Bijlage 2 Format Toelichting lesontwerp

Student: Len Heuts Docent: Ronald de Bakker

Vakgebied: Taal Stellen Stagegroep: 1/2
Klas: PEH16VC
Welke keuzes heb ik hier Toelichting/ onderbouwing van
gemaakt? keuzes
(denk hierbij met name
kernbegrippen uit (vak-) specifieke
theorie)
Kennis over Ik heb de groep Door middel van verschillende
(kinderen in) de geobserveerd, een manieren die je hiernaast leest, heb
groep is sociogram gemaakt, een ik mijn groep duidelijk in beeld
nadrukkelijk klimaatschaal ingevuld gekregen. In het begin van de
verwerkt in de en ik heb een gesprek periode ben ik aan de slag gegaan
omschrijving van de gehad over de groep met met het sociogram en klimaatschaal.
beginsituatie van mijn mentor. Hierdoor kreeg ik een duidelijk beeld
de groep, zowel in Per vak heb ik gekeken van de sfeer in de klas en kwaliteit
pedagogische zin wat de kinderen al onderlinge relaties. Door gesprekken
(gedrag, beheersen en waar ik de gehad te hebben met mijn mentor
groepsverhoudinge kinderen nog iets kan en observaties in de klas, heb ik het
n, groepsdynamiek) leren. Verder heb ik pedagogische stuk kunnen schrijven.
als in didactische gekeken naar de Ik heb rekening gehouden met de
zin (vakspecifieke betrokkenheid van de niveauverschillen tussen de kinderen
beginsituatie). kinderen en naar het van groep 1 en groep 2.
lesinstrumentarium.
Omdat de meeste kinderen nog niet
kunnen schrijven is een stelles erg
lastig. Door de kinderen een verhaal
te laten vertellen en het zelf op te
schrijven zijn de kinderen toch bezig
geweest met stellen.
Ik wil ieder kind aan bod laten
komen, daarom heb ik de werkvorm
rotonde gekozen. Op deze manier
heeft ieder kind zijn eigen inbreng.
De lesdoelen zijn Ik heb gekeken naar de Zoals je hiernaast kunt lezen, heb ik
afgestemd op de kerndoelen van Stichting product- en procesdoelen opgesteld.
beginsituatie. In de Leerplanontwikkeling. Ik De productdoelen heb ik opgesteld
formulering ervan heb gekeken welke aan de hand van het kerndoel. De
wordt zichtbaar dat kerndoelen met procesdoelen zijn opgesteld aan de
kennis van tussendoelen van hand van mijn overdenking.
vakdidactiek en toepassing waren op mijn
leerlijnen op een les (SLO, sd). Productdoel:
logische manier is Productdoel: Dit productdoel sluit aan bij de
verwerkt. Aan het einde van les belevingswereld van de kinderen.
hebben de kinderen een
Procesdoelen:
eigen sprookje gemaakt
Mijn procesdoelen sluiten aan op het
voor elkaar aan te vullen pedagogisch gedeelte van mijn
door middel van de beginsituatie.
werkvorm rotonde. Je ziet namelijk dat het niveau
Aan het einde van de les verschilt tussen de kinderen van
hebben de kinderen groep 1 en groep 2. Ik heb gekozen
plezier gehad tijdens het om deze les dus twee keer te geven.
Een keer voor de kinderen van groep
maken van hun eigen
1 en een keer voor de kinderen van
sprookje. groep 2. Hierdoor kan ik de kwaliteit
Procesdoel:
 Gedurende de activiteit van de procesdoelen beter
moeten de kinderen evalueren.
samenwerken om tot een
eindresultaat te komen.
De kinderen krijgen om
de beurt een kans om het
sprookje aan te vullen.
Werk- en Ik heb ervoor gekozen om Ik ga werken in een kring omdat dit
groeperingsvormen de kinderen in een handig is om met elkaar te praten.
zijn afgestemd op coperatieve werkvorm Zo kun je makkelijk iedereen
specifieke te laten werken. Ik ga aan
aanspreken en goed naar elkaar
kenmerken van de de slag met de
groep n op coperatieve werkvorm luisteren. Ik heb gekozen voor de
specifieke rotonde en woordenweb. werkvorm rotonde omdat op deze
kenmerken van Ik heb ervoor gekozen de manier iedereen aan de beurt komt.
vakdidactiek. les twee keer te doen, Iedereen kan iets vertellen en de
zodat ik een beter beeld rest van de tijd moet je naar elkaar
krijg van het verschil luisteren.
tussen de kinderen van
groep 1 en groep 2.
(Dalton, 2006)
Werk- en Ik ga te werk door de Doordat ik werk met de coperatieve
groeperingsvormen kinderen eerst in een werkvorm rotonde, zorg ik ervoor dat
zijn functioneel kring te zetten. Dit zorgt ieder kind aan de beurt komt. Op
ondersteunend bij ervoor dat iedereen
deze manier kan iedereen zijn
het behalen van de gelijkwaardig is. Ik zorg
lesdoelen. ervoor dat ik goed steentje bijdragen aan het verhaal.
zichtbaar ben voor de Zo zorg ik ervoor dat iedereen
kinderen. verantwoordelijk is voor het
productdoel. De kinderen mogen het
zo leuk maken als ze willen en dit
leidt tot plezier tijdens het maken
van het sprookje.
Een aanzet tot Ik heb ervoor gekozen om Dit doe ik zodat ieder kind zijn
samenwerkend de kinderen in een bijdrage levert aan het sprookje.
leren krijgt op een coperatieve werkvorm Kinderen die normaal veel zeggen
logische wijze plek te laten werken. Ik ga aan komen via deze werkwijze evenveel
in het lesontwerp.* de slag met de aan de beurt als kinderen die
coperatieve werkvorm normaal minder zeggen. Op deze
rotonde en woordenweb manier zijn de kinderen gezamenlijk
(Dalton, 2006). verantwoordelijk voor het
eindresultaat.

