Professional Documents
Culture Documents
HInT Oktober 2009 Online Versie
HInT Oktober 2009 Online Versie
CHAOS!
Bouwput op Heyendaal
—
Arrivederci Berlusconi?
—
Zoeken naar Khalil
Foto Voorpagina:
Remy Maessen, Freke Remmers
hintredactie@gmail.com
|2
In dit HInT...
oktober 2009 |
5 8 12
In HInTerview dit keer een De universiteit transformeert Wilde jij ook altijd al weten
gesprek met oudheidkundige in rap tempo. Lees hier de wie de mysterieuze persoon
Nathalie de Haan. Zij spreekt opinie van Paul Bongers over achter de mails is? Thomas
over carrière, buitenland en de veranderingen. Vries ging op zoek naar de
de ‘eeuwige student’. identiteit van A.C.M. Khalil.
28 34 36
Hells angels maakten een bruut De plannen van Plasterk hou- De Refter is veranderd. Flats-
einde aan de ‘Summer of Love’ den het Nederlands studenten- creens en een campusshop
en aan de creativiteit van de leven in hun greep. Joost Anko- domineren het nieuwe beeld.
Rolling Stonen. Lees ne wilde er het fijne van weten. Coen en Myrna reageren.
3|
| HInT
|4
oktober 2009 |
Geen geschiedenisstudent
De Haan, docente Oude Geschie-
denis, heeft verrassend genoeg
geen Geschiedenis gestudeerd,
maar is classica van huis uit. Op
de middelbare school twijfelde
zij tussen Nederlands, Geschiedenis en Klassieke Talen. Uiteindelijk koos zij voor een combinatie
van de literatuur, de cultuurhistorische vraagstukken en het romantische Indiana-Jones beeld. Het
werd dus klassieke archeologie. Maar hoe leuk veldwerk ook is, dit was niet het enige wat ze wilde
doen. “Ik ben niet iemand van de scherven, potjes en pannetjes, ik ben cultuurhistorisch geïnteres-
seerd. Het voordeel van klassieke archeologie is dat we ook met schriftelijke bronnen werken. Dit
spanningsveld tussen materiële en schriftelijke bronnen heb ik altijd interessant gevonden.”
5|
| HInT
Zij begon haar studentenleven hier in Nijmegen in 1986 met volle vreugde en inzet en is in 1992
afgestudeerd. “Wij hadden meer tijd voor verdieping en een programma dat meer ruimte bood voor
een langdurig buitenland verblijf.” Over haar studententijd is ze heel positief, maar de mooiste tijd
van haar leven noemt ze het niet. “Ik hoop altijd dat de mooiste tijd nog gaat komen.” Vooral de
hoeveelheid energie die ze had, is haar bijgebleven. “Een halve nacht doorhalen en de volgende
morgen in de collegezaal zitten en nog iets opsteken ook, dat kon toen nog.” Ze studeerde met hart
en ziel, maar had daarnaast ook een druk sociaal leven. Ze was actief lid van de studentenvereni-
ging Klassieken en bovendien deed ze bestuurswerk in de faculteitsraad. Hier heeft ze veel van
geleerd en De Haan raadt studenten dan ook aan om bestuurswerk te doen. Als mooiste herinne-
ring noemt zij haar eerste aanblik van een Griekse tempel in Paestum. “Toen viel ik zo ongeveer om
vanwege de enorme grootte van de goedbewaarde tempel. Het is toch een verschil of je het uit de
boeken leert of in de werkelijkheid ziet.” Dit gebeurde tijdens een van de opgravingscampagnes van
de afdeling archeologie in Italië.
Buitenland
De Haan ziet geschiedenis als een vak waarbij je er veel op uit moet. Welk tijdvak je ook bestudeert.
“Ga naar tentoonstellingen, naar musea, naar het buitenland. Pas dan ga je zelf samenhang zien die
je echt niet alleen uit de boeken kunt leren.” Als student voor haar doctoraalscriptie ging zij naar
Rome met een beurs van het Koninklijk Nederlands Instituut Rome (KNIR). Zij keerde vanaf haar
achttiende ieder jaar terug naar deze stad. Daarna heeft zij een onderzoeksaanstelling gekregen in
Nijmegen, maar in 2000 ging zij alweer terug naar de Eeuwige Stad. Zij kreeg een aanstelling bij het
KNIR, had de afdeling Oudheid onder haar hoede en begeleidde onder meer Nederlandse studenten
en promovendi die met een beurs op het Instituut verbleven. Kortom ze hield zich bezig met onder-
zoek en onderwijs. In Rome komen vele disciplines, zoals geschiedenis, kunstgeschiedenis en arche-
ologie bij elkaar. Over haar favoriete plek in Rome moet ze even nadenken. “Dat zijn er zoveel…!” In
ieder geval spreekt de sfeer van de grote markt bij Piazza Vittorio Emanuele op zaterdagmorgen
haar erg aan.
Docent en student
Sinds 2006 is De Haan weer in Nijmegen actief als docente Oude Geschiedenis. “Ik vind onderwijs
geven erg leuk. Dat doe ik met veel plezier. Ik probeer me wel te realiseren dat wij als docenten niet
moeten vergeten dat als je begint met studeren er veel tegelijk op je afkomt. Je moet mensen uitda-
gen en ik leg de lat graag hoog, want mijn taak als docent is het beste uit studenten te halen.” Ze
vindt het niet erg als je als student iets niet weet, daar kan immers aan gewerkt worden. “Ik ga er-
van uit, totdat het tegendeel bewezen is, dat mensen hier komen met voldoende intelligentie en met
een grote motivatie en interesse. Voor de rest valt alles te leren, als je maar nieuwsgierig bent.”
Grote missers zijn tijdens haar colleges eigenlijk niet voorgekomen. “De techniek blijft wel altijd
spannend. Ik ben geen ongelofelijke kluns met computers, maar soms gaat er wel eens iets mis met
de apparatuur. Toen dat gebeurde had ik gelukkig een hele ouderwetse stift bij me en hing er een
bord. Dat gaat eigenlijk ook.” Het geven van colleges is iets waar je volgens De Haan aan moet blij-
|6
oktober 2009 |
ven werken. Hierbij is de timing van een college wel lastig. “Ik vind het echt een sport om in twee
keer drie kwartier precies te vertellen wat je wilde vertellen, en dan ook geen minuut langer.” Van-
daar dat haar colleges bijna nooit uitlopen. Schroom niet om vragen te stellen tijdens haar colleges,
want respons uit de zaal vind De Haan juist fijn. “Een college moet geen statische monoloog wor-
den.” Kom echter niet te laat, want dat leidt toch af. “Mensen die te laat binnenkomen zullen dat niet
zo bedoelen en zich dat misschien niet realiseren. Maar je bent dan toch even van je lijn af.” Soms
maakt ze hier ook wel ironische opmerkingen over, waarbij de laatkomers de ironie misschien niet
altijd doorhebben.
Over de plannen van Plasterk is ze absoluut niet enthousiast. “Goed onderwijs, van kleuter-
school tot universiteit, vormt het fundament van onze samenleving. Maar de kwaliteit staat onder
druk als de middelen structureel onvoldoende zijn. Van een minister die zelf uit de wetenschap
komt had ik meer visie voor de langere termijn verwacht, nu regeert vooral de waan van de dag.
