Professional Documents
Culture Documents
Jaarverslag 2015
Jaarverslag 2015
Dit is het jaarverslag van Stichting 4 en 5 mei Comit Amsterdam Zuidoost 2015
Het Comit
Stichting 4/5 mei Comit Amsterdam Zuidoost
Bestuur
Hannie Stork voorzitter
Hanoch Nahumury secretaris tot juli 2015
Arnold Pocornie penningmeester tot eind 2015
Hortence Oehlers algemeen bestuurslid tot juli 2015
Lauri Sweet algemeen bestuurslid
Gerrit Reijnen algemeen bestuurslid
Adviseurs
Herman Morsink creatief adviseur en schilder
Patrick Meershoek media en journalistiek adviseur
Januari 2016 is er een nieuw bestuur aangetreden
Janneke Roos voorzitter
Cor van Drongelen vice voorzitter
Jaap Ruijgers penningmeester
Gerrit Reijnen algemeen bestuurslid
Lauri Sweet algemeen bestuurslid
Hannie Stork algemeen bestuurslid
Gouden Leeuw 742 1103 KR Amsterdam Zuidoost
Email 4en5mei.Zuidoost@Gmail.com
KvK 34333116 Triodos-bank IBAN NL11TRIO039020971
De doelstelling van stichting 4/5 mei Comit Amsterdam Zuidoost is het bewerkstelligen van
een blijvende verbinding van de 4 en 5 meidagen met de 14 en 15 augustusdagen. Het ging en
gaat om de herdenking van de Tweede Wereldoorlog en de nasleep, de barre periode van
onvrijheid en onmenselijkheid. Tegelijkertijd wordt met de viering van vrijheid op 5 mei en 15
augustus, het huidige Nederlandse Koninkrijk er aan herinnerd dat oorlog en andere
vergelijkbare misdaden tegen de mensheid ons bestaansrecht aantasten en nooit meer zouden
mogen. Het 4/5 mei comit Zuidoost schenkt daarom ook aandacht aan de Dag van de Rechten
van de Mens op 10 december. Het ging en gaat bij de eerder genoemde gebeurtenissen met
name om deze mensenrechten die in het geding zijn.
Met lezingen, exposities en filmvoorstellingen geeft het Comit aandacht aan de minder
bekende oorlogsgebieden, slachtoffers en verzetshelden in De West en De Oost. Het Comit
wordt ondersteund door vele vrijwilligers en adviseurs.
Jaarverslag 2015
De subsidiebeschikking voor 2015 omvat een aantal prestatieafspraken. De
verantwoording van deze prestatieafspraken zit verwerkt in het jaarverslag.
Het verkorte jaarverslag geeft daarvan een overzicht.
Auschwitz herdenking
Helaas is deze herdenking door ziekte van de deelnemer die ons Comite zou
vertegenwoordigenniet namens ons bijgewoond.
Februari staking
Op 25 februari 2015 is de februari staking herdacht namens het 4en5 mei CAZ door
een van de bestuursleden met een van de vrijwilligers uit Zuidoost.
Mevrouw Stef Scagliola vertelde over haar onderzoek, haar boek en de website
Liefde in tijden van oorlog die zij samen met documentairemaakster Annegriet
Wietsma heeft gemaakt.
Tijdens de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog stuurde Nederland vanaf 1946
135.000 militairen (Nederlandse militairen, daar kwamen de mensen van het KNIL
nog bij) naar de archipel. Na de onafhankelijkheidsoverdracht in 1949 keerden de
manschappen huiswaarts. Zij trouwden en stichtten een gezin. Hoe gaat het met de
verzwegen oorlogsliefdekinderen?
Het verhaal werd gellustreerd met beelden van de documentaire Tuan Papa
gemaakt door Annegriet Wietsma.
Mevrouw Roos van der Genugten en de heer Rob Sipkens spraken over hun eigen
ervaringen. Het stilzwijgen in familieverband, begrip en acceptatie, kwamen
indringend over.
