Professional Documents
Culture Documents
On Twerps Chet Sen
On Twerps Chet Sen
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
MATERIALEN
-
de breedte van een lijn bepaald hoe abstract of gedetailleerd een schets kan zijn. Tekenen met een fijne punt moedigt aan tot schetsen met kleine details. Schetsen met een brede punt verplicht tot het essentile en het elimineren van kleine details. (gom: ivoorkleurig Cont)) (kneedgom) papier: wit A4 schetspapier, gesatineerd, fijnkorrelig, min 120gr/m2, niet te glad, niet te ruw > medium slijper: lange punt, slijpafval in briefomslag op tafel en in vuilbak gooien
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
fig. willekeurige rechten / evenwijdige rechten / horizontale rechten / evenwijdige horiz. rechten
vlakken
De problematiek van het vlak in de ruimte. We beginnen met het verticale vlak, dan het horizontale vlak, dan het schuine vlak,etc. Een vierkant zie je pas als een vierkant als het vierkant frontaal voor je staat. In realiteit zie je een vierkant bijna altijd versmalt. De ene verticale ribbe is dichter bij je dan de andere. Diegene die dichter staat zal groter zijn, naarmate ze zich verder bevindt zal de ribbe kleiner worden. Dit is een perspectivische beweging van het vlak die afhankelijk is van de positie van de schetser. De perspectiefwerking van het vlak wordt bepaald door de verticale lijnen die verticaal blijven en de horizontalen die schuin weglopen.
Voorbeelden: a) trommel (2vierkanten laten draaien omheen centrale as) of verticaal vlak (vierkant) laten draaien rondom 1 ribbe, de vlakken veranderen van vorm omdat ze een andere positie innemen tov jezelf. De ribbe die het dichtste ligt blijft gelijk. De andere ribben worden als maar kleiner hoe verder dat vlak zich van ons bevind. Het vlak draait en krijgt als maar meer perspectief en dus ook een steilere hellingshoek en je ziet er minder van (de verticalen komen dichter bij elkaar). Hoe verder van de ooglijn, hoe meer perspectief en hoe meer je ziet. Hoe dichter bij de ooglijn, hoe minder je ziet. b) het centraal perspectief adhv spoorweglandschap centraal vluchtpunt = p. Gelijke maten worden hoe verder hoe kleiner. Hoe minder we van een vlak iets zien, hoe meer perspectief. (vlak naar beneden schuiven en vlak naar links/rechts verschuiven)
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
1] de verticalen: - teken de dichtstbijzijnde verticale: deze vind je door je potlood horizontaal te leggen, van onder naar boven schuiven en de eerste die je tegen komt is de dichtstbijzijnde verticale. - afstand kiezen op die verticale = de basismaat (ab) waarmee je alle afstanden zal refereren - meet de afstand tussen de verticalen adhv je basismaat. Meet de kleinste afstand in de grootste: hoe vaak kan deze in de basismaat. Zo kom je aan ad [x en y]. 2] bepaling van de ooglijn: afstand tot de ooglijn meten en uitzetten. De afstand kan gemeten worden adhv de basismaat. 3] hellingen uitzetten: begin met de sterkste helling, want het vluchtpunt van een sterke helling zal juister bepaald zijn dan het vluchtpunt van een rechte met een zwakke helling. Sowieso de helling meten van het punt en de rechte die het dichtste bij jou is. Dus potlood horizontaal leggen in hoekpunt en de hoek in schatten. Als controle je blad verticaal houden, potlood in de helling leggen en je blad erachter schuiven (+ eventueel aanpassen). Potlood altijd horizontaal loodrecht in het vlak bewegen. - Deze lijn doorzetten tot op de ooglijn, b wordt verbonden met datzelfde punt op de ooglijn. - horizontale tekenen in het punt d en de hellingshoek in d in schatten > zo vind je e. - Evenwijdige rechten naar hetzelfde vluchtpunt brengen > f - achterste vlak opnieuw dmv hellingshoek in schatten en hetzelfde ritueel herhalen.
