Leerplan Gitaar

2.1

In het eerste jaar gaat de aandacht vooral naar:

- het ontdekken van het instrument (bassiskennis bouw van de gitaar, verschillende onderdelen
van de gitaar en gaandeweg de mogelijkheden van de gitaar ontdekken)

- bewust worden van een goede houding ( lichaam is ontspannen, zoeken naar een aangename
houding, kan bij elke leerling verschillen)

- alle ongewijzigde noten weten liggen t.e.m. het derde vakje op snaar 1,2 en 3 (sol, la, si, do, re,
mi, fa, sol)

- spreiding van de vingers LH (leerproces die wat tijd in beslag neemt, goede oefeningen zijn do
en re spelen en eerste vinger laten staan, hangt ook nauw samen met het legato spel)

- eenstemmige melodieën met steun, m en i in wisselslag

- respect voor de tekst (noten, ritme en in een stabiel langzaam tempo)

- noten gebonden spelen

- aanleren van studiemethode (een punt die tijd vraagt in de lessen een goede studiemethode
moeten ze aanleren en kan wonderen doen)

- losse bassen

- simpele arpegio oefeningen(pim, pimi, pmi, pmim, pima,...) zo wordt het tirandospel
ingeoefend.

- Muzikaltiet (lesjes uitvoeren met verschil in dynamiek f,p op dit vlak kan de leerling op kleine
schaal al een muzikale stempel drukken.

2.2

- herhaling is bij de overgang naar een nieuw jaar altijd cruciaal ( aangezien de leerlingen
2maanden geen les hebben gehad en vaak weinig gespeeld hebben)

- tweestemmigheid (m en i met steun of zonder steun, p zonder steun of met steun) Ik vind het
persoonlijk interessant om de leerlingen al vroeg te laten kennismaken met het apoyando spel in
de duim, zorgt voor meer stabiltieit in de rechterhand aangezien de duim meer steun heeft.

- samenklanken (m en i)
- basmelodieën met duim (zonder en/of met steun)

- tirandospel (= zonder steun) voor arpeggios, kan ook toegest worden op simpele melodie

- bewust worden van het gebruik van de a vinger in arpeggios.

- bewuste toepassing van de leerstof MCV

- wijzigingstekens

2.3

- dezelfde eisen als 2.2 toegepast op een moeilijkere tekst

- eenvoudig positiespel

- uitdieping van de meerstemmigheid

- kennismaking met stijgende en dalende coulé-techniek

- uitbreiding tot vierklanken (pima)

- onafhankelijkheid van de vingers (bij het meerstemmig spel kan gewerkt worden op
combineren van melodie met p en melodie met i,m)

- lage noten kunnen lezen en spelen (gegrepen bassen)

- werken op tempo (toonladders kunnen hierbij helpen), gebruik van metronoom

- noten gebonden spelen (blijft altijd een werkpunt bij veel leerlingen)

- rechterhandformules zoals arpeggio’s verder uitbreiden

- kennis van basisakkoorden (kan eventueel al in 2.1 en 2.2)

- gitaar stemmen (m.b.v. stemapparaat)

- dynamische verschillen: piano en forte, crescendo en decrescendo

- toonvorming (correcte aanslag) kennismaking met sul tasto en ponticello

- eenvoudig meerstemmig samenspel

- langere stukken voor uithouding en concentratie

2.4

Zeker wat het technisch kunnen betreft, worden de verschillen tussen de leerlingen groter. Het
onderricht wordt steeds individueler.

- verdere ontwikkeling van het unieke ik. (eigen muzikale stempel ontwikellen kan meer en meer
toegepast worden)

- coulé-techniek verder uitbreiden

- positiespel uitbreiden

- barré-techniek (volgens de technische mogelijkheden van de leerling, best eerst op bovenste 3

snaren

- verder uitbreiden van dynamiek op het instrument (volume en klankkleur)

- uitbreiden van basisakkoorden

- glissando

- toonladdertechniek

- Regelmatig zichtlezen is esentieel voor elk jaar.

- het is interessant om minstens een keer per jaar een klasconcert te organiseren. Zo werken de
leerlingen aan hun podiumervaring.

Jaarplan Gitaar: Derde graad

In deze graad komen alle technieken en stijlen aan bod en probeert men zich te onderscheiden
door zijn artistieke prestatie, voortkomend uit het unieke ik.

- stimuleren van de creativiteit en bepalen van een eigen koers

- stimuleren van het naspelen op gehoor (ook in de 2de graad zeer belangerijk)

- uitbreiding van de tessituur

- positiewisselingen

- inzicht krijgen in vingerzettingen en de leerling zelf op zoek laten gaan naar een goede
vingerzetting

- technieken: zoals pizzicato, harmonieken, scordatura, tambora, dempen, verschillende

aanslagvormen, vibrato, coulé, barré: uithouding verhogen en bijplaatsen van vingers in barré
akkorden

- synchronisatie van beide handen

- kennismaken met de verschillende stijlperiodes en samen op zoek gaan welke leerling het liefst
welke stijlen speelt
- aandacht voor afwerking, klankvorming, klankkleur, fraseren

- attitudevorming

- akkoorden in verschillende posities

- dubbelgrepen (tertsen, sexten, octaven)

- snelheid opdrijven (toonladders)

- differentiëren in de stemmen

- inzetten op groei van muzikale ontwikkeling

- zelfstandiger instuderen van stukken

- in staat zijn zelf feedback te geven

- eenvoudige partituren a prima vista kunnen spelen

Jaarplan Gitaar: Vierde graad

Vertolkend muzikant

De leerlingen worden tijdens die drie jaar voorbereid om later zelfstandig verder te kunnen
werken en zich verder te ontplooien.

De technische en muzikale opleiding wordt verdergezet, aangepast aan de behoeften en de

mogelijkheden van de leerling met aandacht voor:

- toonvorming

- techniek: kunstmatige flageoletten

- aandacht voor uitvoeringspraktijk in verschillende tijdsperiodes

- kennis van tremolo en rasgueado

- toonladders over 3 octaven in tempo

- grondige kennis van de theorie en praktijk van de akkoordgrepen en -symbolen

- grondige kennis van de gitaartoets in alle posities en toonaarden

- snelheid RH opdrijven
- hedendaagse technieken zoals golpe, tambora,...

- opbouw van een persoonlijk repertoire van uiteenlopende moeilijkheidsgraad

- verdere uitbouw van een persoonlijke ontwikkeling

- aandacht voor detail

-Creërend muzikant

- zelfstandigheid over alle facetten

- eigen inbreng van stukken

- eigen mogelijkheden zelf kunnen inschatten

- verderzetten van het unieke ik en uitdieping van de technische en muzikale vaardigheden