Professional Documents
Culture Documents
Maatschap in de Buurt
Maatschap in de Buurt
MAATSCHAP
BUURT
in de
verslag van een expertmeeting
een bewerking van de opbrengsten
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 2
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 3
inhoudsopgave
woord vooraf
5
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 6
Firoez Azarhoosh
Pierre Mehlkopf
6
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 7
leeswijzer
Het zevende hoofdstuk is van een ander karakter. Hier worden de uitkomsten
van de meeting ‘bewerkt’. Het eerste resultaat van die bewerking is terug te
vinden in de titel van deze publicatie. Terugkijkend denken we dat die het
best is samen te brengen onder de naam ‘MAATSCHAP IN DE BUURT’.
Een maatschap is een samenwerkingsverband, een alliantie van mensen, die
werken aan eenzelfde doel. Een maatschap is echter ook een ondernmings-
vorm en ook die stap willen maken. Werken in de buurt mag wel onder-
nemender worden, mag duidelijker gericht zijn op het bereiken van
resultaten, maar vooral moet werken in de buurt gebaseerd worden op
coalities tussen alle partijen in die buurt. Met deze bewerking willen we een
basis leggen voor verdere ontwikkeling. Het gesprek over buurt, bewoners
en beweging is immers een permanent gesprek. Deze publicatie wil daaraan
bijdragen.
7
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 8
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 9
1. De kracht van
community is de
expertise en
betrokkenheid
van leden
openingswoord door Firoez Azarhoosh
9
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 10
De bijeenkomst van vandaag zou niet mogelijk geweest zijn zonder die
voorgeschiedenis. De vragen die vandaag centraal staan, zijn opgeroepen
in de vele – vooral informele – gesprekken die in de Community zijn
gevoerd. Deze expertmeeting is deels bedoeld om deze fase af te ronden.
Door vragen en antwoorden bij elkaar te brengen en daar verslag van te
doen ontstaat er – zo is de verwachting – een basis waarop de Community
verder kan bouwen.
10
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 11
11
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 12
Mijn eigen rol vandaag is die van moderator. Ik ben zowel bewoner van de
Indische buurt, als lid van de TPC, maar ik ben ook organisatieadviseur en
hou me vanuit die rol vaak bezig met samenlevingsvraagstukken. Maar
vooral ben ik actief in de community VeranderS. Daar heb ik gezien wat de
kracht van verbinding is. Daar heb ik ook geleerd dat het niet gaat over de
vraag waar het begin ligt of naar welk einde we toewerken, maar dat het
gaat over wat we doen tussen begin en einde. Het proces zelf is het belang-
rijkste. Want juist in het proces worden verbindingen gelegd, coalities
gesloten en allianties gevormd. Daar gaan mensen ontdekken dat ze iets
aan elkaar kunnen hebben. Daar zit ook het plezier van samenwerken. En
vanuit die basis kunnen dan initiatieven ontstaan, die echt tot verandering
en verbetering leiden. Ik hoop dat jullie dat plezier vandaag ook ervaren.
12
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 13
2. Een politieke
voorzet en
bestuurlijke
dilemma’s
door Jan Hoek, wethouder Zeeburg
13
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 14
14
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 15
met een klein deel ervan, juist die bleven komen. Ik wil dat fietsnietje niet
hier, maar daar. Zo lang ze nog een kans zagen om daarover te praten met de
hoop op aanpassing bleven ze komen naar de bijeenkomsten die wij bleven
organiseren. Want wij hoopten op consensus, we wilden een zo breed
mogelijke deelname en mensen echt bij alles betrekken. Zo gebeurde er dus
iets merkwaardigs. Iedereen die het plan zag zitten was niet meer betrokken,
en de mensen die bleven komen, dat waren er steeds minder, maar die
wilden het plan op onderdelen aanpassen. En de tweede helft van de
besprekingen werd dus behoorlijk zuur.
Toen ik de volgende keer zo iets moest doen hebben we het anders aange-
pakt. Ik heb toen gezegd: we gaan hier drie maanden over praten en dan is
alles wel gezegd over zo’n klein stukje in de openbare ruimte. Wat dan nog
niet gezegd is, of waar we het niet over eens zijn, dat is waarschijnlijk
onbelangrijk, dat is een kwestie van smaak, van voorkeur of een kwestie van
NIMBY1. Maar na drie maanden praten weten we wel of het plan in grote
lijnen wordt gedragen of niet. En dan moeten we aan de slag kunnen.
organiseren weten dat het niet zo werkt. Je hebt nu eenmaal niet spontaan
iedere moment een fantastisch briljant idee waarmee Amsterdam in een
keer gered zou kunnen worden. Dus zo moet je die gesprekken niet organi-
seren, want het leidt per definitie tot teleurstelling. Maar je moet er wel
voor zorgen dat mensen komen, dat het leuk is om er aan mee te doen.
