Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 1

PRAKTIJKMANAGEMENT

Social media

Hoe meer likes, hoe beter het ziekenhuis?


Kan het aantal likes van een ziekenLuc Colla: Daarnaast kun je social mehuis of een andere zorginstelling een dia ook zlf inzetten in je communicatiebegoede indicator zijn voor de kwaliteit leid, bijvoorbeeld om specifieke doelgroevan de geleverde zorg? pen te bereiken. Zo gebruiken we bij Jessa Catherine Zenner: Daar kan ik niet metFacebook om studenten en potentile meeen een sluitend antdewerkers te benawoord op geven, al deren. Dat blijkt vaak denk ik dat het anteen betere strategie woord voor Vlaandete zijn dan dure ren sowieso neen is. jobadvertenties. Een aanzienlijk deel Een leuke extra is dat van onze zorgvoorzieveel eigen medewerningen is immers kers en studenten de (nog) niet aanwezig op boodschap dat het social media, waarJessa Ziekenhuis een door je het aantal leuke plek is om te likes maar moeilijk werken of stage te lokan verbinden aan de pen, versterken door kwaliteit van zorg- en haar te verspreiden dienstverlening. Het De Facebookpagina van het Jessa Ziekenhuis onder hun eigen klopt wel dat tevreden vrienden. telt meer dan 3.400 likes. patinten, bewoners van zorginstellingen of potentile clinten Maar de geluiden op social media zijn via sociaalmediakanalen kunnen laten weuiteraard niet altijd positief. Lopen ten dat ze tevreden zijn over het zorgaaninstellingen geen gevaar op onherroebod. En dat is net wat ik onthoud van deze pelijke imagoschade door de kritiek van studie: lever je kwaliteitsvolle zorg, dan ontevreden patinten? zullen de mensen dat willen delen met de CZ: Transparante communicatie is een wereld. van de pijlers van de zorg aan het worden. Zorgvoorzieningen mogen dan ook niet bang zijn om op weg naar die transparantie naast de meer traditionele kanalen ook social media-kanalen in te zetten. Mensen praten daar tch al over hen, positief dan wel negatief. LC: We mogen onze ogen inderdaad niet sluiten voor deze nieuwe werkelijkheid. De helft van de Belgische bevolking is actief op n of meerdere sociale netwerken, wat betekent dat daar ook over ons wordt gepraat. Bij Jessa proberen wij actief deel te nemen aan die conversaties en er in de mate van het mogelijke iets mee te doen. Ook met de negatieve opmerkingen, die bezorgen we aan onze ombudsdienst. CZ: Zie het als een manier voor ziekenhuizen en andere zorgactoren om de vinger aan de pols te houden en om te weten te komen wat beter kan of moet in hun zorgaanbod. Door zelf een platform aan te bieden waar patinten hun ei kwijt kunnen, kunnen ze trouwens een pak mogelijke frustraties voorkomen. Tijs Ruysschaert

Is het aantal likes dat een ziekenhuis verzamelt op Facebook een goede indicator voor de zorg die het levert? Een recente Amerikaanse studie zegt van wel. Maar zo eenvoudig is het niet, volgens Catherine Zenner (Zorgnet Vlaanderen) en Luc Colla (Jessa Ziekenhuis). Social media hebben zeker een signaalfunctie, maar dan als een onderdeel van een ruimer transparantiebeleid.
n American Journal of Medical Quality verscheen begin februari een onderzoek naar de betekenis van het aantal likes dat een ziekenhuis verzamelt op zijn Facebook-pagina (1). Meer vind-ik-leuks zouden samenhangen met een hogere patinttevredenheid. Maar verrassender meer likes zouden ook samenhangen met minder sterfgevallen. Elk ziekenhuis kan een Facebookpagina aanmaken, maar wie meer kwaliteit levert, zal meer tevreden patinten hebben en dus meer vind-ik-leuks krijgen, luidde de uitleg van de auteurs van de studie. Een op het eerste gezicht wel erg gesimplificeerde stelling, en dat op basis van een exploratieve studie bij 40 New Yorkse ziekenhuizen die met veel te weinig parameters rekening houdt. Toch leek het ons de moeite om hier even stil bij te blijven staan. In de Vlaamse zorgsector is immers een groeiende interesse voor social media merkbaar, getuige initiatieven als de Wegwijzer sociale media in de zorg van Zorgnet Vlaanderen (zie AK 2307). Wij legden ons oor te luisteren bij Catherine Zenner van Zorgnet Vlaanderen en bij Luc Colla, communicatiemanager van het Hasseltse Jessa Ziekenhuis.

