Download as pdf
Download as pdf
You are on page 1of 25

KINDERDAGVERBLIJF HONKI PONK TE SCHIEDAM

Dokumentatie en beknopte evaluatie

D.J.M. van der Voordt


D. Vrielink
H.B.R. van Wegen

CENTRUM VOOR ARCHITEKTUURONDERZOEK


Technische Hogeschool Delft - Afdeling der Bouwkunde
i.s.m. STICHTING RUIMTE te Rotterdam
Augustus 1983
INHOUD

O. INLEIDING 1

1. DOCUMENTATIE 2

2. ORGANISATORISCHE OPZET 6

3. DE PLANONTWIKKELING 8

4. GEBOUW IN GEBRUIK 10

5. DISCUSSIE/SAMENVATTING 15
- 1 -

o. INLEIDING

Deze evaluatie van de bouwkundige opzet van het kinderdagverblijf HONK! PONK
te Schi~dam maakt onderdeel uit van een uitgebreider onderzoek naar de huis-
vesting van kinderdagverblijven in Nederland. Doel van dit onderzoek is om
een beter inzicht te ontwikkelen in de wensen en eisen die leven m.b.t. de
ruimtelijke accomodatie van kinderdagverblijven. Om de nodige informatie te
verzamelen worden verschikkende wegen bewandelt:

a. Documentatie en vergelijkende plattegrond-analyse van ca. 25kinderdag-


verblijven, die variëren naar grootte, bouwjaar, functie (alleen kinder-
dagverblijven of ook buitenschoolse opvang en/of peuterspeelzaal) en
huisvesting (verbouw of nieuwbouw, apart of onderdeel uitmakend van een
groter complex). In verband hiermede is tevens een bezoek gebracht aan
deze kinderdagverblijven en zijn gesprekken gevoerd met één of meer
leidsters.
b. Evaluatie van enkele zorgv~ldig gesele~teerde kinderdagverblijven, hetzij
als volledige case-study, hetzij gericht op enkele specifieke deelaspec-
ten.
c. Literatuuronderzoek.
d. Gesprekken met sleutelpersonen.

Deze evaluatie is één van de case-studies van weg b.


De keuze van dit kinderdagverblijf is gebaseerd op de volgende kenmerken:

het kinderdagverblijf is onlangs (1980) geherhuisvest in een voormalige


school.
- het aantal kinderen varieert sterk in de loop van de dag doordat er zowel
kinderen van 1~ - 4 jaar, als van 4 - 12 jaar opgevangen worden. (Tussen de
middag functioneert het ook als overblijfcentrum.)
- er is geen opvang voor baby's.
het is een relatief klein kinderdagverblijf in een buitenwijk van een
grote stad.

Om de totstandkoming en het functioneren van het gebouw te kunnen evalueren


zijn gesprekken gevoerd met: de leidsters, inclusief de hoofdleidster/
directrice en enkele ouders.
Daarbij zijn enerzijds de organisatie en de activiteiten c.q. het ruimte-
gebruik aan de orde gesteld en anderzijds de geschiktheid van de ruimtelijke
accomodatie met het oog op deze activiteiten. Daarnaast zijn enkele archief-
stukken geraadpleegd en is het functioneren in de praktijk ter plaatse
bekeken.
- 2 -

HONKY PONK SCHIEDAM - - - - -


Dokumentatie

ALGEMENE GEGEVENS

Adres Schiedamseweg ló5, 3118 JB Schiedam (Nrd)


Instelling Stichting Kinderdagverblijf Honki Ponk
Ingebruikname 1980
Opdrachtgever Stichting Kinderdagverblijf
Eigenaar Gemeente Schiedam
Ontwerper Arch. B. Beerman, Schiedam
Typering Vrijstaande, voormalige kleuterschool in twee
bouwlagen, gelegen in Oud-Kethel in Schiedam

ORGANISATORI SCHE GEGEVENS

Soort kinderdagverblijf kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang en


overblijfcentrum voor kinderen van I! - 13 jr

Samenstelling groepen Samenstelling personeel

Er zijn geen vaste groe- directrice


pen. Het aantal aanwezige
3 groepsleidsters
kinderen varieert van 22
tot 45 kinderen (inge- 2 huish. personeel
schreven 78 kinderen) van
l~ tot 13 jaar.