Participeren moet met plezier of dat nu gaat over het bedenken van ideeën
of over het meedenken over de uitvoering. En vanwege dat plezier is het
zaak dat je dat zo veel als mogelijk informeel doet.
Ik las enkele weken terug – al surfend over internet- iets over de Engelse
punkband Crass. Naar mijn mening is het teringherrie van de zuiverste
soort, maar daar gaat het niet om. Het zijn nog anarchisten pur sang. Het
16
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 17
zijn mensen die als geen ander de gedachte van de punkperiode hebben
begrepen: ‘do it your self ’. En dat is wel iets waar het uiteindelijk over gaat
als je nadenkt over participatie. Dan gaat het toch over ‘doe het zelf ’.
Donder op met die overheid, we doen het gewoon zelf. Zo werkt het in de
praktijk vaak niet, maar het grondidee erachter is juist. Het is nodig om
dingen zelf te kunnen doen. Daar heb je soms ondersteuning van de
overheid bij nodig; in de vorm van ruimte, een kopiermachine, enz. Dat
moet die overheid dan toch ter beschikking stellen. Op dat moment
komen die twee partijen met elkaar in contact, en dan is het zaak om met
elkaar de discussie te voeren over de eigen en elkaars agenda. Volgens mij
moeten die twee partijen die discussie altijd met elkaar voeren. Want
volgens mij – als je elkaar nodig hebt – dan heb je het ook over elkaars
agenda.
Dat betekent dat de ‘do it yourselvers’ wel degelijk moeten kijken naar wat
de agenda van de overheid is. Dat betekent ook dat de overheid niet zijn
klassieke fout moet maken het gesprek aan te gaan met bewoners en het te
gaan hebben over ‘mijn’ agenda. Als ik als overheid het gesprek aanga met
bewoners dan moet ik het altijd ook hebben over de agenda van de bewo-
ners. Alleen dan kan ik het ook hebben over mijn agenda als overheid. En
dan gaan we zoeken hoe we ze kunnen combineren. Dat betekent dat je
altijd moet proberen het informeel te houden met elkaar, want dat is nodig
voor het gesprek. Het betekent ook dat je vertrouwen moet hebben in
elkaar. Heb vertrouwen in die overheid. Maar ook als overheid, heb
vertrouwen in die bewoners, want zij zullen het eindelijk toch zelf moeten
doen.
Ik hoop dat ik hiermee voldoende voeding heb gegeven aan jullie discussies.
17
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 18
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 19
3. Potentie, ambitie
en beweging, een
andere kijk op de
revitaliseren van
leefomgevingen
en buurten
door Pierre Mehlkopf
19
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 20
Mijn verhaal gaat over buurten, bewoners en bewegingen. Vooral over dat
laatste. Maar eerst iets over wie ik ben, want voor de meesten hier ben ik
een vreemd gezicht. Ik ben ook geen Amsterdammer. Ik heb weliswaar 18
jaar in de Bijlmermeer gewoond, maar dat maakt je geen Amsterdammer.
Als Bijlmerbewoner vond ik dat ik vooral Bijlmerbewoner was en zeker
geen Amsterdammer. Maar ik woon nu al een jaar of tien in Gouda en word
binnenkort bewoner van Rotterdam. De reden waarom ik hier sta is dat ik
een band heb met Firoez. We zitten samen in een andere Community,
de Community VeranderS. Binnen VeranderS praten we over van alles,
over ver weg , over anders en over verander eens, maar ook over draagvlak-
verwerving en misschien wel vooral over ‘do it your self ’. ‘Ik ben ook al een
aantal jaren voorzitter van een stichting voor samenlevingsopbouw in de
Bijlmermeer. Onlangs hebben we als bestuur hebben besloten deze op te
heffen. Dat hebben we gedaan omdat we denken daarmee een betere bij-
drage te kunnen hebben aan de samenlevingsopbouw. Dat klinkt paradoxaal
en misschien is het dat ook wel. Maar daarmee zijn wel meteen twee van de
thema’s geïntroduceerd waar ik het over ga hebben: buurtbinding en de
betekenis van professionals in de sociale structuur.
a. De buurt
Mijn verhaal begint meer dan een eeuw terug. Dat was een tijd waarin
mensen van het platteland naar de steden trokken. Het was de tijd waarin
de eerste woningwet (1901) door het parlement werd vastgesteld, maar het
was ook een tijd waarin een integratievraagstuk hoog op de agenda stond.
