Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 84

handhaven

Meerjarenbeleidsplan van de
Koninklijke Beroepsorganisatie van
Gerechtsdeurwaarders 2016-2020

I  k zal
Van gelijk hebben  naar gelijk krijgen
Ik zal handhaven
1 Inleiding 6

2 Een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving 10


Inleiding 12
2.1 Kennisgeving en procesinleiding 14
2.2 Rechtspraak 17
2.3 Informatievoorziening 19
2.4 Beslag en executie 24
2.5 De gerechtsdeurwaarder als tenuitvoerleggingsautoriteit 26
2.6 Proces-verbaal van constatering 27

3 De gerechtsdeurwaarder 30
Inleiding 32
3.1 Kernwaarden 34
3.2 Kwaliteit, toezicht en tuchtrecht 35
3.3 Kennis, vaardigheden en onderzoek 41
3.4 Ambtelijke tarieven 46
3.5 Ondernemerschap en perspectief 49
3.6 Internationale samenwerking 52
3.7 Digitalisering en innovatie 54
3.8 Het gezag van de gerechtsdeurwaarder 56
3.9 Publiek en politiek debat 58

4 Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders 62


Inleiding 63
4.1 Communicatie 64
4.2 Structuur 65
4.3 Budget 69

Nawoord 71
Bijlage: Global Code of Enforcement 73
Bijlage: Aanbevelingen 79
1

Inleiding
 De maatschappij verandert en de Nederlandse rechtshandhaving
verandert ook 7
Van korte termijn naar lange termijn 7
Meerjarenbeleidsplan 8
Krachtige herpositionering 8
Doel: verbetermogelijkheden 9
Doelgroep 9
Leeswijzer 9
Vertrouwen in de samenleving en in de rechtstaat kan alleen bestaan als de samenleving weet en
­ervaart dat de beslissing van de rechter wordt geëerbiedigd en kan worden afgedwongen als partijen
een beoogd evenwicht niet vrijwillig herstellen. Om deze reden is de gerechtsdeurwaarder nodig.1
Hij biedt de samenleving rechtszekerheid. De overheid heeft het altijd van groot belang gevonden
dat de beroepsgroep van gerechtsdeurwaarder zich bezint op de aard en essentie van het ambt.
Die aard en essentie van het ambt is dat de gerechtsdeurwaarder zorg draagt voor verwezenlijking
van het recht en daartoe concreet bijdraagt aan een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving.
Hij vormt daarmee het sluitstuk van een democratische samenleving, is een essentieel onderdeel
van de rechtsstaat, noodzakelijk voor de bescherming van rechten en onmisbaar voor economisch
vertrouwen en een goed investeringsklimaat. De gerechtsdeurwaarder is de stok achter de deur
en zorgt ervoor dat degene die gelijk heeft, ook gelijk krijgt.

 De maatschappij verandert en de Nederlandse rechtshandhaving verandert ook
De maatschappij en het maatschappelijk speelveld veranderen. Dit geldt ook voor de Nederlandse
rechtshandhaving én de manier waarop de gerechtsdeurwaarder en de Koninklijke Beroepsorgani-
satie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) hun werkzaamheden uitvoeren. Een aantal voorbeelden:
• Het model van de gerechtsdeurwaarder als ambtenaar-ondernemer staat onder druk.
• De rol en de werkzaamheden van de gerechtsdeurwaarder veranderen.
• Het beslag- en executierecht is verouderd.
• De minister van Veiligheid en Justitie heeft het programma KEI (Kwaliteit en ­Innovatie
­rechtspraak) geïntroduceerd om de rechtspraak te moderniseren.
• De maatschappij wordt complexer en digitaliseert in hoog tempo.

Van korte termijn naar lange termijn


De ledenraad van de KBvG heeft de commissie Meerjarenbeleid in het leven geroepen met de
opdracht een visie te ontwikkelen voor koersvast beleid. Dit Meerjarenbeleidsplan is het resultaat
van deze opdracht.
Rechtshandhaving moet rechtvaardig en effectief zijn om alle maatschappelijke functies (publiek
en privaat) te laten functioneren. De rechtshandhaving is de kernfactor van economisch vertrouwen,
ontwikkeling en groei én het is de omgeving waarbinnen de gerechtsdeurwaarder werkt. Een
heldere visie op de rechtshand­having is daarom van het grootste belang om de samenleving en
economie op de juiste wijze te dienen.

1 “Dat deurwaarders bij schuldenaren niet geliefd zijn, zal wel komen omdat hij hen aan zijn opeisbare
verplichtingen herinnert. De deurwaarder, zo wordt wel gezegd, doet wat de veroordeelde zelf had
moeten doen.” Uit N.J.M. Tijhuis, De Nederlandse Gerechtsdeurwaarder. De historische ontwikkeling
van de Nederlandse gerechtsdeurwaarder in vogelvlucht, Almelo: Lulof Druktechniek, 2009, p. 7.

ik zal handhaven 7
Binnen de KBvG kregen (concrete) kortetermijnproblemen in het verleden vaak voorrang op lange-
termijnproblemen. Een strategie ontbrak. Gevolg: voor het middellang beleid ontbraken daardoor
vaak een gemeenschappelijke taal en een kader. Er werd
De gerechtsdeurwaarder als hoeder wel gesproken over de toekomst, maar zonder dat daarbij
van een rechtvaardige en effectieve duidelijkheid was over het einddoel waarnaar gestreefd
civiele rechtshandhaving werd. Discussies over vooruitgang binnen de beroepsorga-
nisatie liepen vaak vast, of acties werden voorkomen met
drogredenen of door een simpel probleem moeilijk te maken. Jarenlang kwamen dezelfde thema’s
naar voren, om onopgelost weer te verdwijnen. Veel moeilijke keuzes werden zo vooruitgeschoven.

Meerjarenbeleidsplan
Onderstaande vragen zijn de uitgangspunten geweest voor het schrijven van het meerjaren­
beleidsplan:
• Is er in Nederland sprake van een rechtvaardige en effectieve rechtshandhaving?
• Wat is de aard en essentie van het ambt van gerechtsdeurwaarder?
• Wat is de toegevoegde waarde van de gerechtsdeurwaarder voor de Nederlandse
samenleving en economie?
• Welke maatregelen zijn nodig om tot verbetering te komen?
• Welke gevolgen heeft dit voor de KBvG?

Krachtige herpositionering
De KBvG kiest voor een krachtige herpositionering van de gerechtsdeurwaarder en de KBvG als
­hoeder van een rechtvaardige en effectieve civiele rechtshandhaving. Wie zijn spelregels niet
­bepaalt, wordt namelijk geconfronteerd met die van anderen. De KBvG heeft niet alleen de mogelijk-
heid de spelregels te bepalen, dit is ze ook aan haar stand verplicht: noblesse oblige. Zo maken
we er een eerlijker, beter en mooier speelveld van.

De KBvG ziet het onder andere als haar taak om:


• De ontwikkelingen bij te houden in en om het werkveld van de gerechts­deurwaarder;
• Problemen te signaleren;
• Met een oplossing te komen voor deze problemen;
• Hieraan een eigen (langetermijn)visie en beleid te koppelen.

8 inleiding
Doel: verbetermogelijkheden
De KBvG heeft de ontwikkelingen in het werkveld van de gerechtsdeurwaarder en de bijbehorende
verbetermogelijkheden onderzocht. Zo wordt duidelijk hoe de gerechtsdeurwaarder zo effectief en
efficiënt mogelijk zijn werk als ambtenaar en ondernemer kan uitvoeren, zodat dat wat de rechter
bepaalt, ook daadwerkelijk gebeurt. De gerechtsdeurwaarder kan zijn werk alleen maar uitvoeren
als hij beschikt over voldoende middelen en bevoegdheden.

Doelgroep
Dit rapport is bestemd voor de beleidsbepalers in Nederland (politici, ambtenaren, beslissers
en beïnvloeders van de politiek), stakeholders en voor alle leden van de KBvG.

Leeswijzer
Met dit rapport introduceren wij een nieuw beleidsplan voor de periode 2016 – 2020, waaraan
alle leden van de ledenraad zich committeren en waarmee wij alle beleidsbepalers in Nederland
een overzicht geven van de aanbevelingen.

In dit rapport hebben we daarom voor de volgende opbouw gekozen:


• In hoofdstuk 2 beschrijven we de ontwikkelingen binnen de rechtshandhaving en geven we
aanbevelingen voor de benodigde middelen en bevoegdheden van de gerechtsdeurwaarder
om tot een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving te komen.
• In hoofdstuk 3 beschrijven we de ontwikkelingen binnen het werkveld van de gerechtsdeur-
waarder en geven we aanbevelingen rond de beleidsthema’s: kwaliteit, toezicht en tuchtrecht;
kennis, vaardigheden en onderzoek; ambtelijke tarieven; ondernemerschap en perspectief;
­internationale samenwerking; digitalisering en innovatie; het gezag van de gerechtsdeurwaarder;
publiek en politiek debat.
• In hoofdstuk 4 beschrijven we de taakomschrijving en de structuur van de KBvG, en geven
we aanbevelingen die ervoor zorgen dat de KBvG de gerechtsdeurwaarder nog beter kan
­vertegenwoordigen en dienen.

Aan het begin van ieder hoofdstuk staan de aanbevelingen opgesomd. In de tekst die volgt staan
de toelichting en onderbouwing van deze aanbevelingen weergegeven.

ik zal handhaven 9
2

Een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


Inleiding 12
Middelen en bevoegdheden 12
2.1 Kennisgeving en procesinleiding 14
2.1.1 Laat de kennisgeving van (buiten)gerechtelijke stukken bij
de gerechtsdeurwaarder 15
2.1.2 Behoud de rol van de gerechtsdeurwaarder bij de procesinleiding 15
2.1.3 Faciliteer digitale kennisgeving en communicatie 16
2.2 Rechtspraak 17
2.2.1 Zorg voor goede toegang tot het recht door herziening van
het griffierechtenstelsel 17
2.2.2 Bied kwaliteit van rechtspraak 17
2.2.3 Geef de gerechtsdeurwaarder de bevoegdheid tot het afgeven van
een executoriale titel 18
2.3 Informatievoorziening 19
2.3.1 Zorg ervoor dat de verweerder verplicht is informatie te geven over
zijn gehele vermogen 19
2.3.2 Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder eenvoudig informatie over
het vermogen van de verweerder kan verkrijgen 20
2.3.3 Geef de KBvG een sleutelrol rond informatie, veiligheid en
privacywetgeving 21
2.3.4 Vorm als gerechtsdeurwaarder het knooppunt van betrouwbare
informatie 22
2.3.5 Zorg ervoor dat de KBvG een jaarlijkse monitor publiceert met
cijfers over economie, maatschappij en rechtsstaat 23
2.3.6 Laat de gerechtsdeurwaarder de ogen en oren van de overheid zijn 23
2.4 Beslag en executie 24
2.4.1 Moderniseer het beslag- en executierecht 24
2.4.2 Maak executieverkoop ook onderhands en via internet mogelijk 24
2.4.3 Leg beslag op auto’s via het register van de Rijksdienst voor
het Wegverkeer 25
2.4.4 Schep duidelijkheid in gerechtelijke ontruimingen 25
2.4.5 Zorg voor een effectieve en efficiënte samenwerking met Justitie 25
2.5 De gerechtsdeurwaarder als tenuitvoerleggingsautoriteit 26
2.5.1 Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder zich direct kan wenden
tot de rechter 26
2.5.2 Laat invorderingen centraal geregeld worden 26
2.6 Proces-verbaal van constatering 27
2.6.1 Verstevig de positie van het proces-verbaal van constatering in
het bewijsrecht 28
2.6.2 Waarborg de doelmatigheid en kwaliteit van het proces-verbaal
van constatering door middel van richtlijnen 28
2.6.3 Verricht onderzoek naar het maatschappelijk voordeel van het
proces-verbaal van constatering 28
Inleiding

De plaats van de gerechtsdeurwaarder in ons rechtsbestel geeft hem een bijzondere verantwoor-
delijkheid voor het functioneren van dat rechtsbestel en voor het vertrouwen van de burger in de
rechtsstaat. Deze verantwoordelijkheid geldt als logisch gevolg ook voor de KBvG, die als publiek-
rechtelijke beroepsorganisatie belast is met de vertegenwoordiging van het ambt en met de goede
beroepsuitoefening ervan.

Middelen en bevoegdheden
De gerechtsdeurwaarder heeft toebedeelde staatsmacht. Dit uitgangspunt is essentieel voor het
werk dat de gerechtsdeurwaarder doet. Zijn ambtelijke taken en zijn effectiviteit als onbezoldigd
ambtenaar en de mogelijkheid van nevenactiviteiten als incasso, maken de Nederlandse gerechts-
deurwaarder tot wat hij is. Sterker nog, de ‘nevenactiviteit’ incasso is onlosmakelijk verbonden met
het ambt van gerechtsdeurwaarder. Door een effectieve incasso worden onnodige juridische proce-
dures namelijk voorkomen. Ook dit draagt bij aan een effectieve en efficiënte rechtshandhaving.

Wanneer de uitvoerende macht van de gerechtsdeurwaarder wordt ingezet, dan heeft zowel
de verzoeker, de verweerder, de hele maatschappij en de overheid er belang bij om dit zo snel,
­effectief, efficiënt en respectvol mogelijk af te handelen.2 Het onvoorwaardelijke uitgangspunt
van onze rechtsstaat is dat verplichtingen moeten worden nagekomen en afdwingbaar moeten
zijn als dat niet gebeurt.3
De gerechtsdeurwaarder kan de kernwaarden van de rechtshandhaving alleen dan hoog houden
als hij daar voldoende middelen en bevoegdheden voor tot zijn beschikking heeft. Deze middelen
en bevoegdheden zijn niet altijd beschikbaar. De KBvG is gedreven om ervoor te zorgen dat de
gerechtsdeurwaarder de middelen en bevoegdheden krijgt die hij nodig heeft, voor:

2 “For the rule of law to be maintained and for court users to have confidence in the court system, there
needs to be effective but fair enforcement processes.” CEPEJ(2009)11REV2, nr. 6.
3 EHRM 27 juni 2000, 32842/96 (Nuutinen/Finland); EHRM 19 maart 1997, NJ 1998, 434 (Hornsby/­
Griekenland); Hof ‘s-Hertogenbosch 11 juli 1995, ECLI:NL:GHSHE:1995:AC2075.

12 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


• Kennisgeving en procesinleiding
• Laat de kennisgeving van (buiten)gerechtelijke stukken bij de gerechts­deurwaarder
• Behoud de rol van de gerechtsdeurwaarder bij de procesinleiding
• Faciliteer digitale kennisgeving en communicatie
• Rechtspraak
• Zorg voor een goede toegang van het recht door herziening van het griffierechtenstelsel
• Bied kwaliteit van rechtspraak
• Geef de gerechtsdeurwaarder de bevoegdheid tot het afgeven van een e­ xecutoriale titel
• Informatievoorziening
• Zorg ervoor dat de verweerder verplicht is om informatie te geven over zijn
gehele vermogen
• Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder eenvoudig informatie over het vermogen
van de verweerder kan verkrijgen
• Geef de KBvG een sleutelrol rond informatie, veiligheid en privacywetgeving
• Vorm als gerechtsdeurwaarder het knooppunt van betrouwbare informatie
• Zorg ervoor dat de KBvG de eigen big data ontsluit en deelt
• Zorg ervoor dat de KBvG een jaarlijkse monitor publiceert met cijfers over economie,
­maatschappij en rechtsstaat
• Laat de gerechtsdeurwaarder de ogen en oren van de overheid zijn
• Beslag en executie
• Moderniseer het beslag- en executierecht
• Maak executieverkoop ook onderhands en via internet mogelijk
• Leg beslag op auto’s via het register van de Rijksdienst voor het Wegverkeer
• Schep duidelijkheid in gerechtelijke ontruimingen
• Zorg voor een effectieve en efficiënte samenwerking met Justitie
• De gerechtsdeurwaarder als tenuitvoerleggingsautoriteit
• Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder zich direct kan wenden tot de rechter
• Laat invorderingen centraal geregeld worden
• Proces-verbaal van constatering
• Verstevig de positie van het proces-verbaal van constatering in het bewijsrecht
• Waarborg de doelmatigheid en kwaliteit van het proces-verbaal van constatering
door middel van richtlijnen
• Verricht onderzoek naar het maatschappelijk voordeel van het proces-­verbaal
van constatering

ik zal handhaven 13
2.1 Kennisgeving en procesinleiding

In het kader van de rechtszekerheid is het van het grootste belang dat documenten en verklaringen
gericht aan een partij, daadwerkelijk door die partij worden ontvangen en dat hiervan dwingend
bewijs kan worden geleverd. De ontvanger heeft daarbij
De gerechtsdeurwaarder is de enige recht op een duidelijke uitleg en voorlichting over de
die kan garanderen dat partijen aard en gevolgen van de verklaring. Deze kennisgeving
op een juiste en volledige manier vormt een essentieel onderdeel van het recht op een
worden geïnformeerd. eerlijk proces zoals bedoeld in artikel 6 lid 1 EVRM.4

De rol van de gerechtsdeurwaarder tijdens de inleiding van het geding, en de kennisgeving van
documenten en verklaringen heeft tot doel rechtszekerheid te bieden aan partijen en dient – in het
verlengde van de rechterlijke macht – de zorgvuldigheid en effectiviteit van de rechtspleging.

Bij de kennisgeving van documenten en verklaringen bij exploot, is het de gerechtsdeurwaarder die:
• Verantwoordelijk is voor de inhoud van zijn exploot;
• Instaat voor de juiste vermelding van de afzender en ontvanger;
• De adresgegevens verifieert in de basisregistraties;
• Garandeert dat de documenten of verklaringen de ontvanger tijdig bereiken, waar ook ter
­wereld;
• Een belehrungs- en informatieplicht heeft ten opzichte van de verweerder of een derde;
• De communicatie ratificeert en van dit alles een authentieke akte opmaakt die kan dienen als
dwingend bewijs.

De betekening van documenten en verklaringen bij exploot vormt daarmee ook het enige instrument
om zowel juridische zekerheid als informatieoverdracht te garanderen.

Uit onderzoek van de KBvG blijkt dat 93% van de gerechtsdeurwaarders de betekening van gerechte-
lijke en buitengerechtelijke stukken ziet als het belangrijkste onderdeel van zijn ambt. De gerechts-
deurwaarder is zich daarbij zeer bewust van zijn onafhankelijke taak, en ziet het zwaartepunt van
zijn taak bij het oplossen van problemen en het helpen van zowel de verzoeker als de verweerder
en het bieden van rechtsbescherming. Het persoonlijk contact met mensen en het bijdragen aan
rechtvaardigheid zijn niet alleen de meest aantrekkelijke aspecten van het vak, maar meteen ook
de belangrijkste drijfveren om gerechtsdeurwaarder te zijn.

4 CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 17.

14 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


2.1.1 Laat de kennisgeving van (buiten)gerechtelijke stukken bij de gerechtsdeurwaarder
Het exploot is bij uitstek de beste waarborg dat (proces)stukken de geadresseerde bereiken. Van-
wege het grote belang moet uitbrenging daarvan in handen van de gerechtsdeurwaarder blijven.
De gerechtsdeurwaarder is de enige die kan garanderen dat partijen op juiste, tijdige en volledige
manier worden geïnformeerd5 en hij is het best in staat om te oordelen over de haalbaarheid van
de invordering. Daarbij is de gerechtsdeurwaarder de enige juridische professional die gewend is
bij de burger over de vloer te komen en de complexiteit van het recht te vertalen naar begrijpelijke
informatie. Hij geeft daarbij eerstelijns juridisch advies. Als er echt iets aan de hand is, is dat advies
van een specialist niet alleen wenselijk, maar vooral ook noodzakelijk. Daarbij kan hij dankzij de
informatie die hij verzamelt en het contact dat hij maakt, partijen bewegen tot een aanvaardbare
oplossing. De gerechtsdeurwaarder staat met twee voeten in de samenleving en kan met zijn
kennisgeving bij uitstek aan bemiddeling doen. Op deze manier vervult de gerechtsdeurwaarder
zijn rol als bemiddelaar en poortwachter en voorkomt hij kosten.

De kennisgeving van (buiten)gerechtelijke stukken heeft tot doel: De gerechtsdeurwaarder kan


• De verweerder op de hoogte stellen van de gevolgen en kosten de rechtspraak ontlasten en
van tenuitvoerlegging indien niet wordt voldaan aan een de maatschappij geld besparen
verplichting;
• De verweerder op de hoogte stellen van tenuitvoerleggingshandelingen die ten laste van
hem plaats hebben gevonden;
• De derden die bij de tenuitvoerlegging betrokken raken informeren over hun rechten en plichten;
• Dwingend bewijs leveren welke informatie op welke datum aan welke partij is overgebracht.

2.1.2 Behoud de rol van de gerechtsdeurwaarder bij de procesinleiding


Het recht op een eerlijk proces begint met een behoorlijke oproeping waarbij de verweerder wordt
geïnformeerd over zijn rechten en plichten. Alles wat geldt voor de kennisgeving van gerechtelijke
stukken geldt daarom eens te meer voor de kennisgeving van het stuk dat het proces inleidt.
De ­gerechtsdeurwaarder draagt er zorg voor dat de procesinleiding zorgvuldig gebeurt en zijn
rol hierin moet altijd worden behouden.
Bij de procesinleiding treedt de gerechtsdeurwaarder ook op als poortwachter. Uit onderzoek
van de KBvG blijkt bijvoorbeeld dat meer dan 10% van de betekende dagvaardingen niet leidt
tot een procedure, omdat de zaak voordien geschikt wordt of omdat de gerechtsdeurwaarder de
verzoeker adviseert van de procedure af te zien. Bijvoorbeeld omdat hij op de hoogte is geraakt
van de verhaalspositie van de verweerder.

5 CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 17. Zie verder: Hof Arnhem-Leeuwarden 16 september 2014,


ECLI:NL:GHARL:2014:7143, Hof Arnhem-Leeuwarden 3 juni 2014, ECLI:NL:GHARL:2014:4326 en
Hof Arnhem-Leeuwarden 17 december 2013, ECLI:NL:GHARL:2013:9640.

ik zal handhaven 15
2.1.3 Faciliteer digitale kennisgeving en communicatie
De gerechtsdeurwaarder zal in de toekomst ook een Legal Electronic Officer (LEO) zijn, met
de KBvG als gerechtelijk logistiek centrum. Het is daarom van belang om:
• In te zetten op een digitaal gerechtelijk logistiek centrum, waarbij de gerechtsdeurwaarder
als autoriteit de documenten en verklaringen analoog en digitaal overbrengt;
• Persoonlijk contact en informatievoorziening bij de betekening en kennisgeving centraal
te laten staan;
• Digitale betekening mogelijk te maken voor de gerechtsdeurwaarder, waarbij hij zelf beslist
of digitale betekening volstaat, of dat persoonlijke uitreiking nodig is (als dit niet wettelijk
is bepaald);
• Te zorgen voor de mogelijkheid om een exploot te kunnen afgeven met een digitale handtekening.

Verklaringen en documenten die via dit logistiek centrum ter kennis worden gebracht aan een
digitale woonplaats moeten voldoen aan alle waarborgen en bieden alle garanties. De authenticiteit
van gerechtelijke berichten en vonnissen moet gegarandeerd kunnen blijven. De KBvG moet daarom
– als betrouwbare en onafhankelijke partij – een systeem ontwikkelen voor die veilige en gegaran-
deerde elektronische overdracht van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken.

Digitalisering van de kennisgeving kan onder omstandigheden effectief zijn, maar mag de per-
soonlijke betekening niet vervangen. De digitale betekening moet mogelijk zijn, maar uitsluitend
onder de waarborgen die de persoonlijke kennisgeving kent, zoals het verifiëren van de essentiële
gegevens van verzoeker en verweerder en het ratificeren van de boodschap en de ontvangst ervan.
Juist in een meer digitale wereld zijn persoonlijk contact en de menselijke maat goud waard6, en zijn
deze vereist om informatie te geven en goed begrip ervan te garanderen. De gerechtsdeurwaarder
komt als enige nog ter plaatse om te zien of de virtuele of administratieve werkelijkheid overeen-
komt met de feitelijke situatie, en maakt echt contact met de persoon.

Bovenal moet in alle gevallen de gerechtsdeurwaarder bij de betekening betrokken blijven, en


is het de gerechtsdeurwaarder die beslist of volstaan kan worden met digitale betekening of dat
persoonlijke kennisgeving geboden is.
Het is belangrijk om te beseffen dat de taak van de gerechtsdeurwaarder niet wijzigt door digitali-
sering, maar dat de middelen waarmee hij zijn taken uitvoert, wijzigen. Zo is het de gerechtsdeur-
waarder die in het verleden, maar ook in de toekomst de inhoud en ontvangst van (digitale)
verklaringen en berichten moet garanderen, verifiëren en ratificeren. De KBvG moet ook bepalen

6 Of, zoals aangegeven tijdens het congres van de Vereniging Nederlandse Gemeenten: “Naast optimale
digitale dienstverlening, is menselijk contact goud waard. Niet de techniek, maar de relatie met de burger
moet centraal staan.” VNG/KING Nieuwjaarscongres 2016.