Organisaties, zoals de FIOM (Federatie van instellingen voor de ongehuwde moeder
en haar kind), de stichting Sakura en de stichting voor Oorlogsgetroffenen in de Oost
(OOS) hielpen hen om achter hun herkomst te komen. Beiden maakten diepe indruk
door de manier waarop zij accepterend omgaan met het vinden van hun achtergrond.
Een proces van jaren van onderzoek, inzicht en verwerking ging daaraan vooraf.
Meer hierover is te vinden op de website van oorlogsliefdekind.
De collectie Echt Helden, helden van het Verzet is met een nieuw portret uitgebreid.
Het portret van Coos Ayal werd onthuld door haar kinderen, helaas was zij zelf niet in
staat aanwezig te zijn. Haar familie vertelde over de drie lange jaren guerrillastrijd
vanaf haar 15de met haar oom en tante, dwars door de rimboe en bergen van Nieuw
Guinea. Tweeenzestig strijders samen tegen de bezetters, waarvan 16 mannen en
een vrouw (Coos Ayal) dit overleefden. De thans 86-jarige heldin werd door haar
kinderen omschreven als een optimistisch mens die met een glimlach het leven
aankijkt en met een actief gevoel voor de samenleving om haar heen. Haar
kleinkinderen maken werkstukken op school over hun oma en ook bij hen is de vonk
van inspiratie overgesprongen. Het portret laat vooral haar zachte glimlach zien en
ontroerde de aanwezigen. Haar lijfmotto: doorzetten met vertrouwen heeft zij zelf
geleefd.
Na de verhalen en de muziek van Young Released in het Theater van t Woord van
de OBA op de Oosterdokskade naar huis uitkijkend naar de lustrum editie van
volgend jaar.
Deze lezing is georganiseerd samen met: Stichting Nusantara, Indische
Herinneringscentrum, Stichting de Brug, Stichting Gastdocenten Z.O. Azi,
Herdenking Amstelveen.
vonden wij in het Platform Gehandicapten een goede partner om een nieuwe indeling
en tekening te maken.
De 28ste herdenking op 4 mei begon om 19.30 bij het verzets- en
bevrijdingsmonument te Holendrecht aan het Abcouderpad ter hoogte van
winkelcentrum Holendrecht.
Daaraan voorafgaand was de stille tocht vanaf metrostation Holendrecht.
De sprekers waren :
Marian Bruinvels (stichting gastdocenten Wo II ZO-AZIE), Muriel Dalgliesh, voorzitter
van de bestuurscommissie Amsterdam Zuidoost,Marianne van Lith, vrijwilligster bij
4/5 mei CAZ.
In Holendrecht was de herdenking bij het Monument weer heel bijzonder. De stille
tocht, de muziek van Tavenu en het Soul Sound Choir, de bijdrage van de leerlingen
van de Holendrechtschool, de speeches van de genodigden en de bloem- en
kranslegging waren weer indrukwekkend. De toespraken vind u in de bijlage.
Het Koor Meneer de Wit besloot deze herdenkingavond in de Drecht met liederen
van Faur.
Overdracht Holendrechtschool
Dit heeft dit jaar niet bij het monument plaatsgevonden wegens drukte op de school.
Wel heeft groep acht het herdenkingsstokje weer overgenomen.
De laatste groep heeft tot taak volgend jaar op 4 mei een bijdrage te leveren bij de
herdenking.
Na de oorlog beschouwen we Truus Menger als een heldin, Traudl Junge als een
misdadiger.
Thirsa van Til vertelt op een spannende en heel toegankelijke manier het verhaal van
deze twee vrouwen. Ze laat heel mooi zien hoe twee jonge mensen met de beste
bedoelingen hun keuzes maken. Het stuk laat ook zien dat de begrippen 'goed' en
'fout' afhankelijk zijn van de situatie, in dit geval oorlog en vrede.
Deze voorstelling gespeeld door Thirsa van Til hield de zaal muisstil tot ver na het
einde.
Indi-herdenkingen
Op vrijdag 14 augustus hebben wij als bestuur een krans gelegd bij het regionale
Indi Monument in Amstelveen.
