Inleiding Tot Akkoordenleer

You might also like

Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 18

Hagelandse Academie

Muziek & Woord

Algemene muziekcultuur
Module 8
Inleiding tot de akkoordnotatie in de lichte muziek

Diest Aarschot Scherpenheuvel-Zichem - Rotselaar

Voorwoord
In de lichte muziek worden akkoorden meestal weergegeven in de vorm van letterbenamingen. Zowel
voor leerlingen die een akkoordinstrument bespelen als voor leerlingen die een solo-instrument
bespelen is het interessant om de samenstelling van deze akkoorden te kennen.
In deze korte module gaan we, naast de samenstelling van de akkoorden, (heel kort) ook even kijken
naar de manier waarop deze akkoorden worden gespeeld, hoe we toonaarden binnen eenzelfde werk
herkennen en we gaan zelfs proberen om zelf melodien op akkoordenschemas te schrijven.

Succes,
Gert Op de Beeck

Dit werkje valt onder


het mag dus :

copyleft.

- gekopieerd worden
- verspreid worden
- aangepast worden
Mits vermelding van de bron en zonder verhaal tegenover de oorspronkelijke auteur,
onder voorbehoud dat het resultaat blijft beantwoorden aan deze voorwaarden, dus vrij blijft voor de gemeenschap.

Inhoud
1. Voortekening

pag 4

2. Akkoordnotatie

pag 6

3. Omkeringen

pag 14

4. Toonaarden

pag 15

5. Melodien

pag 16

1. Voortekening
De eerste voorwaarde om vlot te kunnen werken via deze methode is een goede kennis van de
voortekeningen van toonaarden.

Ken de volgorde van de kruisen en de mollen (kwintencirkel).

fa# - do# - sol# - re# - la# mi# si#


Ken de volgorde van de mollen.

sib - mib - lab - reb - solb - dob - fab


Hoe gaan we te werk om de voortekening van een toonaard te bepalen?
Leer volgende voortekeningen uit het hoofd.
Do groot (niets aan de sleutel).
Fa groot (1 mol aan de sleutel).
Voor de overige toonaarden dien je eerst te bepalen of deze kruisen of mollen aan de sleutel staan
heeft. Dit is gemakkelijk. Je hoort namelijk aan de toonaard of je met mollen moet werken anders zijn
het kruisen.
Bijvoorbeeld: La-mol groot, Si-mol groot, Mi-mol groot.
Uiteraard staan er in deze toonaarden mollen aan de sleutel.
Indien je het niet kan horen aan de toonaard staan er kruisen aan de sleutel (Behalve Fa-groot).
Bijvoorbeeld: Sol groot, Re groot, Mi groot

Hoeveel kruisen of mollen aan de sleutel?


Indien je met mollen werkt ga je n mol verder in de volgorde van de mollen dan de naam van de
toonaard.
Bijvoorbeeld:
La-mol groot
En mol verder dan La-mol is Re-mol
Indien je met kruisen werkt zoek je de noot die een halve toon lager ligt dan de naam van de
toonaard. Dit is de leidnoot en tevens de laatste kruis in de volgorde van de kruisen.
Bijvoorbeeld:
La groot

Een halve toon lager dan La ligt Sol#, dat is je laatste kruis.
(Opgelet, maak niet de fout om La-mol te kiezen i.p.v. Sol#.
La-mol is niet de leidnoot in La groot)
Oefeningen
Schrijf de voortekeningen van:

Do groot

Mib groot

Sol groot

Si groot

Lab groot

Re groot

Dob groot

La groot

Solb groot

Sib groot

Fa groot

Mi groot

Reb groot

2. Akkoordnotatie
In de lichte muziek worden akkoorden genoteerd in de vorm van een letter.
We kennen deze letters als de letterbenamingen. In de klassieke muziek duiden ze een noot aan.

In de lichte muziek betekenen deze letters dus eveneens akkoorden.


Notatie van kruisen of mollen.
Klassieke muziek
Do kruis : Cis
Si mol : Bes

Lichte muziek
Do kruis : C#
Si mol : Bb

Een enkele letter betekent een grote drieklank gebouwd op die noot naar waar de letter verwijst.
Bijvoorbeeld:
C betekent: een grote drieklank op de noot do
Een grote drieklank bestaat uit een grote terts + een kleine terts.
Do Mi is een grote terts (2 hele tonen)
Mi Sol is een kleine terts (1,5 toon)
I.p.v. hele en halve tonen te tellen gaan we in deze methode gebruik maken van de voortekeningen om
onze akkoordnoten terug te vinden.
Op de volgend bladzijden gebruiken we de variable X om te verwijzen naar een akkoord.
X kan dus A, B, C, D, E, F of G zijn.

Akkoord X
Akkoord X is een grote drieklank.
Op iedere 1ste graad van een grote tertstoonladder staat een grote drieklank.
Bewijs 1: Op de eerste graad van do groot staat C, een grote drieklank.

Bewijs 2: Op de eerste graad van re groot staat D, een grote drieklank.

Re Fa# - La, want fa# staat in de voortekening.


