Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 60

2003 J A A R V E R S L A G VA N H E T V I E R E N V E E R T I G S T E D I E N S T J A A R

JAARVERSLAG 2003
1
2003 J A A R V E R S L A G VA N H E T V I E R E N V E E R T I G S T E D I E N S T J A A R

INHOUDSTAFEL

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR 5

1 ORGANISATIE EN FINANCIËN 7
1.1 Deelnemers op 31-12-2003 7
1.2 Raad van bestuur op 31-12-2003 8
1.3 Personeel op 01-01-2004 9
1.4 Statutenwijziging 10
1.5 Leiedal als instelling in 2003 14
1.6 Intern-organisatorische aspecten 17
1.7 Financieel beleid in 2003 20

2 WERKGEBIEDEN 27
2.1 Bedrijventerreinen 27
2.2 Lokaal woonbeleid 41
2.3 Inbreiding en herbestemming 45
2.4 Lokale en regionale economie 49
2.5 Stedenbouw 59
2.6 Mobiliteit 63
2.7 Milieu en natuur 66
2.8 Openruimtebeleid, landschapsopbouw en plattelandsontwikkeling 72
2.9 Toerisme en recreatie 74
2.10 ICT, GIS en lokaal e-government 76
2.11 Intergemeentelijke samenwerking 81
2.12 Regionale en bovenregionale samenwerking 87
2.13 Grensoverschrijdende samenwerking 91
2.14 Europese en internationale samenwerking 95

3 OVERZICHT VAN ACTIEVE DOSSIERS PER GEMEENTE 97


3.1 Anzegem 97
3.2 Avelgem 98
3.3 Deerlijk 99
3.4 Harelbeke 100
3.5 Kortrijk 101
3.6 Kuurne 103
3.7 Lendelede 104
3.8 Menen 105
3.9 Spiere-Helkijn 106
3.10 Waregem 107
3.11 Wevelgem 108
3.12 Zwevegem 109

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS-REVISOR 111

JAARREKENING PER 31-12-2003 113

3
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR

Mevrouwen
Mijne heren

Zoals bepaald in het decreet op de intergemeentelijke samenwerking en in de statuten van Leiedal, hebben wij
de eer u verslag uit te brengen over de werking van onze intercommunale tijdens het vierenveertigste dienst-
jaar en u de jaarrekening, afgesloten op 31 december 2003, ter bespreking en goedkeuring voor te leggen.

In de vernieuwde statuten, die de algemene vergadering op 28 oktober 2003 goedkeurde, worden de doelstel-
lingen van Leiedal als volgt omschreven: “Leiedal heeft tot doel de deelnemende gemeenten te ondersteunen
bij de uitvoering van hun taken door het verlenen van ondersteunende diensten, de samenwerking tussen de
gemeenten te bevorderen en de krachten te bundelen voor de ontwikkeling van de gemeenten als groep.”

De beleidsdomeinen waarbinnen de intercommunale deze doelstellingen concretiseert, zijn opgenomen in het


Beleidsplan 2002-2007:
1. Bedrijventerreinen
2. Lokaal woonbeleid
3. Inbreiding en herbestemming
4. Lokale en regionale economie
5. Stedenbouw
6. Mobiliteit
7. Milieu en natuur
8. Openruimtebeleid, landschapsopbouw en plattelandsontwikkeling
9. Toerisme en recreatie
10. ICT, GIS en lokaal e-government
11. Intergemeentelijke samenwerking
12. Regionale en bovenregionale samenwerking
13. Grensoverschrijdende samenwerking
14. Europese en internationale samenwerking

Het activiteitenverslag van 2003, dat u hierna vindt, is volgens dat stramien opgemaakt. Bij elk werkgebied
wordt vooraf verwezen naar de krachtlijnen van het Beleidsplan 2002-2007. Het laatste deel van het jaarver-
slag omvat het verslag van de commissaris-revisor en de jaarrekening.

Namens de raad van bestuur

Frans Destoop
voorzitter

5
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1 ORGANISATIE EN FINANCIËN

1.1 DEELNEMERS OP 31-12-2003

1.1.1 DEELNEMERS REEKS A - DE GEMEENTEN

Gemeente Bevolking (2003) Aantal aandelen

Anzegem 13.874 2.029


Avelgem 9.261 1.351
Deerlijk 11.270 1.603
Harelbeke 26.000 3.641
Kortrijk 74.986 11.412
Kuurne 12.574 1.801
Lendelede 5.409 804
Menen (*) 12.965 1.958
Spiere-Helkijn 1.993 284
Waregem 35.974 5.458
Wevelgem 31.084 4.250
Zwevegem 23.534 3.313

Subtotaal 37.904

(*) De vroegere deelgemeenten Lauwe en Rekkem.


De bevolking van de aangesloten gemeenten bedroeg op 31 december 2003 258.924, tegenover een totale
bevolking in het arrondissement Kortrijk van 278.465.

1.1.2 DEELNEMERS REEKS B - ANDERE OPENBARE BESTUREN

Bestuur Aantal aandelen

Provincie West-Vlaanderen 32.192


WVEM, Brugge 2.764

Subtotaal 34.956

Algemeen totaal 72.860

7
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.2 RAAD VAN BESTUUR OP 31-12-2003

Voorzitter Leden reeks A met raadgevende stem


Frans Destoop, Kortrijk Frank Coudron, Harelbeke
Etienne Vancoppenolle, Kuurne
Ondervoorzitters Marie-Claire Vandenbulcke, Kortrijk
Lieven Vantieghem, Avelgem Gerda Vandendriessche, Menen
Jos Monballyu, Provincie Marnix Vansteenkiste, Wevelgem

Leden reeks A Leden reeks B


Francine Dewilde, Zwevegem Alfred Platteau, Provincie
Peter Desmet, Waregem Marleen Titeca-Decraene, Provincie
Willy Kemseke, Deerlijk
Pedro Ketels, Lendelede Deskundigen
Eric Lemey, Kuurne Luc Deseyn
Rik Pattyn, Harelbeke Jacques Laverge
Gilbert Seynaeve, Wevelgem
Jozef Vandenberghe, Kortrijk Algemeen directeur
Rik Vandevenne, Spiere-Helkijn Karel Debaere
Claude Van Marcke, Anzegem
Bernard Willem, Menen Secretaris
Marleen Verkaemer

Lendelede
Harelbeke Waregem

Kuurne
Deerlijk
Wevelgem
Anzegem

Kortrijk

Zwevegem
Menen
Avelgem

Spiere-
Helkijn

8
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.3 PERSONEEL OP 01-01-2004

ALGEMEEN DIRECTEUR SECRETARIS


Karel Debaere Marleen Verkaemer

DIRECTIESECRETARIAAT SECRETARIAAT
Petra Decant (12)
Solange De Clerck (14) (5)

Martine Degraeve Anne-Rose Gaeremynck (14) (2)

Christa Van Den Driessche (13)

CLUSTER 1 CLUSTER 2 CLUSTER 3 CLUSTER 4

IMMOBILIAIRE STEDENBOUWKUNDIG MILIEU EN NATUUR, INFORMATIE EN


PROJECTONTWIKKELING ONTWERP EN ADVIES TOERISME EN RECREATIE NETWERKING

° Steven Vanassche ° Filip Meuris (4)


° Stefaan Verreu ° Jan Sabbe
(coördinator) (coördinator) (coördinator) (coördinator)

° Ignace Braecke ° Christophe Calant ° Mieke Depoorter (3)


° Lawrence Beernaert
° Solange De Clerck (14) (5)
° Evi Corne (12)
° Kathleen Seynhaeve (11)
° Bob Bulcaen
° Mieke Depoorter (3)
° Jan Coucke ° Claude Cuvelier
° Alex Deweppe ° Veerle Debock (14) (2)
° Mady Decuypere (11)

° Johan Loosveld ° Dominique Declercq (12)


° Els Dewaele
° Stefanie ° Pierre Duc ° Peter Hautekiet
Vanden Broucke ° Maarten Gheysen ° Françoise Maertens (14)

° Wim Vanhee ° Kathy Helsen ° Filip Meuris (4)

° Steven Hoornaert
° Jiri Klokocka
° Griet Lannoo
° Giovanni Maes
° Tim Scheirs
° Bram Tack
° Wilfried Vandeghinste
(adviseur)

° Griet Van Waes (2)

(1) Deeltijdse prestaties: (11) 90%; (12) 80%; (13) 70%; (14) 50%.
(2) Contract van bepaalde duur.
(3) Mieke Depoorter werkt voor 50% als secretariaatsmedewerker van de cluster ‘immobiliaire projectontwikkeling’ en voor het
overige deel als secretariaatsmedewerker van de cluster ‘milieu en natuur, toerisme en recreatie’.
(4) Filip Meuris werkt deeltijds als coördinator van de cluster ‘stedenbouwkundig ontwerp en advies’. Voor het overige deel
werkt hij als stafmedewerker GIS en informatiebeheer in de cluster ‘informatie en netwerking’.
(5) Solange De Clerck werkt deeltijds voor het algemeen secretariaat van Leiedal en deeltijds voor de cluster ‘immobiliaire
projectontwikkeling’.

9
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.4 STATUTENWIJZIGING

Op 6 juli 2001 werd het nieuwe decreet op de intergemeentelijke samenwerking goedgekeurd, dat een aantal be-
langrijke wijzigingen inhoudt voor de structuur, het bestuur en de werking van de intercommunales in Vlaanderen.
Uiterlijk tegen 10 november 2003 dienden alle intercommunales hun statuten aan te passen aan de bepalingen
van dit nieuwe decreet. Leiedal heeft de noodzakelijke statutenwijziging in drie stappen doorgevoerd:
- Een eerste statutenwijziging werd beslist door de algemene vergadering op 10 december 2002. Hiermee
werden de statuten aangepast aan de artikelen van het decreet die meteen van kracht werden bij de pu-
blicatie ervan in het Belgisch Staatsblad. Deze artikelen hebben betrekking op de samenstelling van de
algemene vergadering en de vertegenwoordiging in de raad van bestuur van bestuurders met raadgevende
stem, aangeduid vanuit de oppositiepartijen.
- Een tweede statutenwijziging werd voorgelegd aan de algemene vergadering van 27 mei 2003 en betrof de
voorwaarden van de uittreding van de private vennoten, uiterlijk op 10 november 2003.
- De fundamentele statutenwijziging, waarbij Leiedal werd omgevormd tot een zogeheten dienstverlenende
vereniging van gemeenten, werd in 2003 grondig voorbereid en op 28 oktober 2003 voorgelegd aan de
buitengewone algemene vergadering.

Deze statutenwijziging houdt een aantal ingrijpende wijzigingen in voor de structuur en de werking van de
intercommunale. In wat volgt, worden de belangrijkste wijzigingen in het kort beschreven:

1.4.1 SAMENSTELLING VAN DE DEELNEMERS (AANDEELHOUDERS)

Het nieuwe decreet op de intergemeentelijke samenwerking bepaalt dat enkel gemeenten, de provincie en
andere openbare besturen (vb. OCMW’s) nog kunnen deelnemen aan een intercommunale. Dat betekent heel
concreet dat de zestien private vennoten (werkgevers- en werknemersorganisaties, financiële groepen en
maatschappelijke belangengroepen) op 28 oktober 2003 dienden uit te treden uit de intercommunale.

De private vennoten van Leiedal waren:


- Algemeen Belgisch Vakverbond, Kortrijk
- Algemeen Christelijk Vakverbond - Zuid-West-Vlaanderen
- Confederatie Bouw Kortrijk-Roeselare vzw
- Dexia Bank België nv
- Electrabel nv, Brussel
- Fortis Bank nv, Brussel
- Kamer voor Handel en Nijverheid Kortrijk-Oostende-Roeselare-Tielt vzw
- KBC-Bank nv, Brussel
- Liberaal Sociaal-Economisch Platform
- Maatschappij van het Roerend Goed van de Belgische Boerenbond
- OMOB
- Sogam nv, Brussel
- Textielpatroonsverbond, Kortrijk
- Unizo - Unie van Zelfstandige Ondernemers
- Verbond van Christelijke Werkgevers en Kaderleden West-Vlaanderen vzw
- Zuid-West-Vlaamse Natuur- en Milieukoepel vzw

Leiedal betreurt deze verplichte uittreding van de private vennoten. De private vennoten hebben immers
sinds de oprichting van Leiedal steeds in belangrijke mate deelgenomen aan het beleid van de intercommunale
en vooral de streekontwikkelingsacties mee georiënteerd. Decennialang konden de gemeenten, de Provincie
West-Vlaanderen en de WVEM met deze instanties samenwerken in de schoot van Leiedal. Belangrijke streek-
dossiers, waarbij het algemeen belang hand in hand moet gaan met economische, ecologische en maatschap-
pelijke belangen, konden jarenlang vanuit de raad van bestuur van de intercommunale overwogen en beslist

10
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

worden. Deze bundeling van àlle levende krachten in de streek was uniek voor die tijd en gold voor andere
streken in Vlaanderen en in andere Europese regio’s als voorbeeld van samenwerking tussen openbare be-
sturen en het middenveld. Ook na de statutenwijziging blijft Leiedal zoeken naar mogelijkheden om deze
socio-economische en maatschappelijke instanties actief te betrekken bij het intercommunale beleid en naar
initiatieven die de band tussen Leiedal en het middenveld helpen bestendigen.

Sinds de statutenwijziging van 28 oktober 2003 heeft Leiedal nog twee groepen deelnemers:
- de deelnemers reeks A (gemeenten) - 37.904 aandelen: Anzegem, Avelgem, Deerlijk, Harelbeke, Kortrijk,
Kuurne, Lendelede, Menen (deelgemeenten Lauwe en Rekkem), Spiere-Helkijn, Waregem, Wevelgem en
Zwevegem.
- de deelnemers reeks B (andere openbare besturen) - 34.956 aandelen: de Provincie West-Vlaanderen en
de WVEM.

1.4.2 SAMENSTELLING VAN DE BESTUURSORGANEN

Artikel 43 van het nieuwe decreet op de intergemeentelijke samenwerking bepaalt dat een dienstverlenende
intergemeentelijke vereniging bestuurd wordt door een raad van bestuur, samengesteld uit vertegenwoor-
digers van de deelnemers. Daarnaast kan er een directiecomité worden opgericht dat het dagelijks bestuur
waarneemt, maar dit laatste kan maximaal uit één derde van het aantal leden van de raad van bestuur be-
staan. Van deze mogelijkheid heeft Leiedal geen gebruik gemaakt.

Mocht elke deelnemende partner (gemeenten, provincie en WVEM) in het directiecomité hetzelfde aantal
mandaten behouden hebben als in het vroegere dagelijks bestuur, dan had het directiecomité zestien leden
geteld. Om conform te zijn met het decreet, moest de raad van bestuur in dat geval worden uitgebreid tot
minstens 48 leden. Om de besluitvorming zo efficiënt mogelijk te organiseren, werden diverse scenario’s on-
derzocht. Na grondige afweging heeft de intercommunale beslist om geen directiecomité op te richten en om
Leiedal te laten besturen door een beperkter raad van bestuur, die frequenter vergadert en die alle dossiers
ten gronde bespreekt. Het vroegere dagelijks bestuur werd bijgevolg opgeheven.

De nieuwe raad van bestuur bestaat uit dertien bestuurders namens de deelnemers reeks A (twee namens
Kortrijk en één namens elk van de andere aangesloten gemeenten) en drie namens de deelnemers reeks B.
Daarnaast zijn er vijf gemeentelijke bestuurders met raadgevende stem, aangeduid vanuit de oppositiepar-
tijen. Aan de algemene vergadering van 25 mei 2004 zal voorgesteld worden om dit aantal terug te brengen
tot twee, in verhouding tot de afname van het aantal stemgerechtigde leden in de raad van bestuur na de
statutenwijziging.

Als gevolg van de uittreding van de private vennoten en de nieuwe samenstelling van de raad van bestuur,
heeft Leiedal op 28 oktober 2003 afscheid moeten nemen van 22 bestuurders.

De raad van bestuur kan zich ten slotte laten bijstaan door een beperkt aantal externe deskundigen. Deze
mogelijkheid werd verankerd in de nieuwe statuten. De bedoeling daarvan bestaat erin dat Leiedal, na de
statutenwijziging en de uittreding van de private vennoten, toch nog een nauwe band kan behouden met het
socio-economische netwerk in de regio. Voor de aanduiding van deze deskundigen werd van de volgende
principes uitgegaan:
- de band met het streekplatform REBAK (later RESOC) moet behouden blijven;
- er moet een kruiselingse vertegenwoordiging komen van Leiedal in het streekplatform en vice versa;
- de bestuurders namens de gemeenten bepalen wie zij als deskundigen wensen aan te duiden;
- deskundigheid wordt gedefinieerd als “belangrijk voor de streekontwikkeling en het streeknetwerk”.

Omwille van hun mandaat als bestuurder van het streekplatform REBAK, omwille van hun ervaring met en
betrokkenheid in het streeknetwerk en omwille van hun banden met de hogere bestuursniveaus heeft de al-

11
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

gemene vergadering op 9 december 2003 beslist om hiervoor een beroep te doen op Luc Deseyn en Jacques
Laverge. De volledige samenstelling van de raad van bestuur van Leiedal eind december 2003 is opgenomen
onder punt 1.2.

1.4.3 FINANCIEEL TOEZICHT

Het toezicht op de rekeningen van de intercommunale gebeurde van oudsher door een college van commis-
sarissen en een commissaris-revisor. Het college van commissarissen bestond uit veertien leden, aangeduid
vanuit de gemeenten, de private vennoten en de andere openbare besturen. Het nieuwe decreet op de interge-
meentelijke samenwerking bepaalt dat het financiële toezicht voortaan enkel nog door een commissaris-revisor
wordt uitgeoefend. Bijgevolg heeft Leiedal op 28 oktober 2003 afscheid genomen van het voltallige college van
commissarissen. Tot 2005 wordt de functie van commissaris-revisor ingevolge een beslissing van de algemene
vergadering van 28 mei 2002 uitgeoefend door Willy Vrijghem.

1.4.4 DOELSTELLINGEN VAN DE INTERCOMMUNALE

De doelstellingen van Leiedal werden gestroomlijnd met de bepalingen van het nieuwe decreet op de interge-
meentelijke samenwerking. In de statuten zijn de doelstellingen als volgt opgenomen:

“Leiedal heeft tot doel:

- de deelnemende gemeenten te ondersteunen bij de uitvoering van hun taken door het verlenen van onder-
steunende diensten;
- de samenwerking tussen de deelnemende gemeenten te bevorderen;
- de krachten te bundelen voor de ontwikkeling van de deelnemende gemeenten als groep;

en dit binnen de volgende limitatief omschreven beleidsdomeinen:

- ruimtelijke ordening en de daarbij betrokken deeldomeinen zoals mobiliteit, infrastructuur, openbaar do-
mein;
- lokale en regionale economie;
- lokaal woonbeleid;
- milieu en natuur;
- openruimtebeleid, landschapsopbouw en plattelandsontwikkeling;
- toerisme en recreatie;
- informatie en communicatietechnologie, GIS en lokaal e-government;
- grensoverschrijdende samenwerking en Europese integratie.

Deze doelstellingen kunnen worden ontwikkeld in samenwerking tussen de deelnemende gemeenten en andere
deelnemende publiekrechtelijke structuren.”

1.4.5 EXCLUSIEVE DIENSTVERLENING

Met de statutenwijziging van 28 oktober 2003 wou Leiedal meer dan ooit ten dienste kunnen staan van de
aangesloten gemeenten. Daarom werd in de statuten het principe van wederzijdse exclusieve dienstverlening
opgenomen. Op die manier kan een gemeente Leiedal inschakelen voor opdrachten, als ware de intercommu-
nale een verlengstuk van haar eigen gemeentelijke diensten.

Deze exclusieve dienstverlening steunt op een wederzijds engagement. Een gemeente verbindt zich ertoe om
voor bepaalde opdrachten exclusief een beroep te doen op Leiedal, indien het gemeentebestuur de opdracht
in kwestie niet met de eigen diensten uitvoert. Leiedal verbindt zich er op haar beurt toe om voor deze wel-

12
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

bepaalde opdracht voor geen andere gemeenten te werken dan voor diegenen die haar de exclusiviteit hebben
gegeven. Belangrijk daarbij is dat niet alle gemeenten voor die welbepaalde opdracht exclusiviteit hoeven te
geven aan Leiedal. Bovendien wordt de exclusiviteit beperkt tot een zekere periode, met name tot het jaar dat
volgt op de hersamenstelling van de gemeenteraden na de gemeenteraadsverkiezingen.

Exclusieve dienstverlening is gebaseerd op het kostendelend principe. Dat betekent dat de gemeenten die
een welbepaalde opdracht in exclusiviteit hebben gegeven aan Leiedal, enkel hun aandeel betalen in de geza-
menlijke uitgaven en kosten die verbonden zijn aan de dienstverlening die op exclusieve basis wordt verricht.
Concreet wordt hierbij per exclusieve opdracht gewerkt met een afsprakennota, die een duidelijke omschrijving
van de opdracht bevat, evenals een vooraf bepaalde kostenraming en timing.

