Interview Hans Berkhof en Marina Conyn Olijf

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 4

HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker: zin of onzin?

Er is vanaf het begin dat de eerste HPV-vaccinaties tegen


baarmoederhalskanker in 2009 werden gegeven, veel weerstand onder
de bevolking geweest. Er zou nog te weinig bekend zijn over de
veiligheid. Hoewel beiden vanwege hun professie aangeven dat hun
mening er eigenlijk niet toe doet, hebben zowel Marina Conyn als Hans
Berkhof (zie kader) alle vertrouwen in de werkzaamheid en veiligheid
van het vaccin.
Berkhof legt uit wat HPV nu precies is en gaat in op de werking van het vaccin:
HPV is een seksueel overdraagbaar virus dat op zichzelf vrij onschuldig is. Maar
als het heel lang in een cel blijft zitten, dan kan het leiden tot celmutatie, wat
uiteindelijk kanker kan veroorzaken. Nu is er een aantal jaren geleden een vaccin
ontwikkeld waarmee een infectie met HPV kan worden voorkomen. Er zijn heel
veel genetische HPV-types, maar veertien daarvan kunnen kanker veroorzaken.
Het vaccin beschermt alleen tegen de twee meest gevaarlijke en meest
voorkomende types: HPV16 en HPV18. Het is dus niet zo dat wanneer een meisje
een prik krijgt de kans op baarmoederhalskanker meteen nul is, want er zijn nog
twaalf andere kanker veroorzakende HPV-types, maar die kans daalt wel enorm.
Het is namelijk zo dat zeventig procent van de baarmoederhalskankers wordt
veroorzaakt door HPV16 en HPV18. Dus theoretisch gezien kan je de kans op
baarmoederhalskanker met zeventig procent doen dalen, gesteld dat alle meisjes
zich laten vaccineren. We hebben in 2009 berekend dat wanneer je tweehonderd
meisjes vaccineert, je n geval van baarmoederhalskanker kan voorkomen. Dat
vinden wij een aanzienlijke gezondheidswinst. Van het vaccineren tegen HPV van
meisjes profiteren jongens overigens indirect mee. Hoe minder HPV er bij meisjes
in omloop is, hoe minder kans dat een jongen met het virus besmet raakt.
Vaccinatieleeftijd
Toen de eerste HPV-vaccinaties in 2009 werden gegeven, adviseerde de
Gezondheidsraad om een inhaalcampagne te doen. Conyn: De Raad gaf aan dat
het ideale moment van vaccineren op twaalf-, dertienjarige leeftijd is, vr de
meisjes seksueel actief worden en de kans lopen een HPV-infectie te krijgen.
Verschillende studies hebben aangetoond dat maximaal rendement te behalen is
als vanaf die leeftijd wordt gevaccineerd, omdat dan elk vaccin dat je toedient
maximaal effectief is. Doe je het op vijftienjarige leeftijd, dan is het al beduidend
minder effectief omdat zon veertig procent meisjes op die leeftijd seks heeft
gehad. Maar de Gezondheidsraad zei ook: Natuurlijk zijn er ook meisjes van
veertien, vijftien, zestien jaar die nog niet seksueel actief zijn en dus profijt
hebben van het vaccin, dus we hebben een zogeheten inhaalcampagne gedaan
waarbij alle meisjes geboren vanaf 1993 het vaccin aangeboden hebben
gekregen.
Bijwerkingen
Berkhof: Als we het over het HPV-vaccin hebben, hebben we het naar mijn idee
over een zeer veilig vaccin, met weinig bijwerkingen. Er zullen altijd klachten
gerapporteerd worden, maar de vraag blijft natuurlijk wel: in hoeverre zijn die
klachten veroorzaakt dr het vaccin. Veel studies hebben aangetoond dat het
vaccin heel veilig is en minimale bijwerkingen heeft. Conyn bevestigt: Er zijn wel
een paar onverwachte signalen gekomen, maar daarvan is inderdaad niet
vastgesteld dat het ook echt een oorzakelijk verband houdt met het vaccin.