Situering foto buitenkant

lwoluwlaon

~--

;--
/
- 3 -

HONKY PONK SCHIEDAM

doorsnede

t \

i \
LLf--
~

~l
tJt =---iIH--+-
begane grond

~J

-.--+

, slaapnumte
. 44 mi

vel~diepina
-----------

- 4 -
HONKI PONK SCHIEDAM

TOELICHTING PLAN

er is geen sprake van vaste groepsruimten, de beide speelruimten


beneden functioneren als één speelgebied, samen met de speelgang,
zonder differentiatie naar activiteiten, kinderen en leidsters
• ook de eetkamer op de eerste verdieping is soms in gebruik als speel-
ruimte
slapen en eten gebeurt in specifieke ruimten op de verdieping
slaapruimte en eetkamer zijn door middel van een vouwwand te koppelen
• de kleine personeelsruimte is bereikbaar via de slaapruimte op de
verdieping
eetkamer in open verbinding (bar) met keuken/wasruimte
de oorspronkelijke plafondhoogte (3.70 m) is niet gewijzigd; voor
een visuele verlaging van de ruimten zijn de plafonds en de bovenste
meter van de wanden geverfd in donkere kleuren (donkerrood, bruin en
donkerblauw)
de buitenruimte, aanvankelijk openbaar, is inmiddels nadrukkelijk
afgesloten (o.a. d.m.v. een witgeverfde betonplanken-schutting)
een groot deel van het buitengebied is betegeld

OPPERVLAKTE ANALYSE
2
Nuttige vloeroppervlakte 214 m 65%
2
primaire hoofdruimten 162 m 49%
2
secundaire ruimten 12 ~ 4%
2
nevenruimten 40 m 12%
2
Verkeersoppervlakte 58 m 18%
2
circulatieruimte 29 m 9%
2
combinatie spelen/circulatie 29 m 9%
2
Installatieruimte - m - %
2
Constructie-oppervlakte 56 m 17%
2
Totaal bruto gebouwoppervlakte 328 m 100%

2
Terrein oppervlakte 875 m 100%
2
bebouwd terrein 208 m 24%
2
onbebouwd terrein 667 m 76%
- 5 -

HONKY PONK SCHIEDAM

bui tengebied .. _ _
,---
I
~
o
o
I ~ ~
. 6"~"""'
.. '.'1)- o
~
.,

(
:z.~""o ...,k..·"
rOl
è=::======='.J lUl

3 4 5 6 e 9 'Om
foto 's Oè.Ii-tci7,gebied
---- - - -------~- ----- --------;

- 6 -

2. ORGANISATORISCHE OPZET

Als uitgangspunt heeft men bewust gekozen voor een verticale groepsopbouw
waarbij het kind centraal staat en waarbij zoveel mogelijk wordt aangeslo-
ten op de gezinssituatie.
Dit betekent een doorbreken van een op leeftijd gebaseerde groepsindeling.
Er vindt spontane groepsvorming plaats rond activiteiten of leidsters.
Overdag (gedurende schooltijd) zijn er ca. 25 kinderen van l~ - 4 jaar
aanwezig. Gedurende de middagpauze loopt het aantal kinderen op tot ongeveer
35 in leeftijd vari~rend van 1i - 12 jaar, doordat het kinderdagverblijf
ook buitenschoolse opvang verzorgt en tevens als overblijfcentrum fungeert
voor enkele kinderen die voorheen het dagverblijf bezochten.
Ouderparticipatie wordt van groot belang geacht, wat o.a. blijkt uit een
actief bestuur, een ouderkrantje, een tuinmoeder en een werkgroepje ouders
wat zich bezig houdt met de voorbereiding van feesten en ouderavonden.
De eigen verantwoordelijkheid van de ouders voor de ontwikkeling van een
kind wordt sterk benadrukt, waar de verantwoordelijkheid van het kinderdag-
verblijf een afgeleide van is.
Behalve dat er geen vaste groepen zijn bestaat er evenmin een nadrukkelijke
band tussen een leidster met bepaalde kinderen.
Baby's passen niet goed in dit model, omdat baby's behoefte hebben aan een
aparte ruimte, wat dus ingaat tegen de verticaliteitsgedachte . Bovendien
vindt men dat het kind tot 1~ jaar het beste bij zijn ouders kan blijven.
De hechtingssituatie van ouder/kind vindt men erg belangrijk.
Dit betekent ook, dat wanneer in een concrete situatie een kind moeite
heeft om op het dagverblijf te wennen, of wanneer er problemen zijn, van
de ouder verwacht wordt, dat deze het kind op de eerste plaats laat komen
en desnoods zijn werk e.d. daarvoor opgeeft.
Een praktisch punt is overigens, dat de ruimte en de mogelijkheden voor
een goede baby opvang ontbreken en elders in Schiedam (centrum) reeds een
goede baby opvang aanwezig is.
Terwijl hier (noord) de participatiegedachte - d.i. de betrokkenheid van
de ouders bij de kinderopvang - belangrijk is, staat in Centrum de emanci-
patiegedachte centraal. Daar wil men het kind opvangen (onderbrengen) om
de mogelijkheid te scheppen voor de ouders om te gaan werken en zich te
ontplooiien.
De opname van het kind in het K.D.V. wordt voorzichtig opgebouwd met in
principe de aanwezigheid van één van de beide ouders of verzorgers gedurende
- 7 -

