Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 12

Nazis, Islamists, and the making of the modern middle east

Barry Ruben _ Wolfgang G. Schwanitz.

1 Van station Z tot Jeruzalem.


Het begon als een normale zomerdag in juni 1942 in het
concentratiekamp Sachsenhausen bij Berlijn, de plaats waar de SS
stagiaire heen werden gebracht om te zien hoe de gevangen genomen
vijanden moeten worden behandeld Drie barakken in een apart sectie
brachten Joodse gevangenen onder, voornamelijk Poolse burgers of
mannen die gedeporteerd waren uit Berlijn. Op die dag, een team van
schreeuwende bewakers beval de joodse gevangenen van Barak 38 op
een rij te staan voor vier speciale bezoekers die deelnemen aan een SS
tour. Als een model staande SS faciliteit werd Schasenhausen met de
grootst mogelijke efficintie en discretie uitgevoerd . Wanneer een
gevangene werd vermoord of stierf, vulden de ambtenaren in de
nabijgelegen steden een routine overlijdensakte in, alsof het een
gewoon overlijden was. Alleen de geur van de dood van de
schoorstenen van de crematoria suggereerde anders. Maar toch werd
dit bezoek met een nog grotere zorg behandeld . Fritz Grobba, de chef
van het Nazi regime Midden-Oosten deskundige en verbonden met
zijn Arabische bondgenoten, benadrukte het belang van deze
gelegenheid. Alles moet dus perfect zijn. De leiding van het Rijk nam
deze gelegenheid zo serieus dat SS-chef Heinrich Himmler
persoonlijk van te voren naar Sachsenhausen reed en de geplande tour
zelf nam. De timing werd zorgvuldig geselecteerd. In mei, een maand
eerder, waren de Duitsers een nieuw project in Sachsenhausen
begonnen waar ze mee wilden pronken naar hun bondgenoten. Het
had de codenaam Station Z. De keuze van de letter Z, de laatste letter
van het alfabet, was gekozen om het einde van de reis voor Joden te
symboliseren, niet alleen in Sachsenhausen, maar in heel Europa.

Jarenlang hadden de nazi's gexperimenteerd met de beste methode


voor het uitroeien van de Joden en anderen. Beginnend met
individuele ophangingen, veranderden ze naar het neerschieten van
mensen in groepen, meer efficint, maar nog steeds traag. De
doorbraak in de massa productie van de dood kwam in 1941 met de
ontwikkeling van de verborgen gaskamers. Deze was net genstalleerd
Sachenhausen samen met vier nieuwe crematoria om het verwijderen
van lijken te versnellen. In mei beval Himmler het doden van 250
Joden in het kamp als een proef. Het systeem werkte perfect.
En dus in juni 1941, bezochten vier speciale Arabische gasten het
prototype voor toekomstige vernietigingskampen. Hun interesse had
een zeer praktisch doel. Op een dag zouden ze hun eigen station Z' s
creren in het Midden-Oosten in de buurt van Tunis, Bagdad, en
Jericho om alle Joden in de regio elimineren. Hun doel was in een
januari 1941 gezonden brief die Amin al -Husaini, de Palestijnse
Arabische politieke en religieuze leider, aan de Duitse Kanselier Adolf
Hitler. Al Husaini vroeg Hitler om te helpen het Arabieren joodse
vraagstuk op te lossen in hun land op de manier waarop het werd
gedaan in Duitsland. Om te slagen moeten zij de Nazi technieken
leren en hun technologie proberen te krijgen. Dit was de reden
waarom de vier ambtenaren van Duitslands Arabische bondgenoten in
Sachsenhausen waren in juni 1942, de voorbereiding voor de dag dat
ze naar huis zouden terugkeren achter Hitler leger. Een interpretatie
van de documenten is dat ze allemaal assistenten waren, n werkte
voor al Husaini en drie voor Duitslands belangrijkste andere Arabische
bondgenoot, Rashid Ali al Kailani, Iraq 's voormalige heerser die het
voorgaande jaar omvergeworpen werd door een Britse invasie van
ofwel al Husaini's veiligheidsadviseur, Safwat al Husaini, of een
andere neef, Musa al Husaini, die propaganda en opschudding
behandelde. Een andere interpretatie is echter dramatischer. Onder de
vier bezoekers zouden twee belangrijkste Arabische bondgenoten van
Duitsland zitten, al Husaini en al Kailani, elk met een assistent. De
gegevens wijzen op ten minste al Kailani's persoonlijke

