OOSTENDE 1000
Duizendjarige geschiedenis van de
LacMieliend Oostendse Gemeenschap
814
(Oe eerste sporen van Oostende vinct men terug in een oud charter van 814,
‘volgens hetwelk een zekera Gobert van Steeland aan ce abdij van St, Omaar 33 localieten
zou geschonken hebben, waar zich ook Oostende onder bevond.
964
Indien de datum van 814 misschion door sommige geschiedsehrijvers ken batwijfeld
worden dan is man toch zeker, op batie van oude charters, dat in de Sde en 10de ceuw
fer in onze sireek, «ter Streep » an sehapenteelt en visvangst gedaan werd
1071
En toen in 1701, Rebrecht de Fries op het Oostende ator Streen~ een kerk bouwde
rmoeten er abhier reeds gedurende tientallan aren enkele gezinnen govestigd zi. Wil
Imogen dus. met zekerheid het jaar 968 nemen als vertrekpunt van eon gevestigde
Gostendse femiliekern an aden het duizendjarig bestaan vieren van de «Oostendse
‘gemeenschaps om hiardoor de aandacht te vestigen ven onze bevolking en van de
Boitenstaanders op ons schoon en moedig verleden waarap alle Oastendenaars mogen
fiee ain
it eerste Kerkie van Oostende werd gebouwd door Robrech! de Fries, in 1071,
ter ere van Sint-Pieter. De sleviels van ons wapenschild herinneren nog steeds aan de
‘Prins cer Apostclens, ce ten alle tide bescrermheilige wes van onze sta.
Maar het vas Margaretha van Konstantinopel die, in 1267, Oosiende tot de rang
van sted verhief en one het eerste wapenschild schonk, bestaande naer men zeat, uit een
warte sleviel op gouden veld, alsook een merkthalle
In 1334 barstte con geweldige storm lor die op de ganse kust veel shade aan-
richtt.. Toen in 1394, op St Vincemivenacht, de zee weer eens de sad cverspoeide,
werd besloten kerk, schepentwis, markthalle, meer naar het zuiden over te Drengen.
Tnussen wes ook het oude Wenduine, Searphout (nu Blankenberge) en Coudekerke (nu
Heist) docr de zee verzwolgen, zedst rond 1400 nagenoeg een nieuwe kustljn onstean was.
fen hevglite Hid in onze geschiedanis brak aan met de jaren 1445-1446, dus vijthonderd
far geleden, toen Flips de Goede de toelating verleend had een haven te delven. Deze
Bevond zich engeveer waar later het Kurstal werd gebouwd en de sgevle» liep, waar au
je Van leghemlaan ‘s
Het graven van de haven luidde een tiidperk in van voorspoed en welvaert voor
once Vissersyevelking in de Se eeuw, Het kaken van de haring, vitgevonden door de
Zecuw Gilles Bevkels on de Oostendendar Jaak Kien, meekie de haringvisserii tot een
Gnerst winsigevend bedi, In 1489 gebeurde het, det Onstende samenspande met de‘gemeenten ie zich weigerden te enderwerpen aan het gezag van Aarsheriog Mxiiliaas
Yan Oostenvifk, met het jammerlik gevolg det in 1489 de woepen van Dar'si van Prat
kapitein in dienst van Maximiligen, near onze stede eprukten «en de stad verovesd on
‘gealondert hebbende, dede hij dezelfde longs alle kanten in brand steken, z0 dat die
fongelukkige plaets, nor de vredheyd der plondorende soliaeten verzaed te hedden,
‘eenemael den root der Viammen wlerd, en iets anders als eenen puyr-hoop van ver
woesting was.+ Al deze tribulaties beletten niet, det enkele jaren later ce haringvangst
en ongemene bloei Kende, en een decreet von Keizer Maximiliaan bepaside zelfs cat
tlleen in de havens van Oostends, Nieuwpeert, Cuinkerke en Grevelinge de haringverkoop
‘mocht plests hebben, en dan rag in de «Myre
Jammer genoeg kwamen de hevige godsdienstwisten weldra ce rust verstoren.