16 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


dat en onder welke condities een digitale handtekening de natte handtekening op afschriften
en exploten kan vervangen.
Tegelijkertijd moeten overbodige en kostenverhogende bepalingen worden geschrapt. De betekening
aan het parket van de ambtenaar van het Openbaar Ministerie dient bijvoorbeeld geen enkel doel.

2.2 Rechtspraak

Rechtshandhaving begint bij rechtspraak. Die rechtspraak moet kwalitatief, toegankelijk en


­betaalbaar zijn. De realiteit is dat de rechtsspraak:
• Overbelast is geraakt;
• Hoge kosten met zich meebrengt;
• In veel gevallen traag functioneert.7

2.2.1 Zorg voor goede toegang tot het recht door herziening van het griffierechtenstelsel
De KBvG blijft inzetten op herziening van het griffierechtenstelsel om de toegang tot de rechter beter
te waarborgen en een beter evenwicht te realiseren.8
Dat de toegang tot de rechter essentieel is, wordt zowel nationaal als internationaal breed
onderkend.9 Zodra de toegang tot het recht wordt beperkt, kan het behoud van de rechtsstaat
in gevaar komen.10 Bijvoorbeeld door fors stijgende griffierechten. Verzoekers zien door de fors
stijgende griffierechten en comparities steeds vaker af van een rechtsgang, zeker bij kleinere
vorderingen.11 Daarbij is de differentiatie in griffierechten niet doordacht, en worden de verkeerde
groepen (zoals het mkb en schuldenaren) onevenredig benadeeld.

2.2.2 Bied kwaliteit van rechtspraak


De rechtspraak is zodanig belast dat de achterstand en doorlooptijd toenemen en rechters klagen
over werkdruk. Rechters maken zich grote zorgen en vrezen voor de kwaliteit van rechtspraak.
Uit het Jaarverslag Rechtspraak 2014 blijkt dat het grote aantal rechtszaken één van de oorzaken

7 M. Scheepmaker, ‘Voorwoord’, Justitiële verkenningen: Toegankelijkheid van het recht 2014-1, p. 5.


8 Tjeenk Willink: “Wanneer de vraag het aanbod dreigt te overtreffen, worden de drempels verhoogd.
­Allemaal buitengewoon rationeel. Met slechts één nogal principiële ‘maar’: het doet afbreuk aan het
karakter van rechtspraak als collectief goed.” Uit ‘De rechterlijke functie in de veranderde democratische
rechtsstaat, NJB 2014/1, p. 22.
9 Zie bijvoorbeeld art. 17 Grondwet; art. 6 EVRM en art. 47 Handvest van de Grondrechten van de Europese
Unie.
10 M. ter Voert, ‘Toegang tot recht in beweging. Over burgers en hun oplossingsstrategieën’, Justitiële
­verkenningen: Toegankelijkheid van het recht 2014-1, p. 62 e.v..
11 Zo is het aantal afgeboekte facturen gestegen van 50.000 in 2013 tot 130.000 in 2015 met een schade­
bedrag dat is verhoogd van € 5 miljoen naar € 45 miljoen. Uit: ‘Miljoenenschade door oninbare facturen’,
FD 25 november 2015. In 2010 heeft het Nederlands bedrijfsleven € 15 miljard aan onbetaalde ­rekeningen
afgeschreven. Meer recente cijfers zijn niet voorhanden maar de trend voorspelt een forse stijging.
­Eindrapportage. Evaluatie van de wanbetalersregeling. “Kort op de bal”, 2011.

ik zal handhaven 17
is die ertoe heeft geleid dat de zorg voor kwaliteit van rechtspraak naar de achtergrond is gedrukt.
Dat blijkt ook uit het Meerjarenplan van de Rechtspraak 2015-2020, waarin staat vermeld dat de
hoge werkdruk een bedreiging vormt voor de kwaliteit van rechtspreken.12 Deze ontwikkeling kan
leiden tot onzorgvuldige rechtspraak en foutieve vonnissen.

2.2.3 Geef de gerechtsdeurwaarder de bevoegdheid tot het afgeven van


een executoriale titel
De KBvG is van mening dat de gerechtsdeurwaarder de maatschappij tientallen miljoenen per jaar kan
besparen indien het de gerechtsdeurwaarder mogelijk wordt gemaakt in erkende of niet-betwiste
geldvorderingen een executoriale titel af te geven.13 Deze titel kan worden afgegeven als er na
betekening van de vordering van de verzoeker, onder aanzegging van de rechten en plichten van de
verweerder, binnen bijvoorbeeld veertien dagen erkenning of geen betwisting heeft plaatsgevonden.
Daarvan maakt de gerechtsdeurwaarder proces-verbaal op welke authentieke akte executoriale
kracht heeft. Deze uitvoerbare titel moet eenvoudig zijn aan te
Effectieve rechtshandhaving tasten door de verweerder door een verzetprocedure te starten,
begint met informatie waarmee het recht op verdediging blijvend is gewaarborgd.

Nu er bij erkende of niet-betwiste vorderingen geen sprake is van een geschil heeft de rechter hier
geen taak. De tussenkomst van de rechter om in deze zaken uitvoerbare titels te verschaffen is over-
bodig, administratief belastend en zeer kostenverhogend. Het invorderen van onbetwiste schulden
via gerechtelijke weg leidt tot een disproportionele inzet van middelen van rechtspraak14 en levert
maatschappelijke schade op. Naast het hoge kostenrisico dat de procedure meebrengt voor de ver-
zoeker, drukken de kosten uiteindelijk ook op de verweerder. Door het onafhankelijk en openbaar
ambt van de gerechtsdeurwaarder op deze wijze in te zetten, wordt rechtshandhaving effectiever
en efficiënter zonder afbreuk te doen aan de bescherming van de belangen van de verweerder.
­Tegelijkertijd wordt de rechtspraak ontlast door zich te focussen op haar kerntaak: het beslechten
van geschillen en het vaststellen van feiten.

12 Ook blijkt uit de zgn. Tegenlicht-enquête onder meer dat 87% van de rechters vindt dat er te veel nadruk
ligt op bedrijfsvoering en te weinig op kwaliteit. Meer dan 90% heeft zorgen over de digitalisering en 88%
van de rechters ziet kwaliteitsverlies.
13 Recent werd een scriptie geschreven over het onderwerp. Zie: P.T.D. van Damme, Justitie met de tijd mee.
De gerechtsdeurwaarder en het opstellen van executoriale titels bij erkende dan wel niet-betwiste geld-
vorderingen (scriptie Utrecht HU), 2015.
14 Hoge Raad voor de Justitie (België), Ambtshalve advies, Voorontwerp van wet houdende wijzigingen van
het burgerlijk procesrecht mei 2015, p. 10. Hetzelfde standpunt werd in Nederland al in 1935 gehuldigd
en is – helaas – nog altijd actueel: “De praktijk der verstekken heeft groote nadeelen. Zij voert tot verspil-
ling van geld en arbeidskrachten (…). Doch onder de verstrekpractijk (…) lijden wel het meest de schuld-
eischers. Om tot hun recht te komen, zien zij zich genoopt een vrij omslachtige en kostbare procedure te
beginnen.” Handelingen der Staten-Generaal 1935-1936, bijlage 174, p. 1-7.

18 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


2.3 Informatievoorziening

Hoe meer informatie de gerechtsdeurwaarder tot zijn beschikking heeft, hoe efficiënter de tenuit-
voerlegging ingericht kan worden en hoe beter rekening kan worden gehouden met de specifieke
omstandigheden van het geval, waarmee kosten worden beperkt. Een van de meest beklemmende
factoren is dat de gerechtsdeurwaarder als openbaar ambtenaar beschikbare informatie wordt
­onthouden die essentieel is voor het uitoefenen van zijn staatstaak. Aan de gerechtsdeurwaarder
moet daarom zoveel mogelijk informatie toegankelijk worden gemaakt.

2.3.1 Zorg ervoor dat de verweerder verplicht is informatie te geven over


zijn gehele vermogen
De verweerder staat met zijn volledige vermogen in voor zijn schulden. Als hij niet aan zijn
­ver­oordeling wil of kan voldoen dan moet de verweerder opgave doen van zijn vermogen om
de ­tenuitvoerlegging zo efficiënt mogelijk te maken.
Hoewel in Nederland de verplichting om informatie te geven over het vermogen bestaat15, is deze
niet effectief. In de eerste plaats lijkt uit de wet te volgen dat de verweerder alleen verplicht is
informatie te geven over zijn bronnen van inkomsten. In de tweede plaats kent de wet geen directe
sanctie op het niet voldoen aan de informatieverplichting. Vanwege het ontbreken van een sanctie
krijgt de gerechtsdeurwaarder nauwelijks informatie van de verweerder, wat niet bijdraagt aan een
efficiënte tenuitvoerlegging.
Volgens de Raad van Europa bestaat de verplichting uit het aanleveren van actuele informatie over
inkomen, vermogen en andere relevante zaken.16 In de meeste lidstaten volgt bestuurs- of strafrechte-
lijke aansprakelijkheid wanneer de verweerder de gerechtsdeurwaarder niet of onjuist informeert.17
Dit is niet het geval in Nederland. In de rechtspraak is het weliswaar aanvaard dat deze verplichting
bij lijfsdwang of dwangsom kan worden afgedwongen, maar voor de inzet van deze zeer zware
middelen is een aanvullende en kostbare procedure nodig.18

15 De verplichting om opgave te doen van het vermogen bestaat in Nederland op grond van artikel 475g
lid 1 Rv. Zie ook HR 20 september 1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC0338 (Tripels/Masson). Zie ook: Inv.
Boeken 3, 5 en 6 NBW Kamerstukken II 1981/82, 16593, 5, p. 11, waar de verplichting tot het verschaffen
van ­infor­matie geacht werd voort te vloeien uit de redelijkheid en billijkheid.
16 “In order for enforcement procedures to be as effective and efficient as possible, defendants should provide
up to date information on their income, assets and on other relevant matters.”, Rec(2003)17, III-1-d.
17 In bijvoorbeeld Duitsland, Engeland, Ierland, Portugal, Denemarken, Griekenland, Spanje, Oostenrijk,
Zweden, Estland, Bulgarije, Tsjechië, Slovenië en Letland volgt bestuursrechtelijke of strafrechtelijke
aansprakelijkheid wanneer de verweerder de gerechtsdeurwaarder niet of onjuist informeert, waarbij
aangesloten wordt bij meineed of het niet naleven van een gerechtelijk bevel (contempt of court).
18 Zie bijv.: Rb. Zeeland-West-Brabant (vzr.) 11 december 2014, ECLI:NL:RBZWB:2014:8382, Rb. Gelder­land
(vzr.) 11 februari 2014, ECLI:NL:RBGEL:2014:1795 en Rb. Arnhem (vzr.) 31 december 2009,
ECLI:NL:RBARN:2009:BL4356.

ik zal handhaven 19
De KBvG meent dat in de wet duidelijk moet zijn omschreven dat:
• De verweerder verplicht is zijn gehele vermogen en de locatie van dat vermogen bekend te
maken aan de gerechtsdeurwaarder die gerechtigd is beslag te leggen, waarbij de verklaring
voorkomen kan worden door het tijdig betalen van de schuld of kan worden beperkt tot het
aanwijzen van vermogen dat volstaat voor de tenuitvoerlegging;
• De gerechtsdeurwaarder derden mag verplichten alle gegevens te verstrekken waarover zij
­beschikken met betrekking tot het vermogen van de verweerder, waarbij onder derden ook
wordt verstaan bankinstellingen;
• Er mogelijkheden zijn tot sanctionering van de overtreding van deze verplichtingen door
de verweerder of de derde.19

Om onnodige procedures en daarmee maatschappelijke schade te voorkomen, zou het nog beter
zijn als de verweerder reeds in de minnelijke fase verplicht is de gerechtsdeurwaarder tijdig en
volledig te informeren over zijn vermogenspositie, als hij niet in staat is om te betalen. Er is een
start gemaakt met het beslagregister, maar koppeling met gemeentelijke en sociale overheden en
informatieplicht van de insolvente verweerder zou bijdragen aan een effectievere rechtshandhaving.
Daarnaast dienen mogelijkheden tot sanctionering van overtreding van de verplichtingen die
verweerder of derde hebben, onderzocht te worden.

2.3.2 Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder eenvoudig informatie over het


vermogen van de verweerder kan verkrijgen
Indien een verweerder niet kan of wil voldoen aan zijn veroordeling en de gerechtsdeurwaarder
met de gedwongen tenuitvoerlegging wordt belast, moet informatie ook onafhankelijk van de wil
van de verweerder kunnen worden ingewonnen.20 De verweerder zal immers niet altijd in staat
of bereid zijn de juiste of volledige informatie te geven.
De gerechtsdeurwaarder heeft uit hoofde van zijn ambt toegang tot diverse bronnen, maar de
meest relevante informatie is niet beschikbaar voor hem. De KBvG is daarom van mening dat de
overheid publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instanties moet verplichten op verzoek van de
gerechtsdeurwaarder alle noodzakelijke informatie aan hem te verstrekken die beschikbaar is over
de verweerder en zijn vermogen. Deze informatie mag niet worden achtergehouden op grond van
geheimhoudingsplicht of privacy wanneer de informatie noodzakelijk is voor rechtshandhaving
en daarmee de uitoefening van een staatstaak.21

19 M. Storme, Rapprochement du droit judiciaire de l’Union européenne, 1996, blz. 210.


20 EHRM 5 april 2012, nr. 11663/04 (Chambaz/Zwitserland).
21 Zie bijv.: CEPEJ(2009)11Rev2, 2009, nr. 41, 42 en 43; Groenboek Efficiënte tenuitvoerlegging van rechter-
lijke beslissingen in de Europese Unie: transparantie van het vermogen van schuldenaars, COM(2008)128;
Art. 9 Global Code of Enforcement.

20 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


Het proportionaliteitsbeginsel moet centraal staan: de gerechtsdeurwaarder dient te garanderen dat
de informatie die hij raadpleegt passend en noodzakelijk is voor het doel dat nagestreefd wordt.
Zo kan alleen dan informatie worden opgevraagd als de verweerder om wiens informatie het gaat is
veroordeeld door een rechter, niet voldoet aan het vonnis, niet voldoet aan het bevel tot nakoming
en vervolgens niet voldoet aan de verplichting om zelf informatie aan te leveren. Op dat moment
kan niet langer worden aanvaard dat het recht op privacy van de verweerder de handhaving van de
grondrechten van de verzoeker blijft blokkeren. De verweerder kan zich immers beschermen tegen
verstrekking van zijn gegevens door het betalen van zijn schuld, of door vermogensbestanddelen
aan te wijzen die volstaan voor tenuitvoerlegging.

2.3.3 Geef de KBvG een sleutelrol rond informatie, veiligheid en privacywetgeving


De KBvG is bij uitstek de partij om voor een effectieve en efficiënte werkwijze te zorgen, rekening
houdend met de wet- en regelgeving op het gebied van privacy. Een voorbeeld: in samenwerking
met Stichting Netwerk Gerechtsdeurwaarders (SNG) heeft de KBvG effectieve en veilige systemen
gebouwd voor gevoelige data- en informatieuitwisseling. De informatie die de gerechtsdeurwaarder
uit deze systemen opvraagt, wordt gelogd en periodiek geaudit. De gerechtsdeurwaarders gebruiken
deze informatie zorgvuldig en uitsluitend voor het doel waarvoor de informatie is verkregen.22

De KBvG kan een nog bredere taak op zich nemen en aan beroepsregulering doen door:
• Kritisch te kijken naar de bestaande regelgeving en de bijbehorende best ­practices;
• Duidelijk te maken welke informatie vertrouwelijk is en hoe hiermee moet ­worden omgegaan;
• Bewustwording te creëren rond informatie, veiligheid en privacy onder de ­medewerkers van
de gerechtsdeurwaarders;
• Geheimhouding en vertrouwelijkheid te waarborgen door controles en processen.

Op het gebied van privacybescherming bestaat veel wet- en regelgeving die de gerechtsdeurwaarder
hindert bij het uitvoeren van zijn werk.23 Omdat de bescherming van vertrouwelijke informatie
moet worden gegarandeerd kan deze niet worden geraadpleegd door burgers, bedrijven en instel­
lingen. De gerechtsdeurwaarder is degene die door de overheid is aangewezen om inbreuk te
maken op de rechten van partijen om daarmee het evenwicht te herstellen. Dat geldt voor eigendom,
huisvrede, vrijheid maar dus ook voor toegang tot informatie. In veel gevallen krijgt de gerechts­
deurwaarder echter geen toegang tot bepaalde informatie. Wat is het gevolg? Hij werkt minder

22 Via SNG wordt alle geraadpleegde informatie gelogd op persoon, tijdstip en doel. Voor de rechtmatigheids­
audit wordt jaarlijks ongeveer 33% van de gerechtsdeurwaarderskantoren getoetst. Zo blijkt dat in 2014
97,9% van de aanvragen voldoet aan alle normen.
23 Vanwege zijn overheidsfunctie heeft hij reeds de verplichting tot geheimhouding van hetgeen hem uit
hoofde van zijn ambt bekend is. Kamerstukken II 1991/92, 22775, 3, p. 19. De gerechtsdeurwaarder is
daarbij een bestuursorgaan en heeft op grond van art. 2:5 Awb een geheimhoudingsplicht.

ik zal handhaven 21
effectief en efficiënt dan gewenst en nutteloze procedures en kosten worden veroorzaakt. Ook is
de rechtvaardigheid in het gedrang, omdat het recht niet wordt verwezenlijkt. Vorderingen worden
ten onrechte afgeschreven. Naast toegang tot informatie moet het mogelijk zijn om informatie te
gebruiken, opnieuw te gebruiken en deze te delen met andere gerechtsdeurwaarders.24

2.3.4 Vorm als gerechtsdeurwaarder het knooppunt van betrouwbare informatie


Overheden en personen die met openbaar gezag zijn belast, moeten kunnen afgaan op de juistheid
van informatie. De registers waar deze informatie wordt geraadpleegd zijn nu vaak niet actueel.
Ter gelegenheid van de evaluatie van de Handelsregisterwet is door Berenschot al bepleit dat, naast
de periodieke controle op de administratieve juistheid van de gegevens, structureel gecontroleerd
moet gaan worden of die administratieve werkelijkheid ook overeenkomt met de feitelijke werke-
lijkheid.25 Dergelijke controles helpen ter bestrijding en voorkoming van (adres)fraude en andere
criminele activiteiten, maar vinden door gebrek aan middelen niet, althans niet voldoende, plaats.

De gerechtsdeurwaarder heeft nu al een terugmeldplicht als hij constateert dat de gegevens niet
juist meer zijn, maar de opvolging door overheidsinstanties laat te wensen over. Als de gerechts-
deurwaarder meldingen zou kunnen maken in de basisregistraties als hij constateert dat deze
niet actueel zijn, dan wordt hij de overheidsinstantie die controlerend en reinigend werkt voor de
bestaande basisregistraties. De gerechtsdeurwaarder functioneert dan als brug tussen de digitale
en fysieke werkelijkheid.

De KBvG moet de partij zijn die het beheer heeft over de gecentraliseerde informatie over vermogen,
schuld en invordering in Nederland. Al in 1996 werd informatie uit de basisregistratie personen
door de gerechtsdeurwaarder via de KBvG automatisch en digitaal uitgewisseld. Inmiddels zijn
daar tal van registraties en system-to-systemkoppelingen aan toegevoegd en jaarlijks wordt er door
de gerechtsdeurwaarders circa 10 miljoen keer persoonlijke en gevoelige informatie opgevraagd,
geanalyseerd, geregistreerd en verwerkt. Hiermee bewijst de KBvG dat zij de betrouwbare partij
is om grote hoeveelheden informatie veilig, doelmatig en efficiënt uit te wisselen.
Uit kostprijsberekeningen blijkt dat de gerechtsdeurwaarder de partij is die effectief en efficiënt
informatie kan vergaren, registreren en verwerken.26 Zelfs wereldwijd heeft de Nederlandse
gerechtsdeurwaarder een excellente reputatie als het gaat om efficiënte taakvervulling.27

24 CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 46.


25 Kamerstukken II 2012/13, 33562, 1.
26 Uit onderzoek van Kassa blijkt het raadplegen van de BRP bij 5 van de 393 gemeenten gratis is.
Het verschil tussen de goedkoopste en duurste gemeente is € 22,70, de gemiddelde prijs is € 10,00.
‘Prijs uittreksel register per gemeente anders’, Telegraaf 23 mei 2015.
Overigens, de in 2016 door de gerechtsdeurwaarder gehanteerde prijs bedraagt € 1,60.
27 Aldus secretaris-generaal Bernasconi van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht (HCCH)
in ‘De droom van Asser’, de Gerechtsdeurwaarder, 2016-1, p. 16.

22 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


Met de ingebruikname van het digitaal beslagregister heeft de KBvG opnieuw bewezen de betrouw-
bare partij te zijn om automatiseringsprojecten – binnen de gestelde tijd en budget – te realiseren.

2.3.5 Zorg ervoor dat de KBvG een jaarlijkse monitor publiceert met cijfers over
economie, maatschappij en rechtsstaat
De data die door de gerechtsdeurwaarders verzameld en beheerd wordt is uniek en kan – mits
­ontsloten – voor de maatschappij van enorme toegevoegde waarde zijn om inzichten te krijgen in
en analyses te maken van ontwikkelingen op het terrein van schulden, economie en het functioneren
van de rechtstaat. Ook kan de toegevoegde waarde van de gerechtsdeurwaarder aan de hand van
objectieve data worden aangetoond. Ten slotte kunnen media en publiek andere inzichten worden
gegeven gebaseerd op feiten in plaats van aannames.
De KBvG moet deze informatie verzamelen, ontsluiten en beschikbaar stellen voor de wetenschap,
politiek en andere belanghebbenden. Daarbij moet de KBvG een jaarlijkse monitor uitgeven, in
samenwerking met bijvoorbeeld het WODC, de Rekenkamer of het CBS.

2.3.6 Laat de gerechtsdeurwaarder de ogen en oren van de overheid zijn


De gerechtsdeurwaarder kan een belangrijke en effectieve taak vervullen bij het optreden als de ogen
en oren van de overheid. Hij is openbaar ambtenaar, heeft zijn taak op straat en komt als enige in
contact met alle partijen. Zo ziet hij mensen in hun leefomgeving, in alle openheid en zonder masker
en heeft hij informatie die overheidsinstellingen en hulpdiensten niet hebben. Hoewel de gerechts-
deurwaarder geen taak heeft en niet is opgeleid in het oplossen van sociale en psychische misstan-
den, kan de gerechtsdeurwaarder wel een rol spelen in het signaleren van sociale en psychische
misstanden. Dat past bij de maatschappelijke rol van de gerechtsdeurwaarder als poortwachter, die
waakzaam en zorgzaam moet zijn. Vanwege schaalvergroting
en onwetendheid worden misstanden niet altijd juist gemeld. De gerechtsdeurwaarder als
Dit kan worden geïnstitutionaliseerd door het invoeren van knooppunt van betrouwbare
een signalerings- en meldplicht in een in te richten register. informatie over vermogen en het
De meldingen worden doorgezet naar de betreffende gemeente functioneren van de rechtstaat
ter uitvoering van haar taken op grond van de Wilhelminawet.
Als ogen en oren van de overheid kan de gerechtsdeurwaarder ook assisteren door het constateren
van overtredingen en het vastleggen van bewijs. Hij kan de landelijke en regionale overheden
assisteren met handhaving door het constateren van feiten.

ik zal handhaven 23
2.4 Beslag en executie

Juist de wet die bepaalt hoe vermogensbestanddelen kunnen worden beslagen en uitgewonnen, is
sinds de invoering ervan in het begin van de 19e eeuw grotendeels ongewijzigd gebleven. Hierdoor
worden de belangen van verzoekers en verweerders geschaad.

Bij de Belastingdienst zijn de invorderingsmogelijkheden verruimd door de invoering van de


Wet versterking fiscale rechtshandhaving. Het is niet duidelijk waarom alleen de effectiviteit van
tenuitvoerlegging door de fiscus is onderzocht en verbeterd, terwijl de problemen van een gewone
verzoeker niet tegelijk op dezelfde wijze zijn aangepakt. In het kader van de tenuitvoerlegging
­stuiten gerechtsdeurwaarders en belastingdeurwaarders immers op dezelfde problemen.

