Les Koprol Voorwaarts Achterwaartse

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 9

Lesvoorbereiding - stage 2.

1
lichamelijke opvoeding - les 1
gegevens van de student-leraar gegevens van de les
naam Charlotte Smits
vakken LO & Bewegingsrecreatie lesonderwerp Verfijningsles: voorwaartse en achterwaartse koprol

gegevens van de school hoofddoelstellin


De leerlingen kunnen zelfstandig een achterwaartse koprol uitvoeren op de mat.
mentor Ann Gelens g
school Het Molentje
adres Eeuwfeestlaan 190, Materieel: Volledige sporthal (stenen vloer).
2500 Lier Leerlinggebonden: Adam gedraagt zich flauw en begint snel te wenen als iets niet lukt.
Op 6 jarige leeftijd had hij volgens testen een motoriek van een 3 jarige. Op motorisch
didactische
vlak scoort hij dus zeer zwak. Kyenna is goed op motorisch vlak maar maakt snel ruzie
beginsituatie
gegevens van de klas wanneer ze in interactie is met andere leerlingen.
leerjaar 2 Leerstofgebonden: De leerlingen hebben reeds ervaring met voorwaarts koprollen en
een beetje met achterwaartse koprol.
niveau/vor lager onderwijs
m
klasgroep L2C koepel/net: VVKBaO
aantal lln. 17 leerlingen leerplancode: VVKBaO ZILL 2018
MZlb4 Evenwicht behouden of herstellen en gecontroleerde aanpassingen
datum en locatie maken
• 5 - 7 Door zijwaartse compensatiebewegingen het evenwicht
datum 2018-02-01
behouden, met weinig bijbewegingen
tijdstip van 09.30 uur tot 10.20 uur
effectieve lestijd: 40 min MZlb5 Bewegen op en rond de lichaamsassen
situering in het • 5 - 12 Van lengterol, naar rollen gaan rond breedte-as of diepte-
locatie Sporthal Het Molentje as (wenden) in steeds meer gevarieerde vormen.
leerplan
LO ET 1.12 De leerlingen kunnen verschillende vormen van rollen
uitvoeren.
evaluatie van de lesvoorbereiding
slecht onvoldoend voldoend goe zeer MZkm1 Zelfredzaam zijn in het uitvoeren van manipulatieve handelingen in
e e d goe verschillende situaties; deze handelingen nauwkeurig, gedoseerd en
handtekening mentor of lector ontspannen uitvoeren
d
LO ET 1.26 De leerlingen kunnen kleinmotorische vaardigheden in
verschillende situaties voldoende nauwkeurig gedoseerd en
ontspannen uitvoeren.

Karel De Grote-Hogeschool  Departement Lerarenopleiding  Professionele Bachelor Secundair Onderwijs  Pothoekstraat 125  2060 Antwerpen  T 03 613 14 00
IVgv3 Bereid zijn steun te vragen en/of te geven om de eigen gezondheid en
veiligheid, en die van anderen te bewaken
LO ET 1.3 De leerlingen kennen de gevaren en risico’s van
bewegingssituaties en kunnen deze inschatten en signaleren.

leerboek en/of
Leerplan: (ZILL, katholiek basisonderwijs in Vlaanderen, 2016)
benodigd
materiaal Benodigd materiaal: (+) 12 kleine matjes, landingsmat, 6 banken, 2 springplanken

(Jimi Gantois, 2015)


geraadpleegde http://www.jimigym.be/
bronnen
Bronvermelding: (Bray-Moffatt,2005)
Bibliografische verwijzing: Bray-Moffant, N. (2005). Turnen. Lannoo.

Karel De Grote-Hogeschool  Departement Lerarenopleiding  Professionele Bachelor Secundair Onderwijs  Pothoekstraat 125  2060 Antwerpen  T 03 613 14 00
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
CVA
PG: SF: A: De leerlingen zijn bereid om met hun medetikkers samen te werken.
BG: MC: V: De leerlingen kunnen een voorwaartse koprol uitvoeren.
PG: ZC: A: De leerlingen zetten zich in om actief deel te nemen aan het bewegingsspel.
Verzamelen
Tikkertje koprol:
De leerkracht verzamelt al de lln. op de bank.
Er zijn 2 tikkers in het spel. Wanneer lln. getikt zijn,
Aankondiging
gaan ze op één van de matten een voorwaartse koprol
De leerkracht gaat voor de lln. staan en vraagt om stilte. Hierna
uitvoeren.
zegt de leerkracht: “Vandaag gaan we onze achterwaartse koprol
Wanneer de lln. een voorwaartse koprol hebben nog een beetje verfijnen maar eerst warmen we ons op tijdens het
uitgevoerd mogen ze terug deelnemen aan spel. spel ‘tikkertje koprol voorwaarts’.”

