Lesontwerp + Toelichting Geschiedenis

You might also like

Download as doc, pdf, or txt
Download as doc, pdf, or txt
You are on page 1of 23

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Iris van der Heijden Mentor


Klas PEHVC16 Datum 13-03-2017
Stageschool Groep 8
Plaats Aantal lln 31
Vak- vormingsgebied:
Geschiedenis
Speelwerkthema / onderwerp:
Het Oude Rome.
Persoonlijk leerdoel:
Ik wil werken aan mijn effectieve leerkrachtcommunicatie. Dit gekoppeld aan het orde houden in de klas. Ik wil consequent handelen door duidelijk te zijn naar kinderen
toe. Ik wil duidelijke afspraken maken. Ik wil dit versterken door het stoplicht te gebruiken.
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
Leerlijn volgens Tule Slo: -Ik stel vragen als: hoe verliep de samenwerking? (proces)
-de Romeinen bouwden langs de grens van hun Rijk, op het
huidige Nederlandse grondgebied, versterkte nederzettingen (bijv. -Aan het einde van de les toets ik in tweetallen of dat de leerlingen de begrippen rondom
Nijmegen.) het oude Rome begrepen hebben. (product)
Tijdbalk
-De kinderen zoeken informatie op die aansluit bij het Oude Rome. De informatie wordt
verteld in een presentatie van de mindmap. Welke informatie vind je terug in het
-Horen bij kerndoel 51, 52 en 53. Dit zie je ook terugkomen in het
woordenweb?(product)
hulpschema voor een goede geschiedenisles.

Productdoelen
-De kinderen weten aan het einde van de les hoe het Oude Rome is
ingericht. Dit is deels herhaling voor leerlingen. Er komt nu meer informatie
bij ten opzichte van vorige leerjaren.
-Dit sluit aan bij het kenmerkend aspect/leerlijn die gaat over het Romeinse
Wereldrijk. Het vindt zich plaats in de tijd van de Grieken en de Romeinen.

-De kinderen verbreden hun kennis over het Oude Rome. Zij zoeken naar
eigen informatie, die zij laten terugkomen in een woordenweb. Het
woordenweb is in deze het product.

-De kinderen herhalen de begrippen:


-triomfboog
-gladiatorengevechten
-het Colosseum
-Circus Maximus
-Forum Romanum

Procesdoelen
-De kinderen gaan aan de slag met het verbeteren van de samenwerking.
De relaties tussen leerlingen worden bevordert door de betrokkenheid van
de gehele groep te vergroten.
Beginsituatie:
Pedagogisch
Er zitten 18 jongens en 13 meisjes in de klas. De onderlinge relaties tussen leerlingen moeten worden bevorderd. De kinderen die negatief zijn gekozen moeten
worden betrokken bij de groep. Dit zal de betrokkenheid vergroten. Ik wil dit doen door heterogene groepen samen te stellen. Zo zitten jongens en meisjes door elkaar
en met verschillende leeftijdsgenoten in de groep. Dit zal de sfeer verbeteren.

Didactisch

Bij eerdere geschiedenislessen wordt er vanuit de methode gewerkt. Ik kies ervoor om de kernbegrippen uit de methode te hanteren, maar ik laat de kinderen geen
standaardvragen maken. Ik denk dat hierdoor de betrokkenheid erg hoog zal zijn. De leerlingen gaan op een actieve manier/werkvorm aan de slag met geschiedenis.
De kinderen uit groep 8 hebben volgens mijn mentor alle informatie al eens gehad. Na elk tijdvak volgt er een proefwerk. Gekeken naar de methode wordt er voor een
groot deel beroep gedaan op het begrijpend lezen. De leerlingen lezen de tekst en beantwoorden de vragen. De leerlingen hebben al eens een filmpje gezien over het
Forum Romanum. Ik ga er dan ook vanuit dat ze van dit begrip al veel weten.
Gesproken met mijn mentor zijn onderstaande kerndoelen voor dit onderwerp al behaald/ deels behaald. Het onderwerp wordt herhaald maar de informatie wordt
breder en moeilijker.
Volgens Tule Slo zouden kerndoel 51, 52 en 53 in groep 8 dus al voor een heel deel moeten zijn behaald.

Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
7 minuten Inleiding: Ik lees een verhaal voor aan de leerlingen. Dit De leerlingen luisteren naar het verhaal dat ik ze voorlees. Boeken over het Oude
Tijd van verhaal gaat over spartacus. Maar wie is dat nu Dit is voor hen de eerste beeldvormer die in deze Rome
Grieken en eigenlijk en wat gaat hij doen? Ik open het boek geschiedenisles wordt gebruikt. Dit zou de betrokkenheid
Romeinen en begin te lezen. van de leerlingen moeten vergroten. Ze worden als het ware
wordt in de tijd van Grieken en Romeinen gesleurd.
ingeleid met Nadat ik het verhaal over Spartacus heb
een verhaal. voorgelezen, vraag ik. Wie weet in welk tijdvak De les wordt interactief doordat de leerkracht vragen stelt.
dit verhaal zich afspeelt? Alle leerlingen proberen na te denken in welk tijdvak dit
Ik verwijs terug naar de tijdbalk. verhaal zich afspeelt.
5 minuten Fotos van De Romeinen lieten zoals jullie misschien al De kinderen luisteren naar de vraag en denken na wat voor Fotos: zie hulpschema
de weten veel sporen na. Zo ook in Hoogeloon. vondst er in Hoogeloon zou kunnen zijn geweest.
Romeinse Heeft iemand hier al eens wat over gelezen?
villa in
Hoogeloon. Als ik merk dat leerlingen dit lastig vinden laat ik De leerlingen luisteren en bekijken de foto van de
fotos zien van de reconstructie van de reconstructie. Ze activeren zichzelf door eventuele vragen te
Romeinse Villa. Ik vertel de leerlingen dat deze stellen over dit onderwerp.
villa in Hoogeloon is teruggevonden.

Vandaag gaan we het hebben over het Oude De kinderen gaan bij zichzelf na wat ze al ooit hebben
Rome. Wat weten jullie al van het oude Rome? gehad over het Oude Rome. Ze activeren hun voorkennis en
Ik laat de leerlingen een foto zien van het Oude openen hun pre-concepten.
Rome.
25 minuten Zelf aan de In het Oude Rome kun je dus heel veel vinden. De leerlingen luisteren naar de opdracht. Bij wie zitten we in
slag met het Ik ga jullie zo dadelijk opdelen in groepen en de groep? Ze gaan samen met de groep aan de slag. Elk
oude Rome. geef jullie allen een begrip. Hierover ga je nummer heeft een ander begrip toegewezen gekregen. Hier
zoveel mogelijk informatie opzoeken. Ik roep gaat hij/zij mee aan de slag. Als allereerst openen ze het
straks na dit werk een leerling/nummer naar subjectief concept. Wat weet ik al? De voorkennis van de
voren die de woordweb mag komen leerlingen wordt geactiveerd.
presenteren.
Laat onderstaande begrippen steeds Hierna gaan ze zelfstandig op zoek naar begrippen die te
terugkomen: maken hebben met het begrip dat ik ze heb toegewezen. Ze
-triomfboog houden rekening met de tijd. De timer staat namelijk aan.
-Circus Maximus
-Colosseum Na deze tijd evalueren ze samen met de hele groep. Ieder
-Gladiatorengevechten heeft zijn/haar eigen inbreng die hij/zij kan vertellen.
-Forum Romanum.
-Aquaduct.
Elk nummer uit jouw groepje krijgt een ander
begrip toegewezen. Verdeel het blad in 4 delen.
Ga eerst eens aan de slag met:
-wat weet ik al?
-wat ga ik opzoeken?
De laatste stap die jullie zetten is het onderling
bespreken van de mindmap.

Ik zet de timer op 15 minuten. Aan het eind van


deze 15 minuten bespreek jij samen met jouw
groepje jouw bevindingen. Hier krijgen jullie 5
minuten voor. Ik zet de timer opnieuw aan op 15
minuten.

Hierna vertel ik dat n nummer de mindmap


mag komen presenteren. Ik kies nummer 4.
Slot
10 minuten Toetsing Ik wil nu weten wie de begrippen allemaal heeft De leerlingen gaan aan de slag in de opgesplitste Kaartjes begrippen
Evalueren. begrepen. Daar ben ik benieuwd naar. Ik vertel tweetallen. Om de beurt beschrijven zij een begrip.
de leerlingen dat ze nu in tweetallen mogen
gaan zitten. Ik vertel erbij dat ik de groepjes
opsplits in tweetallen. Ik deel kaartjes uit met
daarop de begrippen die aansluiten bij het Oude
Rome. De ene leerling beschrijft dit begrip. De
ander gaat raden welk begrip dit is. Verboden
woord. Zo wisselen ze dit af.