Studenten moeten zich op hun beurt realiseren dat ze aan hun eigen toekomst en de toekomst van
de samenleving bezig zijn.” De ideale student is volgens De Haan dan ook nieuwsgierig, breed geïn-
teresseerd en absoluut geen minimumlijder. “Een goede student is niet tevreden met een zes als er
een acht mogelijk is. En als student moet je veel lezen, zowel vakliteratuur als algemene literatuur
en vooral naar tentoonstellingen en films gaan.” Haar grootste tip voor studenten is om naar het
buitenland te gaan. Dit kan studie-gerelateerd zijn, maar ook in je zomervakantie kun je erop uit. “Je
kunt drie weken in de zon gaan liggen bakken, maar je kunt je tijd ook anders besteden.” Een waar-
deoordeel geeft ze hier verder niet over, maar haar voorkeur is duidelijk.
Zo blijf je scherp
In haar vrije tijd heeft De Haan een druk sociaal leven. Zij houdt dan ook erg van gezellig dineren
met vrienden. Een goed Italiaans restaurant in Nijmegen heeft ze helaas nog niet gevonden. Ook
houdt ze zich graag bezig met het lezen van literatuur, de krant en opiniebladen. Bovendien is zij
actief in een stichting voor kleinschalige hulp aan India. “Ik probeer ook de zaken in het heden bij te
houden en niet alleen met mijn hoofd in het verleden te leven. Ik voel mij betrokken bij de wereld
van nu en zeker ook bij andere delen van de wereld. Misschien komt dit ook wel doordat ik zes jaar
in het buitenland heb gewoond. Dan voel je dat de wereld groter is dan Nederland en verandert je
blik op de wereld.”
Hier in Nijmegen heeft ze het erg naar haar zin, maar in de toekomst zou ze graag nog een keer
naar het buitenland gaan. Bijvoorbeeld een jaartje naar de Verenigde Staten. “Zo blijf je scherp.” |
Commissielid worden?
Stuur een mail naar:
excalibur@let.ru.nl
7|
| HInT
In voorgaande jaren vielen veranderingen binnen de universiteit nog wel mee. In de nazo-
mer was de Dictatencentrale weer elders te vinden, de hele afdeling Geschiedenis was
‘tijdelijk verhuisd’ naar de achttiende verdieping, en de entreehal van het Erasmusgebouw
was ineens drie keer zo groot. Het was allemaal even slikken, maar na een week vielen de
wijzigingen niet meer op. Inmiddels is de veranderingsdrift op een hoger niveau gekomen.
In ieder klein hoekje schuilt tegenwoordig niet alleen een ongelukje, maar ook een bouw-
vakker.
|8
oktober 2009 |
chagrijnig zijn worden de jongetjes vanzelf ook chagrijnig. Ik durf daarom gerust te beweren dat
er een causaal verband is tussen de werkzaamheden aan dat kruispunt en het algemene studen-
tenhumeur.
Verandering houdt mensen scherp. En scherpere mensen zijn er op dit moment in Nederland niet
te vinden dan hier op de Campus. Natuurlijk bezitten studenten voldoende capaciteiten om nieu-
we situaties te analyseren, maar zo langzamerhand worden zij wel tot extremen gedwongen. Als
zij naar college gaan is hun grootste zorg niet het eventuele te laat komen, maar dat de collegezaal
überhaupt nog bestaat. Ook intellectuelen valt het zwaar vroeg in de ochtend zich bezig te houden
met dergelijke existentiële vraagstukken. Voorheen konden deze hersenkrakers nog opgelost wor-
den met een bak automatenkoffie met een cafeïnegehalte naar communistische maatstaven. Eer-
lijkheid gebied te zeggen dat Max Havelaer’s koffie zelfs corpsballen niet wakker houdt en dus
blijft er een wind van slecht humeur over de Campus waaien.
Ik denk nog vaak aan de tijd dat de opleiding Geschiedenis nog op de achttiende verdieping zat, ik
Victoria, mijn fiets, nog tegen een boom op het Erasmusplein kon plaatsen en toen de Campus op
GoogleMaps nog echt op de Campus leek. Het is maar afwachten wat de volgende stappen zullen
zijn in de extreme make-over van de universiteit. Mij bekruipt het gevoel dat het arbeidsethos van
de bouwvakkers langzaam begint over te waaien. In het beleidsplan van de nieuwe hoofdredac-
teur van het HInT wordt gepleit voor een GSV-kamer die meer laagdrempelig is en achter de stu-
dentenkerk heeft studentenpastor John Hacking spontaan een graf gegraven. Waar het ook naar
toe gaat, ik krijg het nieuws wel mee via de fletse televisieschermen in de Refter. |
9|
| HInT
‘Bliep’, het stukje digitale realiteitsurrogaat verstomt mijn hard bevochten moment van stilte.
Weer een bericht van A.C.M. Khalil. ‘Shit, hij heeft me door’, schiet er door mijn hoofd, evenals
flarden geheugenschimmen van de vangst van Saddam Hussein door het Amerikaans kampioens-
team sportvissen: de ‘We done gonna catch us sum Iraqi terrorists’. Een chaotisch geheel, dat geef
ik ruiterlijk toe. Mijn kalmte hervonden dien ik van repliek, en zend de volgende boodschap naar
de krochten en het niemendal van het digitale niets-zijn: ‘Schobbejak’. Pak aan! Geen antwoord. Ik
laat het daarbij, houd ik mezelf voor. Basta.
Ik weet me geen raad met de mysterieuze raad, en tracht te raden, wat het is, dat niet te raden valt.
Ik ben radeloos. Maar niet reddeloos! GNK-informanten doen uit de doeken wat het is dat ik zoek,
nadat ik hen lichtelijk chaotisch heb overvallen met het verhaal van de voorgevallen ontmoeting
met de schaduw. Zij spreken van gangen onder het universiteitscomplex, ongewis in getal, en
waarvan niets bekend is over de lengte of het licht aan het einde van de spreekwoordelijke tunnel.
Ik besluit het er toch op te wagen, en daal af in het mysterie, en in algehele onderaardsheid.
In de vochtige gangen hangt een oud ruikende damp als een vernis over de muren. Bedwelmd
| 12
oktober 2009 |
door het idee van dreigend gevaar merk ik nauwelijks dat het dak steeds dichter bij komt. Opge-
schrikt door geritsel in de verte, en verlost van door angst gevoede apathie, voorkom ik op het
laatste moment dat ik mijn hoofd stoot aan het nu niet meer dan anderhalve meter van de grond
hangende plafond. Kruipend ga ik verder. Ik kom aan het einde van de gang en zie het licht. Een
lift.
De lift brengt me in razend tempo omhoog. Verdieping –2, -1, 0, 1 schieten voorbij, rap gevolgd
door 2 tot en met 9. Plotsklaps komt de razende woede van de luid klagende lift ten einde, en ver-
schijnt op het display een omineus teken. Verdieping 14 2/3. De deuren gaan open; ik ben er.
Aangekomen op deze tussenverdieping, besluit ik eens en voor altijd de identiteit van de brenger
van het Woord, van de Boodschapper – deze contemporaine Hermes – te onthullen. Niet meer
tegengehouden door futiliteiten als gezond verstand, instinct en angst, dring ik het hol van de
leeuw binnen, en boek rap voortgang in een gang vol deuren. Ik weet welke deur ik moet hebben.