Langdurige extreme vermoeidheid, migraine, verhoogde hartslag en verlaagde


bloeddruk zijn als bijwerkingen genoemd. Migraine is inmiddels als bijwerking
ontkracht, en wat betreft die vermoeidheid: er was evident een piek in het aantal
meldingen na een negatief artikel in de Telegraaf, en die piek is inmiddels ook
weer verdwenen. Wat uiteraard niet wegneemt dat we nog meer onderzoek
hiernaar doen. Het probleem is dat het over moeilijk te duiden zaken gaat die je
veel ziet bij jonge meisjes. Maar Lareb, het bijwerkingencentrum, monitort dat
allemaal heel kritisch. Op dit moment zijn er geen signalen die de risicobalans in
negatieve zin doet verschuiven.
Weerstand
Waarom dan toch nog steeds zoveel weerstand? Conyn: Het HPVvaccinatieprogramma is vanaf het begin lastig geland. Er waren veel hypes
omheen en zelfs complottheorien. Veel mensen zonder verstand van zaken
profileerden zich opeens als deskundige. We zijn kennelijk niet in staat geweest,
in het nieuwe tijdperk met internet waarop iedereen van alles kan zeggen, om die
hypes voldoende tot rust te brengen. Ik denk dat een aantal elementen
meespelen. De seksuele connotatie roept weerstand op, zeker in combinatie met
de vaccinatieleeftijd. Veel ouders willen niet weten dat een deel van de meisjes
van veertien jaar en ouder al seksueel actief is, en zijn verontwaardigd over de
vaccinatieleeftijd van dertien jaar. En verder wordt er geroepen: die vaccinatie is
er alleen maar voor de industrie die er geld mee verdient. Dan denk ik: ja, als je
niet zon industrie zou hebben die research deed in de hoop op nieuwe
geneesmiddelen en nieuwe vaccins, dan kwamen we qua gezondheidswinst niet
veel verder. Ook is de Nederlandse bevolking een kritische bevolking. Dat is
alleen maar goed, je mag kritisch zijn, maar er is ook een soort antivaccinatiebeweging. Er wordt heel veel paniek gezaaid, zodanig dat je je kan
voorstellen dat ouders zich afvragen: wil ik mijn kind dit wel aandoen?
Onzeker
Daar komt bij, en dat heeft de Gezondheidsraad expliciet benoemd in haar
advies, dat nog niet vaststaat dat het vaccin tegen kanker helpt; dat kan pas over
twintig jaar gemeten worden. Wel kan al worden aangetoond dat vaccinatie een
HPV16- of HPV18-infectie voor 98% voorkomt. En daarmee
baarmoederhalskanker, want zonder HPV-infectie geen baarmoederhalskanker.
Ook moest bevestigd worden dat de bescherming lang genoeg zou aanhouden.
Gebleken is dat de hoeveelheid afweerstoffen na vaccinatie aanhoudend hoog is.
Verder onderzoek moet bevestigen dat de raad goed zat met haar positieve
advies. Bij het vaccinatieprogramma hoort een continue monitoring, ook van
HPV, zodat indien gewenst kan worden bijgestuurd. Het wrange is alleen dat
mensen die zich tegen het vaccin keerden die onzekerheid hebben gebruikt als
argument om tegen HPV-vaccinatie te zijn. Ondanks de bevinding dat vaccinatie
een HPV-infectie voor bijna honderd procent voorkomt. Conyn: Als er een polioepidemie uitbreekt, kun je nog een suikerklontjesvaccin halen dat dan soelaas
kan bieden. Maar bij baarmoederhalskanker is dat niet zo. Als er bij het uitstrijkje
een afwijking wordt gevonden is dat heel belastend. Ook als die met succes
behandeld kan worden, moet het effect ervan niet onderschat worden. De
belasting ervan, het geconfronteerd worden met toch een voorstadium van
kanker, met soms een chirurgische ingreep, die weer effecten kan hebben op
eventuele latere zwangerschap, met vroeggeboorte omdat die baarmoedermond
niet meer zo mooi sluit. Nieuwe studies hebben wel aangetoond dat bij een