In 1572 let de Herog van Alva onze sad versterken. Toen de opstend van de Vlaamse
sfeden tegen de Soaense tyrannie losbrek, voegde ons vrifheldslievend volk zich bi de
febellen, en slelie Zin haven ter beschikking van de «watergeuzen>, De Hollanders,
biligestaan door de Engelsen, maakten van Oostende een geduchte corlogshaven. En hier
Degint één der zwartste ledzifen vit de geschiedenis: Het Beleg van Oostonde,
van 1601 tet 1604. Drie jaar long woedde een verbeten tijd tussen belegerden
fon bolegeraars en Oostende kreeg weldre de naam van hot «Nieuwe Troje»
Toen in oktober, Alorecht en Isabella hun inttedo deden in Het verwoes! Oostende
stond de eartshertogin het schreien zeer na, toon ze bemerkte hoeveel mensenbloed een
heopie sarder had gekost
‘Stilaon Kom! de naar velliger corden viigeweken bevolking terug en in betrekkelik
one tid vervees de stad uit haar puinen. De Verenigde Provinces biokkeerden echtor
onze havens, en de Oostendse vissers bewopenden hun boten, Alle gevaren trotserend
voeien ze er op vit om zich meester te maken van de Hollands koopvaarischepen, Jen
Jacobsen, Jen Besage, Flip. van Maostricnt, Pol Bestenbustel, Erasmus de Brovwer, Jon
Broueke, Jan Dierickeen, Roel de Revse, zijn Klinkende namen van kloekmoed'ge Oosten:
Genaars, die nist aarzelden de siriid aan te gaan tegen de geduchte admiraals Herman
klevter en Piet Hein
In 1708 kreeg onze stad het andermael hard te verduren, Een geweldige beschieting
door de Engelsen, ven uit 220 en van op het land, rchite grote schade aan en weerom
rmoesten fal van gebouwen herseld of epnieu opgetrokken worden, 2. het stedhuis
fn z0 zijn we gekomen aan een andere bosiend hoofdstuk vit onze lokale geschie-
denis: De oprichting van de Oost-Indsche Compagnie. Nieitegensisande het hardnekkigste
Verzet vanaege de Hollanders werd door Karel VI in 1723 de Costendse Compagnie op:
Cericht, die een overweldigend succes was op handelegebied. In 1724 voeren de cersie
rie schepen ven de Compagnie de Oosiendse = goule » ui, het verre Indié en China
tegemect, Banquibezar werd alzo onze eerste Kolonie. Ne tal van wederweardigheden
waren zo terug, geladen met allerhende specerijen, revkwerk, porselein, zide, thes,
effi, allemaal producten waar heel Europa op verlekkerd wes en Oostende in een wereld
mart herschiep.. En hier dient hulde gebracht aan onze dappere kapiteins, die stormen
ton Zeerovers Hrolerend, hun kestbere lading veilig in onze haven binnenbrachten: Jacobus
de Winter, Jozef Geselle, Michel Cayphas, Jan de Walle, Michel Pronckaert, Meyne, Gilles
Reyngoct, Willem de Brouwer, Jaannes de Cletck, Balthazar Rose, Joannes de Weele,
Jeannae de Brackel, Matheus Clinckaer, en zovee! andere.
Helans, de Oostendse Compagnie’ had een kortstoncig bestaan. Engeland, de Verenig-
de Provincies en leter 00k Fronkriik eefenden voortdurend een steeds sterker wordlende
‘uk it'en om de viede te handhaven en de trocn te verzekeren ten voordele van ziin
Gochter Moria. Theresia moest Kare! VI tensottetoegeven. Dit betekende het eince van dle
jange en z0 beloftevelle Compagnie.