Aan de gemeenten heeft Leiedal een lijst van vijftien zeer concrete opdrachten voorgesteld, waarop de ge-
meenten konden intekenen: opdrachten binnen specifieke deeldomeinen (vb. binnen stedenbouw) die een
langetermijnvisie en continuïteit vereisen, en opdrachten en studies die eenzelfde visie en methodiek vereisen
voor de verschillende gemeenten.

Het grote aantal opdrachten die de gemeenten in exclusiviteit hebben toevertrouwd aan Leiedal, opgenomen
in de onderstaande overzichtstabel, getuigt alvast van een groot vertrouwen van de aangesloten gemeenten
in hun intercommunale. Indien een gemeente voor een bepaalde activiteit geen exclusiviteit verleende, dan
was daar bovendien steeds een zeer specifieke reden voor (aangesloten bij twee intercommunales, jarenlange
ervaring/relatie met een studiebureau).

Spiere-Helkijn

Zwevegem
Wevelgem
Lendelede
Harelbeke

Waregem
Anzegem

Avelgem

Deerlijk

Kortrijk

Kuurne

Menen

1.1 Bedrijventerreinen: projectregie • • • • • • • • • • •

2.1 Lokaal woonbeleid: haalbaarheidsonderzoek • • • • • • • • •

2.2 Lokaal woonbeleid: projectregie • • • • • • • • •

3.1 Herbestemming: haalbaarheidsonderzoek • • • • • • • • • • •

3.2 Herbestemming: projectregie • • • • • • • • • • •

4.1 Stedenbouw: gemeentelijke structuurplannen • • • • • • • • • • • •

4.2 Stedenbouw: gemeentelijke RUP’s en BPA’s • • • • • • • • • • • •

4.3 Stedenbouw: gemeentelijke verordeningen • • • • • • • • • • •

5.1 Mobiliteit: gemeentelijke mobiliteitsplannen • • • • • • •

5.2 Mobiliteit: voorstudies herinrichting doortochten • • • • • • •

6.1 Milieu: begeleiding milieudienst • • • • • • •

6.2 Milieu: adviesverlening vergunningen • • • • • • •

6.3 Milieu: gemeentelijk milieubeleidsplan • • • • • • • • • •

6.4 Milieu: DuLo-waterplan, deelbekkenbeheersplan • • • • • • • • • • • •

7.1 ICT, GIS, lokaal e-government: ICT-beleidsplan • • • • • • • • •

13
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.5 LEIEDAL ALS INSTELLING IN 2003

1.5.1 VENNOTEN

Ingevolge de statutenwijziging van 28 oktober 2003 heeft Leiedal nog twee groepen deelnemers:
- deelnemers reeks A - de gemeenten (37.904 aandelen);
- deelnemers reeks B - andere openbare besturen (34.956 aandelen).

De zestien private vennoten van Leiedal, i.e. de werkgevers- en werknemersorganisaties, financiële groepen
en maatschappelijke belangengroepen, die samen 6.880 aandelen vertegenwoordigden, dienden op 28 oktober
2003 uit te treden. De modaliteiten van deze uittreding werden vastgelegd door de algemene vergadering van
27 mei 2003. De aandelen werden terugbetaald aan hun nominale waarde, vermeerderd met een meerwaarde
van 4% per jaar:
- terugbetaling van 6.880 aandelen aan nominale waarde: 289.936,27 euro;
- betaalde meerwaarden: 182.987,55 euro;
- totaal: 472.923,82 euro.

1.5.2 ALGEMENE VERGADERING

Het nieuwe decreet op de intergemeentelijke samenwerking bepaalt dat intercommunales twee keer per jaar
de algemene vergadering dienen samen te roepen:
- in het voorjaar, voor de goedkeuring van het activiteitenverslag en de jaarrekening van het afgelopen werk-
jaar;
- in het najaar, voor de goedkeuring van het werkprogramma en de begroting voor het komende werkjaar.

De algemene vergadering van Leiedal is in 2003 drie keer samengekomen, mede omwille van de statutenwijzi-
ging:
- op 27 mei 2003 in Wevelgem (o.m. goedkeuring jaarverslag en jaarrekening 2002, statutenwijziging m.b.t.
de regeling voor de uittreding van de private vennoten);
- op 28 oktober 2003 in Kortrijk (fundamentele statutenwijziging);
- op 9 december 2003 in Kortrijk (o.m. goedkeuring werkprogramma en begroting 2004, aanstelling van des-
kundigen in de raad van bestuur, deelname aan de kapitaalsverhoging van de cvba Kortrijk Xpo).

De algemene vergadering
van Leiedal is in 2003 drie
keer samengekomen: op 27
mei voor de goedkeuring
van het jaarverslag en de
jaarrekening van 2002, op 28
oktober voor de fundamente-
le statutenwijziging, en op 9
december voor de goedkeu-
ring van het werkprogramma
en de begroting voor 2004.

14
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.5.3 RAAD VAN BESTUUR - DAGELIJKS BESTUUR

Op de algemene vergadering van 28 oktober 2003 waren alle bestuurders van Leiedal ontslagnemend, inge-
volge de fundamentele statutenwijziging. Het dagelijks bestuur werd opgeheven. Zestien nieuwe bestuurders
en vijf bestuurders met raadgevende stem werden benoemd in de nieuwe raad van bestuur. De samenstelling
van de nieuwe raad van bestuur is opgenomen onder 1.2. Leiedal heeft op 28 oktober 2003 afscheid moeten
nemen van de volgende bestuurders:

bestuurders namens de gemeenten:


- Carl Decaluwé (Kortrijk);
- Patrick Jolie (Kortrijk);
- Marc Lemaitre (Kortrijk);
- Kürt Vanryckeghem (Waregem);
- Kris Vlaeminck (Wevelgem).

bestuurders met raadgevende stem namens de gemeenten:


- Pierre Lano (Kortrijk);
- Anneke Verhelst (Menen).

bestuurders namens de private vennoten:


- Luc Deseyn (ACV Zuid-West-Vlaanderen): was ondervoorzitter namens de private vennoten en is bij de
nieuwe raad van bestuur betrokken als deskundige;
- Bart Dochy (Belgische Boerenbond);
- Kris Gheysen (Unizo);
- Jacques Laverge (Liberaal Sociaal-Economisch Platform): is bij de nieuwe raad van bestuur betrokken als
deskundige;
- Luc Leleu (Electrabel);
- Alfred Platteau (ABVV): zetelt in de nieuwe raad van bestuur als bestuurder namens de Provincie West-
Vlaanderen;
- Eric Vandorpe (Zuid-West-Vlaamse Natuur- en Milieukoepel);
- Carl Vanhoutte (Kamer voor Handel en Nijverheid);
- Werner Vanneste (Textielpatroonsverbond);

bestuurders namens de andere openbare besturen:


- Yves Debaere (Provincie West-Vlaanderen);
- Jean de Bethune (Provincie West-Vlaanderen);
- Isabelle Maes (Provincie West-Vlaanderen);
- Alain Top (WVEM);
- Maurice Top (Provincie West-Vlaanderen).

adviseur namens de GOM West-Vlaanderen:


- Jan Callens.

Eerder op het jaar nam Leiedal kennis van het ontslag van Philippe De Coene, bestuurder namens de Provincie
West-Vlaanderen.

1.5.4 COLLEGE VAN COMMISSARISSEN - COMMISSARIS-REVISOR

Zoals bepaald door het nieuwe decreet op de intergemeentelijke samenwerking werd het college van commis-
sarissen op 28 oktober 2003 opgeheven. Het toezicht op de rekeningen gebeurt voortaan enkel door een com-
missaris-revisor. Deze functie wordt tot 2005 uitgeoefend door Willy Vrijghem.

15
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

Op 28 oktober 2003 heeft Leiedal afscheid moeten nemen van de volgende commissarissen:

commissarissen namens de gemeenten:


- Kristof Chanterie (Waregem);
- Marianne De Candt (Kortrijk);
- Arnold Dehullu (Zwevegem);
- Ignace Demeulemeester (Anzegem);
- Hendrik Deprez (Harelbeke);
- Rudi Vandamme (Menen);
- Eddy Van Lancker (Kortrijk);
- Patrick Verhamme (Wevelgem).

commissarissen namens de private vennoten:


- Roger Dewitte (ACV);
- Dirk Rygole (Dexia Bank);
- Alain Malschaert (Sogam).

commissarissen namens de andere openbare besturen:


- Pol Hiergens (Provincie West-Vlaanderen);
- Rudolf Leplae (Provincie West-Vlaanderen);
- Didier Vandeputte (Provincie West-Vlaanderen).

1.5.5 PERSONEEL

Eind 2003 waren 41 medewerkers tewerkgesteld bij Leiedal, waarvan 10 met deeltijdse prestaties. Inzake per-
soneelsfluctuaties is in de loop van het voorbije werkjaar de uitdiensttreding te melden van Sabien Tyberghien,
die bij de intercommunale actief was als stedenbouwkundig ontwerper.

Voor de opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Waregem werkt Leiedal samen met het
West-Vlaams Economisch Studiebureau en voor de begeleiding van de communicatie met de vzw CIBE uit
Gent. De opmaak van mobiliteitsstudies gebeurt onder begeleiding van de vzw Langzaam Verkeer uit Leuven.
Daarnaast werkt Leiedal samen met Prof. Bruno De Meulder van de KU Leuven, die in 2003 o.m. heeft meege-
werkt aan een visie op de landschapsopbouw op basis van de gemeentelijke structuurplannen (beeld van de
streek), het project Buda-Eiland in Kortrijk en de reconversie van de elektriciteitscentrale in Zwevegem.

In 2003 heeft Leiedal een internetversie ontwikkeld


van BISK. Deze nieuwe website werd gelanceerd
tijdens een persvoorstelling op 29 augustus 2003.

16
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.6 INTERN-ORGANISATORISCHE ASPECTEN

1.6.1 COMMUNICATIE

(A) CORRECTE EN SYSTEMATISCHE INFORMATIEDOORSTROMING NAAR DE GEMEENTEN

Op het vlak van externe communicatie blijft Leiedal voorrang geven aan een correcte en systematische infor-
matiedoorstroming naar de aangesloten gemeenten. Zeker na de statutenwijziging van 28 oktober 2003, nu
minder gemeentebestuurders rechtstreeks betrokken zijn bij het beleid van de intercommunale, is het belang-
rijk dat Leiedal actief werkt aan een nog breder draagvlak en een verdere systematische betrokkenheid van de
gemeenten.

De nieuwsbrief 4kantjes, die in 2003 aan zijn zevende jaargang toe was, vormt voor de gemeentebestuurders
een gewaardeerde bron van informatie over dossiers en projecten van de intercommunale. In voorbereiding
van de jaarvergaderingen organiseert Leiedal ook telkens een infovergadering voor alle gemeente- en provin-
cieraadsleden, in samenwerking met de intercommunales IMOG en WIV. In 2003 werd drie keer zo’n informa-
tievergadering georganiseerd: op 17 april, op 11 september en op 6 november. Daarnaast heeft Leiedal eind
2003 het initiatief genomen om de gemeente- en provincieraadsleden en geïnteresseerden systematisch te
informeren over belangrijke agendapunten die besproken worden op de tweewekelijkse vergaderingen van de
raad van bestuur. Daartoe wordt telkens een elektronisch nieuwsbericht verspreid.

(B) PERSCONTACTEN

Met de tweewekelijkse nieuwsberichten heeft Leiedal opnieuw aansluiting gevonden bij het vroegere systeem
van maandelijkse persmailings naar aanleiding van de vergaderingen van de raad van bestuur. De elektro-
nische nieuwsberichten die Leiedal tweewekelijks verspreidt, staan uiteraard ook open voor geïnteresseerde
persmedewerkers van de regionale nieuwsmedia. Daarnaast organiseert de intercommunale ook geregeld
persontmoetingen rond zeer concrete thema’s. Zo heeft Leiedal in 2003 drie persconferenties georganiseerd:
- de voorstelling van de nieuwe versie van de websites binnen de Digitale Regio Kortrijk (21/01/2003);
- de lancering van de internetversie van BISK, het bedrijventerreinen-inventarissysteem van het arrondis-
sement Kortrijk (29/08/2003);
- de statutenwijziging van Leiedal (28/10/2003).

(C) ONTMOETINGSAVOND VOOR MANDATARISSEN EN AMBTENAREN

De ontmoetingsavond voor mandatarissen en ambtenaren, die plaatsvond aansluitend op de jaarvergadering


van 27 mei 2003, stond in het teken van lokaal e-government en kon op een ruime belangstelling rekenen. Na
een toelichting door Filip Meuris bij het kader waarin Leiedal diverse ICT-initiatieven uitwerkt voor de aangeslo-
ten gemeenten, verzorgde Jan Deprest, voorzitter van Fedict, een referaat rond het thema “De elektronische
overheid als samenwerkende overheid”.

(D) BEDRIJVEN CONTACTDAGEN 2003

Eind 2003 heeft Leiedal deelgenomen aan de Bedrijven Contactdagen in Kortrijk Xpo. Deze tweedaagse beurs,
die aan haar negende editie toe was, vormt een ontmoetingsplaats voor ruim 500 ondernemingen en instel-
lingen uit Zuid-West-Vlaanderen en Noord-Frankrijk. De Leiedal-stand stond in het teken van ‘ruimte voor
bedrijven in de Kortrijkse regio’. De intercommunale belichtte met name de diverse nieuwe bedrijventerreinen
die momenteel in voorbereiding zijn. Aan de hand van de BISK-toepassing konden bezoekers zelf een stand
van zaken opvragen van de realisatie van de bedrijventerreinen.

17
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

In 2003 heeft Leiedal werk gemaakt van een


nieuwe grafische huisstijl. Een opgefrist logo en
een nieuw huislettertype vormden de basis voor
diverse huisstijltoepassingen, waaronder ook de
bedrijfsvlaggen.

(E) GRAFISCHE HUISSTIJL

Mede naar aanleiding van de fundamentele statutenwijziging, heeft Leiedal in 2003 samen met Bailleul
Ontwerpbureau uit Gent werk gemaakt van een nieuwe grafische huisstijl. De uitkomst van deze oefening is
geen volledige ommekeer geworden, maar een evolutie van de bestaande huisstijlelementen naar een volledig
gestroomlijnd huisstijlkader. Zo bleef de basis van het vroegere logo (een vierkant) behouden, maar werd
er kleur ingebracht en werd de typografie van de naam ‘Leiedal’ opgefrist. Daarnaast werd een nieuw huis-
lettertype gekozen, dat aansluit bij de stijl en de sfeer van het logo. Het nieuwe logo en het huislettertype
dienden vervolgens als basis voor een nieuwe huisstijl, die toegepast werd op alle gangbare documenten die
de intercommunale produceert: brieven, faxen, nota’s, verslagen, presentaties, studiebundels, etc. Voor alle
documenten werden ook digitale sjablonen aangemaakt, die de medewerkers in staat stellen om de nieuwe
huisstijl consequent toe te passen.

1.6.2 INFORMATIEBEHEER

(A) OPSLAG ELEKTRONISCHE DOCUMENTEN

Het spreekt voor zich dat er de laatste jaren, naast papieren documenten, ook steeds meer digitale documen-
ten circuleren in Leiedal. Terwijl de intercommunale voor papieren dragers over een goed georganiseerde
centrale opslag beschikt (in de vorm van een centraal klassement en een centrale bibliotheek), gebeurde de
opslag van elektronische documenten tot voor kort vrij ongestructureerd, met soms vervelende gevolgen:
digitale bestanden (opgeslagen op de harde schijf van een werkstation of op een CD-rom) waren soms zeer
moeilijk traceerbaar. Daarom werd een specifieke methodiek uitgewerkt voor elektronische documenten, die
tijdens een grootscheepse ‘digitale opkuisdag’ werd geïntroduceerd.

18
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

(B) BISK

Een van de kerntaken van Leiedal is de ontwikkeling van de openbare bedrijventerreinen in het arrondis-
sement Kortrijk. Bedrijventerreinen ontwikkelen is een langdurige en complexe activiteit, die een immense
stroom aan informatie met zich mee brengt. Deze informatie zit in verschillende soorten documenten vervat
(teksten, cijfers, plannen, foto’s, etc.) en is bovendien voortdurend in evolutie. Om al deze informatie accu-
raat te beheren, heeft Leiedal BISK ontwikkeld (‘bedrijventerreinen-inventarissysteem van het arrondissement
Kortrijk’). Deze tool voor informatiebeheer werd intern ontwikkeld en is een database-gestuurde intranettoe-
passing, gekoppeld aan GIS. De toepassing bevat steeds de meest volledige en meest actuele informatie over
de bedrijventerreinen die Leiedal realiseert of heeft gerealiseerd. Om deze informatie ook ruim beschikbaar
te maken voor bedrijven, besturen en geïnteresseerden, heeft de intercommunale in 2003 een internetversie
ontwikkeld (http://www.leiedal.be/bisk). Op deze website worden relevante delen van de bestaande, interne
BISK-databank opengesteld voor geïnteresseerde bezoekers. Op die manier kunnen bedrijven die op zoek zijn
naar een geschikte vestigingsplaats in de Kortrijkse regio, alle nodige gegevens on line raadplegen: waar en
wanneer komen er bedrijfsgronden beschikbaar, wat zijn de prijzen, aan welke voorwaarden dient mijn bedrijf
te voldoen, etc.

(C) UURREGISTRATIESYSTEEM

Een ander belangrijk element van informatiebeheer betreft de uurregistratie. Leiedal werkt al jaren met een
systeem waarbij de medewerkers hun tijdsbesteding verantwoorden door aan te duiden hoeveel uur per dag zij
aan een bepaalde activiteit of een specifiek dossier hebben besteed. Deze registratie levert belangrijke infor-
matie op, die de individuele medewerkers, de clustercoördinatoren en de directie inzicht biedt in de prestaties
van Leiedal als geheel. Om in de toekomst ook een link met de facturatie en de planning mogelijk te maken,
heeft de intercommunale in 2003 aan softwarebedrijf Dolmen de opdracht gegeven om een gebruiksvriendelijk,
centraal, databasegestuurd registratiesysteem uit te werken dat een vlotte synthese toelaat van de uurregi-
straties van meerdere medewerkers. Dit nieuwe systeem is in werking sinds september 2003. Via een flexibele
rapporteringstool kan informatie verkregen worden op het niveau van de individuele medewerkers, de verschil-
lende clusters of de gehele organisatie.

1.6.3 DUURZAAMHEID - INTERNE MILIEUZORG

Duurzaamheid mag voor Leiedal geen vaag begrip zijn, maar moet een concrete invulling krijgen in de activitei-
ten van de intercommunale. In 2002 heeft Leiedal samen met het Centrum voor Duurzame Ontwikkeling van
de Universiteit Gent een regionale barometer opgesteld, die een globaal beeld biedt van duurzaamheidsaspec-
ten aan de hand van diverse indicatoren.

Maar ook binnen de eigen werking en projecten van de intercommunale is duurzaamheid belangrijk. In 2003
heeft Ecolife op vraag van Leiedal een gedragsscan uitgevoerd naar het milieugedrag van de Leiedal-medewer-
kers op kantoor. Daarbij kwamen diverse aspecten aan bod: energie- en papierverbruik, duurzame aankopen,
intern hergebruik, etc. Uit de verwerking van de gegevens bleek dat Leiedal, ondanks een hoog milieubewust-
zijn, eerder middelmatig scoort in concreet gedrag. De resultaten van de gedragsscan geven de knelpunten en
de verbeteringsmogelijkheden weer op het vlak van interne milieuzorg. De bedoeling bestaat erin dat een in-
terne werkgroep (ecoteam) in de toekomst de nodige stimulansen biedt voor verder milieuvriendelijk gedrag.

19
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.7 FINANCIEEL BELEID IN 2003

1.7.1 ACTIVA

De belangrijkste rubrieken onder het actief zijn:


- de materiële vaste activa;
- de financiële vaste activa;
- de vorderingen;
- de voorraadrekeningen;
- de beleggingen en liquide middelen.

(A) VASTE ACTIVA

De materiële vaste activa hebben een netto-boekwaarde van 810.213 euro, in hoofdzaak voor het kantoorge-
bouw van Leiedal en het doorgangsgebouw in Wevelgem. De financiële vaste activa bedragen 460.704 euro en
zijn toegenomen met 125.000 euro ingevolge de participatie van Leiedal in Kortrijk Xpo.

(B) VOORRAAD GRONDEN

De voorraad gronden had eind 2003 een boekwaarde van 15.581.472 euro:
- 14.286.918 euro in bedrijventerreinen;
- 808.904 euro in herwaarderingsprojecten;
- 485.650 euro in woonzones.

De balanswaarde van de voorraad omvat de geboekte verwervings- en uitrustingskosten en de financiële las-


ten.

De voorraad is gefinancierd:
- voor 9.044.746 euro met leningen;
- voor 6.536.726 euro met eigen middelen.

