Professional Documents
Culture Documents
Les Koprol Voorwaarts Achterwaartse
Les Koprol Voorwaarts Achterwaartse
Les Koprol Voorwaarts Achterwaartse
1
lichamelijke opvoeding - les 1
gegevens van de student-leraar gegevens van de les
naam Charlotte Smits
vakken LO & Bewegingsrecreatie lesonderwerp Verfijningsles: voorwaartse en achterwaartse koprol
Karel De Grote-Hogeschool Departement Lerarenopleiding Professionele Bachelor Secundair Onderwijs Pothoekstraat 125 2060 Antwerpen T 03 613 14 00
IVgv3 Bereid zijn steun te vragen en/of te geven om de eigen gezondheid en
veiligheid, en die van anderen te bewaken
LO ET 1.3 De leerlingen kennen de gevaren en risico’s van
bewegingssituaties en kunnen deze inschatten en signaleren.
leerboek en/of
Leerplan: (ZILL, katholiek basisonderwijs in Vlaanderen, 2016)
benodigd
materiaal Benodigd materiaal: (+) 12 kleine matjes, landingsmat, 6 banken, 2 springplanken
Karel De Grote-Hogeschool Departement Lerarenopleiding Professionele Bachelor Secundair Onderwijs Pothoekstraat 125 2060 Antwerpen T 03 613 14 00
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
CVA
PG: SF: A: De leerlingen zijn bereid om met hun medetikkers samen te werken.
BG: MC: V: De leerlingen kunnen een voorwaartse koprol uitvoeren.
PG: ZC: A: De leerlingen zetten zich in om actief deel te nemen aan het bewegingsspel.
Verzamelen
Tikkertje koprol:
De leerkracht verzamelt al de lln. op de bank.
Er zijn 2 tikkers in het spel. Wanneer lln. getikt zijn,
Aankondiging
gaan ze op één van de matten een voorwaartse koprol
De leerkracht gaat voor de lln. staan en vraagt om stilte. Hierna
uitvoeren.
zegt de leerkracht: “Vandaag gaan we onze achterwaartse koprol
Wanneer de lln. een voorwaartse koprol hebben nog een beetje verfijnen maar eerst warmen we ons op tijdens het
uitgevoerd mogen ze terug deelnemen aan spel. spel ‘tikkertje koprol voorwaarts’.”
3
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
De leerkracht geeft het eindsignaal. Hierna zegt de leerkracht dat de
lln. op de bank moeten gaan zitten. De leerkracht vraagt wat ze
leuk en moeilijk vonden tijdens het spel. De leerkracht vertelt dat
iedereen erg goed zijn best heeft gedaan.
Kern
BG: MC: V: De leerlingen kunnen een hun kin tegen hun borst houden en een klein bolletje maken tijdens een de koprol.
BG: MC: V: De leerlingen kunnen hun zelfstandig of met hulp een voorwaartse en achterwaartse koprol uitvoeren.
PG: ZC: A: De leerlingen kunnen zich concentreren tijdens de verschillende opstellingen om koprol uit te voeren.
PG: ZC: K/I: De leerlingen kunnen de aandachtpunten van een goede voorwaartse en achterwaartse koprol opsommen.
PG: SF: A: De leerlingen kunnen elkaar helpen en feedback geven.
BG: MC: V: De leerlingen kunnen door zijwaartse compensatiebewegingen het evenwicht behouden, met weinig bijbewegingen.
Verzamelen
Oefenomloop koprol voorwaarts en achterwaarts
De leerkracht verzamelt al de lln. op de bank.
Landingsmat op banken. Banken haken langs
Aankondiging
1zijde in het sportraam zodat een schuine
De leerkracht gaat voor de lln. staan en vraagt om stilte. Hierna
helling ontstaat.
zegt de leerkracht: ‘We gaan vandaag oefeningen doen om daarna
lln. doen eerst voorwaartse koprol en nadien
een goede achterwaartse koprol te kunnen uitvoeren!”
achterwaartse koprol op de landingsmat (sterk
hellend) Opstelling leerlingen/materiaal
De leerkracht geeft de lln. instructies over welk materiaal waar
moet staan.