Het beeld van de stad was er een van een ongeorganiseerd geheel, van een
samenleving waarin sociale cohesie niet bestond en waarin de anonimiteit
de boventoon voerde. Daartegenover werd de dorpsgemeenschap geplaatst:
kleinschalig en overzichtelijk. Om de toestroom van mensen van het
platteland naar de stad op te vangen, maar ook als verbetering van de
woonomstandigheden van arbeiders in de stad zelf, werden nieuwe wijken
gebouwd volgens het model van het dorp. De buurt als sociaal integratie
kader. Dat beeld, ontstaan aan het begin van de vorige eeuw, blijkt een
stevig beeld te zijn. We zien het opnieuw sterk terug in de jaren vijftig. Het
ideaal van de wijk als een kleine stad op zich, waarin wonen, werken en
recreëren samen gaan. De wijkgemeenschap als sociaal integratiekader. Kijk
maar eens rond in Amsterdam en je ziet de sporen ervan. Dat hebben we
het over de Indische buurt, maar ook over Betondorp in Watergraafsmeer
en over de Westelijke Tuinsteden. Daarna zien we kort de fase van het nieuwe
20
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 21
Vanaf de jaren tachtig krijgt de wijk ook kleur. Daarmee komt een oude
doelstelling in een nieuwe vorm weer terug. Wijkbeleid wordt er mede op
gericht om nieuwkomers te integreren. Dat gebeurt in eerste aanzet door
ingrepen in de fysieke structuur van de wijk (denk aan de sloop en nieuw-
bouw in de Bijlmermeer) en door sociaal en economisch beleid waarbij
men gericht is op individuele kenmerken van bewoners. Rond de eeuw-
wisseling wordt de bewonerssamenstelling zelf meer en meer als probleem
gezien. In reactie daarop wordt de diversiteit van het woningaanbod
vergroot. De variatie moet het ontstaan van achterstandswijken voorkomen.
Een gemengde wijk zou moeten bijdragen aan sociale mobiliteit van lagere
inkomensgroepen, aan een beter onderhouden leefomgeving zowel door de
voorbeeldfunctie van huishoudens uit de middenklasse als door de onder-
linge contacten tussen de inkomensgroepen. Achterliggende gedachte daarbij
is opnieuw dat de wijk (mits goed samengesteld) kan functioneren als een
integratiekader. De discussie hierover is echter niet afgesloten. Dat wordt
onder meer geïllustreerd door een recent verschenen essay onder de titel
‘De mantra van mix’3.
makkelijk relaties met elkaar aangaan en waar als gevolg daarvan sociale
netwerken ontstaan waarbinnen mensen elkaar tot steun zijn en die
bescherming bieden. Maar als die omschrijving passend is, dan kun je ook
de vraag stellen of je de Timorplein Community niet ook kunt zien als een
buurt. Ook die Community is immers geografisch te duiden en er is sprake
van bewoners, van mensen die er werken en actief zijn, die in toenemende
mate onderlinge relaties met elkaar aangaan als direct gevolg van het
samenzijn binnen het zelfde gebied en als gevolg van de activiteiten die er
georganiseerd worden.. Als je als beeld neemt dat iedere bewoner een aantal
bindingen heeft met andere bewoners en dat je die verbindingen ook kunt
weergeven als een lijn op een plattegrond, dan is de locatie Timorplein op
die kaart een waar concentratiepunt van verbindingen. Als de kaart iets
groter maakt en daar een groter deel van de Indische buurt op zichtbaar
maakt, dan zie je dat het Timorplein niet uniek is. Vergelijkbare concentraties
van verbindingen worden zichtbaar bij scholen, bij cafés, bij populaire
pleintjes en bij sommige voorzieningen. Maar op een meer verfijnde kaart
zouden deze concentraties van verbindingen ook zichtbaar kunnen zijn
rond bepaalde personen zoals een wijkagent, een winkelier, een actieve
bewoner of een lokale politicus. Als je de buurt wilt vinden is het dus een
kwestie van zoeken van de VIP’s; de very important places en de very
important people en de verbindingen na te gaan zoals die zich daar mani-
festeren. Maar heb dan ook aandacht voor de verbindingen die het meest
normaal zijn en die zich daarom aan het oog onttrekken. Vriendengroepen,
mensen die lid zijn van eenzelfde vereniging en familieverbanden.
Die benadering is ook een stuk praktischer dan het op zoek gaan naar de
eigenaar van de buurt, of naar degenen die voor de buurt kunnen spreken.
Want een buurt heeft geen aanspreekpunt, geen telefoonnummer en geen
woordvoerder. Natuurlijk zijn er soms bewonersgroepen actief, maar zij
zijn woordvoerder op die thema’s die zij zelf van belang vinden. Daarbij
moet bedacht worden dat hun woordvoerderschap niet bij verkiezing tot
stand is gekomen en dat zij vooral een bepaald belang vertegenwoordigen.