een halve dag en zolang daaraan behoefte bestaat. Belangrijk is ook, dat
de leidsters elkaar en de kinderen goed kennen en een goed contact met
elkaar hebben. Dat biedt ook de mogelijkheid om gemakkelijk van elkaar één
of meerdere kinderen over te nemen.
Een niet te grote organisatie (totale omvang 25 kinderen) en een dito
gebouw zijn daartoe een eerste vereiste, alsmede een hechte band met de
ouders en de scholen in de buurt (vanwege B. S.O.).
De keuze van het werken met verticale groepen betekent in de praktijd,
dat kinderen vanaf 1~ tlm 12 jaar in het dagverblijf terecht kunnen. Een
strikt uurprogramma is niet aanwezig, doch er wordt wel gerichte aandacht
besteed aan de Sociale Ontwikkeling . Constateert men bij het kind een
bepaalde belangstelling, dan wordt dit wel gestimuleerd. Ontwikkelings-
stoornissen of bepaalde achterstanden tracht men zo vroeg mogelijk te
ontdekken met zo mogelijk inschakeling van professionele hulp van buitenaf.
- 8 -

3. DE PLANONTWIKKELING

Voordat men deze voormalige kleuterschool kreeg toegewezen was men gehuis-
vest in een oud woonhuis.
Toen deze te weinig ruimte boden aan de kinderen was men wel genoodzaakt
naar een andere huisvesting uit te zien. Een programma van eisen is niet
geschreven. Samen met een architect/ouder is een verbouwingsplan gemaakt.
Het gebouw stond er en is vervolgens zo goed en efficiënt mogelijk inge-
deeld.
Een voordeel was dat de lokalen niet zoals in oude schoolgebouwen zo
vaak het geval is - achter elkaar zijn gesitueerd. Toch dienden er wel
enige noodzakelijke ingrepen plaats te vinden om het gebouw als K.D.V.
geschikt te maken. Met de fl. 170.000,--., die men tot zijn beschikking
had zijn de volgende veranderingen c.q. voorzieningen getroffen:

begane grond:
- het aanpassen van de toiletten
- berging onder de trap is kantoor geworden
- de trap is afsluitbaar gemaakt
- verbetering/uitbreiding schuurtjes tot bergingen en werkplaatsje

Verdieping:
- het aanpassen van de toiletten en het aanleggen van een badkamer
de voormalige gang is verbouwd tot CV-ruimte en personeelsruimte
beide lokalen zijn te koppelen doordat een 2.80 m brede vouwwand is
aangebracht
- in de voorste ruimte (eetkamer) is een keuken geplaatst

Algemeen
de oorspronkelijke gevelkachels zijn vervangen door een CV-installatie
- het gebouw is voorzien van een brandmeldinstallatie, als aanvulling op
de brandtrap, in plaats van een glijgoot die eerst overwogen werd.
- 9 -

KOSTEN

STICHTINGSKOSTEN (d.d. 1980)


1. boekwaarde/marktwaarde gebouw p.m.
2. verbouwingskosten fl. 170.000,--.
3. inrichtingskosten gebouw fl. 25.000,--.
4. inrichtingskosten tuin fl. 5.000,--.
5. brandmeldinstallatie fl. 16.000,--.
totaa 1 fl. 216.000,--.

Dekkingsmiddelen stichtingskosten
1. subsidie provincie (i.v.m. werk- fl. 150.000,--.
gelegenheidsbevorderende maatregelen
2. subsidie gemeente f1. 33.000,--.
3. subsidie kinderpostzegels-fonds fl. 33.000,--.