De laatste jaren kan Leiedal opnieuw behoorlijk investeren in nieuwe immobiliaire realisaties. In 2003 waren er
voor 3.022.727 euro investeringen: 1.425.077 euro voor de aankoop van gronden, 1.190.694 euro voor infra-
structuurwerken, 269.229 euro intresten en 137.727 euro aangerekende vergoeding voor de aanwending van
eigen middelen.

(C) BELEGGINGEN

De beleggingen bedroegen eind 2003 6.214.840 euro, met name:


- 5.451.550 euro in de vorm van staatsobligaties (OLO’s) en SICAV’s;
- 763.290 euro tijdelijke beleggingen van liquiditeitsoverschotten.

Deze beleggingen leverden in 2003 een netto-intrest op van 246.498 euro.

20
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1.7.2 PASSIVA

Aan de passiefzijde van de balans zijn de belangrijkste rubrieken:


- het kapitaal;
- de reserves;
- de voorzieningen;
- de schulden.

(A) EIGEN MIDDELEN

Na verwerking van het winstsaldo van het boekjaar bedragen de eigen middelen, i.e. het kapitaal en de reser-
ves, 7.866.450 euro. Ingevolge de uittreding van de private vennoten is het geplaatste kapitaal verminderd
met circa 290.000 euro; ingevolgde de betaalde meerwaarden zijn de reserves met 183.000 euro gedaald.

(B) VOORZIENINGEN VOOR RISICO’S EN KOSTEN

De voorzieningen voor risico’s en kosten bedroegen op 31 december 2003 4.623.934 euro en zijn als volgt sa-
mengesteld:
- voorziening voor kosten voor de realisaties: 4.311.652 euro;
- voorziening voor herstelling en groot onderhoud kantoorgebouw: 1.151 euro;
- voorziening voor streekontwikkelingsprojecten: 6.197 euro;
- voorziening voor te verwachten verliezen bij de opmaak van de gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen:
154.934 euro;
- voorziening voor reconversie van bedrijventerreinen: 150.000 euro.

In 2001 werd een voorzieningrekening aangelegd van 619.748 euro voor nog te verwachten verliezen voor de
opmaak van de gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen. De reële kostprijs voor de opmaak van deze plan-
nen overschrijdt immers de contractueel vastgelegde erelonen. In 2003 werd deze voorziening aangewend
voor een bedrag van 154.933 euro.

In het kader van het financieel plan 2002-2007 werd de optie genomen om een fonds voor reconversie van be-
staande bedrijventerreinen te vormen. In 2003 werd voor het eerst een bedrag van 150.000 euro toegevoegd
aan de daartoe bestemde voorzieningrekening.

(C) LENINGEN

In 2003 werden voor 1.923.123 euro nieuwe kredieten opgenomen, met name voor:
- de grondverwerving voor de uitbreiding van het bedrijventerrein Gullegem-Moorsele: 148.736 euro;
- de infrastructuurwerken voor de artisanale verkaveling Moen - Spinnerijstraat: 227.218 euro;
- de infrastructuurwerken voor de uitbreiding van de KMO-zone Jagershoek in Vichte: 222.406 euro;
- de grondverwerving voor de KMO-zone Oude Spoorweg in Sint-Denijs: 86.763 euro;
- de grondverwerving voor de dienstenzone Beneluxlaan in Hoog-Kortrijk: 788.000 euro;
- de terugbetaling van de uitgetreden private vennoten: 450.000 euro.

In 2003 heeft Leiedal 187.200 euro afgelost van bestaande leningen, met de opbrengst uit de verkoop van
gronden. Op 31 december 2003 bedroeg het uitstaande bedrag van de leningen voor realisaties 9.044.746
euro.

21
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

Uitstaand bedrag

Leningen ter financiering van aankopen

Harelbeke - Plangebied Westhoek (Bavikhove) 157.413 euro

Kortrijk - Dienstenzone Beneluxlaan 1.356.388 euro

Kortrijk - Kernvernieuwingsproject Vetex 495.787 euro

Zwevegem - Bedrijventerrein Trekweg (Moen) 247.894 euro

Gullegem-Moorsele: noordwestelijke uitbreiding 3.504.744 euro

Vichte - Uitbreiding KMO-zone Jagershoek 492.688 euro

Zwevegem - KMO-zone Esserstraat 1.307.762 euro

Wederinkopen 250.000 euro

Sint-Denijs - KMO-zone Oude Spoorweg 86.762 euro

Leningen ter financiering van infrastructuur

Zwevegem - KMO-zone Esserstraat 331.881 euro

Vichte - Uitbreiding KMO-zone Jagershoek 586.209 euro

Moen - Artisanale verkaveling Spinnerijstraat 227.218 euro

Totaal uitstaand bedrag 9.044.746 euro

1.7.3 RESULTAAT VAN HET BOEKJAAR

Het boekjaar 2003 werd afgesloten met een winstsaldo van 36.530 euro.

De omzet uit de verkoop van gronden bedroeg 3.278.181 euro, waarvan 3.224.949 euro in bedrijventerreinen en
53.232 euro in woonzones. Uit deze grondverkopen werd een saldo gerealiseerd van 1.352.241 euro, waarvan:
- 426.246 euro voor de financiering van de werkingskosten van de cluster ‘immobiliaire projectontwikkeling’;
- 287.303 euro bestemd als algemene inkomsten, waarmee o.m. de dienstverlening aan de gemeentebestu-
ren en de streek mede worden gefinancierd;
- 638.692 euro winstsaldo.

De totale bedrijfsopbrengsten bedroegen 6.352.428 euro. Naast de inkomsten uit realisaties zijn de belang-
rijkste rubrieken hier de betaalde opdrachten, de bijdragen van de gemeentebesturen en de subsidies voor
infrastructuurwerken en voor Europese projecten.

De bedrijfskosten van 6.155.438 euro bestaan uit:


- de gedane kosten voor realisaties (2.615.771 euro);
- de administratie- en algemene kosten, inclusief de kosten voor streekprojecten (879.795 euro);
- de bezoldigingen (2.237.978 euro);
- de afschrijvingen op de materiële vaste activa (170.898 euro);
- de toevoegingen en bestedingen van de voorzieningrekeningen (saldo: toename van 250.996 euro).

De besteding van de voorzieningrekening die Leiedal in 2001 heeft gevormd voor verwachte verliezen bij de op-
maak van de gemeentelijke structuurplannen, heeft het resultaat van 2003 in positieve zin beïnvloed voor een
bedrag van 154.933 euro. De toevoeging aan de nieuwe voorzieningrekening voor reconversie van bestaande
bedrijventerreinen heeft het resultaat van 2003 verminderd met 150.000 euro.

De bedrijfswinst van 196.989 euro wordt verhoogd met de financiële opbrengsten van 277.674 euro en vermin-
derd met de financiële kosten (412.108 euro) en de ingehouden roerende voorheffing (26.024 euro). Dat levert

22
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

een positief resultaat van het boekjaar op voor een bedrag van 36.530 euro. Deze winst wordt toegevoegd aan
de reserves.

Het positieve resultaat is o.m. toe te schrijven aan:


- het grotere saldo dat behaald werd uit de verkoop van gronden, o.m. als gevolg van het marktgerichte ver-
koopprijsbeleid en als gevolg van het hogere verkoopscijfer dankzij het toegenomen aanbod aan beschik-
bare terreinen;
- het feit dat de totaliteit van de werkingskosten binnen het vooropgestelde budget werd gehouden.

1.7.4 FINANCIEEL PLAN 2002-2007

Het Beleidsplan 2002-2007 bevat tevens een financieel plan voor de periode tot 2007. Dit financieel plan is een
streefdoel, een referentiekader, waarbij de volgende doelstellingen worden nagestreefd:
- een duidelijke toewijzing van kosten en opbrengsten;
- financiële responsabilisering van elke cluster;
- een duidelijke definiëring van de soorten dienstverlening die gefinancierd worden vanuit de algemene in-
komsten van Leiedal;
- een duidelijke definiëring van de uitgaven die gefinancierd worden vanuit de reservefondsen van Leiedal
(ICT-dienstverlening, streekprojecten);
- een gemiddeld te behalen verkoop van gronden van 6,5 ha/jaar (haalbaar vanaf 2004);
- een vooraf bepaald te behalen bedrag aan betaalde opdrachten voor elke cluster, zodat elke dienst self-sup-
porting is;
- het boekhoudkundig verlies beperken tot de uitgaven die gefinancierd worden vanuit de reservefondsen;
- de vorming van een fonds voor recyclage van bestaande bedrijventerreinen en vernieuwende projecten.

1.7.5 TOETSING VAN HET RESULTAAT AAN DE DOELSTELLINGEN VAN HET FINANCIEEL PLAN 2002-2007

Het totale pakket aan te financieren werkingskosten bedroeg in 2003 3.252.472 euro, waarvan:
- 3.073.166 euro gewone uitgaven om de medewerkers en bestuurders van de intercommunale te vergoeden
en om het instituut Leiedal te laten functioneren;
- 179.306 euro buitengewone uitgaven om een aantal specifieke (streek-)projecten te financieren.

De gewone uitgaven worden zo nauwkeurig mogelijk toegewezen aan de verschillende diensten van Leiedal,
met name:
- het instituut Leiedal;
- de cluster ‘immobiliaire projectontwikkeling’;
- de cluster ‘stedenbouwkundig ontwerp en advies’;
- de cluster ‘milieu en natuur, toerisme en recreatie’;
- de cluster ‘informatie en netwerking’.

De financieringsbronnen voor de gewone werkingskosten zijn de volgende:


1. betaalde opdrachten 921.173 euro
2. vergoeding voor werkingskosten bij immobiliaire verkopen 810.260 euro
3. subsidies voor deelname aan STEM-projecten en Interreg-projecten 52.100 euro
4. de gemeentelijke bijdragen 534.398 euro
5. intresten uit beleggingen 246.498 euro
6. aanwending van specifieke reservefondsen 160.119 euro
7. besteding van de voorziening voor verliezen gemeentelijke ruimtelijke
structuurplannen 154.933 euro
8. winstsaldo uit verkoop van gronden 638.692 euro
Totaal financieringsbronnen 3.518.173 euro

23
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

Verminderd met de gewone uitgaven van 3.073.166 euro, levert dit een positief saldo op van 445.007 euro. Dit
saldo kan toegevoegd worden aan het fonds voor reconversie van bestaande bedrijventerreinen.

1.7.6 RESERVEFONDSEN

(A) FONDS VOOR STREEKONTWIKKELING

Het fonds voor streekontwikkeling werd in 1990 opgericht voor de financiering van streekprojecten. In het
verleden heeft Leiedal het in hoofdzaak aangewend voor de financiering van externe kosten. Het fonds werd
sindsdien jaarlijks aangevuld met de intresten uit belegde kapitalen. Op die manier bedroeg het begin 2002
nog 692.424 euro.

In het Beleidsplan 2002-2007 werd beslist om het fonds voor streekontwikkeling aan te vullen tot 1.240.000
euro.

OVERZICHT VAN HET FONDS VOOR STREEKONTWIKKELING 1990-2003

(1) totale bestedingen

1990-98 1999 2000 2001 2002 2003

1. Streekpromotie 31.114 1.417 4.958 --- --- ---

2. Werking ERNACT-CRISM 43.096 --- --- --- --- ---

3. Automatisering alarmcentrale
35.457 --- --- --- --- ---
101

4. Telecommunicatie 109.693 27.546 6.251 2.221 --- ---

5. Studie telecommunicatie-
42.865 --- --- --- --- ---
behoeften

6. Tele-d-room 10.091 --- --- --- --- ---

7. Digitale Regio Kortrijk 21.925 13.138 52.945 19.140 --- ---

8. IRDSS 4.095 22.223 4.406 --- --- ---

9. Studie Hoog-Kortrijk 49.580 --- --- --- --- ---

10. Werking vzw Hoog-Kortrijk 125.806 7.437 7.437 --- --- ---

11. Innovatie- en Incubatiecentrum 49.580 --- --- --- --- ---

12. Werking Sociaal Euroloket 29.747 --- --- --- --- ---

13. Euroloket UNIZO 6.197 --- --- --- --- ---

14. Interreg-projecten 71.694 --- 7.034 --- --- ---

15. GPCI 35.674 5.364 --- 19.656 41.900 40.040

16. GROOtSTAD 747 --- --- 1.817 --- ---

17. Werking Welzijnsconsortium 64.578 --- --- --- --- ---

18. Kanaal 127 24.789 --- --- --- --- ---

19. Sociale Economie 7.747 --- --- --- --- ---

20. Visievorming GAPAK 148.736 --- --- --- --- ---

21. NETA 3.676 --- --- --- --- ---

22. CePRO 14.874 9.916 --- --- --- ---

23. Archeologisch museum 24.789 --- --- --- --- ---

24
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

1990-98 1999 2000 2001 2002 2003

24. Restauratie Preetjes Molen 24.789 --- --- --- --- ---

25. Vlasvallei 10.576 --- --- --- --- ---

26. Overleg Cultuur 22.310 --- --- --- --- ---

27. Studie stadsrandbos 6.817 --- --- --- --- ---

28. Eurohappening 2.202 --- --- --- --- ---

29. Grenspost E17 14.664 2.374 --- --- 614 ---

30. Trekkershutten Bossuit --- 9.916 --- --- --- ---

31. Convenant Leiedoortocht --- 410 --- --- --- ---

32. Sugromusc --- --- 1.012 2.499 --- ---

33. Bijdrage vzw Mobiel --- --- --- 7.437 --- ---

34. Studie
--- --- --- 22.466 34.477 1.071
duurzaamheidsbarometer

35. Bijdrage Telesenior --- --- --- 4.958 --- ---

36. Studie Evenementenhal --- --- --- 13.386 3.494 ---

37. Werking vzw Rebak --- --- --- --- 24.789 24.789

38. Huis van de Streek --- --- --- --- 2.593 ---

39. Project Buda-Eiland Kortrijk --- --- --- --- 812 12.500

40. Project Elektriciteitscentrale


--- --- --- --- 1.916 12.395
Zwevegem

41. STEM-project uitbreiding LAR --- --- --- --- --- 5.798

42. Interreg IIIA - fietsnetwerk --- --- --- --- --- 9.419

43. Interreg IIIA - kwaliteitsvolle


--- --- --- --- --- 4.885
bedrijventerreinen

44. Interreg IIIB - HST --- --- --- --- --- 1.438

45. Bijdrage TROP --- --- --- --- --- 500

46. Beeld van de streek --- --- --- --- --- 17.920

1.037.908 99.741 84.043 93.580 109.367 130.755

(2) stand bij oprichting fonds voor streekontwikkeling in 1990 1.239.468 euro
(3) totale bestedingen in de periode 1990-2002 1.315.272 euro
(4) totale intresten in de periode 1990-2002 768.228 euro
(5) stand fonds voor streekontwikkeling op 01/01/2002 692.424 euro
(6) nieuwe stand ingevolge aanvulling (Beleidsplan 2002-2007) 1.240.000 euro
(7) bestedingen in 2002 109.367 euro
(8) bestedingen in 2003 130.755 euro
(9) stand fonds voor streekontwikkeling op 31/12/2003 999.878 euro

(B) ICT-FONDS

Het ICT-fonds werd in 2000 opgericht om de ontwikkeling van nieuwe technologieën in de gemeentebesturen
te begeleiden. Begin 2000 bedroeg het 620.000 euro, waarvan jaarlijks 74.400 euro voor personeelskosten
en 49.600 euro voor additionele (externe) kosten worden aangewend. Begin 2002 was er nog 496.000 euro
beschikbaar. In het Beleidsplan 2002-2007 werd beslist om dit fonds aan te vullen tot 744.000 euro, voor
de financiering van de kosten in de komende jaren. Op die manier kunnen de ICT-activiteiten van Leiedal

25
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - O R G A N I S AT I E E N F I N A N C I Ë N

volwaardig ontwikkeld worden tot 2007. In 2003 werd een bedrag van 127.721 euro aangewend uit het ICT-
fonds, met name:
- 103.000 euro voor interne werkingskosten;
- 24.721 euro voor externe uitgaven.

OVERZICHT VAN HET ICT-FONDS 2000-2003

(1) stand bij oprichting ICT-fonds in 2000 620.000 euro


(2) bestedingen in 2000 en 2001 124.000 euro
(3) nieuwe stand ingevolge aanvulling (Beleidsplan 2002-2007) 744.000 euro
(4) bestedingen in 2002 136.577 euro
(5) bestedingen in 2003 127.721 euro
(6) stand ICT-fonds op 31/12/2003 429.702 euro

(C) GROENFONDS

Het groenfonds werd in 1996 opgericht en bedraagt 496.000 euro. In het verleden heeft Leiedal dit fonds
slechts in zeer beperkte mate aangewend (een bijdrage voor de aankoop van het Bassegembos en de kosten
voor de Scheldemeersen in Avelgem: 2 x 9.916 euro). In de toekomst zal het groenfonds o.m. worden besteed
aan projecten in het kader van de valorisatie van de open ruimte en landschapsopbouw, etc.

In 2003 waren er geen bestedingen uit het groenfonds.

(D) FONDS VOOR RECONVERSIE VAN BESTAANDE BEDRIJVENTERREINEN

In 2002 kon Leiedal een eerste aanzet geven voor de vorming van een nieuw fonds voor reconversie (recy-
clage) van bestaande bedrijventerreinen, voor een bedrag van 244.550 euro (het winstsaldo uit de verkoop van
gronden).

In 2003 bedraagt het resterend winstsaldo 445.007 euro. Het gecumuleerde saldo bestemd voor het fonds
voor reconversie van bestaande bedrijventerreinen bedraagt bijgevolg 689.557 euro. Op de passsiefzijde van
de balans is dat als volgt terug te vinden:
- 150.000 euro op de voorzieningrekening;
- 539.557 euro als deel van de reserves.

26
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2 WERKGEBIEDEN

2.1 BEDRIJVENTERREINEN

Krachtlijnen Beleidsplan 2002-2007

- De realisatie van bedrijventerreinen blijft een kernactiviteit van Leiedal; de intercommunale wil de
bedrijventerreinen zo veel mogelijk zelf realiseren.
- Nieuwe accenten:
° publiek-private samenwerking: o.m. bedrijfsverzamelgebouwen, “shared facilities”, organisatie
“park management”;
° nadruk op reconversie (recyclage) bestaande terreinen (oprichting fonds voor reconversie);
° nadruk op kwaliteit en duurzaamheid;
° specifieke bedrijventerreinen moeten hoogwaardige tewerkstelling aantrekken.
- Te onderzoeken:
° aanbodbeleid op het niveau van de grensoverschrijdende metropool;
° behoeftebepaling op middellange termijn.

2.1.1 PROMOTIE EN VERKOOP VAN BEDRIJFSGRONDEN

In 2003 heeft Leiedal 5,5 ha gronden verkocht op negen verschillende bedrijventerreinen. Hiermee werd een
omzet gerealiseerd van 3,2 miljoen euro.

1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003

Nieuwe contacten met 176 182 177 161 153 130 110 97 98
bedrijven

Verkopen aan bedrijven,


waarvan: 18 18 10 8 27 20 15 12 20
- nieuwe vestigingen 17 15 7 5 15 16 11 7 18
- uitbreidingen 1 3 3 3 12 4 4 5 2
- overige (*) -- 1 -- 3 2 3 8 4 3

Totale oppervlakte (ha) 11,60 14,70 10,07 5,45 12,22 11,98 5,88 5 5,52
waarvan:
- nieuwe vestigingen (ha) 11,17 12,85 7,92 2,29 5,1 10,14 2,61 2,58 5,51
- uitbreidingen (ha) 0,43 1,85 2,15 2,48 5,1 1,84 3,27 2,42 0,01
- overige (ha) (*) -- (-0,61) -- (-1,29) 1,19 2,06 6,06 (-1,36) 2,25

(*) wederinkoop - overdracht openbaar domein

2.1.2 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN PER BEDRIJVENTERREIN

(A) AFWERKING VAN (RECENT) GEREALISEERDE BEDRIJVENTERREINEN

KMO-zone Jagershoek II - Vichte


- afwerking van de infrastructuurwerken door de nv Paul Van Hulle uit Tielt;
- aanleg van de nutsleidingen in het kader van de verdere uitrusting van de zone;
- verfijnen van de stedenbouwkundige voorschriften en verkoopsvoorwaarden in functie van een kwalitatieve
en duurzame ontwikkeling;
- verkoop van 7 percelen voor een totale oppervlakte van circa 1,8 ha - onderhandelingen voor de overige
bouwrijpe percelen zijn lopende;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen).

27
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

KMO-zone Esserstraat - Zwevegem


- verkoop van 3 percelen voor een totale oppervlakte van circa 0,9 ha - onderhandelingen voor de overige
bouwrijpe percelen zijn lopende;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen);
- uitwerking van een concept en inplantingsvoorstel voor een bedrijfsverzamelgebouw.

Bedrijventerrein Harelbeke-Stasegem
- 1 verkoopakte van 47 m² in het kader van de regularisatie van het openbaar domein;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen).

