40-bits RC4, 128-bits RC4, 128-bits AES en 256-bits AES.
l

Wachtwoorden voor openen. Hiermee worden uw bestanden vergrendeld, zodat deze alleen toegankelijk zijn voor personen die het wachtwoord kennen. Wachtwoorden voor bevoegdheden. Met deze wachtwoorden worden bepaalde functies vergrendeld wanneer een gebruiker uw bestand opent. Zo kunt u bijvoorbeeld verhinderen dat ontvangers uw document wijzigen of afdrukken.

Certificaatbeveiliging
Beveiliging middels certificaten heeft veel voordelen in vergelijking met wachtwoordbeveiliging: documenten kunnen worden geopend zonder een wachtwoord te hoeven onthouden, het delen of kopiren van digitale id's is moeilijk, en n document kan voor individuele ontvangers verschillende beveiligingsinstellingen bevatten. Zo kan n persoon bijvoorbeeld bevoegdheid voor bewerken en afdrukken hebben, terwijl een andere persoon het document alleen kan weergeven.

De beveiliging van een bestand weergeven


1. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Documenteigenschappen. 2. Open het tabblad Beveiliging.

194

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Instellingen voor bevoegdheden


Met de instellingen voor gebruiksbevoegdheden kunt u precies bepalen wat een ontvanger met het door u beveiligde bestand kan doen. Zo kunt u bijvoorbeeld documenten distribueren die niet kunnen worden bewerkt of afgedrukt, maar wel geopend en weergegeven. Door deze instellingen te combineren met een beveiligingscertificaat met digitale id, kunt u voor iedere individuele ontvanger van het document verschillende bevoegdheden instellen. U kunt de volgende gebruiksbevoegdheden instellen:
l l l l

Afdrukken. Stel in of de gebruiker het document kan afdrukken en met welke resolutie. Document wijzigen. Stel in of de gebruiker het document kan bewerken. Inhoud kopiren/ophalen. Stel in of de gebruiker de inhoud van het document kan kopiren. Inhoud ophalen voor schermlezer. Stel in of de gebruiker toegankelijkheidsfuncties kan gebruiken om toegang tot het PDF-document te krijgen. Commentaar invoeren. Stel in of de gebruiker notities kan invoeren, tekst kan markeren en tekeningen kan toevoegen. Formuliervelden invullen of ondertekenen. Stel in of de gebruiker formulieren kan invullen en documenten digitaal kan ondertekenen. Documentopbouw . Stel in of de gebruiker pagina's kan invoegen en pagina's uit PDF-documenten kan ophalen. Toegang voor schermleesapparaten. Stel in of de tekst toegankelijk is voor schermleessoftware. Dit soort software wordt gebruikt door visueel gehandicapten.

195

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Wachtwoordbeveiliging
U kunt uw PDF-bestand beveiligen met een van de volgende typen wachtwoorden om de toegang tot en het gebruik van uw inhoud te beperken: l Wachtwoorden voor openen. Hiermee worden uw bestanden vergrendeld, zodat deze alleen toegankelijk zijn voor personen die het wachtwoord kennen. l Wachtwoorden voor bevoegdheden. Met deze wachtwoorden worden bepaalde functies vergrendeld wanneer een gebruiker uw bestand opent. Zo kunt u bijvoorbeeld verhinderen dat ontvangers tekst uit uw PDF-document kopiren of het document afdrukken.

PDF-bestanden beveiligen met een wachtwoord


PDF-bestanden kunnen op twee manieren met een wachtwoord worden beveiligd. Deze procedures worden hieronder beschreven. l Dialoogvenster Wachtwoordbeveiliging. Bekijk beveiligingsinstellingen en pas handmatig de gewenste instellingen toe in Documenteigenschappen. l Beveiligingsprofielen. Deze profielen kunnen meermaals worden gebruikt. U kunt hierin bepaalde beveiligingsinstellingen opslaan, die dan met n klik op een document kunnen worden toegepast.

Wachtwoordbeveiliging beheren
1. Voer een van de volgende handelingen uit: o Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Wachtwoordbeveiliging. o Selecteer Documenteigenschappen in het menu Bestand. Het dialoogvenster Documenteigenschappen wordt weergegeven. Open het tabblad Beveiliging en klik in de vervolgkeuzelijst Beveiligingsmethode op Wachtwoordbeveiliging. 2. Als het PDF-document al met een wachtwoord is beveiligd, wordt u door Nitro Pro 7 gevraagd het documentwachtwoord in te voeren voordat u de wachtwoordbeveiliging bijwerkt. 3. Voer een van de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Wachtwoordbeveiliging: o Als u wilt dat gebruikers een wachtwoord invoeren om uw document te openen, schakelt u het selectievakje Het openen van documenten beveiligen met een wachtwoord in en geeft u een wachtwoord op. o Als u de de bevoegdheden voor geopende bestanden wilt beperken, schakelt u het selectievakje Beveiliging instellen en de toegang tot functies met wachtwoorden beveiligen in en geeft u een wachtwoord op. Geef beperkingen op voor afdrukken, het aanbrengen van wijzigingen, het kopiren van tekst en afbeeldingen, en teksttoegang voor schermleesapparaten van visueel gehandicapten. 4. Klik op Meer. Geef in het vak Beveiligingsniveau een Algoritme voor codering op. 256-bits AESwordt als het veiligste algoritme beschouwd. 5. Klik op OK of Voltooien. 6. Sla uw PDF-document op om de nieuwe beveiligingsinstellingen toe te passen.

Wachtwoordbeveiliging toepassen met een specifiek profiel


1. Als u beveiligingsprofielen wilt beheren, klikt u in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Profielen beheren. Maak of bewerk zo nodig een beveiligingsprofiel

196

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

voordat u verder gaat. Verdere informatie hierover kunt u vinden in Beveiligingsprofielen. 2. Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op de pijl onder Wachtwoordbeveiliging. 3. Selecteer een beveiligingsprofiel in de lijst en bevestig dat u het document wilt beveiligen. 4. Sla uw PDF-document op om de nieuwe beveiligingsinstellingen toe te passen.

197

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Certificaatbeveiliging
Met een digitale id kunt u bestanden coderen, zodat deze alleen kunnen worden geopend en gebruikt door mensen met wie u certificaten hebt uitgewisseld. Beveiliging middels certificaten heeft veel voordelen in vergelijking met wachtwoordbeveiliging: documenten kunnen worden geopend zonder een wachtwoord te hoeven onthouden, het delen of kopiren van digitale id's is moeilijk, en n document kan voor iedere ontvanger andere beveiligingsinstellingen bevatten. Zo kan n persoon bijvoorbeeld bevoegdheid voor bewerken en afdrukken hebben, terwijl een andere persoon het document alleen kan weergeven. Voordat u bestanden kunt ontvangen die voor uw digitale id zijn gecodeerd, moet u deze digitale id eerst aanmaken en het bijbehorende certificaat uitwisselen met de mensen met wie u deze beveiligde bestanden wilt delen. Voordat u gecodeerde bestanden aan bepaalde personen kunt sturen, moet u tevens hun certificaat hebben ontvangen en gemporteerd. OPMERKING: Bij gebruik van certificaatbeveiliging moet u uw eigen certificaat toevoegen als een geplande ontvanger. Als u dit niet doet, hebt u geen toegang tot het PDF-bestand wanneer het is beveiligd.

PDF-bestanden beveiligen met een certificaat


PDF-bestanden kunnen op twee manieren met een certificaat worden beveiligd. Deze procedures worden hieronder beschreven. l Het dialoogvenster Certificaatbeveiliging. Bekijk beveiligingsinstellingen en pas handmatig de gewenste instellingen toe in Documenteigenschappen. l Beveiligingsprofielen. Deze profielen kunnen meermaals worden gebruikt. U kunt hierin bepaalde beveiligingsinstellingen opslaan, die dan met n klik op een document kunnen worden toegepast. In een profiel kunt u opgeven welke ontvangers u toestaat. Hierdoor kunt u ervoor zorgen dat steeds dezelfde beveiliging wordt toegepast op documenten voor respectieve ontvangers.

Certificaatbeveiliging beheren
1. Voer een van de volgende handelingen uit: o Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Certificaatbeveiliging. o Selecteer Documenteigenschappen in het menu Bestand. Het dialoogvenster Documenteigenschappen wordt weergegeven. Open het tabblad Beveiliging en klik in de vervolgkeuzelijst Beveiligingsmethode op Certificaatbeveiliging. 2. Selecteer in het dialoogvenster Certificaatbeveiliging de contactpersonen die u toegang tot uw beveiligde bestanden wilt geven, en klik op Toevoegen. Als u het gebruik voor een ontvanger wilt beperken, selecteert u de optie Beperkte bevoegdheden en geeft u op in hoeverre die persoon wijzigingen mag aanbrengen en mag afdrukken. 3. Klik op Meer. Geef in het vak Beveiligingsniveau een Algoritme voor codering op. 256-bits AESwordt als het veiligste algoritme beschouwd. 4. Klik op OK of Voltooien. 5. Sla uw PDF-document op om de nieuwe beveiligingsinstellingen toe te passen.

198

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Certificaatbeveiliging toepassen met een specifiek profiel


1. Als u beveiligingsprofielen wilt beheren, klikt u in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Profielen beheren. Maak of bewerk zo nodig een beveiligingsprofiel voordat u verder gaat. Verdere informatie hierover kunt u vinden in Beveiligingsprofielen. 2. Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op de pijl onder Certificaatbeveiliging. 3. Selecteer een beveiligingsprofiel in de lijst en bevestig dat u het document wilt beveiligen. 4. Sla uw PDF-document op om de nieuwe beveiligingsinstellingen toe te passen.

199

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Beveiligingsprofielen
Beveiligingsprofielen dienen voor het opslaan van uw beveiligingsinstellingen, kunnen meermaals worden gebruikt, en helpen u sneller te werken. U hoeft dus niet steeds opnieuw wachtwoorden op te geven of namen van ontvangers toe te voegen wanneer u documentbeveiliging gebruikt; in plaats daarvan opent u het bestand in Nitro Pro 7 en selecteert u het gewenste beveiligingsprofiel in een lijst. Als u certificaatbeveiliging gebruikt en regelmatig bestanden naar dezelfde mensen stuurt, kunt u met beveiligingsprofielen een hoop tijd besparen.

