Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 23

DE GEZAMELIJKE STRIJD, TEGEN EENZAAMHEID

En het werk van de bestuurskundige.

Groep 5 klas 1A:


Hugo Westerlaken: 2114464
Rutger Zeissink: 2112133
Maurits van Spellen: 2117272

1
Colofon

Datum: 7-11-2016
Locatie: s Hertogenbosch
Lettertype: Cambria 12
Aantal paginas: 23
Aantal worden: 5677
Aantal afbeeldingen: 18

2
Voorwoord

Hallo toekomstige studenten! Het is heel lastig om een goed beeld te krijgen van een
studie. Wat leer je hier eigenlijk? Het is heel belangrijk om te weten welke vaardigheden
je aanleert op een opleiding en juist daarom hebben wij dit boekje geschreven. We
hopen dat als je dit boekje hebt gelezen, je een goed beeld hebt gekregen bij de opleiding
Bestuurskunde. Dit boekje gaat over een maatschappelijk probleem. Als
bestuurskundige krijg je heel veel met maatschappelijke problemen te maken. Het is dan
belangrijk dat je een goed beeld hebt bij dit probleem. Om zon beeld te verkrijgen moet
je de verschillende invalshoeken kennen. Dit zijn de sociologische, de economische, de
juridische, de organisatiekundige en de beleidskundige.

3
Inhoudsopgave

Voorwoord Pagina 3

Inleiding Pagina 5

Sociologische invalshoek Pagina 6

Economische invalshoek Pagina 10

Juridische invalshoek Pagina 12

Organisatiekundige invalshoek Pagina 15

Beleidskundige invalshoek Pagina 19

Rol van bestuurskundige Pagina 22

Conclusie Pagina 23

4
Inleiding

Het maatschappelijke probleem dat we hebben gekregen is eenzaamheid in de


samenleving. In het boekje gaan we dieper in op het probleem: eenzaamheid. Hierbij
kijken we vooral naar eenzaamheid onder ouderen. Dit verdelen we weer onder in 5
invalshoeken zoals eerder gezegd kiezen we voor een sociologische, bestuurskundige,
organisatiekundige, economische juridische invalshoek.

Maar wat dit probleem een maatschappelijk probleem? Dat is heel lastig goed te
verwoorden. Het probleem zit in dat eenzaamheid namelijk in alle lagen van de
bevolking zit en niemand eenzaam wil zijn. Ook wil niemand dat eenzaamheid bestaat
en toch is het een veel voorkomend fenomeen. Waarom komt dit op het bordje van de
bestuurskundige? Dat is op zich wel logisch want als bestuurskundige leer je
maatschappelijk problemen oplossen. En aangezien die een maatschappelijk probleem
is moet het worden opgelost.

Voor jou als toekomstig bestuurskunde student proberen we doormiddel van dit
onderwerp een beter beeld te schetsen wat een bestuurskundige doet. Dit doen we door
de eerder genoemde invalshoeken met een bestuurskundige blik te bekijken en uit te
leggen wat je nou er uiteindelijk van leert!

Veel lees plezier!

5
Sociologische invalshoek Eenzaamheid ouderen

De sociologische leer houdt zich bezig met de algemene sociale relaties tussen groepen
in de samenleving en mensen onderling. Hierbij word ook rekening gehouden met de
culturele achtergrond, de politieke voorkeur en de afkomst van mensen. Het is van groot
belang voor een bestuurskundige dit in ogenschouw te nemen bij het maken van beleid.
Wanneer je als bestuurskundige een beleid gaat maken moet je rekening houden met de
belangen in de samenleving. Wanneer er een belangenverstrengeling tussen
verschillende groepen uit de samenleving ontstaan en jij hier als bestuurskundige
tussenin een probleem probeert op te lossen is deze kennis onmisbaar. De sociologische
invalshoek is dan ook van groot belang voor een bestuurskundige.

Sociale cohesie in de huidige maatschappij


Tegenwoordig individualiseren we met een hoog tempo. Dat houdt in dat er steeds
minder sociale controle en sociale cohesie is in de huidige maatschappij. Tegenwoordig
komt het wel eens in het nieuws dat er iemand voor lange tijd overleden in zijn of haar
huis ligt. Niemand mist deze persoon, dat is een gevolg van het ontbreken van sociale
cohesie. Je kan je misschien wel voorstellen dat deze individualisering kan zorgen voor
eenzaamheid maar deels ook een gevolg ervan is.

Individualisering
Door die individualisering in en van de samenleving lijkt het mensen steeds minder te
interesseren wat er om hen heen gebeurt. In de dorpen komt dit verschijnsel minder
voor dan in de grote steden. In de dorpen is er nog sprake van de ouderwetse sociale
controle. Iedereen zorgt hier voor elkaar en let op elkaar. In de steden gebeurt helaas
het tegenovergestelde. Mensen leven daar voornamelijk langs elkaar heen. Vaak hebben
de bewoners van grote steden geen band met hun buren. Bovendien is het mensen
grotendeels onbekend welke problemen er in de wijk spelen. Een van de gevolgen
hiervan is dat de ouderen, met name de alleenstaande, zich eenzamer gaan voelen. Zo
wordt het voor deze ouderen steeds moeilijk om een gesprekje aan te knopen met
medebewoners.