2.4.1 Moderniseer het beslag- en executierecht


De KBvG ziet het als haar taak om te strijden voor een meer rechtvaardige, effectieve tenuitvoerleg-
ging. Een grondige modernisering van het beslag- en executierecht is daarvoor vereist. Het beslag
moet eenvoudig en de tenuitvoerlegging snel, effectief en efficiënt gebeuren, waarbij de balans blijft
bestaan tussen de rechten van de verweerder en die van de verzoeker. Daarbij pleit de KBvG ervoor
dat de verschillende regelingen in het faillissementsrecht meer op elkaar worden afgestemd en
gelijkgetrokken28, zo ook bij:
• De fiscale invordering
• De uitwinning van zekerheidsrechten
• De uitwinning van de civiele tenuitvoerlegging

2.4.2 Maak executieverkoop ook onderhands en via internet mogelijk


De KBvG onderschrijft het standpunt van de Raad van Europa dat de gerechtsdeurwaarder de
mogelijkheid moet hebben in beslag genomen zaken zowel onderhands als openbaar via internet
te verkopen, indien hij meent dat de verkoopopbrengst hierdoor wordt verhoogd.29 In Canada en
Thailand bijvoorbeeld zijn deze mogelijkheden met succes geïmplementeerd:
• De werkwijze is goedkoper
• Een groter publiek wordt bereikt
• De verkoopopbrengst is hoger

28 Zo vindt bijvoorbeeld de (parate) executie van aandelen door een pandhouder op een volstrekt andere
wijze plaats dan de executie van diezelfde aandelen door een beslaglegger. Dit is niet uit te leggen.
J.D. Vlastuin, ‘Herziening executierecht’.
29 CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 22. Zie ook: G.C. van Daal, ‘Internetveilen; is de wet nog van deze tijd?’,
TvL 2007-16, p. 81.

24 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


De belangen van verzoeker en verweerder worden niet alleen hiermee gediend, maar zijn ook
­gewaarborgd nu de keuzes en de tenuitvoerlegging worden gemaakt door de gerechtsdeurwaarder
die zijn taak overeenkomstig de beroepsdeontologie uitvoert op straffe van tuchtrechtelijke aan-
sprakelijkheid.

2.4.3 Leg beslag op auto’s via het register van de Rijksdienst voor het Wegverkeer
De KBvG pleit voor een aanvulling op het register van de Rijksdienst voor het Wegverkeer. In dit
register moet ook de rechthebbende worden vermeld.30 Op deze manier kan de gerechtsdeurwaarder
via het register beslag leggen. Op die manier kan het beslag meteen een blokkade inhouden voor
overdracht zoals dat nu al gebeurt bij onroerende zaken.

2.4.4 Schep duidelijkheid in gerechtelijke ontruimingen


Duidelijke richtlijnen en landelijke afspraken met gemeenten dragen bij aan een rechtvaardige en
effectieve rechtshandhaving. Stuur aan op wetswijziging om de rol van de gerechtsdeurwaarder
en de gemeente in te kaderen. Tot de wetswijziging gerealiseerd is moeten werkafspraken tussen
de KBvG en de VNG leiden tot uniform beleid. De Commissie Ontruimingen van de KBvG moet een
vervolg krijgen met als opdracht het stellen van taak en norm. Overwogen moet worden de mogelijk-
heid te scheppen de ontruimde inboedel te schenken aan instellingen met een maatschappelijk nut.

2.4.5 Zorg voor een effectieve en efficiënte samenwerking met Justitie


Indien de gerechtsdeurwaarder voor de uitoefening van zijn taak assistentie nodig heeft van
Justitie of andere hulppersonen van de overheid, moet deze assistentie binnen een redelijke periode
worden geboden.
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft meermaals geoordeeld dat het de overheid
is die verantwoordelijk is voor de tenuitvoerlegging. Daarom dient de overheid publieke middelen in
te zetten op verzoek van die autoriteit, wanneer het gaat om tenuitvoerlegging of zijn veiligheid.31

De KBvG heeft oog voor het capaciteitsprobleem van Justitie, maar wijst er tegelijkertijd op dat het
verlenen van assistentie op grond van de wet verplicht is. Zeker bij grote beslagen is het niet altijd
mogelijk deze vooraf in te plannen, zodat assistentie ook urgent kan zijn. Landelijke ­afspraken ­tussen
de KBvG en Justitie over de inzet van politie dragen bij aan effectieve en efficiënte ­samenwerking.

30 Zie ook: CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 41.


31 Zie ook: EHRM 22 juni 2004, 78028/01 en 78030/01 (Pini/Roemenië).

ik zal handhaven 25
2.5 De gerechtsdeurwaarder als tenuitvoerleggingsautoriteit

2.5.1 Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder zich direct kan wenden tot de rechter
De gerechtsdeurwaarder dient als tenuitvoerleggingsautoriteit de regie te hebben over de hele
tenuitvoerlegging. In die gevallen waar aanvullend akkoord van de rechter nodig is, moet de
­gerechtsdeurwaarder de mogelijkheid hebben om zich rechtstreeks tot de rechter te wenden in
alle gevallen die het beslag- en executierecht aangaan en als procesvertegenwoordiger op te treden
in executiegeschillen.32

Hoewel de gerechtsdeurwaarder de bevoegdheid heeft tot het indienen van vele verzoekschriften,33
heeft hij bijvoorbeeld niet de bevoegdheid om het verzoekschrift in te dienen om verlof te krijgen
tot het leggen van conservatoir beslag.34 In de wetsgeschiedenis is geen verklaring te vinden waar­
om deze bevoegdheid ontbreekt. Juist in procedures die tot de competentie van de kanton­rechter
­behoren, worden de meeste beslagverloven verleend.35 In deze procedures heeft de gerechtsdeur-
waarder de bevoegdheid om als procesgemachtigde op te treden. Daarbij is hij degene die de beslagen
legt. Uitsluitend voor het indienen van het verzoekschrift is een advocaat nodig. Deze uitstap
is ­belastend en werkt kostenverhogend. Deze mogelijkheid moet voor de gerechtsdeurwaarder
­worden opengesteld.36

2.5.2 Laat invorderingen centraal geregeld worden


De Europese Commissie en de Wereldbank zijn er voorstander van dat de tenuitvoerlegging van alle
executoriale titels bij uitsluiting van ieder ander aan de gerechtsdeurwaarder wordt toevertrouwd.37
De KBvG zal op dit vlak onderzoek laten verrichten.
Bepaalde overheidsinstanties hebben de bevoegdheid vorderingen vast te stellen, bezwaar te
behandelen, voor hun eigen vorderingen titels te verschaffen en deze titels door eigen medewerkers

32 CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 34.


33 Zie: art. 438a lid 2 Rv voor het verkrijgen van een voorlopige voorziening aangaande de tenuitvoerlegging;
art. 710a Rv voor verlenging van termijnen, art. 2 lid 3 Uitvoeringswet verordening Europese executoriale
titel; of art. 2 lid 2 Uitvoeringswet EU-executieverordening en Verdrag van Lugano.
34 In België biedt art. 1445 van het Gerechtelijk Wetboek de verzoeker het recht om zonder voorafgaand
rechterlijk verlof door een gerechtsdeurwaarder conservatoir derdenbeslag te leggen wanneer zijn aan-
spraken steun vinden in een bepaalde onderhandse akten zoals een schuldbekentenis. Tussen handels­
partijen geldt ook een niet betwiste factuur als voldoende om conservatoir beslag te leggen. Voor de
verweerder is het eenvoudig mogelijk zich tegen een vexatoir beslag te verzetten. De verzoeker die het
beslag louter als pressiemiddel gebruikt, maakt zich schuldig aan misbruik van beslagrecht en kan door
de verweerder worden aangesproken tot schadevergoeding. Zie ook: J. Laenens e.a., Handboek gerechtelijk
recht, Antwerpen: Intersentia 2004, p. 738.
35 M. Meijsen, Ontwikkelingen in het civielrechtelijk conservatoir beslag in Nederland (diss. Utrecht UU),
Deventer: Kluwer 2013, p. 143.
36 Recent werd een scriptie geschreven over het onderwerp. Zie: L. Schenkels, De gerechtsdeurwaarder als
procesvertegenwoordiger bij een verzoek tot conservatoir beslag, (scriptie Hogeschool Arnhem HAN), 2015.
37 CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 33.

26 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


te laten tenuitvoerleggen. Vanuit rechtsstatelijk perspectief is dit onjuist en lijkt het moeilijk
verenigbaar met trias politica en de onafhankelijkheid.

Naast het rechtsstatelijk perspectief van een meer rechtvaardige invordering, is er ook een economisch
perspectief van een meer effectieve en efficiënte invordering. Als de gerechtsdeurwaarder als enige
tenuitvoerleggingsautoriteit belast wordt met de invordering van overheids­vorderingen, kan dit
aanzienlijke maatschappelijke winst opleveren.

2.6 Proces-verbaal van constatering

Kern van een gerechtelijke procedure is de bewijslevering en de discussie over het bewijs. Goede en
effectieve rechtspleging is gebaat bij een snelle en deskundige vastlegging van de feiten in kwestie.
Bewijsrechtelijk dienen de materiële feiten van een bepaalde situatie op nauwkeurige, volledige
en objectieve wijze te worden vastgelegd door een daartoe speciaal met openbaar gezag, kennis en
praktische vaardigheden uitgeruste gerechtsdeurwaarder.
Als dit bewijs onomstotelijk kan worden geleverd, zouden De invordering van executoriale
veel procedures kunnen worden voorkomen en kunnen titels hoort bij uitsluiting van ieder
aanhangige procedures worden bekort. ander bij de gerechtsdeurwaarder

Als in civiele procedures een deel van de bewijslevering door het proces-verbaal geleverd kan
worden, worden de kosten door de procespartijen gedragen en hoeven deze niet te worden gefi-
nancierd uit het griffierecht zodat de veel bekritiseerde verhoging wellicht bijgesteld kan worden.
Daarnaast is het door het efficiënter procesgebruik een lastenverlichting van de rechtspraak. Een
proces-verbaal is soepel, minder kostbaar dan een descente, getuigenverhoor of deskundigenbericht
en opgemaakt door een ­gerechtelijk openbaar ambtenaar die gewend is aan het rechtstreeks contact
met justitiabelen, juridisch ­geschoold is en van nature onafhankelijk en onpartijdig is.

Het proces-verbaal van constatering dient als vastlegging van feiten om in een vroegtijdig stadium
bewijs te conserveren ter voorkoming van geschillen of ter ondersteuning van procedures. De
gerechtsdeurwaarder schetst de feitelijke omstandigheden van een situatie op een bepaald tijdstip,
zonder enig standpunt in te nemen over de oorzaken of de gevolgen. Deze beschrijving is objectief
en onpartijdig en kan op verzoek van de rechter, een partij of beide partijen geschieden.
Het proces-verbaal kan gebruikt worden als vastlegging of bewaring van bewijs, dan wel als
inlichting aan de rechter. Ook kan de gerechtsdeurwaarder in zijn proces-verbaal opnemen het­geen
er door de mensen die hij heeft gesproken is verklaard. Deze verklaringen kunnen worden
afgenomen in het kader van de in de Verenigde Staten gebruikte deposition of in het kader van
bijvoorbeeld een proefaankoop. De beoordeling is enkel aan de rechter voorbehouden maar met
een goede vastlegging zullen partijen vaker eieren voor hun geld kiezen. Van hetgeen hij constateert
maakt de gerechtsdeurwaarder proces-verbaal op.

ik zal handhaven 27
2.6.1 Verstevig de positie van het proces-verbaal van constatering in het bewijsrecht
Door de rechtspraak wordt nu al een bijzondere waarde gehecht aan het proces-verbaal. Het valt
dus in tussen het dwingend bewijs van een authentieke akte en een vrije bewijskracht van een
verklaring opgesteld door een willekeurig persoon. Hoe groot die waarde gaat worden is echter on-
duidelijk en van rechter tot rechter verschillend. Dit zorgt voor rechtsonzekerheid en -­ongelijkheid.
Formeel is het proces-verbaal nu niet meer dan een onderhandse akte,
Van bijzondere waarde terwijl het door de rechtspraak wel als ‘bijzonder’ bewijs wordt gewaar-
naar dwingend bewijs deerd. Het is aan te bevelen dat aan het proces-verbaal van constatering
op ambtseed opgemaakt door de gerechtsdeurwaarder dwingende
­bewijskracht wordt toegekend zoals dat ook geldt voor de andere akten die hij verlijdt. Met verlof
van de voorzieningenrechter zou het daarbij mogelijk moeten zijn om bij weerspannigheid met
toepassing van dwang binnen te treden voor het doen van een constatering.

2.6.2 Waarborg de doelmatigheid en kwaliteit van het proces-verbaal


van constatering door middel van richtlijnen
Op dit moment is er geen wettelijke regeling, nauwelijks jurisprudentie en geen richtlijn rond het
proces-verbaal. In bijvoorbeeld België en Frankrijk bestaan uitgebreide richtlijnen en handboeken
over bijvoorbeeld het vastleggen van digitale communicatie. In Nederland mag het proces-verbaal
van constatering als vrije nevenactiviteit op dit moment nog op weinig aandacht rekenen. Zou het
proces-verbaal een ambtshandeling worden, dan zal het meer worden ingezet waardoor de werk-
wijze in jurisprudentie uit zal kristalliseren. Voor die tijd zal de KBvG in het kader van de goede
beroepsuitoefening leidraden en richtlijnen verstrekken met praktische handvatten over het proces-
verbaal van constatering. Met harmonisering en standaardisering tot gevolg.

2.6.3 Verricht onderzoek naar het maatschappelijk voordeel van


het proces-verbaal van constatering
De KBvG moet blijven inzetten op de versteviging van de positie van het proces-verbaal van consta-
tering en zal daartoe een onderzoek laten verrichten naar het maatschappelijk voordeel ervan.

28 een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


3

De gerechtsdeurwaarder
Inleiding 32
Kernwaarden 32
3.1 Kernwaarden 34
3.1.1 Betrouwbaar en integer 34
3.1.2 Onafhankelijk en onpartijdig 34
3.1.3 Dienstbaar 35
3.1.4 Vakbekwaam 35
3.2 Beleidsthema: kwaliteit, toezicht en tuchtrecht 35
3.2.1 De KBvG moet de beroepsnormering verordenen, verduidelijken
en uitdragen 36
3.2.2 De KBvG moet de gerechtsdeurwaarder faciliteren bij
kwaliteitsverbetering 37
3.2.3 De KBvG moet een duidelijke rol hebben als toezichthouder
en ook zo optreden 39
3.2.4 Tuchtrecht moet bijdragen aan preventie en beroepsnormering 40
3.3 Beleidsthema: kennis, vaardigheden en onderzoek 41
3.3.1 Er moet kritisch gekeken worden naar de toegang tot het ambt
en het opleidingenhuis 41
3.3.2 Er moet aandacht komen voor een leergang ondernemerschap 44
3.3.3 Zorg voor een verbetering van permanente educatie 45
3.3.4 Streef naar wetenschappelijk onderwijs en onderzoek 45
3.4 Beleidsthema: ambtelijke tarieven 46
3.4.1 Zorg voor een nieuw kostprijsonderzoek voor tarieven richting
de verweerder 46
3.4.2 De tariefvrijheid van gerechtsdeurwaarders moet opnieuw
bekeken worden 47
3.5 Beleidsthema: ondernemerschap en perspectief 49
3.5.1 Versterk de nevenactiviteiten voor de gerechtsdeurwaarder 50
3.5.2 Zorg voor de benodigde randvoorwaarden voor de ondernemer-
­gerechtsdeurwaarder 51
3.6 Beleidsthema: internationale samenwerking 52
3.6.1 Geef bekendheid aan de Global Code of Enforcement 52
3.6.2 Zorg voor meer en betere internationale samenwerking 52
3.6.3 Implementeer de internationale standaarden zoals deze
zijn afgesproken 53
3.7 Beleidsthema: digitalisering en innovatie 54
3.7.1 Draag zorg voor de verdere ontwikkeling van het beslagregister 55
3.7.2 Draag zorg voor een innovatieagenda van SNG 55
3.8 Beleidsthema: het gezag van de gerechtsdeurwaarder 56
3.8.1 Zorg ervoor dat men zich niet kan onttrekken aan het gezag van
de gerechtsdeurwaarder 56
3.8.2 Zorg voor herkenbaarheid en voorkom zo agressie en geweld richting
de gerechtsdeurwaarder 57
3.9 Beleidsthema: publiek en politiek debat 58
3.9.1 Werk aan het imago van de gerechtsdeurwaarder 58
3.9.2 Zorg voor marketing en communicatie 58
3.9.3 Geef jaarlijks een monitor uit 58
3.9.4 Zorg voor een goede profilering van het ambt 59
3.9.5 De KBvG behartigt de belangen van de gerechtsdeurwaarder 59
3.9.6 De KBvG moet zich mengen in het politiek debat rond rechtshandhaving 59
3.9.7 De KBvG moet investeren in haar netwerk en dit uitbouwen 60
3.9.8 Iedere gerechtsdeurwaarder is ambassadeur van het ambt 60
Inleiding

De gerechtsdeurwaarder is als openbaar ambtenaar belast met civiele rechtshandhaving en


-bescherming. Met het ambt van gerechtsdeurwaarder zijn grote publieke belangen gemoeid, zoals
rechtsbescherming, rechtszekerheid en de zorgvuldige toepassing van dwang. De aan de gerechts-
deurwaarder toegekende publieke macht leggen een bijzondere verantwoordelijkheid op zijn
schouders. Het onvoorwaardelijke uitgangspunt moet zijn dat de gerechtsdeurwaarder openbaar
ambtenaar is. Een zeer bijzonder soort weliswaar, maar hier moet hij dag en nacht mee bezig zijn.
Als openbaar ambtenaar dient hij het algemeen belang; hij moet onafhankelijk en onpartijdig
op kunnen treden en de maatschappij moet er op kunnen vertrouwen dat de gerechtsdeurwaarder
betrouwbaar en integer omgaat met de aan hem toevertrouwde staatsmacht en zijn ambt nauw­gezet
en met hoge kwaliteit van dienstverlening uitvoert.

De gerechtsdeurwaarder heeft een hoog norm- en plichtbesef, is eervol en vakbekwaam in de uitoefe-


ning van zijn ambt, handelt onpartijdig en onbevooroordeeld. De gerechtsdeurwaarder is vandaag
de dag een interdisciplinair expert: hij zal grondige kennis moeten hebben van zowel het materiële
als het formele recht, zijn processuele bevoegdheden moeten kennen, inzicht hebben in verhaal en
de algemene economische situatie van de schuldenaar, maar bovendien ook interpersoonlijke en
psychologische vaardigheden moeten hebben zoals overredingskracht, onderhandelingsvaardigheden
en troost. De Nederlandse gerechtsdeurwaarder hoort bij de wereldtop van tenuitvoerleggings­
organisaties en heeft wereldwijd een excellente reputatie als het gaat om efficiënte taakvervulling.38
De gerechtsdeurwaarder levert toegevoegde waarde aan de maatschappij. Als zij een week het
werk laten liggen, gaat Nederland failliet. Gerechtsdeurwaarders zijn de stok achter de deur.

Kernwaarden
De kernwaarden van de gerechtsdeurwaarder zijn: betrouwbaar en integer, onafhankelijk en onpar-
tijdig, dienstbaar en vakbekwaam. Uit onderzoek van de KBvG blijkt dat deze kernwaarden door
de beroepsgroep worden onderschreven en gedragen.39 Dat is ook belangrijk nu de gerechtsdeur-
waarder zichzelf telkens opnieuw de beroepsethische vraag moet stellen wat een goed gerechts-
deurwaarder in een concrete casus betaamt. De beroepsethiek en de professionele standaarden
die aan het ambt van gerechtsdeurwaarder verbonden zijn, maken de gerechtsdeurwaarder tot
een goed beroepsbeoefenaar.40

38 Aldus secretaris-generaal Bernasconi van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht (HCCH)
in ‘De droom van Asser’, de Gerechtsdeurwaarder, 2016-1, p. 16.
39 Uit het KBvG Ledenonderzoek 2015 blijkt dat de belangrijkste drie kernwaarden voor het ambt
­betrouwbaarheid (96%), onafhankelijkheid (85%) en rechtvaardigheid (85%) zijn.
40 Kamerstukken II 2009/10, 32123-VI, 64, p. 4.

32 de gerechtsdeurwaarder
Om te blijven werken volgens de kernwaarden, dient aandacht te worden besteed aan
deze kernwaarden en de volgende beleidsthema’s:

• Kernwaarden
• Betrouwbaar en integer
• Onafhankelijk en onpartijdig
• Dienstbaar
• Vakbekwaam
• Beleidsthema: kwaliteit, toezicht en tuchtrecht
• De KBvG moet de beroepsnormering verordenen, verduidelijken en uitdragen
• De KBvG moet de gerechtsdeurwaarder faciliteren bij kwaliteitsverbetering
• De KBvG moet een duidelijke rol hebben als toezichthouder en ook zo optreden
• Tuchtrecht moet bijdragen aan preventie en beroepsnormering
• Beleidsthema: kennis, vaardigheden en onderzoek
• Er moet kritisch gekeken worden naar de toegang tot het ambt en het opleidingenhuis
• Er moet aandacht komen voor een leergang ondernemerschap
• Zorg voor een verbetering van permanente educatie
• Streef naar wetenschappelijk onderwijs en onderzoek
• Beleidsthema: ambtelijke tarieven
• Zorg voor een nieuw kostprijsonderzoek voor tarieven richting de verweerder
• De tariefvrijheid van gerechtsdeurwaarders moet opnieuw bekeken worden
• Beleidsthema: ondernemerschap en perspectief
• Versterk de nevenactiviteiten voor de gerechtsdeurwaarder
• Zorg voor de benodigde randvoorwaarden voor de ondernemer-gerechtsdeurwaarder
• Beleidsthema: internationale samenwerking
• Geef meer bekendheid aan de Global Code of Enforcement
• Zorg voor meer en betere internationale samenwerking
• Implementeer de internationale standaarden zoals deze zijn afgesproken
• Beleidsthema: digitalisering en innovatie
• Draag zorg voor de verdere ontwikkeling van het beslagregister
• Draag zorg voor een innovatieagenda van SNG
• Beleidsthema: het gezag van de gerechtsdeurwaarder
• Zorg ervoor dat men zich niet kan onttrekken aan het gezag van de gerechts­deurwaarder
• Zorg voor herkenbaarheid en voorkom zo agressie en geweld richting de gerechtsdeur-
waarder

ik zal handhaven 33
• Beleidsthema: publiek en politiek debat
• Werk aan het imago van de gerechtsdeurwaarder
• Zorg voor marketing en communicatie
• Geef jaarlijks een monitor uit
• Zorg voor een goede profilering van het ambt
• De KBvG moet de belangen behartigen van de gerechtsdeurwaarder
• De KBvG moet zich mensen in het politiek debat rond rechtshandhaving
• De KBvG moet investeren in haar netwerk en dit uitbouwen
• Iedere gerechtsdeurwaarder is ambassadeur van het ambt

3.1 Kernwaarden

3.1.1 Betrouwbaar en integer


De gerechtsdeurwaarder is betrouwbaar omdat hij handelt in naam van de Staat, volgens strikte
beroepsnormering en deontologie die worden gecontroleerd en gehandhaafd. Hij doet niet alleen
de dingen goed, maar moet ook de goede dingen doen.
Juist de gerechtsdeurwaarder De gerechtsdeurwaarder is integer en werkt correct
moet zich strikt aan regels houden. omdat hij optreedt met openbaar gezag, en daarbij in zijn
Een gerechtsdeurwaarder die dit rechtshandhavende taak rekening houdt met de belangen
niet doet, hoort niet in dit ambt. van alle partijen. Hij zet zijn professionele kennis in voor
iedereen die deze kennis nodig heeft. Juist de gerechts-
deurwaarder moet zich strikt aan regels houden. Een gerechtsdeurwaarder die dit niet doet, hoort
niet in dit ambt. Dit wil niet zeggen dat hij in dat geval als mens niet deugt, maar hij deugt niet als
gerechtsdeurwaarder.

3.1.2 Onafhankelijk en onpartijdig


De gerechtsdeurwaarder dient bij de uitoefening van zijn ambt en verdere werkzaamheden steeds
te staan voor het rechtsstatelijk belang dat hij in het rechtsbestel vertegenwoordigt. De gerechts-
deurwaarder treedt weliswaar op verzoek van zijn opdrachtgever op, maar niet námens zijn
­opdrachtgever, nu hij nadrukkelijk de Staat vertegenwoordigt. De ambtelijke werkzaamheden
van de gerechtsdeurwaarder zijn verweven met de onafhankelijkheid41 en macht42 van de rechte-
lijke macht. De gerechtsdeurwaarder mag zich daarbij niet laten leiden door de mededelingen en
wensen van zijn opdrachtgever die per definitie een partijdig belang heeft. Die onafhankelijkheid43

41 HR 24 april 2009, ECLI:NL:PHR:2009:BH3192 (concl. A-G Wesseling-van Gent), RvdW 2009, 581, NJB 2009, 926.
42 Kamerstukken II 1991/92, 22775, 3, p. 3.
43 Kamerstukken II 2014/15, 34047, 3, p. 25.

34 de gerechtsdeurwaarder
en onpartijdigheid van de gerechtsdeurwaarder dienen niet alleen de pijlers44, maar zelfs absolute
voorwaarden45 te zijn van de ambtsuitoefening.
Om die reden ook moet de gerechtsdeurwaarder ambtenaar-ondernemer zijn, omdat hij alleen
dan onpartijdig kan handelen ten opzichte van de overheid als verzoeker of verweerder.
• Professionele onafhankelijkheid houdt in dat de gerechtsdeurwaarder in het ­publiek belang
handelt en daarbij de partijbelangen van de verzoeker en verweerder zorgvuldig afweegt.
• Economische onafhankelijkheid houdt in dat de gerechtsdeurwaarder voor zijn honorering
niet alleen afhankelijk is van het resultaat van de tenuitvoerlegging.