Uw beveiligingsprofielen weergeven
1. Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Profielen beheren. Het dialoogvenster Beveiligingsprofielen wordt weergegeven. 2. Klik op een profiel in het vak Beveiligingsprofielen om de profielgegevens te bekijken.

Een nieuw beveiligingsprofiel toevoegen


1. Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Profielen beheren. Het dialoogvenster Beveiligingsprofielen wordt weergegeven. 2. Klik op Nieuw. Het dialoogvenster Nieuw beveiligingsprofiel wordt weergegeven. 3. Typ een Naam en Beschrijving voor uw profiel. 4. Selecteer een van de volgende opties in het vak Documenten beveiligen: o Wachtwoorden gebruiken: om gebruikersrechten voor het openen en sluiten van PDFdocumenten of het aanbrengen van wijzigingen te beperken o Certificaten gebruiken: om documenten te coderen, zodat deze alleen toegankelijk zijn voor de door u opgegeven gebruikers 5. Klik op Volgende en configureer instellingen voor wachtwoordbeveiliging of certificaatbeveiliging. Raadpleeg Wachtwoordbeveiliging en Certificaatbeveiliging voor meer informatie. 6. Klik op Voltooien.

Een beveiligingsprofiel bewerken


1. Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Profielen beheren. Het dialoogvenster Beveiligingsprofielen wordt weergegeven. 2. Selecteer een profiel in het vak Beveiligingsprofielen en klik op Bewerken. 3. Wijzig de Naam en Beschrijving voor uw profiel. 4. Geef in het vak Documenten beveiligen op of u wachtwoorden of certificaten wilt gebruiken. 5. Klik op Volgende. 6. Werk de beveiligingsinstellingen bij. 7. Klik op Voltooien om de wijzigingen in uw beveiligingsprofiel op te slaan.

Een beveiligingsprofiel verwijderen


1. Klik in het tabblad Beveiligen in het groepsmenu Document beveiligen op Profielen beheren. Het dialoogvenster Beveiligingsprofielen wordt weergegeven. 2. Selecteer een profiel in het vak Beveiligingsprofielen, klik op Verwijderen en bevestig dat u het beveiligingsprofiel wilt verwijderen.

200

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

JavaScript-beveiliging
Ingesloten JavaScript in PDF-documenten kan in bepaalde gevallen beveiligingsproblemen veroorzaken. Er zijn daarom gebruikers die JavaScript om beveiligingsredenen willen uitschakelen. Systeembeheerders moeten JavaScript soms uitschakelen om te voldoen aan het geldende IT-beleid.

JavaScript uitschakelen
1. Klik op de menuknop Bestand en klik vervolgens op Voorkeuren. 2. Klik in het dialoogvenster Voorkeuren op JavaScript. 3. Selecteer JavaScript uitschakelen.

201

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Digitale id's
Een digitale id lijkt in veel opzichten op een papieren identiteitsbewijs zoals een paspoort. U kunt zich hiermee legitimeren en u krijgt specifieke rechten om bepaalde dingen te doen. In Nitro Pro 7 gebruikt u uw digitale id om uw PDF-bestanden te beveiligen tegen onbevoegd gebruik en om toegang te krijgen tot bepaalde bestanden van gebruikers die uw digitale id hebben geaccepteerd. Als u op deze wijze een document beveiligt, kunt u de toegangs- en gebruiksrechten per gebruiker instellen. Digitale id's hebben een openbare en een persoonlijke sleutel. De openbare sleutel bevat een certificaat en identificatiegegevens, en dit zijn de gegevens die u met andere gebruikers uitwisselt. Als andere gebruikers uw openbare sleutel hebben, kunnen zij documenten beveiligen (coderen) en kunt u deze documenten openen en gebruiken. De persoonlijke sleutel is het deel van de digitale id dat nooit met anderen wordt gedeeld en dat wordt gebruikt voor het ontgrendelen (decoderen) van de bestanden waarvoor u toegangsrechten hebt. Nitro Pro 7 biedt ondersteuning voor de volgende typen digitale id's: l PKCS#12 digitaal id-bestand. Dit type digitale id geeft u meer flexibiliteit, omdat u op meerdere computers dezelfde id kunt gebruiken. Als u bijvoorbeeld op kantoor een werkstation hebt maar ook een notebook gebruikt waarop hetzelfde certificaat is genstalleerd, kunt u hetzelfde beveiligde PDF-bestand op beide computers openen. De digitale id blijft bij verplaatsing tussen twee computers beveiligd, aangezien u een wachtwoord moet opgeven wanneer u de id in Mijn digitale id's importeert. l Windows certificaatarchief. Dit type digitale certificaat koppelt de id onlosmakelijk aan een gebruiker op een bepaalde computer en kan niet worden gekopieerd en op een andere computer worden gemporteerd.

202

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Digitale id's beheren


Een digitale id is een soort beveiligd toegangspasje waarmee u een digitale identiteit creert, of waarmee u een document kunt lezen dat is gecodeerd om ongemachtigd gebruik te voorkomen. Voor verschillende taken kunnen verschillende id's worden gemaakt. Zo kunt u bijvoorbeeld een digitale id hebben om accountadministratiedocumenten te openen, en een andere om technische rapporten te openen.

Digitale id maken
1. Plaats uw muis in het menu Bestand op Digitale id's en klik op Mijn digitale id's. Het dialoogvenster Mijn digitale id's wordt weergegeven. 2. Klik op Nieuw. Het dialoogvenster Nieuwe digitale id wordt weergegeven. 3. Voer uw identiteitsgegevens in. 4. Klik op het type beveiliging dat u wilt gebruiken in de lijst Gepland gebruik en klik op Volgende. 5. Klik op Bladeren en selecteer een locatie waar u de digitale id wilt opslaan en geef een naam op voor het id-bestand. 6. Voer een wachtwoord in en klik op OK om de handeling te voltooien. TIP: als u een digitale id wilt verwijderen, selecteert u deze in het dialoogvenster Mijn digitale id's en klikt u op Verwijderen.

Digitale id importeren
1. Plaats uw muis in het menu Bestand op Digitale id's en klik op Mijn digitale id's. Het dialoogvenster Mijn digitale id's wordt weergegeven. 2. Klik op Importeren. 3. Ga naar de digitale id op uw vaste schijf of netwerk en klik op Openen. 4. Klik op Sluiten om de handeling te voltooien.

Digitale id exporteren
1. Plaats uw muis in het menu Bestand op Digitale id's en klik op Mijn digitale id's. Het dialoogvenster Mijn digitale id's wordt weergegeven. 2. Selecteer een digitale idin de lijst en klik op Exporteren. Het dialoogvenster Certificaat exporteren wordt weergegeven. 3. Klik op Gegevens naar bestand opslaan en selecteer Volgende om een locatie voor het bestand te kiezen. 4. Klik op Opslaan om de handeling te voltooien.

Digitale id per e-mail exporteren


1. Plaats uw muis in het menu Bestand op Digitale id's en klik op Mijn digitale id's. Het dialoogvenster Mijn digitale id's wordt weergegeven. 2. Selecteer een digitale idin de lijst en klik op Exporteren. Het dialoogvenster Certificaat exporteren wordt weergegeven. 3. Klik op Gegevens per e-mail verzenden en klik op Volgende. 4. Geef het e-mailadres van de ontvanger van uw digitale id op, controleer het bericht en klik op Verzenden.

203

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

5. Er wordt een e-mailbericht opgesteld in uw standaard e-mailclient en uw digitale id wordt als een bijlage aan dit bericht gekoppeld. Klik op Verzenden.

204

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Vertrouwde contacten beheren


Met Nitro Pro 7 kunt u mensen aan uw Vertrouwde contacten toevoegen door hun openbare sleutelcertificaat handmatig te importeren, of kunt u met gebruik van de functie Aanvragen in het gedeelte Vertrouwde contacten uw openbare sleutels uitwisselen. Om digitaal ondertekende PDFbestanden van vertrouwde contacten te kunnen valideren, moet u in het bezit zijn van de openbare sleutel van dat vertrouwde contact.

Vertrouwd contact toevoegen


1. Plaats uw muis in het menu Bestand op Digitale id's en klik op Vertrouwde contacten. Het dialoogvenster Vertrouwde contacten beheren wordt weergegeven. 2. Klik op Toevoegen, selecteer het certificaat dat u van een vertrouwde collega hebt ontvangen en klik op Openen. TIP:als u de gegevens van een certificaat wilt bekijken, bijvoorbeeld om te zien door wie dit is afgegeven en hoe lang het geldig is, selecteert u dit in de lijst met vertrouwde contacten en klikt u op Bekijken.

ID van een contact exporteren


1. Plaats uw muis in het menu Bestand op Digitale id's en klik op Vertrouwde contacten. Het dialoogvenster Vertrouwde contacten beheren wordt weergegeven. 2. Selecteer een vertrouwd contact en klik op Exporteren. 3. Voer een naam in voor het certificaat in het dialoogvenster Opslaan als en klik op Opslaan.

Openbare sleutelcertificaten delen


1. Plaats uw muis in het menu Bestand op Digitale id's en klik op Vertrouwde contacten. Het dialoogvenster Vertrouwde contacten beheren wordt weergegeven. 2. Selecteer het contact dat u wilt exporteren en klik op Aanvragen. Het dialoogvenster Contacten aanvragen verschijnt. 3. Voer uw contactgegevens in. 4. Schakel het selectievakje Mijn certificaat in een e-mail verzenden in, selecteer het certificaat dat u wilt delen en klik op Volgende. 5. Geef het e-mailadres van de ontvanger van uw openbare sleutelcertificaat op, controleer het bericht en klik op Verzenden. 6. Er wordt een e-mailbericht opgesteld in uw standaard e-mailclient en uw openbare sleutelcertificaat wordt als een bijlage aan dit bericht gekoppeld. Verzend de e-mail.

