Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 17

Laaggelegeerde staalsoorten

voor koude en cryogene


toepassingen

Fred Neessen
voorheen
Lincoln Smitweld B.V.

Moet bij - 45
45ººC nog voldoende taai zijn
Lasgroep Zuid
Zuid-
LZL, 10 dec. 2019 -Limburg,
– Laaggelegeerde 10 december
cryogene 2019
staalsoorten. NF.19.1 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.2

Inhoud Types of gas carriers


 Inleiding
 The IMO* Gas Code divides liquefied
 Praktijkvoorbeelden van transport/opslag
gases into the following groups:
 Cryogene staalsoorten  Inlas:
» Wat is staal • LPG – Liquefied Petroleum Gas
» Lasprocedure (ervaring) • LNG – Liquefied Natural Gas
 Vervolg cryogene staalsoorten en invloed • LEG – Liquefied Ethylene Gas
legeringselementen
• NH3 – Ammonia
 Lassen van koude en cryogene
• Cl2 – Chlorine
staalsoorten
 Samenvatting • Chemical gases
* International Maritime Organization
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.3 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.4

- Shipping Market - Applicaties Cryogene


Market Segments and Sub-
Sub-segments staalsoorten
Dry Bulk Wet Bulk Container
 Cryogene toepassingen (-70ºC tot
Bi--lobe tank under cons.
Bi
-196ºC) zijn bijv. LNG, ethyleen,
ethaan, zuurstof en stikstof
opslagtanks en terminals.
• Cape Size / Panamax / Handy • Crude/Product/Chemical Tankers • Container Ships
Cylindrical tank  Lage temperatuur toepassingen
• LNG / Ethylene / LPG Carriers
(-0ºC tot -70ºC) zijn gassen zoals
General Cargo Offshore Support Offshore Production
ammoniak, propaan, propyleen
en butaan
Spherical tanks  Toepassingen zijn:
Terminals en opslagtanks al dan
• RoRos • Platform Supply Vessels / AHTS • Semi-Submersible Rigs niet bolvormig voor land, weg,
• Reefers • Construction Vessels / MSV • Jack Up Rigs
• Car Carriers • Maintenance Rigs • FPSO / FSO spoor, en scheepvaart
• Heavy Lift Ships • Drilling Ships
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.5 Membrane
LZL, 10 dec. tank
2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.6
Shell Prelude FLNG
Transportkosten Floating Liquefied Natural Gas

Bron:
Shell Venster
Sept. / Okt. 2013
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.7 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.8

Boiling point °C °C °K
type of gas

Volume van vloeistof/gas = 1/600 CO2 - 28


(to 1.5 ato) - 30 243
Propane - 42
- 50 223

T(LNG)liquid < -163°C - 70 203


CO2(solid) - 78

Bij welke Acetylene - 84


Ethane - 88
Ethylene - 104
- 90 183

- 110 163

temperatuur - 130 143

Krypton - 153 - 150 123

wordt ‘n gas Methane - 163


Oxygen - 183
- 170 103

Argon - 186 - 190 83


Nitrogen - 196

vloeibaar!! - 210 63

- 230 43

- 250 23
Hydrogen - 253

Helium - 269 - 270 3


(International Nickel Co. 1960)

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.9 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.10