- wie: de leerkracht duidt leerlingen aan
- wat: kleine matjes, Zweedse banken, grote landingsmat,
springplanken.
- waar: het materiaal dat aan de raam staat.
- wanneer: nu
Zaal: Hele turnzaal
- welke wijze: op een rustige manier
Springplank onder kleine matjes zodat een lichte Tijd: 21 min
- wat erna: terug op de bank gaan zitten
helling ontstaat. Materiaal:
lln. doen eerst voorwaartse koprol en nadien Instructie + demonstratie (+) 12 kleine matjes
achterwaartse koprol op het matje dat op de De leerkracht overloopt al de standen. De leerkracht legt uit wat ze Landingsmat
springplank ligt. (licht hellend) moeten doen en geeft tegelijkertijd een demonstratie. Na elke demo
6 banken
en uitleg vraagt de leerkracht nog eens extra of iedereen de
opdracht begrijpt. 2 springplanken
Proefactiviteit
Schommelen vanuit hurkzit op een klein matje Na de uitleg en demo verdeelt de leerkracht de lln. in groepjes en
de lln. schommelen achterwaarts en komen plaatst ze bij de standen. De leerkracht zegt dat de lln. mogen
terug wanneer ze hun handen gevoeld hebben beginnen zodra het stil is en iedereen juist staat.
op de mat (en de handen zijn correct geplaatst)
tot hurkzit. Haltmoment
De leerkracht roept stop en geeft klassikale feedback over wat de
Aandachtpunten: meest voorkomende fouten zijn. De leerkracht vraagt aan de
leerlingen: wat is de gemakkelijkste manier om een juiste
4
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
Kin tegen de borst + klein bolletje maken. achterwaartse koprol uit te voeren? Antwoord bv: ronde rug
vormen, kin op borst, handen juist op de mat plaatsen. Hierna zegt
Vingers licht gespreid en duimen in "oren"
de leerkracht dat ze terug verder mogen gaan waar ze zijn
steken. gebleven.
Handen goed plaatsen op grond.
Vereiste activiteit Start
Duwen op de handen om jezelf terug recht te Zodra iedereen klaar staat geeft de leerkracht opnieuw het
krijgen. startsein. Zo doen de lln. veder en overlopen ze steeds stand na
stand opnieuw als een omloop.
Begeleiden
Tijdens de oefeningen observeert de leerkracht dat de lln. alles
Kleine matjes lln. doen voorwaartse en hierna correct uitvoeren. De leerkracht helpt bij de leerlingen waar het nog
achterwaartse koprol zonder helling. (lukt dit niet zo goed gaat. De leerkracht motiveert de lln. om goed hun best
nog niet: opnieuw oef 3) te doen en te letten op de aandachtspunten.
Eindigen
De leerkracht geeft het eindsignaal en zegt dat al de lln. op de bank
Opletten: De leerkracht geeft aan dat ze niet altijd en
moeten gaan zitten. De leerkracht vraagt wat ze leuk en moeilijk
overal iedereen feedback kan geven en helpen. Daarom
vonden tijdens de verschillende oefeningen. De leerkracht vertelt
moeten de lln. tijdens het wachten elkaar observeren,
dat iedereen erg goed zijn best heeft gedaan.
feedback geven en helpen waar nodig.
5
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
Wanneer je rol niet goed is moet je door
zijwaartse compensatiebewegingen het
evenwicht behouden, met weinig bijbewegingen.
Slot
BG: MC: V: De leerlingen kunnen al lopend de reeds aangetikte leerlingen ontwijken.
PG: ZC: A: De leerlingen spelen eerlijk en gaan zitten op de juiste plek wanneer ze getikt zijn.
