Wandeling Sibe

You might also like

Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 5

WANDELEN IN HET LAND VAN SIBE VAN AANGIUM

Intro
In de boeken van Sibe van Aangium wordt heel wat afgewandeld. Van Anjum naar Oostmahorn en
weer terug, maar ook van Anjum naar Ezumazijl en Kollum, of nog verder. Anna, de dochter van
Lubbert Klazes die op een boerderij in Oostmahorn woont, moet telkens weer een half uur lopen om
boodschappen te gaan doen in Anjum. En als de verrader Sieger wil gaan spioneren in de rietlanden
achter de Dokkumer Nieuwezijlen, moet hij al vr zevenen op pad zijn, wil hij diezelfde dag nog
terugkomen. Je voelt als lezer bijna met hem mee als hij s avonds, stijf van het lopen, eindelijk mag
uitrusten in de stoel, de benen omhoog.
Nu is het in de boeken van Sibe van Aangium altijd koud en donker, het vriest dat het kraakt, of het
stormt en het spookt (vooral op de Waddenzee en aan het strand). Dat zijn de perfecte
omstandigheden voor een spannend verhaal over smokkelaars en verraders, uit de series De
smokkelaars van de Schans en De zwarte mus. Of over de geuzen en de dubbelhartige monniken
uit de serie Hotse Hiddes. Maar wie vandaag op een mooie zomerdag door het land van Sibe van
Aangium loopt, krijgt een veel lieflijker indruk van de omgeving: oude dorpjes en kerkjes, weilanden,
akkers, en schitterende natuur rond het Lauwersmeer.
Intussen zijn er nog altijd genoeg sporen van Sibe van Aangium (1895-1953) te vinden. De schrijver,
die in het echte leven Hendrik Steen heette en gereformeerd predikant was in Zoutkamp, Den Helder
en Andijk, werd geboren in Anjum en groeide op in de omgeving die in zijn boeken zon grote rol
speelt. Hieronder de belangrijkste bezienswaardigheden, met veel dank aan kleinzoon Johan Steen
en aan Hendrik Tilma (die als kerkenraadslid de sleutel van de Anjumse kerk beheert, die allerlei
dingen over Anjumse geschiedenis weet te vertellen en die in de verte ook nog familie van de
schrijver is).

Lengte wandeling:
- Hoofdroute ca. 9,5 kilometer (via wandelknooppunten 26-34-37-52-58-48-26); let op: tussen
knooppunt 26 en 34 volgt u een iets andere route dan de knooppunten wijzen. Van Oostmahorn tot
Ezumazijl kunt u tevens de roodwitte markering van het Friese Woudenpad volgen.
- Uitgebreide route ca. 18 kilometer (via wandelknooppunten 26-34-37-52-97-77-49-48-26); let op:
tussen knooppunt 26 en 34 volgt u een iets andere route dan de knooppunten wijzen. Van
Oostmahorn tot Tibma kunt u tevens de roodwitte markering van het Friese Woudenpad volgen.

Koffiedrinken langs de route:


Kan in Anjum en Oostmahorn (diverse gelegenheden).

Toegankelijkheid voor fietsers:


De hoofdroute is ook voor fietsers toegankelijk, maar in de uitgebreide route zitten gedeelten die per
fiets niet te doen zijn (het stukje tussen Ezumazijl en de Ezumakeeg, en de 3 km lange graskade
tussen Nieuwland en Tibma). Het is uiteraard mogelijk om hier een alternatieve fietsroute te kiezen
zie daarvoor de kaart Waddenwandelen Noordwest Groningen met Lauwersmeer en
Schiermonnikoog, met een overzicht van alle wegen, fietspaden, wandelknooppunten en mogelijke
routes in de regio (te koop voor 8,95 in de molen van Anjum).