Zevetig jaar geleden gaf Japan de strijd op in Zuidoost-Azi en werd NederlandsIndie bevrijd van Japanse overheersing.
Bij het Indi-monument in het Broersepark, Amstelveen vertelde de heer Ron Wong
uit Huizen vrijdagavond 14 augustus hierover. Hij vertelde over zijn leven op MiddenJava als kind in het vrouwenkamp samen met zijn moeder en 3-jarig zusje. En over
zijn leven als tiener in het mannen/jongenskamp. Hij vertelde over zijn beleving van
die eerste dag Vrij zijn, zijn gevoel voor vrijheid. Bijzonder om dit jaar te herdenken
met jeugdigen, naast de talloze volwassenen vanuit lokale overheden en de
bevolking uit Amstelveen, Amsterdam, Aalsmeer, Uithoorn, Ouderkerk en
Haarlemmermeer en vele herdenkingsgemeenschappen uit het land met kransen,
bloemstukken en bloemen. Ook de Commissaris van de Koning van Noord-Holland
en de Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht stonden met aanwezigen bij het
monument stil. Het Indische Onze Vader werd prachtig gezongen door de 24 jarige
May-Lin Go, begeleid door Koen Trommel. Bibine Wst (12 jaar) droeg met heldere
stem, namens basisschool de Cirkel, adoptieschool van dit monument, het
indringend gedicht Vrijheid voor, geschreven door generaal b.d. Govert Huyser. De
stemmige muziek werd verzorgd door de Koninklijke Militaire Kapel Johan Willem
Friso onder leiding van kapelmeester Eerste luitenant J. van Overbeek. Bewogen
spraken Clemens Bouwens (voorzitter Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in
Nederlands-Indi), de Amstelveens burgemeester Mirjam van t Veld en Willem van
de ronde hoek van de voorkamer, met zijn hoofd naar de muur en riep: Ze komen er
aan, ze komen er aan!
Op zijn werk is het gebeurd, vertelde mijn moeder, dat hij naar de wc ging en
terugkwam en niet meer door de glazen deur durfde, want na tien jaar gaat dat
oorlogsverleden werken. Joodse kinderen helpen onderduiken, identiteitskaarten
vervalsen, nieuws verspreiden, knok- enspionageploegen oprichten, verraden
worden, bewusteloos geslagen, opgesloten inde dodencel van de gevangenis aan de
Weteringschans in Amsterdam en daarna in concentratiekamp Amersfoort. Hij heeft
het mijn moeder verteld. 's Morgens vroeg op appel. Soms helemaal naakt. Uren
staan. Of: met de matras op hun nek door zo'n tunnel.Steeds weer opnieuw en hun
pet moest keurig op hun hoofd blijven. Als die viel dan was het gebeurd. Sommigen
hadden die pet nog maar half op hun hoofd. Hielden hun hoofd schuin, dat ie maar
niet vallen zou. Want hun handen mochten ze niet gebruiken. Er was een Joodse
jongen. Hij vluchtte weg. Een boom in. Ze schoten hem er zo uit.
Later, vertelde mijn moeder, is je vader in de ziekenbarak terecht gekomen, als
ziekenbroeder: er lagen mensen met zulke zweren, en ze hadden niets, geen water,
geen medicijnen, niets. Dus met hun eigen plas moesten ze soms de wonden
schoonmaken. Ze stierven bij bosjes. Kotella, de kampbeul. Af en toe pikte hij er
iemand uit en dan sloeg ie net zo lang tot ie dood was. En dan stonden ze er maar
bij. Konden ze het lichaam wegbrengen. Ja jongen, waartoe mensen in staat zijn.
Ik zelf herinner me de dodenherdenking, dat ik als maar de dode vrienden van mijn
vader voor me zag. Allemaal Indos en Indonesirs. Toen de oorlog voorbij was en hij
uit het kamp was bevrijd, ging hij op zoek naar de mensen die zijn vrienden hadden
verraden. Alsof zijn eigen leven er van afhing. Je vrienden zijn dood, maar jij leeft
nog.