3.1.3 Dienstbaar
De gerechtsdeurwaarder is dienstbaar aan zijn taak de rechtvaardige en effectieve rechtshand­
having te bevorderen. Het eigen belang van de gerechtsdeurwaarder is ondergeschikt aan het
groter belang dat hij dient. De gerechtsdeurwaarder draagt een groot verantwoordelijkheidsgevoel
voor de rechtsstatelijke waarden en laat dit blijken door partijen – of het nu gaat om verzoekers,
verweerders of derden – op dezelfde manier te assisteren en informeren. Hij verricht zijn ­ministerie
wanneer en waar hem dat wordt verzocht, mits wettig en wettelijk en met inachtneming van de
beroepsdeontologie.

3.1.4 Vakbekwaam
De gerechtsdeurwaarder is vakbekwaam. Hij heeft kennis van zaken en de vaardigheden om deze
kennis in te zetten. De gerechtsdeurwaarder zet volledig in op deskundigheid: dit moet boven iedere
twijfel verheven zijn. Wat de gerechtsdeurwaarder doet, moet goed zijn.
Zijn expertise is actueel en toereikend, zijn vakbekwaamheid vanzelfsprekend. Onderdeel van
zijn vakbekwaamheid is de zorgvuldigheid waarmee de gerechtsdeurwaarder zijn werkprocessen
heeft ingericht en waarmee hij omgaat met de bijzondere bevragingsbevoegdheden die hij heeft
en de persoonsgegevens waar hij verantwoordelijk voor is.

3.2 Beleidsthema: kwaliteit, toezicht en tuchtrecht

De zelfstandige positie van de gerechtsdeurwaarder in het rechtsbestel moet met zich mee blijven
brengen dat de overheid op afstand blijft rond de beroepsnormering en de handhaving van de beroeps-
normen. De KBvG heeft als wettelijke taak het bevorderen van de goede beroepsuitoefening en de
vakbekwaamheid, en is zelfs verantwoordelijk voor het handhaven van de kwaliteit van de dienst­
verlening van de beroepsgroep. Dit past bij haar positie als publiekrechtelijke beroeps­organisatie.46

44 Kamerstukken I 2006/07, 30800-VI en 23706, 73, p. 3.


45 Kamerstukken II 2014/15, 34047, 3, p. 25.
46 Kamerstukken II 2014/15, 34047, 3, p. 7.

ik zal handhaven 35
De zelfregulering bestaat uit verschillende communicerende vaten:
• De toegangseisen tot het ambt en een verplicht lidmaatschap van de beroepsorganisatie;
• De permanente educatie die een garantie moet vormen voor professionele bekwaamheid;
• De beroeps- en gedragsregels met praktische instructies en deontologie die door de KBvG
bij ­verordening worden voorgeschreven;
• Een periodieke audit op het naleven van de beroeps- en gedragsregels;
• De voortdurende vastlegging en controle op rechtmatigheid van het gebruik van gevoelige
­informatie;
• Toezicht en tuchtrecht om het niveau van de beroepsbeoefening, de professionaliteit en
het ethisch besef te bewaken.

3.2.1 De KBvG moet de beroepsnormering verordenen, verduidelijken en uitdragen


Krachtens de Grondwet is een verordende bevoegdheid verleend aan de KBvG als publiekrechtelijke
beroepsorganisatie. De KBvG bepaalt aan de hand van beroeps- en gedragsregels hoe de gerechts-
deurwaarder zijn ambt moet uitoefenen.
Het is belangrijk om te beseffen dat de KBvG (en dus niet de wetgever) bepaalt hoe de gerechts-
deurwaarder zijn ambt moet uitoefenen. De beroepsnormering is in eerste instantie aan de beroeps-
groep zelf opgedragen, door de onafhankelijke positie tegenover de overheid als opdrachtgever
of verweerder. De beroepsnormering moet actief worden gebruikt vanuit de professionele verant-
woordelijkheid van de KBvG voor een betrouwbare rechtspleging.

De KBvG moet op de Voor beroepsnormering moet niet naar de tuchtrechter worden gekeken.
troepen vooruitlopen De KBvG is de wetgever van de gerechtsdeurwaarders, en het is slechts
aan de tuchtrechter om in het uiterste geval te toetsen of de individuele
gerechtsdeurwaarder zich aan de door de KBvG uitgevaardigde beroepsnormering heeft gehouden.
Het is ook in dit opzicht wenselijk dat de KBvG duidelijke beroepsnormen formuleert, zodat het
voor iedereen op voorhand duidelijk is hoe een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder zich
dient te gedragen. Dit verdient nadrukkelijk de voorkeur boven duidelijkheid achteraf via een
­tuchtrechtelijke procedure.47

De KBvG maakt in de toekomst meer en beter gebruik van haar verordende bevoegdheid. Juist
­vanwege haar status als publiekrechtelijke beroepsorganisatie is het haar taak vooruit te lopen
op de troepen en niet af te wachten tot de overheid of de tuchtrechter zich over een onderwerp
heeft uitgelaten.

47 Kamerstukken II 2009/10, 32123-VI, 64, p. 7.

36 de gerechtsdeurwaarder
De verordende bevoegdheid van de KBvG is nadrukkelijk niet beperkt tot de kwaliteit van de
­beroepsuitoefening48 en heeft een groter bereik dan tot op heden aangewend. Zo kan beroeps­
normering invulling geven aan de wet, uiteraard alleen als deze normering de wet niet tegenspreekt.

De beroepsnormering moet deontologie bevatten en zorgen voor duidelijke praktijk­­normen die:


• De gerechtsdeurwaarder houvast bieden;
• Duidelijkheid verschaffen aan verweerders en verzoekers over het handelen van de gerechts-
deurwaarder.

Deze duidelijke normstelling is van belang voor de tuchtrechter die het handelen van de gerechts-
deurwaarder in het uiterste geval toetst aan de beroepsnorm.49

Bij beroepsnormering is het van belang dat deze begrepen en gedragen wordt. Voor een beter begrip
van de uitwerking en het doel van de beroepsnormering moet bij de invoering campagne worden
gevoerd. Ook extern moet de beroepsnormering worden gecommuniceerd, zodat deze bijdraagt
aan het imago van de beroepsgroep. Op internet moet een atlas komen van bestaande beroeps- en
gedragsregels met een korte omschrijving van het beoogde effect en bij nieuwe beroepsnormering
wordt daar actief aandacht voor gevraagd.
De status van beroepsnormering moet duidelijk zijn. De gerechtsdeurwaarder heeft te maken
met diverse wetten, verordeningen, reglementen, bestuursregels, memo’s en notities waarvan de
status verduidelijkt moet worden. Men moet inzetten op een database die zowel intern als extern
voor duidelijkheid zorgt. Daarbij moet beroepsnormering blijvend worden geactualiseerd.

3.2.2 De KBvG moet de gerechtsdeurwaarder faciliteren bij kwaliteitsverbetering


De KBvG was wereldwijd de eerste organisatie van tenuitvoerleggingsautoriteiten die verplichte
nascholing heeft ingevoerd. De KBvG Normen voor Kwaliteit vormen nationaal en internationaal een
unieke zelfopgelegde standaard. Deze standaard heeft de afgelopen jaren voor een indrukwekkende
kwaliteitsverbetering gezorgd en de gerechtsdeurwaarders nemen de beroeps- en gedragsregels
uiterst serieus.50

Hoewel de Nederlandse gerechtsdeurwaarder internationaal in hoog aanzien staat, heeft hij dit
kwaliteitsimago niet onomwonden in eigen land. De KBvG en de gerechtsdeurwaarders ­moeten
daarom nadrukkelijker naar buiten treden. De KBvG-kwaliteits­­­normen bieden een standaard

48 Kamerstukken II 1999/00, 22775, 16, p. 16.


49 Kamerstukken II 2009/10, 32123-VI, 64, p. 4.
50 Uit het KBvG Ledenonderzoek 2015 blijkt dat 97% van de gerechtsdeurwaarders de beroeps- en
­gedragsregels uiterst serieus neemt.

ik zal handhaven 37
­waarmee de Nederlandse gerechts­­­­­­­­­­deurwaarder op het gebied van monitoring and control wereld-
wijd vooroploopt. Toch worden de normen vooral intern uitgelegd. De KBvG-normen zijn vergelijk-
baar met bekende normeringen zoals ISO, maar zijn niet bekend. Hierdoor hebben de normen geen
externe werking en dat is jammer.
De KBvG kan deze normen uitdragen, zodat ze niet alleen bijdragen aan een intrinsieke kwaliteits-
verbetering maar ook aan het imago. Gedacht kan worden aan een certificeringssysteem dat indien
wenselijk in verschillende onderwerpen kan worden afgegeven. Denk bijvoorbeeld aan een door de
KBvG te verstrekken keurmerk of certificaat dat gevoerd mag worden door gerechtsdeurwaarders
die voldoen aan de beroepsnormering. Het is ook mogelijk om aanvullende keurmerken in het leven
te roepen, waardoor specialisatie of excellentie voor het voetlicht wordt gebracht.

Tweejaarlijks wordt het gerechtsdeurwaarderskantoor aan een audit onderworpen. De auditor


moet de mogelijkheid hebben om op bepaalde onderdelen steekproefsgewijs te controleren en
om meer de diepte in te gaan door onderzoek te doen naar door de KBvG te bepalen onderwerpen.
Een audit moet ook mogelijk zijn indien de KBvG het vermoeden heeft dat de beroepsnormering
niet juist wordt toegepast. De auditor moet verplicht worden misstanden aan de toezichthouder
kenbaar te maken.

Naast het uitvaardigen van beroepsnormering kan de KBvG standpunten verkondigen. Het gaat hier
om standpunten over zaken waarbij wetgeving of jurisprudentie niet (voldoende) duidelijk zijn.
Hoe meer de KBvG gezien wordt als een gezaghebbend orgaan, hoe groter de kracht wordt van deze
standpunten. Een standpunt kan op eigen initiatief van het bestuur of de ledenraad worden gegeven,
of op verzoek van een partij. Als een gerechtsdeurwaarder bijvoorbeeld in de praktijk tegen een
probleem aan loopt, kan hij het bestuur verzoeken een standpunt te bepalen.
Dit standpunt kan hem helpen bij zijn beslissing, en kan wet- en regelgeving uitleggen of bijsturen.
Een standpunt is per definitie openbaar en wordt gelijk een vonnis geanonimiseerd gepubliceerd.
Het afgeven van standpunten is een rechtstreekse uitwerking van de taak en het doel van de KBvG
als publiekrechtelijke beroepsorganisatie. Deze taak is nadrukkelijk aan het bestuur voorbehouden.

Kwaliteit wordt ook bevorderd als de KBvG de gerechtsdeurwaarder faciliteert bij zaken die alle leden
aan gaan. Als de gerechtsdeurwaarder wordt geconfronteerd met nieuwe wet- of regelgeving is het de
KBvG die zorg moet dragen voor uitleg en toepasbare uitwerking daarvan. Recente voorbeelden zijn
de Arbocatalogus, risicoinventarisatie en -evaluatie en en de komst van de Wet meldplicht datalekken.
De kwaliteit wordt ook bevorderd en de efficiëntie verbeterd als het de KBvG is die grote publieke en
private organisaties wijst op hun verplichtingen en deze zo nodig juridisch afdwingt als de gerechts-
deurwaarder tegen een muur aanloopt.

38 de gerechtsdeurwaarder
3.2.3 De KBvG moet een duidelijke rol hebben als toezichthouder en ook zo optreden
Toezicht is essentieel in een beroepsgroep waar overheidstaken worden uitgeoefend. De KBvG heeft
als wettelijke taak het bevorderen van de goede beroepsuitoefening, en dient als een gezaghebbend
toezichthouder op te kunnen treden.51 Dit is niet alleen haar bevoegdheid, maar ook haar plicht.
De toezichthoudende taak van de KBvG mag niet worden uitgehold en het ambt van gerechtsdeur-
waarder mag niet worden bemoeilijkt met overlap aan en mogelijk tegenstrijdig toezicht.

Er moet een duidelijke taak zijn voor de KBvG en vooral een duidelijke rolverdeling tussen de KBvG en
het BFT. De wet geeft deze duidelijkheid niet, de memorie van toelichting evenmin.52 Geconstateerd
wordt dat de KBvG en het BFT elk specialisten zijn op hun eigen terrein. Hiervan moet gebruik
worden gemaakt. De toezichthouders moeten een convenant sluiten om effectief toezicht mogelijk
te maken en overlap te voorkomen.
De toezichthoudende taken van de KBvG moeten duidelijker naar voren worden gebracht. Onder
meer door het inrichten van geschilbeslechting tussen gerechtsdeurwaarders onderling, of tussen
gerechtsdeurwaarder en rechtzoekenden.53 Op deze manier krijgt het tuchtrecht de plaats die het
hoort te hebben: als sluitstuk van handhaving. Op deze manier wordt mogelijk het grootste deel
van de bagatelklachten ondervangen.

Indien de KBvG van oordeel is dat een gerechtsdeurwaarder niet overeenkomstig de beroeps- en
­gedragsregels handelt, heeft zij als vervolg op haar toezichthoudende taak niet alleen de mogelijk-
heid, maar zelfs de verplichting om dat handelen in ultimo ter toetsing aan de tuchtrechter voor te
leggen.54 Het is van belang dat dit middel niet wordt geschuwd. Er moet hard worden opgetreden
tegen gerechtsdeurwaarders die het niet zo nauw nemen met de beroeps- en gedragsregels en de
eer en aanzien van het ambt schaden. Het is in het kader van het optimaal functioneren van het
ambt en het imago dan ook goed om stevig op te treden.
Hoe en wanneer de KBvG bestuursklachten indient, wordt vervat in een protocol. In dit protocol
kan bijvoorbeeld worden opgenomen dat de gerechtsdeurwaarder door het bestuur wordt gehoord,
of op verzoek van het bestuur informatie aan moet dragen. Als de gerechtsdeurwaarder niet voldoet
aan het verzoek is dat per definitie klachtwaardig.

51 Noblesse Oblige. Commissie evaluatie Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (­Artikel 85


Gerechtsdeurwaarderswet), 2009, p. 19.
52 De memorie lijkt zelfs tegenstrijdig. Zo staat er: “integraal toezicht dat preventief van aard is, dat ook op
integriteit van de deurwaarder ziet is opgedragen aan BFT.” Maar ook: “het past bij de positie van de KBvG
als PBO dat zij zelf verantwoordelijk is voor het handhaven van kwaliteit waarbij professionele integriteit
van het grootste belang is. Zie: Kamerstukken II 2014/15, 34047, A, p. 5 en 7.
53 Art. 57 Gdw.
54 Hof Amsterdam 24 maart 2015, ECLI:NL:GHAMS:2015:1027, Hof Amsterdam 31 maart 2015,
ECLI:NL:GHAMS:2015:1135. Zie ook Kamerstukken II 2009/10, 32123-VI, 64, p. 6.

ik zal handhaven 39
De gang naar de civiele of tuchtrechter dient echter zoveel als mogelijk te worden voorkomen. Zelf-
reinigend vermogen is een groot goed. De KBvG wint aan autoriteit als ze onafhankelijk, onpartijdig
en deskundig kan beslissen. Een formalisering van de voorzitter van de KBvG als primus inter pares,
vergelijkbaar met de deken voor de advocatuur, moet overwogen worden. Ook zou het bestuur
aan geschilbeslechting kunnen doen. In die zin dat indien gerechtsdeurwaarders het met elkaar
oneens zijn ze verplicht zijn dit geschil aan het bestuur voor te leggen. Ook zou ervoor kunnen
worden ­gekozen om geschillen tussen opdrachtgever en deurwaarders aan de KBvG voor te leggen
voor zover dit geschil ziet op de totstandkoming, inhoud of uitvoering van de overeenkomst of de
­declaratie. Ook de uitspraken van de KBvG zijn geanonimiseerd openbaar.

3.2.4 Tuchtrecht moet bijdragen aan preventie en beroepsnormering


Juist de gerechtsdeurwaarder moet zich strikt aan regels houden. Een gerechtsdeurwaarder die
dit niet doet, hoort niet in dit ambt. Dit wil niet zeggen dat hij in dat geval als mens niet deugt,
maar hij deugt niet als gerechtsdeurwaarder.

Vanuit rechtsstatelijk oogpunt is het goed te verklaren dat maatschappelijke verontwaardiging volgt
wanneer de gerechtsdeurwaarder de regels van zijn ambt heeft overtreden. De gerechtsdeurwaarder
is immers openbaar ambtenaar, met staatsmacht bekleed. Wanneer de gerechtsdeurwaarder de wet,
beroeps- en gedragsregels of deontologie overtreedt, moet hij daarom tuchtrechtelijk worden bestraft.
Civiele en strafrechtelijke aansprakelijkheid kunnen dan ook nog volgen. Dit geldt ook als de over-
treding is begaan buiten de ambtsuitoefening omdat de gerechtsdeurwaarder in al zijn handelen,
zakelijk en privé, aan de deontologie is gebonden.
Het is in het belang van de maatschappij en de beroepsgroep om doortastend op te treden. Het
tuchtrecht moet hard en effectief zijn en men mag niet schuwen het in te zetten, maar wel alleen
wanneer het bedoeld is: als sluitstuk van de handhaving.

Tuchtuitspraken hebben ook een preventieve werking en dragen bij aan de ontwikkeling van
­beroepsnormering. Dit effect wordt alleen bereikt als de tuchtuitspraken openbaar, goed vindbaar
en gerubriceerd worden. De KBvG heeft hierin een taak en
Tuchtrecht moet laagdrempelig moet tuchtuitspraken systematisch publiceren. Daarbij
zijn, maar misbruik moet worden moeten de tuchtuitspraken worden verwerkt in statistieken.
voorkomen Naast de kwaliteitsverbetering die dit ten gevolg heeft,
zullen cijfers opzien baren. De Nederlandse gerechtsdeur-
waarder staat wereldwijd in de top als het gaat om absolute aantallen ingediende tuchtklachten.
Het aantal gegronde klachten is echter zeer beperkt. Conclusie: in Nederland wordt te makkelijk
en te snel geklaagd, waar de gerechtsdeurwaarder zijn taak nauwgezet en conform de beroeps- en
gedragsregels uitvoert.
Het is de taak van de KBvG om haar visie te geven over de uitspraken in het tuchtrecht, maar
ook door actie te ondernemen als uit de tuchtrechtspraak blijkt dat onduidelijkheid bestaat of

40 de gerechtsdeurwaarder
dat jurisprudentie begint af te wijken van het beleid van de KBvG. Dan moeten de regels verbeterd
worden. Hiertoe is het aan te bevelen dat aan de KBvG ook de klaag- en verweerschriften worden
toegezonden. Op deze manier kan de KBvG beter werken aan haar toezichthoudende en kwaliteits-
bewakende taak.

Het tuchtrecht moet laagdrempelig zijn, maar misbruik moet worden voorkomen. Bij de uitoefening
van zijn ambt is de gerechtsdeurwaarder onpartijdig en onafhankelijk, maar zijn optreden is nooit
neutraal. Zijn ambtshandelingen verricht hij op verzoek van zijn opdrachtgever en richten zich per
definitie tegen een ander die hier in vrijwel alle denkbare gevallen op de een of andere wijze door
wordt geraakt. Het is dan ook vanzelfsprekend dat hij doorgaans niet tegemoet kan komen aan alle
wensen van de betrokkenen.55 Geconstateerd wordt dat het tuchtrecht in toenemende mate wordt
misbruikt om civiel effect te sorteren. Dit effect wordt zelf openlijk aan verweerders geadviseerd
omdat een civiele procedure geld kost. Er moet daarom ook onderzocht worden hoe het misbruik
van het tuchtrecht kan worden voorkomen en tegengegaan.

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders is belast met het tuchtrecht. In deze Kamer zitten ook
­gerechtsdeurwaarders die daarmee de taak hebben als specialist te oordelen of een ambtsgenoot
de beroeps- en gedragsregels heeft geschonden en daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft
ge­handeld. Dit is een zeer eerbare aanstelling en het is van groot belang dat deze functie wordt
­vervuld door gerechtsdeurwaarders met een specifiek profiel. Daartoe dient een functieprofiel
opgesteld te worden als toetssteen.

3.3 Beleidsthema: kennis, vaardigheden en onderzoek

3.3.1 Er moet kritisch gekeken worden naar de toegang tot het ambt
en het opleidingenhuis
De aankomende jaren moet de basisopleiding fundamenteel tegen het licht worden gehouden om de
vakbekwaamheid en de positie van de gerechtsdeurwaarder te kunnen verstevigen en garanderen.
Nieuw perspectief is vereist om de discussie die al jaren boven de markt hangt, goed te beslechten.
Voor zowel de beroepsgroep als de maatschappij is het essentieel dat de gerechtsdeurwaarder
alles in huis heeft om zijn belangrijke taak goed uit te kunnen voeren. De basisopleiding die toegang
geeft tot het ambt vervult daarbij een sleutelrol. Naast vakinhoudelijke kennis en hoogstaande
sociale vaardigheden, heeft de gerechtsdeurwaarder een hoog ethisch normbesef nodig. De
studenten die worden toegelaten zijn – juist in een kleine beroepsgroep – de vertegenwoordigers
van het ambt van de toekomst. Een goede kwaliteit van de basisopleiding is een belangrijke voor-
waarde voor een goede beroepsbeoefening en voor de vakbekwaamheid. De KBvG ziet het als

55 Zie ook: Kamerstukken II 1991/92, 22775, 3, p. 12.

ik zal handhaven 41
haar taak toe te zien op de kwaliteit van die opleiding. Om dat op een effectieve en gestructureerde
manier te kunnen doen is het noodzakelijk de relatie tussen de KBvG en het instituut dat gerechtigd
is de basisopleiding te verzorgen te formaliseren.

Digitalisering, automatisering en robotisering hebben een grote invloed op de maatschappij en


de arbeidsmarkt. Er worden studenten opgeleid in vaardigheden die niet meer nodig zullen zijn,
tot beroepen die niet meer zullen bestaan. Ook in het ambt van gerechtsdeurwaarder zijn deze
processen zichtbaar. In de komende jaren zullen vooral de uit­
Het is essentieel dat de voeringstaken door de computer worden overgenomen. Waar de
gerechtsdeurwaarder alles maatschappij blijvend behoefte aan heeft zijn specialisten.
in huis heeft om zijn taak De opleiding tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder levert specia-
goed uit te kunnen voeren listen af op het terrein van beslag- en executierecht. Verdere
specialisatiemogelijkheden moeten onderkend worden in de
beroepsopleiding en de daaropvolgende permanente educatie. De studenten moeten zelf de
keuze kunnen maken in welk specialisme zij zich verder wensen te bekwamen.
Gestreefd wordt naar diversiteit in gerechtsdeurwaarders, zowel hbo-geschoolde gerechtsdeur-
waarders als academici. Deze niveaus vullen elkaar goed aan. Het is belangrijk om te werken aan
een grotere instroom van academici.

De werkzaamheden die door en namens de gerechtsdeurwaarder worden uitgevoerd, zijn divers


en van verschillende niveaus. Dit wordt nu onvoldoende onderkend. Het opleidingenhuis van de
gerechtsdeurwaarder zou kunnen bestaan uit drie niveaus:

1. Het eerste niveau is dat van de ondersteunend of kantoormedewerker. Deze medewerker heeft
een mbo-niveau in juridische of sociale hoek. Een zeer groot deel van het contact dat namens
de gerechtsdeurwaarder met verweerders wordt gevoerd, loopt via deze medewerkers. Deze
medewerkers behandelen de dossiers en maken de concepten van de ambtelijke stukken. De
opleiding van deze medewerkers vindt plaats buiten het zichtveld van de KBvG. Het is aan te
bevelen dat de KBvG een convenant sluit met een mbo om de beroeps- en gedragsregels van de
gerechtsdeurwaarder onderdeel te laten zijn van de opleiding van toekomstige medewerkers.
Deze medewerkers worden aangevuld door juristen op hbo- en wo-niveau.

2. Het tweede niveau is dat van de gerechtsdeurwaarder die zijn werkzaamheden voornamelijk
verricht in de uitoefening van ambtshandelingen op straat. Deze medewerker moet praktische
kennis hebben van zowel het materiële als het formele recht, hij moet zijn processuele bevoegd-
heden kennen, inzicht hebben in verhaal en de algemene economische situatie van de schulde-
naar, maar moet bovendien ook interpersoonlijke en psychologische vaardigheden hebben
zoals overredingskracht, onderhandelingsvaardigheden en troost. Het niveau voor deze
­medewerker is hbo.

42 de gerechtsdeurwaarder
3. Het derde niveau is dat van de juridisch-technische of beleidsmatige gerechtsdeurwaarder. Deze
gerechtsdeurwaarder heeft een academisch niveau. Dit niveau is zeker in de toekomst nodig voor:
• Een technisch, grondig en diepgaand begrip van de wet- en regelgeving;
• Het vertalen daarvan naar de praktijk;
• Het ontwikkelen en uitdragen van strategisch beleid voor zowel de eigen kantoororganisatie
als het ambt.