205

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Digitale handtekeningen
Digitale handtekeningen zijn veel krachtiger dan normale geschreven handtekeningen. Met een digitale handtekening kunt u aantonen dat een specifiek document op een bepaald tijdstip door een bepaalde persoon is ondertekend en kunt u waarborgen dat na ondertekening niet met de documentinhoud is geknoeid. Bovendien kunnen de ontvangers in het versie-overzicht van het document zien wanneer het document is ondertekend en wanneer er wijzigingen in zijn aangebracht. Het versie-overzicht is gecodeerd en opgeslagen in de PDF en kan worden bekeken via het deelvenster Handtekeningen. U kunt een PDF-document alleen digitaal ondertekenen als u een digitale id hebt. Om de handtekening van een ander te kunnen controleren, moet u eerst digitale id's met elkaar uitwisselen en elkaar aan de lijst Vertrouwde contacten toevoegen. Verdere informatie over digitale handtekeningen kunt u vinden in: l Documenten digitaal ondertekenen l Certificaten en handtekeningen bekijken en valideren l PDF-bestanden certificeren l Handtekening met digitale tijdstempel Verwante informatie kunt u vinden in: l Handtekeningvelden maken l Digitale id's l Digitale id's beheren l Vertrouwde contacten beheren

206

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Documenten digitaal ondertekenen


Digitale handtekeningen lijken op normale geschreven handtekeningen, maar bevatten tevens gecodeerde informatie aan de hand waarvan de authenticiteit kan worden gecontroleerd. Een document kan digitaal worden ondertekend om de identiteit van de auteur veilig te registreren en te verifiren dat de inhoud niet is gewijzigd. Digitale handtekeningen in een PDF-document kunnen tekst of een afbeelding bevatten, bijvoorbeeld een foto of een beeld van de geschreven handtekening.

Een document digitaal ondertekenen


1. Klik in het tabblad Beveiligen, in de groep Handtekeningen, op de pijl onder Ondertekenen en selecteer een handtekening in de lijst. Om een document te kunnen ondertekenen moet u een digitale id hebben. Raadpleeg voor meer informatie Digitale id's en Digitale id's beheren. 2. Klik op de pagina op de plaats waar u de handtekening wilt zetten. 3. Nitro Pro 7 vraagt u het PDF-bestand met de digitale handtekening op te slaan. Klik op de digitale handtekening om deze te bekijken en de gegevens te controleren, en sla uw PDF-bestand dan op. Raadpleeg voor meer informatie Certificaten en handtekeningen bekijken en valideren.

207

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De vormgeving van handtekeningen aanpassen


U kunt digitale handtekeningen zodanig aanpassen dat alleen de informatie die u wilt delen, zichtbaar is en dat uw fysieke handtekening, een bedrijfslogo of andere afbeeldingen bij uw handtekening worden weergeven. U kunt de vormgeving van uw handtekening op elk gewenst moment bewerken (bijvoorbeeld bij het ondertekenen van een document).

Een nieuwe digitale handtekening maken


1. Klik in het menu Bestand op Voorkeuren, vouw het item Digitale handtekening uit en selecteer Vormgevingen. 2. Klik in het vak Vormgeving handtekeningen op Nieuw. Het dialoogvenster Vormgeving handtekening configureren wordt geopend. 3. Selecteer een van de volgende opties in het vak Grafische afbeelding: o Geen afbeelding:als u geen extra informatie wilt opnemen. o Afbeelding uit bestand: klik op Afbeelding selecteren, geef het afbeeldingsbestand met uw handtekening op en klik op OK. o Naam:als u uw naam als tekst wilt afdrukken. 4. Geef in het vak Tekst op welke gedeelten van uw digitale handtekening in een PDF zichtbaar en afdrukbaar moeten zijn. 5. Bekijk het voorbeeld van de handtekening en klik op OK. TIP: zie Handtekening stempelen met QuickSign voor informatie over het maken van een digitale afbeelding van uw geschreven handtekening.

De vormgeving van een digitale handtekening bewerken


1. Klik in het menu Bestand op Voorkeuren, vouw het item Digitale handtekening uit en selecteer Vormgevingen. 2. Selecteer de gewenste handtekening in de lijst Vormgeving handtekeningen en klik op Bewerken. Het dialoogvenster Vormgeving handtekening configureren wordt geopend. 3. Selecteer een van de volgende opties in het vak Grafische afbeelding: o Geen afbeelding:als u geen extra informatie wilt opnemen. o Afbeelding uit bestand: klik op Afbeelding selecteren, geef het afbeeldingsbestand met uw handtekening op en klik op OK. o Naam:als u uw naam als tekst wilt afdrukken. 4. Geef in het vak Tekst op welke gedeelten van uw digitale handtekening in een PDF zichtbaar en afdrukbaar moeten zijn. 5. Bekijk het voorbeeld van de handtekening en klik op OK.

208

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Certificaten en handtekeningen bekijken en valideren


Handtekeningen worden gevalideerd wanneer het document wordt geopend en worden automatisch opnieuw gevalideerd wanneer er wijzigingen aan het document worden aangebracht. De status van uw certificaten en handtekeningen kan op een van de volgende manieren worden bekeken: l Bekijk certificaten en handtekeningen in het deelvenster Handtekeningen l Bekijk certificaten en handtekeningen op de pagina van het PDF-document

Deelvenster Handtekeningen
In het deelvenster Handtekeningen worden alle handtekeningen uit het PDF-document weergegeven, met daarbij de status van hun geldigheid en een korte samenvatting van iedere handtekening. Als uw PDF-bestand handtekeningen bevat, verschijnt links van het venster het tabblad Handtekeningen. Klik op het tabblad Handtekeningen om het deelvenster Handtekeningen te openen. TIP:als u rechtstreeks naar de locatie van een handtekening in het document wilt gaan, klikt u op de betreffende handtekening in het deelvenster Handtekening. De geselecteerde handtekening wordt weergegeven in een gele rechthoek.

Statuspictogrammen voor PDF-documenten


Status Geldig Geldig Weergave wijzigen Onbekend Onbekend Ongeldig Pictogram Betekenis Dit document is gecertificeerd en is niet gewijzigd op een wijze die niet is toegestaan volgens het certificaat. De identiteit van de ondertekenaar is gecontroleerd en het document is niet gewijzigd sinds de handtekening werd toegevoegd. De identiteit van de ondertekenaar is gecontroleerd maar de huidige weergave van het document is niet hetzelfde als toen het document werd ondertekend De identiteit van de ondertekenaar kon niet worden gecontroleerd en de huidige weergave van het document is niet hetzelfde als toen het document werd ondertekend. De identiteit van de ondertekenaar kon niet worden gecontroleerd, maar het document is niet gewijzigd sinds de handtekening werd toegevoegd. Het certificaat is ongeldig of er zijn onbevoegde wijzigingen aan het document gemaakt.

Handtekeningen en certificaten op de pagina van een PDF-document bekijken


Als u meer informatie wilt zien over een digitale handtekening of een certificaat van de pagina van een PDF-document, klikt u op de betreffende handtekening. Het dialoogvenster Eigenschappen handtekening wordt weergegeven. In dit venster kunt u het volgende: l Handtekening valideren: controleer de geldigheid van een digitale handtekening l Documentwijzigingen: lees of het document ongewijzigd is, of dat bepaalde wijzigingen aan het bestand zijn toegestaan, zoals het invullen van formuliervelden l Geldige tijdsduur: geeft de tijdstempel van het PDF-document als een van de volgende:

209

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

op basis van de klok op de computer van de ondertekenaar een tijdstempel die niet gecontroleerd kan worden o tijdstempel gecontroleerd via een tijdstempelserver Certificaat bekijken:toont informatie over de persoon die het document heeft ondertekend, de vervaldatum van het certificaat en wie het certificaat heeft afgegeven. Tevens worden de encryptienorm en de digitale 'vingerafdrukken' van encryptie weergegeven. Toevoegen aan vertrouwde contacten: hiermee voegt u de persoon die het PDF-bestand heeft ondertekend toe aan uw lijst vertrouwde contacten Raadpleeg Vertrouwde contacten beheren voor verdere informatie.
o o

210

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-bestanden certificeren
Wanneer u een door u geschreven document certificeert, bevestigt u de inhoud ervan en bepaalt u welke bewerkingen erop mogen worden uitgevoerd zonder de gecertificeerde status te schenden. Indien er wijzigingen aan het document worden gemaakt die u niet hebt toegestaan, raakt het document ongeldig en wordt het certificaat ingetrokken. Als u de auteur van een PDF-bestand bent en u de integriteit van dit bestand wilt handhaven, past u een handtekening voor certificering toe met de functie Certificeren. Wanneer u een document certificeert (in plaats van er een digitale handtekening aan toe te voegen) kunt u het gebruik van het document controleren met de volgende toegestane acties: l Geen wijzigingen toestaan. Hiermee worden alle functies uitgeschakeld waarmee een bestand kan worden gewijzigd, zoals bewerken, commentaar toevoegen, formulieren invullen en ondertekenen. Als er wijzigingen worden aangebracht nadat het bestand is gecertificeerd, wordt het certificaat ongeldig. l Alleen formulieren invullen toegestaan. Hiermee worden alle functies uitgeschakeld waarmee een bestand kan worden gewijzigd, behalve het invullen van formulieren en ondertekenen. Deze optie wordt bijvoorbeeld gebruikt als u gegevens wilt verzamelen met een officieel formulier dat personen moeten invullen zonder het formulierontwerp te mogen wijzigen. l Alleen commentaar invoeren en formulieren invullen toegestaan. Hiermee worden alle functies uitgeschakeld waarmee een bestand kan worden gewijzigd, behalve het invullen van formulieren, ondertekenen en invoeren van commentaar. Deze optie wordt bijvoorbeeld gebruikt voor het controleren van een contract, waarbij commentaar kan worden ingevoerd en dat moet worden ondertekend.

Redenen voor het certificeren van een document


l

l l l

Om te zorgen dat mensen een document kunnen ondertekenen, een formulier kunnen invullen, of aantekeningen in een PDF-bestand kunnen invoeren zonder dat het certificaat hierdoor ongeldig wordt Om te bevestigen dat u de auteur van het document bent Om de inhoud van het document te garanderen Om op te geven welke wijzigingen mogen worden aangebracht zonder het certificaat ongeldig te maken Om bepaalde functies automatisch uit te schakelen, zoals het invoegen van pagina's, wijzigen van tekst en bewerken van de eigenschappen van formuliervelden

TIP:PDF-bestanden kunnen slechts eenmaal worden gecertificeerd maar kunnen ettelijke malen digitaal worden ondertekend indien de bevoegdheden dit toestaan. Dit is het voordeel van het certificeren in plaats van digitaal ondertekenen van bestanden die u hebt geschreven.