(Gelvtkig was Maria-Theresia eon wijze vorstin, die onze bevolking een goed hart
toccoeg. Zij veardigde alerlei welten uit om onze vervallen vissorij nieuw leven in te
blazen, en om de handel in de hand te werken, let 2ij rond 1749-1751 belangrike verbeteringswerken uitvoeren aan de haven en de Sassen te Stiikens (gebouwd in 1672)
ln 1764 doteerden de gezusters Reingset Oostende met een gasthuis In 1765 word
do Torhoutsteenwog aangalogd. In 1771 werd bij decreet ons leedsivezen moderner geo
‘ganiseare, werden diken en golforekers verserkt en cen vuurtoren gebound (de -Viag-
(estoks) en in 1774 verleande Hare Malestelt tocating tot het graven van de door onze
vissers 20 vurlg begeerde dokken. Al deze maetvegelen waren doorslaggevend voor een
druk havenverkeer, dat met de dag toenem en tiidens de aorlag tussen Frenkri en Enge-
land (1778-1786) een hocgtepunt kende, voor! nedat Jozef l, na een bezock aan do
Sad in 1781, Oostende tot vrijnaven had uitgeroepen. Ontelbare vreemdelingen, vooral
Engolsan kwamen naar onze stad, die er weidra uitzag als een wereidhaven in het klein,
zodat een Baurs en een Bank moesten worden opgerid, naast entelbare kantoren en ma-
fgaziinen. Onder het wijs beleid van Burgemeester André van Iseghem ging de bloel van
onze sted met reuzeschreden voorult, tot hi gestuit werd door de bezetting van de Franse
‘roepen in 1792. Na allerli schermuselingen trad wer cen periode van kalmte in. In
1798 kwam Napoleon onze stad bezoeken. In hetzelfde jaar trachtien de Engelsen zich van
Costende meester te maken, dech dit werd hun belet deer Cammancan! Muscar, bevel
hhebber van het Franse garnizoen,
In 1810 kwam Napoleon andermaal naar Oostende, vergezeld van Marie-Louise.
Von 1811 fot 1814 verkwiinde de handel en het was andermaal de viseri| die de stad
rechthi
18 met Holland verenigd werd in 1815, scheen een nieuw blositiidperk
wnoreken en dit was tot in 1817 inderdaad het geval, cenk 2ij de deorvcer-
handel. Dach weidra maakte Holland zich van alle doorvoer meester en liet de haven ver-
zanden. Tech dient aangestipt dat in 1820 de hancelsdokken ingewid werden en dat het
rond die tid wae, dat Oostende een nieuwe vermasraheid verwierf; de zeebaden.
Tot in 1830, met de onathanklijkheideverklaring van Belgié, een gans nieuw hoofd:
stuk uit onze geschiedenie een aanvang nam,
(Op 18 jul 1831 kregen wij voor de eerste maal het bezoek van Leopold I, ce nieuwe
vorst. In de volgende jaren kwam hij vaak terug, en bracht er met ziin familie menige
vecantie door. De ele aristocratie van Europa voelde zich weldra eangetrokken to! de
‘opkomende badplasts. En van 1838 af, teen de speorlin Brussol-Oostende ingehuldigg
werd, kende de blosi van Oostende als badstad geen grenzen meer. In 1842 reeds bercikte
het aantal beroeken de 35.000. Als bij toverslag was Costende van vigearstadje fot monciain
contrum geworden.
Grootse werken wercen ondernomen: in 1643 bounde men het Gasgesticht nab
het derce dok? in 1844 werd het station aan het tweede dck ingewlig: in 1846, vert
onze eerste meilboot, ce «Chemin de Fors naar Doveri in 1882 werd de eerste Kursal
ingehuldigd: in 1859 werd de eerste steen gelegd van de «jachslvizens, teri in 1865
betloten werd de stad van haar beknellande veringen te verlssen,
‘Maar het was onder Leopold Il dat de roem van Oostende ten top steeg. In koorts-
achtig tempo werd onze stad nu gemoderniseerd: rechirekken en verbreden van de ze
dik, optrekken van grote hoels, bouwen van een nieuwe Kursaal (1875), invkhten van
zoilwodttvjden, inaliden van et nicuw station (1882), en veoral, de nieuwe haven:
instllingen waarvan in 1898 door Leopold I! de eerste steen werd gelegd,
Van 1899 af is het programma niet minder indeukwekkend: 2eecommissaraa,
Nationale Bank, St-Jozefskerk, vergroting Kursaal, standbeeld van Leopold |, Postgebouw,
Schouwbura, St. Pieter en Pauluskark, Keninkliike Gaanderien. Alles was Klaar in 1905,
dt eon waar jubeliaar was
Dit jaar worden immers de nieuwe haveninstellingsn, de de Smet de Naeyeriaan
fon de St Pieter en Pavluskerk ingshldigd, in het bijiin van de grate Voret en iin
Minister van Finarcién en Opentare Werken, graaf ce Smet de Neeyer
Zo werd het grootste ontwerp van onze geniale Koning Leozold lI punt voor punt
vitgewoerd, en was Oottende's foam als interetionale badstad voor goed bevestig!