Bedrijventerrein Heule-Kuurne
- 1 verkoopakte voor een oppervlakte van 3.670 m² - in het kader van de realisatie van een doortrekkerster-
rein door de stad Kortrijk;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen).

Transportcentrum LAR (Kortrijk-Menen)


- 1 verkoopakte voor een oppervlakte van circa 0,3 ha;
- onderhandelingen voor de overige bouwrijpe percelen zijn lopende;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen).

KMO-zone Waterven - Bissegem-Heule (Kortrijk)


- terugkoop en verkoop van een perceel van 2.894 m² en verkoop van een restperceel van 50 m² aan een
aanpalend bedrijf;
- onderhandelingen voor het laatste beschikbare perceel zijn lopende;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen).

Bedrijventerrein Vliegveld Wevelgem-Bissegem


- verkoop van 4 percelen voor een totale oppervlakte van circa 1,6 ha;
- onderhandelingen voor de overige bouwrijpe percelen zijn lopende;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen).

In 2003 konden de infrastructuurwerken


worden opgestart in de KMO-zone Oude
Spoorweg in Sint-Denijs.

28
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

(B) NIEUWE GEMENGDE BEDRIJVENTERREINEN IN REALISATIE

Noordwestelijke uitbreiding bedrijventerrein Gullegem-Moorsele (Wevelgem)


- grondverwerving bijna afgerond; circa 46 ha verworven;
- ontwikkelingsfase afgerond;
- voorbereiding voor de autonome ontwikkeling van het gedeelte van het terrein ten zuiden van de bestaande
afwateringsgracht afgerond;
- ontwerpdossier voor wegenis en riolering is klaar voor openbare aanbesteding.

Bedrijventerrein Oude Spoorweg - Sint-Denijs (Zwevegem)


- grondverwerving afgerond - minnelijke aankoop grond van 1 eigenaar, overige aankopen via gerechtelijke
procedure;
- bouwvergunning verkregen en infrastructuurwerken opgestart door de nv Paul Van Hulle uit Tielt.

Artisanale verkaveling Spinnerijstraat - Moen (Zwevegem)


- afwerking van de infrastructuurwerken door de nv Adyns uit Deerlijk;
- opmaak van de stedenbouwkundige voorschriften en verkoopsvoorwaarden;
- verkoopspromotie opgestart.

Bedrijventerrein Ter Donkt II - Deerlijk


- masterplan voor de ontwikkeling van het gebied afgerond en goedgekeurd;
- onteigeningsplan opgemaakt en procedure tot goedkeuring opgestart;
- opstart van de procedure tot het verkrijgen van subsidies voor de infrastructuur (25%), overeenkomstig het
Besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2003;
- afronden van het overleg met de eigenaars-bedrijven in functie van concrete afspraken voor de realisatie.

(C) NIEUWE SPECIFIEKE BEDRIJVENTERREINEN IN REALISATIE

Bedrijventerrein Delta – eerste fase


- STEM-project bedrijventerrein Kortrijk-Harelbeke-Zwevegem (in het kader van het streekeigen manage-
ment van de Vlaamse overheid) afgerond;
- het STEM-project bestond uit een studiefase en implementatie:
° in 2002 werd de studiefase uitgewerkt voor diverse items (hoogwaardigheid, duurzaamheid, PPS, ver-
weving van functies, bedrijventerreinmanagement, etc.), met inbegrip van een marktonderzoek naar de
potenties van het gebied door Buck Consultants International;
° in 2003 werd de implementatiefase uitgevoerd, met de opmaak van een algemeen concept en ruimtelijk
plan, een exploitatiemodel, een model van PPS-overeenkomst, een marketingplan en een concept voor
bedrijventerreinmanagement;
- opstart van de realisatie van een eerste fase van circa 40 ha.

Researchpark - Hoog-Kortrijk
- opvolging van de lopende procedure tot vernietiging van de gewestplanwijziging die door buurtbewoners
werd ingediend bij de Raad van State.

Dienstenzone Beneluxlaan - Hoog-Kortrijk


- grondverwerving afgerond en infrastructuurdossier klaar voor aanbesteding;
- stedenbouwkundige vergunning voor infrastructuurwerken aangevraagd;
- uitwerking van een inrichtingsplan voor de handelszone in overleg met Decathlon;
- verkoop van 1 perceel van 2.816 m² langs de Doorniksesteenweg.

29
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Transportcentrum LAR (Kortrijk-Menen): Spoorwegterminal


- verkennend onderzoek naar de commerciële en financiële haalbaarheid afgerond;
- infrastructuurdossier afgewerkt, klaar voor indiening voor bouwaanvraag;
- belofte van subsidie bevestigd voor gewijzigd concept;
- opstart van de procedure voor de selectie van een exploitant.

(D) PROSPECTIE NIEUWE ZONES

Transportcentrum LAR (Kortrijk-Menen): Uitbreiding


- opvolging van de opname van LAR II in het ruimtelijk uitvoeringsplan van de afbakening van het regionaal-
stedelijk gebied Kortrijk;
- uitwerking door een extern studiebureau van het eerste luik van het STEM-project “Vernieuwende ruimte-
lijke concepten voor een transport-logistieke vestiging” - dit eerste luik betrof “het in kaart brengen van de
nieuwe economische, functionele en infrastructurele noden van de transport-logistieke sector”.

Doomanstraat - Aalbeke (Kortrijk)


- opmaak en verfijning van het ruimtelijk concept;
- opstart van het ontwerp voor de basisinfrastructuur;
- overleg met de stad Kortrijk inzake het ruimtelijk concept en de stedenbouwkundige voorschriften.

Torkonjestraat - Marke (Kortrijk)


- verzamelen van alle randgegevens en subsidiemogelijkheden;
- opstart van een BPA in functie van de bestemmingswijziging opvolgen;
- opstart opmaak van het stedenbouwkundig concept.

Loskade - Desselgem
- snel verkennend onderzoek uitgevoerd op vraag van het stadsbestuur van Waregem naar de opwaardering
van de bestaande loskade en een mogelijke samenwerking tussen de verschillende bedrijven.

Zwevegem - Knokke
- snel verkennend onderzoek uitgevoerd op vraag van het gemeentebestuur van Zwevegem naar de moge-
lijkheden tot reconversie en optimalisering van het bestaande onderbenutte bedrijventerrein.

In de uitbreiding van de KMO-zone Jagers-


hoek in Vichte konden in 2003 reeds zeven
bedrijfspercelen verkocht worden, voor een
totale oppervlakte van 17.783 m2.

30
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.1.3 OVERZICHT VAN DE VERKOPEN EN TERUGKOPEN OP BEDRIJVENTERREINEN IN 2003

ZONE BETROKKENE OPP. U/V ACTIVITEIT


(m²) (*)

KMO-zone Esserstraat Frank Foulon 2.353 V metaalconstructie


(Zwevegem)
SPI 3.517 V winkelinrichting

Kathy Albers 2.969 V handel in bevestigingmaterialen

KMO-zone Jagershoek II Devroe Instruments 2.097 V chirurgische materialen voor


(Vichte) ziekenhuizen

Colpaert Elektro– 2.014 V elektro – automatisatie - beveiliging


Automatisatie nv

Waelkens–Van Eename 707 V aannemer grondwerken

Vandenberghe Garage 3.761 V garage

Vaneeckhoutte–Desmet 2.656 V aannemer dakwerken

Vanoverbeke Drukkerij– 3.249 V drukkerij


Uitgeverij

Callplast bvba 3.299 V schrijnwerk – ramen en deuren in


PVC

Vliegveld Wevelgem- Lambert S. en F. 3.644 V vliegtuigconstructie - handel en


Bissegem stalling boorduitrusting

ABK nv 4.715 V stalling vliegtuigen

Gill Aviation 2.997 V onderhoud en herstelling vliegtuigen

Amexis 4.971 V stalling vliegtuigen/helikopters

KMO-zone Waterven Vandemoortele 2.894 -- [terugkoop]


(Bissegem-Heule)
Tibergeyn 2.894 V metaalconstructie: plaatsen vangrails
en verkeerssignalisatie

Esca Food Service 50 U distributie voedingsproducten

Heule-Kuurne Stad Kortrijk 3.670 V doortrekkersterrein

Harelbeke-Stasegem Ranson nv 47 U bakkerijgrondstoffen

Stad Harelbeke 58 -- [overdracht openbaar domein]

Transportcentrum LAR Lanoit bvba 2.801 V goederenopslag en distributie

Beneluxlaan (Kortrijk) CKZ - Amelior 2.816 V consulting, seminaries

Trekweg (Moen) Gemeente Zwevegem 25.319 -- [overdracht openbaar domein]

TOTAAL TERUGKOPEN 2.894

TOTAAL VERKOPEN 80.604 waarvan:

55.227 effectieve verkopen

(*) V: vestiging - U: uitbreiding 25.377 overdracht openbaar domein

31
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.1.4 EVALUATIE

Na een lange periode van schaarste aan gronden voor bedrijfsvestiging heeft de Kortrijkse regio opnieuw
een concreet uitzicht op zo’n 333 ha nieuwe bedrijventerreinen. 205 ha daarvan zijn reeds bestemd in het
Gewestplan Kortrijk. Voor de overige terreinen is de procedure tot bestemming lopende, in het dossier voor
de afbakening van de regionaal- en kleinstedelijke gebieden en vanuit het proces voor de opmaak van de ge-
meentelijke structuurplannen. Samen met de betrokken gemeentebesturen stelt Leiedal alles in het werk om
de nieuwe bedrijventerreinen uit het Gewestplan Kortrijk spoedig te realiseren. Binnen de drie jaar zullen op
die manier circa 150 ha nieuwe terreinen verkoopsklaar komen; op middellange termijn komen daar nog eens
55 ha bij.

Twee nieuwe zones konden reeds op de markt worden gebracht: de KMO-zone Esserstraat in Zwevegem (2002)
en de uitbreiding van de KMO-zone Jagershoek in Vichte (2003). In de Jagershoek konden vorig jaar reeds
zeven bedrijfspercelen worden verkocht, voor een totale oppervlakte van 17.783 m². Daarnaast werden vorig
jaar drie nieuwe vestigingen genoteerd in de Esserstraat. Opvallend in de grondverkoop vorig jaar was ten
slotte ook de vestiging van vier bedrijven op het bedrijventerrein Vliegveld Wevelgem-Bissegem, dat gereser-
veerd blijft voor luchtvaartgebonden activiteiten. Daar werden 16.327 m² bedrijfsgronden verkocht.

Voor de realisatie van de overige nieuwe bedrijventerreinen uit het Gewestplan Kortrijk, heeft Leiedal in 2003
6,3 ha gronden aangekocht, onder meer aan de Beneluxlaan in Hoog-Kortrijk, in Gullegem-Moorsele en aan de
Oude Spoorweg in Sint-Denijs.

Overzichtstabel: 333 ha nieuwe bedrijventerreinen in het arrondissement Kortrijk

OVERZICHT VAN REEDS BESTEMDE BEDRIJVENTERREINEN

Gewestplan Kortrijk (bruto-opp.) 205,1 ha

Op korte termijn (0-3 jaar) 149,4 ha

A. Lokale bedrijventerreinen 21,6 ha

- Anzegem: Jagershoek II Vichte 8,6 ha

- Zwevegem: Esserstraat Zwevegem 11,0 ha

- Zwevegem: Oude Spoorweg Sint-Denijs 2,0 ha

B. Regionale gemengde bedrijventerreinen 101,5 ha

- Deerlijk: Ter Donkt II 12,5 ha

- Wevelgem: uitbreiding Gullegem-Moorsele 49,0 ha

- Kortrijk: Delta 30,0 ha

- Harelbeke: Delta 10,0 ha

C. Regionale specifieke bedrijventerreinen 26,3 ha

- Kortrijk: Beneluxlaan I 16,3 ha

- Kortrijk: Researchpark 10,0 ha

Op middellange termijn (5-8 jaar) 55,7 ha

- Kortrijk: Delta 10,0 ha

- Harelbeke: Delta 15,0 ha

- Zwevegem: Delta 19,0 ha

- Kortrijk: Beneluxlaan II 11,7 ha

32
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

BEDRIJVENTERREINEN WAARVOOR PROCEDURE TOT BESTEMMING LOOPT

Voorstel afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk 118 ha

A. Lokale bedrijventerreinen 50 ha
(vast te leggen in de gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen)

B. Regionale bedrijventerreinen 38 ha
(beschikbaar bij de goedkeuring van het afbakeningsvoorstel)

C. Transport-logistieke zone 30 ha
(precieze locatie nog te bepalen)

Gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen 10 ha

voor gemeenten die niet tot regionaalstedelijk gebied Kortrijk behoren


(10 ha = eerste raming Leiedal)

TOTAAL 333 ha

Kwaliteit en duurzaamheid

Bij de realisatie van nieuwe bedrijventerreinen gaat een grote aandacht uit naar aspecten van kwaliteit en
duurzaamheid. Op dat vlak heeft Leiedal in 2003 verschillende acties kunnen ondernemen.

Zo zal met een pilootproject voor het bedrijventerrein Heule-Kuurne de eerste stap gezet worden voor de re-
conversie (verduurzaming) van bestaande bedrijventerreinen. Samen met de intercommunale wvi en de GOM
West-Vlaanderen heeft Leiedal hiertoe een projectvoorstel uitgewerkt in het kader van het PIAV-programma
van de Vlaamse overheid, met cofinanciering vanuit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (globale
tussenkomst in de kosten van 85%). Via dit project zullen een halftijds parkmanager en een milieuclusteraar
aangeworven kunnen worden, die de gevestigde bedrijven bevragen, mogelijke knelpunten detecteren en voor-
stellen uitwerken voor een duurzame samenwerking. Tevens zullen een aantal concrete ingrepen op het terrein
kunnen worden uitgevoerd (o.m. om de veiligheid van de zachte weggebruikers te verhogen).

In het Interreg-IIIA-project ‘kwaliteitsvolle bedrijventerreinen’ wisselen de technici van de intercommunales


Leiedal, wvi, IEG, IDETA en LMCU hun ervaringen uit op het vlak van duurzaamheid en kwaliteit op bedrijven-
terreinen. Het project ging in 2003 van start en loopt tot februari 2005. In 2003 werden een aantal terreinbe-
zoeken georganiseerd en werd reeds een synthesenota opgemaakt. De bedoeling bestaat erin om uiteindelijk
tot een gezamenlijk menu met ‘objectieven en instrumenten’ te komen voor de implementatie van kwaliteits-
en duurzaamheidsaspecten bij de ontwikkeling van bedrijventerreinen.

In 2002 heeft Leiedal de stedenbouwkundige voorschriften en verkoopsvoorwaarden voor haar bedrijventer-


reinen verfijnd, met als doel een aantal extra maatregelen in te voeren op het vlak van duurzaamheid en
kwaliteit. Na toepassing ervan op de KMO-zone Esserstraat in Zwevegem, werden deze voorschriften in 2003
geïmplementeerd in de uitbreiding van de KMO-zone Jagershoek in Vichte.

In het kader van het streekeigen management van de Vlaamse overheid werkt Leiedal samen met architecten-
bureau Coussée en Goris ook een conceptstudie uit voor de realisatie van een bedrijfsverzamelgebouw in de
KMO-zone Esserstraat in Zwevegem. Door concentratie van diverse bedrijven in één gebouw kan de schaarse
ruimte op bedrijventerreinen optimaal worden benut. In dit STEM-project wordt ook een markteconomische
studie uitgewerkt, die moet uitwijzen of de realisatie van een bedrijfsverzamelgebouw haalbaar is in Zuid-West-
Vlaanderen.

33
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Bedrijventerrein Delta (Kortrijk-Harelbeke-Zwevegem)

Ongetwijfeld de meest in het oog springende realisatie in de komende jaren wordt de ontwikkeling van het 84 ha
groot bedrijventerrein Delta. Dat bestaat uit drie aanpalende bedrijventerreinen langs de E17 op het grond-
gebied van Kortrijk, Harelbeke en Zwevegem en behoort tot een ruimer plangebied van zo’n 280 ha, waartoe
twee bestaande bedrijventerreinen (Kanaalzone en Kapel ter Bede) en enkele nog te ontwikkelen deelgebieden
(Keizerstraat en gedeelte Kapel ter Bede) behoren. Om dit plangebied te ontwikkelen, werd een publiek-private
samenwerking opgezet tussen enerzijds Kortrijk, Harelbeke en Zwevegem (met Leiedal als technische part-
ner) en anderzijds de Groep Koramic (als belangrijke grondeigenaar) en hun technische partner Wilma Project
Development. Voor het globale plangebied werd intussen een voorstel van ruimtelijk concept uitgewerkt; het
gedeelte van het bedrijventerrein Delta is op vandaag in voorbereiding.

Het bedrijventerrein Delta wordt ontwikkeld met een specifieke aandacht voor hoogwaardige aanleg, inrichting
en activiteiten. De doelgroep bestaat concreet uit bedrijven actief in lichte productie, bouw, transport en op-
slag (value added logistics), groothandel, zakelijke diensten gekoppeld aan productie, en consumptiegerichte
diensten ten behoeve van het bedrijventerrein. In een eerste fase zullen circa 40 ha bruto-oppervlakte van het
terrein gerealiseerd worden in Kortrijk en Harelbeke. Gehoopt wordt dat de infrastructuurwerken voor deze
fase medio 2005 van start kunnen gaan, zodat de gronden in de loop van 2006 op de markt kunnen komen.

Beneluxlaan Hoog-Kortrijk

Een tweede belangrijke ontwikkeling is de gemengde zone voor diensten en handel Beneluxlaan op Hoog-
Kortrijk. Deze zone vormt een belangrijke regionale ontwikkelingspool voor tertiaire activiteiten: diensten,
kantoren en handel. Na een lange en moeizame bestemmingsprocedure (o.m. door opeenvolgende hernemin-
gen van gewestplanwijzigingen) kan de concrete realisatie van dit terrein nu in het vooruitzicht worden gesteld.
Begin 2004 worden de infrastructuurwerken aanbesteed. De uitvoering van de terreinwerken wordt voorzien in
de zomer van 2004. Inmiddels zijn reeds onderhandelingen lopende voor de vestiging van grootschalige handel
(o.m. Decathlon) op een gedeelte van het terrein. De overige gronden worden gereserveerd voor kantoren en
diensten, als uitbreiding van het Kennedypark. De nieuwe vestiging van Amelior, opleidings- en adviescentrum
voor kwaliteitszorg en organisatiemanagement, wordt de pionier op dit nieuwe kantorenpark.

De dienstenzone Beneluxlaan wordt in twee fasen gereali-


seerd. De infrastructuurwerken voor de eerste fase, palend
aan het Kennedypark, worden begin 2004 aanbesteed.

34
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Spoorwegterminal LAR (Kortrijk-Menen)

In 2003 kon Leiedal het voorbereidende dossier afwerken voor de optimalisatie van de spoorwegterminal op
de LAR. Het transportcentrum LAR biedt sinds 1985 ondersteuning aan de belangrijke bedrijfsondersteunende
cluster van transport, opslag, expeditie en logistieke diensten. Op de bruto-oppervlakte van ruim 75 ha zijn
een 55-tal bedrijven gevestigd die actief zijn in de transport-logistieke sector. Daarbij speelt de spoorwegter-
minal voor de overslag van weg- naar spoorvervoer uiteraard een belangrijke rol. Wil deze spoorwegterminal
ook in de toekomst efficiënt blijven functioneren, vooral wat betreft de behandeling en het vervoer per spoor
van containers, dan zijn een betere infrastructuur en een uitbreiding noodzakelijk.

Enkele jaren geleden reeds besliste Leiedal om de spoorwegterminal te optimaliseren, in het bijzonder om een
spoorcontainerterminal aan te leggen. Op basis van een eerste concept heeft de intercommunale toen een
verkennend onderzoek uitgevoerd naar de commerciële en financiële haalbaarheid, met raadpleging van een
aantal belangrijke marktactoren. Rekening houdend met de conclusies daarvan werd het concept verder uit-
gediept en verfijnd. Het omvat o.m. de uitbreiding van de bestaande terminal aan weerszijden van de sporen
(voor de behandeling van containers aan de kant van de E17 en voor de behandeling van conventionele goede-
ren aan de kant van de LAR) en de aanleg van een geoptimaliseerde goederenkoer. Het infrastructuurdossier
voor deze werken is intussen ingediend voor bouwaanvraag.

Voor de exploitatie van de terminal zoekt Leiedal een professioneel bedrijf dat, op eigen verantwoordelijkheid
en onder welbepaalde voorwaarden, de organisatie, de werking en de ontwikkeling van de spoorcontainerter-
minal op zich neemt en dat instaat voor de containerbehandeling, zowel voor eigen containers als voor die van
derde klanten. De aanstelling van deze exploitant zal in 2004 gebeuren aan de hand van een publieke selec-
tieprocedure.