HUISYESTINGSKOSTEN (jaarrekening 1982)


1. huur fl. 12.360, --.
2. energiekosten fl. 11.080,--.
3. onderhoud en schoonmaak fl. 4.350,--.
4. verzekeringen en belasting fl. 780,--.
5. brandpreventie (invest. ) fl. 2.000, --.
6. overige kosten fl. 1.860,--.
totaal fl. 32.430,--.

Totale jaarlasten (1982)


personeelskosten fl. 233.000,--.
huisvestingskosten fl. 32.430,--.
organisatiekosten (incl. voeding) fl. 31.000,--.
activiteitenkosten fl. 13.000,--.
totaal fl. 309.430, - - .

Dekkingsmiddelen jaarlasten (1982)


rijksbijdrage personeelskosten fl. 165.000,--.
ouderbijdrage fl. 87.000, -- .
subsidie gemeente fl.57.430,--.
- 10 -

4. GEBOUW IN GEBRUIK

Situering (zie documentatie)

Het kinderdagverblijf is gehuisvest in een bestaand vrijstaand gebouw, dat


aanvankelijk als kleuterschook dienst deed. Het bevindt zich in de nabij-
heid van de oude dorpskern, temidden van naoorlogse woonbebouwing. De
bereikbaarheid met het openbaar vervoer (bus) is goed en voor kinderen, die
met de auto gehaald en gebracht worden zijn er geen problemen met de
parkeerruimte.
Ook ten opzichte van de wijk is het K.D.V. redelijk centraal gelegen.
Het buitengebied is ruim van opzet, licht en zonnig door de situering op
het zouden en biedt voldoende mogelijkheden om diverse spelactiviteiten te
ontplooiien.

De speelruimten

Elke speelruimte biedt in principe


de mogelijkheid tot een bepaalde [
activiteit, m.a.w. de ruimten zijn
niet groeps- of activiteits-
gebonden, ofschoon er wel sprake o
tlDE - l?UIMTE

is van bepaalde accenten. De H n

achterste speelruimte dient vooral


als doe-ruimte. Hier kan men
zitten, lezen, tekenen, kleien,
poppekast spelen e.d. De voorste
speelruimte is vooral als speel-
ruimte bedoeld. Vandaar dat de
tafeltjes en stoeltjes hier zo-
veel mogelijk zijn weggelaten, waardoor een grote speelruimte ontstaat om
te fietsen en te rennen en voor activiteiten op glijbaan, hobbelpaard of
kl imrek.
Men is tevreden over de grootte van de ruimten. Daardoor is het mogelijk
aparte hoeken te creëeren zoals een school hoek, een hoekje voor de grotere
jeugd, een hoek waar de poppenkast is opgesteld voor de kleinere kinderen
en zelfs een podium met kussens en discolampen, waar voordrachten, toneel-
stukjes e.d. kunnen worden opgevoerd.
Ofschoon men niet ontevreden is over de sfeer van de ruimte vindt men wel,
-- .-- -----

- 11 -

dat verlaagde plafonds (m.b.v.


lattenplafond) de ruimte veel
aantrekkelijker zouden maken,
:....J~.t-~":41dit niet alleen visueel maar ook

t vanwege het geluid.


In de voorste speelruimte is
~"""''''''''''b.. aan de voorzi j de een ha lfci rce 1-
vormige verhoging gemaakt,
waardoor de kinderen uitzicht
hebben op de weg en zo hun
ouders kunnen uitzwaaien.

De raamhoogte ervaart men niet als te hoog. Weliswaar is het zicht naar
buiten voor de kleintjes wat minder, doch lage raampjes hebben het bezwaar,
dat ze de onveiligheid vergroten. Over de lichttoetreding is men erg
tevreden. Het zijn erg lichte ruimten.
Men voelt geen behoefte om gordijntjes
voor de ramen te hangen. Dat zou op 'oog-
hoogte' bovendien te veel "licht" weg-
nemen.
De verbindingsdeur tussen de beide ruimten
biedt de mogelijkheid om de ruimte op te
delen in een rustige en een active ruimte.
De beide speelruimten bezitten geen directe
toegang tot het buitengebied. Men beschouwt
di t echter geenszi ns als een bezwaar. ·
Tocht, koude, wordt daarmee voorkomen.
Bovendien moeten de kinderen meestal een
jasje aan als ze buiten spelen, zodat een
directe buitentoegang weinig zin heeft.
- 12 -

De speel gang

Behalve verbindingsweg tussen entree en


achteruitgang vormt de speel gang een
aantrekkelijke ruimte, waar van alles
kan gebeuren. Hier bevindt zich ook aller-
hande speelgoed zoals fietsjes, wagentjes,
touwen, zowel voor binnen- als buiten-
gebruik.
Ter wille van de veiligheid zijn de wanden
afgewerkt met een naaldviltvloerbedekking.