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
Tekstuur en grijswaarden
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
10
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
STANDPUNTBEPALING
teken 4 vierkanten naast elkaar onder een ooglijn. deze vierkanten krijgen een valbeweging naar achter toe tot ze horizontaal liggen. we vertrekken van 4 verschillende standpunten weergegeven door de verticale as: - centraal perspectief: symmetrisch/ in het midden voor het vierkant - asymmetrisch perspectief - perspectief van op de rand van vierkant - perspectief van naast het vierkant 1. centraal perspectief: XX door midden van vierkant, A valt neer op a, c wordt c, Alpha = alpha, bk=dk 2. asymmetrisch perspectief: YY aan op van vierkant, Alpha < alpha, bk < dk, 3. perspectief op de rand: ZZ op rand van het vierkant, Alpha = 0 maximaal perspectief, bk < dk 4. perspectief van naast het vierkant: WW naast het vierkant, Alpha wordt negatief, Alpha wordt als maar groter, bk < dk aangezien bij 2, 3 en 4 het punt b dichter bij ons (k) ligt en dus het dichtstbijzijnde punt is, zal bd schuin komen te liggen en ook een vluchtpunt krijgen. Het perspectief gaat altijd van dichtbij naar ver! Aan de hand van het CENTRAAL PERSPECTIEF bij een de spoorweg gaan we enkele perspectivische principes verduidelijken. DIAGONAALCONCEPT: Begin met 1 vlak in perspectief (verticaal of horizontaal), dit vlak gaan we vermenigvuldigen naar voor, achter, boven en onder. Hier zijn 2 methodes voor: 1) teken de diagonalen van het vlak, opdelen in 2 helften en deze helften toevoegen adhv diagonaalconcept (trage methode) 2) een beter en snellere manier is het vlak in 1 keer vermenigvuldigen. Het midden van de zijde bepalen, vertrek van een hoek, die niet op deze zijde ligt, en ga door het midden van die zijde. Zo kan je het volgende vlak vinden (snelle methode) opmerkingen: - Je kan best altijd de kortste zijde gebruiken - Deze methode kan zowel op verticale als horizontale vlakken toegepast worden.- aan de hand van de diagonalen kan je snel perspectivisch halveren, een vlak in gelijke delen verdelen.
11
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
2)
- kruis en de hoeken uitzetten van het dichtstbijzijnde punt - basismaat kiezen en de andere zijden uitzetten - ooglijn bepalen adhv basismaat - horizontale lijnen die vluchten naar vluchtpunt op de ooglijn tekenen - bij de schuine vlakken checken welk punt het dichtstbijzijnd is vanaf dit punt lopen de lijnen weg van je controles: vertikaal vlak in het midden, voorste driehoek > achterste driehoek
12
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
Leon Spilliaert
Benoit
13
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
Hier zien we het verloop van het dichtstbijzijnde punt. Bij de vlakken 1,2 en 3 ligt het dichtstbijzijnde punt weg van de as waar rond de vlakken draaien. Bij vlak 5,6 en 7 ligt het dichtstbijzijnde punt op de as waar rond de vlakken draaien. HET VIERKANT WILLEKEURIG IN DE RUIMTE Horizontaal vlak in de ruimte + tussenstand als willekeurige ligging in de ruimte. Deze situatie wordt nu uitgelegd via de kubus gekanteld in de ruimte.
Meetmethode:
Fase 1 assenstelsel door het dichtst bijzijnde punt Fase 2 bepalen uiterste begrenzing Fase 3 bepalen uiterste punten Fase 4 bepalen resterende uiterste punten Fase 5 bepalen van inwendig punt * opmerken dat men best begint met de eenvoudigste elementen die de schuin-geplaatste kubus omringen. Eerst tekenen van de drie dichtst bijzijnde ribben. Deze bepalen dan het verloop van het perspectief. Aandacht t.o.v. het dichtst bijzijnde punt of ribbe
14
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
- B > B: Het vlak met het minste perspectief (met de kleinste hellinghoek) wordt kleiner of beter onzichtbaarder in de diepte. - A < A: Het vlak met het meeste perspectief (met de grootste hellingshoek) wordt groter of beter zichtbaarder in de diepte.
3. Oefenen op het tekenen van een silhouet. Door jezelf op te meten leer je de verhoudingen van een persoon kennen. Je gaat de meest courante posities van een mens neertekenen en de afmetingen hiervan opmeten en noteren. Hierbij denken we aan neerliggen (> afmetingen bed), zitten in zetel en op stoel, hoogte van de handen als je aan tafel zit of aan bureau (> tafel hoogte), rechtstaand werken (> hoogte aanrecht), armen omhoog, armen horizontaal, etc. Om een eerste gevoel te krijgen met de menselijke proporties kan je afbeeldingen uit tijdschriften door kalkeren en abstraheren.