Na 7 minuten sluiten we de les af.


Hoe verliep de samenwerking?
Hebben jullie veel geleerd?
Persoonlijke reflectie

Wat wilde ik?


Ik wilde de kinderen aan de slag zetten met een activerende werkvorm.
De werkvormen die in de ze les terug zijn gekomen:
-Woordenweb
-Bordwerk en het werken in tweetallen.

Ik wilde deze les rekening houden met opnieuw mijn persoonlijke leerdoel waar ik volgens mijn POP aan wil werken. Het orde houden,
overzicht houden en opnieuw grenzen stellen. Ik heb dit gedaan door de theorie te raadplegen. Dit zie je ook terugkomen in mijn POP.
Tijdens de introductie wilde ik kinderen boeien met het verhaal wat ik voorlas over Spartacus, de gladiator.
Tijdens de kern van de les gingen de kinderen in groeperingsvormen aan de slag.
Tijdens het slot wilde ik samen met de kinderen reflecteren/evalueren.

Wat deed ik?


Ik deed mijn best om de betrokkenheid van de groep te vergroten. Ik wilde dat leerlingen opnieuw in heterogene groepen aan de slag
gingen. Jongens en meisjes door elkaar. Op deze manier kon er gebruik worden gemaakt van de kwaliteiten van elkaar. De groepen die ik
heb gemaakt staan hieronder beschreven. Elke groep heb ik begrippen meegegeven. Deze zijn verdeeld, hierna vond later overleg plaats.
Om de kinderen duidelijk te maken hoelang de tijd ze hadden, heb ik een timer ingezet. Ik moest mijn les inkorten, dit is helaas minder
goed gelukt. Ik had voor deze les 47 minuten nodig. Het nabespreken/evalueren bleek veel langer te duren dan ik dacht. Hier moet ik dus
rekening mee houden. De opdracht was voor leerlingen wel duidelijk. Tijdens het rondlopen ben ik gaan kijken bij verschillende groepjes. Ik
had het vooraf met de leerlingen over bepaalde bronnen moeten hebben. Waar vind ik nu goede bronnen? Ik heb de leerlingen verteld dat
wikipedia niet altijd een goede bron blijkt te zijn. Dit komt doordat iedereen wat op wikipedia kan zetten en het niet altijd wordt
gecontroleerd.

Wat neem ik mee?


Mijn mentor gebruikt de kaartjes die begrippen zouden omschrijven volgende week als inleiding. Ik vind het erg jammer, dat ik dit in tijd niet
meer heb kunnen doen. Ik heb minder rekening gehouden met de tijd dan ik dacht. Dit wil ik zeker meenemen in mijn volgende lessen. Ik
moet rekening houden met de lengte van mijn instructie. Ook duurt een presentatie vaak langer dan je denkt.
Feedback mentor (inclusief handtekening)
Datum:
Het Colosseum
Het Forum Romanum
Triomfboog

Gladiatorengevechten
Aquaduct

Circus Maximus
Het Oude Rome
Hulpschema bij het ontwerpen van geschiedenislessen

Leerinhoud

Kernconcepten
1. Ontwikkeling van tijdsbesef (te koppelen aan kerndoel 51)
[Onder dit kernconcept heb je altijd minimaal 1 keuze gemaakt]
a. Cyclisch tijdsbesef [In je les? Ja/nee, evt hoe]
b. Lineair tijdsbesef Ja, ik wil gebruikmaken van de tijdbalk.
c. Verschillende periodiseringen naast elkaar [In je les? Ja/nee. Zo ja, welke perioden?]
2. Kennis en inzicht in historische werkelijkheid (te koppelen aan kerndoel 52)
[Dit onderdeel is het onderwerp van je les. Waar ga je het met de leerlingen over hebben. Ook als je vooral in
het heden bezig bent, dan is dat een onderdeel van het tijdvak Televisie en Computer. Gebruik Tule hier als
leidraad als je er niet uitkomt. ]
a. De tien tijdvakken: namen en iconen
De tijd van Grieken en Romeinen.
b. De kenmerkende aspecten van de tien tijdvakken
De verspreiding van het Grieks-Romeinse Rijk. Dit zie je terugkomen in Rome.
c. Canon van Nederland
[Indien van toepassing: Welk(e) canonvensters komen voor in je les? Hier mag je ook canonvensters
noemen uit regiocanons, maar geef dat duidelijk aan.]
3. Historisch denken en redeneren
[Dit is een essentieel onderdeel van iedere geschiedenisles, maar is niet direct te koppelen aan de kerndoelen
(wel deels kerndoel 53). Toch moet iedere geschiedenisles hier iets uit bevatten. Welke keuze maak je als
docent? Waar geef je meer nadruk tijdens deze les? Vul eventueel aan met een voorbeeld tussen haakjes
erachter.]
a. Continuteit en verandering [in je les? Ja/nee, evt hoe]
b. Tijd- en standplaatsgebondenheid [in je les? Ja/nee, evt hoe]
c. Feiten en meningen
d. Bedoelde en onbedoelde gevolgen [in je les? Ja/nee, evt hoe]
e. Oorzaak en gevolg [in je les? Ja/nee, evt hoe]
f. Personen, De gladiator Spartacus.
Gebeurtenissen, Aanleg van aquaducten, triomfbogen, Circus Maximum en Forum Romanum.
Verschijnselen, [als dit aan bod komt, geef aan welke]
Structuren en [als dit aan bod komt, geef aan welke]
Ontwikkelingen [als dit aan bod komt, geef aan welke]

