Professional Documents
Culture Documents
Belang Van Een Project Portfolio Scorecard Mt20040307
Belang Van Een Project Portfolio Scorecard Mt20040307
prestatiemanagement,
projectmanagement,
projectportfolio-scorecard
40
www.kluwermanagement.nl MANAGEMENT TOOLS NUMMER 3, 2004
1. Scope: de hoeveelheid werk die moet worden uitge- seerd, levert het resultaat van het gehele portfolio. De
voerd. beheersaspecten geven dus de performance aan van het
2. Tijd: de uit te voeren hoeveelheid werk, opgesplitst monoproject en toegepast op het gehele portfolio bepa-
in taken, wordt in de tijd gepland. len ze de performance van dit portfolio. Het is van
3. Capaciteit: inzet van de resources voor de geplande belang dat de performance van het portfolio past bin-
taken. nen de van de strategie afgeleide normen. Een specifiek
4. Geld: de financiële resultaten (opbrengsten/kosten) ontworpen scorecard voor een projectportfolio meet de
en kasstromen. prestatie en maakt het mogelijk dit portfolio te
5. Organisatie: de directe in- en externe samenwerking, managen.
contracten, coördinatie en communicatie rondom
het project. De projectportfolio-scorecard (PPSC)
6. Informatie: de nadruk ligt hier op de informatiestro- De performance van een portfolio is niet alleen te boor-
men, de informatiesystemen, de rapporten en de delen op financiële gegevens maar ook op niet-finan-
archivering van het project. ciële gegevens. Om een indicatie te krijgen van de toe-
7. Kwaliteit: geeft aan hoe ervoor wordt gezorgd dat het komstig te verwachten resultaten, zullen dan ook
projectresultaat voldoet aan de gestelde eisen. andere (performance)aspecten moeten worden geme-
8. Risico: het onderkennen van knelpunten, de impact, ten en gemanaged. De balanced scorecard is een
de beïnvloedbaarheid hiervan en het nemen van geschikt instrument voor het in balans brengen van
preventieve acties. verschillende strategisch belangrijke perspectieven.
9. Omgeving: iedereen die
een indirecte invloed
heeft op het project.
10.Sociale dynamiek: de
vaardigheden van de
medewerkers, de cul-
tuur binnen de project-
organisatie en de accep-
tatie van het project
(team) bij de klant.
41
HET BELANG VAN EEN PROJECTPORTFOLIO-SCORECARD
42
www.kluwermanagement.nl MANAGEMENT TOOLS NUMMER 3, 2004
wel tegenslagen binnen het project, zal het project bin- Risico
nen de kortste keren out of control raken en gedoemd Onder invloed van de steeds complexer en dynamisch
zijn te mislukken. Ook een adequate voortgangsrap- wordende omgeving worden risico’s groter en manifes-
portage ten behoeve van de stuurgroep is belangrijk, teren ze zich steeds sneller. Het opstarten van elk
daar in de stuurgroep de beslissingen ten aanzien van nieuw project betekent een verandering voor de orga-
eventuele bijsturing van het monoproject worden nisatie. Iedere verandering brengt risico’s met zich
genomen. Dit kan uiteraard alleen maar gebeuren als mee. Hoe meer projecten worden uitgevoerd, hoe gro-
de communicatie naar de stuurgroep juist, volledig en ter het risico voor de totale organisatie. Dit houdt niet
tijdig gebeurt. automatisch in, dat het totale gewogen gemiddelde van
de risico’s stijgt met ieder nieuw project. Het project-
De communicatie tussen de leden van het projectteam portfolio van een multiprojectorganisatie is constant
en de direct betrokkenen van de organisatie waar het aan verandering onderhevig. Projecten lopen ten einde
project wordt uitgevoerd, is extra gevoelig omdat spra- of worden opgeschort, nieuwe projecten worden opge-
ke kan zijn van cultuurverschillen (sociaal-dynamische start. De risico’s binnen een project zijn vaak nog te
aspect). Naast de formele communicatie is ook de infor- overzien. Het bepalen van de risico’s van een project-
mele communicatie zeer belangrijk. Zo zullen beslui- portfolio is een stuk lastiger. Kwantificering van het
ten en geplande acties niet alleen via formele kanalen risicoprofiel per project is noodzakelijk. Het risico van
gecommuniceerd en opgevolgd dienen te worden, maar de projectportfolio is dan de optelsom van het risico-
ook face to face, om een gezamenlijke verstandhouding profiel van alle projecten tezamen en in hun samen-
te scheppen. Communicatie met de niet direct betrok- hang beoordeeld (zie het eenvoudige cijfervoorbeeld).