Cryogene staalsoorten Eisen aan cryogene staalsoorten


 Basismaterialen, toegepast voor lage tempera-  Goede ductiliteit  voorkomen
tuur en cryogene toepassingen zijn in principe
brosbreken
fijnkorrelige CMn-staal voor lage-temperatuur,
roestvast staal en aluminium legeringen  Hoge sterkte eigenschappen  dunner
 Indeling materiaalgroepen: construeren
• CMn-staal voor tot -40ºC  Goede verwerkbaarheid en goede
• CMn + (Ni) staalsoorten voor tot -60ºC, (Ni ≤ 3%) verlasbaarheid
• CMn + 3,5% Ni staal voor tot -80ºC  Economisch te vervaardigen
• CMn + 5% Ni staal voor tot -165ºC  Additioneel: Vervaardigd in een
elektrische oven met
• CMn + 9% Ni staal voor tot -196ºC • Corrosievast defosfatering, lading-
raffinage en vacuüm-
• RVS AISI 304L of 316L • Lage uitzettingscoëfficiënt ontgassing voor een
reproduceerbaar,
• Aluminiumlegering 5183 (AlMg4.5Mn) schoon en homogeen
staal.
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.11 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.12
Approx. minimum service temperatures
Effect van temperatuur op metalen
and applications of the cryogenic steels
Typical storage/
Specification Minimum service
Steel Type
(Plate) temperature °C
processing Bij verlaging van de tem-
application
Fine grained Al EN10028-3: - 50 / - 60 Ammonia, propane peratuur tot beneden
killed CMn steel P460NL2 (0.5/2 Ni) (LPG)
EN10028-4: Ammonia, propane,
kamertemperatuur, zal
1.5% Ni steel - 70
15NiMn6 carbon disulphide
de rekgrens van alle
Ammonia, propane,
2.5% Ni steel ASTM A203 Gr. B - 80
carbon disulphide
metalen en legeringen
ASTM A203 Gr. E Carbon dioxide,
3.5% Ni steel - 80 / - 101
EN10028-4: 12Ni14 acetylene, ethane toenemen, en op enkele
5% Ni steel EN10028-4: X12Ni5 - 130 Ethylene (LEG)
ASTM Methane (LNG), uitzonderingen na, zal ook
9% Ni steel A353/A553Tp1 - 196 Nitrogen, oxygen,
EN10028-4: X8Ni9 argon de treksterkte toenemen
Austenitic ASTM 304L
- 269 Hydrogen, helium
stainless steel EN10088-1: 1.4305
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.13 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.14

Koude en cryogene materialen Overgangstemperatuur


Tot rond 1900 voornamelijk koper
Tot eind 50er jaren op CMn basis (-
(-40 á -50º
50ºC)
 Conventionele wals- en warmte- De overgangstemp. is
behandelingen (veelal normaliseren) die temperatuur waar-
• relatief fijnkorrelige structuur
• hoge sterkte en kerftaaiheid bij het gedrag van een
• Koudlasbaarheid !!!! metaal verandert van
Nu
taai naar bros onder
 Aluminium(legeringen)
 Austenitisch roestvast staal invloed van een stress
 Fijnkorrel staalsoorten (-50 á -60ºC) raiser
• meestal gelegeerd met Nb, Al en/of Ni
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.15 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.16

Volgens literatuur, invloed leg.-


leg.-elementen
Vergelijking van bros en ductiel staal op mech. eigenschappen van staal
Leg.- Rek- Trek- Rek In- Kerf- Hard-
element grens sterkte snoering taaiheid heid

C ~ ?
Mn ~ ~
Si ~
Brittle Fracture
P
S _ _ _

Ni ~ ~
Cr
Mo
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.17 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.18
Invloed van C op overgangstemp.
overgangstemp. Invloed van Ni op overgangstemp
overgangstemp..
Het koolstofgehalte dient zo laag mogelijk en
 Verhoging van het nikkelgehalte geeft een
in overeenstemming te zijn met de eisen aan
aanzienlijke lagere overgangstemperatuur
sterkte
Effect van nikkel op de
overgangstemperatuur
% Nikkel Overgangstemp. [°C]
0 - 45
2,25 - 68
3,5 - 101
5 - 170
9 - 195

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.19 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.20

Effect van nikkel op kerftaaiheid Laaggelegeerde staalsoorten


 Staalsoorten die hun eigenschappen verkrijgen
door de aanwezigheid van een aantal legerings-
elementen, anders dan koolstof, zijn legeringen of
gelegeerd staal.
Taai
• Opmerking: legeringen, welke dan ook, bevatten altijd sporen
van andere elementen
 De meest voorkomende legeringselementen zijn
nikkel, chroom, vanadium, silicium en wolfraam
 Een of meer van deze elementen kunnen aan het
Bros staal worden toegevoegd tijdens het productie-
proces om de gewenste eigenschappen te krijgen
• Betere fysische eigenschappen worden verkregen
dan mogelijk zou zijn met warmgewalst koolstofstaal
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.21 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.22