Contexten
1. Schaalniveau: lokale-, regionale-, Nederlandse-, Europese-, wereldgeschiedenis
Europees niveau. Het gaat namelijk over het Oude Rome. Dit hoort bij Itali.
Maar ook op lokaal niveau. Er is namelijk een romeinse villa teruggevonden.
2. Perspectief (bril): politiek (staatsinrichting), sociaal-economisch, cultureel
Ik wil bij het oude Rome de kinderen vooral door de culturele bril laten kijken.
Het Forum Romanum kijkt vanuit verschillende perspectieven. Politiek, sociaal-economisch, religieus.
3. Erfgoededucatie:
[Zit er erfgoed in je les? Zo ja, is dat materieel en/of immaterieel erfgoed? Geef voorbeelden.]

Didactiek
1. Gebruik tijdbalk Ik heb de tijdbalk gebruikt die in de klas hangt. Tijd van Grieken en Romeinen.
2. Beeldvormingsschema: [welke beeldvormers komen in je les voor? Gebruik het schema en vul aan]
a. De werkelijkheid (schoolomgeving, voorwerpen)
b. Afbeeldingen (tekening, foto, film, dvd, model, grafiek, kaart, enz.)
-Filmpje van vroeger en nu. Een stukje over het oude Rome.
http://www.npo.nl/vroeger-zo/12-01-2011/TELEA_1062584
Reconstructie Villa Hoogeloon.
c. Het gesproken woord (verhaal, uitleg, interview, radio, enz.)
d. Het geschreven/gedrukte woord (teksten, tabellen)
e. Doen (leven als, spelen als, spelen met, schrijven, spreken, tekenen, herdenken en vieren)
3. Werkvormen: [benoemen van werkvormen indien deze niet in het beeldvormingsschema passen]

Samenwerkend leren. Het toetsen van begrippen door te werken in tweetallen.


Bijlage 2 Format Toelichting lesontwerp

Student: Iris van der Heijden Docent: Ria Roes


Vakgebied: Geschiedenis Stagegroep: 8
Klas: PEHVC16

Welke keuzes heb ik hier gemaakt? Toelichting/onderbouwing van keuzes


Kennis over (kinderen in) de groep is De beschrijving van de beginsituatie is Ik heb het met mijn mentor gehad over de methode
nadrukkelijk verwerkt in de omschrijving opgedeeld in een didactisch en en de beginsituatie van leerlingen. Zij vertelt mij dat
van de beginsituatie van de groep, zowel
in pedagogische zin (gedrag, pedagogisch deel. ze de methode aanhouden. De begrippen die
groepsverhoudingen, groepsdynamiek) als worden gebruikt zouden voor de leerlingen
in didactische zin (vakspecifieke Pedagogisch hou ik rekening met het herkenbaar moeten zijn. De kerndoelen die staan
beginsituatie). maken van verschillende groepen. De beschreven voor Tule Slo zijn voor een heel groot
negatief gekozen leerlingen, wil ik meer deel al behaald. De methode werkt als volgt. Elk
betrekken door middel van heterogene leerjaar komt er extra informatie bij, maar het sluit
groepen. Jongens en meisjes worden aan bij eerdere onderwerpen.
gemixt. Ik wil dat kinderen van elkaar
leren door met verschillende niveaus om
te gaan.

