Professional Documents
Culture Documents
Proef Muon Dennis Verheij en Louise Van Bloois
Proef Muon Dennis Verheij en Louise Van Bloois
PRACTICUM
: Project FOM
NUMMER PROEF
:-
NAAM PROEF
: Muonverval
: NH4_TN.B
: 5/09/2016
Datum inlevering
:
: 14/09/2016
Aan docent
Datum 2e inlevering
Aan docent :
Beoordeling
Beoordeling na 2e inlevering
goedgekeurd
bespreken
verbeteren
aanvullen
overmaken
Eindbeoordeling
goedgekeurd
bespreken
verbeteren
aanvullen
overmaken
uit!
w moet. En
Meneer van Yperen zei dat Waarin: altijd met een kleine letter
dat achter de laatste eenheid teken een punt moet.
Paraaf docent :
Meetopstelling
De meetopstelling bestaat uit twee scintillatoren, in deze scintillatoren zit een
photon multiplier tube ook bekend als een fotoversterkerbuis, de buis zet de
ingevallen straling van de muon om in een elektronen stroom. Deze twee
scintillatoren zijn aangesloten op een meetkastje. Dit meetkastje zet de analoge
input van de scintillatoren om in een digitale output. De digitale uitgang staat
verbonden met een laptop door middel van een USB-verbinding. De data die
binnenkomt in de laptop wordt verwerkt door het LabView programma die
gemaakt is voor deze proef door de opsteller van deze proef.
Theorie
Ontstaan van muonen
Muonen ontstaan ten gevolge van kosmische straling. Deze kosmische straling
bestaat voornamelijk uit geladen deeltjes, zoals elektronen, protonen en kernen
van verscheidene elementen zoals bijvoorbeeld Helium. In deze straling bevinden
zich ook neutrinos en gammastraling. Deze deeltjes variren sterk in energien
die uiteen lopen van 109 eV tot 1020 eV. Muonen ontstaan doordat protonen met
zeer hoge energie inslaan op de atmosfeer van de aarde. Wanneer dit gebeurt
vallen deze protonen uit elkaar en worden zei gescheiden in verschillende
deeltjes. Het uiteenvallen in meerdere deeltjes worden air shower genoemd. Als
een proton neerslaat op een molecuul uit de atmosfeer ontstaan er meestal een
aantal gelanden pions (+/-) en enkele neutrinos (n). Deze geladen plus of min
pions kunnen daarna weer vervallen in muonen () en fotonen () (zie figuur 1).
Gelanden pions vervallen meestal in muonen en neutronen, terwijl de neutrale
pionen (0)
zeer snel
vervallen in
twee
1
fotonen.
losgeslagen uit het materiaal waaruit de kathode is gemaakt. Dit is te danken aan
het foto-elektrische effect. Er wordt niet altijd een foton weggeslagen uit het
materiaal, af en toe heeft het inkomende foton geen juiste golflengte en gebeurt
er niks. De werkelijke respons wordt weergegeven door de volgende formule:
( )=
(1)1
Waarinwaarin:
Nadat het elektron is weggeslagen uit de kathode wordt dit elektron versnelt door
de positieve spanning die over de eerste dynode en de kathode staat. Elke
dynode heeft een iets hoger voltage dan zijn voorganger hierdoor zullen de
elektronen die worden losgemaakt uit de voorgaande dynode telkens versnellen
naar de volgende dynode. Door deze dynodes zullen er uiteindelijke vele
elektronen bij de anode aankomen, bij de anode zit een stroommeter en hiermee
kan dus gekeken worden of er een muon is ingevallen op het meetsysteem.
Het analoge
signaal van de
PMT wordt verstuurd naar een analog-to-digital-converter en daarvanuit wordt
het naar een computer gestuurd die alle waardes opslaat in een histogram.
Muon levensduur
Muonen vervallen na ongeveer 2,2 s 1 in elektronen of positronen en twee
soorten neutrinos. De twee soorten vervallen gaan als volgt:
+ e +
(2)
+ e +
(3)
Waarin vergelijking [2] geldt als het een muon is met negatieve lading (ook wel
antimuon genoemd) en vergelijking [3] geldt als het een muon is met een
positieve lading. Verschillende vervalmechanismes in de natuurkunde kunnen
gekarakteriseerd worden door een vaak voorkomende vervalvergelijking
(bijvoorbeeld het radioactief verval van een stof). Deze vergelijking ziet er als
volgt uit2:
N (t)=N 0 e
t
0
(4)
Waarinwaarin:
N
N0
t
0
[s]
Door deze formule om te werken zou de gemiddelde levensduur van een muon
bepaald kunnen worden (zie het hoofdstuk Uitwerkingen).
Meetresultaten
Gedurende de metingen worden meetresultaten opgeslagen in een logfile. Hierbij
wordt het aantal muon hits uit de scintillator behorende bij een bepaalde
interactietijd opgeslagen. Een hit wordt pas opgeslagen als de tijd tussen twee
ontvangen hits tussen de 0 en de 20 microseconde bedraagt. Alles daarbuiten
wordt niet opgeslagen. Deze data wordt automatisch opgeslagen in de juiste bin.
Figuur 3 geeft het resultaat van deze meting weer. Hierin is het aantal counts van
een muon hit uitgezet tegenover de tijd.
Figuur 3: muonverval
Uitwerkingen
Om de levensduur van een muon te bepalen, is met behulp van de verkregen
data (figuur 3) een exponentieel verband gefit die geformuleerd kan worden als
C( t)=C 0 e
t
0
(5)
Waarinwaarin:
C
Conclusie
Uit deze meting is gebleken dat de levensduur van een muon gelijk is aan 2,05
microseconde, dit wijkt 5 procent af van de de gemiddelde levensduur van een
muon dit is 2,2 microseconde.
Literatuurlijst
1. Masterthesis Particle & Astroparticle Physics Cosmic Rays and the
MUONLAB program, Paul Voskuilen, Universiteit van Amsterdam, April 16,
2012. (te vinden op blackboard onder 1617 Project fom
Cursusdocumenten muonlevensduur_nikhef.pdf (4,362 MB) onder het
kopje Documentatie muonverval.
2. http://web.mit.edu/lululiu/Public/pixx/not-pixx/muons.pdf
10
11