6
Situatie ouderen zelf
Mobiliteit is best een groot probleem voor de ouderen. Wandelen gaat moeizamer,
autorijden zorgt voor veel zenuwen en stres en busstation zijn vaak onbereikbaar. De
actieradius van ouderen is zo dus erg laag en bemoeilijkt het in contact komen met
anderen. In combinatie met de mentale achteruitgang van de ouderen is dit een grote
dooddoener. Dit in combinatie met het ontbreken van de sociale cohesie in een wijk kan
het zeer moeilijk maken om in contact te komen met anderen, zelfs op lokaal niveau.

Rol familie
Wanneer je als familielid merkt dat het je oma, je oudtante, opa enz. vaak alleen is kan je
hier best iets aan doen. Als familieleden erg aanwezig zijn in het leven van ouderen
zullen zij veel minder snel een eenzaamheidsgevoel hebben.
Als mensen verouderen vallen er mensen om hen heen weg. Dat is heel normaal. Door
overlijden, verhuizen of ruzies. Hoewel dit heel normaal is heeft het een groot effect op
ouderen. Zij raken op deze manier steeds meer gesoleerd van de samenleving. Er vallen
zo gaten in hun leven die moeilijk opgevuld kunnen worden omdat ze de moed, de
kracht of psychische mogelijkheden niet hebben. Als familie kan je hier een belangrijke
rol in spelen door net even wat extra aandacht te geven.

Mogelijke oplossingen uit de samenleving


Momenteel komen er veel bewegingen op uit de samenleving die de sociale cohesie
willen bevorderen. De nationale burendag is in het leven geroepen zodat mensen hun
buren (beter) kunnen leren kennen. Elk jaar wordt ook de week tegen eenzaamheid
georganiseerd om het maatschappelijke probleem onder de aandacht te brengen.
Gedurende deze week is er wat meer media aandacht voor en worden allerlei
activiteiten georganiseerd. Voorbeelden hiervan zijn: het Eenzaamheid congres, Kom
Erbij festivals en nog veel meer activiteiten. Organisaties kunnen een grote rol spelen in
de bestrijding van eenzaamheid.

7
Coalitie Erbij
De bekendste en belangrijkste is misschien wel Coalitie Erbij. Deze week tegen
eenzaamheid word georganiseerd door deze coalitie. Dit is een samenwerkingsverband
dat deels georganiseerd is en betaald wordt door de overheid. Het bestaat uit allerlei
zorg en telecomorganisaties als Humanitas, KPN, Mooiste Contact Fonds, Leger des
Heils, Nationaal Ouderenfonds en veel meer. Deze organisaties gaan onder de naam
coalitie erbij vechten tegen eenzaamheid. Dit zowel individueel als samenwerkend.
Het plan is een beetje om ervoor te zorgen dat mensen makkelijker gaan praten over
eenzaamheid om zo het probleem te bestrijden. Organisaties proberen eenzame mensen
aan te moedigen om vrijwilligers werk te gaan doen. Op door dit werk bouwen mensen
meer contacten op en zich minder alleen voelen.

Eenzaamheid bestrijden in de wijken


In de wijk Charlois in Rotterdam zijn ze goed bezig. Er is een buurthuis ingericht voor
mensen die zich eenzaam voelen. In dit buurthuis kunnen eenzame mensen
samenkomen en hebben ze een leuke tijd met elkaar. Deze mensen leren elkaar zo
kennen en voelen zich minder eenzaam. Maar dit kan natuurlijk ook op andere
manieren. Een goed voorbeeld hiervan is een vrouw in diezelfde wijk. Elke dag brengt zij
een krantje rond. Hierdoor komt ze in contact met anderen en kan ze met iedereen die
daar zin en tijd voor heeft een praatje maken. Ook is er in s-Hertogenbosch een
buddyproject gestart waarbij een oudere aan een vriendengroep van jongere leeftijd
gekoppeld. Elke week komt er iemand van die vriendengroep langs bij de oudere.
Ervaring leert dat dit een hele effectieve aanpak is tegen eenzaamheid.

Conclusie
De crux bij dit verhaal over de eenzame ouderen in Nederland is dat ze moeilijk te
bereiken zijn. Doordat de samenleving steeds meer individualiseert word het steeds
moeilijker voor ouderen om zich met buurtbewoners te mengen. Familie speelt in het
verhaal ook een belangrijke rol. Familie en vrienden van vroeger zijn overleden of
simpelweg buiten beeld geraakt. De ouderen voelt zich hierdoor eenzaam. Organisaties,
met steun van de overheid, gaan nu samen de eenzaamheid in Nederland bestrijden. De
belangrijkste is Coalitie Erbij. Zij staan dicht bij de mensen en hun problemen, zo kunnen

8
zij effectiever te werk gaan. De nationale overheid heeft het dus meer aan de
samenleving en kleinere overheden overgelaten om het probleem op te lossen.