Een aanzet tot n.v.t. n.v.t.

ontdekkend leren
krijgt op een
logische wijze plek
in het lesontwerp**

De proces- en Ik kies ervoor om het Doordat ik de volgende les het

productdoelen verhaal dat de kinderen sprookje nog een voorlees met de
worden expliciet gemaakt hebben kinderen samen, zorg ik ervoor dat
gevalueerd met de naderhand nog een de kinderen nog eens goed
kinderen. spannend voor te lezen. nadenken over wat ze geschreven
De volgende les lees ik hadden. Ik vraag wat de kinderen
het verhaal samen met van het verhaal vonden. Op deze
de kinderen voor. manier kan ik controleren of de
kinderen plezier hebben gehad in
 het schrijven van een eigen
sprookje.
De werkvormen die Gedurende de les kijk ik Ik ga deze les evalueren aan de
worden gehanteerd rond en luister ik naar hand van observaties omdat ik op
bij evaluatie zijn wat de kinderen voor die manier goed kan zien of de
passend bij
zinnen bedenken. Ik kan kinderen plezier hebben gehad bij
vakdidactiek en
sluiten aan op tussendoor controleren of het schrijven van een verhaal.
specifieke de zinnen goed op elkaar Tijdens de les luister ik goed naar
kenmerken van de aansluiten. Als dit niet wat de kinderen bedenken. Ik
groep. het geval is dan zorg ik controleer of de zinnen goed op
ervoor dat er weer een elkaar aansluiten. Als dit niet het
beetje structuur in het geval is, is het belangrijk dat ik daar
verhaal komt. meteen iets van zeg. Op die manier
leren de kinderen daar het meeste
van. (Paus, 2014)
*bij tenminste 3 lesontwerpen
** bij tenminste 1 lesontwerp