15
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
vb. Modulor Le Corbusier 4. Een schetsmatige voorstelling houdt in: Plan/bovenaanzicht/vooraanzicht/zijaanzicht/achteraanzicht en doorsneden van het gegeven, met diepte aanduiding aanzicht van het gegeven, eveneens met diepte aanduiding en de menselijke schaal. het plan en de aanzichten staan in relatie ten opzichte van elkaar. vergeet niet te denken aan de pagina-layout, de ondergrond (uittesten van lichte en donkere papiersoorten), de diversiteit van de technieken (stift, verf, potlood, etc.) formaat waarbij verschillende schetsen op 1 pagina kunnen staan, maw niet TE groot beginnen ! (deel je pagina bijv. eerst in in verschillende zones) Planmatig: De student maakt eerst een klein plannetje van de positie van de verschillende objecten tov elkaar en tov het tafelvlak. Op het plan kan hij ook bepaalde verhoudingen weergeven, de student kan de objecten zelfs gaan opmeten. Op dit plan worden de dichtstbijzijnde punten en de richtingen van het persepctief voor de horizontale rechten.. Structuurschets. Dit betekent een snelle weergave van wat je ziet. Onderzoeken hoe de opstelling in elkaar zit. De structuur van een object komt overeen met bijvoorbeeld de structuur van een gebouw, maw de stalen, houten of betonnen draagstructuur. Hierbij vragen we geen opwerking, enkel de structuur, transparant getekend. Met kleur gaan we de belangrijke uitgangspunten markeren (dichtstbijzijnde ribbe, hellingshoeken, afstand tot de ooglijn, etc). De kleinste hellingshoeken (bij de vlakken waar je het meeste van ziet) worden met een ander kleur geaccentueerd dan de grootste hellingshoeken (van de vlakken waar je het minste van ziet). Expressieve ruimtelijke weergave: de compositie vanuit eenzelfde of een ander standpunt correct gaan weergeven inclusief de volledige schaduwwerking! Hierbij wordt de nadruk gelegd op het persoonlijke karakter dmv schaduwwerking, kleur, etc.
16
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
DE CIRKEL IN PERSPECTIEF
1 EEN ELLIPS. Deze ellips is een geometrische figuur die opgebouwd is rond 2 assen waarop (verschillend met cirkel) ongelijke afstanden zijn uitgezet. De figuur is symmetrisch opgebouwd tov. Beide assen. Hoe de opbouw van de ellips realiseren? - De ellips is een gesloten vlakke kromme, nergens komen cirkeldelen voor. De ellips heeft 2 assen die loodrecht op elkaar staan en elkaar doormidden delen. Teken vanuit de 2 assen, 2 uit te zetten afstanden - vanuit de rechthoek die de afstanden omsluit en die de verhoudingen (hoogte en breedte) van de ellips uitdrukt. Deze verhouding vind men terug bij de diagonaal. Het snijpunt van beide assen is het ELLIPTISCHE MIDDEN (EM). (eenvoudige methode) - Vanuit de ingeschreven achtpuntsmethode. Een vierkant in perspectief Mogelijke fouten bij het tekenen van de ellips: - de hoeken zijn te scherp - de buigpunten zijn plat iplv rond > de ellips moet raken aan de begrenzenden in buigpunten 2.De verkorting van een cirkel in perspectief is altijd een ellips. Een cirkel in de ruimte kennen we onder 3 verschijningsvormen: - een zuivere cirkel: in frontaal aanzicht - een rechte lijn wanneer we vlak over de cirkel heen kijken - een ellips bij elke andere stand 3.Afhankelijk van het standpunt tot de horizon worden de ellipsen meer of minder afgeplat. Lange en korte as verschillen dus in verhouding. De cirkel die zich dichter bij de ooglijn bevind zal minder rond zijn. Het snijpunt van de lange en korte as valt niet samen met het perspectivische midden van het omschreven vierkant, maar ligt daar altijd voor. De ellips raakt het omschreven vierkant uitsluitend op de vier middens van de zijden. .