2.1.5 OVERZICHT VAN DE BEDRIJVENTERREINEN IN ONTWIKKELING OP 31/12/2003

(A) BEDRIJVENTERREINEN WAARVAN DE GRONDEN IN EIGENDOM ZIJN VAN LEIEDAL EN DIE BOUWRIJP BESCHIKBAAR ZIJN
(IN HA)

bouwrijp waarvan netto-


beschikbaar gereserveerd beschikbaar

REGIONALE EN LOKALE BEDRIJVENTERREINEN

Trekweg - Moen 7,4 -- 7,4

KMO-zone Esserstraat - Zwevegem 5,0 -- 5,0

KMO-zone Waterven - Bissegem-Heule 0,3 -- 0,3

Avelgem 1,5 0,3 1,2

Jagershoek II - Vichte 2,1 0,3 1,8

Spinnerijstraat - Moen (artisanale verkaveling) 1,2 -- 1,2

SUBTOTAAL 17,5 0,6 16,9

SPECIFIEKE BEDRIJVENTERREINEN

Transportcentrum LAR - Kortrijk-Menen 5,2 2,2 3,0

Vliegveld Wevelgem-Bissegem 2,7 0,0 2,7

SUBTOTAAL 7,9 2,2 5,7

ALGEMEEN TOTAAL 25,4 2,8 22,6

35
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

(B) BEDRIJVENTERREINEN IN REALISATIE, WAARBIJ LEIEDAL INSTAAT VOOR DE GRONDUITGIFTE (IN HA)

bruto- reeds nog te


oppervlakte verworven verwerven

REGIONALE EN LOKALE BEDRIJVENTERREINEN

Gullegem-Moorsele (uitbreiding) 49,0 46 3,0

Oude Spoorweg - Sint-Denijs 2,2 2,2 0

SUBTOTAAL 51,2 48,2 3,0

SPECIFIEKE BEDRIJVENTERREINEN

Beneluxlaan - Hoog-Kortrijk (eerste fase) 16,3 16,3 0

Beneluxlaan - Hoog-Kortrijk (tweede fase) 11,7 -- 11,7

SUBTOTAAL 28,0 16,3 11,7

ALGEMEEN TOTAAL 79,2 64,5 14,7

(C) BEDRIJVENTERREINEN DIE DOOR LEIEDAL WORDEN GEREALISEERD IN SAMENWERKING MET DE GRONDEIGENAAR (IN HA)

bruto-
oppervlakte

REGIONALE EN LOKALE BEDRIJVENTERREINEN

Delta - Kortrijk 40,0

Ter Donkt II - Deerlijk 12,5

SUBTOTAAL 52,5

SPECIFIEKE BEDRIJVENTERREINEN

Researchpark - Hoog-Kortrijk 10,0

SUBTOTAAL 10,0

ALGEMEEN TOTAAL 62,5

(D) BEDRIJVENTERREINEN VOORZIEN IN DE GEWESTPLANWIJZIGING VAN 10/11/1998, WAARVAN DE REALISATIE IN VOORBEREI-


DING IS (IN HA)

bruto-
oppervlakte

REGIONALE BEDRIJVENTERREINEN

Delta - Harelbeke 25

Delta - Zwevegem 19

ALGEMEEN TOTAAL 44

36
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.1.6 INVENTARIS VAN OPENBARE BEDRIJVENTERREINEN OP 31/12/2003

St. Eloois-Vijve

18 D E
26 Hulste
I
LENDELEDE Desselgem

Bavikhove WAREGEM
Beveren-Leie
22
F
Oost-Vlaanderen
HARELBEKE 17 G
KUURNE
2a
2b A
23 1
Gullegem Heule
21 DEERLIJK 8b
Moorsele 8a Vichte ANZEGEM
15
Bissegem 29
3 19 9
14 KORTRIJK Ingooigem
C WEVELGEM Kaster
5 10 Tiegem
30 27 31
MENEN 6
Marke Otegem
B 24 Kerkhove
4 ZWEVEGEM
25 Lauwe
Heestert Waarmaarde

13
Aalbeke 28 AVELGEM
Bellegem
Moen
Rekkem Rollegem 11
12
St. Denijs Outrijve

Bossuit
Hainaut
7
Kooigem
FRANCE Helkijn

SPIERE-HELKIJN 0 2 4 km

H
Spiere

BEDRIJVENTERREINEN LEIEDAL

BEDRIJVENTERREINEN ANDERE
Gepland of in realisatie bruto opp. Uitverkocht OPENBARE BESTUREN

1 Deerlijk: Ter Donkt II ca. 12,5 ha 15 Bissegem-Heule: Waterven A Deerlijk-Waregem: Nijverheidslaan


2b Gullegem-Moorsele (uitbreiding) ca. 50 ha 16 Deerlijk-Waregem: Breestraat B Menen: Grensland
3 Harelbeke: Deltapark ca. 26 ha 17 Deerlijk-Waregem C Menen-Oost
4 Kortrijk: Beneluxlaan ca. 32 ha 18 Desselgem D Waregem: Snepbeek
5 Kortrijk: Deltapark ca. 40 ha 2a Gullegem-Moorsele E Waregem: Bilkhage
6 Kortrijk: Researchpark ca. 10 ha 19 Harelbeke: De Blokken F Waregem: Brabantstraat
7 Sint-Denijs: Oude Spoorweg ca. 2 ha 20 Harelbeke: Kanaalzone G Waregem: Vijverdam
8b Vichte: Jagershoek (uitbreiding) ca. 8,6 ha 21 Harelbeke-Stasegem H Spiere-Helkijn: IJzeren Bareel
9 Zwevegem: Gaversstraat ca. 10 ha 22 Harelbeke: Vierschaar I Beveren-Leie: Ezelbeek
10 Zwevegem: Losschaert ca. 19 ha 23 Heule-Kuurne en Kuurne
24 Kortrijk: Kennedypark
25 Lauwe: artisanale zone
26 Lendelede: Spoelewielen
Bouwrijpe gronden beschikbaar 27 Marke: industriezone
28 Moen: Olieberg
11 Avelgem 8a Vichte: Jagershoek
12 Moen: Trekweg 29 Vichte: Mekeirleweg
13 Transportcentrum LAR 30 Wevelgem-Zuid
14 Wevelgem-Bissegem (Airport) 31 Zwevegem: Breemeers

37
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.1.7 INVENTARIS VAN DE DOOR LEIEDAL GEREALISEERDE BEDRIJVENTERREINEN OP 31/12/2003

Bedrijventerrein Aangekocht in m² Verkocht en Eerste Aantal


overgedragen in m² vestiging bedrijven

Aalbeke 23.411 -- -- --

Avelgem - niet watergebonden 422.508 338.991 1976 20

Avelgem - watergebonden 50.634 23.025

11.542 (3)

Bavikhove Vierschaar 43.673 43.673 1996 6

Bavikhove Westhoek 49.953 1.696 -- --

Bissegem-Heule Waterven 83.634 64.775 1999 19

1.236 (1) --

28 (2) --

Bossuit-Pottes 59.081 59.081 1964 4

Deerlijk Ter Donkt II -- -- -- --

Deerlijk-Waregem 453.589 446.942 1972 41

3.110 (1) 1.975 (2)

7.203 (1)

Desselgem 199.478 199.478 1979 12

Gullegem-Moorsele 959.560 959.560 1959 80

15 (4)

Gullegem-Moorsele 460.321 --
(uitbreiding)

Harelbeke De Blokken 32.168 32.168 1999 2

Harelbeke Delta -- -- -- --

Harelbeke Kanaalzone 166.375 166.375 1970 6

Harelbeke-Stasegem 856.557 856.557 1973 62

Heule-Kuurne en Kuurne 2.021.317 2.021.317 1962 158

Kerkhove 11.304 11.304 1978 1

Kortrijk Beneluxlaan 160.909 2.816 -- 1

Kortrijk Cannaertstraat 78.337 78.801 1999 2

Kortrijk Delta -- -- -- --

Kortrijk Kennedypark 302.288 302.288 1979 69

Kortrijk Researchpark -- -- -- --

Lauwe - Artisanale zone 32.329 32.329 1989 4

Transportcentrum LAR 759.619 413.170 1983 60

1.044 (3)

Lendelede Spoelewielen 55.951 55.315 1981 14

1.047 (1) 255 (1)

Marke Industriezone 34.208 34.208 1975 2

38
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Bedrijventerrein Aangekocht in m² Verkocht en Eerste Aantal


overgedragen in m² vestiging bedrijven

Moen Olieberg 34.322 12.321 1998 4

Moen Trekweg 149.727 74.280 1999 12

Rekkem 10.083 10.083 -- --

Sint-Denijs Oude Spoorweg 21.831 -- -- --

Vichte Mekeirleweg 57.579 57.579 1971 14

Vichte Jagershoek 91.536 91.536 1995 16

987 (1) --

Vichte Jagershoek II 58.453 17.808 2003 7

Wevelgem-Bissegem (Airport) 464.245 347.568 1969 44

5.887 (1)

5.987 (2)

Wevelgem-Zuid 733.847 733.847 1970 85

Zwevegem Breemeers 120.191 120.191 1980 14

Zwevegem Esserstraat 99.716 22.662 2002 8

Zwevegem Delta -- -- -- --

Totalen 9.158.734 7.631.744 767

6.380 (1) 13.345 (1)

28 (2) 7.962 (2)

12.586 (3)

15 (4)

(1) ondergrond (2) bovengrond (3) concessie (4) recht van opstal

De recent gerealiseerde
KMO-zone Waterven
in Bissegem-Heule.

39
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.1.8 OVERZICHT VAN DE GRONDTRANSACTIES OP BEDRIJVENTERREINEN IN 2003

Oppervlakte Aantal
in m² verrichtingen

Aankopen

Gullegem-Moorsele - 1/4 volle eigendom: 54.470 1


(uitbreiding)
- in volle eigendom: 8.302 2
Oude Spoorweg Sint-Denijs - minnelijk: 1.842 1
- gerechtelijk: 19.989 4
Beneluxlaan Hoog-Kortrijk 33.724 1

Verkopen en overdrachten openbaar domein

Trekweg Moen (overdracht openbaar domein) 25.319 1


Harelbeke-Stasegem (overdracht openbaar domein) 58 1
Harelbeke-Stasegem 47 1
Jagershoek II Vichte 17.783 7
Esserstraat Zwevegem 8.839 3
Transportcentrum LAR Kortrijk-Menen 2.801 1
Wevelgem-Bissegem Airport 16.327 4
Heule-Kuurne 3.670 1
Waterven Bissegem-Heule 2.944 2
Beneluxlaan Hoog-Kortrijk 2.816 1

Terugkopen

Waterven Bissegem-Heule 2.894 1

Via het PIAV-programma van


de Vlaamse overheid zal een
eerste stap gezet kunnen
worden voor de reconversie
(verduurzaming) van het
bedrijventerrein Heule-
Kuurne.

40
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.2 LOKAAL WOONBELEID

Krachtlijnen Beleidsplan 2002-2007

- De taakstelling van Leiedal op het vlak van lokaal woonbeleid was (nog) niet duidelijk gedefinieerd bij
de goedkeuring van het Beleidsplan 2002-2007. Als doelstelling werd bepaald dat de mogelijke rol en
taak van de intercommunale in de loop van 2002 zouden worden vastgelegd.
- De raad van bestuur van Leiedal besliste in 2002 dat de taakstelling inzake lokaal woonbeleid zal wor-
den aangepakt in integrale samenwerking met het provinciebestuur West-Vlaanderen, via de uitbouw
van een gemeenschappelijke “Regionale Cel Woonbeleid”.

2.2.1 PROMOTIE EN VERKOOP VAN BOUWGRONDEN

Leiedal verkocht in 2003 twee bouwkavels voor een totale oppervlakte van 739 m²: één kavel in de woonzone
Gasthuisweide in Kuurne en de eerste kavel in de verkaveling Spinnerijstraat in Moen. Hiermee realiseerde de
intercommunale een omzet van 53.232 euro.

1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003

Oppervlakte verkocht in 3,75 2,09 3,19 1,01 2,34 1,04 3,21 0,13 0,07
woonzones (ha)

Aantal kavels 52 19 35 20 14 7 29 3 2

Oppervlakte kavels (ha) 3,75 1,09 2,20 1,00 0,48 0,33 1,59 0,08 0,07

Oppervlakte andere -- 1,00 0,99 0,01 1,86 0,7 1,61 0,05 --


verkopen (ha)

2.2.2 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN PER WOONZONE

(A) AFWERKING VAN RECENT GEREALISEERDE WOONZONES

Gasthuisweide - Kuurne
- verkoop van 1 bouwkavel voor een totale oppervlakte van 232 m² (na verkoop van een woning gebouwd
door een projectontwikkelaar op de kavel in kwestie);
- overeenkomst afgesloten voor de laatste kavel - zone uitverkocht;
- algemene nazorg (o.m. adviseren bouwaanvragen).

Spinnerijstraat - Moen (Zwevegem)


- afwerking van de infrastructuurwerken door de NV Adyns uit Deerlijk;
- aanleg van de nutsleidingen;
- opstart verkoopspromotie;
- verkoop van de eerste kavel met een oppervlakte van 507 m².

(B) NIEUWE WOONZONES IN ONTWIKKELING

Ter Schabbe - Anzegem


- haalbaarheidsonderzoeken afgerond;
- BPA opgestart tot wijziging van de huidige bestemming ‘woonuitbreidingsgebied’ naar ‘woongebied’;
- aankoop van een eerste gedeelte van de zone (5.576 m²).

41
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Elektriciteitscentrale – Zwevegem (gedeelte woonzone)


- verkennend onderzoek uitgevoerd naar de commerciële en financiële haalbaarheid van het uitgewerkte con-
cept voor het gedeelte woongebied.

Waregemstraat – Vichte
- haalbaarheidsonderzoeken afgerond;
- opstart van de opmaak van het stedenbouwkundig concept;
- schattingsverslag ontvangen en onderhandelingen met eigenaars opgestart.

(C) PROSPECTIE VAN NIEUWE WOONZONES

In 2002 heeft Leiedal op vraag van het gemeentebestuur van Anzegem een snel verkennend onderzoek uitge-
voerd voor zeven gebieden die in het Gewestplan Kortrijk en/of in een BPA ingekleurd staan als woongebied.
Alle relevante basisinformatie omtrent de diverse ruimtelijke, milieu-technische, financiële en organisatorische
randvoorwaarden voor de realisatie werden verzameld. Daarnaast heeft de intercommunale gesprekken ge-
voerd met de eigenaars van de gronden in kwestie, om na te gaan welke mogelijke knelpunten de realisatie
kunnen verhinderen.

In 2003 heeft Leiedal gepoogd om de realisatie van drie van deze gebieden (Waregemstraat Vichte, Sint-
Antoniusstraat en Verrieststraat Ingooigem) op gang te brengen. Via de tussenkomst van het Comité tot
Aankoop werden onder meer de onderhandelingen voor de verwerving van de gronden opgestart.

Op vraag van de gemeente Kuurne werd in 2003 ook een snel verkennend onderzoek uitgevoerd naar de uit-
breidingsmogelijkheden van de verkaveling Gasthuisweide. Daartoe werden met alle eigenaars van de gronden
gesprekken gevoerd, om inzicht te verkrijgen in hun intenties en verwachtingen.

2.2.3 EVALUATIE

In 2002 heeft Leiedal slechts twee bouwkavels verkocht. Dat hoeft niet te verwonderen, aangezien de intercom-
munale op vandaag maar zeer weinig bouwrijpe gronden beschikbaar heeft in woonzones. Vorig jaar kon de
verkoopsovereenkomst voor de laatste bouwkavel in de Gasthuisweide in Kuurne worden afgesloten, zodat er
momenteel nog slechts één verkaveling in verkoop is, de gemengde verkaveling Spinnerijstraat in Moen. Naast
zes ‘klassieke’ bouwkavels, zijn er in deze zone ook negen kavels waarbij de mogelijkheid (en in sommige gevallen
zelfs de verplichting) bestaat om in de tuinstrook een klein ambachtelijk bedrijf of stapelplaatsen op te trekken.

Door het gebrek aan beschikbare gronden, het grote aantal private huisvestingsinitiatieven en de verminderde
vraag vanuit de aangesloten gemeenten kwamen de activiteiten rond verkavelingen, bouwgronden en woning-
bouw de laatste jaren wat op de achtergrond te staan. Recent hebben meerdere gemeenten evenwel opnieuw
de vraag gesteld dat Leiedal zich weer een stuk pro-actiever zou opstellen op het vlak van lokaal woonbeleid.
Vanuit een onderzoek dat in 2002 werd uitgevoerd naar de concrete verwachtingen van de gemeenten, werd
voorgesteld dat Leiedal deze taak zou aanpakken in integrale samenwerking met het provinciebestuur West-
Vlaanderen, in een gemeenschappelijke Regionale Cel Woonbeleid, met als taak de gemeenten maximaal te
ondersteunen bij de uitbouw van hun lokaal woonbeleid, gronden beschikbaar te maken (zowel planmatig als
op het terrein), de gemeenten te ondersteunen bij kwaliteitsvolle ruimtelijke ingrepen (projectmanagement,
procesbegeleiding) en waar mogelijk en wenselijk kleinschalige voorbeeldprojecten uit te werken.

In 2003 is de Regionale Cel Woonbeleid effectief van start gegaan. Er werden een gemeenschappelijke visie en
aanpak uitgewerkt en afgetoetst bij de betrokken gemeenten en organisaties, waaronder het Welzijnsconsortium
en het RISO. Deze verkenningsfase heeft geresulteerd in een concreet werkprogramma voor 2004, waarbij de
volgende basisopties in acht werden genomen:
- Er wordt gestart met de gemeenten binnen het “leefbaarheidsgebied Leie-Schelde”. Dat vormt immers het

42
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

prioritair aandachtsgebied voor het provinciebestuur, vanuit zijn recente “Leefbaarheidsonderzoek van dor-
pen tussen Leie en Schelde”. Eens op kruissnelheid kan de werking worden uitgebreid naar alle gemeenten
van het Kortrijkse.
- Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met de bestaande actoren op de lokale, sociale woonmarkt (bouwmaat-
schappijen, sociale verhuurkantoren, private initiatiefnemers). Leiedal noch het provinciebestuur willen in
de plaats treden van deze actoren. De rol van de Regionale Cel Woonbeleid is in de eerste plaats faciliterend
en regisserend.
- Leiedal neemt geen financiële investeringen op zich. Immobiliaire projectinvesteringen kunnen enkel mits
er uitzicht is op een “return-on-investment” of mits kostendekking door bijvoorbeeld de opdrachtgevende
gemeente.

Binnen de Regionale Cel Woonbeleid wordt gestart met


de gemeenten binnen het leefbaarheidsgebied Leie-
Schelde. Voor 2004 staat een potentieanalyse van
‘grijze woonsites’ op het programma (concentraties van
leegstaande, verouderde en verpauperde wooneenhe-
den).

2.2.4 INVENTARIS VAN DOOR LEIEDAL GEREALISEERDE WOONZONES OP 31/12/2003

Verkocht en Netto Aantal bouwkavels


Woonzone Aangekocht overgedragen verkoop-
baar zonder met totaal
ha a ca ha a ca (ha) woning woning

Aalbeke - Papeye 17 86 91 (1) 17 16 88 -- 121 -- 121


1 62

Anzegem - Heirweg 3 75 57 3 57 59 -- 22 -- 22

Anzegem - Ter Schabbe 55 76 --

Avelgem 5 50 78 5 46 80 -- 44 -- 44

Avelgem - Reigershof 2 48 67 2 48 28 -- 28 -- 28

Bavikhove - ‘t Koeksken 8 72 47 8 72 52 -- 32 -- 32

Bellegem - Zwingelweg 1 44 46 1 49 35 -- 13 -- 13

Desselgem - Leiekant 8 94 41 9 00 11 -- -- -- --

Gullegem - Ter Winkel 17 91 09 16 34 02 -- 48 16 64

Heestert - Centrum Zuid 1 74 82 1 76 50 -- 18 -- 18

Hulste - Ter Elst 10 45 14 10 49 40 -- 40 5 45

Kuurne - Gasthuisweide 1 55 49 1 48 55 0,12 32 -- 32

Lauwe - Schonekeer 4 83 88 4 82 17 -- 51 -- 51

Lendelede - Langemunte 14 04 26 14 04 27 -- 42 -- 42

Lendelede - ‘t Zaagske 5 38 41 5 66 10 -- 76 -- 76

43
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Verkocht en Netto Aantal bouwkavels


Woonzone Aangekocht overgedragen verkoop-
baar zonder met totaal
ha a ca ha a ca (ha) woning woning

Moen - Heestertstraat 1 92 33 1 92 33 -- 17 -- 17

Moen - Kanaalzone 1 37 86 1 50 35 -- 15 -- 15

Moen - Spinnerijstraat 17 66 5 07 0,31 1 -- 1

Moorsele - Overheule 17 80 62 16 53 93 -- 76 26 102

Rekkem - Dronckaertstraat 4 55 37 4 62 93 -- 45 -- 45

Rollegem 8 30 00 8 30 00 -- -- -- --

Sint-Denijs - Kooigemstraat 2 62 66 91 30 -- 11 -- 11
1,27 (2)

Spiere-Helkijn - Waterkeer 1 44 88 1 03 60 -- 18 -- 18

Vichte - Lendedreef 4 19 89 4 14 45 -- 49 6 55

Zwevegem - Kappaert 2 50 33 2 51 51 -- 29 -- 29

Zwevegem - Stedestraat 6 87 50 7 33 13 -- 92 16 108

Totalen 174 46 42 167 58 24 0,43 968 87 1.055

1 62 (1) 1,27 (2)

(1) ondergrond (2) niet uitgerust (geraamd)

2.2.5 OVERZICHT VAN DE GRONDTRANSACTIES IN WOONZONES IN 2003

Oppervlakte in m² Aantal verrichtingen

AANKOPEN
Ter Schabbe Anzegem 5.576 1

VERKOPEN EN OVERDRACHTEN OPENBAAR DOMEIN


Spinnerijstraat Moen 507 1
Gasthuisweide Kuurne 232 1

In 2003 kon Leiedal de verkoopsovereenkomst


afsluiten voor de laatste beschikbare bouwkavel
in de woonzone Gasthuisweide in Kuurne. De in-
tercommunale heeft tevens een snel verkennend
onderzoek uitgevoerd naar de uitbreidingsmoge-
lijkheden van deze verkaveling.