Dat is geen diskwalificatie van hun acties of van hun bestaan, maar vooral
de vaststelling dat zij niet representatief kunnen zijn voor de buurt als
geheel. De buurt als geheel bestaat in die zin ook niet. Vanuit het perspec-
tief van de corporatie, de gemeente, de hangjongere of de doorsnee (?)
buurtbewoner is die buurt immers telkens iets anders. Dat laatste geldt des
te meer vanuit het perspectief van de bewoner. De doorsnee bewoner
bestaat immers alleen als een statistisch gegeven. In het echt is iedere bewoner
23
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 24
weer anders. Er zijn bewoners die er alleen wonen en die hun leven in
belangrijke mate buiten de buurt doorbrengen en er zijn bewoners die de
buurtgrenzen slechts hoogst zelden overschrijden. Er zijn bewoners die er
al jaren wonen en er zijn er die wonen in de buurt als een tussenfase zien en
na enkele jaren al op zoek zijn naar een nieuwe woning in een andere
buurt. Wat voor bewoners geldt is ook van toepassing op de voorzieningen.
De school in de buurt is voor sommigen een buurtschool, voor anderen is
het dat juist niet en dat zelfde geldt ook voor de huisarts of de kroeg.
Voorzieningen vallen zelden samen met de grenzen van de buurt. Net zo
valt het leven van mensen slechts zelden samen met het leven in de buurt.
Verzorgingsgebied
brede school
Corporatie-
Verzorgingsgebied bezit
centrumjeugdgezin
Winkelcentrum
24
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 25
25
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 26
Ik wil het daarom niet meer hebben over ‘de buurt’ als onderwerp. De
buurt heeft immers voor iedereen een andere betekenis en kan daarom niet
bijdragen aan echte verbinding. Cijfers over de buurt laten slechts een deel
van de waarheid zien. Dat maakt gesprekken gericht het verkrijgen van
overeenstemming over wat er met de ‘buurt’ aan de hand is, ook tot een
moeizame gebeurtenis. Het gesprek moet concreter en het ‘onderwerp’
moet zelf kunnen spreken. Daarom maak ik ook de stap van ‘buurt’naar
bewoner. Als we de drie begrippen bewoner, potentie en ambitie bijeen
brengen ontstaat het volgende beeld.
26
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 27
AMBITIE
BEWONER
POTENTIE
Een kanttekening
Het mag lijken dat het alleen maar rozengeur en maneschijn is.
Dat in de combinatie van potentie en ambitie een motor met
ongekende kracht beschikbaar is. Maar de dynamiek die als
resultaat hiervan beschikbaar kan komen, kan ook worden
gefrustreerd. In plaats van dynamiek zien we dan verstarring.
Dat is het geval als de potentie wordt onderdrukt en ambitie
belemmerd. Dat gebeurt door huiselijk geweld, door mishandeling,
door bedreiging, intimidatie en discriminatie. Het is ook het gevolg
van vereenzaming, verloedering, uitsluiting door het niet spreken
van de taal of het niet kunnen lezen enz. Om potentie en
ambitie te kunnen gebruiken is het zaak om dat wat belemmert
te bestrijden.
27
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 28
Het recht op ambitie gaat samen Denk aan de bewoner als aandeel-
met ruimte voor ownership houder van de buurt, als partner bij
de ontwikkeling en als opdracht
gever bij vernieuwing
Het faciliteren van ambitie gaat Hier ligt een uitdaging voor lokale
samen met het bieden van ruimte overheid, voor corporaties, fondsen,
voor initiatieven maar ook voor ondernemers en
bewoners. Benoem uitdagingen in
plaats van oplossingen, stel vragen
in plaats van antwoorden
Het faciliteren van potentie gaat Hier ligt een opdracht voor de
samen met een bredere rol voor buurtgebonden voorzieningen.
instellingen behorende tot de Door ontmoeting te faciliteren,
sociale infrastructuur ruimte beschikbaar te stellen, de
wereld te vergroten, maar ook door
verstarring te signaleren
28
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 29
Dit schema blijft echter vaag en abstract. Daarom nu de stap gezet weg van
deze abstracties en het geheel eens concreet gemaakt. Daarvoor een aantal
voorbeelden:
Ownership
De wijk Korte Akkeren in Gouda: hier heeft actief en deskundig bewoners-
kader iets gemaakt dat nog het best te omschrijven is als een structuurvisie.
Uitgangspunt daarbij waren echter niet de problemen (zoals centraal in
verkiezingsprogramma's) of de plannen (zoals gemaakt op beleidstafels),
maar de ambitie om wat bewoners waardevol vinden te behouden en waar
nodig en mogelijk te versterken. Daarmee krijgt de structuurvisie het
karakter van een 'gebodsbord' in handen van bewoners. Overheid doe wat
je wil, maar wij vinden dit belangrijk en waardevol. Wat je ook doet, het
mag wat wij waardevol vinden niet aantasten, maar moet het eerder
versterken. Daarmee reikt de buurt aan overheid en projectontwikkelaars
een handelingskader aan, waardoor de aanpak van de wijk sneller en beter
vorm kan krijgen.