De slaapruimte

Ofschoon in de groepsruimten wel de moge-


lijkheid bestaat om te rusten of te
slapen (Rode Bank) geschiedt het slapen
toch primair op de bovenverdieping in
een aparte daartoe ingerichte slaap-
ruimte. Tot 2 jaar slaapt elk kind. Daar-
na kan hier elk kind afhankelijk van de
behoefte voor rust of slaap terecht.
De ruimte is eigenlijk groter dan strikt
noodzakelijk, doch biedt daardoor meer
moge 1ijkheden.
Naast de 7 ruim bemeten slaapplekken zijn er enkele plekken en een ruimte
die de mogelijkheid biedt om tafeltennis te spelen. Op deze wijze is een
multifunctionele ruimte gecreëerd, die niet mank gaat aan een opeenhoping
van activiteiten in een (te) kleine ruimte, doch juist als gevolg van
ruimere opzet een sfeer ademt van rust en ruimte.
Opsplitsing van deze ruimte in meerdere, kleinere slaapcabins om daarmede
de kinderen een wat grotere privacy te geven heeft men wel eens overwogen,
doch acht men niet beslist noodzakelijk.
Bovendien is het uit o.a. veiligheidsoverwegingen gewenst, dat er altijd
een leidster aanwezig is. Bij opsplitsing zou dat teveel personeel vergen .
- 13 -

Eetkamer/keuken

Een vouwwand scheidt de slaapruimte van het eetgedeelte. Dit biedt de


mogelijkheid om de beide ruimten in één grote ruimte te veranderen t.b.v.
oudervergaderingen, feestjes e.d.
Het eten vormt een van de gemeen-
schappelijke activiteiten, die met de
gehele groep geschiedt.
De lagere schooljeugd eet zelfstandig,
de kleutertafel moet nog begeleid
o
worden. De eetkamer beschouwt men als
een ruime, zeer praktische ruimte met
r o

een uitstekende ventilatie. Het voor-


deel van zo'n gemeenschappelijke cen-
traal gelegen ruimte is ook dat men
etensluchtjes, kruimels e.d. op één
plek localiseert.
Ook uit hygiënisch oogpunt vindt men het eten in een speciaal daartoe
ingerichte ruimte, die gescheiden is van overige activiteiten belangrijk.
Overigens wordt de ruimte ook wel gebruikt als ontspanningsruimte m.n. op
woensdagmiddag ten behoeve van de buitenschoolse opvang.
Ook voor het dagelijkse gezamen-
lijke koffie- en thee-drinken
wordt deze ruimte gebruikt.
De keuken is d.m.v. een hoge
bar afgescheiden van de eetkamer.
Hier bevindt zich ook de was-
machine. Een aparte wasruimte zou
wel handig zijn i.v.m. drogen
(zeker 's winters), maar het ont-
breken daarvan is niet echt een
probleem.
- 14 -

Badkamer

Op de eerste verdieping is één


centrale badruimte gesitueerd
(zie foto ). Aangezien meerdere
leeftijdsgroepen hiervan gebruik
maken is bij de verbouwing daar-
mee rekening gehouden door 2
wasblokken van verschillende
hoogte in te bouwen.
De ruimte voldoet uitstekend.

Personeelsruimte

Een eigen ruimte voor de leidsters vindt men een absolute noodzaak. Zeker
in de winter is een eigen plek, een pied ä terre erg belangrijk. Vandaar,
dat bij de verbouwing een aparte ruimte voor dat doel is gecreëerd. De
ruimte is wel wat aan de krappe kant en onhandig gesitueerd: toegang is
alleen mogelijk via de slaapkamer!

Buitengebied (zie documentatie)

Aanvankelijk bestond het buitengebied uit een openbare ruimte, een speel-
plaats, die ook openstond voor de buurtkinderen. Aangezien dit te veel
problemen bleek op te leveren is de ruimte in een later stadium afgesloten.
De speelplaats is zeer ruim op-
gezet met gevarieerde speel-
moge 1ijkheden.
De behoefte aan een overdekt
buitengebied is niet aanwezig.
De vraag is ook hoe groot dit
zou moeten worden wil men er
b.v. 20 kinderen herbergen.
Bovendien zjn zulke overdekte
buitengebieden vaak echte tocht-
gaten.
- 15 -

Oppervlakte primaire hoofdruimten

De totale oppervlakte van de ruimten die direct voor activiteiten met


kinderen gebruikt worden, zoals speelruimten, slaapruimten en de speel-
gang bedraagt 191 m2.
Bij 25 - 35 kinderen betekent dat dus een oppervlakte van 7,6 m2 tot
5,5 m2 per kind.