ROUTEBESCHRIJVING
Startpunt: Molenmuseum De Eendragt, Mnebuorren 18, Anjum.
Dit is niet de molen van Jelle Joukes, die zon belangrijke rol speelt in de serie De zwarte mus. De
eerdere Anjumse molen werd in 1889 door de bliksem getroffen en is afgebrand, en kort daarna
vervangen door de huidige. Op de lijst van Anjumse molenaars, die in de molen hangt, komt
overigens geen Jelle Joukes voor de molenaar in de Franse tijd heette Dirk Cornelis. Dat personage
is dus aan de verbeelding van de schrijver ontsproten.
Als je de molen uitkomt rechtsaf, en dan meteen linksaf Pfeifferbuorren in (straat schuin tegenover
de molen).
In deze straat aan de rechterkant zicht op een groot gebouw met hoog puntdak. Dat is de kerk die
gebouwd is in plaats van de oude gereformeerde kerk die in 1967 in vlammen opging. Naar die oude
kerk ging de familie Steen, daar was dus de jonge Hendrik (Sibe van Aangium) op zondag te vinden.
Bij splitsing rechts aanhouden, Tsjerkestrjitte.
Op nummer 11, op de hoek van Tsjerkestrjitte en Foarstrjitte, de voormalige herberg Het Grauwe
Paard, een vast herkenningspunt in alle boeken van Sibe van Aangium. Hier was het voormalige
rechthuis waar in de tijd van Hotse Hiddes de gevangen pastoor werd opgesloten, en hier was de
herberg van Taeke Pieters waar smokkelaars hun plannen smeedden. Het huis lijkt tegenwoordig
minder oud, onder meer door de nieuwe vensters en vensterbanken, maar aan het aangrenzende
pakhuis in de Foarstrjitte kun je nog goed zien hoe oud het is.
Bij de kerk rechtsaf, Tsjerkepaad.
Rechts naast het pad een oude lindeboom, volgens overlevering geplant op het massagraf van de
slachtoffers van de Allerheiligenvloed, die in Anjum grote verwoestingen aanrichtte. Meteen
daarachter de voormalige pastorie en het schoolmeestershuis.
Bij de ingang van de kerk het hekje door, over het gras naar de achterkant van het kerkhof.
Hier rijst tussen alle oude grafstenen een klein zuiltje omhoog. Dat is het graf van Gerrit Steen, de
vader van Hendrik de schrijver zelf ontwierp het grafmonument. In het graf ernaast liggen zijn
moeder en zuster. Overigens is Hendrik Steen zelf in Haren (Groningen) begraven. Drie andere
zusters van hem liggen aan de rechterkant achteraan op de nieuwe begraafplaats aan de Bantswei in
Anjum.
In de zomermaanden op zaterdagmiddag: terug naar de ingang, en de kerk in.
De Michalkerk van Anjum is in de zomermaanden op zaterdagmiddag geopend tussen 13.30 en
16.30 uur. Wie de kans heeft om ook het interieur te kunnen bekijken, moet dat zeker doen, want dit
is zon prachtig Fries kerkje, gebouwd op een terp, met plavuizen in de consistorie, met krijt
beschreven psalmborden, en een exemplaar van de eerste druk (1637) van de Statenbijbel, afkomstig
van de inmiddels verdwenen Holdingastate.
Onder de toren is nog altijd, achter een zware met ijzer beslagen eiken deur uit de achttiende eeuw,
het donkere Hnegat, ooit wel de engste plek van Nederland genoemd. Die indruk wordt bevestigd
door het namaak-geraamte dat in het schemerdonker in de hoek oplicht. Dit was het plaatselijke
gevangenkot, de plek die gebruikt werd om ondeugende kinderen bang te maken: Pas op, anders
stoppen we je in het Hnegat!
In de boeken van Sibe van Aangium speelt de gevangenis onder de toren een belangrijke rol.
Wietske, het meisje op wie Hotse Hiddes verliefd was, zat hier gevangen op beschuldiging van
ketterij. En in De smokkelaars van de Schans en De zwarte mus is dit de plek waar goede
vaderlanders door de Fransen werden opgesloten en vervolgens door de smokkelbende weer
bevrijd.