aanwezigheid . Grobba had geschreven, 'er zou geen bezorgdheid


moeten zijn over de deelname van al Kailani zelf bij deze inspectie'.
Ministerie van Buitenlandse Zaken Staatssecretaris Martin Luther
vroeg 'waarom al Kailani en zijn gevolg dit kamp bezochten. De
bezoekers bestonden toen o.a. uit al Kailani, een Irakees en een
Palestijns-Arabische die door hun bazen als taak de SS zaak kregen
toegewezen, samen met hetzij een tweede Iraakse assistente of, minder
waarschijnlijk, al Husaini zelf. Of hij nu wel of niet persoonlijk het
doodkamp bezocht bij die gelegenheid, de Grootmoefti ontpopte zich
als nazi-Duitsland s belangrijkste Arabische en islamitische
bondgenoot. Hij en zijn entourage waren eerst gevlucht voor een
Britse arrestatie vanwege de oproer van een bloedige opstand in
Palestina en hadden toen, na een verblijf als al Kailani's gast in
Bagdad, gevlucht naar Duitsland voor het Britse leger uit. Op 28
november 1941, gaf Hitler al Husaini een lange audintie als een
teken van speciale gunst, waar zij overeengekomen zijn om samen te
werken in het plegen van genocide tegen de joden. Het pad dat leidde
naar dat moment begon in 1871, toen Pruisen zijn buurlanden naar de
creatie van een verenigd Duitsland leidde. Arabische intellectuelen
zagen dit later als een model voor hetzelfde te doen. Voor de Eerste
Wereldoorlog portretteerde Duitslands monarch, de Kaiser, zichzelf
als beschermheer van moslims en Arabieren. Tijdens de oorlog,
wakkerde Duitsland een jihad aan om de moslims aan te moedigen
voor hun te vechten

Figuur 1 Op 15 juli
1942, op zijn Oost-Pruisische hoofdkwartier nabij Rastenburg,
ontmoet Hitler de voormalige Iraakse premier Rashid Ali al Kailani,
een lid van de al Qadiriyya broederschap, die samen met zeven
vergelijkbare islamistische organisaties een belangrijke rol gespeeld
hebben in het Berlijnse Midden-Oosten beleid van 1894. Op 15 mei
1942, beloofde al Kailani Hitler in een geheime brief 'om de strijd
van de gemeenschappelijke vijand tot de uiteindelijke overwinning'
.Na de oorlog, hadden het denken van Hitler en al Husaini zich
ontwikkeld langs parallelle lijnen. Zowel de Grootmoefti als Hitler
ontwikkelde het idee dat alleen door het uitroeien van Joden zij hun
doelen konden bereiken. De twee mannen zochten bondgenoten met
een vergelijkbaar wereldbeeld. Toen Hitler kanselier werd van
Duitsland in 1933, bezocht de groot moefti het Duitse consulaat in
Jeruzalem om samenwerking aan te bieden. Dat zelfde jaar werd
Hitler autobiografie, Mein Kampf, een vervolgverhaal in Arabische
kranten en werd een bestseller.
Nazi-Duitsland en zijn ideologie werd populair onder de Arabieren om
vele redenen. Ook zij zagen zichzelf ook als een zwakke, verslagen en
vernederd volk, net als de Duitsers na de Eerste Wereldoorlog.
Duitsland was ook een vijand van Groot-Brittanni, die Egypte,
Soedan, Jordani, Palestina en Irak waren, Frankrijk die NoordAfrika, Libanon en Syri regeerde, en de Sovjet-Unie die grote