Een PDF-document certificeren


1. Klik in het tabblad Beveiligen in de groep Handtekeningen op Certificeren. 2. Kies in het dialoogvenster Document certificeren de handelingen die u wilt toestaan in de lijst Toegestane acties. 3. Klik op Volgende.

211

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

4. Selecteer de digitale id die u voor certificering wilt gebruiken, en kies of het certificaat zichtbaar moet zijn. 5. Klik op Volgende. 6. Als u het certificaat zichtbaar hebt gemaakt, klik dan op de pagina waar dit moet worden weergegeven. 7. Voer de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Document fcertificeren: l Selecteer een reden voor het ondertekenen van het bestand in de lijst Reden voor ondertekenen van document, of geef uw eigen reden op. l Sla de certificering op in het huidige document of als een nieuw document. l Geef op hoe het certificaat eruit moet komen te zien. 8. Klik op Voltooien. OPMERKING:Wanneer u gecertificeerde PDF-bestanden met anderen deelt, moet de functie voor certificering en handtekeningen worden ondersteund door de PDF-viewer van deze personen. Gecertificeerde en ondertekende PDF-bestanden kunnen worden gedeeld tussen Nitro Pro 7, Adobe Acrobat en Adobe Reader.

212

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Handtekening met digitale tijdstempel


Digitale tijdstempels voegen de tijd en datum in een PDF-handtekening in, als bewijs van de integriteit van het document. Een tijdstempel toont aan dat de inhoud van het document op een bepaald tijdstip bestond en dat deze inhoud ongewijzigd is. Voor extra beveiliging kunnen digitale handtekeningen een tijdstempel van een onafhankelijke, vertrouwde instantie bevatten. Nitro Pro 7 kan een tijdstempelserver gebruiken om te garanderen dat de tijdstempel nauwkeurig en veilig is; de systeemklok kan niet altijd worden vertrouwd, aangezien deze klok door een gebruiker kan worden veranderd.

Instellingen van digitale tijdstempel beheren


1. Selecteer in het menu Bestand de knop Voorkeuren,vouw Digitale handtekening uit en selecteer Servers voor tijdstempels. 2. Ga als volgt te werk als de lijst Beschikbare servers leeg is of als u een andere tijdstempelserver aan de lijst wilt toevoegen: a. Klik op Nieuw om een nieuwe tijdstempelserver aan de lijst toe te voegen. Het dialoogvenster Server voor tijdstempels wordt weergegeven. b. Geef de naam en URL van een tijdstempelserver op, en eventueel de aanmeldingsgegevens. c. Klik op OKom uw instelling op te slaan. 3. Voor beheer van de instellingen van een bestaande tijdstempelserver schakelt u het selectievakje Tijdstempel verkrijgen bij beschikbare server in, selecteert u een tijdstempelserver in de lijst Beschikbare servers en voert u een van de volgende handelingen uit: o Als u de eigenschappen voor de geselecteerde tijdstempelserver wilt wijzigen, klikt u op Bewerken en geeft u de nieuwe informatie op in het dialoogvenster Server voor tijdstempels. o Klik op Verwijderen als u de geselecteerde server wilt verwijderen. o Klik op Als standaard instellen als u standaard voor iedere tijdstempel een specifieke server wilt gebruiken. De standaardserver voor tijdstempels wordt aangegeven met een sterretje (*). 4. Klik op OK. TIP:Als uw standaard tijdstempelserver niet beschikbaar is, gebruikt Nitro Pro 7 de eerste beschikbare server op de lijst. U wordt daarom aanbevolen om de servers op volgorde van voorkeur te zetten. Als u de eigenschappen van een digitale handtekening bekijkt, wordt de geldigheid op een van de volgende manieren weergegeven: l Datum/tijd van de handtekening zijn afkomstig van de klok op de computer van de ondertekenaar. l De handtekening heeft een tijdstempel maar de stempel kon niet worden geverifieerd. l De handtekening heeft een tijdstempel. Raadpleeg Digitale handtekeningen voor verdere informatie.

213

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Invoegtoepassingen van partnerprogramma's


Met gebruik van een structuur voor invoegtoepassingen van partnerprogramma's heeft Nitro Pro 7 de mogelijkheid bestanden te verwerken en uit te wisselen met de programma's en diensten van derden. Deze invoegtoepassingen zijn gestroomlijnd in een gebruiksvriendelijke interface opgenomen en verbeteren de PDF-werkprocessen door de noodzaak voor tijdrovende handmatige handelingen voor het opslaan, kopiren en uploaden van bestanden in uw favoriete hulpprogrammas te verminderen. Invoegtoepassingen voor partnerprogramma's beheren: 1. Selecteer Voorkeuren in het tabblad Bestand. Het dialoogvenster Nitro PDF Reader Voorkeuren wordt weergegeven. 2. Selecteer Invoegtoepassingsbeheer 3. Schakel de selectievakjes in voor de invoegtoepassingen die u wilt inschakelen en controleer dat de overige selectievakjes zijn uitgeschakeld. 4. Klik op OK en start Nitro Pro 7 opnieuw op om de wijzigingen te activeren

214

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Evernote
De invoegtoepassing Evernote is in Nitro Pro 7 gentegreerd. Evernote biedt u de functies voor het online opslaan en binnenhalen van informatie in de vorm van notities. Notities kunnen kleine stukjes tekst, kladbriefjes, fotos, webpaginas en zelfs hele PDF-documenten bevatten. Verdere informatie hierover kunt u vinden op http://www.evernote.com.

Evernote instellen:
1. Vraag een gratis account voor toegang tot Evernote aan op https://www.evernote.com/Registration.action 2. Als uw account is ingesteld, downloadt u de Evernote-desktopclient voor uw computer via http://www.evernote.com/about/download/ 3. Volg de instructies op het scherm om de client te installeren en koppel deze aan uw Evernoteaccount. 4. Wanneer de Evernote-client is ingesteld met uw account, kunt u de invoegtoepassing in Nitro Pro 7 gaan gebruiken. OPMERKING:de invoegtoepassing voor Evernote wordt pas in het menu Bestand weergegeven als de desktopclient is genstalleerd.

Naar Evernote verzenden


Met de Evernote-invoegtoepassing kunnen gegevens rechtstreeks vanuit Nitro Pro 7 naar Evernote worden verzonden. Deze gegevens variren van volledige PDF-bestanden tot stukjes en beetjes tekst en afbeeldingen.

PDF-bestand naar Evernote verzenden:


1. Controleer dat de Evernote-desktopclient op uw computer is gestart. 2. Open een PDF-bestand in Nitro Pro 7. 3. Klik in het menu Bestand op Naar Evernote verzenden.

Geselecteerde tekst naar Evernote verzenden:


1. 2. 3. 4. Controleer dat de Evernote-desktopclient op uw computer is gestart. Open een PDF-bestand in Nitro Pro 7. Selecteer een regel of alinea met gebruik van het gereedschap Selecteren. Kik met uw rechtermuisknop op de geselecteerde tekst en selecteer Naar Evernote verzenden.

Afbeelding naar Evernote verzenden:


1. 2. 3. 4. Controleer dat de Evernote-desktopclient op uw computer is gestart. Open een PDF-bestand in Nitro Pro 7. Selecteer een afbeelding met het gereedschap Selecteren. Kik met uw rechtermuisknop op de geselecteerde afbeelding selecteer Naar Evernote verzenden.

215

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De gebruikersinterface aanpassen
De interface van Nitro Pro 7 kan optimaal op uw werkprocessen worden afgestemd. In de volgende onderwerpen vindt u verdere informatie over het maken van koppelingen naar uw favoriete gereedschappen en het rangschikken van de indeling van uw werkbalk: l De werkbalk Snelle toegang l Het lint minimaliseren

216

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

De werkbalk Snelle toegang


Zoals de naam al aangeeft, kunt u met de werkbalk Snelle toegang een makkelijk toegankelijke groep snelkoppelingen opstellen die rechtstreeks toegang geven tot de meest gebruikte gereedschappen. De werkbalk Snelle toegang geeft standaard toegang tot de volgende functies: l De Nitro-knop: hiermee kunt u maximaliseren, minimaliseren, vergroten/verkleinen of sluiten. Nitro Pro 7 l Openen: hiermee kunt u een PDF op uw vaste schijf opzoeken en openen. l Opslaan: sla het huidige bestand op en vervang de oude versie van het bestand door de versie met uw laatste veranderingen. Raadpleeg PDF-document opslaan voor meer informatie. l Afdrukken: stuur het huidige PDF-document naar een printer of naar Nitro Creator 2 l Ongedaan maken: hiermee kunt u de veranderingen die u in uw PDF hebt aangebracht, ongedaan maken. Via de vervolgkeuzepijl van de knop Ongedaan maken kunt u rechtstreeks naar de verschillende stadia van de wijzigingen van het document gaan. l Opnieuw: als u te ver terug bent gegaan met Ongedaan maken, kunt u met deze knop de ongedaan gemaakte wijzigingen weer herstellen. Met de vervolgkeuzepijl van de knop kunt u rechtstreeks naar de gewenste wijziging gaan die u wilt herstellen. l Aanpassen: via deze vervolgkeuzepijl krijgt u toegang tot het aanpassingsmenu van de werkbalk Snelle toegang.

Een knop aan de werkbalk Snelle toegang toevoegen:


1. Klik met uw rechtermuisknop op een willekeurig gereedschap in het lint. 2. Selecteer Toevoegen aan werkbalk Snelle toegang in het menu. Er wordt nu een pictogram voor een nieuwe snelkoppeling aan de werkbalk Snelle toegang toegevoegd. TIP: via de zwarte pijl aan het einde van de werkbalk Snelle toegang krijgt u toegang tot verdere instellingen.

Een knop van de werkbalk Snelle toegang verwijderen:


1. Klik met uw rechtermuisknop op de knop die u wilt verwijderen. 2. Selecteer Verwijderen uit werkbalk Snelle toegang in het menu.

De werkbalk Snelle toegang verplaatsen:


1. Klik op de zwarte pijl aan de rechterkant van de werkbalk Snelle toegang. 2. Selecteer Onder het lint weergeven in het menu. De werkbalk wordt nu onder het lint geplaatst. TIP:als u de werkbalk weer boven het lint wilt zetten, klikt u op de menupijl van de werkbalk Snelle toegang en selecteert u Boven het lint weergeven.