9
Economische invalshoek

Hoewel het misschien niet direct voor de hand ligt, speelt economie of financin een
grote rol in het maatschappelijke probleem: eenzaamheid. Maar ook voor jouw als
bestuurskundige. Als je als bestuurskundige een goed plan bedenkt moet dit wel te
betalen zijn. Anders is het alsnog waardeloos. Je moet er dus rekening mee houden dat
jouw plan betaalbaar is, maar ook met de effecten op de nationale economie.

Denk maar aan de mogelijkheden die een goed inkomen kunnen bieden. Een auto, een
abonnement op het openbaar vervoer, een smartphone, lidmaatschap van een club of
groepsreizen kosten allemaal geld en helpen allemaal om eenzaamheid te verminderen.
Met geld kom je op plekken waar je mensen kunt ontmoeten en met geld kun je in
contact blijven met mensen. Natuurlijk is geld hebben zeker niet de voorwaarde om niet
eenzaam te zijn maar het kan dus zeker helpen.

Nationale economische effecten


Bij de economische invalshoek hebben we het als bestuurskundige ook over het grotere
plaatje. Eenzame mensen zijn over het algemeen niet gelukkig, ze zorgen niet goed voor
zichzelf en nemen vaak niet de tijd om hun leefomgeving hyginisch te maken. Als je
langdurig niemand ziet en niemand komt bij je thuis dan is de kans groter dat je jezelf
verwaarloosd. Deze verwaarlozing en de ongelukkigheid samen zorgen vaak de
eenzamen ouderen vaker en sneller ziek zijn. Deze mensen maken dus meer gebruik van
de gezondheidszorg dan hun gelukkige leeftijdsgenoten die wel in contact komen met
anderen. Gezondheidszorg heeft ook een hele economische kant. Als verzekeringen
langdurig meer geld moeten uitgeven aan de gezondheidszorg van een bepaalde groep
moeten uiteindelijk de premies omhoog. Het besteedbaar inkomen van alle verzekerden
gaat daarom naar beneden waardoor de hele economie er last van heeft.

In de tabel valt af te lezen dat het inkomen van ouderen flink daalt, het vermogen echter
groeit met de leeftijd. Geld zou geen rol moeten spelen voor ouderen. Volgens het CBS
kan de gemiddelde oudere zonder veel problemen een mobiele telefoon of een senioren
abonnement op het openbaar vervoer aanschaffen. De eenzame ouderen doen dit echter
vaak niet.

10
In de bovenstaande grafiek wordt duidelijk dat de zorgkosten flink toenemen naarmate
de leeftijd stijgt. Je kan uit deze twee grafieken aflezen dat ouderen gemiddeld veel
vermogen hebben en veel zorgkosten maken. De verzekering betaald echter de
zorgkosten voor een groot deel en niet de ouderen.

Eenzaamheid kost de maatschappij veel geld. Enerzijds hebben ouderen geld nodig om
zichzelf in contact te brengen met anderen en anderzijds stijgen naarmate de
eenzaamheid stijgt ook de zorgkosten. Deze laatste wordt door de gehele maatschappij
betaald en niet alleen door ouderen. Daarom kan je zeggen: het kost de maatschappij
geld. Omdat de hele maatschappij moet betalen voor de zorgkosten van 1 groep.

Conclusie
Eigenlijk zijn er bij de economische invalshoek drie conclusies:
1 als ouderen meer geld te besteden hebben dan kunnen zij zich beter verzetten tegen
de eenzaamheid. Wie geld heeft blijft mobiel en in contact met de samenleving.
2 eenzaamheid kost de samenleving veel geld. De zorgkosten van eenzame ouderen zijn
erg hoog omdat zij zichzelf verwaarlozen. Hierdoor stijgen de algemene kosten van de
zorg voor de samenleving en hebben de mensen minder te besteden.
3 als bestuurskundige moet je rekening houden met twee economische aspecten. Wat
zijn de effecten van jouw plan of beleid op de economie en hoeveel kost het de
maatschappij om jouw plan uit te voeren.

11
Juridische invalshoek

Recht is van belang voor jou als toekomstig bestuurskundige. Wat mag je allemaal doen
als je een beleid opstelt? Welke rechten heb jij als bestuurder en welke rechten hebben
de burgers in de maatschappij. Dat alles is erg nuttig om te weten, anders is het bijna
onmogelijk om een goed functionerend beleid op te stellen. Op de opleiding
Bestuurskunde krijg je dan ook het vak recht. Bij recht leer je het toepassen van de
regelgeving op de juiste manier. Hier moet je voorstellen dat je een casus krijgt (een
opdracht) waar je moet uitzoeken welke wet nou op deze casus van toepassing is.

Subjectief
het toepassen van recht op eenzaamheid is lastig. Dat is zo omdat eenzaamheid een
relatief begrip is. Dat zorgt ervoor dat eenzaamheid niet in wetten voorkomt. Maar het
is wel een deel van de gezondheidszorg. Dit is echter wel opgenomen in de regelgeving.
Doordat eenzaamheid subjectief is, kunnen er geen algemene maatregelen getroffen
worden. Iedereen heeft een eigen visie op eenzaamheid.
Zo kan er bijvoorbeeld gezegd worden: Iedere eenzame oudere moet vrijwilligerswerk
doen. Maar dan is er altijd de vraag: Vind die eenzame oudere dat dan wel leuk om te
doen? of Kan de eenzame oudere wel vrijwilligerswerk doen?. Misschien heeft dat
eenzame persoon er geen behoefte aan.