Sociale infrastructuur
Een misschien wel heel ongewoon voorbeeld. In Amsterdam Zuidoost
heeft een instelling voor opbouwwerk besloten zich zelf op te heffen en het
subsidie terug te geven aan het stadsdeel. Daar speelde meer zaken een rol
(dreiging van aanbesteding), maar de belangrijkste reden was dat men van
mening was dat het opbouwwerk vooral werd ingezet om bewoners bij
beleid te betrekken in plaats van dat het bewoners kon ondersteunen bij
het zelf ontwikkelen van ideeën en aanpakken. Het aanpassen van de
organisatie vroeg om meer tijd en er door de overheid gegeven werd. En
dan is het zaak om keuze te maken. Door de kiezen voor het opheffen van
29
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 30
Sociale mobiliteit
De Pendrecht universiteit. (Pendrecht is een wijk in Rotterdam). Op hun
website beschrijven ze hun initiatief als volgt. Het middel is dat bewoners
colleges geven aan professionals. Onder professionals verstaan we locale
ambtenaren, medewerkers van woningcorporaties, zorginstellingen en
andere belanghebbende organisaties en politici, met als doel kennis van de
bewoners aan hen over te dragen over onderwerpen die hen bezighouden.
Veiligheid kan zo’n onderwerp zijn.
c. Beweging
30
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 31
31
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 32
plannen van de overheid, maar als deze burger zich dan zelf organiseert in
een wijkteam of buurtoverleg dan krijgt hij van diezelfde overheid te horen
dat hij niet meer representatief is. Iets vergelijkbaars gebeurt er als deze
burger zelf met ideeën komt en daar de gemeente of de corporatie mee
benaderd. Dan blijkt diezelfde overheid hier niet meer voor open te staan.
Want ideeën van de burger verstoren de beleidscyclus van de overheid.
Voor de eigen plannen wordt op voorhand (en terecht) financiële ruimte
gecreëerd in de meerjarenbegrotingen, maar juist daardoor is er geen
ruimte voor ideeën vanuit burgers. Als burgers dan de overheid benaderen
is het antwoord te vaak dat daar geen geld voor is (gereserveerd).
Deze drie factoren hangen met elkaar samen en versterken elkaar over en
weer. In de kern zijn deze factoren allemaal terug te voeren op de manier
waarop overheid en instellingen hun werkprocessen inrichten. Daarin staan
de eigen doelen centraal en de toewijzing van middelen en menskracht om
die doelen te realiseren is daar ook op afgestemd. Dat beperkt de ruimte
voor het aangaan van open allianties met bewoners waarbij gezamenlijk
ambities worden verkend en potenties worden geïnventariseerd. Of om het
anders te zeggen: overheid en instellingen werken nog te veel van binnen
naar buiten en hebben ondanks hun goede voornemens nog steeds een
probleem met bewoners met hun ambities die per definitie van buiten naar
binnen komen. Dat komt niet omdat overheid en instellingen bewoners
niet serieus willen nemen, maar omdat ze hun werkprocessen zodanig
hebben vormgegeven dat daar in de praktijk onvoldoende ruimte voor is.
Tegelijkertijd staan die werkprocessen onder druk. Alles moet meer en
meer SMART worden aangepakt. Maar de ontmoeting met de burger laat
zich niet registreren en plannen. Die vraagt om een open ruimte.
32
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:33 Pagina 33
4. De thema’s
van de
expertmeeting
33
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 34
De verhalen van Jan Hoek en van Pierre Mehlkopf vormen de basis voor de
opdracht aan de aanwezige experts. Beider verhalen leveren inspiratie op
voor het volgende deel van de expertmeeting. Het is nu aan de experts om
hun licht te laten schijnen over de centrale thema’s van deze dag. Zij krijgen
de volgende vier vraagstukken voorgelegd.
D In plaats van dynamiek kan er in een buurt ook sprake zijn van
verstarring. Dat is het geval als er onvoldoende ‘veiligheid’ is en als
potentie wordt onderdrukt en ambitie belemmert. We hebben
huiselijk geweld, mishandeling, intimidatie, discriminatie,
vereenzaming, uitsluiting door ontbreken van werk, niet kunnen
lezen of het niet spreken van de taal als voorbeelden daarvan
genoemd. Hoe kan de sociale infrastructuur van bewoners en
buurtvoorzieningen hier een positieve rol in vervullen.
34
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 35
5. Kleintje World
Cafe op het
Timorplein
(De opbrengsten)
35
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 36
Het genereren van ideeën stond daarbij centraal, maar dat heeft de
deelnemers niet belet om ook een aantal uitgangspunten te formuleren:
In het gesprek over deze uitgangspunten werd ook direct een zekere spanning
zichtbaar tussen gevestigde instellingen en ‘ondernemende burgers’.