moslims bevolkte gebieden had. Daarnaast hoopten veel Arabieren


Nazi Duitslands schijnbare magische formule te kopiren om snel
sterk en zegevierend te worden door het hebben van een krachtige
overheid die de massa's door gepassioneerde patriottisme, militante
ideologie en haat van schuldigen te mobiliseren. Dat fascistische Itali
hetzelfde model bood, versterkte het idee.
De Grootmoefti schreef later wat veel Arabieren riepen; Goddank, al
Hajj Muhammad Hitler is gekomen'. De regimes die later 40 jaar zou
heersen over Irak, vijftig jaar over Syri en zestig jaar over Egypte,
werden alle opgericht door groepen en leiders die nazi-sympathisant
waren geweest.
De alliantie tussen deze twee krachten was logisch. Al Husinis's 1936 /
'39 Palestijns-Arabische opstand had wapens van Berlijn ontvangen en
geld van Rome. In 1937, spoorde hij de moslims aan om alle Joden in
islamitische landen te doden, noemde hen tuig en insecten. Maar al
Husaini's ambities gingen verder. Hij wilde met de Duitse steun niet
alleen de Joden uitroeien in het Midden-Oosten, maar ook om hem
heerser over al Arabieren te maken. In ruil voor steun van Berlijn,
beloofde hij de alliantie van moslims en Arabieren met Duitsland te
brengen, nazi-ideologie te verspreiden, Duitse handel te promoten en
; terreur lonen, in zijn eigen woorden, tegen de Britten en Fransen. De
nazi's waren enthousiast voor deze samenwerking. Zij vestigden
speciale relaties met de Moslim Broederschap, de Baath-partij, de
Young Egypte beweging, en radicale groeperingen in Syri, Irak en
Palestina. Berlijn hoopte ook banden met de koningen van Egypte en
Saoedi-Arabi te bouwen. In 1939, bijvoorbeeld, ontmoette Hitler de
Saoedische koning Abd al Aziz Ibn Saud's gezant, Khalid al Qarqani,
die hem vertelde; 'We zien de Arabieren met de warmste sympathie
om drie redenen. Ten eerste, we hebben geen territoriale aspiraties in
Arabische landen na te streven. Ten tweede, we hebben dezelfde
vijanden. En ten derde, we vechten allebei tegen Joden, ik zal niet
rusten totdat de laatste van hen Duitsland heeft verlaten. Al Qarqani

was het er mee eens en zei dat de profeet Mohammed op dezelfde


wijze had gehandeld alle joden uit Arabi te verdrijven. Al Muslim
kon geen vleiender vergelijking maken. Hitler vroeg al Qarqani zijn
koning te vertellen dat Duitsland een alliantie wilde en zowel SaoediArabi en al Hussainis mannen zou bewapenen. Maar eerst moest
Hitler beslissen hoe hij precies 'de laatste' joden uit Duitsland liet
vertrekken. Nog in 1941, Hitler dacht dat dit zou kunnen gebeuren, in
de woorden van Hermann Gring in juli, door 'emigratie of evacuatie'.
Maar omdat andere landen weigerden veel of enig Joodse
vluchtelingen te nemen, was Palestina de enige mogelijke schuilplaats,
als aangewezen door de Volkenbond in 1922. Als deze laatste veilige
haven was gesloten, zou massamoord Hitler s enige alternatief zijn.
Het belang van de alliantie met Arabische moslims voor Berlijn,
samen met het aandringen van de groot moefti, verzekerde die
uitkomst. En al Husaini zou aanwezig zijn op het kritieke moment die
Hitler zou kiezen. In november 1941 kwam al Husaini aan in Berlijn
voor een receptie waarop de Duitsers hem lieten zien dat ze hem
zagen als de toekomstige leider van alle Arabieren en moslims,
misschien zelfs wel als degene die van het islamitische kalifaat doet
herleven. Hij werd ondergebracht in het luxueuze kasteel Bellevue,
ooit het huis van de kroonprins van Duitsland en vandaag de officile
residentie van de president van Duitsland.
Al Husaini werd betaald voor zijn persoonlijke en politieke behoeften
een jaarlijks bedrag gelijk aan wat nu ongeveer twaalf miljoen dollar
is. De fondsen werden bijeengebracht door de verkoop van goud
gegrepen van Joden die naar de concentratiekampen gestuurd waren.
Dit patroon volgend vroeg en ontving al Husaini een onteigend Joods
appartement als zijn kantoor. Zijn personeel werd ondergebracht in
een half dozijn andere huizen voorzien door de Duitsers. Daarnaast
kreeg al Husaini een suite in het prachtige Berlijnse Hotel Adlon en
voor vakanties, luxe accommodaties in het Hotel Zittau en Oybin
Kasteel in Saksen. Aan de Duitse kant, was Grobba zijn gids en

handelaar, Ernst von Weizscker een staatssecretaris en SS-generaal,


zijn samenwerking met het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Weizsacker ging liever om met Turkije dan de Arabieren, omdat het
een groot leger had, zesendertig brigades welke makkelijk uit te
breiden waren tot vijftig, terwijl alle Arabische landen er samen
slechts zeven had en meestal onder Britse officieren.

