Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Typering

Naam: Len Heuts


Klas: PEH16VC
Datum: 18-04-2017
SLBer: Ronald de Bakker
Klassendocent: Germaine Snijders
Typering van de groep
Ik loop stage in groep 1/2 op Basisschool Aan de Bron in Weert. In deze klas zitten
40 kinderen. De klas is gesplitst in 2 groepen die in het zelfde lokaal werken.
Groep 1/2a en 1/2b. Deze groepen zijn beide gemengd met kinderen uit groep 1
en 2.
De klas bestaat dus uit 40 leerlingen, 27 meisjes en 13 jongens. De kinderen uit
groep 2 zitten al een jaar bij elkaar in de klas. De meeste kinderen uit groep 1 zijn
er al vanaf het begin van dit schooljaar en sommigen zijn doorgaande het
schooljaar ingestroomd. Er zitten geen zittenblijvers in de groep. De leeftijden
liggen tussen de 4 en 6 jaar. Alle kinderen werken en spelen samen gedurende
een schooldag.
Het s ochtends als we de dag openen dan beginnen beide kringen met het
zingen van een goede morgen lied. In de kring gaan altijd de zelfde kinderen bij
elkaar zitten, maar de kinderen weten dat er een regel is. De kinderen moeten er
dan zelf voor zorgen dat een jongen naast een meisje zit etc. Dit krijgen de
kinderen goed voor elkaar. De kinderen kennen de normen en waarden in de klas.
Vaker op de dag worden de regels herhaald.
De sfeer in de groep zit er altijd wel goed in. Dit merk ik aan meerdere dingen. De
kinderen van groep 1 en werken en spelen allemaal met elkaar. De meeste
kinderen kunnen het goed met elkaar vinden. Wel merk ik dat vaak de kinderen
uit groep 1 met elkaar spelen en de kinderen van groep 2. Er zijn wel enkele
gevallen waarbij samenspel voorkomt uit beide groepen. Er is een groepje
meisjes in de klas dat allemaal de zelfde afkomst hebben. Deze dames zie ik dan
ook altijd samen als de kinderen buitenspelen of binnen iets naar keus mogen
kiezen. Hier valt op dat een van de dames erg dominant is en baast over de
anderen. Enkele dames trekken zich hier niks van aan, maar er zitten ook dames
bij die zich erg onderdanig opstellen en dus alles doen wat zij zegt. Zo zijn er ook
een paar jongens in de klas die het erg goed met elkaar kunnen vinden en veel
dingen samen doen.
Als ik kijk naar de cognitieve ontwikkeling dan zie ik dat dit heel erg verschilt bij
de kinderen. Een leerling zou hoogbegaafd kunnen zijn, maar wordt hierin
geremd door zijn sociaal emotionele ontwikkeling.
Rollen in de klas
Belbin (1993) heeft rollen in een groep uitgewerkt.
De onderstaande drie rollen zijn de rollen die mij het meeste op zijn gevallen in
mijn groep.
De uitvinder:
Uit het sociogram is gebleken dat verschillende kinderen vaak positief en
negatief gekozen worden. Deze kinderen heb ik laten samenwerken en het is mij
opgevallen dat veel kinderen de eigenschappen van de uitvinder bezitten.
Bijvoorbeeld met het bouwen met blokken. Steeds weer een extra uitdaging in
het maken van de toren. Hij controleert goed of de bouw van de toren stevig is,
zodat deze niet omvalt.
De voorzitter:
Tijdens de verwerkingsles van mijn natuur en techniekles is mij opgevallen dat
een van de kinderen erg veel de eigenschappen van de voorzitter bezit. Precies
zoals ik had uitgelegd herhaalde hij de woorden wat iedereen moest doen. Hij
vertelde zijn samenwerkmaatje wat zij moest doen. Omdat dit zijn sterke kant is,
gebruikt hij dit misschien ook wel om de ander te manipuleren.
De specialist:
Uit het sociogram is gebleken dat verschillende kinderen vaak positief en
negatief gekozen worden. Deze kinderen heb ik laten samenwerken en ben goed
gaan kijken welke kinderen welk werkje kiezen. Zo heb ik gezien dat een kind die
normaal bijna nooit op de bouwmat zit, opeens met een kind die vaak op de
bouwmat zit, samenspeelt. Het kind dat vaak op de bouwmat zit vindt het erg
leuk om zijn kwaliteiten te laten zien en zo bouwt hij een hele boerderij van de
duplo. Hij vult de kennis van het andere kind aan met zijn kennis en
vaardigheden op dit gebied.

Instrumenten
Om een duidelijk beeld te krijgen van de onderlinge relaties en de sfeer in de
klas, heb ik verschillende instrumenten gebruikt. Als eerste heb ik de kinderen
een klimaatschaal laten invullen. Deze bestaat uit zon 15 vragen. Deze hebben
te maken met onderlinge relaties en sfeer in de klas. De vragen die erop stonden
waren te moeilijk voor de kinderen en heb deze aangepast naar kindertaal. Ook
heb ik ervoor gekozen om de kinderen de vragen te laten beantwoorden door
middel van smileys. De uitslag hiervan vind je op de pagina groep in beeld
terug.
Als tweede hebben de kinderen een sociogram ingevuld. Een sociogram is een
grafische weergave van onderlinge relaties. De kinderen hebben vier vragen
beantwoordt. Twee over sociaal- en twee over werkgerelateerd gebied. De uitslag
hier van vind je op de pagina groep in beeld.
Koppeling naar lesvoorbereiding:
Als ik kijk naar de uitslag van het sociogram en klimaatschaal, zie ik dat er vaak
dezelfde kinderen gekozen worden om niet mee te willen samenwerken/spelen. Ik
neem dit op in mijn lesvoorbereiding zodat deze kinderen de kans krijgen om te
laten zien wat zij in huis hebben. Dit ga ik doen door middel van coperatieve
werkvormen. In de beginsituatie ga ik duidelijk beschrijven hoe de groep in elkaar
zit. Dit doe ik door onderscheid te maken tussen didactisch en pedagogisch
niveau. De coperatieve werkvormen pak ik op tijdens de introductie of
verwerking van de les. Het doel is om de kinderen die vaak positief en negatief
gekozen zijn te laten samenwerken. Dit zorgt voor een beter groepsklimaat.
Aangezien we deze periode bezig zijn met coperatieve werkvormen moet dat
helemaal goed komen. Natuurlijk blijf ik ook iedere les evalueren. Niet alleen voor
mezelf, maar nu ook met de kinderen. De kinderen gaan deze periode ook aan de
slag met procesdoelen. Hoe hebben de kinderen samengewerkt om het
productdoel te realiseren?

You might also like