Maar ja, mijn moeder wilde feesten. Ze ontmoette een Indonesir die net uit een
Duits concentratiekamp was teruggekeerd. Van het een kwam het ander. Het hielp
allemaal niet mee.
Bovendien begon mijn vader zich ook in te zetten voor de bevrijding van Indonesi.
Bevrijding van de Hollandse bezetter, want ja, je moest de lijn doortrekken. U weet
het misschien niet, maar zo goed als alle Indonesirs die tijdens de oorlog in ons
land verbleven zijn hier in het verzet gegaan, hebben gestreden tegen de
onderdrukker en na de oorlog wilden zij hetzelfde doen voor hun eigen land en
werden van het een op het andere moment persona non grata, terwijl ze zo kort
geleden nog bereid waren geweest hun leven te geven voor onze vrijheid.
Het kan verkeren.
Nu worden ze dan, eindelijk, na 70 jaar, geerd.
Dames en heren, dit is een bijzonder moment voor mij. Ik zie het portret van mijn
vader tussen al die anderen, geworteld in de voormalige Nederlandse kolonin.
Herman Morssink heeft ze prachtig geschilderd zoals ze waren. Gewone mensen die
door een speling van het lot en omdat ze opkwamen voor gerechtigheid, helden
werden. De meesten hebben het niet overleefd. Mijn vader wel. Anders had ik hier nu
niet voor u gestaan.
De ballade van Nina bobo
Ik wil afsluiten, in deze tijd, waarin de gruwelen van de tweede wereldoorlog weer
hun klauwen naar ons lijken uit te steken, waarin miljoenen vluchtelingen onder
erbarmelijke omstandigheden rammelen aan de poorten van Europa, met een
protestlied, een smeekbede aan de politiek, die er een week over deed om te
beslissen of een handvol uitgeprocedeerde asielzoekers in dit land als mensen
behandeld moesten worden of toch maar niet.
Dit huis
Het mooie is, dames en heren, dat de Indonesirs die hierin Nederland in het verzet
gezeten hebben en hun hart en deuren openden en van wie er enkelen hier
geportretteerd zijn, allemaal moslims waren. Moslims die hun leven waagden om
Joodse landgenoten te redden. Dat verhaal zou nu, op dit moment,de hele wereld
over moeten, van huis tot huis, dwars door Europa, naar Afrika,het midden Oosten,
naar Isral, tot in Indonesi en Amerika. Het zou de wereldgoed doen.
En met die woorden, dames en heren, verklaar ik deze bijzondere tentoonstelling
voor geopend.
Ernst Jansz,
Amsterdam, 24 april 2015.
Eerste herdenking in Driemond, 15 april 2015
Goede morgen op deze bijzondere dag op de Algemene Begraafplaats te Driemond.
Mijn naam is Hannie Stork, voorzitter van het 4 en 5 mei Comit Amsterdam
Zuidoost.
Bij deze eerste herdenking in Driemond hoort het verhaal van het ontstaan.
Rijdend langs de provinciale weg zag een van de dochters van de beeldhouwer,
Marianne van Lith het beeld, gemaakt door haar vader, Hubert van Lith staan.
Bij navraag is gebleken dat het beeld administratief onbekend was.
Het is aangemeld bij Amsterdam Zuidoost en bij het landelijke 4 en 5 mei comit.
Dit is gemeld aan de Dorpsraad en zo is de werkgroep Driemond ontstaan die de
eerste herdenking in Driemond heeft georganiseerd. De Historische Vereniging,
Dorpsraad en comit 4 en 5 mei Amsterdam zuidoost zijn onderdeel van deze
werkgroep.
Het beeld is een voorstudie van een beeld dat in Rotterdam staat met dezelfde naam
Ongebroken verzet en geschonken door Nel van Lith om bij het graf van haar
vader gezet te worden.
De beeldhouwer heeft zelf in het verzet gezeten en deze voorstudie is gelukkig
bewaard gebleven.