Terug naar het Tsjerkepaad, rondje om de kerk vervolgen. Als je bijna om de kerk heen bent
rechtsaf, klein paadje naar beneden, dat overgaat in De Loanen.
Hier ergens was vroeger de timmerwerkplaats van vader Steen, waar ook de jonge Hendrik werd
opgeleid tot timmerman. En rechts, aan het eind van De Loanen, op de hoek van De Fart (nr. 2)
staat het nieuwe huis waarheen de schrijver in 1915 met het ouderlijk gezin verhuisde. Zie de
ingemetselde steen in de zijkant van het huis: H. Steen, 9 april 1915. Dat moet de schrijver zelf zijn
geweest, Hendrik Steen, die ongetwijfeld ook meeholpen heeft met de bouw van het huis. Hij was
toen 19 jaar oud, en zal niet lang na die eerstesteenlegging zijn gaan studeren aan het gymnasium in
Kampen de eerste stap op weg naar het domineeschap. Daarna volgden de Theologische School
van de Gereformeerde Kerken en de Vrije Universiteit. Hij moet een begaafd student zijn geweest (in
1937 promoveerde hij cum laude op een Duits proefschrift), maar hij stond ook bekend als een
dominee die goed kon preken, weet Hendrik Tilma uit overlevering.
Terug naar de kerk, rondje rechts om de kerk vervolgen. Bij het hekje voor de ingang van de kerk
rechtsaf, Brouwerswei.
Aan het eind van de straat rechts, De Singel.
Tweede straat rechts, Mnebuorren [vanaf hier kun je ook de pijltjes richting wandelknooppunt
37 volgen]
Net voor de molen links, Terpsterwei, kruising met Burmaniastraat oversteken, rechtdoor
onverhard paadje in.
Bij bocht in het pad links aanhouden.
Je komt uit op De Singel, hier naar rechts, en vrijwel meteen weer naar rechts, Abbewiersterspaad
(fietspad).
Kruising met Saatsenwei oversteken, fietspad vervolgen.
Aan het eind linksaf, Healbeamswei, en dan meteen weer de eerste weg rechts, Grienewei.
Dit is het buurtschapje Jewier. Op nummer 4 (Healbeamswei, maar beter zichtbaar vanaf de
Grienewei) een oude boerderij, die volgens Hendrik Tilma model stond voor de boerderij van Lubbert
Klazes uit De smokkelaars van de Schans. Het verhaal gaat dat de Franse kustwacht er alles aan
deed om de verboden invoer van producten uit Engeland tegen te gaan, maar de plaatselijke
smokkelaars dachten daar anders over: die wilden hun koffie, thee en tabak van overzee niet missen.
Als er een smokkelschip bij de kust van Oostmahorn kwam, brachten ze tientallen zakken met
verboden waar in een klein bootje aan land. Daarna droegen ze de buit van de dijk naar de
dichtbijgelegen boerderij van Lubbert Klazes, waar de zaak werd opgeborgen. Je kunt je goed
voorstellen dat dat hier geweest is: het huis ligt vrij eenzaam in het land, en de dijk en de haven zijn
niet ver.
Rechtdoor, Grienewei, tot aan de Smokkelaarshoeke van het vakantiepark Landal Esonstad. Links
afbuigen richting park.
Vr het park opnieuw linksaf, de rondweg rondom het park op [dus nu niet langer richting
wandelknooppunt 37].
Bij splitsing rechtsaf, Skanserwei, richting wandelknooppunt 34.

Rechts aanhouden, bij de dijk aangekomen de weg onderlangs de dijk volgen.


Oostmahorn is al eeuwenlang een strategisch gelegen schans (vandaar de naam De Skns op zn
Fries), die Dokkum en Groningen moest beschermen tegen invallen vanaf de Waddenzee.
Tegenwoordig wordt het plaatsje bepaald door het vakantiepark Esonstad een geheel in historische
stijl nagebouwd stadje aan het Lauwersmeer. Maar onderaan de dijk ligt toch ook nog de hoofdstraat
van het oorspronkelijke dorp. In de huizen in het zijstraatje rechts waren, in de tijd van Napoleon, de
soldaten van de Franse kustwacht gehuisvest. Daar woonde dus de Franse luitenant Robesville, die
hopeloos verliefd was op Anna, de dochter van Lubbert Klazes. Haar smokkelende broers deden er
alles aan om de Franse bezetting tegen te werken wat uiteraard leidde tot talloze complicaties en
verwikkelingen. Het kruitmagazijn in de dijkhelling stamt overigens eveneens uit de Franse tijd.
De trap naast het kruitmagazijn opklimmen, de dijk op, richting wandelknooppunt 37 en daarna
52, eerst op de dijk, later onderlangs de dijk, tot aan de sluis bij Ezumazijl.
De sluis bij Ezumazijl komt regelmatig voor in de boeken van Sibe van Aangium die is dan ook al een
eeuw of vier oud. Maar de brug over de sluis stamt uit 1901, dus die hebben de smokkelaars uit de
Franse tijd zo niet gekend.

Hier kunt u kiezen voor:


- A. de hoofdroute, of
- B. de uitgebreide route.