Dit opleidingenhuis zorgt voor de differentiatie die recht doet aan de verschillende typen gerechts-
deurwaarders en de variëteit aan werkzaamheden die door of namens de gerechtsdeurwaarder
worden uitgevoerd. Tegelijkertijd wordt er gewerkt aan een vergroting van het academisch aandeel.
Een goed ingericht opleidingenhuis bevordert doorstoom: door opleidingen goed op elkaar aan
te laten sluiten kan een medewerker doorstromen naar een volgend niveau. Het opleidingenhuis
bevordert ook uitstroom: door een opleiding op weten-
schappelijk niveau kan de gerechtsdeurwaarder beter De gerechtsdeurwaarder is specialist
uitstromen naar vakgebieden zoals politiek, beleid, in het executie- en beslagrecht
rechtspraak, advocatuur of wetenschap.

Een passende vertegenwoordiging van gerechtsdeurwaarders van academisch niveau is noodzake-


lijk voor het handhaven en verstevigen van de positie en het imago van de gerechtsdeurwaarder,
zowel juridisch als beleidstechnisch. Van de moderne gerechtsdeurwaarder wordt terecht veel
verwacht. Hij is geëvolueerd van gerechtelijk hulppersoon tot specialist in het beslag- en executie-
recht en hiervoor is een wetenschappelijke opleiding vereist. Daarbij zijn de vaardigheden die men
op de universiteit leert nodig om op strategisch niveau aan beleid te werken. Hoewel het nu bijna
onvoorstelbaar is dat de notaris geen meestertitel draagt, is de opleiding tot notaris pas in 1959
onderdeel geworden van de universiteit. Voor de registeraccountant is deze verzwaring pas eind
jaren 60 ingevoerd. In veel ons omringende landen is de basisopleiding om te worden toegelaten tot
het ambt van tenuitvoerleggingsautoriteit van academisch niveau.56 Het is bewezen dat dit bijdraagt
aan het niveau van de tenuitvoerlegging.

Op dit moment is het vereist om de opleiding tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder te doorlopen, on-


afhankelijk van een eventuele vooropleiding. Hoewel het aantal academici binnen de beroepsgroep
verhoogd moet worden, is het met name voor de studenten die reeds een wetenschappelijke opleiding
hebben afgerond niet aantrekkelijk. Het voelt als een stap terug, de studenten krijgen te weinig

56 Noblesse Oblige. Commissie evaluatie Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders


(Artikel 85 Gerechtsdeurwaarderswet), 2009, p. 37. Dit is al het geval in bijv. de volgende landen:
Polen, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Frankrijk, België, Luxemburg, Spanje, Portugal.

ik zal handhaven 43
­vrijstellingen en de opleiding is door de stapelaarsregeling kostbaar. De stapelaarsregeling moet van
de baan en voor academici moet een verdere verkorting van de basisopleiding worden doorgevoerd.

Een andere mogelijkheid om het aandeel academici te vergroten is het toebrengen van differentiatie,
om te worden toegelaten tot het ambt. Er kan een specialisatieopleiding tot gerechtsdeurwaarder
wor­­­­­den ingevoerd. Om toelating te krijgen tot die opleiding moet de student een vooropleiding
­hebben die bestaat uit een relevante afgeronde opleiding op wetenschappelijk of hbo-niveau. Na
deze op­leiding volgt men de specialisatieopleiding en een stage.

3.3.2 Er moet aandacht komen voor een leergang ondernemerschap


De gerechtsdeurwaarder-ondernemer is in de afgelopen jaren ontwikkeld van openbaar ambtenaar
met een zelfstandige praktijk, naar ondernemer-manager op het gebied van rechtshandhaving.
­Complexe en veeleisende wet- en regelgeving, compliance, monitoring and control, tariefafspraken
en het economisch klimaat vergen veel van de gerechtsdeurwaarder-ondernemer.
De beroepsgroep heeft belang bij kansrijke startende ondernemers. Ondersteuning is geboden
voor kennis en vaardigheden die specifiek nodig zijn binnen de branche. Denk bijvoorbeeld aan
de specifieke financiële regelgeving.
De eisen die gesteld worden aan de aspirant-ondernemer zouden onder de loep genomen moeten
worden. De eisen die bijvoorbeeld gesteld worden aan het starten van een solitair kantoor zijn
onvoldoende om daadwerkelijk goede kantoren te waarborgen.

Men moet inzetten op een vergroting van kennis en vaardigheden voor het ondernemerschap voor
gerechtsdeurwaarders. Voor het waarborgen van basiskennis zou een faciliteit geboden moeten
worden zoals een leergang voor starters die voorziet in de kennis en informatie die nodig is voor het
ondernemen in de gerechtsdeurwaarderspraktijk. Overwogen moet worden deze leergang verplicht
te stellen voordat de benoeming tot gerechtsdeurwaarder-ondernemer kan worden aangevraagd.
Ook kunnen de mogelijkheden van een aanvullende opleiding of een MBA voor de aspirant-onder­
nemer een rol spelen.
Ook kan een (kennis)platform worden opgericht waar verschillende partijen zoals de KBvG, het
BFT, de overheid, ervaren ondernemers en kopers en verkopers overnames en startups faciliteren
en begeleiden. Dit platform dient om kennis op te doen, maar kan ook dienen als ontmoetingsplaats
voor vraag en aanbod.

Het ondernemerschap vraagt blijvend aandacht. Voor gerechtsdeurwaarder-ondernemers moeten


in het kader van de permanente educatie opleidingen worden aangeboden op dit vlak. De gerechts-
deurwaarder-ondernemer kan ook verplicht worden aan dergelijke opleidingen deel te nemen, of
periodiek een test af te leggen waarmee de kennis van de branchespecifieke financiële bepalingen
wordt getoetst.

44 de gerechtsdeurwaarder
3.3.3 Zorg voor een verbetering van permanente educatie
Permanente educatie levert een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit van de beroepsgroep en het
onderscheidend vermogen. De KBvG streeft voortdurend een hoge kwaliteitsstandaard van de leden
na, niet alleen op het terrein van executie- en beslagrecht, maar ook op andere rechtsgebieden,
(technologische) ontwikkelingen, beroepsdeontologie en bedrijfsvoering.
Om ook in de toekomst aan de hoge kwaliteitseisen te kunnen blijven voldoen die de maatschappij
terecht stelt aan de gerechtsdeurwaarder, moet de effectiviteit van de permanente educatie worden
verbeterd en het niveau verhoogd. De permanente educatie moet niet alleen toezien op de verplichte
aanwezigheid. Het moet toezien op het verplicht op peil houden, actualiseren en vergroten van
kennis en vaardigheden.

Het niveau van opleiders wordt verbeterd als zij alleen dan PE-punten uit kunnen geven als zowel
de opleider als de opleiding door de KBvG is geaccrediteerd. Verplichte toetsing van de opgedane
kennis draagt bij aan de effectiviteit van de permanente educatie. Deze toetsing kan bestaan uit
een test na afloop van de opleiding, maar ook uit bijvoorbeeld het eens per twee jaar af te leggen
algemeen examen dat gehaald moet worden om te voldoen aan de PE-verplichting zoals we dat in
veel beroepsgroepen zien.
Gedacht kan ook worden aan verplichte cursussen, waarbij een zekere differentiatie van belang
kan zijn. Een verplichte cursus actualiteiten op het gebied van beslag- en executierecht, beroeps- en
gedragsregels en beroepsdeontologie is aan te bevelen. Verder moet onderzocht worden hoe de
permanente educatie bij kan dragen aan goed ondernemerschap en een gezonde branche.

In overleg met opleidingsinstituten met hoog aanzien, kunnen specialisatieopleidingen worden


opgezet zoals bijvoorbeeld de advocatuur de Grotiusopleiding kent. Vergelijk ook de opleiding
geneeskunde die leidt tot basisarts, waarna specialisatie kan volgen. Het behalen van een certifi-
caat van zo’n specialisatieopleiding kan geregistreerd worden zodat het onderscheidend vermogen
vergroot wordt.

3.3.4 Streef naar wetenschappelijk onderwijs en onderzoek


Gestreefd moet worden naar een master beslag- en executierecht aan een van de Nederlandse univer-
siteiten zodat er meer en beter onderzoek wordt gedaan naar dit belangrijke onderdeel van het recht.
Tegelijkertijd moet de KBvG wetenschappelijk onderzoek initiëren in het kader van haar beleids-
doelstellingen, bijvoorbeeld over de staat van de rechtshandhaving en het schuldenvraagstuk.

ik zal handhaven 45
3.4 Beleidsthema: ambtelijke tarieven

Met ingang van 2001 zijn de prijzen voor ambtelijke tarieven richting de opdrachtgever vrijgelaten.
De gedachte van de wetgever was dat dit de productiviteit en kwaliteit zou verbeteren en kosten
konden worden gereduceerd. Deze marktwerkingsgedachte leek voornamelijk als een doel op zich
beschouwd en niet het middel om tot betere dienstverlening te komen.57 Concurrentie zet partijen
weliswaar aan tot grotere inspanning, maar kan schade toebrengen aan onderlinge samenwerking
en algehele kwaliteit. De praktijk heeft uitgewezen
Het is een zorgwekkende dat marktwerking niet in alle gevallen bijdraagt aan
ontwikkeling dat het kostenrisico een positieve ontwikkeling van kwaliteit en kwaliteits-
van rechtshandhaving meer en meer beleving.58 De oorspronkelijk bedoelde efficiëntie- en
bij de gerechtsdeurwaarder ligt verbeterslagen zijn inmiddels gemaakt en de concurren-
tie zit nu voornamelijk op de prijs of de recovery rate.
Daarenboven is geen sprake van een reguliere markt en een gewone dienstverlening59, maar juist
die zaken die essentieel zijn voor publieke belangen. Marktwerking hoort ondergeschikt te zijn aan
rechtsstaat en beroepsdeontologie.

De gerechtsdeurwaarder is belast met de ambtelijke werkzaamheden zoals bedoeld in artikel 2


Gerechtsdeurwaarderswet. De commissie Van der Winkel heeft bij de bepaling van de kostprijs van
ambtshandelingen het uitgangspunt genomen van een integrale kostprijsbenadering, ­inclusief een
– gelet op de aard en omvang van die activiteiten – redelijk te achten opslag voor winst en (onder­
nemers)risico voor de ambtelijke praktijk (die te onderscheiden is van de overige activiteiten, waar­
onder de incasso-praktijk).60 Nevenactiviteiten versterken het ambt en zijn daar onlosmakelijk mee
verbonden, maar dat betekent niet dat daarmee de ambtshandelingen ­gefinancierd moeten worden.

3.4.1 Zorg voor een nieuw kostprijsonderzoek voor tarieven richting de verweerder
Het huidige stelsel van tarieven is in 2001 vastgesteld. Jaarlijks wordt het tarief geïndexeerd aan de
hand van een formule waarin de cao-lonen, de consumentenprijsindex en de arbeidsproductiviteit zijn
betrokken. De gehanteerde kostprijsbepaling en de winstopslag passen echter niet meer bij deze tijd.

Zoals gezegd, bij de vaststelling van de tarieven is op de integrale kostprijs een redelijke opslag
gezet voor winst en (ondernemers)risico. Het ondernemersrisico werd beperkt geacht omdat er

57 Noblesse Oblige. Commissie evaluatie Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders


(Artikel 85 Gerechtsdeurwaarderswet), 2009, p. 19.
58 Zie ook: Justitiële verkenningen: Beroepsethiek en marktwerking, 2005-3.
59 Publieke zaken in de marktsamenleving, Den Haag WRR 2012.
60 Schuldenaarstarieven. Ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders. Advies van de commissie tarieven
­gerechtsdeurwaarders, Den Haag, 2001, p. 17.

46 de gerechtsdeurwaarder
sprake zou zijn van beperkte concurrentie61 en gegarandeerde ontvangsten. Omdat het zou gaan om
promilles van de omzet62 is aangesloten bij de winstopslag die vergelijkbaar is met producten die
vanuit de overheid op de private markt worden afgezet (5%).63 De veronderstelling dat de gerechts-
deurwaarder een beperkt ondernemersrisico heeft is niet juist. Zo blijkt uit het groter wordend
aantal kantoren dat onder verscherpt toezicht is geplaatst of zelfs failleert. De gerechtsdeurwaarder
heeft namelijk een risicovol beroep, door bijvoorbeeld toegenomen agressie en de grote kans op
aansprakelijkheid wanneer en kleine fouten worden gemaakt. De winstopslag is daarnaast volstrekt
onvoldoende voor iedere branche, en dat geldt ook voor de branche van de gerechtsdeurwaarder.
Tegelijkertijd zijn de werkzaamheden van de gerechtsdeurwaarder veranderd. Het aantal werk-
zaamheden dat verricht moet worden rond de ambtshandeling is gestegen. Dit komt door het
invoeren van bevragings- en registratieverplichtingen, maar ook door de complexiteit van de
beslagvrije voet. De kosten voor compliance en overhead zijn gestegen door beroepsnormering,
kwaliteitsnormen en monitoring and control. Maar ook eenvoudige zaken zoals brandstof en porto
zijn gestegen. Hoewel de arbeidsproductiviteit weliswaar is verbeterd door automatisering en
digitalisering zijn deze zaken voor de gerechtsdeurwaarder ook verplicht en vergen zij grote en
voortdurende investeringen die niet terug te verdienen zijn.64 Ook zijn de loonkosten aanzienlijk
meer gestegen dan de indexatie, onder meer door een verhoging van het opleidingsniveau.

Er moet daarom een geheel nieuw kostprijsonderzoek volgen dat leidt tot een nieuw tarievenstelsel
waarbij rekening wordt gehouden met alle gewijzigde omstandigheden. Denk aan het toepassen van
differentiatie van de kostprijs, bijvoorbeeld in verhouding tot de hoogte van de vordering. Of pas
­differentiatie toe wanneer een verweerder niet kan betalen, of er alles aan doet om niet te betalen.

3.4.2 De tariefvrijheid van gerechtsdeurwaarders moet opnieuw bekeken worden


Als de verweerder niet in staat is om de kosten van rechtshandhaving te betalen, moeten deze
­worden gedragen door de verzoeker.65 Dit is nu niet het geval.
Door de druk van de opdrachtgevers, prijsafspraken, lagere vergoedingen, tijdsdruk en standaar­
disering komt de aandacht voor de verweerder onder druk te staan.66 Er is minder aandacht
mogelijk en zaken die niet in het standaardstramien passen vallen buiten de boot. Het is daarbij

61 Analyse kostprijzen ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders (JUSGE-0), 2001, p. 3.


62 Idem.
63 Analyse kostprijzen ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders (JUSGE-0), 2001, p. 39. Ter vergelijking:
de brutomarges binnen de advocatuur liggen tussen de 35% en 40%. Inventarisatie vrije beroepen:
­Advocatuur, 2006, p. 19.
64 Jaarverslag Commissie van deskundigen Gerechtsdeurwaarders 2014, 2015, p. 6.
65 CEPEJ(2009) 11Rev2, nr. 60. Overigens, het basisbeginsel is immers dat de verzoeker kosten moet
maken om te krijgen wat hem toekomt. Deze ‘schade’ wordt verhaald op de schuldenaar, red..
66 I. van den Berg-Smit, Maatschappelijke ontwikkelingen en de gevolgen voor de beroepsuitoefening van
de (kandidaat-) gerechtsdeurwaarder en de opleiding tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder (rapport),
2015, p. 19-20.

ik zal handhaven 47
te beargu­menteren dat de bestaande situatie waarbij de verzoeker geen enkel kostenrisico loopt
bij het inzetten van de macht van de staat, terwijl het de verweerder geld kost zich hiertegen te
verzetten strijdig is met de equality of arms, neergelegd in artikel 6 EVRM, en strijdig kan zijn met
de propor­tionaliteit.

Het is onwenselijk dat gerechtsdeurwaarders in de concurrentiestrijd met beroepsgenoten tarieven


afspreken of financiële arrangementen met opdrachtgevers afspreken die zodanig onder de kostprijs
liggen, dat hierdoor risico’s ontstaan op het punt van de zorgvuldigheid en onafhankelijkheid. Dit
terwijl de gerechtsdeurwaarder juist deze twee zaken bij de ambtsuitoefening in acht dient te nemen,
net als de continuïteit van die ambtsuitoefening.67

De KBvG acht het een zorgwekkende ontwikkeling dat het kostenrisico van rechtshandhaving meer
en meer bij de gerechtsdeurwaarder ligt. De KBvG is van mening dat de huidige condities een on-
aanvaardbare bedreiging vormen voor de kwaliteit van dienstverlening, voor de onafhankelijke en
onpartijdige taak die de gerechtsdeurwaarder in het rechtsbestel heeft en voor zijn integriteit.68
Een ambtshandeling is het inzetten van de macht van de staat. Een eerlijke rechtsbedeling vereist
dat dit zorgvuldig en dus proportioneel gebeurt en dat de opdrachtgever of verzoeker er geen
­verdienmodel aan kan hebben. Ook moeten belangenconflicten worden voorkomen. De KBvG
acht ingrijpen in het kader van de goede beroepsuitoefening en het algemeen belang daarom nood­
zakelijk en moet hier verordenend optreden.
Onderzocht zal moeten worden op welke wijze ruimte kan worden gelaten voor onderhandeling over
de prijs van tarieven en verdeling van het risico. Deze onderhandelingsruimte moet ongelimiteerd
zijn op die onderdelen waar de gerechtsdeurwaarder niet-ambtelijke werkzaamheden verricht. Voor
wat betreft ambtelijke werkzaamheden is voorstelbaar dat de onderhandelingsruimte niet langer
ongeclausuleerd is toegestaan op de prijs van ambtshandelingen. Het uitgangspunt moet zijn dat
de risico’s van rechtshandhaving bij de verzoeker en niet bij de tenuitvoerleggingsautoriteit wordt
neergelegd.69

Dit ingrijpen door de KBvG is gelegitimeerd nu het gaat om noodzakelijk ingrijpen, in het kader
van de beroepsdeontologie. Het ingrijpen gebeurt daarnaast door een orgaan dat door de overheid
is belast met diensten van algemeen belang, en daartoe een bijzondere taak toevertrouwd heeft

67 Kamerstukken II 2014/15, 34047, 6, p. 16.


68 Deze zorgen worden gedeeld door meerdere partijen, zoals het BFT en het WODC. Zie ook Noblesse Oblige.
Commissie evaluatie Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (Artikel 85 Gerechtsdeur-
waarderswet), 2009, p. 64-65. In een rapport wordt door het onderzoeksteam van University Nancy en
the Swiss Institute of comparative law krachtig stelling genomen en gesteld dat zelfs de mogelijkheid
om te onderhandelen over de prijs van ambtshandelingen corruptie in de hand werkt, Enforcement of
court decisions in Europe. European commission for the efficiency of justice (CEPEJ), 2007, p. 36.
69 CEPEJ(2009)11Rev2, nr. 60; art. 5 Global Code of Enforcement

48 de gerechtsdeurwaarder
gekregen. De deurwaarderij is een essentieel onderdeel van de rechtsstaat en de speciale rol van de
gerechtsdeurwaarder in het rechtsbestel kan mededingingbeperkende maatregelen rechtvaardigen.70
Vooral nu het gaat om het waarborgen van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid die de absolute
voorwaarden zijn voor de goede ambtsuitoefening van de gerechtsdeurwaarder.71 De KBvG heeft de
verplichting om verordenend op te treden als deze belangen in gevaar komen.72

Er is bepaald dat de mededinging alleen dan mag worden beperkt indien dit, gelet op de context die
eigen is aan het ambt, noodzakelijk is om belangenconflicten te voorkomen en de volgende zaken
te waarborgen:
• Professionele onafhankelijkheid
• (Vak)bekwaamheid
• Integriteit
• Onpartijdigheid73

3.5 Beleidsthema: ondernemerschap en perspectief

De gerechtsdeurwaarder is onbezoldigd openbaar ambtenaar. Dit maakt hem ondernemer. Dit model
van de gerechtsdeurwaarder als ambtenaar-ondernemer draagt bewezen bij aan de effectiviteit en
efficiëntie van de rechtshandhaving, en om die reden heeft het Nederlands systeem model gestaan
voor de ontwikkeling van de tenuitvoerleggings­autoriteit in vele landen ter wereld.74
Er moet onderzocht worden hoe de negatieve elementen van
liberalisering en marktwerking kunnen worden beperkt, zonder Het is de taak van de KBvG
het ondernemerschap tegen te gaan. om samen met de overheid te
zorgen voor een economisch
Omdat de gerechtsdeurwaarder een staatstaak uitvoert, staat gezonde beroepsgroep
het ambt altijd voor het ondernemerschap. De publieke taak-
uitoefening en de daaraan verbonden waarden en regels moeten doorslaggevend zijn. De aan het
ondernemerschap verbonden waarden, waar de nadruk ligt op winstgevendheid, concurrentie en
het behoud van cliënten, dienen aan dit primaire belang ondergeschikt te zijn. Tegelijkertijd zal de
gerechtsdeurwaarder-ondernemer een voldoende renderend bedrijf moeten kunnen organiseren
om kwalitatieve, onafhankelijke en integere ambtsuitoefening, continuïteit, investeringen en

70 Aanhangsel Handelingen II 2011/12, 2310; Noblesse Oblige. Commissie evaluatie Koninklijke Beroeps­
organisatie van Gerechtsdeurwaarders (Artikel 85 Gerechtsdeurwaarderswet), 2009, p. 19.
71 ABRvS 24 februari 2016, ECLI:NL:RVS:2016:473. Zie ook: HvJ EG 19 februari 2002, C-309/99 (Wouters e.a.).
72 Kamerstukken II 2009/10, 32123-VI, 64, p. 4.
73 Kamerstukken I 2001/02, 22775, 109, p. 3.
74 Het Nederlandse model van de gerechtsdeurwaarder als ambtenaar-ondernemer is in 19 van de 27 lid­­­­­­­­­
staten van de Europese Unie ingevoerd. Dit aantal blijft stijgen en het model vindt ook buiten de Europese
Unie navolging.

ik zal handhaven 49
­werkgelegenheid in de toekomst te kunnen blijven garanderen. Het is dan ook de taak van de KBvG
om bij te dragen aan een economisch gezonde beroepsgroep en daarin de belangen van de gerechts-
deurwaarder te behartigen.

Het Ministerie van Veiligheid en Justitie heeft toegezegd met de KBvG actief de mogelijkheden te
onderzoeken voor innovatie van de beroepsuitoefening en daarbij ook te bezien welke mogelijk­
heden er zijn om de concurrentiekracht van de sector te vergroten, met uiteraard inachtneming van
de eisen ten aanzien van integriteit en kwaliteit en de publieke belangen die met de dienstverlening
in het geding zijn.75 Aan de KBvG de taak om samen met het ministerie opnieuw te zorgen voor
perspectief voor ondernemers met een staatstaak.

3.5.1 Versterk de nevenactiviteiten voor de gerechtsdeurwaarder


De gerechtsdeurwaarder is bij uitsluiting van ieder ander bevoegd tot het verrichten van de bij
of krachtens wet aan hem opgedragen taken. Dit noemt men het domein­monopolie.
Dit domeinmonopolie is ingesteld voor die taken waarbij de gerechtsdeurwaarder gedelegeerde
overheidsmacht toepast en is bedoeld om de kwaliteit ervan te kunnen waarborgen.76 De privileges
zijn dan ook niet toegekend ten behoeve van de beroepsgroep maar in het publiek belang van het
op rechtmatige wijze uitvoeren van een uitbestede overheidstaak.
Nevenactiviteiten zijn
onlosmakelijk met het De gerechtsdeurwaarder is bevoegd om naast zijn primaire taak neven­
ambt verbonden activiteiten te ontplooien zoals het voeren van een incassobureau, het
geven van juridisch advies of het helpen van mensen in een problematische
schuldpositie. Deze nevenactiviteiten zijn met het ambt verweven, zodanig dat zij daar een onlos-
makelijk en essentieel onderdeel van zijn geworden. Nevenactiviteiten zijn noodzakelijk om het
bestaansrecht van de gerechtsdeurwaarder te garanderen. Daarnaast bieden nevenactiviteiten grote
voordelen op onder meer het terrein van innovatie, kruisbestuiving en gezonde bedrijfsvoering.

De Raad voor Europa is voorstander van nevenactiviteiten van de gerechtsdeurwaarder om diens


expertise en vaardigheden breder in te zetten. Zo pleit de Raad voor Europa voor nevenactiviteiten
die verenigbaar zijn met de rol van de gerechtsdeurwaarder in de bescherming van belangen en
rechten van partijen, het verminderen van de werkvoorraad van de rechtbanken of het effectiever
maken van het juridisch proces.77 Meer in het bijzonder heeft de Raad van Europa het over:

75 Nationaal actieplan gereglementeerde beroepen, bijlage bij Kamerstukken II 2014/15, 24036, A, p. 7.


76 Kamerstukken II 2009/10, 32123-VI, nr. 64, p 2.
77 CEPEJ(2009)11REV2, nr. 34.

50 de gerechtsdeurwaarder
• Minnelijke incasso
• Vrijwillige openbare veilingen van roerende en onroerende zaken, naast de notaris
• Vergaren en vastleggen van bewijs
• Griffiewerkzaamheden
• Juridisch advies
• Insolventieprocedures, naast de curator
• Procesvertegenwoordiging, naast de advocaat
• Opstellen en verleiden van privaatrechtelijke akten, naast de notaris
• Doceren

Op dit moment kan de gerechtsdeurwaarder een aantal van deze taken nog niet uitvoeren. De KBvG
is gedreven om ervoor te zorgen dat deze mogelijkheid wordt opengesteld.