Wetgeving
In artikel 22 van de grondwet staat: De overheid treft maatregelen ter bevordering van
de volksgezondheid, huisvesting en ontplooiing en ontspanning. Daar valt eenzaamheid
dus ook onder. De overheid heeft het probleem dan ook opgemerkt en probeert er ook
zeker wat aan te doen. Zo zie je dat lokale overheden er alles aan proberen te doen
doormiddel van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) ook eenzame ouderen
te helpen. Ook zijn er een paar bewustwordingscampagnes op poten gezet om het
maatschappelijke probleem onder de aandacht te brengen bij het grote publiek. Hierbij
moet je denken aan televisie programmas als Geer & Goor en het Ouderenfonds.

Sociale Dienstplicht
In aanloop voor de verkiezingscampagne zijn er door het CDA en de ChristenUnie
plannen voor sociale dienstplicht gepresenteerd. Inhoudelijk verschillen deze plannen
wel enigszins.
Deze partijen zijn gekozen niet vanwege politieke kleur maar omdat ze dit plan
presenteren. Het is daarbij erg toevallig dat twee christelijke partijen deze plannen
presenteren.

12
Zo zegt Sybrand Buma namens het CDA dat je verplichte sociale dienstplicht moet doen.
Dus dat kan zijn dat je enkele jaren na je studie een onbetaalde baan gaat doen voor de
maatschappij. Dit zegt Buma ook omdat hij merkt Nederlandse samenleving verarmt en
verschraalt. Hiermee bedoeld Buma dat de samenleving verruwd en hard wordt dit
probleem wil hij zien voorkomen. Zo hoopt hij een meer rijkere samenleving te creren
waar in mensen in respect met elkaar samenleven.
Terwijl Gert- Jan Segers namens de ChristenUnie juist vind dat het niet verplicht moet
worden. Hij stelt dat als je tijdens of net na je studie een sociale dienst levert aan de
maatschappij, dat je studieschuld verminderd kan worden. Maar dit is nog niet in
werking gesteld, dus blijft het nog bij de plannen. Segers denkt dat op zon manier alles
beter wordt; studeren blijft toegankelijk voor iedereen en de jeugd krijgt wat mee van
de oudere generatie. Een soort van voor wat hoort wat systeemmodel.

Nieuwe wetgeving
Er is weinig wetgeving omtrent eenzaamheid. Enerzijds is dit jammer, anderzijds is dit
een mooie kans voor de beleidsmakers. Nu kan de overheid proberen om duidelijke
kaders te stellen over wat eenzaamheid is, voor zover dat mogelijk is. De overheid heeft
de mogelijkheid af te tasten wat de meningen van de eenzame ouderen hierover is en
wat zij prettig vinden wat betreft de bestrijding van hun eenzaamheid. Er valt nog te
bezien wat er gaat gebeuren met het plan van het CDA en de ChristenUnie. Dit alles kan
mogelijk bijdragen aan een betere wetgeving rondom de eenzaamheid onder ouderen in
onze samenleving.
Het is heel toevallig dat twee christelijke partijen als ChristenUnie en CDA zon plan
presenteren. Hierbij moeten wij vermelden dat dit niet politieke gekleurd is gekozen. Dit
is enkel op basis van de nieuwsontwikkelingen.

CDA: Buma CU: Segers

Algemeen
Maar nu er nog niet zo heel veel algemene wetgeving is kunnen bestuurskundigen zich
daar mooi over buigen. Zo kunnen ze alles uit het grijze gebied halen en meer
duidelijkheid scheppen rondom eenzaamheid. Ook kun je als bestuurskundige gaan
aftasten bij de eenzamen wat ze prettig lijkt en wat niet, daarnaast kan je als
bestuurskundigen gaan kijken wat de overheid en andere organisaties kunnen doen
hiervoor. Ook kan je dan kijken hoe de rol van vrijwilligers hierin past en je zo probeert
er een mooi geheel van te maken zoals in de huidige situatie gebeurt.

13
Het is ook mogelijk om te onderzoeken of werkgevers misschien niet wat meer tijd
kunnen geven aan de werknemers om ook andere nodige taken te doen naast hun
reguliere baan. Dit kan alles veranderen. Ook kan misschien het plan van het CDA en de
CU doorgezet worden. Zo kan samen vanuit het recht dit plan aangepakt worden. Maar
helaas moet daar eerst een Kamermeerderheid voor zijn wil het plan van het CDA en de
CU er door komen.

conclusie
Dus kort samengevat: er is weinig wetgeving rondom eenzaamheid. Maar voor de
gezondheidszorg is er een grondwetartikel dat bepaald dat de overheid moet zorgen
voor goede gezondheidszorg, goede huisvesting en mogelijkheden tot ontplooiing en
ontspanning. Daarnaast is het ook nog de vraag in hoeverre de eenzamen het leuk
vinden om door wetgeving verplicht te worden tot allerlei zaken die ze niet willen. Maar
er zijn nu ook plannen gepresenteerd door het CDA en ChristenUnie voor sociale
dienstplicht. Door een bepaalde tijd iets voor de maatschappij te betekenen kunnen
jongeren meer doen om de eenzaamheid te verminderen. Zo kan de wetgeving meer
gaan betekenen voor de strijd tegen eenzaamheid.