Noem het een voorgevoel, noem het ‘ik voel het aan mijn water’, wellicht had het bordje met
‘A.C.M. Khalil’ er iets mee te maken. Wie weet! Maar potverdikkie ik weet welke deur ik moet heb-
ben. Ik open de deur en zie dat die leidt naar een ronde kamer, de muren geheel voorzien van
naadloos in elkaar overgaande spiegels. Een fel licht verblindt mij tijdelijk, maar als de sluier van
verdwaasdheid en beperkt zicht opgeheven wordt, brandt het beeld van het object van mijn
queeste op mijn netvliezen. Ik geloof mijn ogen niet!
Dáár, voor me, op de tafel in het midden van de kamer staat een pc. Op het beeldscherm staat een
conceptmail, met de hele faculteit als geadresseerde. Terwijl ik steeds dichter de pc nader, om het
geheel goed in me op te nemen, kijk ik zijdelings in een van de spiegels en zie mezelf terwijl mijn
hand oncontroleerbaar naar de cursor beweegt; met een ferme druk voltrekt mijn spiegelbeeld
het vonnis. ‘Send’.
Ik begrijp het. De pc, Khalil, digitaliteit, de spiegels; alles valt op zijn plaats. Ik kan u, immer aan-
dachtige lezer, niet zeggen wie of wat Khalil is, hoe hij eruit ziet, of het een zij is, en wat de voor-
naam is die achter die geweldig geabrevieerde A. schuilgaat. Anton, Achmed, Astrid; doet het er
toe? Khalil is iedereen en niemand, alles en niets, zin en onzin. Maar voel u geroepen het zelf uit te
zoeken, zelf de ‘aha-erlebnis’ te ondergaan, en dit verhaal zal u als handboek op uw reis vergezel-
len. Beloofd! |
13 |
| HInT
| 14
oktober 2009 |
ringen die zijn voortgekomen uit het anticommunistisch verzet. Bovendien wordt de roep vanuit
de bevolking om de communistische machthebbers te straffen voor hun misdaden steeds sterker.
Deze berechting komt er echter niet. Ten eerste heerste er in de politiek van veel voormalige
Oostbloklanden de opvatting om niet met het verleden bezig te zijn, maar zich op de toekomst te
richten, een opvatting die gesteund wordt door het Westen. Ten tweede is de positie van de ex-
communisten in het nieuwe politieke bestel zo sterk dat het moeilijk is om tot wetten te komen
die de berechting van de voormalige communisten mogelijk zouden maken. De pogingen om tot
een bestraffing van oud-communisten te komen lopen op niets uit. Zo neemt het parlement van
Tsjechoslowakije de beruchte lustratiewet aan. Iedereen met een hoge maatschappelijke functie
zou tegen het licht gehouden worden. Het loopt uit op een drama. Het leidt tot valse beschuldigin-
gen, terwijl de belangrijke mensen van het communistische regime buiten schot blijven.
Ex-communisten in de regering
Na de eerste euforie over het vertrek van de communisten volgt de pijn van de abrupte overgang
na een vrije markteconomie. Grote groepen arbeiders raken werkloos. Ouderen kunnen vaak niet
rondkomen van hun pensioen. Door de sterk stijgende huurprijzen kunnen veel mensen zich geen
huis meer veroorloven. Het sociale vangnet dat het communisme bood, verdwijnt. Mensen verlan-
gen terug naar de tijd dat de staat nog bestaanszekerheid verstrekte.
Deze nostalgie naar het communisme zorgt ervoor dat in Polen al in 1993 ex-communisten
terug in de regering komen. In 1995 kiezen de Polen zelfs voormalig communist Aleksander Kwa-
’sniewski tot president. In Hongarije keren de communisten in 1994 terug in het centrum van de
macht. Gyuala Horn wordt de president. Hij was nota bene één van de belangrijke figuren in het
neerslaan van de anti-communistische opstand in Praag in 1956.
15 |
| HInT
Voordat ik begin aan een beschrijving van het festijn der waanzin
is een beetje geschiedenis op zijn plaats. Het Oktoberfest vindt
sinds 1810 in München plaats en is begonnen als een bruilofts-
feest ter gelegenheid van het huwelijk van prinses Theresia van
Saksen-Hildburghausen en kroonprins Lodewijk van Beieren. Het
feest werd gehouden op de Theresienwiese alwaar het zich nog
steeds jaarlijks bevindt. De, inmiddels volledig geasfalteerde,
weide is 42 hectare groot en wordt ook voor andere grote festi-
vals en feesten gebruikt. Traditioneel hullen de Beierse mannen
en vrouwen zich in Lederhosen en Dirndl, hoewel er ook vrouwen
met Lederhosen-hotpants en tijgerprint-Dirndl gesignaleerd zijn.
Het Oktoberfest duurt elk jaar ongeveer een halve maand: het
begint op de eerste zaterdag na 15 september en is afgelopen op
de eerste zondag van oktober. Tijdens het feest worden alleen bieren geschonken die in München
zelf zijn gebrouwen, al vallen de grootste merken daarvan onder het Belgische bierconcern InBev.
Tot zover is het klip en klaar en kom je met je vriend Wikipedia een heel eind. Wat je je er bij
voor moet stellen, voordat je getuige hebt mogen zijn, is daarentegen vrij onduidelijk. Om hoeveel
bier gaat het precies, en moet ik denken aan partybier? Ben je verplicht om alle Duitse Schlagers
mee te zingen, en op welk volume? Als je niet van braadworst houdt, mag je dan wel meedoen? Om
antwoord te krijgen op deze vragen zul je naar Zuid-Duitsland af moeten reizen, en dat is dan ook
wat ik gedaan heb.
Voor een autoreis naar München vanuit Nijmegen moet je een dag uittrekken. Dat betekent dat
je ’s avonds brak van het gebrek aan frisse lucht en het scheef zitten - want achterin wil je ook de
verkeersborden kunnen lezen - aankomt en wil gaan slapen. Maar niet als het aan je Duitse gast-
heer ligt: “Een biertje (in Duitsland betekent dat meteen een halve liter) voor het slapengaan zal je
goeddoen en oja, we moeten morgen om half zeven opstaan.” Een powernap dan maar, en voor je
het weet zit je alweer aan het ontbijt. Ironisch genoeg was ik voordat ik überhaupt bier had gezien
die ochtend al misselijk en werkte ik met moeite een krentenbol naar binnen die we nog over had-
den van de reis.
Een uur later stonden we – drie Nederlanders en twee Duitse studenten in Lederhosen - in de
metro op weg naar de Theresienwiese. In de treintjes zelf was het nog redelijk rustig, het was im-
mers half acht ’s ochtends. Op het station werden we echter de trappen opgedreven door een hor-
| 16
oktober 2009 |
de Lederhosen en Dirndl, want blijkbaar waren we niet de enigen die er op tijd bij wilden zijn. Als
je op het immense terrein aankomt is het zaak snel een Bierzelt uit te zoeken en in de rij te gaan
staan. Vanaf dat moment is het wachten tot de tenten opengaan om negen uur. Veel mensen gre-
pen dit rustmoment aan om alvast in te drinken, waarom ook niet. Mijn misselijkheid werd onder-
tussen aangewakkerd door de weeïge bierlucht en het gebrek aan een goed ontbijt. Gelukkig be-
gon de mensenmassa vanaf een uur of negen te schuifelen en kwamen we beetje bij beetje dichter
bij de ingang. Na een uur schuifelen realiseerden de mensen achter ons dat ze wel haast mochten
maken als ze nog een plekje in de tent wilden bemachtigen. Dit resulteerde in een enorme druk-
en duwpartij en helaas stonden we al dicht bij de deur waardoor we al snel deel uitmaakten van
een flinke mensenstapel. Wat de mensen achter ons niet wisten was dat de tent net was gesloten,
en dat er binnen geen plaats meer voor ons zou zijn. Gelukkig konden we in de Biergarten nog wel
een plek bemachtigen en bestelden we om half elf onze eerste liters bier.