Instellingen zien burgers als de belanghebbend bij het eindproduct, maar
niet als potentiële (mede)producent. Bewoners daarentegen zien voor zich-
zelf ook een rol als producent en willen daar een passende vergoeding voor.
Het aanbod van de zijde van instellingen dat ze dat als ‘vrijwilliger’ wordt
als niet passend ervaren. Zeker niet als duidelijk wordt dat de instelling het
‘product’ alleen kan leveren als de bewoner zijn expertise en kennis
beschikbaar stelt. De starre rolverdeling waarbij de instelling als producent
en de bewoner als afnemer optreedt en alleen een rol als vrijwilliger wordt
als belemmerend ervaren. Dat werd nog versterkt toen een professional
duidelijk maakte dat zijn instelling als ‘product’ ook betaald wordt voor het
aantal vrijwilligers dat ze kunnen werven. In een reactie gaf een bewoner
aan dat graag rechtstreeks door de overheid betaald te willen voor het eigen
vrijwilligerswerk. ‘ze kon zich zelf wel begeleiden’.
36
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 37
37
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 38
38
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 39
Uitgangspunt:
daar waar burgers de uitvoering van overheid over kunnen
nemen, moet het toegejuicht worden. Dit betekent investeren in
de ondernemingskracht van burgers door de instellingen en
overheid. Regels kunnen worden versimpeld maar moeten
worden gehandhaafd zodat de burgers in staat zijn hun
kwaliteit zichtbaar maken en vergelijken met die van
gesubsidieerde instellingen.
Ideeën:
Businessplan in een dag: Help ondernemende bewoners om
heel snel een businessplan op te stellen
Ideeën pitch:
zodat marktpartijen voor een langere periode deelnemen in
duurzame burgerinitiatieven.
Ideeënmarkt:
letterlijk bewoners vragen wat waardevol is Buurt-academie,
een leerwerkplaats voor de buurt. Bewoners en ondernemers
als leermeesters. buurt als laboratorium voor ontwikkelingen.
Community cultuur huis:
een podium creëren ter versterking uitdrukkingsmogelijkheden
en expressie
Buurtbuddies:
krachtige mensen zijn aanspreekpunten die anderen kunnen
aanspreken
39
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 40
Activiteiten:
• Organiseren van onverwachte ontmoetingen
• Creëer een warm bad zodat bewoners naar elkaar luisteren
van elkaar leren. Dit is de basis van wijkacademie.
• Wissel verhalen uit, ervaringen, geschiedenis, dromen en
anekdotes zijn vaak gemeenschappelijke onderwerpen.
• Zorg voor education permanence (ook voor je zelf)
• Beschouw de buurt als lab voor ontwikkelingen
• Onderzoek nieuwe manieren voor kennisuitwisseling,
alles kan, durf te experimenteren
40
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 41
Beroepskrachten
Overheid
41
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 42
42
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 43
6. De politiek
opnieuw aan zet
Een eerste reactie op de opbrengsten
door Jan Hoek
43
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 44
44
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 45
Wat me wel aanspraak waren de vele voorstellen waarin gepleit wordt voor
het mogelijk maken van onverwachte ontmoetingen, dat vind ik toch iets
anders als de activiteiten waar ik het net over had. Het sluit ook heel erg
aan bij spontaniteit die elders genoemd is, En daarmee past het goed bij het
wandelen buiten de gebaande paden, en dat je daar zaken een vervolg moet
geven. Het betekent ook dat je meer ruimte moet geven aan het informele,
boven het formele en daar horen spontane ontmoetingen bij want daar
gebeuren soms de gekke dingen die ons verder kunnen helpen.
45
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 46
En ik moet zeggen dat ik deze ook wel heel erg goed vind. Benut de
capaciteit van leermeesters in de wijk. Of het nu precies die omschrijving is
wil ik nog in het midden laten, maar er zitten twee elementen in waarvan
ik denk: daar wil je wel meer van. Het ene is dat er heel veel kennis is:
ontsluit die kennis., gebruik die kennis en zorg ervoor dat die kennis
beschikbaar komt in al die kleinschalige netwerken en ontmoetingen.
Dat we in plaats van al dat aanjagen, stimuleren enz overzichtelijke situaties
maken waarin mensen die iets kunnen en iets willen dat kunnen overdragen,
zonder dat ze zich daar eerst hoeven in te vechten of er zich helemaal in
moeten gooien. Ik wil één jongere gedurende een halfjaar ondersteunen.
Dat is voor mij een overzichtelijke opdracht. Maar als van mij verwacht
wordt ik minstens vijf jaar in hutten zoals deze drie avonden per week
groepen jongeren iets moet leren, daar wordt ik heel zenuwachtig van en
daar heb ik geen zin in. En verder ga ik op een later moment alles nog eens
rustig doornemen. Dit was een eerste reactie.