14
Organisatiekundige invalshoek

Organisatiekunde is de leer die onderzoekt hoe organisaties om ons heen zijn


opgebouwd en hoe deze organisaties verbeterd kunnen worden met het oog op de
efficintie. Als bestuurskundige moet je verschillende organisatie vormen kunnen
herkennen en ermee kunnen werken. Organisatiekunde is dat echter niet alleen, het
houdt zich ook bezig met de sociale interactie tussen werkgever en werknemer, is een
werkgever sociaal? of juist niet. Is de werknemer een zeer trouw persoon die alle
opdrachten uitvoert die de baas aan hem geeft? Of juist niet.
Eenzaamheid is een lastig onderwerp om te kunnen koppelen aan het vak
organisatiekunde, aangezien eenzaamheid namelijk niet bepaald een georganiseerd
gebeuren is. Het is een maatschappelijk probleem dat met behulp van organisatiekunde
opgelost kan worden.

Kamerbrief
Staatssecretaris van Rhijn heeft in 2014 een Kamerbrief geschreven over hoe hij de
eenzaamheid wil aanpakken. Hij heeft toen een doel en een visie vastgesteld om dit te
kunnen bereiken. In de brief benadrukt hij het belang van de lokale overheden in het
bestrijden van de eenzaamheid omdat het vaak een lokale oorzaak heeft en dus daar het
beste kan worden opgelost. Van Rhijn wil dat de overheid samen met
welzijnsorganisaties, zorgverzekeraars en vrijwilligersorganisaties ( bijvoorbeeld
stichting de zonnebloem) met een plan komen om de eenzaamheid terug te kunnen
dringen. Aangezien deze organisaties de middelen en de expertise hebben om de
eenzaamheid te doorbreken waar de ouderen mee zitten. Je zou kunnen zeggen dat zij
de boots on the ground kunnen zijn voor de overheid. In feite besteed Den Haag het dus
uit aan de samenleving.

GGD & GGZ


Eenzaamheid heeft verschillende oorzaken: het kan te maken hebben met depressie,
dementie en immobiliteit. Je ziet dat de GGD en de GGZ bijvoorbeeld de krachten
samenspannen om ouderen voor te lichten en zo nodig te ondersteunen als er
problemen zijn. Meestal gebeurt dit met voorlichtingen over hoe om te gaan met de
desbetreffende problemen maar ook gebeurt het dat geregeld cursussen aangeboden

15
worden voor naasten hoe zij met deze problemen om moeten gaan en zij samen het
probleem kunnen oplossen.

Vrijwilligersorganisaties en zorg- en welzijnsorganisaties


Dit zijn vaak de organisaties die de overheid ondersteunen met de maatschappelijke
problemen, zij staan immers dichterbij de samenleving dan de overheid. Deze
organisaties staan dan meestal ook uit een grote groep enthousiaste vrijwilligers die tijd
opzij zetten om ouderen te kunnen ondersteunen waar mogelijk. Zo heb je stichting De
Zonnebloem die regelmatig uitjes organiseert met ouderen om ze uit hun isolement te
halen. Het grootste probleem is dat de ouderen die lijden aan psychische problemen niet
altijd bereikt worden door deze organisaties. Daarom heeft staatssecretaris van Rhijn
ook in zijn brief aan de kamer opgeroepen om de samenwerking tussen alle
verschillende organisaties te stimuleren.
Het lastige voor een organisatie als de Zonnebloem is dat ze altijd afhankelijk zijn van
een beperkt budget. Dit kan ervoor zorgen dat ze niet zo slagvaardig kunnen zijn als ze
zouden willen zijn. Ja, ze kunnen aanspraak maken op subsidies maar dat gaat lang niet
altijd even makkelijk. Daarnaast kost het ook weer tijd om geld te kunnen ophalen voor
een doel dat ze hebben.

Organisatietype
Vaak is het zo dat een goede doelenstichting twee onderdelen hebben, een professioneel
onderdeel en een vrijwillig onderdeel. Die twee delen moet je duidelijk van elkaar
onderscheiden. Het vrijwillige deel heeft vaak een totaal andere organisatiestructuur
dan het professionele deel. Zo zie je dat vaak het professionele deel van de organisatie
meer de structuur van een bedrijf heeft, waar je een duidelijke hirarchie hebt.
Het vrijwillige deel van een
vrijwilligersorganisaties en zorg- en
welzijnsorganisaties hebben vaak de
vorm van een netwerkorganisatie. Dat
wil zeggen dat de lijnen overal door
elkaar lopen. Er zijn meerdere mensen
betrokken bij een proces die bij andere
onderdelen van de organisatie ingedeeld
zijn. Daaronder heb je de vrijwilligers die
de touch met de samenleving hebben en
de ogen en de oren van de organisatie
zijn.
Neem een voorbeeld aan de collectant