Er wordt niet over de matten gelopen. Opstelling leerlingen/materiaal


De leerkracht duidt de lijnen van het veld aan, waarbinnen de
Na 1,5 min wisselen van tikker. (3x) leerlingen moeten blijven. De leerkracht heeft reeds het nodige
Progressies: materiaal in de zaal klaargelegd.

 Koprol achterwaarts. Instructie + demonstratie


De leerkracht legt het spel uit en geeft tegelijkertijd een
 Koprol voorwaarts op een dikke mat. demonstratie. De leerkracht duidt een leerling aan die helpt bij de
 Meer tikkers. demonstratie van het spel. Na de demo en de speluitleg vraagt de Zaal: Hele turnzaal
 Kleiner speelveld. leerkracht of iedereen het spel begrijpt. Tijd: 7 min
Materiaal:
Regressies: Proefactiviteit  (+/-) 6 kleine matjes
De leerkracht duidt 2 tikkers aan en geeft hen een hesje. De
 Koprol voorwaarts van een helling. leerkracht zegt dat de andere leerlingen het veld op moeten. Zodra
 Minder tikkers. dit gebeurd is geeft de leerkracht het startsein aan de tikkers en het
 Groter speelveld. spel begint.
Haltmoment
De leerkracht roept stop en corrigeert waar nodig. Als het spel goed
verliep tijdens de proefactiviteit voert de leerkracht een progressie
in. Als het spel niet vlot ging tijdens de proefactiviteit voert de
leerkracht een regressie in.
Vereiste activiteit
De leerkracht zegt dat de tikkers hun hesjes mogen doorgeven
(zodat er nieuwe tikkers zijn). Hierna geeft de leerkracht het
startsein en het spel begint opnieuw.
Begeleiden
Tijdens het spel observeert de leerkracht dat de lln. het spel correct
spelen. De leerkracht motiveert de lln. om snel te lopen, de tikkers
te ontwijken en om een goede koprol voorwaarts uit te voeren.
Eindigen

3
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
De leerkracht geeft het eindsignaal. Hierna zegt de leerkracht dat de
lln. op de bank moeten gaan zitten. De leerkracht vraagt wat ze
leuk en moeilijk vonden tijdens het spel. De leerkracht vertelt dat
iedereen erg goed zijn best heeft gedaan.

Kern
BG: MC: V: De leerlingen kunnen een hun kin tegen hun borst houden en een klein bolletje maken tijdens een de koprol.
BG: MC: V: De leerlingen kunnen hun zelfstandig of met hulp een voorwaartse en achterwaartse koprol uitvoeren.
PG: ZC: A: De leerlingen kunnen zich concentreren tijdens de verschillende opstellingen om koprol uit te voeren.
PG: ZC: K/I: De leerlingen kunnen de aandachtpunten van een goede voorwaartse en achterwaartse koprol opsommen.
PG: SF: A: De leerlingen kunnen elkaar helpen en feedback geven.
BG: MC: V: De leerlingen kunnen door zijwaartse compensatiebewegingen het evenwicht behouden, met weinig bijbewegingen.
Verzamelen
Oefenomloop koprol voorwaarts en achterwaarts
De leerkracht verzamelt al de lln. op de bank.
 Landingsmat op banken. Banken haken langs
Aankondiging
1zijde in het sportraam zodat een schuine
De leerkracht gaat voor de lln. staan en vraagt om stilte. Hierna
helling ontstaat.
zegt de leerkracht: ‘We gaan vandaag oefeningen doen om daarna
 lln. doen eerst voorwaartse koprol en nadien
een goede achterwaartse koprol te kunnen uitvoeren!”
achterwaartse koprol op de landingsmat (sterk
hellend) Opstelling leerlingen/materiaal
De leerkracht geeft de lln. instructies over welk materiaal waar
moet staan.
- wie: de leerkracht duidt leerlingen aan
- wat: kleine matjes, Zweedse banken, grote landingsmat,
springplanken.
- waar: het materiaal dat aan de raam staat.
- wanneer: nu
Zaal: Hele turnzaal
- welke wijze: op een rustige manier
 Springplank onder kleine matjes zodat een lichte Tijd: 21 min
- wat erna: terug op de bank gaan zitten
helling ontstaat. Materiaal:
 lln. doen eerst voorwaartse koprol en nadien Instructie + demonstratie  (+) 12 kleine matjes
achterwaartse koprol op het matje dat op de De leerkracht overloopt al de standen. De leerkracht legt uit wat ze  Landingsmat
springplank ligt. (licht hellend) moeten doen en geeft tegelijkertijd een demonstratie. Na elke demo
 6 banken
en uitleg vraagt de leerkracht nog eens extra of iedereen de
opdracht begrijpt.  2 springplanken
Proefactiviteit
 Schommelen vanuit hurkzit op een klein matje  Na de uitleg en demo verdeelt de leerkracht de lln. in groepjes en
de lln. schommelen achterwaarts en komen plaatst ze bij de standen. De leerkracht zegt dat de lln. mogen
terug wanneer ze hun handen gevoeld hebben beginnen zodra het stil is en iedereen juist staat.
op de mat (en de handen zijn correct geplaatst)
tot hurkzit. Haltmoment
De leerkracht roept stop en geeft klassikale feedback over wat de
Aandachtpunten: meest voorkomende fouten zijn. De leerkracht vraagt aan de
leerlingen: wat is de gemakkelijkste manier om een juiste