Het beeld vormt nu het middelpunt van deze herdenking.
Herdenking Holendrecht, 4 mei 2015
Toespraak Muriel Dalgliesh, voorzitter Stadsdeel Zuidoost.
Dames en Heren, Jongens en Meisjes:
Morgen vieren we dat we in vrijheid kunnen leven, maar vandaag staat in het teken
van herdenken. We herdenken de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. We
Ikzelf ben geboren in 1935 in Batavia, Nederlands Indi, in een groot ziekenhuis. Wij
woonden in een mooi huis in een Europese wijk. De bedienden woonden in de
kampong. Nederlands Indi behoorde aan Nederland, al 300 jaar.
Op 30 april, Koninginnedag voor Koningin Wilhelmina, zou een grote kermis worden
gehouden, midden in de stad, op het Koningsplein. Maar in 1940 viel Hitler een
aantal landen binnen en was de Tweede Wereldoorlog begonnen. De kermis ging
niet door. Mijn moeder huilde. Zij was Joods en haar hele familie zat in Holland.
Alleen haar zusters en haar broer waren ook in Indi. Mijn moeder wist niet wat er in
Europa zou gaan gebeuren. Ze was bang. Terecht.
Haar vader stierf nog in zijn eigen huis. Haar moeder zat ondergedoken en stierf op
haar onderduikadres. Haar brieven-dagboek was net een half jaar te zien op de
tentoonstelling over Indische Joden in Amsterdam. De rest van de familie, mannen,
vrouwen en kleine kinderen, is afgevoerd naar Sobibor en vermoord. Alleen maar
een neef was naar Amerika ontsnapt.
Maar Nederlands-Indi was nog niet in oorlog.
Totdat op 7 december 1941 de Japanners Pearl Harbor aanvielen. Toen verklaarden
de Nederlanders en de Amerikanen de oorlog aan Japan. Japan en de Nazis waren
bondgenoten. Japan vormde met Duitsland en het fascistische Itali de zg.
Asmogendheden, die op veel plaatsen in de wereld gruwelen uitvoerden. De nazivlaggen wapperden ook in Tokio.
In maart 1942 veroverden de Japanners Indi. We waren Prisoners of War. Er zaten
toen 300.000 Nederlanders. Eerst werden de mannen gevangen genomen. Een paar
maanden later moesten de vrouwen en kinderen naar concentratiekampen.
Nu was niet iedereen wit van vel. Na 300 jaar Nederlandse aanwezigheid waren er
veel half-bruine mensen. Op je geboortebewijs stond bv: Vader Europeaan, Moeder
Inlands. Dan waren de kinderen half-bruin. De Japanners vonden dat de halfbruinen
Aziaten warenen dus gingen die niet naar het kamp. Maar buiten het kamp was er
gevaar, er was geen geld en geen eten. Geen enkele bescherming. Dus deze mensen
hadden daar niet veel voordeel van.
Was er dan geen verzet? Jazeker, in de binnenlanden hielden veel militairen het lang
uit tegen de Japanners. In Nieuw-Guinea waren verzetsgroepen, waaronder de
dappere Coos Ayal, een jonge vrouw. Op de Molukken was er Matta Mezach van het
eiland Ceram, die als 16-jarige in het verzet zat en door de Japanners zwaar werd
verminkt. Zijn gezicht werd afgehakt met een Samuraizwaard. Hij is nog actief
geweest als gastdocent.
Maar na enige tijd, zaten alle Nederlanders gevangen. Mijn moeder, mijn zusje en ik
zaten eerst in Tjideng, Batavia. Ik herinner mij honger, dorst, ziektes en veel doden.
Het timmeren van doodskisten ging de hele dag door. Toen het hout op was werden
de doden in opgerolde matjes begraven. Na een tijd moesten de Joden naar een
gestraftenkamp, Tangerang. Daar was het vrij slecht. Ik was aldoor ziek.
Na Tangerang werden we naar ADEK vervoerd. Alles in overvolle treinwagons, 4de
klas! Afgesloten wagons, kokend heet, geen eten, drinken of sanitair.