5. DISCUSSIE/SAMENVATTING

Over het algemeen blijkt men tevreden met dit gebouw, zowel qua ligging,
indeling, aantal en grootte van de ruimten. Alleen de personeelsruimte is
wat klein, terwijl qua sfeer de plafondhoogte als een negatief punt wordt
ervaren. Een aantal in het oog springende punten bij dit kinderdagverblijf
willen wij nog eens apart noemen.

De groepsopbouw

Hoewel er in principe gekozen is voor één grote (verticale) groep van


wisselende omvang en samenstelling (van I! - 12 jaar) blijkt er in de prak-
tijk spontane groepsvorming plaats te vinden rond bepaalde activiteiten
(zoals spelen, eten, slapen).
Soms leidt dat in zekere zin
tot leef tijdsgebonden groepen,
zoals bij het eten.
In deze werkopvatting blijken
baby's moeilijk in te passen
omdat deze een eigen ruimte
behoeven en het verticaliteits-
principe daarmee zou worden door-
broken.
Bovendien is men van mening dat
baby's tot ongeveer l~ jaar
beter onder de directe verantwoordelijkheid van de ouders kunnen blijven.

Ouderparticipatie

De ouders blijven de eerst verantwoordelijken; ook daarom hecht men sterk


aan ouderparticipatie. Het kind staat centraal, daaraan is al het andere
ondergeschikt.
------------- - --~-

- 16 -

• Een klein centrum


Men is voorstander van een klein en organisatorisch overzichtelijk dag-
verblijf, waarin men elkaar kent en de mogelijkheid heeft taken van
elkaar over te nemen. Daardoor zijn er geen eigen groepen en bestaat er
ook geen uidrukkelijke band met een bepaalde leidster.
Voor de kinderen is het belangrijk, dat ze zich thuis voelen, dus ook de
het gehele pand als hun huis ervaren.
Bij een groot centrum is dat niet mogelijk .

• Veiligheid
Er is erg goed nagedacht over het veiligheidsaspect.
Dit blijkt o.m. uit de brandvoorzieningen die zijn getroffen. Naast de
aanwezigheid van een vluchttrap is besloten de veiligheid te vergroten
door het aanbrengen van een uitgekiend brandmeldsysteem, waarbij op 12
plaatsen in het gebouw automatisch het ontstaan van brand wordt gemeld.
Heeft men na 4 minuten de brand nog niet geblust, dan gaat automatisch
een alarm bij de brandweer. 's Nachts en in de week-ends gaan meldingen
direct naar de brandweer.
Voorts zijn zoveel mogelijk voorzieningen getroffen om harde of scherpe
, delen of onderdelen af te schermen. De
wand in de speel gang is bekleed met
vloerbedekkingsmateriaal, de radiotoren
zijn "omkluisd". Ook de hoge ramen
heeft men gehandhaafd omdat men glas
op kinderhoogte gevaarlijk acht.
Het slapen geschiedt steeds onder toe-
zicht van een leidster.
Vele leidsters zijn trouwens in het
bezit van een EHBO-diploma.
Niettemin vindt men het belangrijk, dat
de kinderen leren omgaan met de hen om-
ri ngende wereld. Dus de aanwezi ghei d van
trappen, glijbanen, klimrekken e.d. is
belangrijk.
--~ ---~

- 17 -

Gemeenschappelijk ruimtegebruik

Opvallend is de afwezigheid van specifieke groepsruimten t.b.v. een


specifieke groep. Wel zijn er duidelijk rust-, speel-, slaap- en eet-
plekken te onderscheiden, maar deze zijn centraal en voor iedereen be-
doeld. Al deze plekken worden overigens ook nog voor andere activiteiten
gebruikt (tafeltennissen in de slaapkamer, spelen in de eetkamer en
slapen in de rustige speelruimte). Dit betekent dat er geen groeps-
gebonden eet-, slaap-, of badruimte is, doch een gemeenschappelijke bad-
kamer, gemeenschappelijke eetkeuken en een gemeenschappelijke slaapruim-
te.
~----_ ... -- - ---_.

You might also like