Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 5

Klavarskribo

Ga naar: navigatie, zoeken


Klavarskribo (Esperanto voor klavierschrift, ook kortweg klavar
genoemd) is een muziekschrift dat in een aantal opzichten afwijkt van de
gebruikelijke muzieknotatie.[1] Deze notatie is gentroduceerd in 1931
door de Nederlander Cornelis Pot, en met name gericht op
toetsinstrumenten.

Inhoud [verbergen]
1 Hoe werkt het?
2 Voor- en nadelen
3 Verspreiding
4 Geschiedenis
5 Externe links

Hoe werkt het?[bewerken]

1. De lijnen van de notenbalk zijn verticaal, de stokken van de noten
zijn horizontaal (zodat links en rechts op het klavier van een orgel,
piano, enz. overeenkomen met links en rechts op de notenbalk).
2. Een octaaf wordt verdeeld in de twaalf tonen volgens de
gelijkzwevende stemming en klavar beschikt over een notenbalk
waarin elk van deze tonen een eigen plaats heeft.
3. De notenbalk bestaat uit groepjes van afwisselend twee en drie
verticale lijnen, overeenkomend met de zwarte toetsen van een
pianoklavier. Het aantal lijnen is ongelimiteerd, afhankelijk van de
behoefte aan extra lijnen kunnen er doorgetrokken lijnen (in
tegenstelling tot de onderbroken hulplijnen in het traditionele
notenschrift) worden toegevoegd. Speelt men op een
klavierinstrument, dan wordt een noot op de lijn gespeeld op de
bijbehorende zwarte toets en een noot tussen de lijnen op de witte
toets tussen de twee zwarte toetsen die de aangrenzende lijnen
voorstellen. De duidelijke overeenkomst van de notenbalk met een
toetsenbord met zwarte en witte toetsen heeft Pot gebracht tot het
gebruiken van de naam 'Klavarskribo'.
4. Noten die tussen de lijnen geschreven worden, worden open (wit)
gelaten. Op de lijn is de noot dicht (zwart). Er is geen verschil in
betekenis tussen open en dichte noten, in tegenstelling tot bij de
traditionele muzieknotatie.
5. Dichte noten worden boven de stok geschreven en open noten
onder de stok. Als twee noten een kleine secunde uit elkaar liggen
is er dus geen overlap.
6. Alle maten nemen in het muziekschrift even veel ruimte in,
ongeacht het aantal noten in de maat. De verticale afstand tussen
de stokken geeft de duur aan; er zijn dus geen verschillende noten
voor een verschillende duur.
7. Zoals in de traditionele muzieknotatie vormen doorgetrokken
maatlijnen de scheiding tussen de maten, gestippelde lijnen geven
tellen aan. Echter, valt een noot op een tel, dan wordt deze
getekend met de stok in de maatlijn of tellijn, niet erna.
8. De meeste noten hebben stokken. Voor het klavier wijzen de
stokken naar links of rechts om aan te geven met welke hand er
gespeeld moet worden. Voor de viool of gitaar wijzen de stokken
naar links en reiken ze tot aan de lijn met de grondtoon van de
snaar. Bij deze snaarinstrumenten geeft de stok dus aan op welke
snaar de noot moet worden gespeeld, en geeft de lengte van de
stok aan hoe hoog de noot gegrepen moet worden.
9. Een noot duurt tot de volgende noot van dezelfde hand of stem,
tenzij een stopteken of doorklinkstip wordt gebruikt. Er is dus geen
verband tussen vorm en duur van een noot, er zijn geen vlaggen,
duurstrepen en rusttekens.
10. De klavarnotatie gebruikt een sleutel om aan te geven welke c de
centrale c van het toetsenbord is.
11. In de eerste maat van het muziekstuk wordt met een speciaal
teken de toonsoort van het stuk aangeduid. Indien in de loop van
het stuk de toonsoort verandert, wordt dit aangegeven met
eenzelfde soort teken.
Klavar is een greepschrift voor klavierinstrumenten zoals orgel en piano,
maar kan ook gebruikt worden voor andere tooninstrumenten.
Voor- en nadelen[bewerken]
Ten opzichte van traditionele muzieknotatie heeft klavar een aantal
voordelen:
1. In klavar wordt een toon binnen ieder octaaf op dezelfde manier
genoteerd. In het traditionele notenschrift ontbreekt deze
overeenkomst.
2. In het traditionele notenschrift zijn de sleutel en de voortekens van
betekenis voor de noot. De afbeelding hieronder toont enkele
varianten. Klavar is in dit opzicht eenduidiger.