Nachtmerriereizen
In ADEK was het erg vies met veel luizen. Mijn moeder liet mijn zusje en mij
kaalscheren. Het eten was zeer slecht en de huisvesting erger dan nu in de
vluchtelingenkampen. Wij waren aan het sterven van de honger. Maar na de
atoombommen op Hiroshima en Nagasaki in augustus 1945 was alles voorbij. We
leefden nog. Ook mijn vader kwam terug. Maar veel vaders niet. Die waren door de
Drom blijft herdenken belangrijk! Als we stilstaan bij het verleden, kunnen we
dingen anders of beter doen, we kunnen bouwen, we kunnen elkaar steunen en we
kunnen van elkaar leren.
Nu n in de toekomst!
Marianne van Lith
Mijn naam is Marianne van Lith, vrijwilligster van het 4 en 5 mei Comit Amsterdam
Zuidoost. Al jaren lang staat er een beeld gemaakt door mijn vader, Hubert van Lith,
op de Algemene Begraafplaats van Driemond langs de Provincialeweg van
Amsterdam naar Weesp waar mijn vader begraven lag.
Omdat er een tijdje zo veel bronzen beeld gestolen werden om ze om te smelten
voor het koper, ging ik ongerust navragen of men het beeld wel in de gaten hield.
Maar naar welke instantie ik ook belde. Overal zei men: Nee, mevrouw daar staat
helemaal geen beeld. Het beeld bleek administratief onbekend en dan heet het een
zwerfbeeld.
Inmiddels is het beeld aangemeld bij het 4 -5 mei Comit Amsterdam Zuidoost en bij
het Landelijke 4 5 mei Comit en is het officieel een verzetsmonument.
Het beeld is geschonken door mijn halfzus Nel van Lith die in Driemond woonde. Ze
schonk het aan de afdeling Kunstzaken van Amsterdam. Maar doordat Driemond
later onder het Stadsdeel Amsterdam Zuidoost ging vallen en Amsterdam Zuidoost
weer onder Amsterdam n de begraafplaats Driemond onder de hoede van de
Nieuwe Oosterbegraafplaats terecht kwam, raakte het beeld administratief zoek.
Mijn zus Nel van Lith, woonde langs t Gein, nog net in Driemond, en mijn vader
wilde, toen jij stervend was, dood gaan langs t Gein met stokbrood, Franse kaas en
een glas wijn n met uitzicht op dat prachtige riviertje t Gein. Dat lukt hem wel een
tijdje.
Mijn vader, de beeldhouwer, Hubert van Lith heeft zelf in het verzet gezeten en dit
beeld is een voorstudie van een veel groter verzetsmonument in Rotterdam met
dezelfde naam Ongebroken verzet
Nog geen vier weken geleden, op 15 april, heeft 70 jaar na het einde van de oorlog
in Nederland de eerste herdenking in Driemond plaats gevonden bij het beeld in het
bijzijn van schoolkinderen uit scholen van Driemond. Het beeld vormt nu het
middelpunt van de herdenking in Driemond en zo is de cirkel weer rond. Gemaakt als
herinnering aan het Ongebroken Verzet, nu een plaats van jaarlijkse herdenking in
Driemond. En dat de schoolkinderen daarbij aanwezig waren, dat vond ik het
belangrijkste.
5 mei
Vorig jaar maakte Thirsa van Til in samenwerking met Urban Myth de
theatervoorstelling OM IN DE OVERWINNING TE GELOVEN. Een
voorstelling over Truus Menger-Oversteegen en Traudl Junge; twee
vrouwen die tijdens de Tweede Wereldoorlog een keuze maakten die de
rest van hun verdere leven heeft bepaald. Truus Menger voegde zich op
zeventienjarige leeftijd in 1942 samen met haar jongere zusje bij het
Haarlems Verzet. Traudl Junge was tweentwintig jaar oud toen zij in
datzelfde jaar een baan accepteerde als persoonlijke secretaresse van
Adolf Hitler.