Geavanceerde configuratie van de werkbalk Snelle toegang


1. Klik op de zwarte pijl aan de rechterkant van de werkbalk Snelle toegang. 2. Selecteer Meer opdrachten in het menu. Het dialoogvenster Aanpassen wordt weergegeven. 3. Gebruik het menu Opdrachten selecteren uit om de locatie van de gereedschappen te selecteren.

217

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

4. 5. 6. 7.

Hiermee worden de gereedschappen gefilterd die beschikbaar zijn in de lijst Opdrachten. Selecteer de gewenste gereedschappen in de lijst Opdrachten en klik op Toevoegen om ze aan de werkbalk Snelle toegang vast te maken. Rangschik de gereedschappen in de kolom aan de rechterkant. Selecteer een gereedschap en gebruik de pijltoets Op of Neer om deze te verplaatsen. Klik op Beginwaarden als u de werkbalk Snelle toegang weer terug wilt zetten op de standaardinstellingen. Druk op de knop OK om uw wijzigingen op te slaan.

218

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Het lint minimaliseren


Nitro Pro 7 kan worden geminimaliseerd, zodat uw werkruimte wordt vergrootbijvoorbeeld ideaal voor Netbooks en oudere beeldschermen met een lagere resolutie.

Het lint minimaliseren:


Lint minimaliserenZoeken l Lint minimaliserenZoeken Hiermee wordt het lint weer ingeschakeld en wordt weer op volledige grootte weergegeven.
l

219

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bestanden samenvoegen en pagina's opstellen


Met PDF-bestanden kunt u een verzameling verschillende bestanden van diverse bronnen gemakkelijk samenvoegen en op nauwkeurige en betrouwbare wijze met anderen delen. Met Nitro Pro 7 kunt u rapporten, spreadsheets, presentaties en nog veel meer tot n taak samenvoegen.
l

Bestanden samenvoegen in PDF

Daarnaast beschikt u met Nitro Pro 7 over een complete set gereedschappen voor het opstellen en rangschikken van pagina's in PDF-bestanden, waaronder:
l l l l l l l

Pagina's bijsnijden of vergroten/verkleinen Pagina's draaien Pagina's ophalen Pagina's verwijderen Pagina's verplaatsen, rangschikken of in een andere volgorde zetten Pagina's invoegen Pagina's splitsen

220

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bestanden samenvoegen in PDF


Met Nitro Pro 7 kunt u PDF-bestanden en andere bestandstypen samenvoegen, zolang er een programma op uw computer is genstalleerd waarmee u dat bestandstype kunt weergeven. Niet-PDFbestanden worden door Nitro Pro 7 op de achtergrond naar PDF-indeling geconverteerd, waarna alle PDF-bestanden in de opgegeven volgorde worden samengevoegd.

Bestanden samenvoegen in PDF vanuit een map of vanaf het bureaublad


1. 2. 3. 4. 5. Open de map met de bestanden die u wilt samenvoegen. Houd de Ctrl-toets ingedrukt en klik op de gewenste bestanden. Klik met de rechtermuisknop en selecteer Ondersteunde bestanden samenvoegen in Nitro PDF. Klik op Op en Neer om de bestanden in de gewenste volgorde te zetten. Selecteer een optie in de lijst PDF-bestanden maken. Hierbij gelden de volgende richtlijnen: l Als het document een goede afdrukkwaliteit moet hebben, selecteert u Voor afdrukken. l Als de afdrukkwaliteit minder belangrijk is dan de bestandsgrootte, selecteert u Voor kantoor. l Als de bestandsgrootte beperkt moet blijven, selecteert u Voor web. 6. Selecteer in de lijst PDF opslaan naar op welke locatie u het bestand wilt opslaan. 7. Klik op Maken.

Bestanden in Nitro PDF Professional samenvoegen in PDF


1. Klik in het tabblad Home in de groep Creren op Bestanden samenvoegen. 2. Klik in het dialoogvenster Bestanden samenvoegen op de knop Bestanden toevoegen en selecteer en rangschik de bestanden die u wilt converteren. 3. Selecteer een optie in de lijst PDF-bestanden maken. Hierbij gelden de volgende richtlijnen: l Als het document een goede afdrukkwaliteit moet hebben, selecteert u Voor afdrukken. l Als de afdrukkwaliteit minder belangrijk is dan de bestandsgrootte, selecteert u Voor kantoor. l Als de bestandsgrootte beperkt moet blijven, selecteert u Voor web. 4. Selecteer in de lijst PDF opslaan naar op welke locatie u het bestand wilt opslaan. 5. Klik op Maken.

221

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's opstellen
Het deelvenster Pagina's kan het rangschikken van pagina's in uw PDF-documenten een stuk gemakkelijker maken. Wanneer u dit deelvenster opent, ziet u een miniatuur van elke pagina, zodat u snel de gewenste pagina's kunt vinden en selecteren. Het deelvenster wordt links van het applicatievenster weergegeven.

U kunt op een van de volgende manieren toegang krijgen tot de functies voor het rangschikken van pagina's:
1. Ga op het tabblad Bewerken naar het groepsmenu Pagina's. 2. Klik op de tab Pagina's (een van de navigatietabs aan de linkerkant van het applicatievenster) en klik vervolgens met de rechtermuisknop op een willekeurige pagina in het deelvenster Pagina's.

222

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's bijsnijden of vergroten/verkleinen


Met de functie Bijsnijden kunt u selecteren welk gedeelte van een pagina u wilt behouden en de overige delen verwijderen. Dit kan handig zijn om overbodige informatie in uw document te wissen of het formaat van de pagina's aan te passen. U kunt pagina's visueel bijsnijden met de functie Bijsnijden en het bij te snijden gebied verder verfijnen in het dialoogvenster Pagina's bijsnijden.

Pagina's bijsnijden met de functie Bijsnijden


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Bijsnijden. 2. Selecteer het gebied dat u wilt behouden door met de muisaanwijzer te slepen. 3. Dubbelklik in het opgegeven gebied. 4. Definieer de bijsnijdmarges in het dialoogvenster Pagina's bijsnijden en geef desgewenst op welke andere pagina's u wilt bijsnijden. 5. Klik op Bijsnijden.

223

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's draaien
U hebt de functie voor het draaien van pagina's in de regel nodig wanneer een document staande en liggende pagina's bevat en de tekst op het scherm dus zowel in verticale als horizontale richting wordt weergegeven. Een PDF-document kan bijvoorbeeld verschillende pagina's met tekst bevatten, gevolgd door een tabel of grafiek waarin de tekst niet van links naar rechts maar van boven naar beneden loopt. Met Nitro Pro 7 kunt u elke pagina draaien in stappen van 90. U kunt pagina's op twee manieren draaien:
l l

Draaien tijdens weergave: om alle pagina's in de weergegeven PDF tijdelijk te draaien Permanent draaien: om de richting van een of meer pagina's in een document te wijzigen en uw wijzigingen op te slaan

Een PDF-document tijdelijk draaien tijdens weergave


1. Klik in het tabblad Home in de groep Beeld op Weergave draaien. Opmerking: de gedraaide weergave wordt niet opgeslagen wanneer u het document sluit.

Pagina's in een PDF permanent draaien


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Draaien. 2. Klik in de lijst Draaien op de gewenste rotatie. 3. Geef op welke pagina's u wilt draaien en klik op de knop Draaien.

224

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's ophalen
Met Nitro Pro 7 kunt u een of meer pagina's uit een PDF-document ophalen en snel een nieuw document met deze pagina's maken. Wanneer u de pagina's hebt opgehaald, kunt u ze desgewenst verwijderen uit het originele PDF-bestand.

Pagina's ophalen
1. 2. 3. 4. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Ophalen. Selecteer het gewenste paginabereik in het dialoogvenster Pagina's ophalen. Schakel desgewenst het selectievakje Opgehaalde pagina's verwijderen in. Klik op Ophalen.

225

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's verwijderen
In Nitro Pro 7 kunt u snel een of meer pagina's uit uw PDF-document verwijderen. Hiervoor gebruikt u het deelvenster Pagina's of de functie Pagina's verwijderen.

Pagina's verwijderen met de functie Pagina's verwijderen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Verwijderen. 2. Selecteer het gewenste paginabereik in het dialoogvenster Pagina's verwijderen. 3. Klik op Verwijderen.

Pagina's verwijderen via het deelvenster Pagina's


1. Klik op de tab Pagina's (een van de navigatietabs aan de linkerkant van het applicatievenster) om het deelvenster Pagina's weer te geven. 2. Houd CTRL ingedrukt en klik in het deelvenster Pagina's op de gewenste pagina's. 3. Kik met de rechtermuisknop op de selectie en selecteer Pagina's verwijderen. 4. Selecteer het gewenste paginabereik in het dialoogvenster Pagina's verwijderen. 5. Klik op Verwijderen.

226

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's in een andere volgorde zetten


U kunt pagina's in uw PDF-bestanden gemakkelijk opnieuw rangschikken met de functies in Nitro Pro 7. In het deelvenster Pagina's kunt u de pagina's eenvoudig in de gewenste volgorde slepen.

De volgorde van pagina's wijzigen in het deelvenster Pagina's


1. Klik op de tab Pagina's (een van de navigatietabs aan de linkerkant van het applicatievenster) om het deelvenster Pagina's weer te geven. 2. Voer een van de volgende handelingen uit in het deelvenster Pagina's: l Als u n pagina wilt selecteren, klikt u op de pagina. l Als u meerdere niet-opeenvolgende pagina's wilt selecteren, houdt u de Ctrl-toets ingedrukt en klikt u op de respectieve pagina's. l Als u opeenvolgende pagina's wilt selecteren, klikt u op de achtergrond van het deelvenster Pagina's en sleept u een rechthoek rond de gewenste pagina's. 3. Sleep de geselecteerde pagina('s) naar de gewenste positie in het document.

227

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's invoegen
Met Nitro Pro 7 kunt u pagina's uit meerdere PDF's in n bestand samenvoegen. Tijdens het invoegproces kunt u kiezen of u een heel document of alleen een reeks pagina's wilt invoegen.

Pagina's in een PDF invoegen


1. 2. 3. 4. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Invoegen. Selecteer het gewenste document in het dialoogvenster Openen. Klik op Openen. Selecteer in het dialoogvenster Pagina's invoegen een optie voor het paginabereik en geef op waar de pagina's in het bestand moeten worden geplaatst. 5. Klik op Invoegen.