46
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 47
7. Maatschap
in de buurt
47
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 48
7.1. Introductie
Het zijn de idealisten die de buurt als krachtbron zien met ongekende
mogelijkheden. Bewoners horen in de regel echter tot de categorie van de
realisten. Ze verwachten dat de basis op orde is, dat tegels recht liggen, het
vuil wordt opgehaald, het onderhoud op orde en dat voorzieningen bereik-
baar zijn en van voldoende kwaliteit. Voor het overige ‘doen’ ze het in de
regel zelf. Ze zorgen zelf voor inkomen en werk, voeden hun eigen kinderen
op, leveren mantelzorg aan naaste familie of vrienden, regelen hun jaarlijkse
vakantie, vullen hun belastingformulier in en verschillen van mening over
de kansen van het Nederlands elftal, de kwaliteit van de ‘Toppers’ en het
kabinet. En wat voor de realisten geldt, geldt ook voor de idealisten. Maar
realisten kunnen niet zonder idealisten en datzelfde geldt ook omgekeerd.
Het zijn de idealisten die de realisten scherp houden. Door te stellen dat
het onderhoud beter kan, voorzieningen uitgebreider en de buurt schoner
wijzen ze de realisten erop dat deze onvoldoende veeleisend zijn; dat er nog
mogelijkheden onbenut blijven. Omgekeerd geldt dat het de realisten zijn,
die er voor zorgen dat de idealisten het contact met de werkelijkheid niet
verliezen. Het is daarom zaak om realisten en idealisten geregeld met elkaar
in contact en in gesprek te brengen. Maar niemand is 100% idealist of
100% realist. Bewoners kunnen overwegend realist zijn en op enkele
thema’s idealist en net zo kunnen overwegend idealisten op sommige
thema’s sterk realist zijn. Dat brengt ons bij een derde groep in de buurt.
Ook hier geldt weer dat nagenoeg niemand voor 100% tot deze groep
behoort. Deze groep is ook te divers van samenstelling om ze simpelweg te
48
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 49
etiketteren. Ook de redenen van hun gedrag kunnen zeer verschillend zijn.
Wel geldt dat ze zich in hun gedrag onttrekken aan de elementaire basis-
regels van de buurt (regels waar de realisten hun oriëntatie aan ontlenen)
en daarmee stellen ze het samenleven in de buurt onder druk. Als de
overlast die ze veroorzaken te groot wordt en te zichtbaar dan leidt dat tot
reactie. Reactie die zowel geïnitieerd kan worden door de lokale overheid
of instellingen uit de wijk, als dat deze kan voortkomen uit kringen van de
idealisten of de realisten. Het gesprek dat daardoor ontstaat heeft een grote
kans om zuur van karakter te zijn. Het gaat immers over belemmeringen in
plaats van kansen en spreekt om die reden de idealisten niet aan. Zo’n
gesprek is echter ook voor de realisten niet uitnodigend. Dat wat zij als
norm ervaren en zien als minimale kwaliteitseis moet nu immers opnieuw
verdedigd worden. Dat vinden zij op de eerste plaats een taak van de
overheid.
Maar dit verhaal mag niet zoet worden. De Timorplein Community is immers
geen zoete inval, maar een initiatief van ondernemers die meerwaarde zien
49
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 50
Naast het kapitaal van de buurt (kapitaal in natura) zoals dat hiervoor is
beschreven is er sprake van nog andere kapitaalstromen. Een niet onbelang-
rijke is de kapitaalstroom van de lokale overheid. Twee wettelijke kaders
zijn daarbij van belang omdat ze een directe relatie met de buurt mogelijk
maken: de WMO en het participatiebudget. In de WMO zijn de lokale
budgetten voor welzijn en zorg samengebracht terwijl het participatiebudget
50
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 51
Een derde vorm van kapitaal is mogelijk te relateren aan het functioneren
van voorzieningen en professionals in de buurt. Elke buurt van een zekere
omvang heeft ook buurtgebonden voorzieningen. Dat begint al met een
consultatiebureau, een peuterspeelzaal/kinderopvang en een basisschool en
loopt via gezondheidszorgvoorzieningen, sport en vrije tijd door naar
woonzorgfaciliteiten voor de oudere bewoners. Maar ook de politiefunctie
– ook al is het hoofdkantoor ver weg – is in de kern ook een buurtgebonden
voorziening. De wijze waarop deze vorm van kapitaal gewaardeerd moet
worden is niet alleen afhankelijk van het aantal arbeidsplaatsen dat er per
buurt van 10.000 inwoners mee gemoeid is, maar meer nog van de wijze
waarop de betrokken instellingen hun werken hebben afgestemd op de
buurt. Een agent is iets anders dan een buurtagent, een school iets anders
dan een buurtschool, een sportclub kan zich vooral bezig houden met de
sport, maar kan ook een belangrijke ontmoetingsplaats zijn voor de buurt
en zo kan een woonzorgcentrum zich beperken tot de ouderen, of er voor
kiezen om de voorzieningen ook mede open te stellen voor andere
bewoners uit de buurt. Of om het anders te zeggen: gaat het om voor-
zieningen en professionals die werken in de buurt of om voorzieningen en
professionals die ervaren worden als ‘van, voor en met’ de buurt.