Tot mijn grote verbazing viel dit drankgelag in de ochtend niet slecht in mijn amper gevulde
maag. Je bent in zo’n geval na één pul al wel redelijk van de kaart, maar dat is alleen maar goed
voor de portemonnee. Gelukkig werd het water ook in pullen geserveerd. Terwijl mensen om mij
heen zonder al te veel moeite aan hun derde of vierde pul begonnen deed ik mijn best rechtop te
blijven zitten en op te letten, zodat de lieve lezertjes van HInT nog wat zouden hebben aan mijn
nog te schrijven artikel over het Oktoberfest. Rond half één kregen mijn bierbroeders en ik wel
een beetje trek en werd er voor de hele tafel een stapel halve hennen besteld.
We hebben het nog tot ongeveer half drie volgehouden aan de biertafels, maar toen vonden we
het tijd om toch nog wat meer van het geheel te zien. De route liep dientengevolge rechtstreeks
naar een kraam waar ze halve meters braadworst verkochten en daarna trokken we richting het
grote beeld van Bavaria. De heuvel waarop het beeld staat was inmiddels omgetoverd in een soort
Friedhof met overal verspreide lichamen
van half bewusteloze en bleek weggetrokken
mensen. Eén van onze Duitse gastheren, die
we in het korte stukje van de tent naar de
heuvel kwijt waren geraakt, was ondertus-
sen gewond geraakt: bij het proosten was de
bodem uit z’n pul geslagen en als aandenken
aan deze wonderbaarlijke gebeurtenis had
hij de bodem in zijn broek gestopt waarna,
zonder dat hij het merkte – logisch, na vier
liter bier – het stuk glas naar z’n knie gleed
alwaar het een flinke snee achterliet. Begrij-
pelijk. Nadat hij het grootste gedeelte van
voorgenoemde vier liter weer naar buiten had gewerkt, bracht de andere Duitser de gewonde
naar huis.
17 |
| HInT
Regisseur Hannes Stöhr portretteert DJ Ickarus als een ware Jim Morisson. “In plaats van sex,
drugs en rock ’n roll draait het om sex, drugs en techno”, verklaart hij in een interview voor het
Brusselse filmfestival. Het lied ‘London Calling’ van de Clash was punkmuziek, en gaf de tijdgeest
van de late zeventiger jaren weer. Berlin Calling zet techno neer als de ‘Zeitgeist’ van nu.
“De overstap van acid house” - de scene die aan het einde van de tachtiger jaren vanuit Chicago
naar Londen overvloog - “naar technomuziek was per toeval het vallen van de Berlijnse muur”,
aldus Stöhr. Het werd de muziek van de herverenigde jonge generatie, soundtrack van een geza-
menlijk Duitsland. Het was een tijd van verandering, en technomuziek paste daarbij. “Het heeft
alles wat de hippietijd had, zoals sex en drugs, maar dan met een grotere rol voor electronica.” Met
Berlin Calling heeft hij een impressie van de Berlijnse technoscene gemaakt. Het resultaat is na-
tuurlijk een fictief verhaal, maar naar mijn mening heeft het een sterk documentairegehalte.
De film geniet inmiddels van aardig wat succes op de Europese filmfestivals en DJ Paul Kalkbren-
ner gaat de wereld over om de door hem geschreven soundtrack te promoten. Ook in Nederland,
waar hij op Lowlands 2009 zijn set draaide en in de weken omtrent het festival met de hit ‘Sky and
Sand’ een twaalfde plaats bereikte in de hitnotering Top40.
| 18
oktober 2009 |
Afgelopen mei wees de jury van de Libris Literatuurprijs tot ieders verbazing het boek
‘Godverdomse dagen op een godverdomse bol’ als winnaar aan. Favoriet Charlotte Mutsaers werd
gepasseerd en in plaats daarvan ging een Vlaming er met de prijs vandoor.
Oncontroversieel was de keuze zeker niet. Zoals gezegd protesteerden christelijke boekhande-
laars al tegen de titel, waarin twee keer gevloekt wordt. Anderen waren van mening dat een boek
waarin zulke grove taal wordt gehanteerd, überhaupt niet genomineerd had mogen worden. Ook de
jury was aanvankelijk tot op het bot verdeeld, maar kwam uiteindelijk toch met een unaniem oor-
deel.
In de woorden van de jury heeft Verhulst het Nederlands ‘tot een kunsttaal opgepimpt’. In onge-
censureerde taal en met zwarte humor geeft hij, tot in de onsmakelijke details toe, in 186 pagina’s
zijn visie op de geschiedenis van de mensheid: van hoe de mens uit het water voortkwam tot hoe
Hiroshima tot stof vergaat. “Beneden, waar men gelooft dat het vouwen van duizend papieren
kraanvogels geluk brengt, heeft men nog 46 seconden de tijd om te vouwen’, zo beschrijft hij het
Hiroshima-bombardement. De mens als een ‘deerniswekkende ellendeling”. Een ongebreidelde
versie, waarin ‘’t’, zoals de mensheid steevast wordt aangeduid, er maar zeer bekaaid vanaf komt.
Bijzonder, en wat de historicus nog het meest zal waarderen, is de manier waarop Verhulst de
geschiedenis beschrijft zonder daadwerkelijk iets te benoemen. De wereld van de Romeinen wordt
levendig beschreven zonder daadwerkelijk het Romeinse Rijk te noemen.
De berekeningen van Galileo Galilei worden gepresenteerd zonder de we-
tenschapper een naam te geven. Ook de woorden ‘Holocaust’, ‘Hitler’ of
‘Tweede Wereldoorlog’ zal je niet in het boek terugvinden. Wellicht een
prima oefening voor de ouderejaars om te zien hoeveel ze nog weten van de
propedeuse (en voor de eerstejaars aan de vooravond van een tentamen)?
Zoals gezegd werd de stijlkeuze niet door iedereen gewaardeerd. Het is
nog het best te vergelijken met de stijl van Erik Cleijne, maar dan met een
minder fantasierijke verhaallijn. “Een weergaloze stijloefening” werd het
toch genoemd. Inderdaad is het taalgebruik een lust voor de lezer. Daar
kunnen al die saaie geschiedenisboeken nog een puntje aan zuigen. |
19 |
| HInT
De jaren ‘60
De jaren ’60 staan in de muziek wereld bekend als een tijd van ongekende mogelijkheden. Bands
als The Beatles, The Beach Boys en The Rolling Stones verrijkten de muziekwereld met een nieuw
geluid. In navolging van hun grote voorbeel-
den wisten andere bands ook tot grote ‘ Summer of love’
hoogten te komen. Onder de jeugd, de baby-
boomers, ontstond een ware subcultuur.
Massabijeenkomsten als gratis concerten
maakten deze tijd tot een utopie waar hip-
pies heden ten dage nog steeds naar terug
willen keren. Met een joint in de linkerhand
en een blik bier in de rechter stond men een
dag lang te luisteren naar een dag lang lek-
kere muziek. In de jaren 1967-69 leek het niet meer stuk te kunnen, een ongekende positiviteit
had zich meester gemaakt van de jongere muziekliefhebbers.
