Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Robin Schellekens Mentor Helge Schepens

Klas PEH16VC Datum
Stageschool Eerschot Groep 7
Plaats St. Oedenrode Aantal lln 27
Vak- vormingsgebied: handvaardigheid
Speelwerkthema / onderwerp: knutselen
Persoonlijk leerdoel:
- Ik ga deze les de tijd bewaken, ik ga me deze les goed aan de planning houden.
- Ik ga deze les consequent om met ongewenst gedrag om het pedagogisch klimaat in de klas positief te houden.
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
- De kinderen gaan in groepjes aan de slag dus ze moeten deze les - Aan het resultaat en in de klas kan ik zien hoe de samenwerking in het groepje
goed overleggen en samenwerken. verlopen is.
- De kinderen luisteren goed om te voorkomen dat ze de opdracht - Ik zorg tijdens de uitleg dat iedereen aandachtig luistert.
niet begrijpen. - Aan het eind van de les hebben de kinderen een groot vel met zn alle af.
- De kinderen kunnen van takjes die ze zelf gaan zoeken een
mensfiguur maken.
Beginsituatie:
- De kinderen in mijn klas zitten allemaal in de leeftijdscategorie van 10/11. In deze klas zit een meisje wat een jaar langer heeft gekleuterd en een jongen die
groep 5 twee keer heeft gedaan. Dit had, in beide gevallen, geen betrekking op n specifiek vak maar was omdat wanneer ze wel over waren gedaan een te
grote achterstand zou ontstaan. In de klas zitten twee kinderen met dyslexie en vijf kinderen die naar MIND gaan. MIND is een extra werk groepje voor
kinderen die extra uitdaging aankunnen. In de klas wordt gewerkt met 1, 2 en 3 ster kinderen, hier zijn de 3 ster kinderen sterker in de desbetreffende vakken
en de 1 ster kinderen mindersterk (hierbij wordt uitgegaan van het gemiddelde). Na aanleiding van deze sterren wordt in instructie groepjes gewerkt. Dit geldt
voor de vakken: technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen. Voor spelling heeft H. ook nog een ander formulier die zij zelf maakt per gemaakte
toets.
Uit een gesprek met H. over deze klas bleek dat ik bij een groepje van 5 kinderen de touwtjes strak in handen moet nemen om te voorkomen dat er problemen
ontstaan. Dit heeft ze van te voren gemeld omdat er in het verleden problemen waren met dit groepje tegenover niet-vaste leerkrachten. Omdat ik een niet-
vaste leerkracht ben zou dit dus fout kunnen gaan.
- De kinderen hebben elke week tekenen en handvaardigheid. Dit doen ze al vanaf groep 3 zo. Ze zijn dus gewend aan knutselopdrachten.
Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
10 min Uitleg over - Ik leg aan de hand van een PowerPoint - PowerPoint
de opdracht uit wat we gaan doen. Ook laat ik een
aantal voorbeelden/inspiraties zien van
allerlei kunstenaars.
10 min max Naar buiten - De kinderen gaan takjes verzamelen om een
verftekening te maken met een groepje.
30/35 min Aan de slag - Ik verdeel de kinderen in groepjes. - Grote witte vellen
Deze verdeel aan de hand van - Ecoline
ijsstokjes voorzien van de namen van - Kwasten
de kinderen. - Lijm
- De kinderen krijgen een groot vel wit -
papier verdelen deze samen in vlakken
aan de hand van de grote en het aantal
de takken die ze hebben gezocht.
Wanneer de kinderen dit hebben
gedaan leggen ze de takjes op papoer
en kijken hoe ze hun figuur(en) willen
vormgeven.
- Als ze dit allemaal gedaan hebben
gaan ze hun mensfiguur met zwarte
ecoline en daarna de achtergrond met
n kleur ecoline verven.
- En dan plakken ze hun takje er weer
op.
5/10 min opruimen --- ---

Basisplan

Les: handvaardigheid

Groep: 7

Bron/Methode:

Datum:
Mijn les wordt persoonlijk voor het kind omdat ze mogen reageren op de powerpoint. Wat vind
Betekenis ik mooi? Wat vind ik niet mooi?
Wat zijn de inhouden en
associatiemogelijkheden? Ook gaan ze zelf hun eigen takjes verzamelen waardoor ze echt een geheel eigen vorm krijgen
Waardoor wordt het persoonlijk voor het kind? van het lichaam van het mensfiguur.