228

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Pagina's splitsen
De functie voor het splitsen van pagina's voorziet in geavanceerde hulpmiddelen waarmee u pagina's in bestaande PDF-bestanden kunt kopiren en tot nieuwe PDF-bestanden kunt samenvoegen. De functie omvat de volgende opties:
l l l

Splitsen in groepen pagina's Splitsen op bladwijzers Splitsen op paginabereik

Navigatieproblemen voorkomen
Een veelvoorkomend probleem bij het splitsen van PDF-bestanden is dat de verbinding tussen de koppelingen en hun eindpunt wordt verbroken, omdat de koppelingen niet meer in het oorspronkelijke PDF-bestand staan of omdat de pagina's anders gerangschikt zijn. Met de geavanceerde functie voor het bijwerken van de navigatie-elementen worden alle bladwijzers, koppelingen en bestemmingen bijgewerkt om te zorgen dat deze goed blijven werken.

229

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Splitsen in groepen pagina's


U kunt PDF-bestanden opsplitsen in een set afzonderlijke PDF's, elk met een specifiek aantal pagina's. Als het originele bestand bijvoorbeeld 30 pagina's bevat en u het splitst in bestanden met elk 5 pagina's, worden 6 PDF's gemaakt.

Een PDF in groepen pagina's splitsen


1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Splitsen. 2. Klik op de optie In bestanden van en geef op hoeveel pagina's elk nieuw bestand moet bevatten. 3. Voer een of meer van de volgende handelingen uit in het vak Algemene opties: l Als het document bestemd is voor weergave op internet, selecteert u Snelle webweergave inschakelen. l Als u navigatie-elementen (zoals bladwijzers en hyperlinks) wilt omleiden naar de nieuwe locatie, selecteert u Navigatie-elementen bijwerken. l Als u identieke formuliervelden wilt ondersteunen, selecteert u Identieke formuliervelden ondersteunen. l Als u de PDF-titel wilt bijwerken met de naam van het uitvoerbestand, selecteert u Titel bijwerken met naam uitvoerbestand. l Selecteer een optie in de lijst Bladwijzers om op te geven hoe bladwijzers moeten worden weergegeven wanneer het nieuwe bestand wordt geopend. 4. Voer een van de volgende handelingen uit in het vak Uitvoerbestemming en -bestandsnaam: l Als u de oorspronkelijke bestandsnaam als basisbestandsnaam voor de gesplitste bestanden wilt gebruiken, selecteert u Bestandsnaam gebruiken. l Om een nieuwe basisbestandsnaam op te geven, schakelt u het selectievakje Bestandsnaam gebruiken uit en typt u een nieuwe naam in het vak Basisbestandsnaam. 5. Geef op hoe de bestandsnaam moet worden samengesteld door een optie in de lijst Toevoeging voor naam bestemmingsbestand te selecteren en zo nodig een beginnummer in te voeren. 6. Voer een van de volgende handelingen uit in het vak Doelmap: l Als u de gesplitste PDF's in dezelfde map als het originele bestand wilt plaatsen, klikt u op Zelfde als bronmap. l Als u een nieuwe map voor de gesplitste PDF's wilt opgeven, selecteert u het keuzerondje In en klikt u op de knop Bladeren om een map te selecteren. 7. Klik op Splitsen.

230

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Splitsen op bladwijzers
U kunt n PDF in meerdere bestanden splitsen op basis van de bladwijzerhirarchie en bladwijzerniveaus. Dit is vooral handig als uw bladwijzers gebaseerd zijn op de hoofdstukken en paragrafen en de structuur van uw PDF's. Opmerking:als er geen bestandsnaam is ingesteld wanneer u op bladwijzers splitst, worden de bestandsnamen van de resulterende PDF's afgeleid van de bladwijzertekst.

Splitsen op bladwijzers
1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Splitsen. 2. Klik op de methode Op bladwijzers en voer het bladwijzerniveau (of de bladwijzerniveaus) in waarop het bestand moet worden gesplitst. 3. Voer een of meer van de volgende handelingen uit in het vak Algemene opties: l Als het document bestemd is voor weergave op internet, selecteert u Snelle webweergave inschakelen. l Als u navigatie-elementen (zoals bladwijzers en hyperlinks) wilt omleiden naar de nieuwe locatie, selecteert u Navigatie-elementen bijwerken. l Als u identieke formuliervelden wilt ondersteunen, selecteert u Identieke formuliervelden ondersteunen. l Als u de PDF-titel wilt bijwerken met de naam van het uitvoerbestand, selecteert u Titel bijwerken met naam uitvoerbestand. l Selecteer een optie in de lijst Bladwijzers om op te geven hoe bladwijzers moeten worden weergegeven wanneer het nieuwe bestand wordt geopend. 4. Voer een van de volgende handelingen uit in het vak Uitvoerbestemming en -bestandsnaam: l Als u de bladwijzernaam als bestandsnaam voor elk gesplitst bestand wilt gebruiken, selecteert u Bestandsnaam gebruiken. l Om een nieuwe basisbestandsnaam op te geven, schakelt u het selectievakje Bestandsnaam gebruiken uit en typt u een nieuwe naam in het vak Basisbestandsnaam. 5. Geef op hoe de bestandsnaam moet worden samengesteld door een optie in de lijst Toevoeging voor naam bestemmingsbestand te selecteren en zo nodig een beginnummer in te voeren. 6. Voer een van de volgende handelingen uit in het vak Doelmap: l Als u de gesplitste PDF's in dezelfde map als het originele bestand wilt plaatsen, klikt u op Zelfde als bronmap. l Als u een nieuwe map voor de gesplitste PDF's wilt opgeven, selecteert u het keuzerondje In en klikt u op de knop Bladeren om een map te selecteren. 7. Klik op Splitsen.

231

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Splitsen op paginabereik
De methode voor splitsen op paginabereik biedt extra flexibiliteit bij het splitsen van pagina's. Zo beschikt u over de volgende mogelijkheden:
l l l l l l l l

Afzonderlijke pagina's splitsen in een of meer nieuwe bestanden Een paginabereik splitsen in een of meer nieuwe bestanden Pagina's en paginabereiken samenvoegen Paginabereiken scheiden in afzonderlijke uitvoerbestanden Ongewenste pagina's verwijderen Overlappende paginabereiken gebruiken om meerdere bestanden te maken Splitsen in even en oneven pagina's Paginavolgorde omkeren

Door paginanummers te combineren met eenvoudige parameters (komma's, streepjes, puntkomma's, 'odd' en 'even'), kunt u opgeven welke pagina's moeten worden samengevoegd tot een nieuwe PDF en welke pagina's moeten worden gesplitst om een andere PDF te vormen. Parameter Functie , ; even odd paginascheidingsteken van/tot bestandsscheidingsteken even pagina's oneven pagina's Voorbeeld Met 1-20, 30-40 wordt n PDF gemaakt, bestaande uit pagina 120 en 30-40. 1-5 plaatst pagina 1 t/m 5 in een nieuwe PDF. Met 1-20; 21-40 worden twee nieuwe PDF's gemaakt, een met pagina 1-20 en de andere met pagina 21-40. Met 1-20 even wordt n PDF gemaakt met de even pagina's uit het paginabereik 1-20. Met 1-20 odd wordt n PDF gemaakt met de oneven pagina's uit het paginabereik 1-20.

Splitsen op paginabereik
1. Klik in het tabblad Bewerken in de groep Pagina's op Splitsen. 2. Klik op de optie Op paginabereik en voer het gewenste paginabereik in. 3. Voer een of meer van de volgende handelingen uit in het vak Algemene opties: l Als het document bestemd is voor weergave op internet, selecteert u Snelle webweergave inschakelen. l Als u navigatie-elementen (zoals bladwijzers en hyperlinks) wilt omleiden naar de nieuwe locatie, selecteert u Navigatie-elementen bijwerken. l Als u identieke formuliervelden wilt ondersteunen, selecteert u Identieke formuliervelden ondersteunen. l Als u de PDF-titel wilt bijwerken met de naam van het uitvoerbestand, selecteert u Titel bijwerken met naam uitvoerbestand. l Selecteer een optie in de lijst Bladwijzers om op te geven hoe bladwijzers moeten worden weergegeven wanneer het nieuwe bestand wordt geopend.

232

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

4. Voer een van de volgende handelingen uit in het vak Uitvoerbestemming en -bestandsnaam: l Als u de oorspronkelijke bestandsnaam als basisbestandsnaam voor de gesplitste bestanden wilt gebruiken, selecteert u Bestandsnaam gebruiken. l Om een nieuwe basisbestandsnaam op te geven, schakelt u het selectievakje Bestandsnaam gebruiken uit en typt u een nieuwe naam in het vak Basisbestandsnaam. 5. Geef op hoe de bestandsnaam moet worden samengesteld door een optie in de lijst Toevoeging voor naam bestemmingsbestand te selecteren en zo nodig een beginnummer in te voeren. 6. Voer een van de volgende handelingen uit in het vak Doelmap: 1. Als u de gesplitste PDF's in dezelfde map als het originele bestand wilt plaatsen, klikt u op Zelfde als bronmap. 2. Als u een nieuwe map voor de gesplitste PDF's wilt opgeven, selecteert u het keuzerondje In en klikt u op de knop Bladeren om een map te selecteren. 7. Klik op Splitsen.

233

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-documenten afdrukken
Als u een papieren exemplaar van uw PDF-document nodig hebt, kunt u het document vanuit Nitro Pro 7 afdrukken.

Een PDF-document afdrukken:


1. Open uw PDF-document in Nitro Pro 7. 2. Selecteer in het menu Bestand de optie Afdrukken of Ctrl+P, of klik op Afdrukken in de werkbalk Snelle toegang. Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven. 3. Geef de volgende opties op: l Printer: o Naam: selecteer een van de printers die op uw systeem is genstalleerd. o Eigenschappen: stel de voorkeursinstellingen voor de printer naar wens in. o Afdrukken: druk het document af met of zonder markeringen en stempels. Raadpleeg Aantekeningenlaag en inhoudslaag voor verdere informatie over aantekeningen en markeringen. o Alleen pagina's met markeringen afdrukken: pagina's zonder markeringen worden overgeslagen. l Paginabereik: geef de pagina's op die u naar de printer wilt sturen. o Subset: filter het opgegeven paginabereik: alle, oneven, of even. l Paginaverwerking: o Schaal aanpassen: de inhoud van de pagina's kan worden vergroot om de hele pagina te vullen, of verkleind als de inhoud buiten het afdrukbare gebied valt. Standaard wordt het afdrukgebied opgevuld; als er delen op de afdruk missen, kunt u deze instelling veranderen om de inhoud te verkleinen. o Meerdere pagina's: hiermee kunnen meerdere exemplaren van dezelfde pagina op n vel worden gedrukt. o Aantal: hiermee worden meerdere kopien van iedere pagina afgedrukt. o Automatisch draaien: hiermee wordt de richting van de pagina automatisch aangepast om op het geselecteerde papierformaat te passen. o PDF-paginaformaat gebruiken: het papierformaat wordt automatisch geselecteerd op basis van het PDF-paginaformaat. 4. Klik op OK. TIP: als u de gemaakte wijzigingen wilt controleren, kunt u door de pagina's van uw document bladeren in het gebied Voorbeeld.