De KBvG moet blijven werken aan het uitbreiden van de wettelijke bevoegdheid van de gerechts-
deurwaarder in de taken zoals door de Raad van Europa omschreven. Zodra een nevenactiviteit
in de wet aan de gerechtsdeurwaarder wordt toegekend, valt deze binnen het domein van de KBvG
en treedt zij hier verordenend in op. Bij vrije nevenactiviteiten is dit anders. Het ambt moet altijd
centraal staan. Voorwaarde voor de vervulling van vrije nevenactiviteiten is en blijft dat deze
de goede en onafhankelijke vervulling van het ambt en de eer en het aanzien ervan niet schaden.
De KBvG blijft voor wat betreft beroepsregulering inzake vrije nevenactiviteiten op de achtergrond,
mits er niet gehandeld wordt in strijd met de beroepsdeontologie en de beroeps- en gedragsregels
nu de gerechtsdeurwaarder daar ook bij de uitoefening van niet-ambtelijke taken aan gebonden is.
De KBvG moet ter uitoefening van haar taak wel weten welke nevenactiviteiten door de gerechts-
deurwaarder worden uitgevoerd. De gerechtsdeurwaarder moet hier dan ook opgave van doen.

3.5.2 Zorg voor de benodigde randvoorwaarden voor de


ondernemer-­gerechtsdeurwaarder
De omzet van gerechtsdeurwaarders staat onder druk: in de jaren 2013 tot en met 2015 is de netto-
omzet van de gehele beroepsgroep afgenomen van 414 miljoen naar 390 miljoen naar 366 miljoen.
Er is geen reden om aan te nemen dat deze trend zich in de aankomende jaren niet door zal zetten.
De nettowinst is in diezelfde periode verdampt. Personeelskosten en tariefafspraken zijn daarvan
de grootste oorzaak. Het is de verwachting dat het aantal gerechtsdeurwaarders dat in de financiële
problemen terechtkomt in de aankomende jaren alleen maar zal stijgen.78
Het verdienmodel van de gerechtsdeurwaarder staat ernstig onder druk. Hierdoor is kwaliteit in
gevaar en is er minder ruimte voor maatwerk. Financiële problemen van gerechtsdeurwaarders zijn

78 Jaarverslag Commissie van deskundigen Gerechtsdeurwaarders 2014, 2015, p. 7.

ik zal handhaven 51
zeer schadelijk. Niet alleen voor de gerechtsdeurwaarder en de aan zijn kantoor verbonden mede-
werkers en opdrachtgevers, maar ook voor het vertrouwen dat de maatschappij heeft in het ambt.
Financiële problemen kunnen ook leiden tot ongewenst gedrag. De KBvG en de overheid zijn samen
verantwoordelijk voor het creëren van de noodzakelijke randvoorwaarden en daarmee in feite het
versterken van ondernemersvoorwaarden om de goede vervulling van de taken door de gerechts-
deurwaarder in de rechtsstaat als ondernemer mogelijk te maken.

3.6 Beleidsthema: internationale samenwerking

De wereld wordt steeds kleiner, burgers, bedrijven en instellingen opereren meer en meer zonder
aan de landsgrenzen gebonden te zijn. Het recht en rechtshandhaving is echter nog teveel gevangen
binnen de landsgrenzen, dit moet stoppen, want gerechtigdheid mag niet stoppen bij de grens.

3.6.1 Geef bekendheid aan de Global Code of Enforcement


De KBvG is een van de grondleggers van de Union internationale des huissiers de justice (UIHJ),
deze organisatie is niet alleen uitgegroeid tot de grootste juridische beroepsorganisatie van de wereld,
maar neemt ook deel in de Economische en Sociale Raad van de Verenigde Naties (ECOSOC), de
Commissie voor efficiëntie in justitie van de Raad van Europa (CEPEJ) en is partner van bijvoorbeeld
de Wereldbank en de Haagse Conferentie van Internationaal Privaatrecht (HCCH). De UIHJ neemt
mede daardoor een unieke positie in.
De UIHJ neemt het voortouw op het gebied van beslag- en executierecht. Door de inzet van de
KBvG voor de UIHJ is het Nederlands statuut met daarin de gerechtsdeurwaarder zoals wij die
kennen, ambtenaar-ondernemer, incasso- en procesbevoegd, over de wereld verspreid.
De UIHJ heeft onlangs haar Global Code of Enforcement aan de wereld gepresenteerd. Deze Code
definieert standaarden en principes van een goed systeem van beslag- en executierecht, gebaseerd
op de Rule of Law. De KBvG ziet het als haar taak deze ook in Nederland te promoten.

3.6.2 Zorg voor meer en betere internationale samenwerking


De KBvG zal nog meer dan nu de internationale samenwerking moeten zoeken. Waar de KBvG terecht
veel heeft gedaan aan het ontwikkelen van rechtshandhaving in landen in bijvoorbeeld Oost-Europa
en Afrika, is het nu ook tijd om van deze landen te leren. Nederland dreigt haar positie aan de
wereldtop te verliezen; op het gebied van effectieve en efficiënte tenuitvoerlegging is ons beslag- en
executierecht niet meegegaan met de tijd. Van groot belang is het om de Nederlandse wetgever te
laten zien hoe het elders geregeld is:
• Leer van Estland dat koploper is op het gebruik van E-justice en indrukwekkende systemen
heeft ontwikkeld op het gebied van dataverzameling.
• Leer van Frankrijk waar de deurwaarder de digitale snelweg veilig houdt.
• Leer van Georgië wanneer het gaat om E-auction.

52 de gerechtsdeurwaarder
De KBvG zal zich actief bezig moeten houden met internationale ontwikkelingen en de relevante
ontwikkelingen in Nederland stimuleren.

Het is van belang om te beseffen dat de strijd voor een rechtvaardige en effectieve rechtshandhaving
wereldwijd is en dat overheden en tenuitvoerleggingsautoriteiten van over de wereld dezelfde
uitdagingen hebben en aan vergelijkbare oplossingen werken. Veel beleidsmatige keuzes in Europa
worden gemaakt, maar we kijken te weinig naar buiten. Ook in het buitenland zijn voortrekkers. De
Nederlandse gerechtsdeurwaarder moet goed kijken naar andere voortrekkers en die ontwikkelingen
kritisch beoordelen en mogelijk implementeren in het Nederlandse
systeem. Wij moeten leren van het buitenland en daarom de voor- Onderzoek de stand der
trekkers uit het buitenland uitnodigen. wetenschap over de grens
Tegelijkertijd zal de KBvG de samenwerking moeten zoeken en, waar mogelijk, pas dat
om informatie-uitwisseling tussen tenuitvoerleggingsautoriteiten toe in Nederland
in de verschillende lidstaten te bevorderen. Momenteel kunnen
Nederlandse gerechtsdeurwaarders geen rechtstreekse toegang krijgen tot (niet openbare) registers
in andere lidstaten die wel toegankelijk zijn voor de lokale tenuitvoerleggingsautoriteiten en bestaan
er geen internationale instrumenten om tot informatie-uitwisseling over te gaan. Dit gebrek aan
samenwerking staat volgens de Europese Commissie in schril contrast met de nauwe samen­werking
tussen de Europese tenuitvoerleggingsautoriteiten op het gebied van fiscale vorderingen.79 De G20
en G8 hebben erkend dat het uitwisselen van inlichtingen een belangrijk instrument is tegen grens-
overschrijdende belastingfraude en -ontduiking.80 Ook civiele vorderingen zijn grensoverschrijdend
en er is geen reden de fiscale internationale vordering voor te trekken.

3.6.3 Implementeer de internationale standaarden zoals deze zijn afgesproken


De KBvG heeft – meer dan welke juridische beroepsorganisatie dan ook – directe en hechte contacten
met collega’s en koepels waar ook in de wereld. Toch wordt er nationaal niet altijd aan de KBvG
gedacht als het gaat om internationale rechtshandhaving. De KBvG moet zich ook op dit vlak beter
promoten en de Nederlandse overheid moet de KBvG nadrukkelijk betrekken bij de ontwikkeling
van het internationale speelveld van rechtshandhaving.

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft bepaald dat tenuitvoerlegging een integraal
onderdeel is van het fair trial-beginsel (artikel 6 EVRM). Naar aanleiding van de aanzienlijke toename

79 Op Europees vlak bestaat er bijvoorbeeld de Bijstandsrichtlijn die met ingang van 1 januari 2016 de
uitwisseling van financiële gegevens regelt, de Richtlijn 2014/107/EU. Zie ook: Groenboek Efficiënte
tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen in de Europese Unie: transparantie van het vermogen
van schuldenaars, COM(2008)128, p 9.
80 Kabinet Minister van Financiën en Fiscale Fraudebestrijding. Plan ter Bestrijding van de Fiscale Fraude,
België, 2015, p. 41.

ik zal handhaven 53
van het aantal zaken met betrekking tot falend beslag- en executierecht, heeft de Raad van Europa
besloten dat er op dit onderwerp richtlijnen moesten komen. De aanbevelingen81 over tenuitvoer-
legging zijn in 2003 unaniem aanvaard door het Comité van Ministers van de Raad van Europa, dus
inclusief Nederland. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft ook na 2003 in verschil-
lende uitspraken herhaaldelijk bevestigd dat de problemen bij tenuitvoerlegging niet waren verholpen.
Om die reden heeft de Europese Commissie voor Efficiëntie in Justitie van de Raad van Europa
­(CEPEJ) in 2009 richtlijnen82 uitgevaardigd die eerder gedane aanbevelingen te implementeren.
Ook de Wereldbank ziet het als haar taak zich bezig te houden met het beslag- en executierecht.
Jaarlijks wordt door de Wereld Bank het Global Forum for Justice and Development georganiseerd.
Hierin participeren Rule of Law-experts van over de gehele wereld. De UIHJ heeft de afgelopen twee
jaar tijdens dit Forum aandacht gevraagd voor de door haar ontwikkelde internationale grondbegin­
selen van beslag- en executierecht, de World Code on Enforcement. Daarmee is de rule of law, ook waar
het gaat om tenuitvoerlegging niet slechts een theorie. Het moet immers ook de realiteit zijn. De KBvG
moet de overheid herinneren aan deze standaarden en samenwerken ter implementatie ervan.

3.7 Beleidsthema: digitalisering en innovatie

De wereld digitaliseert. De juridische wereld heeft meer moeite de overstap naar de digitale
­communicatie te maken omdat, anders dan in andere omgevingen, de communicatie zeer sterk
gebonden is door de juridische zekerheid zoals de integriteit van de boodschap, identificatie van
verzender en ontvanger, vertrouwelijkheid en termijnen.

Binnen de juridische wereld loopt de gerechtsdeurwaarder in digitalisering en automatisering


voorop. Al in 1996 konden gerechtsdeurwaarders de basisregistraties digitaal raadplegen en inmid-
dels zijn daar vele uitwisselingen en system-to-systemkoppelingen en innovaties aan toegevoegd.
Uit onderzoek van de KBvG blijkt dat de gerechtsdeurwaarder een verdere digitalisering en innovatie
omarmt mits de noodzakelijke waarborgen gegarandeerd zijn.

De taak van de gerechtsdeurwaarder blijft hetzelfde, de middelen waarmee ze deze taak uitvoert
veranderen. De KBvG wil in de juridische wereld voorop blijven lopen in digitalisering. Dat wil
zeggen dat de KBvG in haar beleid nastreeft de digitale toepassingen te initiëren en optimaal in te
zetten. De KBvG wil en kan ook voor andere partijen zoals de advocatuur en de rechtspraak digitale
ontwikkelingen faciliteren, te beginnen met KEI. Digitale exploten voorzien van een digitale hand­
tekening is daarbij een logisch volgende stap.

81 Recommendation of the Committee of Ministers to member states on enforcement (Rec(2003)17),


­aan­genomen op 9 september 2003.
82 Guidelines for a better implementation of the existing council of Europe’s recommendation on
­enforcement (CEPEJ(2009)11REV2), aangenomen op 9 december 2009.

54 de gerechtsdeurwaarder
3.7.1 Draag zorg voor de verdere ontwikkeling van het beslagregister
De KBvG heeft zich met de ontwikkeling en lancering van het digitaal beslagregister opnieuw
­bewezen en kan vergelijkbare projecten in samenwerking met de overheid en marktpartijen ver-
zorgen. Een verdere ontwikkeling van het beslag­register is noodzakelijk om uiteindelijk de centrale
basisregistratie te worden van alle beslagen in Nederland. Het beslagregister werkt alleen optimaal
als alle andere invorderaars verplicht worden om zich aan te sluiten.

3.7.2 Draag zorg voor een innovatieagenda van SNG


Het beleid van de KBvG is uitgangspunt voor de Stichting Netwerk Gerechts­deurwaarders (SNG).
De missie van SNG is vanuit de KBvG: het beschikbaar maken van privacygevoelige informatie, voor
gerechtsdeurwaarders, partijen in het publieke domein en aanpalende organisaties. Doel hierachter
is om het eerder genoemde digitale knooppunt te worden voor de gegevensverstrekking omtrent
de rechtshandhaving. De KBvG wil hierin de centrale rol spelen vanuit de beschikbare expertise en
de waarborgen die het ambt bieden.
Intrinsieke verbondenheid tussen KBvG en SNG is van essentieel en groot belang en moet nagevolgd
worden. Het innovatieve kwaliteitsimago dat SNG realiseert in de maatschappij, bij ketenpartners
en stakeholders moet uitstralen op de KBvG en de gerechtsdeurwaarder. Het is aan te bevelen dat op
alle uitingen van SNG het logo van de KBvG wordt geplaatst zodat van de intrinsieke verbondenheid
blijk wordt gegeven.
Het is van strategisch belang dat er een goede, structurele en open samenwerking bestaat en
gegarandeerd is. Waar de KBvG het beleid bepaalt, werkt SNG instrumenteel aan dat beleid, aan
een innovatieagenda en de uitvoering daarvan en vervult hiermee een sleutelrol in de veranderende
taken en positie van de gerechtsdeurwaarder van de toekomst.

De KBvG ziet SNG als een communicatieplatform van betekenis in het overheidsdomein. De
­informatie die beschikbaar wordt gemaakt, helpt de deelnemers, de gerechtsdeurwaarders, om
hun werk snel, efficiënt, accuraat en tegen lage kosten uit te voeren. Door excellente bedrijfsvoering
en betrouwbare dienstverlening hebben deelnemers gemak van de diensten van SNG.

Vanuit de vergaande digitalisering zijn door de KBvG de volgende grote thema’s op de ontwik­
kelings- en innovatieagenda van de SNG geplaatst:
• KEI: een langdurig automatiseringstraject van de Rechtspraak, waarbij de KBvG continu
de toegevoegde waarde van de gerechtsdeurwaarder in naar voren brengt en waarbij SNG
voor de technische ontwikkeling en implementatie zorgdraagt.
• E-derdenbeslag: het digitaal leggen van het derdenbeslag.
• Fraudebestrijding: het positioneren en technisch faciliteren van de gerechtsdeurwaarder in
het kader van fraudebestrijding, waarbij de gerechtsdeurwaarder vanuit expertise, ervaring
en het ambt ingezet wordt om fraudesituaties op adressen op te sporen, vast te leggen en
­centraal terug te melden.

ik zal handhaven 55
• Digimelding: is nauw verbonden met fraudebestrijding en ziet op het centraal terugmelden
van issues naar het BPR en NHR.
• DBR 2.0 en verder: in 2015 is het DBR ontwikkeld, waarbij alle derdenbeslagen op periodieke
inkomsten worden geregistreerd. Het DBR zal verder ontwikkeld worden, door meer beslag-
soorten te gaan registreren, mogelijk andere deelnemers dan gerechtsdeurwaarders te laten
aansluiten en het benodigde berichtenverkeer tussen gerechtsdeurwaarders onderling over
beslagen, de registraties en bevragingen optimaliseert. Ook de uitwisselingen met aanpalende
sectoren waaronder de advocatuur moeten geoptimaliseerd worden.
• EAPO: De informatie bevoegdheid in het kader van het Europese bankbeslag, wordt centraal
geregeld en geïmplementeerd door SNG.
• Registers: het beschikbaar maken aan de relevante gegevens uit registers voor gerechtsdeur-
waarders, waaronder registers als huwelijks goederenregister, gedetineerden, bewindvoering,
enzovoort, waarbij er één totaalbeeld wordt gegeven van de gegevens uit deze registers ten
behoeve van de uitvoering van de werkzaamheden van de gerechtsdeurwaarder.

Ook in een juridisch en ambtelijk beroep als dat van de gerechtsdeurwaarder is behoefte aan
­innovatie. Innovatie van gerechtsdeurwaarders wordt weleens argwanend bekeken. Dat moet
afgelopen zijn. De KBvG moet aandacht geven aan innovatie binnen de beroepsgroep. Dit kan zowel
door media-aandacht, verslagen of het invoeren van een innovatieprijs. Hierbij zal de KBvG gebruik­
maken van SNG, maar ook intensief met haar leden gaan samenwerken, zodat de innovatiekracht
van individuele leden inzet kan worden voor de beroepsgroep.

3.8 Beleidsthema: het gezag van de gerechtsdeurwaarder

3.8.1 Zorg ervoor dat men zich niet kan onttrekken aan het gezag van
de gerechtsdeurwaarder
Er moeten werkafspraken komen tussen het Openbaar Ministerie, de politie en de KBvG over de
wijze van het doen van aangifte, en de opvolging die eraan wordt gegeven.

De gerechtsdeurwaarder is bekleed met openbaar gezag. Het enkel bekleden van openbaar gezag
is niet meer voldoende als de aantasting ervan niet effectief wordt aangepakt. Eenieder die de
gerechtsdeurwaarder belemmert in het uitvoeren van zijn ambt of een goed aan een beslag onttrekt,
pleegt een misdrijf. Deze misdrijven zijn geplaatst in titel VIII van het Wetboek van Strafrecht, met
als titel ‘misdrijven tegen het openbaar gezag’. De strafbaarstelling strekt daarmee tot afdwingen
van de eerbiediging van de daad van openbaar gezag, te weten het bevel of het leggen van beslag.83
De strafbaarstelling strekt dus niet ter bescherming van de gerechtsdeurwaarder.

83 Hof ‘s-Hertogenbosch 16 april 2003, ECLI:NL:GHSHE:2003:AF7618.

56 de gerechtsdeurwaarder
Zowel de verweerder als derden zijn verplicht tot medewerking en zijn gehouden opvolging te geven
aan ambtsbevelen van de gerechtsdeurwaarder. In tegenstelling tot een strafrechtelijk beslag, blijft
de beslagene bij een civielrechtelijk beslag over het algemeen de beschikking houden over het besla-
gen goed. Het is hem echter verboden het goed aan het beslag te onttrekken en het overtreden van
dat verbod is een misdrijf. Het gebeurt helaas met grote regelmaat dat de verweerder zich van het
beslag niets aantrekt. Het kost de gerechtsdeurwaarder die aangifte doet zeer veel tijd en vervolging
blijft achterwege of is beperkt. Dit weerhoudt de gerechtsdeurwaarder in de toekomst aangifte te
doen, wat leidt tot verdere erosie van het gezag. De mogelijkheid om dit te voorkomen is het beslagen
goed in gerechtelijke bewaring te nemen. De schade voor verweerder of verzoeker is dan enorm.

3.8.2 Zorg voor herkenbaarheid en voorkom zo agressie en geweld richting


de gerechtsdeurwaarder
Aan de verklaring van een gerechtsdeurwaarder moet dezelfde bewijskracht worden toegekend
als die van een politieagent. Ook de gerechtsdeurwaarder is drager van openbaar gezag en legt
de verklaring op ambtseed af.
Gezag ontstaat mede door herkenbaarheid. Agressie en geweld ontstaan daarentegen door
onbegrip en onwetendheid. Onbegrip moet worden verholpen door in het maatschappelijk debat
duidelijker voor het voetlicht te brengen wat de rol van de gerechtsdeurwaarder en zijn toegevoegde
waarde is.84

Onwetendheid moet worden voorkomen door de gerechtsdeurwaarder herkenbaar op straat te


laten komen. Waar de andere handhavers van het recht geüniformeerd zijn, kan de gerechtsdeur-
waarder zijn hoedanigheid enkel kenbaar maken door het vertoon van zijn legitimatiebewijs. De
gerechtsdeurwaarder treedt in of buiten aanwezigheid van de bewoner binnen in het privédomein,
kijkt door ramen en brievenbussen, breekt sloten open, maakt foto’s en takelt auto’s af. Om het
publiek duidelijk te maken dat hij dit doet met overheidsgezag moet hij ook als zodanig herkenbaar
zijn. Die herkenbaarheid geldt ook voor andere uitingen. Zo worden authentieke aktes waarbij
een bevel wordt gedaan of beslag wordt gelegd geprint op hetzelfde briefpapier als waarmee
de incassotak een waarschuwingsbrief stuurt. Ambtelijke stukken moeten herkenbaar zijn,
­bij­voorbeeld door het invoeren van explootpapier dat slechts het rijkswapen draagt.

84 “The Court considers that such conduct towards bailiffs, who work to ensure the proper administration of
justice and thus represent a vital component to the rule of law, is incompatible with their position as law-
enforcement officers and that action should be taken against those responsible.” Uit EHRM 22 juni 2004,
78028/01 en 78030/01 (Pini/Roemenië), r.o. 183.

ik zal handhaven 57
3.9 Beleidsthema: publiek en politiek debat

3.9.1 Werk aan het imago van de gerechtsdeurwaarder


De afgelopen jaren heeft de KBvG actief aandacht besteed aan schuldenproblematiek en de positie
van de verweerder. Hiermee heeft de KBvG haar maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen.
In de aankomende jaren wordt het belangrijk juist de andere kant daarvan te laten zien: de ­positie
van de schuldeiser. Want wat betekent het onbetaald laten van rekeningen bijvoorbeeld voor
­bedrijven en organisaties?
Door een duidelijke visie te geven op beide posities, kan de meerwaarde van de doelgroep
duidelijk(er) worden aangetoond. Tegelijkertijd heeft dat effect op het imago van de gerechts­
deurwaarder.

3.9.2 Zorg voor marketing en communicatie


De Nederlandse gerechtsdeurwaarder behoort wereldwijd tot de absolute top. Toch wordt er door
de media en de politiek soms argwanend naar de gerechtsdeurwaarder gekeken. De gerechtsdeur­
waarder werkt dagelijks hard aan de strijd voor recht en rechtvaardigheid, maar wordt in het
publieke debat vaak negatief afgeschilderd. Daarom is het van belang om het ‘verhaal’ van de
gerechtsdeurwaarder opnieuw te positioneren en uit te dragen door branding, en daarmee de eer en
het aanzien van het ambt te verdedigen. Branding motiveert de gerechtsdeurwaarder, opent deuren,
draagt bij aan een goede beeldvorming in de publieke opinie en geeft stakeholders een goed gevoel.
Ook de KBvG als instituut zal beter als merk moeten worden gepositioneerd. Deze merken moeten
vervolgens goed worden uitgedragen.

3.9.3 Geef jaarlijks een monitor uit


De gerechtsdeurwaarder heeft alleen bestaansrecht als zij toegevoegde waarde levert aan de maat­
schappij. Deze toegevoegde waarde moet de KBvG blijvend aantonen aan de hand van concrete
voorbeelden en objectieve data. De KBvG moet de bron zijn waar alle gegevens die verband houden
met de beroepsgroep en invordering kunnen worden geraadpleegd. Te vaak wordt de beroepsgroep
met ongefundeerde en niet onderbouwde stellingen om de oren geslagen. De KBvG kan en moet zich
niet alleen wapenen tegen deze kritieken maar moet ook voorop lopen in cijfers, wetenschappelijk
en statistisch onderzoek. Effectief gebruik van de Verordening Gegevensverstrekking is de oplossing.
Zo is de staat van de effectiviteit van de rechtshandhaving en de toegevoegde waarde van de
gerechtsdeurwaarder blijvend te meten en aan te tonen met objectieve en unieke data die we
eenvoudig kunnen ontsluiten, denk aan het aantal vorderingen in behandeling, het percentage
succesvol afgesloten, het bedrag geïnd, het bedrag afgeschreven, de tijdsduur van de tenuitvoer­
legging, de verhouding proces- en executiekosten ten opzichte van de hoofdsom of het aandeel
persoonlijk contact bij een kennisgeving.

58 de gerechtsdeurwaarder
3.9.4 Zorg voor een goede profilering van het ambt
De KBvG treedt op als vertegenwoordiger en spreekbuis van de gerechtsdeurwaarder. Het vertegen-
woordigen van het ambt raakt de reden van het bestaan van de KBvG als publiekrechtelijke beroeps-
organisatie. De KBvG is dan ook nadrukkelijk de eerst en enig aangewezene het ambt van gerechts-
deurwaarder te vertegenwoordigen.