44
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.3 INBREIDING EN HERBESTEMMING

Krachtlijnen Beleidsplan 2002-2007

- Vormt een “groeimarkt” voor Leiedal:


° er is een duidelijke vraag vanuit de aangesloten gemeenten;
° het betreft complexe, financieel risicovolle projecten; de private sector is dan ook minder geneigd
om deze projecten aan te pakken.
- Opmaak van een dynamische inventaris van verlaten panden en sites, samen met de gemeenten.
- Financieel afsprakenkader met de betrokken gemeenten: per project een overeenkomst.
- Nadruk op:
° opbouwen van de vereiste knowhow;
° realisatie en/of begeleiding van een aantal projecten.

2.3.1 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN PER PROJECT

(A) AFWERKING VAN LOPENDE PROJECTEN

Site Ovelacq - Deerlijk


- algemene nazorg, o.m. opvolging problematiek gemene muur aanpalende buur (gerechtelijke procedure).

Site Vetex - Kortrijk


- algemene nazorg site;
- verdere opvolging van de bodemsaneringswerken die uitgevoerd worden in opdracht en voor rekening van
de voormalige eigenaar, de nv Vetex;
- opvolging van de goedkeuring van de eindafrekening en de uitbetaling van het saldo van de subsidies door
de Vlaamse Administratie.

(B) NIEUWE PROJECTEN IN VOORBEREIDING

Elektriciteitscentrale Zwevegem
- begeleiding ontwerpweek met internationaal team van jonge ontwerpers - uitwerking van voorstellen voor
de ruimtelijke ontwikkeling van de site;
- toetsing van de diverse ontwikkelingsrichtingen bij de markt en het beleid;
- begeleiding gemeente Zwevegem bij uitwerken STEM-projectvoorstel (in kader van streekeigen manage-
ment Vlaamse overheid);
- indiening Interreg-IIIA-projectvoorstel ‘RECONVER BEL-FRA-NOR’: samenwerking met partners rond pro-
ject Motte-Cordonnier in Armentières;
- verkennend onderzoek naar de commerciële en financiële haalbaarheid van het uitgewerkte concept voor
het gedeelte woongebied;
- principiële beslissing raad van bestuur Leiedal tot verwerving van de gronden palend aan de elektriciteitscen-
trale, in het licht van de realisatie van een woonproject;
- (zie ook bij ‘Stedenbouw’).

(C) PROSPECTIE VAN NIEUWE PROJECTEN: SNEL VERKENNENDE ONDERZOEKEN

Analoog aan de aanpak bij woonprojecten, heeft Leiedal vroeger reeds een methodiek op punt gesteld voor de
ontwikkeling van nieuwe inbreidings- en herbestemmingsprojecten, om op die manier beter tegemoet te kun-
nen komen aan de vragen en de verwachtingen van de aangesloten gemeenten. Een eerste stap in dit proces
bestaat uit de uitvoering van een snel verkennend onderzoek naar de haalbaarheid van een project. Steeds

45
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

meer gemeenten doen een beroep op Leiedal om zo’n onderzoek uit te voeren voor al dan niet leegstaande
sites waarvan onduidelijkheid bestaat naar de herbestemmingsmogelijkheden.

In 2003 hebben de clusters ‘immobiliaire projectontwikkeling’ en ‘stedenbouwkundig ontwerp en advies’ derge-


lijke snel verkennende onderzoeken gevoerd voor verschillende mogelijke projecten, op vraag van de betrok-
ken gemeenten of op initiatief van Leiedal.

Site Bekaert (Zwevegem)


De gemeente Zwevegem vroeg Leiedal om de mogelijkheden van de kantoorgebouwen en bijbehorende gron-
den van Bekaert langs de Blokkestraat te bestuderen. Dit snel verkennend onderzoek, dat eind 2003 werd
afgerond, belicht voornamelijk de financiële mogelijkheden en gevolgen van enkele scenario’s, waarin telkens
een gemengde realisatie wordt voorgesteld: wonen, werken en recreatie. Het onderzoek kan de basis vormen
voor eventuele verdere haalbaarheidsstudies.

Site Dendauw (Otegem)


Ook voor de site Dendauw, gelegen in de kern van Otegem, vroeg de gemeente Zwevegem aan Leiedal om de
herbestemmingsmogelijkheden in kaart te brengen. In het Gewestplan Kortrijk staat de site deels ingekleurd
als woongebied, als woonuitbreidingsgebied en als gebied voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s. Op de
gronden bevinden zich woningen, bedrijfsgebouwen en schuren. Een ander deel is braakliggend. In het snel
verkennend onderzoek heeft de intercommunale een aantal scenario’s voor realisatie voorgesteld, waarop het
gemeentebestuur zich in een volgende fase kan baseren.

Openluchtzwembad Spiere-Helkijn
De gemeente Spiere-Helkijn vroeg Leiedal om de ontwikkelingsmogelijkheden te bestuderen van het open-
luchtzwembad langs de Schelde en zijn onmiddellijke omgeving. Vanuit een analyse van de stedenbouwkun-
dige en technische basisgegevens werden diverse mogelijke scenario’s uitgewerkt, rekening houdend met de
toegankelijkheid en de landschappelijke inkleding en met opgave van de noodzakelijke randvoorwaarden: van
een private invulling (woningen, kantoren), via een publiek-private invulling (bivakplaats, café-restaurant, etc.)
tot een publieke invulling (natuureducatief centrum, museum) of een combinatie daarvan.

Leiedal heeft in 2003 een


aantal ontwikkelingssce-
nario’s uitgewerkt voor het
voormalige openluchtzwem-
bad in Spiere, rekening hou-
dend met de toegankelijk-
heid en de landschappelijke
inkleding.

46
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Op vraag van de stad Kortrijk en de Stedelijke Woonregie heeft Leiedal diverse scenario’s uitgetekend voor de ziekenhuiscam-
pus aan de Loofstraat, met een gefaseerd tijdsverloop voor de verdere ontwikkeling van de site.

Ziekenhuis AZ Groeninge - Campus Maria’s Voorzienigheid (Kortrijk)


Op vraag van de stad Kortrijk en de Stedelijke Woonregie werd een verkennend onderzoek uitgevoerd naar de
toekomstige ontwikkelingsmogelijkheden van deze ziekenhuiscampus, met als aanleiding de eventuele verkoop
van een aantal woningen langs de Doorniksewijk. Er werden enkele ontwikkelingsscenario’s uitgewerkt voor
het hele terrein, met een gefaseerd tijdsverloop voor de verkoop van de woningen en de verdere ontwikke-
ling van het ziekenhuis. In een tweede fase stelde Leiedal een verkoopsdossier op voor de woningen langs de
Doorniksewijk.

OCMW-gebouwen Vichte
Een snel verkennend onderzoek dat Leiedal in 2002 uitvoerde naar de herbestemming van enkele oude OCMW-
gebouwen in Vichte, bracht enkele potenties en knelpunten aan het licht voor de ruimere omgeving. Dat gaf
aanleiding tot de opmaak van het BPA Vichte nr. 18 - ‘Roodkapje’, dat de realisatie beoogt van reconversie- en
wooninbreidingsprojecten in het centrum van Vichte. Op die manier zullen enkele oude, leegstaande bedrijfs-
panden op een strategische plaats in de kern van Vichte vervangen kunnen worden door kwaliteitsvolle wonin-
gen, analoog aan de aanpak van de oude Bekaert-site in Vichte.

Huisvesting OCMW Deerlijk


Op vraag van het OCMW van Deerlijk heeft de intercommunale de huisvestingsmogelijkheden van de OCMW-
diensten onderzocht, met als doel inzicht te verkrijgen in de mogelijkheden van de toekomstige kantooruitbrei-
ding en met het oog op een rationeel investeringsbeleid en een gefaseerde realisatie. Er werden vier ruimte-
lijke scenario’s uitgewerkt, gaande van de minst ingrijpende variante tot de volledige afbraak en de ontwikke-
ling van een nieuw project. Elk scenario werd opgebouwd als een schematisch model, elk met zijn financiële
consequenties en met de mogelijkheid tot onderlinge combinaties.

Site Bruvatex (Heule)


Voor de site Bruvatex aan de Warandestraat in Heule heeft Leiedal op eigen initiatief een snel verkennend
onderzoek uitgevoerd. Hier werden de herbestemmingsmogelijkheden van deze voormalige textielfabriek be-
keken, maar die bleken omwille van de hoge vraagprijs en de aanwezige bodemvervuiling financieel onhaalbaar
te zijn. Intussen werd de eigendom verkocht aan een ander Heuls bedrijf.

47
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Site Lindelaan (Zwevegem)


Op de site Lindelaan in Zwevegem bevinden zich zowel oude bedrijfsgebouwen als vervallen woningen. Gezien
het geheel een onverzorgde en vervallen indruk nalaat in een anders fraaie woonwijk, zou het gemeentebe-
stuur van Zwevegem op deze gronden graag een herbestemmingsproject gerealiseerd zien. De eigenaar heeft
het geheel via een private vastgoedmakelaar te koop gesteld. Er is momenteel evenwel nog geen zekerheid
omtrent de bodemgesteldheid van de site. Het gemeentebestuur heeft de eigendom intussen opgenomen in
de inventaris van verwaarloosde bedrijfsgebouwen en woningen.

Site Ververij Groeninghe - Portus (Harelbeke)


Na het faillissement van het zittende bedrijf wenste de eigenaar van de gebouwen het volledige industriële
complex te verkopen. Daarbij werd aan Leiedal de vraag gesteld om het pand ook op te nemen in het overige
aanbod aan gronden. De site biedt zowel mogelijkheden voor een woonproject als voor bedrijfsvestiging. De
intercommunale maakte een financiële raming op, om voor het geheel een haalbare prijs naar voor te kunnen
brengen.

2.3.2 EVALUATIE

In 2003 heeft de intercommunale de bodemsaneringswerken op de Vetex-site in Kortrijk verder opgevolgd, in


het licht van de uiteindelijke overdracht van de site aan de Stedelijke Woonregie van Kortrijk, voor de reali-
satie van het geplande stedelijke project. Deze saneringswerken konden vorig jaar evenwel nog niet worden
afgerond. De sanering van verontreinigd grondwater is dan ook een proces van zeer lange duur. Eens te meer
blijkt dat de reconversie van verlaten bedrijfspanden complex, financieel risicovol en van lange duur is.

Nochtans blijft de begeleiding van complexe inbreidings- en herbestemmingsprojecten voor Leiedal een be-
langrijke uitdaging voor de toekomst. De jongste jaren doen steeds meer gemeenten een beroep op de
intercommunale om een snel verkennend onderzoek en/of een haalbaarheidsonderzoek uit te voeren voor
dergelijke projecten. In een groot aantal gemeenten zijn diverse sites in onbruik geraakt - sites die omwille
van milieuhygiënische, ruimtelijke of technische redenen veelal niet meer in aanmerking komen voor hun oor-
spronkelijke (veelal economische) functie. De methodiek van de snel verkennende onderzoeken biedt hierbij
een hanteerbaar kader om op korte termijn zicht te krijgen op de potenties van de site in kwestie en de finan-
ciële consequenties van de herbestemming. Een verregaande samenwerking tussen de clusters ‘immobiliaire
projectontwikkeling’ en ‘stedenbouwkundig ontwerp en advies’ garandeert telkens geïntegreerde adviezen, die
rekening houden met alle vereiste randvoorwaarden.

De uitvoering van haalbaarheidsonderzoeken voor herbestemmingsprojecten is een van de opdrachten die


vrijwel alle aangesloten gemeenten eind 2003 in exclusiviteit hebben toevertrouwd aan Leiedal. Er mag dan
ook verwacht worden dat het aantal opdrachten in die sfeer in de toekomst verder zal stijgen.

2.3.3 INVENTARIS VAN HERBESTEMMINGSPROJECTEN OP 31/12/2003

Herbestemmingsproject Aangekocht Verkocht en overgedragen


ha a ca ha a ca

Deerlijk - Ovelacq 31 40 29 82

Kortrijk - Vetex 2 33 91 11 29

Totalen 2 65 31 41 11

48
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.4 LOKALE EN REGIONALE ECONOMIE

Krachtlijnen Beleidsplan 2002-2007

- Bij de goedkeuring van het Beleidsplan 2002-2007 werd (nog) geen precieze taakstelling opgenomen
voor Leiedal inzake lokale en regionale economie.
- De mogelijke taken van Leiedal dienden onderzocht in twee werkgroepen:
° inzake lokale economie: een intergemeentelijke werkgroep met schepenen en functionarissen, in
samenwerking met het provinciebestuur West-Vlaanderen;
° inzake regionale economie: een werkgroep met vertegenwoordigers van GOM West-Vlaanderen,
Kamer voor Handel en Nijverheid, Unizo, REBAK, gemeenten, Provincie West-Vlaanderen.

2.4.1 INTERGEMEENTELIJKE WERKGROEP LOKALE ECONOMIE

De afgelopen jaren is lokale economie een belangrijk beleidsthema geworden voor de gemeenten. Zij wensen
steeds meer eigen economische accenten te leggen en hebben daarvoor veelal een schepen en/of een amb-
tenaar lokale economie aangesteld. Leiedal wil haar aangesloten gemeenten ondersteunen bij de uitbouw
van hun lokaal-economische beleid. In 2002 heeft de intercommunale daarom samen met de Provincie West-
Vlaanderen een intergemeentelijke werkgroep opgericht voor de schepenen en functionarissen bevoegd voor
lokale economie.

De doelstelling bestaat erin een forum te creëren waar Leiedal en het provinciebestuur relevante beschikbare
informatie kunnen doorgeven aan de gemeenten en waar nuttige ervaringen onderling uitgewisseld kunnen
worden. Het is de bedoeling dat de werkgroep uitgroeit tot een referentiegroep voor lokaal-economische
thema’s. Daarom wordt in nauwe relatie gewerkt met de economische wereld (GOM West-Vlaanderen, Kamer
voor Handel en Nijverheid, Unizo, etc.). In 2003 kwam de werkgroep drie keer samen. Daarbij kwamen o.m.
de volgende thema’s aan bod:
- de werking van het KMO-loket in Ronse;
- de ondersteuning van brownfield-ontwikkeling voor de gemeenten in het kader van de samenwerkingsover-
eenkomst milieu;
- het geactualiseerde streekcharter van het streekplatform REBAK;
- de problematiek van leegstand in commerciële centra en van wonen boven winkels;
- het provinciale project “Aanspreekpunt Lokale Economie”.

2.4.2 VERSCHUIVINGEN IN HET SUBREGIONALE ECONOMISCHE LANDSCHAP

Tussen december 2001 en april 2003 hebben de Vlaamse overheid, de provincies en de gemeenten het zogehe-
ten kerntakendebat gevoerd. Dit debat had als doel het binnenlands bestuur in Vlaanderen zo goed mogelijk te
organiseren door een duidelijke verdeling van bevoegdheden en taken tussen de drie democratisch verkozen be-
stuursniveaus. Eind april 2003 mondde het kerntakendebat uit in een bestuursakkoord, dat belangrijke gevolgen
heeft o.m. voor de organisatie van het sociaal-economisch overleg op subregionaal niveau. Dat zou voortaan
worden uitgebouwd volgens het model dat al langer op het Vlaamse niveau bestaat met SERV en VESOC.

De besluiten van het kerntakendebat inzake economie en werkgelegenheid zijn er vooral op gericht om bin-
nen de streek een betere afstemming te krijgen tussen het economische beleid en het werkgelegenheidsbe-
leid van de drie overheidsniveaus. Concreet worden de bestaande instrumenten (subregionale tewerkstel-
lingscomités, streekplatformen) beter op elkaar afgestemd en zelfs geïntegreerd in één Erkend Regionaal
Samenwerkingsverband (ERSV). Dit ERSV bestaat uit zijn beurt uit diverse deelstructuren: de SERR’s en de
RESOC’s. In de SERR (Sociaal-Economische Raad voor de Regio) ontmoeten de werkgevers en de werkne-
mers elkaar. In het RESOC (Regionaal Economisch en Sociaal Overlegcomité) overleggen de werkgevers en

49
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

de werknemers met de lokale overheden (gemeenten en provincies) en andere levende krachten uit de streek.
Intussen staat het ontwerpdecreet op de erkende regionale samenwerkingsverbanden op de parlementaire
agenda. Tegelijk heeft Vlaams minister Renaat Landuyt de voorbereiding van deze hervormingen op het ter-
rein opgestart, met de Provincie West-Vlaanderen als pilootprovincie (afbakening van streken, vastleggen van
middelen en personeelskader).

Leiedal heeft deze werkzaamheden in 2003 van dichtbij opgevolgd. Op vandaag ziet het er naar uit dat er in
West-Vlaanderen vier SERR’s en vijf RESOC’s zullen komen, met een aparte SERR en een apart RESOC voor
het arrondissement Kortrijk. De zetelverdeling in het RESOC zou er als volgt uit zien: acht mandaten voor de
werkgevers, acht voor de werknemers en acht voor de openbare besturen (hetzij vier voor het provinciebestuur
en vier voor de lokale besturen). Daarnaast is er in het RESOC ook ruimte voor andere levende krachten uit de
streek. Het spreekt voor zich dat in deze samenstelling van het RESOC in het arrondissement Kortrijk, vooral
wat betreft de gemeentelijke mandaten, een belangrijke uitdaging schuilt voor de gemeenten, met name om
tot een aanvaarde, gedragen afvaardiging te komen in deze structuur die zo’n strategische rol vervult voor de
streek. Hier kan een belangrijke taak weggelegd zijn voor Leiedal, als eerste forum voor afstemming van alle
betrokken gemeenten bij dit streekoverleg.

2.4.3 NAAR EEN STRATEGISCH PLAN VOOR DE ZUID-WEST-VLAAMSE ECONOMIE

De laatste jaren kwam de industrie in Zuid-West-Vlaanderen onder zware druk te staan met sluitingen, falingen,
herstructureringen, delokalisaties en met de afbouw van werkgelegenheid tot gevolg. Geconfronteerd met deze
ongunstige ontwikkelingen heeft het streekplatform REBAK, in samenwerking met Leiedal, het initiatief genomen
om een denkproces te starten voor de opmaak van een streekstrategie voor de Zuid-West-Vlaamse economie en
industrie. Als aanzet tot dit strategische denkproces werd beslist om een grondige analyse te laten uitvoeren over
de economische situatie van de regio. Deze studie werd uitgevoerd door Prof. Wim Vanhaverbeke, Dr. Peter Cabus
en Filip Meuris. Voor de inhoudelijke input werden een dertigtal ervaringsdeskundigen samengebracht in een
denkgroep: bedrijfsleiders, sociale partners, deskundigen uit het hoger onderwijs, innovatiedeskundigen, etc.

Uit de analyse, die in juni 2003 werd afgewerkt en voorgesteld aan de strategische denkgroep, kwamen een
aantal gunstige en minder gunstige vaststellingen naar boven over de Zuid-West-Vlaamse economie. Die leid-
den alleszins tot het besef dat de regio actief moet inspelen op de kansen die de economische ontwikkelingen
bieden. Om dat doelgericht te kunnen doen, werden zes sleutelsectoren gedefinieerd voor verder analyse, op
basis van streekspecialisatie en omwille van hun belang voor de regio:
- textiel;
- houtverwerking en meubels;
- bouw en aanverwante sectoren;
- machinebouw en gereedschappen;
- groothandel en distributie;
- zakelijke diensten (software, personeelsselectie, bedrijfsadvies).

In elk van deze sleutelsectoren werd in december 2003 een enquête georganiseerd. Daarbij werden in totaal
124 bedrijven gepolst naar samenwerking en netwerking, opleiding en vacatures, innovatie en ontwikkeling,
concurrentiële positionering, attitude bij werknemers, samenwerking met Noord-Frankrijk en het streekimago.
Tevens werd er gepeild naar de kritische succesfactoren, de belangrijkste sterkten en zwakten van de lokale
economie en de belangrijkste bedreigingen en opportuniteiten die zich in de toekomst zullen aanbieden.