bestaande afwijking door een alsnog ontvangen vaccin de kans op recidief


verkleint. Het is natuurlijk mooi dat we het bevolkingsonderzoek
baarmoederhalskanker hebben, maar als we door te vaccineren kunnen
voorkomen dat het daar verkeerd uitpakt, is dat toch alleen maar fijn? Ik ben blij
dat we aan het bevolkingsonderzoek een vaccinatieprogramma kunnen
toevoegen. Die twee overheidsprogrammas samen bieden optimale bescherming
tegen baarmoederhalskanker. Mensen moeten zelf hun eigen afwegingen maken,
maar ik sta er voor honderd procent achter. Elk meisje dat zich niet goed kan
beschermen tegen baarmoederhalskanker, en dan ook nog op onjuiste
argumenten, vind ik een ontzettend verlies.
Jongens
Berkhof: Internationaal onderzoek heeft aangetoond dat het vaccin niet alleen
beschermt tegen baarmoederhalskanker, maar ook tegen andere door HPV
veroorzaakte kankers, ongeacht de plek in het lichaam waar ze ontstaan. Naast
baarmoederhalskanker, die het meest voorkomt, wordt ook een bepaald
percentage van de vulvakankers, de keelholtekankers, de peniskankers en vrijwel
alle anuskankers door het virus veroorzaakt. Dat zou ervoor kunnen pleiten het
HPV-vaccinatieprogramma uit te breiden met ook inenting van jongens. We
hebben berekend wat het effect is van het vaccineren van jongens op het
voorkomen van kanker, gegeven dat al zestig procent van de meisjes
gevaccineerd wordt. Dan komen we erop uit dat je achthonderd jongens moet
vaccineren om n geval van kanker bij jongens te voorkomen. Conyn, en
Berkhof onderschrijft dat: Als je diep in mijn hart kijkt denk ik: laat vooral
homomannen gevaccineerd worden. Want die genieten nu nog helemaal geen
bescherming tegen HPV, niet direct en niet indirect. Maar dat is natuurlijk
moeilijk: jonge homomannen die net ontdekt hebben of aan het ontdekken zijn
dat ze op mannen vallen zullen zich over het algemeen, al dan niet onder druk
van hun omgeving, niet zo gemakkelijk openlijk laten vaccineren. Dat pleit dan
trouwens voor een vaccinatieprogramma voor lle mannen. Want vor een jonge
knul uit de kast komt, ben je meestal te laat. Als je op twaalf-, dertienjarige
leeftijd vaccineert, heb je meer kans dat je op tijd bent, en als je het binnen het
bredere kader van het rijksvaccinatieprogramma doet, heven ze helemaal niet
uit de kast te komen, want dan vaccineer je lle jongens, hetero- of
homoseksueel. Er is alle reden om de Gezondheidsraad te vragen het gehele
HPV-dossier te herzien in het brede licht van allerlei HPV-gerelateerde tumoren,
waarbij allerlei doelgroepen, niet alleen meisjes, aan de orde komen. Dat is mijn
grote wens.

[Streamer]
Marina Conyn: Elk meisje dat zich niet goed kan beschermen tegen
baarmoederhalskanker vind ik een ontzettend verlies.
[Streamer]
Hans Berkhof: Internationaal onderzoek heeft aangetoond dat het vaccin niet
alleen beschermt tegen baarmoederhalskanker, maar ook tegen andere door HPV
veroorzaakte kankers, ongeacht de plek in het lichaam waar ze ontstaan.

[Kader]
Marina Conyn, arts en epidemioloog, is Rijksvaccinatieprogramma-manager van
het Centrum Infectieziektebestrijding van het RIVM (Rijksinstituut voor
Volksgezondheid en Milieu). Ze is als regisseur verantwoordelijk voor het
rijksvaccinatieprogramma.
Het rijksvaccinatieprogramma wordt betaald met overheidsmiddelen, uit het
budget van de minister van Volksgezondheid, en aan de bevolking aangeboden
als een kosteloos en vrijwillig programma. De minister vraagt altijd advies aan de
Gezondheidsraad over een nieuw vaccin dat op de markt is gekomen, of dat wel
of niet een plaats verdient in het rijksvaccinatieprogramma. Bij een positief
besluit van de minister gaat Conyn vervolgens met diverse partijen aan de slag
om zon vaccinatie mee te gaan nemen in het rijksvaccinatieprogramma. Het is
een vrijwillig programma, dus mensen moeten zelf een goede afweging kunnen
maken. Daar richt het RIVM zich op met de voorlichting voor de doelgroep n de
betrokken professionals. Verder is er een intensief bewakingsprogramma, waarbij
informatie wordt verzameld over de effecten van het programma. Zo nodig wordt
het programma bijgestuurd.

Hans Berkhof is van oorsprong econometrist en waarnemend hoofd van de


afdeling Epidemiologie en Biostatistiek van het VUmc (Vrije Universiteit Medisch
Centrum). De afdeling heeft ongeveer honderd medewerkers en houdt zich bezig
met het doen van epidemiologisch onderzoek naar ziekten onder de bevolking en
ziekten in de kliniek. Daarnaast wordt veel biostatistisch onderzoek gedaan, dat
gaat over onderzoek naar methoden om gegevens te analyseren. Op deze
afdeling worden die methoden ontwikkeld. Verder worden biomedisch
onderzoekers ondersteund bij het doen van wetenschappelijk onderzoek: de
afdeling verzorgt vaak de methodiek en statistiek. Daarnaast geven de
medewerkers van de afdeling onderwijs.
Het onderzoek naar baarmoederhalskanker is eigen onderzoek, waarbij
wiskundige modellen ontwikkeld worden op basis waarvan voorspellingen worden
gedaan over van het mogelijke effect van een interventie (vaccinatie in dit
geval).

You might also like