Middenin deze periode vinden we de Londense band The Rolling Stones. De Stones waren iets
rauwer, ruiger en harder dan hun tegenhangers uit Liverpool, de Beatles. Samen behoorden zij tot
de top van de wereld op muziekgebied: samen waren ze goed voor een ongekend aantal nummer 1
hits en zeer sterke platen. In 1969 vertrokken de Stones naar Amerika voor een grote tour, die zou
eindigen in met een gratis openluchtconcert in Altamont, waar zij samen met Satana, The Grateful
Dead, Jefferson Airplane, Crosby, Stills, Nash & Young en The Flying Burrito Brothers zouden op-
treden. Alle kosten kwamen voor de rekening van The Rolling Stones.
Altamont
Vier maanden voor het openluchtconcert in Altamont was er een fantastisch verlopen editie van
Woodstock geweest. Het leek alsof dit de toekomst zou gaan worden voor rockfestivals: iedereen
kwam rustig samen, zonder elkaar te hinderen en mensen genoten van de muziek en van elkaar.
The Rolling Stones waren niet uitgenodigd op Woodstock, terwijl ze wel bezig waren met een
Amerikaanse tour. Daarom organiseerden ze het gratis concert in Altamont bij San Francisco.
| 22
oktober 2009 |
23 |
| HInT
Toen Jagger door had wat er gebeurde stopte hij met zingen en probeerde hij het publiek tot kalm-
te te manen. Tevergeefs, het publiek werd alleen maar agressiever toen ze stopten met spelen. The
Rolling Stones maakten hun show af. Gedurende de rest van het concert werden nog twee mensen
doodgetrapt en verdronk een ander.
Met het concert in Altamont stierf de onschuld van de flower power generatie. Het werd een sym-
bool voor het einde van de jaren ’60, op muziekgebied. Het concert zou als tegenbeeld gelden voor
het goed verlopen Woodstock, een paar maanden eerder. Ook voor de bands waren er gevolgen.
De drummer van Jefferson Airplane verliet de band enkele weken later, nadat hij gedesillusio-
neerd was geraakt. The Rolling Stones herpakten zich ook niet meer, de band heeft daarna nooit
meer “muziek gemaakt die onze tijd karakteriseerde, die ons hielp of pijn deed. Ze zouden nooit
meer muziek maken die van belang was buiten de behoeftes en context van hun carrière”, aldus
rockcriticus Mikal Gilmore. Het concert in Altamont was niet alleen de moordenaar van de vier
slachtoffers, maar ook van de jaren ’60 en de creativiteit van The Rolling Stones. |
| 24
oktober 2009 |
Vrouwen en politiek
Een gelukkig huwelijk?
Door Meike Lucas
25 |
| HInT
Klompé werd in 1956 door deze partij geleverd. Vanaf het kabinet Van Agt I was er een stijging
van het aantal vrouwelijke ministers te zien. Tot die tijd varieerde het aantal vrouwen binnen de
verschillende kabinetten van nul tot één bewindslied. Van Agts eerste kabinet bevatte maar liefst
drie vrouwelijke staatssecretarissen en één vrouwelijke minister.
Vanaf de jaren tachtig was ook in de andere kabinetten een toename van vrouwelijke bewinds-
lieden te zien. Uitschieter was het kabinet Lubbers III. Waren er tijdens Lubbers II slechts 4 vrou-
welijke bewindslieden, in het kabinet Lubbers III nam het aantal vrouwen toe tot 9.
Als ik kijk naar de cijfers in de politiek en het aantal vrouwen in de master, kan ik slechts conclu-
deren dat er dit jaar geen overeenstemming bestaat. Jammer, maar voor mij weer een klein stapje
dichterbij dat felbegeerde eerste vrouwelijke minister-presidentschap! Mocht je de strijd met mij
willen aangaan of natuurlijk gewoon interesse hebben in de master Politiek en Parlement, kijk dan
eens op http://www.ru.nl/geschiedenis/politiek_parlement. |
- advertentie -
| 26
| HInT
Geen geneeskunde
Ronald Goorden begon zijn studententijd in 1996. Hij koos destijds voor geschiedenis ‘ omdat hij
geen geneeskunde ging studeren.’ “Ik wilde altijd al geneeskunde gaan studeren, ik wist op de
middelbare school zeker dat ik arts wilde worden, totdat mensen tegen mij zeiden: je bent veel te
zachtaardig voor geneeskunde, je neemt alle problemen mee naar huis.” Dat bleek inderdaad toen
hij voor zeven weken in een ziekenhuis ging werken als verpleeghulp, het werk bleek niets voor
hem. “ Toen moest ik switchen, ik dacht, ik ga doen wat ik echt leuk vind en dat was geschiedenis.”
Geschiedenis beviel hem prima en na een propedeusejaar dat niet anders was dan het huidige,
koos Goorden voor de richting ‘bestuur en beleid’. “Nu is dat een aparte studie, maar destijds was
dat een specialisatierichting binnen de opleiding geschiedenis.”
Binnen de opleiding werd Goorden actief in het verenigingsleven. Hij zat twee jaar in het GSV-
bestuur, eerst als secretaris, later als voorzitter - onder andere samen met Jasper Oorthuys, be-
kend van het college in het eerste jaar over het Romeinse leger. “We hebben destijds de automati-
sche machtigingen ingevoerd, waardoor de GSV een enorme ledengroei kende.”
Na de studie
Blijft de vraag hoe hij alsnog bij geneeskunde terechtkwam. “Ik wilde vooral graag in een grote
organisatie werken en toen zich de kans voordeed solliciteerde ik op een vacature voor commissie-
verslagschrijver , een soort klerk, in het ziekenhuis.
| 28
oktober 2009 |
Daarna werd mij gevraagd of ik dit wilde combineren als hoofd studievoortgang administratie
en dat alles werd vaster zodat ik nu ben doorgegroeid naar het hoofd van het bureau examens.
Verder ben ik secretaris van de examencommissie geneeskunde. Ik begeleid studenten en mijn rol
binnen het UMC is dat ik verantwoordelijk ben voor alle academische plechtigheden met betrek-
king tot geneeskunde. “
Behalve de voornoemde functies is Ronald Goorden ook nog eens bestuurslid van de geschie-
denis-alumnikring Dr. Huijbers.
Politiek
“Been there, done that” lacht Goorden als hem wordt gevraagd naar politieke ambities. Hij houdt
niet van de “egotipperij” en de dominantie van de korte termijn in de politiek,” aldus ondervond
hij tijdens zijn periode in de jongerenorganisatie Vrijheid en Democratie. “Het gaat erom wat IK
kan bereiken in de politiek, terwijl ik graag met andere mensen samen iets wil bereiken. Ik hou
van het politieke proces, niet van de hele lobby. Daarom geef ik jongeren politieke voorlichting.
Dat bevalt beter dan de ‘egotripperij in de politiek.’ Hou mij maar lekker bij het Rode Kruis, samen
met mensen anderen helpen.”