Figuur 2
Hitler in gesprek met Grootmoefti al Hajj Amin al Husaini, 28
november 1941. Tijdens hun bijeenkomst concludeerde ze het verbond
van de joodse genocide in Europa en het Midden-Oosten en
onmiddellijk daarna gaf Hitler het bevel om voor te bereiden op de
Holocaust. De volgende dag gingen er naar dertien nazi's
uitnodigingen oor de Wannsee-conferentie om te beginnen met het
organiseren van de logistiek van deze massamoord.
Maar Hitler heeft een andere gedachte over de Grootmoeftis waarde.
Al zijn andere Arabische of islamitische partners hadden volgelingen
in slechts n land, al Huaini had transnationale invloed. De
Grootmoefti wilde zich aan deze hoge verwachtingen bewijzen. Zoals
de Bellevue, ontmoette hij niet alleen Arabische politici maar ook
verbannen moslimleiders uit de USSR, India, Afghanistan en de
Balkan. Minister van Buitenlandse Zaken Joachim von Ribbentrop
was onder de indruk, vertelde al Husaini, 'We hebben uw strijd voor

een lange tijd bekeken. We hebben u altijd bewonderd, gefascineerd


door uw gevaarlijke avonturen ... .'. Von Ribbentrop verzekerd al
Husaini van de steun van het Rijk. De Duitsers aanvaarde al Husaini's
bewering dat de Arabische massas zich aan hun kant zouden scharen
als Berlijn onafhankelijkheid van de Britse en de Franse overheersing
garandeerden en alle Joodse immigratie naar Palestina stopte. In maart
1941, beloofde Berlijn in het geheim de Arabische onafhankelijkheid.
In oktober kondigde Berlijn en Rome publiekelijk het beleid aan.
Onderling noemde de Duitse ambtenaren al Husaini de belangrijkste
islamitische geestelijke en leider van de Arabieren in Libanon, Syri,
Palestina, Trans Jordani tegenwoordig Jordani, Irak en elders. Hitler
noemde hem de Hoofdrolspeler van het Midden-Oosten, een realist,
geen dromer'. Een eigentijds Amerikaanse inlichtingendienst
oordeelde dat al Husaini in het Midden-Oosten nu gezien werd als 'de
grootste levende leider van de Arabische volkeren'. In erkenning van
dit oordeel gaf Hitler al Husaini een negentig minuten durende
bijeenkomst op 28 november 1941. Hitler voorlichtingsbijeenkomst,
geschreven door Grobba, benadrukte dat al Husaini op n lijn zat met
Duitslands ideologische en strategische belangen. De rode loper werd
uitgerold met naziregimes aanzienlijke talent voor dramatische praal.
De Grootmoefti stapte uit zijn limousine om de tweehonderd man
erewacht te bekijken en een band speelde militaire muziek. Hitler
begroette hem hartelijk, 'Ik ben het meest vertrouwd met uw leven'.
Zijn Arabische gast keerde de complimenten, blij om Hitler niet alleen
een krachtige spreker te vinden, maar ook een geduldige luisteraar. Al
Husaini bedankte de Duitse dictator voor de lange ondersteuning van
de Palestijns-Arabische zaak. De Arabieren, beweerde hij, waren
Duitsland natuurlijk vrienden en van mening dat ze de oorlog zouden
winnen en gereed waren om te helpen. Al Husaini legde zijn plan
voor aan Hitler. Hij zou een Arabisch Legioen werven om voor deze
lijn (Axis) te vechten. Arabische strijders zouden geallieerde
voorzieningen saboteren, terwijl Arabische en islamitische leiders
opstanden zouden aanwakkeren om geallieerde troepen te verbinden