Approximate minimum service temperatures


Fijnkorrel koude staalsoorten and applications of the cryogenic steels
Staal type Specificatie Min. toep. Typical storage/
2 groepen (Plaat) temp. °C processing application
FK Al-gekalm. EN10028-3 - 50 Ammonia, propane
 Ferritisch/perlitische structuur C/Mn staal P460NL2 (LPG)
1.5% Ni EN10028-4 - 60 Ammonia, propane,
• gecontroleerde thermomechanische 15NiMn6 carbon disulphide
2.5% Ni A203 GrB - 60 Ammonia, propane,
walsbehandelingen carbon disulphide
3.5% Ni A203Gr E - 101 Carbon dioxide,
 Bainitische structuur EN10028-4 /12Ni14 acetylene, ethane
5% Ni EN10028-4 /X12Ni5 - 130 Ethylene (LEG)
• toevoeging van Ti, B en Ni
9% Ni A353/A553TP1 - 196 Methane (LNG), oxygen,
• effect Ti, B te benutten door controle op EN10028-4/ X8Ni9 argon
Austenitisch ASTM 304L - 273 Nitrogen, hydrogen,
stikstof en titaan (N grote affiniteit tot Ti en B) roestvast staal EN10088-1/1.4305 helium
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.23 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.24
Nikkel gelegeerd staal Nikkel gelegeerde staalsoorten

 Deze staalsoorten bevatten 3,5% tot 5% Ni  Chemische samenstelling


 Nikkel verhoogt de sterkte en taaiheid • Ni: 0,7-12 gew -%
• C: progressief verminderen bij toename
 Nikkel gelegeerd staal ‘met meer dan 5%
van Ni
nikkel’ heeft een verhoogde weerstand
 Voor cryogene toepassingen
tegen corrosie en scaling
• hoge taaiheid
 Nikkel gelegeerd staal wordt o.a. gebruikt • lage overgangstemperatuur
bij de vervaardiging van
 Structuur
vliegtuigonderdelen, turbine assen, • mengsel van fijne ferriet, carbiden &
opslagtanks, etc. restausteniet
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.25 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.26

Laaggelegeerde staalsoorten EN 10028-


10028-4
gelegeerd met Ni voor toepassing beneden -50
50ººC Koudvaste staalsoorten voor drukvaten
 Nikkel Pure metal
Substitutional
alloy

• geen carbidevormer Warmtebehandeling


• substitutioneel opgelost in -rooster N N N+N+T Q+T
•  hardbaarheid
N+T N+T Q+T
• Ms temperatuur
• effectief indien P en S laag zijn Q+T
Interstitial alloy Substitutional

 Belangrijk: interstitial alloy


11MnNi5-3 15NiMn6 X8Ni9 X7Ni9
• laag in interstitieel oplosbare elementen O – N – C 13MnNi6-3 12Ni14
• toevoeging van Nb en Al en enkele andere elementen
12Ni19
om de interstitieel oplosbare elementen te binden
Resultaat fijne korrel  gewenste sterkte en taaiheid
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.27 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.28

Invloed warmtebehandeling op Spanningsarm gloeitemperatuur


kerftaaiheid in 12 mm 3,5% Ni staal volgens EN en ASME

EN 13445-4 ASME B31.3


Staal type Dikte Tempera- Dikte Tempera-
tuur range tuur range
(mm) (°C) (mm) (°C)
FK C/Mn >35 550-600 >19 593-649
1.5%Ni >35 530-580 >19 593-635
2.5%Ni >35 530-580 >19 593-635
3.5%Ni >35 530-580 >19 593-635
5%Ni >35 530-580 51 552-585
9%Ni alle nee 51 552-585

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.29 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.30
EN 10028-
10028-4 Laaggelegeerde staalsoorten voor
Chemische samenstelling (giet analyse) koude en cryogene toepassing

1. Ongelegeerd fijnkorrel staalsoorten


2. Laaggelegeerd voor lage
temperatuur 1 – 2,5% Ni
3. Nikkel + gelegeerd met Cr, Mo en Mn
4. Laaggelegeerd met 3,5% Ni
5. Gelegeerd met 5% Ni
Indien in een specificatie naar EN 10028-4
wordt verwezen, raadpleeg dan de norm
6. Gelegeerd met 9% Ni
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.31 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.32