Tenslotte richt Goorden zich nog tot de studenten. “In mijn tijd werd je aan je lot overgelaten, do-
centen zaten ver weg in hun kamers en je moest gewoon voor jezelf zorgen. Nu is het een en ander
veranderd, studenten lijken vaak de schuld bij anderen te zoeken, maar onthoud: je studententijd
blijft de mooiste tijd van je leven!” |
29 |
| HInT
Minoordeel - Amerikanistiek
Door Roel Vossen
De naam 19th Century American Literature geeft al precies aan waar dit vak over gaat: het bespre-
ken van de grote schrijvers en dichters uit de 19e eeuw. Hoewel literatuurvakken door de meeste
mensen (waaronder ondergetekende) niet gezien worden als de meest boeiende manier van
tijdverdrijf, was het vak toch verrassend interessant. Dat was vooral te danken aan de docent. Dan
Morris was een ‘visiting Fulbright professor’ uit Indiana die een half jaar colleges kwam geven op
de Radboud Universiteit. Deze enigszins chaotische professor wist door zijn enthousiaste manier
van vertellen toch interesse te wekken bij veel studenten. Het is sowieso een aanrader om colleges
| 30
oktober 2009 |
bij te wonen die door een ‘native speaker’ gegeven worden, omdat deze mensen ook daadwerke-
lijk denken (en vertellen) vanuit een Amerikaans perspectief.
American Foreign Policy is een veertiendelige collegereeks die de buitenlandse politiek van
Amerika bespreekt. Nadat in de eerste colleges kort de eerste honderd jaar voorbijkomen (Monroe
doctrine, Spanish-American War), gaat de aandacht toch vooral uit naar de twintigste eeuw. Wan-
neer dit vak gelijktijdig met Introduction to American Studies wordt gevolgd, is het een beetje veel
van hetzelfde. Hoewel het vak uitgaat van de buitenlandse politiek, is het in de praktijk vaak
slechts een verdieping van de colleges die (soms zelfs hetzelfde onderwerp in dezelfde week!) bij
IAS gegeven worden. Het tentamen daarentegen was vooral op het handbook gebaseerd, wat
zorgde voor een drukbezocht hertentamen.
Multiculturalism in North America werd het tweede semester in twee delen gegeven. Beide delen
werden afgesloten met een take-home exam (deel een in april, deel twee in juni). Het vak bestond
uit een wekelijks college waarin de docent de voor die week gelezen teksten besprak. Hoewel het
onderwerp –contact tussen culturen en de rol van immigranten in Amerika – op zichzelf tot inter-
essante discussies had kunnen leiden, werden het voornamelijk saaie hoorcolleges waarin de do-
cent weinig respons van de studenten kreeg. Daarbij droeg het vooruitzicht van een take-home
exam nog eens extra bij aan het beeld dat de cursus ook kon worden afgesloten zonder er veel
moeite voor te doen. Wanneer het vak in een andere setting gegeven zou worden (denk aan
kleinere werkgroepen) worden de studenten veel meer verplicht om zelf een actieve bijdrage te
leveren aan de discussies.
Iedereen die geïnteresseerd is in Amerika kan zijn hart ophalen in Nijmegen. Er is sowieso de
mogelijkheid om de minor Amerikanistiek te volgen. Deze wordt elk jaar in het eerste semester
gegeven. Wanneer je je dan nog verder wil specialiseren in de Verenigde Staten, kun je een vrije
minor samenstellen met verschillende vakken die met Amerika te maken hebben. Het viel me
persoonlijk wel op dat er nogal wat niveauverschil zat binnen mijn vrije minor. Zo was Introduc-
tion to American Studies erg eenvoudig, terwijl 19th Century American Literature relatief veel
leeswerk met zich meebracht. Een extra voor-
deel is overigens het feit dat je Engels behoor-
lijk verbetert gedurende het collegejaar,
aangezien (vanzelfsprekend) alle colleges en
werkcolleges in het Engels worden gegeven.
Wanneer je interesse uitgaat naar de Verenigde
Staten is het zonder meer een aanrader om
enkele vakken te volgen die je kennis laten
maken met deze ‘melting pot’ vol idealen, iden-
titeiten en tegenstrijdigheden. |
31 |
| HInT
Investeer meer!
Overleeft de student de economische crisis?
Door Joost Ankone
Nederland zit in een crisis. Een economische crisis. En iedereen moet in tijden van crisis
een stapje terug doen, ook studenten. Minister Plasterk heeft daarom tal van maatregelen
aangekondigd die de gemiddelde student zwaar zullen gaan vallen. Om deze reden was er
dinsdag 22 september in Den Haag een demonstratie waarbij bijna duizend studenten hun
ongenoegen lieten blijken. Het motto van deze dag was: ‘’Investeer meer!’’
De begroting die op prinsjesdag werd gepresenteerd heeft als een van de doelstellingen voor 2010
‘Groei van kennis’. Het beleid van onze minister van
Onderwijs gaat echter rechtstreeks tegen deze doel-
stelling in. Wat er precies gaat gebeuren in het Hoger
Onderwijs op het gebied van bezuinigingen is alleen
nog niet helemaal duidelijk.
Andere maatregelen zijn er nog niet genomen al liggen er wel enkele voor-
stellen. Studenten zullen, als het aan de minister ligt, zelf een tweede studie
of master moeten gaan betalen. Daarnaast wordt de studiefinanciering
bevroren in 2011 en Wouter Bos opperde recentelijk plannen de gehele
studiefinanciering af te schaffen en om te vormen tot een lening.
Bob van Dijk
| 32
oktober 2009 |
De voorstellen die de minister doet zijn voorstellen om het rendement van de student te verhogen.
Aangezien studenten met belastinggeld worden ‘gesponsord’ is het maatschappelijk gezien belang-
rijk dat ze zo snel mogelijk afstuderen. Daarnaast is het met het oog op de economische crisis niet
meer dan logisch dat iedereen moet inleveren en elke belastingcent goed moet worden besteed.
Alleen het plan dat studenten zelf hun tweede studie, en wellicht master, mogen betalen benadeeld
de gemotiveerde student. Duurder hoger onderwijs is theoretisch gezien niets mis mee. Studeren
is nu ‘relatief’ goedkoop. Voor een luttele 1600 euro per jaar kun je deelnemen aan de hoogste
vorm van onderwijs. Door de toegankelijke prijs, in werkelijkheid kost een student om en nabij
6000 euro, wordt het studeren onderschat. Dit resulteert in lakse studenten en slecht overwogen
studiekeuzes. Op het moment dat het collegegeld omhoog zou gaan, wordt studeren meer op waar-
de geschat. Hoe meer je betaalt, hoe meer je verwacht van je opleiding, en hoe meer je bereidt bent
te investeren in je toekomst. In de praktijk zal dit echter anders gaan werken. Onderwijs wordt
door de hogere kosten minder toegankelijk en hierdoor zal op de lange termijn de kwaliteit afne-
men. De verhoging van het collegegeld zal ook niet veel motiverender werken.
De overheid kijkt met deze voorstellen niet naar de lange termijn. Nederland heeft het altijd de
vruchten geplukt van zijn kenniseconomie. Door studenten zelf te laten betalen voor hun tweede
studie of master ontmoedig je ze en verminder je de groei van kennis. Daarnaast wordt het geld
dat wordt geïnvesteerd in studenten later terugverdiend in de vorm van de hogere belastingen die
ze moeten betalen. Met dit in het achterhoofd gehouden is het juist zaak om in deze tijden van
crisis niet te bezuinigen op het onderwijs maar te investeren.