3. Het traditionele notenschrift maakt gebruik van voortekens
(kruisen, mollen en herstellingstekens) om veranderingen van
halve tonen te noteren. Bij klavar is dat niet nodig doordat elke
toon een eigen plaats op de notenbalk heeft.
4. Het traditionele notenschrift maakt onderscheid tussen
enharmonisch gelijke tonen, zoals fis en ges. Klavar doet dit niet,
wat in de notatie voor klavierinstrumenten een overbodig verschil
wegneemt.
5. Het schrift leent zich uitstekend voor beginnende spelers die
muziek willen spelen die voornamelijk uit akkoorden bestaat (zoals
begeleiding voor popmuziek)
6. Doordat de notatie voor Guitar Hero een soort versimpelde versie
van klavar is, is het voor de doelgroep van dat spel eenvoudig op
te pikken.
Echter:
1. Musici zijn vanouds gewend met het traditionele notenschrift te
werken. Willen ze met klavar werken, dan zullen ze dat eerst
moeten leren. In de westerse wereld is men ook gewoon om van
links naar rechts te lezen, in plaats van van boven naar onder.
2. Hoewel de enharmonisch gelijke tonen op een gelijkzwevend
gestemd instrument identiek zijn, zijn het wezenlijk verschillende
tonen, en dat wordt in het traditionele notenschrift tot uitdrukking
gebracht. Een strijker speelt een verhoogde toon hoorbaar anders
dan zijn verlaagde secunde. (Bijvoorbeeld: een fis klinkt een fractie
hoger dan een ges.)
3. Componisten die gebruikmaken van zowel de hoogste als de
laagste tonen op een piano zullen een balk van zevenendertig
verticale lijnen op hun klavarblad moeten noteren. Voor het
traditionele schrift volstaat een klein achtje boven of onder een
sleutel om een octaaf verschil aan te geven. Bij klavar geeft de
enige sleutel de midden-c aan, en is het dus vereist om die in de
notatie op te nemen.
4. Dit probleem wordt nog groter wanneer men een orkestpartituur in
klavar probeert te schrijven. Door de uiteenlopende toonhoogtes
van bas- tot sopraaninstrumenten wordt de partituur, naarmate er
meer stemmen zijn, aanzienlijk breder. Binnen de traditionele
notatie is n notenbalk extra genoeg per stem, door het gebruik
van verschillende sleutels.
5. Het schrift leent zich niet voor ritmisch slagwerk.
6. De duur van een noot is afhankelijk van de verticale afstand tot de
volgende stok. Als er geen constant ritme gespeeld wordt, kan dit
verwarrend en onduidelijk zijn, zeker doordat zwarte noten ietwat
hoger staan dan witte. Zeker bij jazz zal dit voor verwarring zorgen.
7. Liedteksten bij een zangmelodie moeten in lettergrepen van boven
naar beneden worden geschreven.
Verspreiding[bewerken]
Klavar is er niet alleen voor beginners. Ook muziek van componisten als
Chopin en Liszt is in de klavarnotatie beschikbaar. De Klavar Vereniging
Nederland houdt een lijst bij van docenten die met klavar willen werken
en tracht klavargebruikers te stimuleren bij die docenten les te nemen.
Voor wat betreft de beschikbaarheid van bladmuziek kan worden gesteld
dat vrijwel alle gangbare muziek voor orgel, piano, accordeon e.d. in
klavar beschikbaar is. Bij de Stichting Klavarskribo zijn catalogi voor
piano, kerk- en elektronisch orgel, accordeon, en keyboard beschikbaar.
Voor gitaar is een vergelijkbare notatie ontworpen.
Er wordt onder meer gebruikgemaakt van het programma KlavarScript
om muziek in traditionele notatie via midifiles, MusicXML of na scannen
om te zetten naar de klavarnotatie.
De bladmuziek die in muziekwinkels verkrijgbaar is, is vrijwel uitsluitend
in het conventionele notenschrift.
Geschiedenis[bewerken]
Cornelis Pot had een passie voor muziek en wilde graag ook anderen de
kans geven van muziek te genieten door zelf te spelen en te zingen. Hij
vond het traditionele notenschrift te moeilijk toegankelijk. Hij bestudeerde
alternatieve muziekschriften en ontwikkelde daaruit zijn idee voor
Klavarskribo. Zijn gedachte was dat de muziekwereld zijn uitvinding zou
omarmen en de teleurstelling was daarom groot toen dat niet het geval
bleek te zijn. Ook muziekdocenten toonden geen belangstelling. Pot had
desalniettemin de financile middelen om zelf schriftelijke cursussen op
te zetten en uit te geven, en om muziek om te zetten. In de dertiger jaren
groeide het aantal klavarspelers en werd veel bladmuziek in de
klavarnotatie omgezet en uitgegeven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog
kwam deze activiteit tot stilstand, maar daarna werd met nieuw elan
gestart. Het door Pot opgezette Instituut Klavarskribo groeide zodanig
dat er uiteindelijk 50 personen werkzaam waren. Er verschenen ook
cursussen in het Engels, Frans en Duits.
Later werd de financile speelruimte van veel uitgeverijen en ook
Stichting Klavarskribo beperkter, waardoor er heden minder wordt
geadverteerd. De huidige situatie is zo dat de Stichting Klavarskribo in
Ridderkerk zich met een beperkte staf bezighoudt met het omzetten en
uitgeven van muziek voor in het bijzonder kerkorganisten, een
belangrijke doelgroep. Op grond van het adressenbestand van de
Stichting dat ongeveer vijfduizend adressen van regelmatige klanten
bevat, wordt het aantal klavargebruikers in Nederland en daarbuiten op
zeker tienduizend geschat.
Naast de Stichting Klavarskribo bestaat ook de in 1978 opgerichte Klavar
Vereniging Nederland die als doel heeft om, in samenwerking met de
Stichting, de klavarnotatie te promoten en in stand te houden.[2]

You might also like