1. Ongelegeerd fijnkorrel staal 2. Nikkel 1–


1–2,5% laaggelegeerd

 Globale chemische samenstelling  Met 1-2,5% nikkel wordt hardbaarheid


• C ≤0,18; Si 0,15-0,55; Mn 0,8-1,6 verhoogd
 Rekgrens ≥355 MPa en ≥39 Joule bij  Structuur afhankelijk van afkoelsnelheid;
-60ºC martensitisch of bainitisch
 Worden geleverd in de condities:
 Dikwijls Al-gekalmeerd en/of
• Veredeld (Q+T)
microgelegeerd en op een speciale • Genormaliseerd en ontlaten (N+T)
wijze warmtebehandeld en/of  Taaie nikkel gelegeerde ferriet
gewalst • Ductiele eigenschappen tot -80ºC
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.33 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.34

3. Nikkel + soms gelegeerd met


Cr, Mo en Mn 4. 3,5% Ni-
Ni-staal (10Ni14)

 Typische staalsoorten die tot deze groep   Ni naar 3,5%   ductiliteit bij lagere
behoren zijn: temperatuur
• 25CrMo4, behoeft specifieke  Soms toevoeging van Mo (±0,3%) en
warmtebehandeling als veredelen Cr (tot ±1% voor turbine assen)
• Hoge rekgrens (>450 MPa en kerftaaiheid  Combinatie van hoge sterkte en hoge
bij -60ºC)
ductiliteit
 14MnNi6 is NiMn-gelegeerd  Kerftaaiheid bij -80 tot -100ºC
• Lagere rekgrens (355 MPa)  Toepassing voor opslagtanks van
• Hoge ductiliteit van 60 Joule bij -60ºC ethyleen en LPG
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.35 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.36
CCT diagram voor 3,5% Ni-
Ni-staal
Lasbaarheid laaggelegeerd staal 0,09C – 0,24Si – 0,7Mn – 0,007P – 0,009S – 0,029Al

 Tot 5% leg.- elementen waardoor Ceq  wordt


• TTT- diagram verschuift naar rechts, hierdoor
ontstaat er bijna altijd Martensiet
• Verder risico van koud- c.q. / hardingsscheuren
(Ms ligt op lage temperatuur, waarbij weinig
vervormbaarheid)
 Voorzorgsmaatregelen:
• Voorwarmen (voorverwarmen)
• kies waterstof-arm proces
• kies basisch toevoegmateriaal
• gloeien na het lassen
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.37 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.38

CCT diagram voor 5% Ni-


Ni-staal
0,07C – 0,3Si – 0,5Mn – 0,009P – 0,004S – 0,2Mo – 0,01Al 5. 5% Ni
Ni--staal (12Ni19, X12Ni5)
 5% nikkel met een koolstofgehalte van ±0,12%
 Gecompliceerde warmtebehandeling, in veredelde
of N+T conditie
Microstructuur fijnkorrelig door:
• Normaliseren, afschrikken in water en ontlaten
in 2 fase gebied -, gevolgd door gecontro-
leerde afkoeling
• Hoeveelheid en balans tussen gevormde ferriet,
stabiele austeniet en ontlaten martensiet
bepaalt uiteindelijk de gewenste ductiliteit
tussen -125 en -165ºC
 Sterkte eigenschappen tussen 3,5 en 9% Ni-staal
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.39 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.40

6. 9% Ni
Ni--staal (X8Ni9) Rekgrens is afhankelijk van temperatuur
  Ni-gehalte naar 9%
  ductiel materiaal tussen -120º en -196ºC
   rekgrens van >450MPa
Verkrijgbaar in Q+T en NN+T
 Microstructuur bestaat uit nikkelgelegeerde
koolstofarme ontlaten martensiet en een kleine
hoeveelheid restausteniet
 Soms met ±0,3% Mo ter verlaging van ontlaat
brosheid
 Laag gehalte aan verontreinigingen als P en S
 Lage concentratie interstitieel oplosbare
elementen zoals O, N en C om de gewenste
ductiliteit te krijgen
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.41 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.42
Warmtebehandelingen (1)
Specificaties van 9% Ni-
Ni-staal Ni--gelegeerde staalsoorten voor cryogene toepassing
Ni