‘’Investeer meer!’’ Laten we hopen dat de minister de leus ter harte neemt. |
- advertentie -
33 |
| HInT
Op donderdagochtend stap ik om 10.00 nog duf de Refter binnen waar ik al meteen op de hoogte
wordt gebracht van het laatste wereldnieuws via de flatscreens. Ik moet toegeven dat de actuali-
teit ook volop gossip bevat, maar welke student kijkt niet een keer stiekem RTL Boulevard? Ik
word op de hoogte gebracht dat Yolanthe en Wesley in Italië zijn gezien. Zo ben ik ook weer up to
date als mijn oma— een Jan Smit fan in hart en nieren—hierover begint. Nippend aan mijn te hete
thee volg ik het laatste nieuws, wat voor een geschiedenisstudent niet onbelangrijk is. Ineens kom
ik tot de conclusie dat ik een dierbare vriend, die de trotse eigenaar van een huis is geworden, nog
een kaartje moet sturen. Een kaart in de bus bij speciale gelegenheden blijft immers nostalgie.
Echter, de gemiddelde student is liever lui dan moe en eerlijkheidshalve behoor ik ook daartoe,
dus ook de verhuizing van de campusshop valt meteen bij mij in goede aarde. Niet op de fiets naar
de binnenstad en binnen 10 minuten ben ik een wenskaart inclusief postzegel rijker. Hier valt mij
meteen op dat ik niet de enige ben die binnenloopt. Ik besluit bij de campusshop eens te vragen
om te vragen hoe zij de verhuizing vanaf de TvA-straat hebben ervaren en of de nieuwe locatie
bevalt. Ik word te woord gestaan door de vriendelijke verkoopster genaamd Ans. Mijn vermoedens
blijken inderdaad te kloppen en vooral de RU truien gaan als warme broodjes over de toonbank.
Als ik vraag wat haar verklaring hiervoor is dan antwoordt ze: “De campusshop is nu meer in
beeld en zo ook onze collectie”. De student blijkt dus wel degelijk de universiteitswinkel te waar-
deren.
Er gaan geluiden rond dat de Refter volledig aan het commercialiseren is, maar is dit niet een
beetje voorbarig? Uiteraard zijn de prijzen de afgelopen tijd verhoogd, maar is hier niet eerder
sprake van de gevolgen van de kredietcrisis? Ook de Refter moet in deze barre tijden het hoofd
boven water houden. Al hoor je weinig studenten over de prijsverhoging en is het nog iedere pau-
ze dringen geblazen bij de kassa’s die op volle bezetting draaien.
Als Coen dan toch wil klagen over het ruimtegebrek, dan loopt hij maar iets verder door naar de
verborgen zaal achterin de Refter waar een oase van rust heerst. Zonder al die flatscreens.
Er is niemand die John achter de kassa wil missen vanwege een gedwongen ontslag naar aanlei-
ding van de kredietcrisis. Terwijl ik dit stuk schrijf krijg ik een sms waarin staat: “Ik kom thuis en
zie een hele leuke kaart van jou, echt leuk!”. Ik ben blij met de metamorfose en ik sta morgen weer
bij John aan de kassa.
| 34
oktober 2009 |
Vroeger kostte een kopje koffie nog 38 cent. Ik herhaal, 38 cent. Tegenwoordig betaal ik maarliefst
55 cent, als ik een keer niet tien seconden met mijn collegekaart sta te zwaaien. Alleen bij de alom
geliefde John krijg je automatisch de studentenkorting van maarliefst drie cent. Nee vroeger, toen
alles beter was, kon je zelfs bij die vreselijke rode oma je studentenkorting krijgen zonder dat je je
kaart hoefde te laten zien. Ieder jaar opnieuw heb ik de prijzen zien stijgen; van 38 naar 42, naar
48, naar 52. In drie jaar tijd een prijsstijging van bijna veertig procent, absurd! Hetzelfde geldt
voor de rest van het assortiment, luxe belegde broodjes, broodjes kroket, saucijzenbroodjes, een
warme maaltijd. Onder het mom van een of andere crisis schijnt dat allemaal normaal te zijn.
Myrna toch…
Vroeger kon je tijdens een pauzeuur nog gewoon rustig een tafeltje zoeken om daar je voer te nut-
tigen. Nee nu, hebben we een überhippe, en daardoor totaal niet meer hippe, campusshop midden
in de Refter. Alsof de Refter te groot was, alsof het aantal studenten de afgelopen jaren niet is toe-
genomen, alsof er aan de overkant een nieuwe kantine is gebouwd. Nee, niets van dat alles, liever
een paar geverfde plaatjes hout waar je ogen van pijn doen met belachelijke slogans, dan een zit-
plaats voor hard studerende studenten. Bovendien is in die glazen kooi alles veel te duur, van mar-
keerstift tot collegeblok en van Radboudtrui tot wenskaart.
Myrna toch…
Vroeger. Ik herhaal vroeger, toen hadden we nog geen last van het ontelbare aantal LG flat screen
televisies, met nieuwsberichten zoals je ze iedere dag in SP!TS kan lezen, alleen dan vier keer zo
kort. Het lijkt erop dat de RU het vooral belangrijk vindt om te laten zien dat ze modern is. Echter
nieuwe technologie introduceren om ‘hip’ te doen is geldverkwisting. Investeer dan in fatsoenlijke
en snelle computers in het MMS. Daar zijn studenten pas mee geholpen!
In drie regels verneem je nu het laatste nieuws over Thomas Berge en Wolter Kroes, maak je ken-
nis met de nieuwste aankopen van AGOVV of FC Twente of word je opgeroepen om maar vooral
reclame te maken via deze Life’s Good flatscreen schermen. Ook de weersvoorspelling komt gere-
geld voorbij, ik geef toe, handig, alleen gaat het irriteren als dat vier keer per minuut voorbij ge-
beurt. Kan ik het helpen dat de RU denkt dat de gemiddelde student zo is als Myrna.
In ieder ander democratisch land had hij allang af moeten treden, maar Silvio Berlusconi
zit nog altijd stevig in het zadel. De schandalen stapelen zich op, en toch weet hij van geen
ophouden. De laatste aflevering in de Berlusconi-soap betreft een seksschandaal en juist
dát zou nog wel eens het einde van een tijdperk kunnen inluiden.
Het twintigjarige huwelijk tussen Berlusconi en Veronica Lario sneuvelde toen in april 2009 be-
kend werd dat hij aanwezig was geweest bij het achttiende verjaardagsfeest van ene Noemi Letizia
(foto beneden). “Hij heeft nog nooit een achttiende verjaardag van zijn kinderen bijgewoond”,
reageerde Lario woedend. Want wat deed haar echtgenoot op het feest van dit nog maar net meer-
derjarige lingeriemodel? Het hield de Italiaanse gemoederen lang bezig.
Al snel volgden meer onthullingen over de seksuele escapades van de Italiaanse premier.
Noemi Letizia verklaarde dat Berlusconi haar regelmatig bezocht en dat ze hem liefkozend ‘papi’
mocht noemen. Bovendien zou ‘il Cavaliere’ (de Ridder) feestjes hebben bijgewoond op Sardinië
waar schaars geklede mannen en vrouwen rondliepen. Daar aanwezige escortgirls zouden betaald
zijn om met hem de nacht door te brengen. Zijn zwak voor
het andere geslacht bewoog hem er zelfs toe enkele veline
– “veelal blonde, mooie jongedames, die tijdens Italiaanse
tv-shows schaars gekleed naast de presentator staan en
voortdurend glimlachen, maar intellectueel weinig inbren-
gen” – op de kieslijst van zijn partij voor de Europese ver-
kiezingen te zetten.