234

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

PDF-documenten per e-mail verzenden


Nitro Pro 7 maakt het uiterst eenvoudig om een PDF-bestand per e-mail te verzenden door een nieuw bericht voor u op te stellen en het bestand automatisch als bijlage aan dit bericht te koppelen.

PDF als e-mailbijlage verzenden


1. Open uw PDF-document in Nitro Pro 7. 2. Klik in het menu Bestand op E-mailen als PDF-bijlage. 3. Er wordt nu een e-mail samengesteld in uw standaard e-mailclient en uw PDF-document wordt als bijlage aan het bericht gekoppeld. 4. Typ het bericht in het berichtvenster van de e-mail en klik op Verzenden.

235

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Ongedaan maken en Opnieuw


Nitro Pro 7 biedt functies waarmee u uitgevoerde handelingen ongedaan kunt maken en de ongedaan gemaakte handelingen opnieuw kunt toepassen.

Handeling ongedaan maken:


Voer een van de volgende handelingen uit: l Klik op Ongedaan maken in de werkbalk Snelle toegang. l Druk op Ctrl+Z

Meerdere handelingen tegelijk ongedaan maken:


1. Klik op de pijl naast Ongedaan maken. In het menu worden de handelingen weergegeven die u ongedaan kunt maken. De laatst uitgevoerde handelingen staan bovenaan. 2. Selecteer de acties die u ongedaan wilt maken. Onderaan het menu wordt het aantal geselecteerde handelingen weergegeven. 3. Klik op de muisknop om de geselecteerde handelingen ongedaan te maken.

Ongedaan gemaakte handeling opnieuw uitvoeren:


Voer een van de volgende handelingen uit: l Klik op Opnieuw in de werkbalk Snelle toegang. l Druk op Ctrl+Y

Meerdere handelingen tegelijk opnieuw uitvoeren:


1. Klik op de pijl naast Opnieuw. In het menu worden de handelingen weergegeven die u opnieuw kunt uitvoeren. De laatst uitgevoerde handelingen staan bovenaan. 2. Selecteer de acties die u opnieuw wilt uitvoeren. Onderaan het menu wordt het aantal geselecteerde handelingen weergegeven. 3. Klik op de muisknop om de geselecteerde handelingen opnieuw uit te voeren.

236

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Voorkeuren
Nitro Pro 7 kan naar wens worden geconfigureerd om de instellingen van weergave, functies, updates en conversie op uw werkproces af te stemmen.

De voorkeuren openen:
1. Selecteer Voorkeuren in het tabblad Bestand. 2. Stel de opties in de twee delen van het dialoogvenster Voorkeuren naar wens in: o De optiecategorien staan in de kolom aan de linkerkant. Druk op de knop +om de lijst uit te vouwen en de subcategorien weer te geven. o De opties voor iedere categorie staan in het rechterdeel van het venster.

Uitleg van de voorkeursinstellingen


Op updates controleren
Nitro Pro 7 kan worden ingesteld om automatisch periodiek te controleren of er updates zijn en deze te installeren: Iedere dag, Iedere week, of Iedere maand. Selecteer Nooit om deze optie uit te schakelen.

Kleurbeheer
Met de opties voor kleurbeheer kan Nitro Reader 2 PDF-bestanden weergeven overeenkomstig de kleurruimte die gebruikt is door de applicatie waarin ze zijn gemaakt of bewerkt. Een kleurruimte definieert de kleurenreeks (of gamma) die wordt verwerkt door een beeldscherm of printer. Voorbeeld: als een foto is gemaakt met een digitale camera en met gebruik van de kleurruimte Adobe RGB1998, wordt u aanbevolen dezelfde RGB-kleurruimte in Nitro Reader 2 te activeren, om te zorgen dat de kleuren overeenkomen met de bron (in dit geval dus de camera).
l l l l

RGB: specificeer de kleurruimte voor alle afbeeldingen die het RGB-kleurmodel gebruiken. CMYK: specificeer de kleurruimte voor alle afbeeldingen die het CMYK-kleurmodel gebruiken. Grijsschaal: de kleurruimte staat standaard op Uit. Engine: specificeer Little CMS of ICM als uw engine voor kleurbeheer, in overeenstemming met het kleurbeheer van uw grafische applicatie.

Commentaar invoeren Pop-upnotities


l l

Lettertype: hiermee wordt het standaardlettertype voor pop-upnotities en antwoorden ingesteld. Lettertypegrootte: hiermee wordt de lettertypegrootte van de tekst op pop-upnotities vergroot of verkleind. Transparantie: hiermee stelt u de mate van transparantheid van pop-upnotities in.

Conversie Afbeeldingen ophalen


l

Kleurenafbeeldingen ophalen als: sla opgehaalde kleurenafbeeldingen in de opgegeven bestandsindeling op, of selecteer Optimaal om de afbeeldingen automatisch in de meest geschikte indeling op te slaan. Zwart/wit-afbeeldingen ophalen als: sla opgehaalde zwart/wit-afbeeldingen in de opgegeven bestandsindeling op, of selecteer Optimaal om de afbeeldingen automatisch in de meest geschikte indeling op te slaan.

237

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Conversie Onbewerkte tekst


l

Onbewerkte tekst: houd tekst in dezelfde alineastructuur als in het oorspronkelijke document, of verwijder de structuur en exporteer tekst in regels van een aantal tekens, dat u hier kunt opgeven. Kop- en voettekst: hiermee kunt u bepalen of de kop- en voetregels in de originele PDF wel dan niet worden geconverteerd.

Conversie Geavanceerd tekstherstel


l l l

Alle tekst: hiermee wordt alle tekst geconverteerd met gebruik van optisch tekstherstel. Alleen probleemtekst: optisch tekstherstel wordt hiermee alleen op probleemtekst toegepast. Geen hiermee wordt probleemtekst genegeerd.

OPMERKING: voor gebruik van geavanceerd tekstherstel moet MODI zijn genstalleerd. Deze procedure wordt beschreven in de Nitro PDF Knowledge Base. Verdere informatie hierover kunt u vinden op http://www.nitropdf.com/kb/Article.aspx?id=10261

Formulieren
l

l l

Veldwaarden automatisch berekenen: als een PDF-formulier veel complexe en onderling afhankelijke berekeningen bevat, kan dit invloed uitoefenen op de werking van een PDF-viewer. Als u dit soort formulieren vaak gebruikt, of een soortgelijk formulier gaat invullen, wordt u aanbevolen deze voorkeursinstelling uit te schakelen. Formuliervelden markeren: hiermee worden formuliervelden automatisch gemarkeerd, zodat ze duidelijk zichtbaar zijn. Markeringskleur: selecteer de kleur voor de markering van de formuliervelden. Kleur Verplicht veld: verplichte formuliervelden worden in deze kleur weergegeven.

Algemeen
l

l l

Instellen als standaard PDF-viewer: hiermee wordt Nitro Pro 7 ingesteld als de applicatie die standaard wordt geopend als u een PDF-document opent. Melden als... Nitro Reader 2 geeft een bericht weer als er een ander programma als standaard PDF-viewer wordt ingesteld. Standaardpag.weergave: selecteer de paginaweergave voor het lezen van PDF-documenten. Standaard zoom: selecteer hier de standaardvergroting/verkleining voor het lezen van PDFdocumenten. Handje kan tekst en afbeeldingen selecteren: hiermee kunt u het handje gebruiken om alle typen inhoud van het document te selecteren. Afbeeldingen vr tekst selecteren...: als het document tekst en afbeeldingen bevat die elkaar overlappen, wordt de afbeelding het eerst geselecteerd. Tekst zonder opmaak kopiren: hiermee wordt tekst zonder de aanwezige opmaak naar het klembord gekopieerd. Tekst met opmaak kopiren: tekst wordt met de aanwezige opmaak naar het klembord gekopieerd.

Identiteit
l

Sla uw persoonlijke gegevens op, zodat ze gebruikt kunnen worden om automatisch bepaalde velden in te vullen, zoals de aantekeningsgegevens.

238

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Interface
l

Uitgebreide knopinfo tonen: toont gedetailleerde informatie over een gereedschap wanneer u de muis op de bijbehorende knop plaatst. Toelichting tonen boven dialoogvensters: hiermee wordt de samenvatting met de beschrijving van de functie van een dialoogvenster getoond of verborgen. WebDav-gerelateerde infobalkberichten tonen: toont een bericht in de infobalk als netwerkproblemen van invloed zijn op het openen en verwerken van het PDF-bestand. Informatiebalk tonen als document formuliervelden bevat: toont een bericht in de infobalk wanneer u een PDF-document met interactieve formuliervelden opent. Informatiebalk tonen als JavaScript wordt gedetecteerd, maar is uitgeschakeld in Voorkeuren: toont een bericht in de infobalk om u te helpen herinneren JavaScript in te schakelen om het scriptonderdeel van een PDF-bestand te openen. Informatiebalk tonen als document is gecertificeerd: toont een bericht in de infobalk wanneer u een gecertificeerd PDF-document opent. Informatiebalk tonen als document is beveiligd: toont een bericht in de infobalk wanneer u een PDF-document met beveiligingsbeperkingen opent. Knop Doe meer met Pro tonen in het tabblad Home:schakel dit selectievakje in om de knop Doe meer met Pro uit het tabblad Help ook weer te geven in het tabblad Home. Kleurenschema: selecteer Blauw, Zwart of Zilver voor het kleurenschema van de vensters, menu's en dialoogvensters in Nitro Reader 2 Tekstgrootte bladwijzers: hiermee kunt u de grootte van bladwijzerlabels in het deelvenster Bladwijzers instellen. Laatste weergave-instellingen herstellen als documenten opnieuw worden geopend: als u een PDF-document opnieuw opent, gaat u automatisch meteen naar de laatste pagina die u de vorige keer bekeek en wordt tevens het gebruikte zoomniveau hersteld. Deze instelling is standaard uitgeschakeld en onderdrukt de instelling Paginaweergave in het PDF-bestand, waarmee de openingspagina wordt gespecificeerd. Maximumaantal documenten in geschiedenislijst: geef op voor hoeveel recent geopende bestanden het paginanummer en zoomniveau moet worden geregistreerd; het maximum is 25. Maximumaantal documenten in de lijst Laatst gebruikt: geef het aantal documenten op (max. 10) dat in het menu Bestand onder Laatst gebruikte documenten moet worden getoond.