Didactisch heb ik rekening gehouden met


vorige leerjaren. Ik heb de methode
gebruikt en hiernaar gekeken. De
methode die wordt gebruikt in groep 8 en
eerdere leerjaren is speurtocht. Ik heb
gekeken naar de begrippen van deze les.
Het oude Rome wordt elk jaar uitgebreid
met begrippen. Een groot deel is dus
herhaling.
De lesdoelen zijn afgestemd op de De lesdoelen sluiten aan bij wat de De doelen zijn vooraf bepaald en vastgesteld vanuit
beginsituatie. In de formulering ervan wordt leerlingen al kunnen. De kennis wordt de methode. De kernbegrippen die in deze les
zichtbaar dat kennis van vakdidactiek en
leerlijnen op een logische manier is verbreed door de begrippen op een terugkomen zullen moeten worden behandeld. De
verwerkt. bredere manier aan te bieden, dan wat de leerlijn of het kenmerkend aspect gaat over het
methode zegt. Leerlingen mogen zelf op Romeinse wereldrijk. Hoe is dit ingericht? Hoe zit
zoek naar informatie die aansluit bij het het met de wegen, aquaducten enzovoort.
Oude Rome. Op deze manier wordt er Kinderen zullen hier al wat vanaf weten.
aangesloten bij het
productdoelWoordweb. Het De kinderen zoeken informatie op om een
woordenweb wordt gepresenteerd. Het woordenweb samen te stellen. Dit zie je
procesdoel wordt besproken met terugkomen in het kopje werkvormen. Met deze
leerlingen aan de hand van de werkvorm zijn kinderen actief met elkaar bezig in
samenwerking in heterogene groepen. De heterogene groepen. De samenwerking wordt
leerlijn sluit aan bij de kerndoelen die opnieuw gestimuleerd. Er wordt n persoon
beschreven staan in de beginsituatie. gekozen die de woordenweb mag gaan
Iedere leerling kan informatie opzoeken. presenteren. Zo verhoog ik de betrokkenheid van
Het presenteren wordt een ander verhaal. leerlingen. Ieder kind heeft een eigen begrip, dit
Dit zullen sommige erg lastig vinden. wordt aan elkaar uitgewisseld.
Werk- en groeperingsvormen zijn De groep bestaat uit 18 jongens en 13 Onderzoek naar heterogene groepen wijst uit dat
afgestemd op specifieke kenmerken van meisjes. De groepsverhouding ligt dus wat leerlingen beter presteren. In homogene groepen
de groep n op specifieke kenmerken van
vakdidactiek. scheef. Ik heb vooraf goed nagedacht wie wordt er juist rekening gehouden met een bepaald
ik bij welke kinderen indeel. Ik houd niveau, waarbij heterogene groepen juist zijn
rekening met de verschillen in niveaus, de bedoelt om van elkaars kwaliteiten gebruik te
verschillen in karakter (op sociaal gebied) maken. De leerlingen nemen allen een bepaalde
en het mixen van jongens en meisjes. rol aan in de groep. Dit zie je terugkomen in de
Vanuit een coperatieve werkvorm overdenking. De rollen volgens (Gielis. E.a, 2003)
bordwerk gecombineerd met woordenweb en de Rollen van (Belbin, 1996) worden hierin
zijn leerlingen samen aan het werk in beschreven. De leerlingen houden rekening met
heterogene groepen. normen en waarden en zijn allen anders. Hiermee
wordt rekening gehouden tijdens het samenstellen
van heterogene groepen. Ook wordt gekeken naar
het sociogram. Wie spelen er vaak met elkaar en
wie juist niet?
Werk- en groeperingsvormen zijn In de vorige kopjes heb ik al voor een deel De leerlingen werken vaker met de timer en het
functioneel ondersteunend bij het behalen beschreven hoe mijn werkvormen ervoor maken van een woordspin. Niet specifiek gericht op
van de lesdoelen.
zorgen dat de lesdoelen haalbaar zijn. Het een coperatieve werkvorm. In deze setting dus
combineren van twee verschillende wel. Ik wil de voorkennis van kinderen activeren,
werkvormen zorgt voor het leren van zodat kinderen eerst bij zichzelf moeten nagaan
elkaar volgens het gips-principe. wat zij al weten van het Oude Rome. Verder wil ik
Uitleg woordenweb: Ieder groepje krijgt dat de computer wordt gebruikt voor verder
een vel en een eigen stift. Ik heb elk kind informatie. Leerlingen zoeken zelfstandig informatie
een begrip gegeven in plaats van een op, maar wisselen deze uit in groepjes. De
eigen stift. Midden op het vel wordt het zelfstandigheid sluit aan bij de autonomie van
Oude Rome opgeschreven. Elke leerling Stevens. Ik kan het zelf. Leerlingen zoeken zelf
gaat aan de slag met het opzoeken van informatie op die zij vervolgens delen. Ieder kind
nieuwe informatie. Eerst gaan leerlingen heeft de mogelijke middelen om deze informatie op
na wat zij al weten, lukt dit niet, dan te zoeken. In de klas wordt er vaak gewerkt met
mogen zijn gebruik maken van computers computers.
om hun woordweb te verbreden met
informatie. Volgens de timer krijgen de
leerlingen eerste zelfstandige werktijd,
hierna wisselen ze hun ideen uit.
Vervolgens wordt de woordenweb
gepresenteerd volgens de werkvorm
bordwerk.
Uitleg bordwerk: De leerlingen worden
naar voren geroepen volgens een
nummer. De leerlingen weten niet welk
nummer er wordt genoemd. Zij mogen het
antwoord op het bord schrijven. In dit
geval wordt niet het antwoord op het bord
geschreven, maar wordt het woordenweb
gepresenteerd.