En Berlusconi? Die zag in dit alles een links complot. Zijn
Letitzia toont trots een vrouw zou zijn misleid door de linkse media die hem uit
foto van haar ‘papi’ de weg zouden willen ruimen. Noemi Letizia was gewoon
de dochter van één van zijn zakenpartners, punt.
Hij zou ook nooit betalen voor seks, want verleiden is veel leuker.
Het is niet de eerste keer dat Berlusconi in de negatieve publiciteit staat. Zijn opmerking daags na
9/11 dat de Westerse wereld superieur was aan de islamitische, kwam hem op stevige internatio-
nale kritiek te staan. Op zijn minst ongelukkig te noemen was ook het ‘compliment’ aan het adres
van de kersverse president Barack Obama over diens “jonge, mooie en ook nog zongebruinde”
uiterlijk. Ernstiger zijn de beschuldigingen van corruptie. Hij weet echter een rechtzaak al jaren-
lang te vermijden met een vrijwel speciaal voor hem ontworpen wet die de premier immuun
maakt voor vervolging. En sinds mei dit jaar staat Italië te boek als een land met slechts gedeelte-
lijke persvrijheid. Zelfs Zuid-Afrika, Ghana, Suriname en Mali doen het beter.
| 36
oktober 2009 |
Het is dan ook niet voor niets dat de persvrijheid in Italië ter discussie staat. Berlusconi bezit
het merendeel van de commerciële televisiekanalen en oefent daarnaast als premier invloed uit op
de nationale zenders. Tv-journalist Michele Santoro werd door Berlusconi live tot orde geroepen
(“jij bent een werknemer van de overheid!”) als Santoro hem wil onderbreken omdat de premier
weigert kritische vragen te beantwoorden. Enkele maanden later verschijnt Santoro niet langer op
tv.
Negatieve geluiden in de krant blijven ook niet zonder gevolgen. Dino Boffo, hoofdredacteur
van l’Avvenire, een krant van het Vaticaan, zette een kritische noot bij Berlusconi’s gedrag, waarop
Il Giornale, de krant van broer Paolo Berlusconi, hem prompt afschilderde als een homo die vrou-
wen lastig valt.
Zoals gezegd, in ieder ander democratisch
land zou Berlusconi allang van het toneel ver-
dreven zijn. Is er dan echt geen protest?
“Geruchten en wensdromen over het einde van
Berlusconi waren dit jaar nooit zo sterk als afge-
lopen week”, meldde NRC Handelsblad 19 sep-
tember hoopvol. Emma Bonino, een Italiaanse
ex-eurocommissaris en ex-minister, schatte de
kans dat Berlusconi valt op 50 procent, een
opmerking die bijna juichend werd ontvangen door de Italiaanse oppositionele pers.
Ondertussen heeft de premier namelijk met bijna iedereen ruzie: de kerk, de magistratuur, de
pers, de oppositie en nu ook met zijn partijgenoot Gianfranco Fini (voormalig ‘neofascistische’
leider van de Alleanza Nazionale die recent fuseerde met Berlusconi’s Forza Italia). Fini is al 15
jaar lang Berlusconi’s tweede man, dus dat zegt wat.
Ook de steun van het Italiaanse volk valt weg. Voor het eerst is de waardering voor Berlusconi
gezakt tot 47 procent, in tegenstelling tot 62 procent in oktober 2008, volgens cijfers van een op-
positionele krant. Slechts 3,4 van de 60 miljoen Italianen keken naar Berlusconi’s meest recente
reddingspoging: een propagandafilmpje waarin hij de eerste 94 houten appartementen voor de
slachtoffers van de aardbeving in de Abruzzan presenteerde. Hij verloor van de maffiaserie ‘Eer en
respect’, waar dubbel zoveel Italianen naar keken.
Men moet ervoor waken te vroeg te juichen. “Il Cavaliere, zo weten de Italianen, is op zijn best als
hij moet terugvechten vanuit een voor een normaal mens onhoudbare positie”. Toch kan een
beetje hoop geen kwaad. In een land waar de familiewaarden hoog in het vaandel staan, zou het
aanhoudende seksschandaal wel eens de nagel aan zijn doodskist kunnen zijn. Bovendien doet het
Constitutionele Hof 6 oktober 2009 (helaas te laat om de uitslag in deze HInT te verwerken) uit-
spraak over de vraag of de immuniteitswet, die Berlusconi moet vrijwaren van vervolging, wel of
niet in overeenstemming is met de grondwet.
Arrivederci Berlusconi?
37 |
oktober 2009 |
De Cleijne Geschiedenis
Door Erik Cleijne
En wéér een presentatie. Ze blijven maar komen. Ja, ik heb de teksten óók gelezen voor de ve-
randering. Nee, niet goed, maar naar jouw geleuter luister ik liever niet. Waarom niet? "Het is
saai! Saaier nog dan saai. Deze tijd is überhaupt nauwelijks overbrugbaar, en dan ga jij met je
dikke reet mij saaie dingen vertellen met saaie saaihoofd, dik dikke dik dik!
De furie waarmee ze zich op mij stortte verraste me volkomen, maar nét niet volkomen genoeg!
"I'll show you fits of rage!" En pakte haar vast bij haar dikke armpjes. 'We're going to talk about
chapters eight and nine!' – DIT! En zo scheurde ik pardoes haar bolle armpjes van haar bolle
lichaampje. Ik slaakte een kreet van razernij en sprong met ferme zwier op het hoofd van de be-
baarde professor, en begon met de losgerukte armpjes tegen zijn zwellende hoofd te slaan.
"Je bent ontslagen!" Riep ik, en schopte de beamer van het plafond, die het hoofd van de betweter
kende (I beg to differ!). De ratten vlogen alle kanten op, uiteengeperst door stralen licht, lasterend,
luisterend, overbrengend de beelden zoals zovelen voor hem, zoals deze dwangbuis vrije wil
dorsend mijn vrije dag doordrenkt met saai!
En dat was nog maar het eerste kwartier! "Wat are heroes?" WAT? Ik haalde mijn hoofd ui mijn
spiegelende kom, waarin aftands lijkende college's slechts hun falen zien, hun toekomst, hoe
schier onmogelijk kort deze ook zal zijn, een toekomst zonder toekomst, waarin iedereen zal zien
wat Letteren precies inhoudt. Volslagen onmogelijk schoonmaken, ploegen op de helpdesk, dingen
waar je mongolen op zou zetten. Nee hoor, hier heb je een masterdiploma, ga maar lekker in een
magazijn werken. Of anders bij de gemeente, lekker in dienst! Het kan intellectueler. Deze tekst
trouwens ook.
Helden worden niet geboren! Ze worden niet gemaakt! Ze zijn er al! "IK!" Wasemde ik met mijn
strakke, door blokken spieren omgeven middenrif tegen de blozende wangetjes van het mooiste
meisje van de klas, en begon haar haar, haar haar haar. Strelen. Aaien. Zoenen. Lieve woordjes in
haar oor, oor oor oor. Met een tang trok ik haar oorlel van haar gelaat en deed hem door mijn
pastasaus. "Wil je er nou crême freche doorheen of niet? Dat maakt de saus wel iets frisser." Ze
was mijn gezeur meer dan zat en menstrueerde over de saus heen. Ik roerde stug door, zoals ik
immer en elke keer stug door roer in de donkere getijden van de maand. "Ik vind het vervelend
voor je dat je rugpijn en kramp hebt, liefje." Zeg ik. "Da's lief van je, het doet dan ook wel pijn..."
39 |
WILKOMMEN
IM BIERGARTEN