4
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
 Kin tegen de borst + klein bolletje maken. achterwaartse koprol uit te voeren? Antwoord bv: ronde rug
vormen, kin op borst, handen juist op de mat plaatsen. Hierna zegt
 Vingers licht gespreid en duimen in "oren"
de leerkracht dat ze terug verder mogen gaan waar ze zijn
steken. gebleven.
 Handen goed plaatsen op grond.
Vereiste activiteit Start
Duwen op de handen om jezelf terug recht te Zodra iedereen klaar staat geeft de leerkracht opnieuw het
krijgen. startsein. Zo doen de lln. veder en overlopen ze steeds stand na
stand opnieuw als een omloop.
Begeleiden
Tijdens de oefeningen observeert de leerkracht dat de lln. alles
 Kleine matjes  lln. doen voorwaartse en hierna correct uitvoeren. De leerkracht helpt bij de leerlingen waar het nog
achterwaartse koprol zonder helling. (lukt dit niet zo goed gaat. De leerkracht motiveert de lln. om goed hun best
nog niet: opnieuw oef 3) te doen en te letten op de aandachtspunten.
Eindigen
De leerkracht geeft het eindsignaal en zegt dat al de lln. op de bank
Opletten: De leerkracht geeft aan dat ze niet altijd en
moeten gaan zitten. De leerkracht vraagt wat ze leuk en moeilijk
overal iedereen feedback kan geven en helpen. Daarom
vonden tijdens de verschillende oefeningen. De leerkracht vertelt
moeten de lln. tijdens het wachten elkaar observeren,
dat iedereen erg goed zijn best heeft gedaan.
feedback geven en helpen waar nodig.

De LK. vermeld volgende aandachtspunten erg duidelijk.


De LK. gaat ook na of de leerlingen ze echt kennen:
Aandachtpunten voorwaartse koprol:
 Starten in staande houding
 Door de benen gaan.
 Handen voor zich zetten op schouderbreedte bij
voorwaartse rol.
 Afduwen op benen om momentum op te
bouwen.
 Op nek rollen en NIET op hoofd.
 Kin tegen de borst + klein bolletje maken.
 Na rolbeweging afduwen op voeten om recht te
komen.
Aandachtpunten achterwaartse koprol:
 Vingers licht gespreid en duimen in "oren"
steken.
 Handen goed plaatsen op grond.
 Handen gebruiken om je recht te duwen
 Op nek rollen en NIET op hoofd.
 Kin tegen de borst + klein bolletje maken.
 Wie kan: rechtop komen zonder handen te
gebruiken  om dit te kunnen is snelheid nodig.

5
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
 Wanneer je rol niet goed is moet je door
zijwaartse compensatiebewegingen het
evenwicht behouden, met weinig bijbewegingen.