en grondgebied en middelen voor de Axis toe te voegen. Hitler


aanvaarde dit en zei dat de alliantie de strijd van zijn leven met de
twee vestingen van joodse macht, Groot-Brittanni en de Sovjet-Unie
zou helpen. Op dat moment was het Derde Rijk op het hoogtepunt van
zijn overwinningen. Duitse troepen gingen dieper de Sovjet-Unie in en
kwamen dichter bij de grens met Iran. General Erwin Rommel
bewoog in Egypte en veel Egyptenaren dachten dat Caro wel snel zou
vallen. Toen de dag van de Duitse overwinning kwam, ging Hitler
verder, Duitsland zou de bevrijding van de Arabieren aankondigen. De
Grootmoefti zou leider worden van bijna alle Arabieren. Alle Joden in
het Midden-Oosten zouden worden gedood. Toen al Husaini om een
schriftelijke overeenkomst vroeg, antwoordde Hitler dat hij net zijn
persoonlijke belofte had gegeven en dat dat voldoende moest zijn.
Voor al Husaini kon de vergadering niet beter zijn gegaan. Niet alleen
was de almachtige overwinnaar Duitsland, Europas heerser die de
Arabische zaak sponsorde, maar 's werelds machtigste man stond
persoonlijk achter hem. Hitler was ook tevreden. Daarna belde hij al
Husaini 'De belangrijkste speler in het Midden-East', een sluwe vos
een realist en, met zijn blonde haar en blauwe ogen, ook een Arir. En
dus vergaf Hitler al Husaini, dat wat de Duitse leider noemde, zijn
scherp en de muisachtig gelaat.
Duitslands verklaring over de Grootmoefti als zijnde kandidaatArabische en moslim leider te zijn werd bevestigd op een unieke Nazi
wijze. De dag na de vergadering ging de Grootmoefti naar een arts,
Dr. Pierre Schrumpf, wiens grondige fysieke check-up zes uur duurde.
De arts concludeerde dat al Husaini niet alleen Arabier was, maar n
van Russische afkomst ( circassian), dus een blanke en dus een
Arische. Zijn pseudowetenschappelijke diagnose berustte alleen op
niet-fysieke redernatie. Een Arabier kon nooit de strijd tegen de
Britten en de Joden volhouden, verklaarde de dokter, maar zou zich
hebben overgegeven. Uit al Husaini' s standvastigheid bewees dat hij
een Arir was. En omdat hij een Arir is zou hij een trouwe

bondgenoot van nazi-Duitsland zijn. Maar er was nog een ander


gevolg van de al Husaini Hitler bijeenkomst om hun alliantie te
verstevigen. Een paar uur na het zien van de Grootmoefti gaf Hitler
opdracht uitnodigingen te versturen voor een conferentie gehouden in
een villa aan de Wannsee. Het doel van de conferentie was de
complete uitroeiing van alle Europese joden te plannen.
Overwegingen voor een islamitische en Arabische alliantie waren
natuurlijk zeker niet de enige factor die groeide vanuit Hitler s eigen
antisemitische obsessie. Maar tot dat moment de Duitse dictator de
mogelijkheid open dat uitzetting misschien een beter alternatief was
dan uitroeiing. Toen Hitler eerst Heidrich vroeg een' definitieve
oplossing ' te vinden, had de dictator daarin het verdrijven van de
joden als een optie genomen. Het regime had al ingeschat, dat het
ongeveer 500.000 Joden legaal had laten vertrekken uit Duisland
gedurende zeven jaren van nazibewind. Maar de overgebleven Joden
kon alleen naar Palestina, en aangezien het beindigen van die
immigratie al Husainis topprioriteit was, zou emigratie of verdrijving
de Duitse Arabische alliantie saboteren. Gezien de combinatie van de
strategische situatie en Hitler s persoonlijke opvattingen, de keuze de
Joden te doden en de nodige Arabische en islamitische aanwinst voor
zijn oorlogsinspanningen was een gemakkelijke beslissing.
Dientengevolge beval Hitler de Wannsee Conferentie om een
gedetailleerd plan te bedenken voor genocide. Aangezien deze
beslissing werd gekoppeld aan de alliantie met al Husaini zou hij als
eerste niet-Duitse genformeerd worden over het plan, nog voordat het
officieel werd gepresenteerd op de conferentie. Adolf Eichmann werd
deze taak zelf toegewezen. Eichmann lichtte al Husaini in de kaart
kamer van het SS-hoofdkwartier in, met behulp van het voorbereide
presentatie voor de conferentie. De Grootmufti, zo. Eichmansss
assistent herinnerde, was zeer onder de indruk, zo ingenomen met
deze blauwdruk voor genocide dat al Husaini Eichmann om een
deskundige vroeg, waarschijnlijk Dieter Wisliceny, om naar
Jeruzalem te komen om zijn eigen persoonlijke adviseur te worden