Voor iedere sleutelsector zal nu een gesprekstafel georganiseerd worden, met als doel de resultaten van de
enquête verder uit te diepen en na te denken over de mogelijke initiatieven binnen een streekstrategie. De
aanbreng vanuit de enquête en de gesprekstafels zal de aanzet vormen voor de verdere aanpak in 2004, met
het oog op de opmaak van een nieuw strategisch plan en een concreet actieprogramma gericht op een econo-
mische relance van de Zuid-West-Vlaamse regio.

50
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.5 STEDENBOUW

Krachtlijnen Beleidsplan 2002-2007

- Basisdienstverlening: eerstelijnszorg ten aanzien van de gemeenten bij de opmaak van alle steden-
bouwkundige plannen.
- Uit te bouwen specialiteiten:
° deeldomeinen binnen stedenbouw waar nood is aan langetermijnvisie en continuïteit (structuur-
planning);
° projectmanagement van complexe projecten;
° ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s, PRUP’s, GRUP’s).
- Specifieke aandacht voor:
° de integratie van de lokale en regionale visie in plannen van andere niveaus;
° begeleiding van de gemeenten bij de uitbouw van hun stedenbouwkundige dienst (vorming, uitwis-
seling stedenbouwkundige ambtenaren, etc.);
° optimaliseren van de interne werking (kwaliteit, efficiëntie).

2.5.1 RUIMTELIJKE VISIEVORMING

(A) GEMEENTELIJKE RUIMTELIJKE STRUCTUURPLANNEN

2003 was voor een groot aantal gemeenten in het arrondissement Kortrijk het jaar van een ver doorgedreven
communicatie omtrent het schets- en voorontwerp van hun gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Daarbij
konden heel wat visies op de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van de gemeenten bediscussieerd en scherp
gesteld worden.

In 2003 werden acht structuurplannen besproken in een structureel overleg met de Provincie West-Vlaanderen
en de Vlaamse overheden. Daarbij wordt het gemeentelijk structuurplan afgestemd op het Ruimtelijk
Structuurplan Vlaanderen en het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan.

Daarnaast hebben de meeste gemeenten vorig jaar ook alle betrokkenen ruim geconsulteerd. Zo hebben
Harelbeke en Lendelede overleg georganiseerd met hun aangrenzende gemeenten, ook buiten het arrondisse-
ment. In de stuurgroepen van alle gemeenten werd het structuurplan getoetst bij de verschillende maatschap-
pelijke sectoren. Bovendien werden in diverse gemeenten, waaronder Avelgem, Harelbeke, Kuurne, Lendelede,
Menen, Spiere-Helkijn, Wevelgem en Zwevegem, inspraakvergaderingen georganiseerd voor de bevolking. Zo
ontstaat een breed maatschappelijk draagvlak, waarbij de inwoners de ruimtelijke toekomstplannen van hun
gemeentebestuur mee kunnen sturen.

Dankzij deze talloze reflectiemomenten mogen de voorontwerpen die Leiedal reeds heeft opgesteld, beschouwd
worden als goed uitgewerkte, heldere documenten. Na beperkte aanpassing van de voorontwerpen zal elke aan-
gesloten gemeente, in navolging van Zwevegem en Avelgem, in 2004 de formele procedure kunnen opstarten.

In 2003 hebben de meeste gemeentebesturen expliciet een aantal kortetermijnacties en -maatregelen gese-
lecteerd voor de realisatie van de gewenste ruimtelijke structuur. Reeds gekende projecten werden bevestigd,
zoals de problematiek van zonevreemde constructies, maar ook nieuwe ruimtelijke accenten en visies werden
naar voor geschoven in het bindende gedeelte van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Op die manier
zijn reeds een aantal sleutelprojecten gekend en kan in de komende jaren verder gewerkt worden aan de ruim-
telijke kwaliteit van de Kortrijkse regio.

51
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Overzichtstabel: status gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen eind 2003

Voorontwerp
Structureel
Procesnota

Hypothese
Gemeente

gewenste
Startnota

structuur

Ontwerp
ontwerp
Schets-

overleg
Anzegem £ £ £ ¢ ¢

Avelgem £ £ £ ¢ ¢ ¢ ¢

Deerlijk £ £ £ ¢ ¢

Harelbeke £ £ £ ¢ ¢

Kortrijk £ £ £ ¢

Kuurne £ £ ¢ ¢ ¢

Lendelede £ £ £ ¢ ¢ ¢

Menen £ £ ¢ ¢

Spiere-Helkijn £ £ ¢ ¢ ¢

Waregem £ £ ¢ ¢

Wevelgem £ £ £ ¢

Zwevegem £ £ £ £ ¢ ¢ ¢

£ vroegere procedurestap ¢ procedurestap in 2003

Communicatie en planningsproces in functie van de formele procedure

In 2003 hebben Zwevegem en Avelgem de formele procedure in het structuurplanningsproces kunnen opstar-
ten. Deze procedure begint met een plenaire vergadering, waarop de diverse hogere besturen bevoegd voor
ruimtelijke ordening (Provinciale Planologische Dienst, AROHM Brussel en ROHM Afdeling Brugge) hun formeel
advies uitbrengen bij het voorontwerp van het gemeentelijk structuurplan. Aangezien het structuurplan van
beide gemeenten vooraf reeds twee keer was bespoken in een structureel overleg, kon deze fase vrij vlot
verlopen. Vervolgens werd ook aan de GECORO’s van beide gemeenten (de gemeentelijke commissie voor
ruimtelijke ordening) advies gevraagd bij het voorontwerp.

Vervolgens kon -zowel in Avelgem als in Zwevegem- het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk structuurplan
voorlopig worden vastgesteld door de gemeenteraad, waarna het openbaar onderzoek werd opgestart. Tijdens
dit openbaar onderzoek, dat 90 dagen in beslag neemt, kunnen zowel de inwoners als de naburige Vlaamse
gemeenten en provincies hun adviezen, opmerkingen en bezwaren overmaken. Ook de Bestendige Deputatie
van de Provincie West-Vlaanderen brengt -na raadpleging van de PROCORO, de provinciale commissie voor
ruimtelijke ordening- haar advies uit op het ontwerp van gemeentelijk structuurplan.

De GECORO heeft de belangrijke taak om alle adviezen, bezwaren en opmerkingen te bundelen en te coör-
dineren en om een gemotiveerd advies uit te brengen aan de gemeenteraad, die het structuurplan ten slotte
definitief vast kan stellen. Zwevegem en Avelgem kijken in 2004 alvast hoopvol uit naar de finale goedkeu-
ring van hun ruimtelijke structuurplannen door het provinciebestuur West-Vlaanderen. In 2004 blijft het voor
Leiedal een absolute prioriteit om ook de andere gemeenten te begeleiden in de belangrijkste stappen van deze
formele procedure.

52
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Intergemeentelijk en grensoverschrijdend overleg

In diverse gemeenten werden intergemeentelijke overlegvergaderingen georganiseerd, om de opties die bin-


nen de respectievelijke gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen worden genomen, maximaal op elkaar af
te stemmen. De stad Menen heeft dit overleg ruim opgevat: ook de Franse buurgemeenten werden geregeld
uitgenodigd om mee te denken over het gemeentelijk structuurplan.

Daarnaast werd op initiatief van de LMCU en de GPCI administratief overleg georganiseerd over het “Plan Local
d’Urbanisme” (PLU) voor Lille Métropole. Ook Leiedal nam aan dit overleg deel. Belangrijke knelpunten werden
in overleg met de stad Menen in een vooradvies kenbaar gemaakt aan de LMCU. Tevens werd afgesproken dat
er tijdens het openbaar onderzoek bij het PLU in 2004 een officieel advies ingediend zal worden, in coördinatie
met de stad Menen, het provinciebestuur West-Vlaanderen en de intercommunales Leiedal en wvi.

Gemeentelijke structuurplannen als keerpunt

De uiteindelijke goedkeuring van de gemeentelijk ruimtelijke structuurplannen zal geen eindpunt vormen, maar
een belangrijk keerpunt voor het lokale ruimtelijke beleid. Als de gemeenten ook aan vier andere voorwaarden
zullen voldoen (met name beschikken over een plannenregister, een vergunningenregister, een register van
onbebouwde percelen en een gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar), zullen zij immers zelf kunnen in-
staan voor het vergunningenbeleid. Het ruimtelijk structuurplan moet ook een algemeen beleidskader bieden
voor het uitwerken van ruimtelijke uitvoeringsplannen, verordeningen en andere maatregelen en acties. In die
zin vormt het structuurplan een strategisch beleidsdocument dat de prioriteiten van het ruimtelijk beleid van
de gemeenten in de komende jaren op het terrein zichtbaar kan maken.

(B) VISIEVORMING OP REGIONAAL NIVEAU

Beeld van de streek

Bij de opmaak van de gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen van de twaalf gemeenten van het arrondis-
sement Kortrijk bleek al snel dat er nood was aan een sterke samenhang tussen de verschillende plannen, om
ze als één geheel te kunnen laten functioneren op streekniveau. Om bij de herziening van de gemeentelijke
structuurplannen in de toekomst een geïntegreerde visie op de streek te kunnen incorporeren, heeft Leiedal
het project “beeld van de streek” opgezet, samen met Prof. Bruno De Meulder (OSA+, KU Leuven).

Het ontwikkelingsconcept voor de landschapsopbouw, waaraan Leiedal samen met Prof. Bruno De Meulder werkt, gaat uit van
een morfologische beschrijving van de ontstaansgeschiedenis van het landschap tussen de Leie en de Schelde.

53
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Dit “beeld van de streek” spitst zich toe op twee thema’s die gemeentegrensoverschrijdend én streekbepa-
lend zijn: landschap en mobiliteit. Momenteel komt het thema landschap aan bod. In een eerste fase gaat
de aandacht uit naar het interfluvium tussen de Leie en de Schelde -vanuit landschappelijk oogpunt het meest
waardevolle gebied van het arrondissement Kortrijk- maar het is de bedoeling dat de methodiek later ook toe-
gepast kan worden op andere delen van het arrondissement. Vanuit een analyse van de werkzame krachten
en de opportuniteiten in het interfluvium (landbouw, kleiontginningen, erosiebestrijding, etc.) wordt een ont-
wikkelingsconcept voor landschapsopbouw opgesteld. Op die manier vormt het landschap geen zelfstandig te
verwezenlijken product, maar is het onlosmakelijk verbonden met al wat zich op het terrein voordoet. In 2004
wordt het ontwerpend onderzoek afgerond en kan een discussienota gepresenteerd worden.

Vlas Vegas en Dexas

Leiedal streeft er ook naar om het stedenbouwkundig onderzoek over de Kortrijkse regio te stimuleren. Daarom
heeft de intercommunale in 2003 de studenten van de GGS-opleiding in Stedenbouw en Ruimtelijke Ordening
(KU Leuven) verzocht om een eindwerk te maken over het arrondissement Kortrijk. Uit hun analyse bleek
dat de onduidelijke stedenbouwkundige structuur, de informele aanpak en communicatie, en een gebrek aan
stedenbouwkundig beleid op streekniveau bijdragen tot een negatief extern imago. Hun werk bestond er dan
ook in hoofdzaak uit om mogelijkheden te zoeken om dit negatieve imago van de Kortrijkse regio om te buigen.
Dat gebeurde aan de hand van een pleitplan, waarin een aantal radicale stellingen geponeerd worden, met als
hoofddoel om de betrokkenen te wijzen op belangrijke potenties.

De eerste groep focuste zich vooral op de E17 als belangrijke ontwikkelingsband, waaraan diverse vormen van
kwalitatieve bedrijventerreinen werden gekoppeld. Hun project, dat de naam “Dexas” (duurzaam Texas) mee-
kreeg, wil het imago van de streek als economisch knooppunt verbeteren, om op die manier investeringen van
buitenaf aan te trekken. De tweede groep, met als werknaam “Vlas Vegas”, mikte veeleer op de creatie van
een kwaliteitslabel voor de Kortrijkse regio. Een fictief streekorgaan beoordeelt elk project met een regionale
impact en kan er het “Vlas Vegas”-label aan toekennen. Dat label staat dan garant voor de kwalitatieve aan-
pak en meerwaarde van het project. Deze aanpak heeft in het verleden reeds zijn deugdelijkheid bewezen in
het buitenland, bijvoorbeeld bij het IBA Emsher Park in het Duitse Ruhrgebied. Dergelijke oefeningen bieden
inzicht in de manier waarop buitenstaanders de Kortrijkse regio ervaren en vormen tevens een stimulans om in
de streek nieuwe, experimentele vormen van planning te ontwikkelen.

In de “Dexas”-studie focusten studen-


ten van de GGS-opleiding in Steden-
bouw en Ruimtelijke Ordening zich op
de E17 als belangrijke ontwikkelings-
band voor de streek, waaraan diverse
vormen van kwalitatieve bedrijventer-
reinen werden gekoppeld.

54
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

(C) WINVORM

WinVorm (of West-Vlaanderen In Vorm) ontstond als een samenwerkingsinitiatief van de Provincie West-
Vlaanderen en de intercommunales Leiedal en wvi, met als doel de kwaliteit van ruimtelijke ingrepen en re-
alisaties in de provincie te verbeteren. Het initiatief is inmiddels uitgegroeid tot een vormingsreeks van het
provinciebestuur en de wvi, waaraan Leiedal verder participeert. In 2003 werd een vormingscyclus georgani-
seerd rond verkeersgeleiding, het esthetische aspect van functionele realisaties en werklandschappen als een
landschapsarchitectonische opgave, waaraan diverse medewerkers van de cluster ‘stedenbouwkundig ontwerp
en advies’ hebben deelgenomen. Voor 2004 werd een nieuwe cyclus voorbereid.

(D) AFBAKENING REGIONAALSTEDELIJK GEBIED KORTRIJK

Samen met het West-Vlaams Economisch Studiebureau heeft Leiedal in 2000 het voorstel van afbakening van
het regionaalstedelijk gebied Kortrijk afgewerkt, in opdracht van het Vlaamse Gewest. Dit document vormde
voor de Afdeling Ruimtelijke Planning van AROHM de basis voor de opmaak van een gewestelijk ruimtelijk
uitvoeringsplan (GRUP). Dit GRUP zal een lijn bepalen die de grens vormt tussen de gebieden waar een bui-
tengebiedbeleid en deze waar een stedelijk-gebiedbeleid gevoerd wordt. Daarnaast worden een aantal opties
juridisch vastgelegd inzake regionale bedrijventerreinen, stedelijke woongebieden, randstedelijke groengebie-
den, kleinhandelszones, stedelijke natuurelementen en recreatieve infrastructuren.

Drie jaar later kon het voorontwerp van dit GRUP eindelijk in plenaire vergadering worden besproken. Tijdens
diverse voorbereidende vergaderingen heeft Leiedal de gemeentebesturen bijgestaan bij de formulering van hun
advies. Samen met de technische diensten van de gemeenten werd het dossier grondig bestudeerd en bespro-
ken en werden alternatieven uitgewerkt. Daarnaast heeft de intercommunale ook zelf een advies geformuleerd
over een aantal streekprojecten, zoals de uitbreiding van het transportcentrum LAR en het plangebied Kortrijk-
Harelbeke-Zwevegem. Deze adviezen werden gebundeld overgemaakt aan het Vlaamse Gewest. Na de plenaire
zitting van 27 juni 2003 werd in Leiedal nog verder overleg gepleegd met AROHM en de afzonderlijke gemeenten
omtrent een aantal specifieke knelpunten.

2.5.2 PROJECTMANAGEMENT VAN COMPLEXE RUIMTELIJKE PROJECTEN

(A) DOORTOCHT VAN DE LEIE (KORTRIJK)

Ongetwijfeld het meest ingrijpende grootschalige stedenbouwdossier van de laatste jaren in de regio, is de
doortocht van de Leie door de stad Kortrijk. Nadat de aandacht in de voorbije jaren in hoofdzaak moest uit-
gaan naar de zware saneringsproblematiek, kon het dossier in 2003 eindelijk weer gefocust worden op de kern
van de zaak. Vorig jaar kon de eigenlijke bochtafsnijding en de verbreding van de rivier gerealiseerd worden.
Daardoor heeft de Leie op die plaats een breedte gekregen van 32 m in plaats van 16 m en is de rivier bevaar-
baar geworden voor schepen tot 1.350 ton. Ongeveer de helft van het traject is op vandaag afgewerkt.

Vorig jaar kon ook het dossier voor de heraanleg van de directe omgeving goedgekeurd worden. In 2004 wordt
de bouw gestart van de voetgangersbrug ter hoogte van de Collegetoren, naar een ontwerp van ir. Laurent Ney.
Deze 200 m lange, S-vormige brug wordt volledig gedragen door twee pylonen en zal ongetwijfeld een archi-
tecturale en stedenbouwkundige meerwaarde betekenen voor de stad. Iets moeizamer verloopt de her-aanleg
van het Albertpark. Het ontwerp werd een tijd geleden al goedgekeurd, maar de financiering door de Vlaamse
overheid laat verder op zich wachten, gezien de Administratie Waterwegen en Zeewezen het ontwerp te duur
heeft bevonden. Deze discussie wordt hernomen in 2004.

Een laatste project betreft de heraanleg van de Diksmuidekaai, waarin Leiedal een trekkende rol heeft ge-
speeld, samen met de Spaanse architect Jordi Farrando (Barcelona). Oorspronkelijk was er een smal jaagpad
voorzien met gemengd voetgangers- en fietsersverkeer. Al snel bleek echter dat de stad maximaal moet inspe-

55
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Een computersimulatie van


de nieuwe Diksmuidekaai:
een vlakke promenade waar
voetgangers en fietsers van
elkaar worden gescheiden,
voorkomt dat de groots-
heid van de ruimte te veel
versnippert.

len op de nieuwe omstandigheden die de verbrede Leie creëert. Daarom werd ervoor geopteerd om voetgan-
gers en fietsers te scheiden en om langs het water een promenade aan te leggen. Die werd zo vlak en zo leeg
mogelijk gehouden, om te voorkomen dat de grootsheid van de ruimte te veel versnippert. Banken, verlichting
en bomen zijn mee in het ontwerp opgenomen. De aanleg van de Diksmuidekaai wordt in 2004 opgestart en
wordt naar verwachting vóór de zomervakantie afgerond.

(B) GOED TE BOUVEKERKE (KORTRIJK)

Goed te Bouvekerke is een woonproject in Hoog-Kortrijk, dat Leiedal op vraag van de Stedelijke Woonregie
heeft ontworpen samen met de technische dienst van Kortrijk. Het plangebied is circa 3,5 ha groot en ligt in
de perimeter van het regionaalstedelijk gebied Kortrijk. Dat betekent dat er een woondichtheid nagestreefd
wordt van 25 woningen per hectare.

Gezien de ligging van het woongebied, op de kam van Zuid-Kortrijk en aansluitend op het toekomstige beel-
denpark en de nieuwe stedelijke begraafplaats, werd een stedenbouwkundig plan uitgetekend dat afgestemd is
op deze specifieke locatie. Bijzondere aandachtspunten hierbij zijn:
- verscheidenheid van woontypologieën: aaneengesloten bebouwing, vrijstaande bebouwing, meergezinswo-
ningen;
- ruimtelijke verbinding met de omgeving, door gebruik te maken van assen voor de ontsluiting van het plan-
gebied en door het versterken van het uitzicht op het landschap;
- aandacht voor een kwalitatief openbaar domein (fiets- en voetgangersdoorgang, parkeerhaventjes, boom-
gaard).

Op basis van dit stedenbouwkundig plan werd vervolgens een verkavelingsplan ontwikkeld met bijbehorende
voorschriften.

(C) BUDA-EILAND KORTRIJK

Het Buda-eiland in Kortrijk, gesitueerd tussen de twee Leie-armen, blijft een van de prioritair te ontwikkelen
sites in de stad. Naast andere leeffuncties zal het eiland ook een belangrijke culturele bestemming krijgen,
waarbij artistieke creatie en uitstraling centraal staan. In dit complexe stadsproject heeft Leiedal zowel een
sturende als een ondersteunende taak. In 2003 werd de intercommunale nauwer betrokken bij de uitvoering

56
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Leiedal is van nabij betrok-


ken bij het stadsproject
Buda-eiland, waarmee het
stadsbestuur van Kortrijk
deze site o.m. wil uitbou-
wen tot een centrum voor
kunsten voor de stad en de
regio.

van de werken aan de Leieboorden. De stad Kortrijk gaf Leiedal de opdracht om erop toe te zien dat de werken
voor de Leieverbreding niet louter een technisch-infrastructureel dossier vormen, maar dat deze ingrijpende
stedenbouwkundige ontwikkeling ook een meerwaarde betekent voor het Kortrijkse stadslandschap. Het ste-
denbouwkundige concept dat Prof. Bruno De Meulder (KU Leuven) vroeger heeft uitgewerkt in zijn studie, vormt
hierbij de leidraad.