De timer is gebruikt om de tijd duidelijk te


maken aan leerlingen. Dit geeft structuur
voor leerlingen. Zij zijn gewend door mijn
mentor om met een timer te werken.
De proces- en productdoelen worden Tijdens het presenteren wordt er gevraagd Het is belangrijk dat kinderen leren te reflecteren op
expliciet gevalueerd met de kinderen. naar de samenwerking tussen leerlingen. andermans werk. Zij leren te kijken naar het proces
Hoe ging het maken van een woordweb? en de producten van andere leerlingen.
Heb je elkaar kunnen helpen bij het Volgens de STARR-methode kan er met leerlingen
uitwisselen van ideen? Dit sluit aan bij worden gereflecteerd/evalueerd. De situatie wordt
het procesdoel dat ik voor ogen had in beschreven. Ook de taken die de leerlingen tijdens
deze les. het groepswerk hebben ingenomen. Hierna worden
Het voornaamste productdoel is dat er afspraken gemaakt en gereflecteerd. Met de
kinderen weten wat het Oude Rome goede vragen als begeleider leren kinderen naar
inhoudt en de hierbij behorende begrippen elkaars werk te kijken en elkaar te respecteren.
duidelijk kunnen maken aan anderen.
Door middel van een presentatie of het
overleg in een groepje. Ik kan zien aan de
verschillende webben hoe de
samenwerking en de informatie is
genoteerd. Dit is het uiteindelijke product.
De werkvormen die worden gehanteerd bij De heterogene groepen die zijn Vakdidactiek is hierboven beschreven.
evaluatie zijn passend bij vakdidactiek en samengesteld bestaan uit verschillende
sluiten aan op specifieke kenmerken van
de groep. rollen beschreven volgens (Gielis e.a.,
2003) en (Belbin, 1996). Er zitten veel
verschillende rollen verwerkt in een groep.
Leerlingen leren met respect om te gaan
en naar zichzelf te kijken. Hoe heb ik het
gedaan? Wat heb ik toegevoegd? Hoe
ging de samenwerking?
*Een aanzet tot samenwerkend leren
Krijgt op een logische wijze plek in het ontwerp
Ik heb ervoor gekozen om het samenwerkend leren als voorkennis te gebruiken, maar ook om de leerlingen meer
van het onderwerp te laten leren. Zij gaan zelf op zoek. Is sta niet voor de klas alle informatie voor te kauwen.

Gekeken naar de 21e eeuwse vaardigheden denk ik dat ik er al een aantal heb toegepast. (Slo.nl)
De ICT-basisvaardigheden/informatievaardigheden zijn de leerlingen zelf al mee aan de slag gegaan. Het opzoeken en
verwerken van informatie op de computer. Ik wijs leerlingen op goede bronnen. (mediawijsheid)
De leerlingen mogen in groepjes eerst zelfstandig werken, hierna samenwerken en communiceren. Zij brengen eigen
vaardigheden in om tot een goed resultaat te komen.

You might also like