17
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
4. een schetsmatige voorstelling houdt in: Plan/bovenaanzicht/vooraanzicht/zijaanzicht/achteraanzicht en doorsneden van het gegeven, met diepte aanduiding Aanzicht van het gegeven, eveneens met diepte aanduiding en menselijke schaal. Het plan en aanzichten staan in relatie ten opzichte van elkaar. Vergeet niet te denken aan de pagina-layout, de ondergrond (uittesten van lichte en donkere papiersoorten , de diversiteit van de technieken ( stift,verf,potlood ect.) formaat waarbij verschillende schetsen op 1 pagina kunnen staan, maw niet TE groot beginnen (deel je pagina bv eerst in in verschillende zones) Planmatig: de student maakt eerst een klein plannetje van de positie van de verschillende objecten tov elkaar en tov het tafelvlak. Op het plan kan hij ook een bepaalde verhoudingen weergeven, de student kan de objecten zelfs gaan opmeten. Op dit plan worden de dichtstbijzijnde punten en de richtingen van het perspectief voor de horizontale rechten. Structuurschets: dit betekent een snelle weergaven van wat je ziet. Onderzoeken hoe de opstelling in elkaar zit. De structuur van een object komt overeen met bijvoorbeeld de structuur van een gebouw, maw de stalen, houten of betonnen draagstructuur. Hierbij vragen we geen opwerking, enkel de structuur, transparant getekend. Met kleur gaan we de belangrijkste uitgangspunten markeren (dichtstbijzijnde ribbe, hellingshoeken, afstand tot de ooglijn ect. ) de kleinste hellingshoeken ( de vlakken waar je het meest van ziet ) worden met een andere kleur geaccentueerd dan de grootste hellingshoeken ( van de vlakken waar je het minst van ziet). Expressieve ruimtelijke weergave: de compositie vanuit eenzelfde of een ander standpunt correct gaan weergeven inclusief de volledige schaduwwerking! Hierbij wordt de nadruk gelegd op het persoonlijke karakter dmv schaduwwerking, kleur ect.
18
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
19
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
20
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
21 T
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
Theoretische Analyse van een detail. Welke richtingen komen hierin voor, aanzicht, plan en perspectief.
Opstelling van Mackintosh stoel en ruimtelijk knooppunt visualiseren. In de Mackintosh stoel vinden we 3 fasen: De kubus de opdeling van de zijvlakken de opdeling in de kern van de stoel
- Explosietekeningen: Explosietekeningen rekken de ruimte uit tussen de onderdelen van een vorm. De explosie wordt bevroren op het ogenblik dat de relatie tussen de verschillende onderdelen het duidelijkste is.
22
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
23
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
24
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
Voor 25
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
een architect is het noodzakelijk dat hij op vlotte wijze een schets weet op te zetten waarin hij de maten vastlegt van het op te meten object. Zorg er voor de schaal van de schets groot genoeg te nemen zodat de maten duidelijk bij hun maatlijnen te plaatsen zijn. Voor gevel en grondplannen ligt de schaal tussen 1:50 en 1:100. Details natuurlijk op grotere schaal vb 1:5 tot 1:10. Teken met strakke directe lijnen, schaduwen worden in het algemeen hierbij niet aangegeven.
Af en toe is het nodig een apart schetsje te maken op lege ruimte op je pagina om bijkomende informatie/details weer te geven. Dit aparte schetsje is dan aangeduid met een letter/nummer. Alles wordt zo goed mogelijk in loodrechte projectie getekend (alsof je bij elk gedeelte er vlak voor staat). Uiteindelijk zijn de opgemeten maten beslissend maar bij het in de computer uitwerken van de opmeting, heeft men enorme steun aan een goed op verhouding getekende schets. Behalve de maten horen in een opmeting de materialen en kleuren vermeld te zijn. Moeten er plattegronden worden opgemeten, let dan op het dynamische van de wanden, het verschil in muurdiktes, enz. trek en meet hiervoor de diagonalen van ruimtes. Meet steeds ook de totaalmaat. Kan men de metingen niet op 1 vel papier houden, merk dan de verschillende delen goed; zodat men later gemakkelijk terugvindt welke delen bij elkaar aansluiten. Schets raamkozijnen met het raamhout er in getekend en geef de ruitverdeling duidelijk aan. Zijn er zich herhalende details dan worden deze op n plaats volledig getekend, voor de overige volstaat de omtrek. Alle breedtematen van gelijk lijkende raamopeningen dienen opgenomen te worden omdat de exacte maten wel eens durven te verschillen. Maak ter plaatse de optelling van verschillende tussenmaten en kijk of die klopt met de totaalmaat.
Wees bij het opmeten nooit te zuinig met het noteren van maten en gegevens, zorg dat de opmeting overzichtelijk en duidelijk te lezen is, zodanig dat ook een andere tekenaar haar kan uitwerken. Vermijd dat de maatlijnen de tekening storen. Plaats de maten van onderverdelingen het kortst bij de tekening, daarna volgt de totaalmaat.
26
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
27
grafische vormgeving ontwerpschetsen - docenten / Dany Herteleer / Tiemen Schotsaert / Martine Cammaert
wer
WERKSCHEMAS
Dit is een chronologisch pakket uitgewerkt als beeldend materiaal voor al wie geconfronteerd wil worden met methodisch schetsen ten behoeve van een grafische architecturale en ruimtelijke voorstelling.
.
28