Om de volgende oefeningen te maken moet je dus het akkoord beschouwen als de eerste graad van
de toonladder waarin X de eerste noot is.
Oefeningen
Schrijf volgende akkoorden voluit.
C

Db

Bb

Cb

Gb

Ab

Eb

C#

Cb

Akkoord Xm
Akkoord Xm is een kleine drieklank. (een kleine terts + een grote terts).
De kleine m is afkomstig van het woord mineur/minor wat klein betekent.
Op iedere 2ste graad van een grote tertstoonladder staat een kleine drieklank.
Bewijs 1: Op de tweede graad van do groot staat Dm, een kleine drieklank.

Bewijs 2: Op de tweede graad van re groot staat Em, een kleine drieklank.

Om de noten van een kleine drieklank te vinden zoeken we dus naar de voortekening van de grote
tertstoonladder waarin X de tweede noot/graad is.
Opgelet, de tweede graad ligt een hele toon boven de eerste graad van de toonladder.

Oefeningen
Schrijf volgende akkoorden voluit.
Dbm

Abm

Db

Cm

Bbm

Am

Dm

F#m

Bm

C#m

Fm

Em

Gm

Akkoord X7
Akkoord X7 is een vierklank. (een grote terts + een kleine terts + kleine terts).
De 7 betekent dat de septiem mee wordt opgenomen in het akkoord.
Het is een akkoord dat zich bevindt op de 5de graad van de toonladder
Voorbeeld 1

Voorbeeld 2

Opgelet! De vijfde graad ligt een reine kwint boven de eerste graad van de toonladder.
Moest je je hierin vergissen, zal de bekomen voortekening je wel duidelijk maken dat er iets niet klopt.
Bijvoorbeeld:
We zoeken de noten van het akkoord F7.
Welke noot ligt een reine kwint lager dan Fa?
Si-mol, niet Si!
Als je dan toch de voortekening van si groot zoekt, zie je dat er een Fa# aan de sleutel staat. In Si
groot staat dus F#7 op de vijfde graad, niet F7.
Oefeningen
Schrijf volgende akkoorden voluit.
G7

B7

Ab7

F7

E7

C7

Gb7

Db7

Eb7

F#7

A7

Bb7

D7

G#7

Besluit
Zoals blijkt uit de voorgaande oefeningen is het dus belangrijk dat je weet op welke graad
van een grote tertstoonladder welk akkoord staat.
Even herhalen en samenvatten voor we een grote sprong voorwaarts maken.
Een akkoord dat bestaat uit een enkele letter is een grote drieklank. We vinden het terug
op de eerste graad van een grote tertstoonladder.
Een akkoord dat bestaat uit een letter gevolgd door een m is een kleine drieklank. We
vinden het terug op de tweede graad van een grote tertstoonladder.
Een akkoord dat bestaat uit een letter gevold door een 7 is een dominant septiem
akkoord. We vinden het terug op de vijfde graad van een toonladder.

Meer akkoorden
Akkoorden kunnen uitgebreid worden met nog meer cijfers.
De regel is dat een letter gevolg door een m steeds op de tweede graad van een grote
tertstoonladder staat.
Voorbeelden:

Dm6 : gebruik Dm en plaats de sext erbij.


Dm7 : gebruik Dm en plaats de septiem erbij
Dm7b5 : gebruik Dm, plaats de septiem erbij en verlaag de kwint.
Een letter direct gevolgd door het cijfer 7 of hoger staat steeds op de vijfde graad van de toonladder.
Voorbeelden:

G9 : voeg de none toe aan het akkoord (de septiem blijft behouden)
G11 : voeg de undecime toe aan het akkoord (septiem en none blijven behouden)
G7#5 : Schijf het G7 en verhoog de kwint.

10

(Als men deze akkoorden gaat spelen op bijvoorbeeld een piano, worden niet altijd alle noten gespeeld. Bij een
9- of een 11- akkoord zal men noten uit het akkoord weglaten.
De eerste noot die men weg laat is meestal de kwint van het akkoord, tenzij deze net veel kleur geeft aan het
akkoord, zoals in G7#5.)

Akkoorden op de eerste graad worden geschreven door een letter gevolgd door een cijfer dat kleiner
of gelijk is aan 6. Cijfers groter dan 6 worden vooraf gegaan door Maj.
Voorbeelden:

C6 : schrijf C en voeg de sext toe


CMaj7 : schrijf C en voeg de septiem toe.
We maken een overzicht.
I

II

X
X6
XMaj7

Xm
Xm6
Xm7

III

IV

VI

VII

X7
X9
X11
X13

Vind je nog tekens achter deze notaties dan moet je ze toepassen op de desbetreffende noten.
Bijvoorbeeld :
G7b9

Aan het eerste deel kan je zien dat je een X7 akkoord hebt. Dus een akkoord op de vijfde graad ,
daarnaast moet je de none toevoegen zoals ze in de grote tertstoonladder voorkomt en ze dan
verlagen.
G7#11

Aan het eerste deel kan je zien dat je een X7 akkoord hebt. Dus een akkoord op de vijfde graad ,
daarnaast moet je de 11 toevoegen zoals ze in de grote tertstoonladder voorkomt en ze dan
verhogen.