 Bijna altijd geleverd in warmtebehandelde


toestand
• Normaalgloeien + ontlaten
• Dubbel normaalgloeien + ontlaten
• Normaalgloeien gevolgd door afschrikken
+ ontlaten
 Doel verkrijgen van een fijne korrel
• Door toevoeging van carbide- c.q.
nitridevormers zoals Al en/of Ti
• Door warmtebehandeling vormen AlN of
Ti-carbonitriden die weer fungeren als
startpunt voor nieuwe kristallen
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.43 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.44

Warmtebehandelingen (1) vervolg Warmtebehandelingen (3)

 Goede ductiliteit 9% Ni-staal door  Double Normalized & Tempered (NN+T)


aanwezigheid van bepaald • 900ºC air cooled +
percentage stabiele austeniet • 790ºC air cooled +
 Stabiele austeniet ontstaat bij > 7% Ni • 570-610ºC air cooled
 De gecompliceerde
warmtebehandeling zorgt voor
“hoog” koolstofhoudend austeniet  Quenched & Tempered (Q+T)
dat tot -200ºC stabiel blijft • 800-820ºC water quenched +
• 570-610ºC air cooled
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.45 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.46

Warmtebehandelingen (4) Principes van 9% Ni-


Ni-staal
 Double Normalized & Tempered (NN+T)  Kritische eigenschappen zijn taaiheid en
vermindering van risico op brosse breuk
• Rekgrens: >515 MPa
 Laag gehalte aan verontreinigingen van
• Alle constructieonderdelen die sterk
P en S
gedeformeerd worden tijdens de
vervaardiging  Zorgvuldige controle op de interstitieel
oplosbare elementen C en N
 Quenched & Tempered (Q+T)
 Al behandeld om zuurstofgehalte te verlagen
• Rekgrens: >585 MPa
 Optimale combinatie van C, Mn en Mo
• Hogere taaiheid; CVN@ -196ºC (dan NN+T)
 Warmtebehandeling  optimale
• Binnentanks en romp van drukvaten fijnkorreligheid en taaie Ni-ferriet met kleine
hoeveelheden stabiele austeniet
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.47 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.48
Invloed van nikkel in staal Metallurgie 9% Ni basismat. (1)
 Significante toename van ductiliteit en  9%Ni, laag koolstof en hoge zuiverheid
kerftaaiheid bij lage temperaturen
 Transformatie van   , Ac1 de 602ºC
 Verbetert de hardbaarheid door
afschrikken als gevolg van verlaging  Nikkel onderdrukt de vorming van
van de kritische afkoelsnelheid ferriet/perliet
 Een verhoogd nikkelgehalte samen  Microstructuur van stabiele rest
met een optimale warmtebehandeling
austeniet en nikkelrijke ferriet
geeft een aanzienlijke toename in
ductiliteit en verlaagt de • microstructuur met de hoogste sterkte-
overgangstemperatuur tot -196ºC en taaiheidseigenschappen
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.49 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.50

CCT diagram voor 9% Ni-


Ni-staal
Metallurgie 9% Ni basismat. (2) 0,09C – 0,22Si – 0,68Mn – 0,008P – 0,009S – 0,03Al

 9%Ni verlaagt ook de Ms and Mf


temperaturen tot 325ºC en 100ºC
 Geen vorming van perliet
 Afkoeling van T naar kamertemperatuur
geeft onstabiele austeniet
 Ontlaten op ~ 600ºC zal de austeniet
stabiliseren
 Ontlaten martensiet matrix met ongeveer
5-10% austeniet welke stabiel is tot
beneden de -196ºC
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.51 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.52