Slot
BG: MC: V: De leerlingen kunnen al lopend de reeds aangetikte leerlingen ontwijken.
PG: ZC: A: De leerlingen spelen eerlijk en gaan zitten op de juiste plek wanneer ze getikt zijn.
PG: ZC: A: De leerlingen zetten zich in om actief deel te nemen aan het bewegingsspel
Tikkertje vuursteen Verzamelen
Tijdens dit spel is er 1 tikker die loopt binnen de 4 De leerkracht verzamelt de leerlingen op het voorziene veld en zet
kegels. De leerlingen lopen van de ene naar de andere ze op 1 lijn voor haar.
kant van het veld. Wanneer een leerling getikt wordt bij
Aankondiging
het overlopen worden hij/zij ook tikker. De getikte
De leerkracht vertelt dat de leerlingen tikkertje vuursteen gaan
leerling moet in kleermakerszit gaan zitten op de plek
spelen.
waar hij/zij getikt werd. Zodra de leerling in
kleermakerszit stilzitten mogen ze enkel met de armen Opstelling
bewegen om andere leerlingen aan te tikken die De lk. duidt de lijnen van het veld aan, waarbinnen ze moeten
overlopen. Als een leerling getikt wordt door een blijven tijdens het spel.
“vuursteen” (getikte leerling in kleermakerszit), gaat
deze leerling ook zitten op dezelfde plaats waar hij/zij Instructie/demonstratie
getikt werd. De lk. legt het spel uit en geeft tegelijkertijd een demonstratie. De
lk. duidt een leerling aan die helpt bij de demonstratie van het spel
Aandachtspunten: (leerling speelt tikker). De leerkracht toont dat de leerlingen van de
ene naar de andere kant van het veld moeten lopen. De leerling tikt
- De lln. die getikt zijn moeten in kleermakerszit zitten. de lk. hierdoor wordt de lk. een vuursteen. Dit betekent dat hij in
- De lln. die getikt zijn mogen enkel bewegen met hun kleermakerszit op de grond moet gaan zitten waar hij getikt werd. Zaal: Hele turnzaal
armen om andere leerlingen aan te tikken. De vuursteen moet ter plaatse blijven zitten en kan enkel met de Tijd: 5 min
armen bewegen om zo overlopende leerlingen te tikken. Wanneer Materiaal:
Progressie: een “vuursteen” (getikte leerling) een andere leerling kan tikken is  /
hij/zij ook een “vuursteen”. De leerkracht vraagt aan de leerlingen
 Er komt nog een tikker bij. of iedereen het spel begrijpt.
 Een vuursteen mag nog maar met 1 arm
proberen te tikken. Proefactiviteit
De leerkracht duidt een tikker aan en gaat in het midden van het
veld staan. De andere leerlingen gaan op de beginlijn klaarstaan.
Regressie: Zodra dit gebeurd is geeft de leerkracht het startsein en het spel
begint.
 De getikte leerlingen moeten niet meer al
zittend tikken maar al staand. Haltmoment
De leerkracht herhaalt dat de leerlingen niet van plaats mogen
veranderen wanneer ze getikt zijn. De leerkracht voert indien nodig
Variatie: een progressie, een regressie of een variatie in. De leerkracht zegt
dat ze het spel nog eens gaan spelen en duidt een nieuwe tikker
aan.

6
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
Start activiteit
 Wanneer een “vuursteen” (getikte leerling)
De leerkracht geeft het startsein en het spel begint opnieuw.
iemand kan tikken is de leerling terug “vrij”, en
mag hij/zij terug meedoen met het spel. Begeleiden van leerproces
De leerkracht observeert of de leerlingen het spel correct spelen. De
lk. motiveert de leerlingen om de tikker en de vuurstenen te
ontwijken.
Eindigen
Na 7 minuten verzamelt de lk. de leerlingen opnieuw en vraagt of ze
het een leuk spel vonden.

7
ondersteunend schema
schrijf of teken hier het bordplan, de structuur van de transparant, smartboard, ...

8
aandachtspunten

sterke lesmomenten zwakke lesmomenten

som hier enkele sterke lesmomenten op (optioneel in het 3de traject) som hier enkele zwakke lesmomenten op (optioneel in het 3de traject)

aandachtspunten

som hier enkele concrete actiepunten op waardoor je de zwakke lesmomenten kan remediëren

You might also like