Een vierde vorm van kapitaal wordt mogelijk gevormd door de ondernemers
in de buurt. Hierbij geldt in de kern eenzelfde redenering zoals gehanteerd
bij de voorzieningen en professionals die hiervoor zijn besproken. Elke
buurt kent een aantal ondernemers die zich wat betreft hun producten
richten op de bewoners uit de buurt. Dat is het meest duidelijk bij de
supermarkt, de bakker, slager en groenteman, maar geldt ook voor de
(kleine) restaurantfuncties en voor het café. Dit zijn voorbeelden van de
zichtbare ondernemer. Zichtbaar omdat ze een ruimte beheren die
51
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 52
Het voert te ver om in het kader van deze bewerking een meer uitgebreide
beschrijving op te nemen van de buurteconomie en van het potentieel
ervan . Elementen daarvan zijn dat een buurt van 10.000 mensen ook
bestaat uit zo’n 4000 woningen die beheerd en onderhouden moeten
worden; dat in al die woningen geregeld dingen kapot gaan en vervangen
moeten worden. Dat in al die huizen sprake is van een inkomen dat
besteed kan worden zowel in de buurt zelf, in andere buurten of in het
centrum en dat dit gebundelde inkomen op zijn beurt weer de basis kan
zijn voor nieuwe bedrijvigheid. Dat open ruimte in de buurt mogelijk kan
dienen als ‘ontwikkelzone’ voor nieuwe initiatieven, dat er tussen die
ondernemers onderling meer of minder sterke banden kunnen zijn, dat de
onderlinge dienstverlening meer of minder van belang kan zijn, dat de wijk
meer of minder als selectiegebied voor nieuwe medewerkers of als stage- en
opleidingsplaats kan dienen. Belangrijk is hier wel of vast te stellen dat
zowel voor voorzieningen en professionals als voor ondernemers geldt, dat
hun meerwaarde voor de buurt in belangrijke mate wordt bepaald door de
mate waarin ze zich aan de buurt verbonden hebben. De Timorplein-
community is wat dat betreft te beschouwen als een laboratorium in de
buurt. Hier gaat men met dit gedachtegoed nu praktisch aan de slag. Wat
de uiteindelijke resultaten zullen zijn is nog niet te zeggen. Net zo is het
nog onduidelijk hoe deze te meten.
52
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 53
53
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 54
Norm =
startkwalificatie
0 20 40 60 80 100 jr
54
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 55
55
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 56
Sociale cohesie
0 20 40 60 80 100 jr
57
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 58
58
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 59
Het komt telkens weer terug. Versterken van sociale cohesie vraagt
om een andere manier van werken. Vraagt om het aangaan van
partnership (maatschap) tussen overheid, instellingen, bewoners-
(groepen) en lokale ondernemers. Om met Covey te spreken,
gaat het om de keuze tussen:
59
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 60
60
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 61
aanzien van het aangaan van verbindingen en maatschappen. Hier ligt een
rol voor zowel actieve wijkbewoners en ondernemers, als voor de uitvoe-
rende werkers van instellingen en organisaties. Zij zullen meer dan nu het
geval is, moeten werken vanuit een gezamenlijke visie op de buurt en hoe
haar te ondersteunen en versterken. Als voorhoede – of om een meer
moderne term te gebruiken – als frontlijnwerkers is het taak om daar werk
van te maken. Zij zullen de normen die aan samenleven in de buurt worden
gesteld actief moeten uitdragen en verdedigen. Tegelijkertijd is het aan hen
om telkens opnieuw te wijzen op de mogelijkheden, de kansen voor en de
potentie van de buurt. Om dat te kunnen doen zullen ze echter ook zelf
communities moeten vormen. Zowel vanuit hun eigen werkplek als door
als de verschillende communities met elkaar te verbinden. community
moeten vormen. Wat alleen vanuit een dergelijke gezamenlijkheid kunnen
echt betekenisvolle stappen gezet worden. Op het Timorplein is daar
gewoon al een begin mee gemaakt.
61
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 62
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 63
Colofon
ISBN: 978-90-814706-1-2
63
Maatschap-inde-buurt 15-09-2009 15:34 Pagina 64