De KBvG moet het belang van de gerechtsdeurwaarder voor de maatschappij uitdragen en


zorgen voor een duidelijke profilering van het ambt. Meer dan ooit tevoren zal de KBvG zaken als
marketing, public relations, lobby en public affairs tot haar takenpakket moeten rekenen. De KBvG
moet zich nadrukkelijker en actiever presenteren en het imago van de gerechtsdeurwaarder
­helder positioneren.
Deze taak moet meer actief worden opgepakt door het uitdragen van de kernwaarden van het
ambt, de maatschappelijke rol en de toegevoegde waarde. Dit houdt ook in dat zowel successen
als misstanden voor het voetlicht moeten worden gebracht en de gerechtsdeurwaarder midden
in de samenleving en het publieke debat moet staan. De KBvG legt daarbij actief verantwoording
af over het functioneren van de beroepsgroep van gerechtsdeurwaarders en haar beleid.

3.9.5 De KBvG behartigt de belangen van de gerechtsdeurwaarder


De KBvG dient het belang van de maatschappij als hoeder van een rechtvaardige, effectieve rechts-
handhaving. Hierbij houdt de KBvG rekening met alle partijen die bij de rechtshandhaving zijn
betrokken. Daarbij moet de KBvG meer dan voorheen ook invloed uitoefenen op het gebied van
modernisering van de rechtshandhaving.

De KBvG dient het belang van de gerechtsdeurwaarder. De gerechtsdeurwaarder kan zijn ambt
immers alleen dan goed uitoefenen als hem voldoende middelen en bevoegdheden ter beschikking
staan. De gerechtsdeurwaarderspraktijk moet daarbij voldoende rendement opleveren voor een
­gezond ondernemersklimaat, en het moet voldoende rendement opleveren om het ambt interessant
te houden voor talenten en aspirant-ondernemers. Indien een van deze randvoorwaarden ontbreekt,
is de kwaliteit van rechtshandhaving in gevaar. De KBvG gaat actiever en openlijker de alarmbel
luiden als de rechtshandhaving in gevaar is, en gaat ook het debat aan wanneer dit nodig is.

3.9.6 De KBvG moet zich mengen in het politiek debat rond rechtshandhaving
De KBvG volgt de ontwikkelingen, taxeert mogelijke gevolgen voor de gerechtsdeurwaarder en antici-
peert hier actief op. Meer dan voorheen zal de KBvG ook zelf het initiatief nemen. De KBvG dient zich
proactiever en kritischer te mengen in het publieke debat rondom rechtshandhaving. Ze dient ook
richting overheid haar gidsrol te bekleden. De KBvG participeert actief in het wetgevingsproces op
een zodanige manier dat de KBvG wordt beschouwd als autoriteit en vooraanstaand gesprekspartner.

ik zal handhaven 59
3.9.7 De KBvG moet investeren in haar netwerk en dit uitbouwen
Uitdagingen moeten samen worden aangepakt, tegen bedreigingen moet verenigd worden opgetreden.
De KBvG moet relaties realiseren en intensiveren met stakeholders om kennis te delen, doelen te
­bereiken, afstemming te zoeken en als het nodig is niet schromen om stevig op te treden. Hierbij
moet gedacht worden aan bijvoorbeeld de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) en de Konink­
lijke ­Notariële Beroepsorganisatie (KNB), de ministeries van Justitie, Sociale Zaken en Economische
Zaken, rechtspraak, koepels en vertegenwoordigers van het mkb, banken, incasso­bedrijven, schuld­
hulp­verlening en bewindvoerders of sociaal advocaten.

3.9.8 Iedere gerechtsdeurwaarder is ambassadeur van het ambt


Een grote ambitie vergt een grote eenheid om de schouders eronder te zetten. Het realiseren van
die eenheid is zowel een taak van de KBvG als van iedere gerechtsdeurwaarder. Samenwerking,
een gemeenschappelijk doel en een gedragen boodschap dragen bij aan de goede uitoefening van
het ambt en haar imago.
Iedere gerechtsdeurwaarder is ambassadeur van het ambt. De beroepsgroep zou meer zelfbewust
mogen zijn en meer ambitie, trots en passie uit mogen stralen. Dit is de verantwoordelijkheid van
de KBvG, maar ook van ieder individueel lid als ambassadeur van het ambt. De beroepsgroep moet
proactief naar buiten treden, waarbij voortdurend de kernwaarden en de toegevoegde waarde van
het ambt voor het voetlicht worden gebracht.

Gerechtsdeurwaarders zijn allemaal openbaar ambtenaar, al dan niet met een eigen onderneming.
Het zwaartepunt moet weer terug naar dat ambt. Er moet bereidheid zijn om kennis met elkaar
te delen. De cultuur van onderling wantrouwen en ego’s moet plaatsmaken voor de overtuiging
dat gerechtsdeurwaarders samen de kwaliteitsnorm en de beroepseer hoog houden. Door samen
te werken aan projecten binnen de beroepsgroep, leden te betrekken en bij te dragen aan de maat-
schappij. Het is de taak van de KBvG om de beroepsgenoten te binden.

Een sterke en gezagvolle PBO is in het belang van beroepsgroep en iedere individuele gerechtsdeur-
waarder. De gerechtsdeurwaarder is de beste ambassadeur van de KBvG en het ambt en mag meer
ambitie en passie uitstralen. Gerechtsdeurwaarders die geloven in de deontologie en de visie die
de KBvG op het ambt heeft en deze visie uitdragen, zullen actievere en betere ambassadeurs zijn
zodat de boodschap van de KBvG verder reikt dan ooit tevoren.
Bij alle leden dient het besef door te dringen dat een verbetering van positionering en imago alleen
bereikt kan worden wanneer zij zich in de visie en het beleid van de KBvG herkennen, dit eigen
maken en zelf gaan uitdragen in ieder contact dat zij hebben.

De gerechtsdeurwaarder dient zich veel kritischer, proactiever en vaker te mengen in het publieke
debat. De gerechtsdeurwaarder geeft inhoud aan zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid en
draagt bij aan het imago als hij zichtbaar aanwezig is om de kernwaarden uit te dragen.

60 de gerechtsdeurwaarder
Duidelijke communicatie met een heldere omschrijving en uitvoering van de gewenste positio­
nering is van belang voor het behouden van draagvlak onder de leden. Leden moeten zich kunnen
identificeren met de beroepsorganisatie en stralen dat uit. Verder is van belang dat duidelijkheid
bestaat ten aanzien van de gekozen koers alsmede de ontwikkelingen, kansen en de bedreigingen
van de beroepsorganisatie. De KBvG vormt de verbindende factor en de daadwerkelijke verbinding
wordt door deurwaarders zelf gerealiseerd.

Uit de voorgaande opsomming blijkt nadrukkelijk de ver- De KBvG vormt de verbindende


bindende rol die de KBvG heeft ten opzichte van haar leden, factor, de daadwerkelijke
maar ook ten opzichte van de leden met de buitenwacht. verbinding wordt door de
De ambitie voor de ont­wikkeling van het ambt is een ander gerechtsdeurwaarders gecreëerd
element, wat nadrukkelijk naar voren komt. Extern wordt de
beroepsgroep door de KBvG vertegenwoordigd. Nu de invulling van de taken die de KBvG vervult voor
de samenleving en haar leden in kaart is gebracht, kunnen de beleidstaken geformuleerd worden.
De gerechtsdeurwaarder wordt opgeroepen actief te werken met en binnen de KBvG aan de toe­­­-
komst van het ambt en een meer rechtvaardige rechtshandhaving. Ieder lid moet zich ervan bewust
zijn dat hij zelf verantwoordelijk is voor het voor het voetlicht brengen wat het ambt inhoudt.
Trots zijn op het ambt en de hoeksteen vormen van die rechtshandhaving. Iedere dag, op straat, in
communicatie, in iedere uiting, kortom: in de dagelijkse praktijk. De gerechtsdeurwaarder behoort
te handelen vanuit het besef dat hij de Staat vertegenwoordigt. Hij heeft een verantwoordingsplicht
naar de maatschappij en moet zich bewust zijn van de impact van zijn woorden en daden. Datzelfde
bewustzijn geldt voor iedere uiting en iedere medewerker. Iedere uiting geschiedt namens het ambt.
Omdat iedere gerechtsdeurwaarder ambassadeur is en het een kleine beroepsgroep betreft,
kan een onhandige uitlating van een enkele gerechtsdeurwaarder de eer en het aanzien van het
ambt schaden. Overwogen kan worden in het kader van de permanente educatie een media- en
commu­nicatietraining aan te bieden.

Gerechtsdeurwaarders horen collegiaal met elkaar om te gaan en in het belang van de beroepsgroep
en de maatschappij te streven naar een onderlinge verhouding die berust op welwillendheid en
vertrouwen. Opgetreden moet worden tegen gerechtsdeurwaarders die onwaardig gedrag vertonen.
Vrijheid van meningsuiting is een grondrecht en een groot goed, maar geldt, zeker voor dragers van
openbaar gezag, niet ongelimiteerd. Als uitingen door de gerechtsdeurwaarder de eer en het aanzien
van het ambt aantasten wordt de beroepsdeontologie overtreden en gedraagt de gerechtsdeur-
waarder zich niet zoals een goed gerechtsdeurwaarder betaamt. Dergelijke zaken kunnen aan de
tuchtrechter worden voorgelegd.

ik zal handhaven 61
4

Koninklijke Beroepsorganisatie van


Gerechtsdeurwaarders
Inleiding 63
4.1 Communicatie 64
4.1.1 Verbeter de interne communicatie 64
4.1.2 Houd een goed onderscheid tussen openbare en vertrouwelijke
informatie 65
4.2 Structuur 65
4.2.1 Het bestuur moet vaker standpunten uitvaardigen 66
4.2.2 Bij de verkiezing van ledenraadsleden moet de inhoud centraal staan 66
4.2.3 Richt de algemene ledenvergadering anders in 67
4.2.4 De rol van het bureau moet onderkend, uitgedragen en gefaciliteerd
worden 68
4.2.5 Stel een Raad van Advies in 68
4.2.6 Richt een jongerenafdeling op 68
4.3 Budget 69
4.3.1 Denk na over alternatieve bronnen van inkomsten 70
Inleiding

De Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders is als publiekrechtelijke beroeps­organi­


satie een openbaar lichaam aan wie krachtens de Grondwet verordende bevoegdheid is verleend. De
KBvG heeft een deel van de overheidstaak opgedragen gekregen en is niet hiërarchisch ondergeschikt
aan een minister. Alle in Nederland gevestigde gerechtsdeurwaarders, toegevoegd gerechtsdeurwaar-
ders, kandidaat-gerechtsdeurwaarders en waarnemend gerechtsdeurwaarders zijn lid van de KBvG.

De algemene wettelijke taakomschrijving van de KBvG is dat zij de goede beroeps­beoefening door
haar leden en hun vakbekwaamheid bevordert. Het is de KBvG vrij gelaten op welke wijze zij aan
de haar opgedragen overheidstaak invulling geeft.
Onder vakbekwaamheid wordt verstaan de kennis en vaardigheden die de gerechtsdeurwaarder
nodig heeft om zijn wettelijke taak goed uit te kunnen voeren, alsmede het doen van onderzoek ter
bevordering van de primaire taak van de KBvG.
De primaire taak de goede beroepsuitoefening te bevorderen is veel ruimer dan de deontologie
of kwaliteit ervan.85 De KBvG heeft tot taak visie te hebben, beleid te maken en dit uit te voeren ter
verwezenlijking van een meer rechtvaardige en effectieve rechtshandhaving met de gerechtsdeur-
waarder als hoeksteen daarvan. Die gerechtsdeurwaarder is betrouwbaar en integer, onafhankelijk
en onpartijdig, dienstbaar en vakbekwaam. De KBvG zal op dit vlak in de toekomst nadrukkelijker
positie kiezen en een initiërende rol aannemen.

Om gezamenlijk te werken aan een rechtvaardig, effectieve rechtshandhaving, zijn de volgende


­aanbevelingen van belang voor de beroepsorganisatie zelf:
• Communicatie
• Verbeter de interne communicatie
• Houd een goed onderscheid tussen openbare en vertrouwelijke communicatie
• Structuur
• Het bestuur moet vaker standpunten uitvaardigen
• Bij de verkiezing van ledenraadsleden moet de inhoud centraal staan
• Richt de algemene ledenvergadering anders in
• De rol van het bureau moet uitgedragen, erkend en gefaciliteerd worden
• Stel een Raad van Advies in
• Richt een jongerenafdeling op
• Budget
• Denk na over alternatieve bronnen van inkomsten

85 Kamerstukken II 1999/00, 22775, 16, p. 16.

ik zal handhaven 63
4.1 Communicatie

4.1.1 Verbeter de interne communicatie


Gerechtsdeurwaarders moeten zich vertegenwoordigd voelen en hun belangen verdedigd zien.
De KBvG doet dit als publiekgerechtelijke beroepsorganisatie en heeft onder andere tot doel:
• Onderling verbinden;
• Leden inspireren, motiveren en betrekken;
• Leden die het ambt geen dienst bewijzen, adresseren en aanpakken;
• Een gidsrol vervullen door onder meer het uiten van een heldere visie, gedragen beleid
en praktisch toepasbare beroepsnormering.

De KBvG is een bron van kennis. Door middel van diverse communicatiemiddelen verschaft de
KBvG informatie over relevante onderwerpen aan haar leden, die van belang zijn voor een adequate
beroepsuitoefening volgens de kwaliteitseisen die de KBvG hanteert. Ook voor specifieke zaken
­kunnen individuele leden bij de KBvG terecht.

De contactmomenten tussen de KBvG en de leden kunnen worden verbeterd en vergroot, bij­


voorbeeld door een paar keer per jaar een actualiteitenbijeenkomst te organiseren over de stand
van de organisatie, tuchtrecht en wetgeving. Ook is het aan te bevelen informele activiteiten en
­ont­moetingen te stimuleren.
Op deze manier weet de gerechtsdeurwaarder waar de KBvG mee bezig is en waarom, en kan
de gerechtsdeurwaarder daarop inspelen. De KBvG moet actief bevorderen dat leden informatie
tot zich kunnen nemen. Dat wil dus zeggen dat overgestapt moet worden van pull naar push. Door
bijvoorbeeld gepubliceerde vergaderstukken en notulen ook via e-mail naar de leden te sturen.

Communicatie is niet alleen zenden. Vanuit de KBvG moet er vaker gevraagd worden om de stand-
punten en de visie van de gerechtsdeurwaarder. Dit kan met raadgevende stemmen tijdens de
algemene ledenvergadering en met polls door het jaar heen. Ook kan dit door het inrichten van
brainstormsessies over bepaalde onderwerpen door het land heen. Als de KBvG haar omgeving
goed aanvoelt maakt zij betere analyses, regeert ze beter en bereikt ze vaker haar doel.

Het bestuur, het bureau en de ledenraad moeten meer gezicht krijgen. Dit kan bijvoorbeeld door
namen en foto’s van de leden op de openbare site te zetten en in contact te treden met leden en
externen, zowel met borrels, activiteiten op het bureau en in het land.

Het aantal leden dat betrokken is bij de KBvG, of actief is binnen haar organen moet worden
­vergroot. Hoewel de KBvG een duidelijke structuur heeft van actief en passief kiesrecht en uit
­onderzoek blijkt dat de gerechtsdeurwaarder de bestuurs- of ledenraadsleden eenvoudig kan

64 koninklijke beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders


­bereiken, blijft een ‘wij en zij-gevoel’ overheersen. Onbegrip en onwetendheid draagt niet bij
aan cohesie. Verbetermogelijkheden zijn bijvoorbeeld:
• Informeer bij de leden om hun specifieke kennis, interesses, vaardigheden en netwerk en
de bereidheid deze voor het collectief in te zetten.
• Richt vaker commissies in met leden van buiten de ledenraad.
• Houd deelname aan en aanwezigheid bij commissies centraal en openbaar.
• Verstrek PE-punten bij actieve betrokkenheid.

4.1.2 Houd een goed onderscheid tussen openbare en vertrouwelijke informatie


Bij de KBvG als publiekrechtelijke beroepsorganisatie hoort openheid en verantwoording naar de
maatschappij en stakeholders zoals we dat van de rijksoverheid gewend zijn. Uitgangspunt moet
zijn dat alle informatie openbaar is, tenzij de informatie als vertrouwelijk wordt bestempeld.
Dat wil dus ook zeggen dat de KBvG zoveel mogelijk stukken op het openbare deel van de website
moet plaatsen. Zowel de algemene ledenvergadering als de ledenraadsvergadering zijn openbaar
voor het algemeen publiek en dit zou dus ook moeten kunnen voor vergaderstukken.

Vertrouwelijke informatie die ter kennis wordt gesteld aan bepaalde leden moet als zodanig worden
behandeld. Het schenden van deze geheimhouding wordt tucht- en strafrechtelijk vervolgd. De geheim-
houdingsplicht voor leden van openbare organen – waaronder het bestuur en de ledenraad van
de KBvG – is immers van zo evident belang, dat de leden ervan verkeren in een andere positie en
in de uitoefening van hun functie geen beroep kunnen doen op de vrijheid van meningsuiting.86

4.2 Structuur

De KBvG is een publiekrechtelijke beroepsorganisatie met een democratische structuur. Om het


­democratisch gehalte recht te doen, betekent het verkozen worden in een positie binnen het bestuur
of de ledenraad in de huidige tijd niet langer een blanco volmacht, maar vereist het een voortdurende
terugkoppeling met de achterban.

De KBvG heeft een rijke traditie van actief meewerkende en meedenkende bestuurs- ledenraads-, en
commissieleden. Dat is een groot goed en zeer belangrijk voor een beroepsorganisatie als de KBvG.
De KBvG moet kunnen bogen op de expertise van de beroepsbeoefenaren zelf en te allen tijde een
beroep op hen kunnen doen. Dat zorgt niet alleen voor vakinhoudelijke expertise, maar ook voor
­betrokkenheid van de leden bij het werk van de KBvG en voor begrip voor de reikwijdte en impact van
het werk van de KBvG. Naast actieve gerechtsdeurwaarders bestaat de KBvG uit een professioneel
bureau dat het fundament vormt.

86 C.A.J.M. Kortmann, Constitutioneel Recht, Deventer: Kluwer 2001, p. 372.

ik zal handhaven 65
4.2.1 Het bestuur moet vaker standpunten uitvaardigen
Het bestuur is belast met de algemene leiding van de KBvG en de uitoefening van haar wettelijke
taken. De KBvG voert een openbare agenda waarop alle activiteiten en afspraken zichtbaar zijn, stelt
een wekelijks verslag op van de werkzaamheden en de ontwikkelingen in het beleid en openbaart
alle stukken en correspondentie tenzij het belang zich daartegen verzet.

Het bestuur moet vaker standpunten uitvaardigen. Bijvoorbeeld over zaken waar wetgeving of
jurisprudentie onvoldoende duidelijk zijn of de verkeerde kant op gaan. Deze standpunten bieden
houvast aan de gerechtsdeurwaarder. Hoe meer de standpunten gezien worden als gezaghebbend,
hoe meer de wetgever en de rechtspraak er rekening mee gaan houden. Een bestuursstandpunt
kan op eigen initiatief of op verzoek van een partij worden verkondigd.

4.2.2 Bij de verkiezing van ledenraadsleden moet de inhoud centraal staan


De ledenraad is de democratisch samengestelde vertegenwoordiging van alle gerechtsdeurwaar-
ders. Ieder lid moet toegevoegde waarde bieden aan de ledenraad. Deze toegevoegde waarde moet
bestaan uit alle aspecten die voor het ambt van belang zijn, zoals technisch-juridisch, klein en groot
ondernemerschap, een jonge kandidaat, marketing, innovatie et cetera. Deze toegevoegde waarde
bestaat ook uit het actief uitdragen van het beleid en de kernwaarden van het ambt.

De KBvG is gedreven ervoor te Voor het goed functioneren van het democratisch recht
zorgen dat iedereen kan vertrouwen moet de (her)verkiezing van ledenraadsleden om de in-
op een rechtvaardige en effectieve houd gaan. Dit is nu niet altijd het geval. Dit kan worden
handhaving van het civiele recht verbeterd door het vooraf toezenden van de cv’s van de
kandidaten, een motivatiebrief en een stemverklaring op
belangrijke onderwerpen. De kandidaten kunnen op een aantal zaken hun visie geven aan de hand
van bulletpoints. Daarbij moet de ledenraad zichtbaar zijn voor de achterban aan wie hij immers
verantwoording schuldig is. De ledenraadsleden moeten om die reden met naam en contactgegevens
op de website van de KBvG vermeld staan. Daarbij kan de zichtbaarheid worden vergroot, bijvoor-
beeld door het actief toezenden van vergaderstukken en notulen aan alle leden en stemuitslagen
en commissiesamenstellingen op naam kenbaar te maken.

Ledenraadsleden hebben een grote verantwoordelijkheid en moeten hun belangrijke taak de aandacht
geven die hij verdient. Juist de ledenraadsleden moeten er eer in vinden de visie van de KBvG en de
kernwaarden van het ambt actief als ambassadeurs uit te dragen, intern en extern. Juist de ledenraads-
leden moeten alles in het werk stellen het belang van de KBvG en de beroepsorganisatie te dienen.
Indien dit niet langer mogelijk is, zal het ledenraadslid zijn functie beschikbaar moeten stellen voor
iemand die dat wel kan. De voorzitter van de ledenraad moet de leden eerder voordragen voor ontslag
indien diegene niet (meer) voldoet aan hetgeen van een ledenraadslid mag worden verwacht.

66 koninklijke beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders


4.2.3 Richt de algemene ledenvergadering anders in
De algemene ledenvergadering is het evenement waar tweemaal per jaar alle leden en belang­
stellenden bij elkaar komen om de stand van zaken van het ambt te bespreken. Ieder lid van
de KBvG heeft actief en passief stemrecht in de algemene ledenvergadering. De algemene leden­
vergadering beraadslaagt en beslist zo nodig over het verslag van de werkzaamheden van het
bestuur, heeft budgetrecht, adviesrecht ten aanzien van vast te stellen verordeningen en kiest
de leden van de ledenraad. Naast deze in de wet geregelde onderwerpen is de algemene ledenver-
gadering het moment om te worden bijgepraat over het reilen en zeilen van de beroepsorganisatie
en de gelegenheid beroepsgenoten te treffen.

De algemene ledenvergadering verliest populariteit en moet anders worden ingericht. Hoewel


er sprake zou moeten zijn van een vergadering, is de algemene ledenvergadering ingericht als een
college. Leden kunnen beter worden betrokken door het vergroten van interactie. Tegelijkertijd
zou de vergadering groter effect sorteren als de leden voortdurend wordt gevraagd om hun mening
en wel door het stemmen op voorstellen en stellingen. Hoewel het uiteindelijk de ledenraad is die
het beleid vaststelt, kan hij de uitslag van de stemmingen gebruiken als advies. Besluit hij anders
dan het advies dan zal hij dit besluit beter moeten motiveren.

Het afleggen van verantwoording door de portefeuillehouders en de verkiezing voor nieuwe leden-
raadsleden nemen vrijwel alle tijd in beslag. Deze onderdelen moeten worden herzien, bijvoorbeeld
door de verantwoording plaats te laten vinden door toezending van het verslag per e-mail. Het
vooraf toesturen van stukken en rapportages bevordert het begrip en activiteit.

Gedacht kan worden aan differentiatie tussen de voor- en najaarsvergadering:


• De voorjaarsvergadering biedt een jaarlijkse presentatie aan gerechtsdeurwaarders, beleids­
makers, ­media en stakeholders over de staat van het ambt, rechtshandhaving en schuld, onder­
bouwd met harde data die verkregen wordt door onder meer het gebruik van de verordening
gegevensverstrekking. De voorjaarsvergadering dient dan vooral ook voor publiciteit en
­netwerken.
• De najaarsvergadering kan meer vakinhoudelijk zijn.

Het is mogelijk om gastsprekers uit te nodigen, een symposium te houden of in deelverband


­brainstormsessies of werkgroepen te houden waarvan opnieuw de uitslag als advies aan de leden-
raad wordt verstrekt. Deelname aan de algemene ledenvergadering kan worden gekoppeld aan
permanente educatie.

ik zal handhaven 67
4.2.4 De rol van het bureau moet onderkend, uitgedragen en gefaciliteerd worden
Het bureau van de KBvG heeft een niet te onderschatten, ondersteunende rol. Daar waar de
­bestuurs- en ledenraadsleden zich naast hun dagelijks werk inzetten voor de KBvG, zijn de mede-
werkers uitsluitend werkzaam voor de KBvG. Het bureau is het staforgaan van de KBvG, wat niet
mag worden verward met een secretariaat. Het bureau onderhoudt contacten, bereidt voor, coör­
dineert, regisseert, creëert, signaleert en adviseert. Maar de belangrijkste rol van het bureau is die
van kwaliteitsbewaking, van het monitoren van de consistentie van beleid en de uitvoering ervan.