voor het opzetten van vernietigingskampen en gaskamers wanneer


Duitsland de oorlog en hij aan de macht was. Als eerste stap, werd
overeengekomen dat wanneer Rommel Egypte veroverde, zou een SSeenheid onder bevel van Walther Rauff, Heydrich's vijfendertig jaar
oude assistent die mobiele vergas busjes had ontwikkeld, in Caro
komen om daar de Joden te elimineren voordat ze de Wehrmacht in
Palestina zouden volgen voor een toegift. In juni 1942 begon Rauff dit
project en doden vijfentwintighonderd Joden in het door Duitsland
bezette Tunesi. Als de Duitsers Egypte en daarna Palestina hadden
ingenomen, zou dit de repetitie zijn geweest voor grotere operaties.
Wanneer Duitse legers de grenzen naderden van het Midden-Oosten in
de buurt van de grens van Libi Egypte en Sovjet- Iran, leek het idee
realistisch dat binnen een jaar Duitsland de Arabieren zou adviseren
en waarschijnlijk alle joden in de regio vermoord zouden zijn. En dat
was de reden waarom een Arabische delegatie werd uitgenodigd voor
een voorproefje op het kamp Sachsenhausen. Zij werden ingelicht
door de SS-commandant van het Kamp, kolonel Hans Loritz, die met
acht jaren ervaring de top expert van het Rijk was in het runnen van
concentratiekampen. Na het afhandelen van vragen leidde hij de tour
van de kazerne, eetzalen, toiletten, keukens en apotheek. Om niets aan
het toeval over te laten, hadden de Duitsers een dramatische
gebeurtenis voorbereid. Een groep van zestig Sovjet officieren die
enthousiast zingend het kamp uit marcheerden, gekleed in nieuwe
Duitse legeruniformen. Zij waren, legde Loritz uit, krijgsgevangenen
die zich hadden aangeboden om het communistische regime te
bestrijden. De gasten begrepen de boodschap. Iedereen wilde aan de
winnende kant staan en als Duitsland Sovjet officieren tegen Stalin
kon opzetten, konden Arabieren moslims werven om Churchill te
bestrijden. Echter n Duitse ambtenaar was geschokt door dat
bezoek. De ondersecretaris van het ministerie van Buitenlandse
Zaken, Martin Luther, eiste dat de Arabieren geen toegang mochten
hebben ineen concentratiekamp opdat zij anderen over wat ze zagen
zouden vertellen. Als de vijanden van Duitslands de massamoord

zouden ontdekken zouden ze dit gebruiken als een propagandawapen


tegen het Derde Rijk. Luther, een partij veteraan, was ook bang dat
lekken zijn werk kon saboteren Duitse satelliet of geallieerde Staten
om hun Joden voor transport naar de vernietigingskampen uit te
leveren. Als dit bekend werd, zouden die regimes misschien
samenwerking als gevolg van hetzij druk van Bondgenoten of angst
voor de toekomstige straf. Woedend klaagde Luther bij Grobba, dat
Von Ribbentrop hem had beloofd dat het bezoek niet zou plaatsvinden.
Luthers verzoek deze bijzondere rondleiding op te schorten werd
geweigerd. De SS beloofde hem dat er geen rondleidingen meer
zouden plaatsvinden in de toekomst, maar hield ze toch, met inbegrip
van een waarschijnlijke later bezoek van al Husaini naar Auschwitz.
Luther ging in 1943 te ver in de samenzwering om von Ribbentrops
baan te vervangen en werd zelf naar Sachenshausen. gezonden
Het belang van de samenwerking van nazi-Duitsland met de Arabische
en islamitische bondgenoten was heel duidelijk voor Hitler en de
meeste van zijn luitenants. Ze zagen dit verbond van vitaal belang
voor hun oorlogsinspanningen en de sleutel tot het veroveren van het
Midden-Oosten. Hitler dacht dat al Husaini als leider van een groot
Arabische rijk zou opstaan en zijn junior partner zou worden. Maar
wat was de achtergrond van deze Duitse fixatie met de Arabische
opstanden en de Islamitische Jihad, en hoe ontwikkelde deze
samenwerking precies aan beide zijden.

Vertaling Jolanda Molema


Bewerking Yaakov Siepman

You might also like