16
voor een actie, je ziet vaak dat er iemand de rest aanstuurt maar je kan niet echt spreken
van een baas zoals in een bedrijf.
Het professionele deel van een is zoals eerder gezegd meer een hirarchische
organisatie. Zon organisatie heet een Lijn-staforganisatie. Deze organisatie is heel
logisch opgebouwd. Het heeft
vaak iets weg van een
stamboom met een extra zijtak
als je het bekijkt. Vaak heb je
n directeur aan de top van
het bedrijf die het werk weer
onderverdeeld in vakgebieden.
Daarboven staan de
onderdirecteuren die het werk
onderverdelen zodat de juiste
mensen op de juiste plekken
komen. Het kenmerkende van
deze organisatie is dat er tussen de functies heen een adviserend orgaan zit, een staf. De
staf is een groep medewerkers (vaak de leidinggevenden van afdelingen in het bedrijf)
die de organisaties helpen met adviezen en beleid, om zodoende de organisatie te
kunnen verbeteren.
Zon organisatie moet altijd een doel stellen, daarvoor gebruikt men vaak het 7S-model
van het bedrijf Mckinsey. Hierin word rekening gehouden met de structuur, systeem,
staf, gedeelde waarden, vaardigheden, management stijl en de strategie. Deze zeven
punten geven een heel goed handvat om je organisatie op een prettige en zeer
doeltreffende manier te kunnen inrichten. Zorg- en welzijnsorganisaties en
vrijwilligersorganisaties moeten hier zeer zeker rekening mee houden. Willen ze
fondsen kunnen opbouwen en goed functioneren? Dan is het belangrijk dat ze dit model
in ogenschouw te nemen.

Belang van organisaties naast de overheid bij het bestrijden van eenzaamheid.
De overheid kan lang niet altijd ingrijpen bij structurele maatschappelijke problemen.
Dat komt kortweg door de afstand die de overheid heeft met de samenleving, ook al is de
overheid natuurlijk de eind verantwoordelijke voor het oplossen van deze problemen.
Daarom is het belangrijk dat er een samenwerking ontstaat tussen de verschillende
organisaties in de samenleving. Staatssecretaris van Rhijn heeft hiervoor de Nationale
Coalitie samen met de VNG en de Coalitie Erbij in het leven geroepen om een plan te
ontwikkelen om de eenzaamheid tegen te gaan. Zo zie je dat de overheid een grotere
overkoepelende organisatie heeft gecreerd om eenzaamheid tegen te gaan. Door deze
bredere coalitie hoopt men veel meer mensen te kunnen bereiken dan met een
overheidscampagne. Het gevaarlijke blijft dat de mensen niet bereikt worden en dat de
eenzaamheid een constructief probleem blijft in de Nederlandse samenleving.

conclusie
Bij deze casus zie je dat de overheid en de bestuurskundige beroep doen op de
vrijwilligersorganisaties. Deze keuze heeft te maken met de expertise van de
organisaties omtrent ouderen en de problemen die de ouderen hebben. Vaak hebben
deze vrijwilligersorganisaties een vrijwillige en een professionele tak. De vrijwillige tak
is meestal een netwerkorganisatie wat betekent dat er niet of nauwelijks hirarchie is en

17
dat er een soepele samenwerking bestaat tussen de deelnemende mensen. De
professionele organisatie is bijna altijd een lijnorganisatie, dat is een organisatie met een
duidelijke opbouw en met een sterke hirarchie. Dit is de organisatie die het beleid
ontwikkeld en de lijnen uitstippelt. Dit is tevens de betaalde tak van de organisatie.

18
Beleidskundige invalshoek
Beleidskunde, de know how over hoe een beleid tot stand moet komen en hoe deze
uitgevoerd moet worden is van cruciaal belang voor jouw als toekomstige
bestuurskundige.

Op 16 juli 2014 stuurde Martin van Rijn, de toenmalige Staatsecretaris van


Volksgezondheid, Welzijn en Sport een brief naar de Tweede Kamer. In deze brief vroeg
hij de Kamervoorzitter om meer aandacht omtrent eenzaamheid. Er stond ook in dat
bepaalde instanties zoals Coalitie Erbij meer subsidies zouden krijgen van het Rijk om
dit probleem aan te pakken. Volgens het beleid van de Rijksoverheid liggen de
oplossingen van het probleem vooral bij lokale instanties. Gemeenten spelen hier een
cruciale rol in. Simpelweg omdat de gemeenten dichter bij de bevolking staan. De
realisatie is er, dat de lokale overheden niet de expertise hebben om eenzaamheid actief
te bestrijden. Coalitie Erbij heeft deze expertise wel en werkt daarom samen met de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

Beleid
Als bestuurskundige op lokaal niveau is de kans aanwezig dat je geconfronteerd zult
worden met het probleem: eenzaamheid. Zoals vaker het geval is bij maatschappelijke
problemen valt het niet alleen op te lossen door overheden. Maatschappelijke instanties
en burgerinitiatieven spelen een grote rol in het oplossen van eenzaamheid. Denk aan de
Kerk, het buurthuis of misschien zelfs de buurtsuper waar mensen elkaar tegenkomen.
Als bestuurskundige moet jij een beleid maken dat een (maatschappelijk)probleem
oplost of aanpakt.