De medewerkers van het bureau zetten zich dagelijks in voor het ambt en de beroepsorganisatie,
maar zijn er zelf geen onderdeel van. Van het bureau van de KBvG mag een zekere mate van onaf-
hankelijkheid verwacht worden. Die positie moet gekoesterd worden. Het is van groot belang dat
het bureau stabiliteit kent; zo heeft het bestuur een ervaren en kritische sparringpartner, blijven
contacten en ervaring binnenboord, zo ontstaan er duurzame relaties met stakeholders gebaseerd
op vertrouwen. De rol van het bureau moet onderkend, uitgedragen en gefaciliteerd worden. Het
bureau is de fundering voor koersvast beleid.
De KBvG heeft belang bij een professioneel bureau met voldoende hooggekwalificeerde juristen
en beleidsmedewerkers. Meer dan ooit tevoren is het daarenboven van belang dat de KBvG mede-
werkers in huis heeft gespecialiseerd in communicatie, public relations en public affairs. Daartoe
moet het bureau meer middelen hebben.

4.2.5 Stel een Raad van Advies in


Goede contacten met stakeholders, koepels en invloedrijke personen uit andere disciplines zijn
van groot belang en het is verstandig dit te institutionaliseren. Het is aan te bevelen dat de KBvG
een Raad van Advies instelt. De Raad van Advies wordt breed samengesteld gevormd en bevat geen
gerechtsdeurwaarders. Zo wordt de legitimatie van de KBvG vergroot met externe deskundigen
die een frisse blik werpen op de positie en het functioneren van de beroepsgroep.87 Daarbij moeten
mensen worden aangezocht die beschikken over een relevant netwerk en (bestuurs)ervaring in
bijvoorbeeld politiek, rechtspraak of wetenschap en bereid zijn de kennis en ervaring die zij hebben
belangeloos en onbezoldigd in te zetten ten behoeve van de doelstellingen van de KBvG. Naast het
geven van advies en het kunnen klankborden, dient de Raad van Advies de lobby van de KBvG.

4.2.6 Richt een jongerenafdeling op


Binnen de KBvG wordt niets georganiseerd om jonge leden te betrekken bij de KBvG en haar
­organen. In het samenbrengen van jonge leden zit een waardevolle bijdrage voor de beroepsgroep
en het is aan te bevelen een jongerenafdeling in te richten. Het doel is het vergroten van de band

87 Noblesse Oblige. Commissie evaluatie Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (Artikel 85


Gerechtsdeurwaarderswet), 2009, p. 22.

68 koninklijke beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders


tussen de jonge leden onderling, het vergroten van de verbinding tussen de jonge leden en de KBvG,
het vormen van goede ambassadeurs voor het ambt en de KBvG en talenten vormen en vinden voor
de organen van de KBvG. De jonge leden moeten trots zijn tot het ambt te behoren.

Binnen de jongerenafdeling moeten ook de studenten die nog geen lid zijn worden betrokken, zodat
ze vanaf het moment dat ze hebben gekozen om gerechtsdeurwaarder te willen worden betrokken
worden bij de KBvG en haar beleid. Vanaf het moment van de beëdiging tot stagiair is iemand lid
van de KBvG en dit moet ook worden ervaren als het onderdeel worden van de familie van gerechts-
deurwaarders. Zo kunnen deze leden worden verwelkomd op het bureau voor een kennismaking
en het ontvangen van een welkomstpakket. En een borrel.

4.3 Budget

Op dit moment heeft de KBvG – buiten de heffing die zij aan de leden oplegt – geen bronnen
van inkomsten. Deze bronnen zal zij wel moeten vinden om haar taak naar behoren uit te kunnen
blijven voeren.

De KBvG is wettelijk verplicht alle kosten die uit de uitvoering van de haar bij de wet opgedragen
taken voortvloeit zelf te dragen. Om deze kosten te dekken legt zij een heffing op aan alle leden.
Dit model is niet houdbaar:
• In de eerste plaats wordt van de KBvG meer verwacht dan voorheen.
• In de tweede plaats neemt het aantal leden af.88

De twee zusterorganisaties (NOvA en KNB) hebben door het veel groter aantal leden een veel groter
budget ter beschikking. Voor slechts een klein deel van de werkzaamheden die de de juridische
­beroepsorganisaties uitvoeren is sprake van variabele kosten afhankelijk van het aantal leden.
De rest van de werkzaamheden vergt een bepaald budget onafhankelijk van het aantal leden
(850 leden (KBvG) of 17.000 leden (NOvA)). Het is in feite niet reëel dat de volledige publieke
bijdrage die de KBvG levert wordt ­gedragen door een kleine beroepsgroep.
De KBvG zal de overheid moeten verzoeken een deel van de lasten te vergoeden die veroorzaakt
worden door de niet bij de wet aan de KBvG opgedragen taken, zoals het doen van onderzoeken die
een bijdrage leveren aan een meer rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving. Het is ook vanzelf-
sprekend dat de overheid een bijdrage levert aangezien het gaat om de uitvoering, het toezicht en
de regelgeving van een staatstaak.

88 In 2013 telde de KBvG 962 leden. In 2016 (medio juli) zijn dit er 858. Het ledenaantal zal in de
­aan­komende jaren naar verwachting verder afnemen.

ik zal handhaven 69
4.3.1 Denk na over alternatieve bronnen van inkomsten
Voor zowel de wettelijke als buitenwettelijke taken moet de KBvG daarnaast aanvullende bronnen
van inkomsten vinden. Een paar mogelijkheden ter verkenning:
• Onderzoek financieren door publieke of private partijen
• Onderzoek uitbesteden aan de wetenschap in ruil voor gebruik van de data van de KBvG
• Een toeslag of registratiebijdrage op ieder exploot welk bedrag via de algemene middelen
van de KBvG wordt aangewend voor kwaliteitsverbetering van de rechtshandhaving
• Verkoop of verhuur van data van de KBvG
• Subsidie
• KBvG als inkooporganisatie van producten of diensten voor de beroepsgroep, waardoor zij
marge ontvangt en voor de hele beroepsgroep door schaalvoordeel korting realiseert
• Aanwenden stabiele inkomstenstroom SNG in het kader van de doelstellingen van de KBvG
en ter uitvoering van haar beleid.

70 koninklijke beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders


Nawoord

U heeft een beleidsplan gelezen waaruit visie en ambitie blijkt. Een plan dat noodzakelijk is voor
de toekomst, om de kernwaarden en visie van de gerechtsdeurwaarder én de KBvG helder voor
ogen te hebben.

Sinds de KBvG in 2001 werd ingesteld is de branche behoorlijk veranderd. De Gerechts­deur­waar­


derswet gaf duidelijke taken voor de KBvG mee: de bevordering van een goede beroepsuitoefening
door de leden en van hun vakbekwaamheid.89 Sindsdien zijn er diverse beleidsrapporten geschreven,
zoals Noblesse Oblige, worden preadviezen omgezet in wetgeving, is de Gerechtsdeurwaarderswet
gewijzigd en zien meer en meer initiatieven, zoals het beslagregister, het levenslicht.

De ontwikkelingen in de maatschappij en ons ambt volgen elkaar razendsnel op en zullen ons vak
fors veranderen. Zonder plan de toekomst in, zal zonder twijfel leiden tot het missen van kansen
op de taakgebieden van de KBvG, zoals hierboven beschreven. Een gedegen beleidsvisie voorkomt
ad-hocbeleid en biedt niet alleen de KBvG maar ook de individuele gerechtsdeurwaarder handvatten
in het dagelijks werk bij het bouwen aan de toekomst.

Dit beleidsplan is opgesteld door noeste arbeid van de commissie Meerjarenbeleid. De commissie
is tijdens de ledenraadsvergadering van 18 december 2014 in het leven geroepen. In anderhalf
jaar tijd heeft de commissie met plezier en ambitie, kritisch en realistisch de stand van de rechts­
hand­having, de gerechtsdeurwaarder en de KBvG onderzocht en tegen het licht gehouden.
Met een vooruitstrevende blik op de toekomst én realiteitszin is gewerkt aan een plan met visie
en perspectief.

89 Art. 57 Gdw.

ik zal handhaven 71
De samenstelling van de commissie Meerjarenbeleid was als volgt:
• mr. S.J.W. (Sjef) van der Putten, toegevoegd gerechtsdeurwaarder en lid van de ledenraad
(schrijver)
• A.Ch. (Arjan) Boiten, gerechtsdeurwaarder in Den Haag en voorzitter van de ledenraad (voorzitter)
• drs. M.D. (Michaël) Brouwer MSc, gerechtsdeurwaarder in Leeuwarden en lid van de ledenraad
• M.A. (Rinus) van Etten (vanaf 1 oktober 2015), gerechtsdeurwaarder in Rotterdam en lid van
het bestuur
• A.A.P. (Anton) Maas, gerechtsdeurwaarder in Breda
• M.R. (Michael) Swier, gerechtsdeurwaarder in Amsterdam en lid van de ledenraad
• mw. mr. S.N. (Saskia) Peijnenburg, tot 31 december 2015 lid van de KBvG en deze commissie,
thans werkzaam als advocaat in Amsterdam
• mw. N. (Nienke) van Bockhooven, tot 1 oktober 2015 lid van het bestuur en deze commissie

De commissie is in de eerste plaats dank verschuldigd aan alle leden van de KBvG, die in groten
getale hun medewerking hebben verleend aan het KBvG Ledenonderzoek 2015 en hun stem hebben
laten horen. Daarnaast wil zij het bijzonder haar dank betuigen aan de volgende personen, die als
autoriteit op hun vakgebied hebben bijgedragen aan de inhoud van dit rapport:

• mr. dr. C. van den Berg-Smit, hoofddocent Hogeschool Utrecht


• W.W.M. van de Donk, voorzitter KBvG
• mr. M.L. van Genderen, jurist Bureau KBvG
• drs. H.J. van Gerven MBA, partner Aqturion
• mr. T.R.B. de Greve, advocaat partner Stibbe
• drs. M. Jansma MBA, docent ondernemerschap Hogeschool Utrecht
• prof. mr. A.W. Jongbloed, hoogleraar executie- en beslagrecht Universiteit Utrecht
• dr. H. Kaptein, rechtsfilosoof en hoofddocent Universiteit Leiden
• D. Klok, directeur operations Lindorff
• mr. L.C.J. Netten, oud-president Union Internationale des Huissiers de Justice
• M. de Niet, gerechtsdeurwaarder in Tiel
• mr. H.A. Stein, advocaat-partner Van Clooth, auteur diverse handboeken beslag- en executierecht
• mr. D. Storme, directeur SAM-TES kenniscentrum voor gerechtsdeurwaarders in België
• E. Vilippus LLM MSc, lid Council Permanent de Union Internationale des Huissiers de Justice
• mr. K.M. Weisfelt, directeur Bureau KBvG
• mr. J.M. Wisseborn, oud-voorzitter KBvG

72 nawoord
Bijlage

Global Code of Enforcement

Union Internationale des Huissiers de Justice (UIHJ), 2015

Part 1 – Fundamental principles

Article 1: Fundamental right to enforcement


Every creditor who is the holder of an enforceable title, whether judicial or extra-judicial, has
the right to effective access to its enforcement in respect of his defaulting debtor, subject to the
conditions provided for by the law and without prejudice to the reserve of those immunities
from enforcement provided for in national and international law.
This right is granted without discrimination and regardless of the amount of the claim.

Article 2: The debtor is answerable for his debts on all his goods
The debtor is answerable for his debts on all his goods wherever these are to be found.
National laws can require the debtor to declare the extent of his estate. They must provide for
the applicable sanctions.
The debtor who deliberately organizes his insolvency makes himself liable.

Article 3: Enforceable titles


Are enforceable titles, all court decisions with power of enforceability as well as those documents
to which the law grants the power of enforceability, in particular, authentic instruments, arbitral
decisions, and judicial transactions.

Article 4: The immediately enforceable nature


The beneficiary of an enforceable judgment shall not be required to have recourse to other legal
procedures to obtain enforcement.

Article 5: Costs of enforcement


The costs of enforcement are payable by the debtor, but the creditor must pay them in advance,
except in those cases provided for by the law (in particular for the payment of maintenance).
In the event of the insolvency of the debtor, the costs are borne by the creditor.

ik zal handhaven 73
Should the judge decide that the creditor has abused his power to seek enforcement, he may direct
the creditor to pay the costs of enforcement and to compensate the loss sustained by the debtor.
States must ensure that these enforcement costs are fixed, predictable, transparent and reasonable.
They must make certain that these enforcement costs are fixed, predictable, transparent and
reasonable.

Article 6: Speed of enforcement


States must ensure that all creditors have equal access to enforcement measures by providing
judicial assistance.

Article 7: Legal hours


Enforcement may not take place outside the legal hours determined in accordance with the national
law of the State of enforcement.

Article 8: Service of the enforceable title and acts of enforcement


Every measure of enforcement must on pain of nullity be preceded by the service or notification of
the enforceable title on the debtor in accordance with the procedures provided for by national law.
Every act of enforcement must be brought to the attention of the debtor.

Article 9: Access to information


States must make provision that all relevant bodies, both public and private, shall disclose as
quickly as possible to the professionals instructed with enforcement all information that they
hold about the domicile, registered office or principal place of business of the debtor, as well as
about the elements constituting its assets. These bodies may not withhold information by invoking
professional confidentiality.

Article 10: Alternative or participatory enforcement


States must ensure that the professional instructed with the enforcement has the option of adopting
a consensual enforcement procedure at the request of the debtor.
In order to adapt the enforcement to the situation of the creditor and the debtor, states must allow
the active participation of the parties to the enforcement.

Article 11: Reestablishment of the debtor


When it is necessary for the reestablishment of the debtor, the states shall introduce procedures
that make it possible to settle the liabilities of the debtor.

Article 12: Use of new technologies


Acts of enforcement may be carried out using all forms of support, including non-material ones,
subject to the precautions provided for by the national law of the state where the enforcement is made.

74 bijlage: global code of enforcement


Article 13: Assistance of the forces of public order
The State must upon its responsibility guarantee the assistance within a reasonable period
of time the assistance of the forces of public order to the professional persons instructed with
the enforcement of enforceable titles who request same.
States must ensure that judicial officers and enforcement agents are able in the context of the
implementation of an enforcement measure to enter the premises belonging to the debtor or
occupied by same even without his consent or in his absence.
When the goods of debtor are to be found with a third party, the authorization of a court to enter
the premises is required.

Article 14: Transparency


States must ensure that the public is informed about the measures of enforcement.
States must use the new technologies to allow cooperation between enforcement professionals
both internally and internationally.
The creditor must be able to keep himself informed of the enforcement measure by using the
new technologies where applicable.

Article 15: Extraterritoriality


Any measure that has effects of an extraterritorial nature may only be implemented by a judicial
officer or enforcement agent of the State of the place of enforcement.

Part 2 – Judicial officers and enforcement agents

Article 16: Specialization of judicial officers and enforcement agents


Only a judicial officer or an enforcement agent authorized by the State may conduct an enforcement
procedure in accordance with national law.

Article 17: Obligations


The authorized agent or judicial officer is required to proceed with the required enforcement
measures on every occasion this is lawfully required of him, except in the event of those impediments
as provided for by law or for any other cause justified by those reason which are left to the
discretion of the enforcement professional and in accordance with the rules of professional ethics.
He is bound by professional secrecy.

Article 18: Professional status of enforcement agents


The persons instructed with enforcement must be made subject to regulations governing their
professional status which guarantee the quality of the enforcement by demanding a high level of
legal qualification.

ik zal handhaven 75
Enforcement agents and judicial officers must be required to comply with obligations regarding
initial training and lifelong training.

Article 19: Professional ethics


States must take measures to define the rules of the professional ethics of enforcement agents
and judicial officers.

Article 20: Professional discipline


A disciplinary procedure that complies with the rules of fair process before an independent organ
that decides in adversarial proceedings must be installed.
The disciplinary sanctions must be defined and be proportional to the gravity of the errors committed.
The disciplinary decision may be appealed.

Article 21: Secondary activities


The professional status must allow judicial officers and enforcement agents to pursue secondary
activities that are compatible with their position.
In particular, they must be capable of being authorized to proceed to the amicable collection of debts.

Part 3 – Judicial authorities

Article 22: Role of judges


Only a judge can rule on disputes arising from the enforcement and order the measures necessary for
its implementation at the request of one of the parties or of the enforcement agent or judicial officer.
The judge to whom application is made by the debtor, an interested third party, the enforcement
agent or judicial officer or may suspend or cancel an enforcement measure should a sound reason
justify such.

Article 23: Timeframe for enforcement


The judge may amend the enforcement and grant a stay of enforcement.

Article 24: Supervision of the activities of the enforcement agent and the judicial officer
Except if they are agents of the State, enforcement agents and judicial officers perform their activities
under the supervision of the Public Prosecutor, who may, where applicable, send them an order to
lend their assistance.
The Public Prosecutor records all complaints formulated upon the occasion of an enforcement
measure.

76 bijlage: global code of enforcement


Part 4 – Provisions common to enforcement measures

Article 25: Goods that cannot be seized


All goods can be seized subject to the exclusion of those goods considered immune from seizure by
national law. In the event of a seizure of bank assets, a sum must be left at the disposal of the debtor
sufficient to ensure his and his family’s subsistence, the amount whereof is determined by law.

Article 26: Immunity


Cases of immunity must be clearly specified in national law, particularly in respect of the state
and public entities, as well as in respect of diplomatic personnel.

Article 27: Proportionality of the enforcement measure


The enforcement measure must be proportional to the amount of the claim. In the event of abuse,
the creditor may be directed to make reparations.

Article 28: Autonomy of the judicial officer and the enforcement agent
The judicial officer or the enforcement agent autonomously implements the measure most
appropriate to the rights of the creditor and the basic rights of the debtor.

Article 29: Flexibility of the enforcement measures


States must organize their enforcement systems by adapting them to the interests of the creditor
and the economic and social situation of the debtor. For this reason, they must diversify the
enforcement measures so that the judicial officer or enforcement agent may choose among them
in keeping with the circumstances.

Article 30: Flexibility having regard for the nature of the goods
States shall adapt the measures of execution to the legal status of the seized assets.

Article 31: Enforcement in kind


When a judge directs to the performance or non-performance of an obligation, he must be able
to accompany his judgment with a constraint measure.

Article 32: Enforcement on the person of the debtor or his family


States shall ensure that enforcement on the person complies with international Conventions,
Charters and Declarations.
Imprisonment for civil debt is prohibited.
Enforcement on the members of the family of the debtor must be prohibited and the primacy
of the interests of the child must be respected.

ik zal handhaven 77
Part 5 – Provisions common to provisional measures

Article 33: Right to a provisional or conservatory measure


Every creditor who shows relevant circumstances may obtain authorization from the judge for
the application of a provisional or conservatory measure to ensure the protection of his rights.
The creditor who is the holder of an enforceable title may implement the provisional or
conservatory measure without the authorization of a judge.

Article 34: Procedure


A swift procedure must be established so that preservative or provisional measures may be
authorized by a judge. The measures must be limited in time.
The procedure does not have to be adversarial. The person in whose respect the measure is ordered
must be able to dispute it without delay and by a simplified means of applying to the judge.
If the judge considers that the measure did not have merit, the party which applied for and obtained
the measure must indemnify the other party in full.

78 bijlage: global code of enforcement


Bijlage

Aanbevelingen

Een rechtvaardige, effectieve rechtshandhaving


Kennisgeving en procesinleiding
• Laat de kennisgeving van (buiten)gerechtelijke stukken bij de gerechtsdeurwaarder
• Behoud de rol van de gerechtsdeurwaarder bij de procesinleiding
• Faciliteer digitale kennisgeving en communicatie
Rechtspraak
• Zorg voor een goede toegang van het recht door herziening van het griffierechtenstelsel
• Bied kwaliteit van rechtspraak
• Geef de gerechtsdeurwaarder de bevoegdheid om een executoriale titel af te geven in
erkende of niet-betwiste geldvorderingen
Informatievoorziening
• Zorg ervoor dat de verweerder verplicht is om informatie te geven over zijn gehele vermogen
• Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder informatie over het vermogen van de verweerder
mag halen
• Geef de KBvG een sleutelrol rond informatie, veiligheid en privacywetgeving
• Vorm als gerechtsdeurwaarder het knooppunt van betrouwbare informatie
• Zorg ervoor dat de KBvG een jaarlijkse monitor publiceert met cijfers over economie,
­maatschappij en rechtsstaat
• Laat de gerechtsdeurwaarder de ogen en oren van de overheid zijn
Beslag en executie
• Moderniseer het beslag- en executierecht
• Maak executieverkoop ook onderhands en via internet mogelijk
• Leg beslag op auto’s via het register van de Rijksdienst voor het Wegverkeer
• Schep duidelijkheid in gerechtelijke ontruimingen
• Zorg voor een effectieve en efficiënte samenwerking met Justitie

ik zal handhaven 79
De gerechtsdeurwaarder als tenuitvoerleggingsautoriteit
• Zorg ervoor dat de gerechtsdeurwaarder zich direct kan wenden tot de rechter
• Laat invorderingen centraal geregeld worden
Proces-verbaal van constatering
• Verstevig de positie van het proces-verbaal van constatering in het bewijsrecht
• Waarborg de doelmatigheid en kwaliteit van het proces-verbaal van constatering door
middel van richtlijnen
• Verricht onderzoek naar het maatschappelijk voordeel van het proces-verbaal van constatering

De gerechtsdeurwaarder
Kernwaarden
• Betrouwbaar en integer
• Onafhankelijk en onpartijdig
• Dienstbaar
• Vakbekwaam
Kwaliteit, toezicht en tuchtrecht
• De KBvG moet de beroepsnormering verordenen, verduidelijken en uitdragen
• De KBvG moet de gerechtsdeurwaarder faciliteren bij kwaliteitsverbetering
• De KBvG moet een duidelijke rol hebben als toezichthouder en ook zo optreden
• Tuchtrecht moet bijdragen aan preventie en beroepsnormering
Kennis, vaardigheden en onderzoek
• Er moet kritisch gekeken worden naar de toegang tot het ambt en het opleidingenhuis
• Er moet aandacht komen voor een leergang ondernemerschap
• Zorg voor een verbetering van permanente educatie
• Streef naar wetenschappelijk onderwijs en onderzoek
Ambtelijke tarieven
• Zorg voor een nieuw kostprijsonderzoek voor tarieven richting de verweerder
• De tariefvrijheid van gerechtsdeurwaarders moet opnieuw bekeken worden
Ondernemerschap en perspectief
• Versterk de nevenactiviteiten voor de gerechtsdeurwaarder
• Zorg voor de benodigde randvoorwaarden voor de ondernemer-gerechtsdeurwaarder
Internationale samenwerking
• Geef bekendheid aan de Global Code of Enforcement
• Zorg voor meer en betere internationale samenwerking
• Implementeer de internationale standaarden zoals deze zijn afgesproken
Digitalisering en innovatie
• Draag zorg voor de verdere ontwikkeling van het beslagregister
• Draag zorg voor een innovatieagenda van SNG

80 bijlage: aanbevelingen
Het gezag van de gerechtsdeurwaarder
• Zorg ervoor dat men zich niet kan onttrekken aan het gezag van de gerechtsdeurwaarder
• Zorg voor herkenbaarheid en voorkom zo agressie en geweld richting de gerechtsdeurwaarder
Publiek en politiek debat
• Werk aan het imago van de gerechtsdeurwaarder
• Zorg voor marketing en communicatie
• Geef jaarlijks een monitor uit
• Zorg voor een goede profilering van het ambt
• De KBvG moet de belangen behartigen van de gerechtsdeurwaarder
• De KBvG moet zich mengen in het politiek debat rond rechtshandhaving
• De KBvG moet investeren in haar netwerk en dit uitbouwen
• Iedere gerechtsdeurwaarder is ambassadeur van het ambt

Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders


Communicatie
• Verbeter de interne communicatie
• Houd een goed onderscheid tussen openbare en vertrouwelijke communicatie
Structuur
• Het bestuur moet vaker standpunten uitvaardigen
• Bij de verkiezing van ledenraadsleden moet de inhoud centraal staan
• Richt de algemene ledenvergadering anders in
• De rol van het bureau moet uitgedragen, erkend en gefaciliteerd worden
• Stel een Raad van Advies in
• Richt een jongerenafdeling op
Budget
• Denk na over alternatieve bronnen van inkomsten

ik zal handhaven 81
Colofon
Versie 1.1 – 7 juli 2016

Uitgave van de Koninklijke Beroepsorganisatie


voor Gerechtsdeurwaarders, Den Haag, juli 2016

Ontwerp en uitvoering:
Okapi. corporate identity atelier, Rotterdam

Foto’s:
Shutterstock (pagina 1, 6, 10),
Groot & Evers Gerechtsdeurwaarders (pagina 30)
Truus van Gog (pagina 62)

Druk:
Drukkerij van Deventer, ’s-Gravenzande

In dit document zijn actuele ontwikkelingen zoveel


mogelijk meegenomen, waarbij als einddatum van het
manuscript 1 juli 2016 geldt.
Prinses Margrietplantsoen 49
2595 BR  Den Haag
+31 (0) 70 - 890 3530
www.kbvg.nl

You might also like