LESVOORBEREIDINGSFORMULIER

NAAM STUDENT

Eveline Schulp

STUDENTNUMMER

1660779

KLAS

DAV 1

STAGESCHOOL

Kees Valkenstein

STAGEBEGELEIDER

Els van Wely

STAGEGROEP

5/6

DATUM

Oktober 2014

VAK / ONDERWERP

muziekles

VOORBEREIDING
Omcirkelen:

Dit is een leerkracht/ gedeeltelijk leerkracht-gedeeltelijk leerling/ leerling gestuurde les.

Dit is een zelfontworpen / methode / combinatie les.

DOELEN VOOR DE LEERLINGEN

Er wordt in mijn stage groep niet veel klassikaal gezongen. Wel zijn ze bekend met
muziek en gezongen liedjes. Tijdens de Engelse les wordt gebruikt gemaakt van de
+ Welk type doel; kennis en
Groove me methode en dat gaat op basis van Engelstalige bekende en minder bekende
inzicht, vaardigheid of attitude popmuziek. Ik heb ervaren dat ze daar af en toe erg lacherig op reageren helemaal als
gerelateerd?
er door de juf wordt meegezongen. Ik wil ze graag laten zien dat iedereen kan zingen.
+ Wat moet deze les opleveren Dat in welk liedje dan ook iets leerzaams zit en dat je door het met elkaar te doen er
een hele leuke sfeer ontstaat in de klas waardoor je plezier hebt en toch onbewust iets
(product, specifiek en
leert. Het is niet eng om te zingen; je doet het met elkaar. Voor mij is het belangrijk dat
meetbaar)?
de kinderen er plezier in hebben en daarbij wel actief meedoen. Aan het einde van de
+ Welk gedrag wil ik oproepen/ les kunnen de leerlingen zelfstandig het liedje zingen en kunnen ze aangeven wat ze
wat moeten de ll tijdens de les geleerd hebben door het liedje.
oefenen of ervaren
(procesdoel)?
DOEL(EN)

LESSPECIFIEKE BEGINSITUATIE
KENNIS / VAARDIGHEDEN
+ Wat weten en/of kunnen de
leerlingen al?
+ Van welke vakspecifieke
theorie, didactiek, leerlijnen
maak ik gebruik?

De leerlingen kennen het begrip lied en ze kunnen meezingen met de bekende

popliedjes en liedjes die gebruikt worden bij bijvoorbeeld de Kinderboekenweek
(kinderen voor kinderen).
Het gekozen lied (Heks in de straat) ga ik bespreken met de leerlingen volgens het
Klank Vorm Betekenis model. Ik heb gekozen voor dit lied omdat Halloween eraan
komt en heks ook een figuurlijke betekenis kan hebben; dat sluit weer aan bij een
thema uit de taalles.

ONDERWIJSBEHOEFTEN
+ Wat zijn de pedagogische en
didactische
onderwijsbehoeften van de
Cursusjaar 2014-2015 versie 31-08-2014

groep?
+Indien van toepassing: Wat
zijn specifieke individuele
onderwijsbehoeften?
BELEVING
+ Op welke ervaringen kan ik
aansluiten?
+ Actualiteit (leefwereld)
+ Betrokkenheid

Heeft er wel eens een leerling een andere leerling de stuipen op het lijf gejaagd? Wat
gebeurde er toen? Wat doe je bij Halloween? Kennen de leerlingen nog andere
heksen?

MATERIALEN
MATERIALEN

De tekst van het lied staat al klaar op het digibord. De tekst is nog niet zichtbaar voor
de leerlingen, de aandacht is anders niet meer op mij gericht maar op het bord.

+ Wat moet ik klaarleggen,

welke leermiddelen gebruik ik? Om de les te beginnen heb ik verschillende pompoenen mee, heksenbezems, houten
takjes en een heksenhoed
+ Op welke manier laat ik de
materialen de lesinhoud
ondersteunen.
+ Welke methoden, bronnen
gebruik ik. (APA)?

Cursusjaar 2014-2015 versie 31-08-2014

LESOPBOUW
TIJD
-Min
INLEIDING
+ Verwachtingen / doelen
duidelijk maken

KERN
Houd rekening met:
LESSTOF
+ Welke informatie komt
aan bod, in welke
volgorde en aan wie?
+ Hoe maak ik de lesstof
toegankelijk en
overzichtelijk?
+ Welke vragen stel ik en
aan wie?
+ Heb ik goed voor ogen
wat ik met deze les wil
bereiken?
+ Pendelen tussen
leerstof, leerling en
leefwereld.
WERKVORMEN
+ Welke werkvormen kies
ik en voor wie?
+ Hoe zorg ik voor
voldoende variatie in
werkvormen?
BEGELEIDING
+ Welke positieve
kenmerken zijn er en hoe
speel ik daar op in?

5-10
min

2030
min

ACTIVITEIT

Vorm

Wat doe ik? Wat doen de leerlingen?