Vorm
Met behulp van welke beeldaspecten kunnen
de inhouden vorm krijgen?
Bv kleur, textuur, compositie etc.
De kinderen gaan aan de hand van mijn uitleg takjes zoeken. Die takjes moeten ze met een
groepje op een goede manier op papier plakken zodat er voor iedereen ruimte is.
Wanneer ze dit gedaan hebben gaan ze met felle kleuren ecoline aan de gang.

De materialen waar de kinderen mee gaan werken zijn de volgende:

Materiaal Grote vellen wit papier
Welk materiaal is daarvoor geschikt, welke Takjes
mogelijkheden biedt het? Plaksel
Ecoline

Beschouwing
Welke beelden uit de kunst toon je om het kind
betrokken te krijgen bij het onderwerp?
Doordat ik gebruik maak van de grote vellen kan ik ze in groepjes laten werken. Ze moeten
met elkaar overleggen om een mooi kunstwerk te maken. Dit zal bij het ene groepje beter
verlopen dan bij het andere groepje.
De ecoline maakt dat ze voorzichtig moeten omgaan met waar ze mee bezig zijn. Hier kunnen
de kinderen zich als groep sterk voor maken.
Ik heb een powerpoint gemaakt met daarin kunst van Matisse en Keith Harring. Ik heb voor
deze kunstenaars gekozen omdat ik ze vind passen bij de opdracht die de kinderen nu van mij
hebben gekregen.

De kinderen verkennen tijdens het werken de materialen waarmee we werken. Ze ervaren dan
Onderzoek of ze het fijn vinden om met ecoline te werken.
Hoe kan het kind materialen en beeldende
aspecten verkennen?

Ik heb er voor gekozen om geen vaardigheden te demonstreren. Hiervoor heb ik gekozen

Werkwijze omdat de kinderen uit groep 7 vaker met ecoline hebben gewerkt. Ik vertel vooraf wel duidelijk
 Welke aanwijzingen over gebruik van materiaal dat ze goed op moeten letten voor hun kleren. Ook leg ik schorten klaar.
en gereedschap geef je, en welke
vaardigheden demonstreer je?

Wie hebben de meeste kleuren gebruikt?

Reflectie Welk kunstwerk springt er echt uit qua kleur?
Welke vragen stel je om terug te kijken naar Welk kunstwerk springt eruit qua vormgeving.
o.a. de beeldende doelen? Waarom hebben jullie ervoor gekozen om het op deze manier te doen?

Persoonlijke reflectie

Dit was een erg drukke les. Sommige groepjes deden het goed maar bij andere groepjes was de samenwerking minder. Bij deze groepjes
moest ik erg vaak komen zeggen dat ze nu toch echt door moesten werken omdat we niet zo lang de tijd meer hadden. Deze groepjes
hebben hun werkje aan het einde van de les ook niet helemaal af. Ze wilden het nog afmaken tijdens muziek maar hiervan heb ik gezegd
dat ik het niet goed vond omdat ik ze al te vaak heb gewaarschuwd.

Feedback mentor (inclusief handtekening)