PG: ZC: A: De leerlingen zetten zich in om actief deel te nemen aan het bewegingsspel
Tikkertje vuursteen Verzamelen
Tijdens dit spel is er 1 tikker die loopt binnen de 4 De leerkracht verzamelt de leerlingen op het voorziene veld en zet
kegels. De leerlingen lopen van de ene naar de andere ze op 1 lijn voor haar.
kant van het veld. Wanneer een leerling getikt wordt bij
Aankondiging
het overlopen worden hij/zij ook tikker. De getikte
De leerkracht vertelt dat de leerlingen tikkertje vuursteen gaan
leerling moet in kleermakerszit gaan zitten op de plek
spelen.
waar hij/zij getikt werd. Zodra de leerling in
kleermakerszit stilzitten mogen ze enkel met de armen Opstelling
bewegen om andere leerlingen aan te tikken die De lk. duidt de lijnen van het veld aan, waarbinnen ze moeten
overlopen. Als een leerling getikt wordt door een blijven tijdens het spel.
“vuursteen” (getikte leerling in kleermakerszit), gaat
deze leerling ook zitten op dezelfde plaats waar hij/zij Instructie/demonstratie
getikt werd. De lk. legt het spel uit en geeft tegelijkertijd een demonstratie. De
lk. duidt een leerling aan die helpt bij de demonstratie van het spel
Aandachtspunten: (leerling speelt tikker). De leerkracht toont dat de leerlingen van de
ene naar de andere kant van het veld moeten lopen. De leerling tikt
- De lln. die getikt zijn moeten in kleermakerszit zitten. de lk. hierdoor wordt de lk. een vuursteen. Dit betekent dat hij in
- De lln. die getikt zijn mogen enkel bewegen met hun kleermakerszit op de grond moet gaan zitten waar hij getikt werd. Zaal: Hele turnzaal
armen om andere leerlingen aan te tikken. De vuursteen moet ter plaatse blijven zitten en kan enkel met de Tijd: 5 min
armen bewegen om zo overlopende leerlingen te tikken. Wanneer Materiaal:
Progressie: een “vuursteen” (getikte leerling) een andere leerling kan tikken is /
hij/zij ook een “vuursteen”. De leerkracht vraagt aan de leerlingen
Er komt nog een tikker bij. of iedereen het spel begrijpt.
Een vuursteen mag nog maar met 1 arm
proberen te tikken. Proefactiviteit
De leerkracht duidt een tikker aan en gaat in het midden van het
veld staan. De andere leerlingen gaan op de beginlijn klaarstaan.
Regressie: Zodra dit gebeurd is geeft de leerkracht het startsein en het spel
begint.
De getikte leerlingen moeten niet meer al
zittend tikken maar al staand. Haltmoment
De leerkracht herhaalt dat de leerlingen niet van plaats mogen
veranderen wanneer ze getikt zijn. De leerkracht voert indien nodig
Variatie: een progressie, een regressie of een variatie in. De leerkracht zegt
dat ze het spel nog eens gaan spelen en duidt een nieuwe tikker
aan.
6
leerinhoud lesontwikkeling organisatie / media / tijd
Start activiteit
Wanneer een “vuursteen” (getikte leerling)
De leerkracht geeft het startsein en het spel begint opnieuw.
iemand kan tikken is de leerling terug “vrij”, en
mag hij/zij terug meedoen met het spel. Begeleiden van leerproces
De leerkracht observeert of de leerlingen het spel correct spelen. De
lk. motiveert de leerlingen om de tikker en de vuurstenen te
ontwijken.
Eindigen
Na 7 minuten verzamelt de lk. de leerlingen opnieuw en vraagt of ze
het een leuk spel vonden.
7
ondersteunend schema
schrijf of teken hier het bordplan, de structuur van de transparant, smartboard, ...
8
aandachtspunten
som hier enkele sterke lesmomenten op (optioneel in het 3de traject) som hier enkele zwakke lesmomenten op (optioneel in het 3de traject)
aandachtspunten
som hier enkele concrete actiepunten op waardoor je de zwakke lesmomenten kan remediëren