Professional Documents
Culture Documents
Che 2016 Juli
Che 2016 Juli
Ingangsexamen Geneeskunde:
Scheikunde Juli 2016
Hieronder vragen naar de geest van het ingangsexamen juli 2016
Oplossingen
1: D
2: C
3: A
B
4: A
5: C
6: D
7: B
8: A
9: C
10: B
11: D
12: C
13: A
14: C
15: A
Chemie 20161 Vraag 1
Gegeven is de energie als functie van het reactieverloop voor deze reactie.
H3C-CHCl-CH3
+NaOH
H3C-CHOH-CH3
+NaCl
reactieverloop
<A> NH4+
<B> HCHO
<C> HCN
<D> N2
We laten 250 mL 0,4M H2SO4 reageren met een overmaat zink om waterstofgas te
produceren.
Het gas wordt opgevangen in een expansievat bij 0°C met een maximaal volume van 2
liter. Dit vat bevat uiteindelijk alleen maar al het ontstane waterstofgas.
We brengen 250 mL 0,4M H2SO4 in een kolf van 2250 mL bij 0°C.
We brengen een overmaat zinkpoeder in deze kolf en sluiten de kolf af.
Het waterstofgas dat hierbij ontstaat doet de druk in de kolf stijgen.
De afname van het vloeistofvolume is te verwaarlozen.
Welke hoeveelheid zink reageert en welke druk heerst in de kolf wanneer men na de
reactie de eindtemperatuur van de kolf tot 0°C terugbrengt?
Bij een druk van 1013 hPa en 27°C is de massadichtheid van een gas gelijk aan 5,72 g/L.
<A> C6H12
<B> C4H8
<C> C3H6
<D> C2H4
<A> 37
<B> 38
<C> 39
<D> 41
Welk van de volgende mengsels van oplossingen kan een buffermengsel opleveren?
Wat gebeurt er dan met de reactiesnelheid wanneer men 0,2 mol H2 toevoegt aan het
reactievat?
<A> 2-pentanon
<B> 3-pentanol
<C> ethyl-propanoaat
<D> pentanal
<A> HCl
<B> CH3-COOH
<C> H2SO4
<D> HF
Vraag 11: <A> <B> <C> <D>
Chemie 20161 Vraag 12
Hoeveel neerslag ontstaat bij deze reactie en wat is de concentratie van de nitraationen in
het filtraat?
Gegeven is de redoxreactie:
<A> KClO
<B> KClO2
<C> KClO3
<D> KClO4
Vraag 15: <A> <B> <C> <D>