Hoe komt beleid tot stand?


Een beleid, wat is dat nou precies? Volgens het vakgebied Bestuurskunde valt beleid
terug te brengen tot twee definities:

1. Beleid is een plan


2. Beleid is alles wat een overheid doet

Beleid als plan is een stelsel van doelen en middelen en nummer twee is hier een
aanvulling op. Zo is het expres weglaten van een plan door geen actie te ondernemen
ook een vorm van beleid.

Als bestuurskundige moet je hier dus mee aan de slag. Het is natuurlijk belangrijk dat de
overheid een goed milieu creert voor organisaties zoals Coalitie Erbij. Dit kan door
middel van wetgeving en subsidies maar ook minder voor de hand liggende dingen. Hier
moet je denken aan belasting vrijstellingen en andere soortige dingen.

19
De Systeembenadering

Om zeer ingewikkelde fenomenen overzichtelijk te houden werken mensen vanuit


verschillende wetenschappen graag met systeemmodellen. Zo is er ook een
systeemmodel genaamd: Het systeemmodel van Easton.

Stap 1, invoer
Wanneer men problemen ervaart in de samenleving is het belangrijk dat hier
oplossingen voor komen. Maar niet alle problemen bereiken de belangrijkste politici in
Den Haag. Bovendien kunnen zij deze problemen misschien wel anders of niet ervaren.
Een selectief aantal problemen bereikt uiteindelijk de tweede kamer. Dit valt terug te
zien in het Systeemmodel van Easton. Bij het probleem: eenzaamheid moet je bij spelers
in de invoerfase denken aan Burgers die zelf last hebben van eenzaamheid of iemand
kennen die dit heeft. Aan groepen en organisaties die dit graag willen oplossen zoals de
kerk of zorginstellingen. Maar ook aan politici die zich zorgen maken en graag willen dat
het probleem wordt opgelost.

Stap 2, poortwachters
Het klinkt misschien wel een beetje vreemd; poortwachters. Maar dat is het niet. Zij zijn
de antennes van de samenleving die de maatschappelijke problemen oppikken en er
eventueel iets mee doen. De poortwachters filteren als het ware het aantal problemen.
Niet letterlijk natuurlijk. Neem bijvoorbeeld de media. Als de media besluit veel
documentaires te maken over eenzaamheid en het probleem aan de kaak stellen bij veel
mensen dan zal de politiek er uiteindelijk op moeten reageren. Vandaar het begrip
poortwachters. Als de poortwachters geen actie ondernemen dan gebeurt er niet zoveel.

Stap 3, omzetting
Dan komt de omzetting. In eerste instanties waren het burgers en organisaties die zagen
dat mensen last hebben van eenzaamheid. Toen gingen de poortwachters ermee aan de
slag door bijvoorbeeld het hele probleem bekender te maken bij de Nederlanders. En

20
dan moet de politiek er iets mee. Dit laatste noemen we de omzetting. Politici,
adviesorganen, de regering en het parlement gaan over het probleem debatteren en
vergaderen. Er wordt eventueel onderzoek gedaan naar het probleem en aan het eind
van deze fase zijn er twee dingen belangrijk.

1. Het probleem is helder in beeld gebracht


2. Het betreffende ministerie (of de betreffende ministeries) hebben een plan
bedacht om het probleem op te lossen (beleid)

Dit wordt ook wel de blackbox genoemd, een brei van belanghebbenden die met elkaar
discussiren over hoe het probleem moet worden aangepakt. Dit is ook het meest
onoverzichtelijke deel van het systeemmodel van Easton. Niemand weet precies wat er
gebeurt.

Stap 4, uitvoer
Tijdens de uitvoer fase gaan de overheden aan de slag. Overheidsinstanties gaan samen
met het ambtelijk apparaat en eventuele organisaties aan de slag om het beleid uit te
voeren.

Stap 5, terugkoppeling
Als een beleid is uitgevoerd dan heb je een resultaat, dit kan een gewenst of een
ongewenst resultaat zijn. De terugkoppeling is als het ware het opnieuw kijken naar het
probleem. Is het opgelost? Wat zijn de gevolgen van het beleid? Moet het beleid
aangepast worden? En zo begint het hele systeem weer opnieuw.

Conclusie
Beleidskundige kennis is onmisbaar voor jouw als toekomstig bestuurskundige. Om een
maatschappelijk probleem te bestrijden is er namelijk een beleid nodig. En als
bestuurskundige is aan jouw de taak zon beleid op te stellen. Een beleid is een soort
plan. Alles dat de overheid doet is een beleid. Het beleid rondom eenzaamheid is tot
stand gekomen doordat het probleem onder de aandacht van politici werd gebracht
doormiddel van organisaties die er tegen strijden of burgers die zich zorgen maken.
Naar aanleiding van deze zorgen rondom het probleem schreef van Rijn een kamerbrief.
Hierin stond hoe hij het probleem wilde oplossen. Dit doormiddel van subsidies, een
goede samenwerking tussen organisaties en het opzetten van Coalitie Erbij. Alles voor
een gezamenlijke strijd, tegen eenzaamheid.