Internettoegang
l

l l

Ik wil een lijst vertrouwde sites opgeven: geef een PDF-bestand wel of geen toestemming om verbinding te maken met het internet. Alle websites toestaan: alle PDF-bestanden krijgen onbeperkt toegang tot het internet. Alle websites blokkeren: toegang tot het internet wordt geblokkeerd wanneer een PDF-bestand verbinding probeert te maken. Toegang tot de volgende websites...: typ het adres van een website in het tekstveld en klik op Toestaan om hier onbeperkte toegang aan toe te wijzen. Bewerken: klik op het adres van een website in de uitzonderingenlijst en klik dan op Bewerken om dit adres te wijzigen. Verwijderen: klik op het adres van een website in de uitzonderingenlijst en klik dan op Verwijderen om dit adres uit de lijst te verwijderen. Altijd vragen: hiermee hebben alle PDF-bestanden die verbinding proberen te maken met het internet, maar die niet op de uitzonderingenlijst staan, uw toestemming nodig.

239

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Toegang blokkeren: hiermee wordt de toegang van PDF-bestanden tot alle websites die niet in de uitzonderingenlijst staan, geblokkeerd.

JavaScript
l

JavaScript uitschakelen: sommige PDF-documenten bevatten ingesloten JavaScript dat gevaren voor de beveiliging veroorzaakt. Schakel het selectievakje JavaScript uitschakelen in om JavaScript om beveiligingsredenen uit te schakelen of om aan het ICT-beleid van uw bedrijf te voldoen.

Invoegtoepassingsbeheer
l

Invoegtoepassingsbeheer: geeft een lijst van invoegtoepassingen weer die u kunt in- of uitschakelen voor Nitro Reader 2

Eenheden en raster
l

l l

l l

Standaardeenheden: geef de standaardmaateenheden, zoals paginamarges, op die in de gereedschappen moet worden gebruikt. Raster tonen: hiermee toont of verbergt u het raster in het documentvenster. Uitlijnen op raster: als u de plaats van voorwerpen zoals plakbriefjes en tekst verandert, zullen ze met deze functie automatisch op de dichtstbijliggende rasterlijn worden uitgelijnd. Rasterlijnkleur: hiermee stelt u de kleur van de rasterlijnen in. Rasterafmetingen: geef de verschillende afmetingen voor het raster op.

TIP: u kunt de maateenheden voor de rasterwaarden wijzigen door de instelling Standaardeenheden in het gedeelte Eenheden en raster te veranderen.

240

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Bijlage
In de volgende onderwerpen wordt achtergrondinformatie gegeven over Nitro Pro 7 en tevens enige technische informatie over PDF-bestanden: l Aantekeningenlaag en inhoudslaag l Ingesloten lettertypen

241

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Aantekeningenlaag en inhoudslaag
In een PDF-bestand ligt de aantekeningenlaag boven de inhoudslaag, te vergelijken met een glasplaat op een gedrukt vel papier. De inhoudslaag bevat afbeeldingen, formuliervelden en het grootste deel van de tekst. Als u een Worddocument naar PDF converteert, bevat de inhoudslaag de inhoud die de oorspronkelijke auteur heeft geschreven. Veel PDF-bestanden bevatten uitsluitend een inhoudslaag. Commentaar en markeringen worden hier in een aparte laag, de aantekeningenlaag, overheen gelegd. Aantekeningen zijn gescheiden van de hoofdinhoud van de pagina in het PDF-bestand. Ze kunnen worden bewerkt, verplaatst of verwijderd zonder dat dit van invloed is op de inhoud van de inhoudslaag. Wanneer een PDF-bestand wordt opgeslagen, worden de aantekeningenlaag en de inhoudslaag in hetzelfde bestand opgeslagen, maar als afzonderlijke objecten. Zo kan iedereen de aantekeningen op eenvoudige wijze veranderen zonder hiermee de inhoud te veranderen. OPMERKING:aantekeningen omvatten de volgende objecten, die u via het tabblad Controleren kunt beheren: l Notities l Vormen: pijl, rechthoek, ovaal, lijn, wolk, veelhoek, veelhoekslijn l Tekeningen l Tekstvakken l Toelichtingen l Stempels l Getypte tekst met de functie Tekst typen l Formuliervelden l Koppelingen

Voorbeelden
l l

Wijzigingen aan een briefhoofd veranderen de inhoudslaag van het document. Functies zoals het invullen van informatie in formulieren en uw handtekening toevoegen worden in de aantekeningenlaag uitgevoerd. Het formulier zelf, bijvoorbeeld onderdelen zoals 'Naam' en 'Adres', wordt hiermee niet permanent gewijzigd.

TIP:u kunt in een oogopslag zien welke delen van een PDF-document in de aantekeningenlaag zitten: l Als u het Handje of het selectiegereedschap over een aantekening beweegt, verandert de vorm van de cursor in een zwarte pijl. l Als u op een aantekening klikt, worden de randen van de aantekening aangegeven met een begrenzingsvak met rode selectiegrepen. l Klik en sleep de aantekening als u deze wilt verplaatsen.

Tekst uit de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag verplaatsen


Tekst kan op de volgende manieren van de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag worden verplaatst, m.a.w. worden 'afgevlakt':

242

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

l l

Selectie afvlakken: de geselecteerde tekst wordt van de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag verplaatst Alles afvlakken: alle inhoud wordt van de aantekeningenlaag naar de inhoudslaag verplaatst Opslaan als --> Afgevlakte PDF: hiermee worden alle aantekeningen in het document naar de inhoudslaag verplaatst en wordt de PDF in n enkele stap afgevlakt en opgeslagen in het opgegeven bestand

Afdrukopties
Als u een PDF-bestand afdrukt, wordt standaard de inhoudslaag afgedrukt. Het afdrukken van de aantekeningenlaag is optioneel. U kunt selecteren of u alleen het document wilt afdrukken, het document met de tekstmarkeringen, of het document en de stempels. Verdere informatie over het beheren van tekst in de aantekeningenlaag en in de inhoudslaag kunt u vinden in Tekst toevoegen of bewerken.

243

Nitro

Nitro Pro 7 - Gebruikershandleiding

Ingesloten lettertypen
Lettertypen insluiten
Afhankelijk van de instellingen die tijdens het maken van een PDF-bestand zijn gebruikt, kunnen de eigenschappen van lettertypen sterk variren. Dit kan uw mogelijkheid om met tekst in het PDF-bestand te werken, sterk benvloeden. Vooral PDF's met subset-lettertypen kunnen problemen veroorzaken wanneer er nog enkele laatste correcties nodig zijn. Door lettertypen in te sluiten, kan het PDF-bestand nauwkeurig op het scherm worden weergegeven en worden afgedrukt. Als u bij het bewerken van een PDF-bestand een bepaald lettertype wilt gebruiken, moet dit op uw systeem zijn genstalleerd. In PDF-bestanden kunnen drie niveaus van insluiting worden gebruikt: l Geen insluiting. Zonder ingesloten lettertypen ontstaan de kleinste bestanden, aangezien er geen lettertypen in de PDF zijn opgeslagen. Het nadeel is echter dat de PDF er op andere schermen totaal anders uit kan zien, afhankelijk van de gebruikte lettertypen. Wanneer populaire lettertypen in een PDF zijn gebruikt (zoals Times New Roman, Arial, Times, Courier en Symbol), zal de PDF er ongeveer hetzelfde uitzien als het origineel, aangezien deze lettertypen op praktisch elke computer zijn genstalleerd. Gebruikt u echter een speciaal lettertype dat uw ontvangers niet op hun systeem hebben, dan zal uw document er heel anders uitzien dan het bestand dat u hebt samengesteld. l Subset insluiten. Hiermee wordt alleen het deel van ieder lettertype ingesloten dat in het brondocument is gebruikt, dus alleen die tekens die nodig zijn om het origineel te reproduceren. Aangezien slechts een deel van het hele lettertype in de PDF is ingesloten, kunnen tekens die niet in de originele PDF zijn ingesloten, niet worden getypt. Als u bijvoorbeeld probeert de letter X in te voeren terwijl deze letter niet in het originele document voorkomt, wordt deze letter niet ingevoegd. De reden waarom gebruik wordt gemaakt van ingesloten subsets, is dat gebruikers willen dat hun bestanden er precies zo uitzien als ze zijn ontworpen en tegelijkertijd zo klein mogelijk blijven; een volledig ingesloten lettertype maakt het bestand aanzienlijk groter. l Lettertype insluiten. Het hele lettertype wordt in de PDF ingesloten. Dit vergroot het PDFbestand, maar het is wel de beste optie als de tekst rechtstreeks in de PDF moet kunnen worden bewerkt, aangezien alle lettertype-informatie beschikbaar is. TIP: Als u een overzicht van alle lettertypen in een PDF en de methoden van insluiting wilt weergeven, drukt u op Ctrl+D of klikt u met de rechtermuisknop (met het Handje) op een willekeurige plaats in het document en selecteert u Documenteigenschappen. Selecteer het tabblad Lettertypen in het dialoogvenster Documenteigenschappen. Als u de lettertype-eigenschappen van geselecteerde tekst in een PDF wilt bekijken, klikt u met de rechtermuisknop op de tekst terwijl het gereedschap Bewerken actief is, en selecteert u Eigenschappen bewerken. Het dialoogvenster Teksteigenschappen wordt weergegeven. Onder aan het venster wordt informatie over ingesloten lettertypen weergegeven.

244

Nitro

You might also like