ISK

Ik open de les door met een heksenhoed lopend door de klas een
heks te zijn met de bewegingen en geluiden erbij. Ik laat hierbij de
leerlingen in een rij achter mij aansluiten en vraag ze net zo te
doen als is. Als iedereen heeft meegedaan gaan ze weer zitten en
ga ik vragen wat voor figuur ik nadeed. Wat is Halloween? Wat
betekent heks nog meer? Wat voor spullen heb ik meegenomen?
Zouden we daar muziek mee kunnen maken? Ik deel de
pompoenen, bezems en takjes uit en vraag ze mij na te doen door
geluid te maken met de verschillende objecten. Ik klap een ritme
voor en de leerlingen doen het na. Als we klaar zijn worden de
spullen weer voor in de klas gelegd.

Ik begin met het 1x laten horen van het lied . Na het luisteren
vraag ik wat ze is opgevallen aan het lied. Dit gebruik is als inleiding
naar het KVB model. Welke klank, vorm heb je gehoord en welke
sfeer roept het lied bij je op. Ik vraag ze nog eens te luisteren en
hierop te letten. Zijn er nieuwe dingen die gehoord zijn? Nu de
tekst; ik stel luistervragen: welke kleuren worden er genoemd?
Hoeveel kleuren? Waar kan de heks staan? Hoeveel dieren komen
er voor in de tekst? Laat ze weer het lied horen en dan zet ik de
tekst op het digibord om te controleren of ze goed hebben
geluisterd. We gaan nu het lied aanleren volgens de
weggeefmethode. Omdat de tekst op het bord staat kunnen de
leerlingen al direct het refrein meezingen. Begin met het refrein en
dan doe ik het 1e en 2e couplet, samen het refrein en de leerlingen
mogen dan het 3e couplet ook meezingen. Nu 1x in zijn geheel
allemaal zingen. Als variatie laat ik de meisjes het 1e couplet zingen
en de jongens het 2e en dan het 3e weer allemaal. Mocht er dan
ook nog tijd over zijn, vraag ik ze bewegingen te bedenken bij bijv.
stuipen op je lijf, kikkertjes, dak. We zingen dan nog een keer het
hele lied en maken de bewegingen erbij.

+ Hoe speel ik in op
Cursusjaar 2014-2015 versie 31-08-2014

onderwijsbehoeften?
+ Hoe cluster ik de
kinderen in groepen.

Ik laat tijdens het zingen de kinderen actief staan in een soort

halve kring waarbij er niets in de beurt ligt wat de leerlingen kan
afleiden. Op deze manier heb ik ook zicht op eventuele storende
combinaties van leerlingen en om hen dan betrokken te houden
kan ik iets laten doen door in de handen te klappen of met de voet
te stampen.

+ Hoe stimuleer ik de
motivatie van leerlingen?
+ Hoe geef ik feedback
aan leerlingen?
GROEPS
MANAGEMENT
+ Wat kan ik al voorzien
en hoe reageer ik daarop
+ Beurtverdeling
+ Pakken en opruimen
materialen
+ Regels, afspraken
KLAAR / NIET KLAAR
+ Wat kan een leerling
doen als hij klaar / niet
klaar is?

AFSLUITING
+ Hoe bespreek ik de les
na?
+ Hoe controleer ik of
leerlingen de doelen
hebben bereikt?
+ Hoe evalueer ik de les
met de leerlingen?

5
min

Vraag aan de klas hoe ze het vonden? Wat ging er goed en wat
ging er minder goed? Was het moeilijk een liedje te leren? Wat
hebben ze geleerd? Wat zou er bij een volgende muziekles wellicht
beter kunnen?

OVERGANG
+ Hoe zorg ik voor een
overgang naar de
volgende les?

Cursusjaar 2014-2015 versie 31-08-2014

EVALUATIE STUDENT
Heb ik mijn doelen
bereikt?
+ Indien niet allemaal,
dan per doel
omschrijven wat je
niet bereikt hebt wat
daar een mogelijke
oorzaak van is en wat
je de volgende keer
gaat doen om dat doel
wel te bereiken?

EVALUATIE PRAKTIJKOPLEIDER
KIJKVRAAG
PRAKTIJKOPLEIDER
+ Ik wil mijn
praktijkopleider
vragen om te kijken
naar.
DOELEN LEERLINGEN
+ Zijn de doelen voor
de leerlingen behaald?
+ Is het de student
gelukt om het gedrag
op te roepen dat de
bedoeling was?
HANDELEN STUDENT
+ Werd de lesstof op
een passende manier
aangeboden?
+ Hoe verliepen de
voorbereiding en
organisatie van de
activiteit?
+ Hoe was het contact
Cursusjaar 2014-2015 versie 31-08-2014

met de leerlingen?

Waarmee kan de student het meest tevreden zijn?

Cursusjaar 2014-2015 versie 31-08-2014

Belangrijkste aandachtspunt voor de volgende keer

Cursusjaar 2014-2015 versie 31-08-2014