21
De rol van een bestuurskundige
Aan het einde van dit informatieboekje kun jezelf afvragen wat je nou hebt aan alle
gekregen informatie. Dat komt nu aan de orde. Wat is de rol van de bestuurskundige in
bij eenzaamheid?

De rol van een bestuurskundige is, alle belanghebbenden bij de beleidsvorming


betrekken. Dat doet de bestuurskundige door met allerlei invloeden rekening te houden.
Als bestuurskundige leer je kijken naar alle belanghebbenden en invloeden die daar een
rol bij spelen. Om deze vaardigheden te leren worden op de opleiding enkele vakken
aangeboden die je dat leren. Dat zijn: bestuurskunde, economie, organisatiekunde, recht
en sociologie.
Bij bestuurskunde leer je het proces van de besluitvorming kennen. Die kennis kan jij als
bestuurskundige gebruiken met het opstellen van een beleid, bijvoorbeeld om
eenzaamheid terug te dringen in een wijk. Daarbij heb je wel genoeg kennis van het
proces nodig om alle belanghebbenden een juiste rol te geven daarin.

Ook wordt er recht gegeven op de opleiding. De kern van recht is het toepassen van
lange wetteksten op de huidige situatie. Bijvoorbeeld in de grondwet staat ruim gezegd
dat de overheid moet zorgen voor huisvesting en de gezondheidszorg. En bij recht leer je
dat de overheid geld geeft aan coalitie erbij zodat eenzaamheid, als vorm van
gezondheidszorg, wordt bestreden. Ook krijg je mee de verschillende wetgevingslagen,
dus van lokaal via nationaal tot internationaal (EU). Ook als er dan bijvoorbeeld
bepaalde rechten van belanghebbenden botsen, dan kan jij als bestuurskundige bepalen
welk recht belangrijker is.
Economie is niet alleen rekenwerk maar ook gedragswetenschap. Als mensen eenzaam
worden, dan is de neiging er groot om minder geld te steken in verwennerij en
persoonlijke verzorging. Dat kan je dan weer zien in de statistieken en dan veranderen
er cijfers. Zo kan dan ook de relatie worden gelegd tussen sociologie en economie. Want
sociologie is het bestuderen van groepen en het effect op het individu. Blijkbaar zijn er
dan toch groepen waar die eenzamen dan bij horen.

Omdat eenzaamheid niet door de overheid alleen bestreden kan worden is er een
samenwerkingsverband. Dit is een samenwerkingsverband tussen burgers, overheden
en bedrijven. Om dat goed te kunnen organiseren krijg de bestuurskundestudent ook
het vak organisatiekunde. Om te zien hoe organisaties gestructureerd en geleid worden.
Die kennis kan jij dan gebruiken voor een goede en vlotte samenwerking binnen
samenwerkingsverbanden van burgers, bedrijven en overheden.
Dus het is nu duidelijk dat je als toekomstige bestuurskundige de juiste vaardigheden en
kennis opdoet bij de opleiding bestuurskunde om je werk goed te kunnen doen!

22
Conclusie

Eenzaamheid, een probleem dat dus lastig te pakken valt doordat het een vrij subjectief
onderwerp is. In het boekje heb je wellicht gemerkt dat het lastig is voor een
bestuurskundige om het op te kunnen lossen.
We hebben naar de economische, juridische, sociologische en bestuurskundige
invalshoeken gekeken, en over hoe die deze problemen aanpakken. Toch blijft het een
onderwerp dat altijd in het nieuws zal blijven omdat het een probleem is dat niet snel
opgelost kan worden.

Je kan overal paralellen zien in de verschillend invalshoeken zien met betrekking tot het
probleem. Zo zie je dat de economische en de sociologische invalshoeken een op een met
elkaar te maken hebben. Mensen geven minder uit zijn daardoor minder mobiel en
komen niet de deur uit en verslonzen. Dit zorgt ervoor dat de gezondheidssituatie van
de ouderen achteruit gaan waardoor de zorgkosten de pan uit reizen. Organisatiekundig
en bestuurskundig is het ook weer een interessant probleem. Hoe ga je je beleid er op
aanpassen. Welke organisaties spreek je aan als bestuurskundige of neem je lot in eigen
handen en ga je als overheid dus als bestuurskundige ingrijpen. Wat zijn de
mogelijkheden binnen de wet kijkend naar wat je financieel kan doen. Want de
financile bronnen zijn niet oneindig. Waardoor je dus als bestuurskundige ook niet
alles kan oplossen

Zo heb je dus als bestuurskundige te maken met vele belangen die ook met elkaar
botsen. Onderwerpen, invalshoeken die allemaal even belangrijk zijn om het
maatschappelijke probleem op te lossen maar omdat ze af en toe tegenstrijdig zijn
wordt het lastiger gemaakt voor jou als bestuurskundige.

23

You might also like