1. Do Patients Like Good Care?: Measuring Hospital Quality via Facebook, Alex Timian, Sonia Rupcic, Stan Kachnowski and Paloma Luisi, American Journal of Medical Quality, February 1, 2013 1062860612474839.

Ggz-patint zegt ja tegen e-behandeling


60 tot 70% van de patinten uit de geestelijke gezondheidszorg staat open voor een behandeling via het internet. Dat blijkt uit een enqute van het Nederlandse e-diagnostiekcentrum TelePsy bij meer dan 1.200 clinten. De meerderheid wil dan wel dat die gecombineerd wordt met face-tot-facegesprekken.

Blended hulp biedt kansen


Hoewel sommige Vlaamse centra voor geestelijke gezondheidszorg al e-health gebruiken, is van een systematische implementatie nog geen sprake, vertelt Herwig Claeys, psycholoog en ontwikkelaar van onder meer www.onlinehulpverlening.be. Nochtans zit er zeker muziek in blended hulpverlening, de combinatie van face-to-facegesprekken en contacten via internet of mobiele telefonie. Voorwaarde is wel dat hulpverleners de online hulpmiddelen snel en flexibel moeten kunnen inzetten, aldus Claeys. Zo kan er meer therapie plaatsvinden in het dagdagelijkse leven van de clint, ter ondersteuning van de gesprekken in de praktijk. Maar om deze manier van werken ingang te doen vinden, moeten we eerst alle hulpverleners aanspreken en opleiden. T.R.

-health is uiteraard niet voorbehouden aan de traditionele geneeskunde. Ook vanuit de geestelijke gezondheidszorg duiken meer en meer initiatieven op die e-diagnostiek en -behandeling mogelijk maken. (Denk maar aan de virtual reality-therapy van onze landgenote psychologe Elke Geraerts, AK 2305, of de stempel van Trimbos(1) voor online ggz-hulpverleningsprogrammas in Nederland, AK 2290.) En daar is zeker een markt (vergeef ons de woordkeuze) voor, blijkt uit een enqute van het Nederlandse e-ediagnostische centrum TelePsy bij meer dan 1.246 mensen. Op de vraag of zij gebruik zouden willen

maken van e-health als er een passende module voor hun klachten bestaat, antwoorden 61% van de mannen en 68% van de vrouwen positief. Geen onbelangrijke opmerking is evenwel dat twee derde van hen wel pleit voor een combinatie van e-health met face-to-facecontacten.

Ondergefinancierd
Ondanks die positieve houding tegenover digitale hulpverlening blijft het aantal patinten dat via die weg geholpen wordt, relatief beperkt. Een gevolg van het ontbreken van een goede financieringsstructuur, zegt TelePsy, dat aanstipt dat zorgverzeke-

raars de kosten voor e-health niet of amper vergoeden. Bovendien worden ook de ggzinstellingen zelf niet aangemoedigd om digitale hulpverlening te omarmen. Integendeel, door de extra manuren die het gebruik van e-health vraagt, zien zij hun kosten zelfs oplopen. En dat terwijl e-health lagere kosten met zich meebrengt voor de clint en de maatschappij, aldus TelePsy. Tijs Ruysschaert
Meer info: www.telepsy.nl, www.onlinehulpstempel.nl en www.clinicalcognitionlab.com (van Elke Geraerts). 1. Landelijk kennisinstituut voor geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg en maatschappelijke zorg.

16

ARTSENKRANT Dinsdag 26 maart 2013 Nr. 2309

You might also like