11

Oefeningen
Dbm6

Ab7

D6

Cm7b5

Bb9

A7#5

D7#9

F#m7b5

Bm

C#

F9#5

E6

GMaj7

Db6

Abm6

Db11

Cm9b5

Bbm7

Am9

Dm7b5

F#7

B11

C#m

F7

E7#9

Gm6

DbMaj7

AbMaj9

Db6

Cm6

Bbm7b5

A9#5

Dm

F#m

Bm7

C#m6

Fm7

E7#5

G6

12

De akkoorden sus4, sus2, dim


De akkoorden sus4 en sus2 zoeken we op de eerste graad van de grote tertstoonladder.
Hierbij worden respectievelijk de 4de en de 2de noot van de grote tertstoonladder toegevoegd en wordt
de terts uit het akkoord weggelaten.
Voorbeelden:
Csus4

Csus2

Het dim akkoord is een vierklank die bestaat uit allemaal kleine tertsen.
Ze bevindt zich eigenlijk op de 7de graad van een kleine harmonische tertstoonladder.
Voorbeeld

Maar het is misschien gemakkelijker om gewoon de kleine tertsen te tellen i.p.v. eerst de toonaard te
zoeken waarin dit akkoord voorkomt.
Oefeningen
Dsus4

Asus2

D#dim

Csus4

Bdim

Absus4

Dbsus2

Fsus4

Bsus2

C#dim

F#dim

Edim

Gsus4

13

3. Omkeringen
Een akkoord kan op verschillende manieren gespeeld word.
In het volgende voorbeeld zie je drie maal hetzelfde akkoord van C.

De noten liggen weliswaar niet altijd op dezelfde plaats maar


het gaat hier steeds om drie dezelfde noten do mi sol.
Het volgende akkoordenschema zal zelden zo gespeeld worden.

In de klassieke harmonie is dit meestal zelfs verboden.


Maar ook in de lichte muziek wordt het zo niet gespeeld.
Het schema wordt als volgt uitgevoerd.

Een volledige beschrijving van hoe de stemmen zich dienen te gedragen t.o.v. elkaar valt buiten het
bestek van deze cursus.
Kort gezegd houd je je best aan twee regeltjes:
A. Houdt de noten die gemeenschappelijk zijn tussen twee akkoorden in dezelfde stem.
En kies de kortste weg voor de andere stemmen.
B. Indien er geen gemeenschappelijke noten zijn tussen twee akkoorden kies je de kortste weg
tussen de stemmen in tegengestelde richting van de bas.
Voorbeeld

14

4. Toonaarden
De wijze waarop we, in de vorige hoofdstukken, de samenstelling van de akkoorden gezocht hebben
(d.m.v. de voortekeningen) zegt niets over de toonaard waarin een bepaald akkoord voorkomt. Dit
komt omdat een bepaald akkoord in verschillende toonaarden kan voorkomen.
Voorbeeld:
Het akkoord F staat op de 1ste graad in Fa groot (Zo zoeken we de samenstelling van het akkoord).
Maar het akkoord F komt ook voor op de 4de graad in Do groot.

Het akkoord waarop je het meest kan rekenen om de toonaard van een stuk of van een passage te
bepalen in het akkoord op de 5de graad.
Dus akkoorden van het type X7.
Voorbeeld

Oefeningen
Bepaal de toonaarden in volgende schemas.
F

C7

Am7

D7

Em7

A7

E7

E9

Dm

G7

C6

A7

D7

G7

C7

F7

Bb6

15

5. Melodien
In dit hoofdstuk gaan we proberen om zelf melodien te schrijven op akkoordenschemas.
Als we een melodie componeren kunnen we zeker al gebruik maken van de noten die op dat moment
klinken in het akkoord. Dit zijn veilige noten en zullen nooit fout klinken.
Voorbeeld in do groot

Daarnaast kan je eveneens de noten gebruiken die op dat moment voorkomen in de toonaard of
toonladder. Met deze laddereigen noten moeten we al iets voorzichtiger omspringen. Ze zullen niet
snel fout klinken wanneer je ze op de lichtere delen van de maat gebruikt.
Voorbeeld in do groot

Ze kunnen nochtans ook goed op de zwaardere delen van de maat geschreven worden. Dit is een
kwestie van gevoel en uitproberen.
Voorbeeld in do groot

Daarnaast hebben we ook nog laddervreemde noten. Deze kunnen eveneens gebruikt worden. Voor
hen geld dezelfde regel als voor de laddereigen noten die niet in het akkoord zitten. Deze
laddervreemde noten bewegen zich dikwijls chromatisch.
Voorbeeld in do groot

16

Oefeningen
Componeer een melodie op de volgende akkoordenschemas.
Oef 1 in Fa groot (schrijf tevens de voortekening)

Oef 2 in Sol groot (schrijf tevens de voortekening)

Oef 3 in Mi groot (schrijf tevens de voortekening)

Oef 4 in Do groot

17

Oef 5 in Do groot (opgelet er zit een modulatie in. Duid ze aan en gebruik de juiste toonladder.)

18

You might also like