Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Operette, een luchtiger versie van de opera waarbij zangnummers en gesproken

teksten elkaar afwisselen. Operette is ontstaan in de loop van de 19e eeuw en


was van oorsprong een vorm van satire, waarbij de heersende macht en moraal op
de hak werd genomen. Adel en machthebbers bleken over net zo veel zwakheden
en opportunisme te beschikken als het gewone volk, misschien nog wel meer, zo
was de boodschap. Bekende operette's zijn: Der Vogelhandler, Die Fledermaus, La
Vie Parisienne, Die Csardasfurstin Eine Nacht in Venedig, The Gondoliers, Der
Zigeunerbaron, Die lustige Witwe en Grafin Mariza. Operette: [It. kleine opera],
vrolijk muzikaal toneelwerk. In de operette wisselen zangnummers en gesproken
teksten elkaar af. Aan de ontwikkeling van deze muziekvorm heeft vooral
Jacques Offenbach bijgedragen.
Een operette (letterlijk 'kleine opera') is een meestal vrolijke vorm van
muziektheater waarbij een verhaal gezongen en met instrumentale begeleiding
wordt uitgebeeld. Waar een operette doorgaans gebaseerd is op klassieke muziek
gebruikt een musical modernere muziek. De operette is een luchtiger, soms
satirische versie van de opera, waarbij de teksten tussen de zangnummers
gesproken werden. De melodien in de operette liggen wat gemakkelijker in het
gehoor. In de romantische opera bereikt het bel-canto (mooi zingen met
beheersing van timbre en ademhaling) met versieringen vooral in de hoge
registers van de stem) haar hoogtepunt. Verschillende kunsten werken samen:
literatuur, muziek, toneel, dans, architectuur en schilderkunst, maar muziek en
vooral de zang is in de meeste uitvoeringen het belangrijkst.
Operette, zangspel dat in tegenstelling tot de meeste opera's een lichte inhoud
heeft en doorgaans dan ook een goede afloop kent. De operette bestaat uit een
luchtig verhaal (het libretto), dat deels gesproken en deels gezongen wordt in
solo's, duetten, koorzang etc., met begeleiding van orkestmuziek. De operette
heeft zich ontwikkeld uit de opera buffa, de opra comique en de vaudeville.
Evenals de musical is de operette een directe opvolger van het zangspel.
Sommigen ( K. ter Laan) noemen de singhende klucht Melis Tyssen van J.Jz.
Starter een operette. Het genre heeft in de Nederlandstalige situatie ook
producties opgeleverd die bedoeld zijn voor opvoering voor kinderen, zoals het in
de jaren 30 geschreven kinderzangspel Zigeunerleven van A.J. van der Knaap
met muziek van Anton Th. Vis, dat veel op scholen werd uitgevoerd.
Operette. Het doel van veel kunst wordt het genot ervan zo gemakkelijk en
aangenaam mogelijk te maken. Niet meer het moeilijke, het ingewikkelde, maar

het prettige, het ontspannende. Kunst als "ontspanning", waarbij het publiek
bewust en met opzet afdaalt beneden het eigen geestelijk peil. Dat is de
uitvinding van de tweede helft van de 19-de eeuw.
De operette is niet volledig nieuw: het is een voortzetting van twee andere genres:
de opera buffa (= komische opera), en de vaudeville(een toneelstukje met vrolijke
of komische liedjes). De operette is dus een speelse vorm, vrolijk, waarin de
dialoog gesproken wordt en waarin zang en dans het belangrijkste zijn. Het is
bedoeld voor de brede massa en toch artistiek (vaak) waardevol. Het verhaal in de
operette is meestal onwaarschijnlijk, sprookjesachtig.
Het publiek bestond meestal vooral uit de hogere standen. Er was vaak een
verborgen kritiek in het verhaal: op de corrupte regering en de verdorven
samenleving. Maar het was allemaal goedaardig. De kunstenaars werden geerd,
hadden er voordelen bij en vonden het allemaal best.
Na de roman, het drama en de grafische kunst, kwam er in de operette ook de
actualiteit. De schandalen van de voorname kringen kwamen er in voor. Tijdens
de wereldtentoonstelling van 1855 en 1867 in Parijs kwam de operette in
Frankrijk tot grote bloei en navolging. In Wenen bleef de operette de populairste
vorm van de sentimentele idealisering van het verleden.

You might also like