A. Hoofdroute
Voor de hoofdroute gaat u net vr de sluis en de huizen, bij wandelknooppunt 52, rechtsaf
richting wandelknooppunt 58, Sylsterwei.
Bij kruising links aanhouden richting wandelknooppunt 48, Monnikhsterwei. Bij splitsing opnieuw
links, Teardwei, en daarn rechts, Brede Koaiwei, tot aan wandelknooppunt 48 [Hier komt de
verkorte route weer samen met de hoofdroute].
Rechtsaf richting wandelknooppunt 26, Hjellingswei.
Aan het eind van de weg linksaf, Mnebuorren, tot aan de molen lopen.

B. Uitgebreide route
Voor de uitgebreide route blijft u bij wandelknooppunt 52 rechtdoor gaan richting
wandelknooppunt 97.
Net voorbij de brug over de dijk klimmen, een trap afgaan (let op: het water bij de sluis is diep, en
er is geen hekje), een stukje over basaltkeien lopen, daarna het hek doorgaan en het natuurgebied
rond de Ezumakeeg in.
Rond de Ezumakeeg ligt een prachtig, stil landschap, op de grens van land en water, met slechts hier
en daar een eenzame fietser in de verte. Verder alleen vogels, bloemen, riet, en een lange rechte
weg dwars door het land. Je kunt er volop vogels spotten: karekieten, rietzangertjes, en alle
mogelijke soorten ganzen (die hier beschermd worden), eenden en andere watervogels.
Onvermijdelijk doet dat denken aan Sibe van Aangiums lyrische beschrijvingen van de natuur rondom
Anjum. Zoals een van zijn personages het verwoordt: t Is hier altijd concert. In het voorjaar vieren
de weidevogels hier bruiloft. Dan danst de kievit, dan zingt de grutto, dan maakt de tureluur haar

capriolen. Tot aan de herfst is het feest. Want smokkelaars, verraders, Fransozen of niet, de
hoofdpersonen uit zijn boeken hebben altijd veel oog voor de natuur.
Aan het eind van het pad kom je bij een verharde weg. Je kunt even linksaf gaan richting het
(fraaie) uitzichtpunt, maar de route gaat naar rechts, richting wandelknooppunt 97.
De verharde weg volgen door het kweldergebied, daarna verder over het fietspad. Uiteindelijk
gaat het fietspad de dijk over; daarna linksaf de weg volgen.
Bij wandelknooppunt 97 rechtsaf de Nijlnswei in. Voorbij de huizen houdt de weg op, verder
lopen over een graspad, links van een grote boerderij.
Saatsenwei oversteken, bochtige graskade tussen twee sloten blijven volgen. Het pad loopt vlak
langs een boerderij: de verharde uitrit oversteken en opnieuw de graskade volgen (in totaal 3 km
graspad). Doorlopen tot je in Oude Terp uitkomt op de Tibsterwei.
Linksaf de Tibsterwei op, en bij knooppunt 77 rechtsaf, Hottensreed, richting knooppunt 49.
Aan je rechterhand een oude boerderij, die doet denken aan grootmoeders boerderij uit De
smokkelaars van de Schans, waar Anna haar toevlucht zoekt als ze door haar vader uit huis gezet
wordt (omdat ze geen verkering wil met Jelle Piebes). Wie van oude dorpjes houdt, kan hier
overigens van de route afwijken en ruim twee kilometer extra (heen en weer) richting Ee lopen, met
zijn historische (beschermde) dorpsgezicht bij elk huis staat een bordje met de geschiedenis ervan.
Bij kruising rechts aanhouden, nog steeds Hottensreed. Ruim een kilometer verder linksaf,
Hoarnereed, en verderop weer rechtsaf, Kriensenswei, tot aan wandelknooppunt 49.
Ergens temidden van deze weilanden, lag het herbergje De Laatste Stuver. Daar was in het boek
Jelle Piebes de verrader een van de Anjumse smokkelaars ondergedoken. Tot hij ontdekt werd
door Jelle Piebes. Er volgde een wilde achtervolging over het ijs van de Anjumse vaart, waarbij de
verrader in een wak terechtkwam en door de smokkelaar gered moest worden.
Rechtdoor richting wandelknooppunt 48.
[hier komt de hoofdroute weer op de uitgebreide route terecht].
Daarna opnieuw rechtdoor richting wandelknooppunt 26, Hjellingswei.
Aan het eind van de weg linksaf, Mnebuorren, tot aan de molen lopen.

Copyright: Reformatorisch Dagblad


tekst Enny de Bruijn

You might also like