Samen met de stadsdiensten heeft Leiedal in 2003 ook het dossier afgewerkt voor het verkrijgen van de
projectsubsidie, toegekend door de Afdeling Beeldende Kunst en Musea van het Ministerie van de Vlaamse
Gemeenschap. Deze subsidie werd toegekend voor de opmaak van de studie “Buda-eiland”, die als doel heeft
de ontwikkelingsmogelijkheden van het eiland te onderzoeken als centrum voor kunsten voor de stad en de
regio.

(D) PLANGEBIED KORTRIJK-HARELBEKE-ZWEVEGEM - BEDRIJVENTERREIN DELTA

Voor een deel van het bedrijventerrein in het plangebied Kortrijk-Harelbeke-Zwevegem zijn de plannen voor
realisatie in uitwerking. Het betreft de zone Deltapark Kortrijk, de zone Deltapark Harelbeke en de zone
Losschaert op het grondgebied van Zwevegem. Deze drie zones vormen samen een eenheid naar voorkomen
en naar bedrijventerreinentypologie.

De zone wordt ingericht als een regionaal gemengd modern bedrijventerrein met een heldere opbouw en met
veel aandacht voor een kwalitatief openbaar domein (dreven, groene ruimtes, fietsroutes). Aan de rand van de
zone werden twee specifieke bestemmingen bepaald:

- Een lokaal gemengd modern bedrijventerrein dat aansluit op het woongebied van Zwevegem. Kleinere per-
celen die gebruik maken van de ontsluitingsinfrastructuur van het regionale bedrijventerrein en een brede
groene buffer met ruimte voor recreatieve functies en fietsverbindingen zorgen voor een goed geïntegreerd
project.

- Een reservegebied voor grootschalige stedelijke functies dat aansluit op de Oudenaardsesteenweg. De zeer
goede zichtlocatie, gesitueerd langs een hoofdas voor openbaar vervoer en meteen te ontsluiten vanaf het
op- en afrittencomplex van de E17 en de R8, maken dit deelgebied uitermate geschikt voor grootschalige
stedelijke functies.

57
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

(E) BENELUXLAAN - HOOG-KORTRIJK

In de structuurschets voor de zone Beneluxlaan op Hoog-Kortrijk is een zone opgenomen waar, naast kantoren
en diensten, ook groothandel en grootschalige kleinhandel worden toegelaten. Inmiddels heeft Decathlon zijn
interesse voor een vestiging aan de Beneluxlaan bevestigd. Toen later ook Carrefour belangstelling toonde om
er een filiaal te openen en de densiteit van dit deelgebied hierdoor zou moeten verhogen, ontstond de noodzaak
aan een masterplan dat zich uitspreekt over de draagkracht van de zone op het vlak van commerciële ruimten,
parkeermogelijkheden, etc.

Daarom werd in 2003 een werkgroep opgericht met vertegenwoordigers van Decathlon, Buro-II (als ontwerper
van de Decathlon-vestiging), Leiedal, de stad Kortrijk en later ook Carrefour. Deze werkgroep heeft als taak
om de mogelijkheden en de beperkingen van de Beneluxlaan als commerciële zone te onderzoeken en, indien
de verdere besprekingen tussen Carrefour en het stadsbestuur tot een uiteindelijke vestiging zouden leiden, te
zorgen voor een eenheid in de commerciële vestigingen. In de werkgroep wordt gezocht naar een totaalcon-
cept voor commerciële ruimten, waarin de voorwaarden zijn vastgelegd inzake densiteit, schaal, positionering
van de gebouwen, ontsluitingsmogelijkheden, niveaus, randvoorwaarden voor de onmiddellijke omgeving en
landschappelijke integratie.

(F) RECONVERSIE ELEKTRICITEITSCENTRALE ZWEVEGEM

Sinds het najaar van 2002 is Leiedal sterk betrokken bij het dossier voor de reconversie van de vroegere
elektriciteitscentrale van Electrabel in Zwevegem, een project dat ontstaan is op initiatief van het gemeente-
bestuur. In een eerste fase werden de randvoorwaarden voor de nieuwe invulling en de inrichting van de site
vastgelegd. Na een evaluatie van de sterkten en de zwakten van de huidige toestand, werd er een hypothese
van programma geformuleerd. Onder begeleiding van Leiedal heeft een internationaal team van jonge ont-
werpers vervolgens tijdens een studieweek begin 2003 een voorstel van ruimtelijke ontwikkeling voor de site
uitgewerkt, binnen de geschetste randvoorwaarden.

De verschillende ontwikkelingsrichtingen werden nadien afgetoetst met het beleid en met de markt. Uit de
eerste verkennende gesprekken blijkt dat er ernstige interesse bestaat bij verschillende actoren. Concreet
gaat het hierbij over kantoren en vergaderlokalen, congresinfrastructuur, een banketzaal, een restaurant,

Begin 2003 vond een studie-


week plaats, begeleid door
Prof. Bruno De Meulder en
Leiedal, waarbij een interna-
tionaal team van jonge ont-
werpers diverse voorstellen
uitwerkte voor de ruimtelijke
ontwikkeling van de site van
de elektriciteitscentrale.

58
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

receptieruimten, een themacafé in samenwerking met een brouwerij, een kunstgalerij, een tentoonstellings-
ruimte en jeugdaccommodatie. Bovendien werd overeengekomen dat het provinciebestuur West-Vlaanderen
zich zal engageren voor welbepaalde deelopdrachten.

Leiedal heeft het gemeentebestuur van Zwevegem ook begeleid bij de indiening van een STEM-projectvoorstel
bij de Vlaamse overheid, met het oog op cofinanciering in het kader van het streekeigen management. Dit pro-
jectvoorstel is intussen goedgekeurd. Daardoor kon een projectleider worden aangesteld, die de voorbereiding
van de reconversie verder zal coördineren en sturen. Ook worden middelen vrijgemaakt om de onderzoeksre-
sultaten van het project te publiceren.

Eind 2003 hebben de gemeente Zwevegem en Electrabel een overeenkomst bereikt omtrent de eigendoms-
overdracht van de gronden. Leiedal heeft principieel beslist om de gronden palend aan de elektriciteitscentrale
te verwerven, voor de realisatie van een woonproject. Het is de bedoeling dat het concept van de woningen
aansluit bij het woonlint zoals ontworpen in het project van de elektriciteitscentrale. Ten slotte heeft de in-
tercommunale ook het Interreg-IIIA-projectvoorstel ‘RECONVER BEL-FRA-NOR’ ingediend bij het Interreg-se-
cretariaat. Daarmee wordt een samenwerking beoogd met de partners van een gelijkaardig project rond de
verlaten brouwerij Motte-Cordonnier in het Franse Armentières.

2.5.3 BESTEMMINGSPLANNEN

(A) BIJZONDERE PLANNEN VAN AANLEG

Voor de gemeenten vormt het bijzonder plan van aanleg nog steeds een zeer belangrijk instrument voor het op-
lossen van concrete problemen inzake ruimtelijke ordening. Leiedal treedt daarbij op als ontwerper. Zo heeft
de intercommunale in 2003 in opdracht van de stad Kortrijk het BPA Heule 88 - Stijn Streuvelslaan Oost opge-
start. Bij de opmaak van het vroegere BPA Heule 17 - Stijn Streuvelslaan was de studie omtrent de Heulebeek
nog niet afgerond. Daarom werd het gedeelte aansluitend op de Heulebeek niet opgenomen in het plangebied
van dat BPA en werd beslist om voor dit deel een nieuw BPA op te maken.

Het schetsontwerp dat Leiedal heeft opgemaakt, kan nu de visie omtrent het behoud van het natuurlijke
overstromingsgebied van de Heulebeek en de aanzetten daartoe uit het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan
Kortrijk vastleggen in de BPA-voorschriften:

- mogelijk maken van centrumfuncties: vermenging van wonen, handel en werken;


- versterking van de woonfunctie in de kern van Heule: toelaten van dichtere woonvormen;
- verbetering van de verkeersleefbaarheid door een optimale inrichting van het openbaar domein;
- uitbouw van de Heulebeek als een groen netwerk (de vallei van de Heulebeek doorkruist het centrum van
Heule en verbindt de kern met het aanpalende open landschap);
- het natuurlijke overstromingsgebied vrijwaren van bebouwing.

(B) SECTORALE BPA’S ZONEVREEMDE BEDRIJVEN

Zolang de gemeenten niet beschikken over een goedgekeurd ruimtelijk structuurplan, blijft het sectoraal BPA
het enige instrument om een oplossing te bieden voor de vele zonevreemde bedrijven in de regio. De stad
Waregem startte in het najaar 2003 een tweede fase van het sectoraal BPA op, waarbij elf bedrijven om uit-
breiding vragen. Voor de stad Kortrijk werkte Leiedal in 2003 de eerste fase van het sectoraal BPA af tot in de
fase van ontwerp. Na ministeriële goedkeuring in 2004 krijgen 21 bedrijven op die manier rechtszekerheid en
uitbreidingsmogelijkheden. In Anzegem werd de tweede fase goedgekeurd door de gemeenteraad en overge-
maakt voor ministerieel besluit. Ook hier wordt uitbreiding gevraagd voor een twintigtal bedrijven. Het sec-
toraal BPA zonevreemde bedrijven – tweede fase van Lendelede en de tweede fase-bis voor Harelbeke werden
beide ministerieel besluit in het voorjaar 2003.

59
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

(C) RUP’S ZONEVREEMDE WONINGEN

Eens de gemeenten beschikken over een afgewerkt ruimtelijk structuurplan, kunnen gemeentelijke ruimtelijke
uitvoeringsplannen (RUP’s) worden goedgekeurd. Een probleem waarvoor heel wat gemeenten op korte ter-
mijn zowel een juridische als een ruimtelijke oplossing willen bieden, is dat van de zonevreemde woningen. Om
de aangesloten gemeenten te ondersteunen bij de uitbouw van een lokaal beleid, heeft Leiedal in 2003 gewerkt
aan wat het thematische RUP ‘wonen op de buiten’ wordt genoemd. Deze methodiek biedt het voordeel dat
er relatief snel een oplossing kan worden geboden die beantwoordt aan het beleidskader voor zonevreemde
bebouwing uit de verschillende structuurplannen. Via zo’n thema-RUP kan elke zonevreemde woning immers
rechtszekerheid verkrijgen.

Bij de uitwerking van het beleid voor zonevreemde woningen wordt de huidige regelgeving als basis gebruikt.
Die houdt mogelijkheden in voor het instandhouden, verbouwen, herbouwen en uitbreiden van een zonevreem-
de woning. Het lokale gebiedsgerichte beleid van het structuurplan bepaalt in welke gevallen deze regelgeving
strenger of soepeler moet worden toegepast.

In het voorjaar van 2004 zal Leiedal de ontwikkelde methodiek toetsen bij de hogere overheid en de gemeen-
ten en toepassen op een tweetal gemeenten. Belangrijk daarbij is dat alle gemeenten in eerste instantie over
een correcte en duidelijk inventaris van zonevreemde woningen beschikken. De intercommunale kan hierbij
ondersteunend optreden.

Het thematische RUP ‘wonen


op de buiten’ is erop gericht
om een algemeen beleids-
kader uit te tekenen dat
rechtszekerheid biedt aan
zonevreemde woningen.

60
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

(D) OVERZICHTSTABEL: BPA-PROCEDURESTAPPEN IN 2003

Behandeling
Knelpunten-

voor besluit
Overmaken
Gemeente

bezwaren
Ontwerp
ontwerp

ontwerp
Schets-

Besluit
Voor-
nota
BPA

Anzegem Anzegem BPA 1 - Borreberg £ £


Anzegem BPA 4 - Torrebos £ £ ¢
Anzegem BPA 9A - Grote Leiestraat £ £ £ ¢
Anzegem BPA 11A - Stientjesstraat £ £ £ £ £ ¢ ¢
Ingooigem BPA 13 - Vossestraat £ £ £ £ £ £ ¢
Vichte BPA 4 - Lendedreef £ £ ¢ ¢
Vichte BPA 12 - Pareelstraat £ £ ¢ ¢ ¢ ¢
Vichte BPA 18 - Roodkapje £ ¢ ¢
Avelgem Avelgem BPA 1 - Centrum-West £ £ ¢
Avelgem BPA 13 - Intra Muros ¢ ¢ ¢ ¢
Avelgem BPA 15 - Kapellekouter £ £ ¢ ¢
Kerkhove BPA 5 - Kaaistraat £ £ £ £ £ ¢
Deerlijk Deerlijk BPA 4D - Gavers £ £ £ ¢
Deerlijk BPA 33 - Tapuitstraat £ £ £ £ £ £ ¢
Deerlijk BPA 34 - Bedrijfs-BPA nr. 1 ¢ ¢ ¢
Harelbeke Harelbeke BPA 55 - Zuidstraat £ £ ¢
Harelbeke BPA 64 - Goederenkoer £ £ ¢
Hulste BPA 60 - Park £ £ £ £ £ £ ¢
Kortrijk Aalbeke BPA 1 - Dorpskom ¢ ¢ ¢
Heule BPA 88 - Stijn Streuvelslaan Oost ¢ ¢ ¢
Kortrijk BPA 75 - Verkeerswisselaar ‘t Ei ¢ ¢
Kortrijk BPA 89 - Kasteel ‘t Hooghe ¢ ¢
Marke BPA 10B - Ter Doenaert ¢ ¢
Kuurne Kuurne BPA 19 - Kongostraat £ £ £ ¢ ¢ ¢
Kuurne BPA 34 - Bonaerde £ £ ¢
Lendelede Lendelede BPA 1E - Dorpskom £ £ ¢ ¢ ¢ ¢
Menen Lauwe BPA 15 - Leiestraat £ £ £ £ ¢ ¢ ¢
Spiere-Helkijn Spiere BPA 2 - IJzeren Bareel ¢ ¢ ¢ ¢
Spiere BPA 3 - Nieuw Centrum ¢ ¢ ¢ ¢
Spiere BPA 7 - Oud Centrum ¢ ¢ ¢ ¢
Waregem Beveren-Leie BPA 89 - Spijkerlaan £ £ £ £ £ £ ¢
Beveren-Leie BPA 94 - Sint-Jansstraat £ £ ¢ ¢
Waregem BPA 18 - Damweg ¢ ¢ ¢ ¢
Waregem BPA 84 - Weverstraat £ £ £ £ ¢ ¢
Waregem BPA 85 - Fabriekstraat ¢ ¢ ¢
Waregem BPA 97 - Verbindingsweg ¢
Wevelgem Moorsele BPA 2G - Kortrijkstraat ¢ ¢ ¢ ¢
Moorsele BPA 14 - Windturbinepark £ £ £
Wevelgem BPA 26 - Marremstraat £ £ ¢
Wevelgem BPA 37 - Deken £ £ £ £ ¢ ¢ ¢
Jonckheerestraat Noord
Wevelgem BPA 38 - Deken £ £ £ £ ¢ ¢
Jonckheerestraat Zuid
Wevelgem BPA 39 - Artoisstraat Oost £ £ £ ¢
Wevelgem BPA 40 - Artoisstraat West £ £ £ £ ¢ ¢

61
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

Behandeling
Knelpunten-

voor besluit
Overmaken
Gemeente

bezwaren
Ontwerp
ontwerp

ontwerp
Schets-

Besluit
Voor-
nota
BPA

Zwevegem Moen BPA 8 - Hulweg £ £ £ ¢


Zwevegem BPA 19 - Centrum £ £ £ £ ¢ ¢ ¢

£ vroegere procedurestap ¢ procedurestap in 2003

(E) OVERZICHTSTABEL: SECTORALE BPA’S ZONEVREEMDE BEDRIJVEN

voorontwerp

voorontwerp
Bespreking
Inventaris
Gemeente

bedrijven

Ontwerp
ontwerp
Schets-

Tweede

Besluit
Eerste
BPA

Anzegem Anzegem BPA 13 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £


Anzegem BPA 13 - Sectoraal BPA - 2de fase £ £ £ £ £ ¢
Avelgem Avelgem BPA 14 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Deerlijk Deerlijk BPA 28 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Deerlijk BPA 28 - Sectoraal BPA - 2de fase £ £ £ £ £ £ £
Harelbeke Harelbeke BPA 61 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Harelbeke BPA 61 - Sectoraal BPA - £ £ £ £ £ £ ¢
2de fase
Harelbeke BPA 61 - Sectoraal BPA - £ £
3de fase
Kortrijk Kortrijk BPA 84 - Sectoraal BPA £ £ £ £ ¢ ¢
Lendelede Lendelede BPA 16 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Lendelede BPA 16 - Sectoraal BPA - £ £ £ £ £ £ ¢
2de fase
Spiere-Helkijn Spiere-Helkijn BPA 16 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Waregem Waregem BPA 79 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Waregem BPA 80 - Sectoraal BPA - 2de fase ¢ ¢ ¢
Wevelgem Wevelgem BPA 34 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Zwevegem Zwevegem BPA 20 - Sectoraal BPA £ £ £ £ £ £ £
Zwevegem BPA 20 - Sectoraal BPA - £ £ £ £ £ £ £
2de fase

£ vroegere procedurestap ¢ procedurestap in 2003

62
2003 V E R S L A G VA N D E R A A D VA N B E S T U U R - W E R K G E B I E D E N

2.6 MOBILITEIT

Krachtlijnen Beleidsplan 2002-2007

- Uitbouwen van de deskundigheid ‘mobiliteit’ binnen Leiedal.


- Op gemeentelijk niveau:
° studie en advies bij mobiliteitsplanning en mobiliteitsbeleid;
° ondersteuning bij de opvolging en uitvoering van de gemeentelijke mobiliteitsplannen.
- Op regionaal niveau:
° opvolging van ontwikkelingen inzake verkeers- en overslaginfrastructuren.
- Doel: naar een trendbreuk in automobiliteit en wegverkeer ten voordele van andere vervoerswijzen.

2.6.1 GEMEENTELIJKE MOBILITEITSPLANNEN

Op vandaag heeft het overgrote deel van de Vlaamse gemeenten het mobiliteitsconvenant met het Vlaamse
Gewest ondertekend. Door dit convenant te onderschrijven, verklaren de verschillende betrokken partners,
i.e. de gemeente, het Vlaamse Gewest, het provinciebestuur en de openbaarvervoermaatschappijen, dat zij de
krachten zullen bundelen om op het niveau van de gemeente tot een doeltreffend mobiliteitsbeleid te komen. Een
eerste stap om zo’n beleid uit stippelen, bestaat erin een gemeentelijk mobiliteitsplan op te maken. Nu ook de
gemeente Deerlijk in 2003 heeft beslist om het convenant te ondertekenen, is inmiddels het volledige arrondis-
sement Kortrijk mee gestapt in het mobiliteitsbeleid van de Vlaamse overheid. Acht gemeenten beschikken reeds
over een goedgekeurd mobiliteitsplan. Voor de vier overige gemeenten begeleidt Leiedal het proces verder.

Gemeente 01/01/2003 01/01/2004 Ondernomen acties Programma 2004

Wevelgem Opmaak beleidsplan Afgewerkt beleidsplan - Overleg CBS - Opvolgen opmaak


- Afstemming met startnota en projectnota
voorstel GRUP ‘doortocht N8’ (WES)
afbakening stedelijk
gebied Kortrijk

Avelgem Synthesefase Mobiliteitsplan conform - Afwerken beleidsplan - Opmaak startnota en


verklaard (09/02/2004) projectnota ‘doortocht
N8’ (Leiedal)

Lendelede Oriëntatiefase Onderzoeksfase - Oriëntatienota - Afwerken synthesefase


goedgekeurd - Opmaak beleidsplan
- Onderzoek i.s.m.
Kuurne

Kuurne Opstart proces Onderzoeksfase - Oriëntatienota - Afwerken synthesefase


goedgekeurd - Opmaak beleidsplan
- Onderzoek i.s.m.
Lendelede

Deerlijk Convenant ondertekend Opstart proces - Akkoord - Opmaak oriëntatienota


gemeenteraad - Start onderzoeksfase

Gemeenten die over een goedgekeurd mobiliteitsplan beschikken, kunnen de verschillende convenantgebonden
projecten uitvoeren met financiering van het Vlaamse Gewest, zoals de herinrichting van doortochten en de aan-
leg van omleidingswegen. Op vraag van de gemeente Avelgem zal Leiedal in 2004 ook de start- en projectnota
opmaken voor de herinrichting van de doortocht van de gewestweg N8 door het centrum van de gemeente. Op
die manier kan het gemeentelijke mobiliteitsbeleid concreet vorm krijgen dankzij de doelmatige inzet van zowel
Vlaamse als gemeentelijke middelen (van het Vlaamse Gewest in het kader van het mobiliteitsconvenant en van
de gemeente Avelgem voor rioleringswerken bij de heraanleg van de gewestweg). Sinds kort kunnen gemeen-
ten ook zelf trekker worden bij dossiers voor de herinrichting van gewestwegen, van de opmaak van de plannen
tot de aanbesteding van de werken. Het Vlaamse Gewest betaalt de gemaakte kosten nadien terug aan de ge-
meente. De gemeente Avelgem zal het ontwerp van het doortochtproject op die manier zelf prefinancieren.

63

You might also like