ken medewerkers van de (klant)organisatie en andere
stakeholders, is eveneens cruciaal. De medewerkers en
managers die nu niet direct betrokken zijn bij het pro- Cijfervoorbeeld
ject kunnen er straks, na de implementatie, vaak wel Het strategische uitgangspunt van multiprojectorga-
degelijk mee te maken krijgen. Indien van tevoren nisatie Y is een risico-index van het totale project-
geen goed draagvlak binnen de gehele organisatie is portfolio, die kleiner is dan 400. Het werkelijke risi-
geschapen, ontstaan acceptatieproblemen. Om vol- coprofiel bedraagt 398. Project X loopt af op moment
doende draagvlak te creëren, kunnen onder andere de t en heeft een reëel risicoprofiel van 8. Project Z is
volgende acties worden ondernomen: een nieuw project, het risicoprofiel wordt geschat op
■ het regelmatig publiceren van nieuwsbrieven, waar- 15. Het totale risicoprofiel van de projectportfolio op
in wordt gerapporteerd over de inhoud, voortgang moment t is dan 405. Dit ligt boven het profiel waar
en gehaalde resultaten van het project; het management voor heeft gekozen, namelijk 400.
■ het informeren van niet direct bij het project betrok- De consequentie is dan dat project Z op moment t
ken managers over het project en het toelichten moet worden afgewezen. Wel kan men nog proberen
waarom het project hen niet direct raakt, zodat toch de risico’s van de overige projecten uit het portfolio
een soort indirecte betrokkenheid ontstaat. te reduceren. Tegelijkertijd moet worden onderzocht
of het project Z zelf invloed heeft p het risicoprofiel
Het is van cruciaal belang dat deze drie niveaus van van de overige projecten. Het toevoegen van een
communicatie voldoende aandacht krijgen van het nieuw project kan immers invloed hebben op het
projectteam. De projectmanager is hiervoor primair risicoprofiel van reeds bestaande projecten. Op het
verantwoordelijk. moment dat een project aan het portfolio wordt toe-
gevoegd, moet het portfolio de performance leveren
die in de strategie staat geformuleerd. Voor de overi-
ge performance-aspecten zijn soortgelijke cijfervoor-
beelden op te stellen.
43
HET BELANG VAN EEN PROJECTPORTFOLIO-SCORECARD
Een mogelijke projectportfolio-scorecard is in figuur 3 (PPSC) combineert de balanced scorecard met de per-
afgebeeld. De eerste kolom geeft het perspectief uit de formance-aspecten van een project. Het kan een
balanced scorecard weer; de tweede kolom is het per- geschikt instrument zijn om de performance van een
formance-aspect van het projectportfolio. De kolom- projectportfolio te meten en adequaat te managen.
men drie en vier laten per aspect respectievelijk een of
meerdere mogelijke kritieke succesfactoren (KSF) en de
bijbehorende performance indicatoren (PI) zien. Net als
de balanced scorecard mag ook de PPSC maximaal vijf-
tien tot twintig indicatoren hebben die de strategie van
de organisatie ondersteunen. Aangezien organisaties
verschillend zijn, is voor iedere organisatie een andere
PPSC te definiëren.
44
MANAGEMENT TOOLS NUMMER 3, 2004
45