Datum:
Goede reflectie van jezelf, sluit ik me bij aan.
Een volgende keer mag je best het resultaat ophangen bijvoorbeeld in de klas.
Ook mag je het werk al beoordelen, dan tel ik dit mee voor het rapport (dit is eigenlijk niet voor een eerstejaars student).
Student: Robin Schellekens
Vakgebied:
Klas: PEH16VC
Kennis over (kinderen in)
de groep is nadrukkelijk
verwerkt in de omschrijving
van de beginsituatie van
de groep, zowel in
pedagogische zin (gedrag,
groepsverhoudingen,
groepsdynamiek) als in
didactische zin
(vakspecifieke
beginsituatie).
De lesdoelen zijn
afgestemd op de
beginsituatie. In de
formulering ervan wordt
zichtbaar dat kennis van
vakdidactiek en leerlijnen
op een logische manier is
verwerkt.
Werk- en
groeperingsvormen zijn
afgestemd op specifieke
kenmerken van de groep
Docent: Helge Schepens
Stagegroep: 7
Welke keuzes heb ik hier gemaakt?/ Toelichting/ onderbouwing van keuzes
(denk hierbij met name kernbegrippen uit (vak-) specifieke theorie)
Om de pedagogische beginsituatie in beeld te brengen ben ik in gesprek gegaan met mijn mentor, heb ik gekeken naar het
sociogram en de klimaatschaal die ik de kinderen in heb laten vullen. In het gesprekje met mijn mentor over deze klas heeft ze
verteld dat ik n groepje in de klas goed in de gaten moet houden omdat zij in het verleden slechte ervaringen hebben gehad
met niet-vaste leerkrachten. Omdat ik een niet-vaste leerkracht ben moet ik voor dit groepje goed uitkijken.
Verder bleek uit het gesprek dat ik 2 meisjes in de klas heb met dyslexie. En ik heb 5 kinderen in mijn groep die naar MIND
gaan, in mijn LVF staat beschreven wat dit inhoud.
Voor de vakspecifieke beginsituatie heb ik gevraagd aan mijn mentor wat de kinderen allemaal doen aan BVO activiteiten. Ze
vertelde me dat ze iedere week minstens een keer handvaardigheid hebben en minstens een keer tekenen. Ook hebben ze
eens in de paar weken crea. Dit betekend dat ze iedere dinsdag middag aan de slag gaan met een soort project. Zo hebben ze
een paar weken geleden van afval nieuwe kunst moeten maken. Hier zijn erg leuke dingen uit gekomen.
Deze doelen zijn voor de kinderen zeker aangesloten op de beginsituatie omdat ze door samen te werken in dit vakgebied echt
moeten kunnen overleggen en afspraken moeten kunnen maken om iets moois te maken.
- De kinderen gaan in groepjes aan de slag dus ze moeten deze les goed overleggen en samenwerken.
- De kinderen luisteren goed om te voorkomen dat ze de opdracht niet begrijpen.
- De kinderen kunnen van takjes die ze zelf gaan zoeken een mensfiguur maken.
Ik heb de kinderen verdeeld in groepjes aan de hand van ijsstokjes voorzien van hun naam. Deze methode gebruik ik omdat de
kinderen dit gewend zijn. H. werkt altijd op deze manier. Zo zijn er altijd andere groepjes en dat is erg prettig voor de
groepsband. Iedereen leert met iedereen samenwerken.
n op specifieke Ik laat de kinderen bewust in deze werkvorm werken. Dit doe ik omdat het op elk gebied belangrijk is om te leren samenwerken.
kenmerken van
Zo ook op BVO niveau. De ideen moeten worden samengevoegd tot n uiteindelijk product.
vakdidactiek.

Werk- en Een van de lesdoelen is samenwerken en overleggen. Omdat ik ze meteen in groepjes plaats hebben ze geen andere keus. Op
groeperingsvormen zijn
n vel moet uiteindelijk iedereen een bijdragen hebben geleverd aan het kunstwerk.
functioneel ondersteunend
bij het behalen van de
lesdoelen.

Een aanzet tot Staat in LVF

samenwerkend leren krijgt
op een logische wijze plek
in het lesontwerp.*

Een aanzet tot ontdekkend -

leren krijgt op een logische
wijze plek in het
lesontwerp**

De proces- en Ik ga wanneer iedereen klaar is met zn allen om de werken heen staan en bekijk ze even kort. Ik stel de vragen die in het
productdoelen worden
basisplan staan beschreven.
expliciet gevalueerd met
de kinderen.

De werkvormen die worden Dit kan alleen bij een BVO les omdat dit (bijna) de enige les is waarbij je zon concreet materiaal voor je hebt liggen. Ik vind het
gehanteerd bij evaluatie
belangrijk om het met de leerlingen te hebben over wat ze hebben gemaakt en waarom ze het op deze manier hebben
zijn passend bij
vakdidactiek en sluiten weergegeven.
aan op specifieke
kenmerken van de groep.