Metallurgie 9% Ni basismat. (3) Aanvulling CCT diagrammen


3,5% Ni-staal
 9% Ni-staal. De meeste tijd om
 Deze austeniet heeft een hoog C-gehalte
martensiet te vormen
resulterend in minder carbiden op de  3,5 en 5% Ni-staal
korrelgrenzen waardoor een toename van • Geen groot verschil vast te stellen
de taaiheid • 5% Ni-staal zal nog juist martensiet
vormen bij afkoeling van
 Lagere afkoelsnelheden kunnen resulteren 5% Ni-staal austeniettemperatuur in lucht
in een mix van austeniet-ferriet met • 3,5% Ni-staal is dit niet het geval
carbiden in een martensitische matrix • 3,5% Ni-staal moet versneld afgekoeld
worden om een martensitische
 Dit impliceert dat de warmte-beïnvloede structuur te verkrijgen
zone (HAZ) in 9% nikkelstaal altijd • Ms van 2,5 en 3,5 Ni-staal is ~ gelijk
martensitisch is • Ms punt van 9% Ni-staal ligt nog onder
9% Ni-staal het Mf punt van 3,5 en 5% Ni-staal
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.53 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.54
Complexe interacties bij het lassen
Algemene lasbaarheid Massieve draad Poeder SAW Atmosfeer
Gevulde draad Bekleding SMAW
Band Vulling FCAW O2 H2O N2
C Mn Si P S Ni Mn Si P S O N H
beschermgas
Rekening houden met: Al Ti V res. elem. Al Ti B Ni

waterstof- reinheid van voorwarm-


hardbaarheid Basismateriaal
Chemisch samen- Las
verbrossing werken temperaturen C Mn Si P S Ni ..
parameters
Nb V Al res. elem. stelling lasmetaal
spannings- afkoel- elektroden /
lasproces
arm gloeien snelheid draaddiameter Naadgeometrie Warmte huishouding

rups c.q.
Structuur Structuur Warmte
laagdikte en uittreklengte naadvorm naadopbouw
lasmetaal Beïnvloede Zone
zwaaibreedte
vervaar- warmtebehan- Constructie spanningen Warmtebehandeling
keuze lastoe- Spanningsconcentratie
laspositie digingswijze deling, door
voegmateriaal
van het staal staalproducent
Technologische eigenschappen
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.55
van de gelaste constructie
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.56

Lassen 9% Ni-
Ni-staal Lassen 9% Ni-
Ni-staal
Lasprocessen (2) Lasprocessen (3)

GTAW GMAW
Voordelen Nadelen Voordelen Nadelen
Schoon Bescherming? Schoon Bescherming?
Goede mechanische Goede mechanische Langzaam in verticaal
Langzaam eigenschappen
eigenschappen opgaande laspositie
Alle lasposities (3G)
Alle lasposities Lage neersmeltsnelheid
Te mechaniseren en
Alleen DC Dure draden
automatiseren
Dure draden Continue proces Gevoelig voor lasfouten
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.57 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.58

Lassen 9% Ni-
Ni-staal Lassen 9% Ni-
Ni-staal
Lasprocessen (4) Lasprocessen (5)
FCAW SMAW
Voordelen Nadelen Voordelen Nadelen
Hogere efficiency Bescherming? Betrouwbaar Slak
Continue proces Dure draden Flexibel Verwisselen van
Alleen in sproeiboog, Alle lasposities elektroden
ook in opgaande Hoeklassen? Eenvoudige apparatuur
laspositie Hoog rendement elektroden
Te mechaniseren en Elektroden, 350 en 450mm lang
automatiseren
Zeer gemakkelijk hoeklassen
Bredere boog, minder
kans op lasfouten AC en DC
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.59 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.60
Lassen 9% Ni-
Ni-staal
Lasprocessen (6) SA--Welding procedure
SA

SAW
Voordelen Nadelen
Continue proces Alleen onder de hand
Hoge neersmeltsnelheid
Te mechaniseren en
automatiseren

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.61 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.62

Lasnaad voorbereiding 9%Ni


9%Ni--staal Eisen lastoevoegmateriaal voor LNG

Roestvast
staal
Laag (Ni) Roestvast staal
gelegeerd - gecontroleerd
range ferrietgehalte

LNG
CMn-staal
CMn-
range Ni - basis

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.63 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.64

SAW and FCAW consumables for


Lassen cryogene staalsoorten CMn and low nickel CMn steels
Wire/Flux C Mn Ni Cond. Rp0.2 Rm A5 Impact [J] at:
comb. [%] [%] [%] [Mpa] [Mpa] [%] -40°C -60°C -80°C
 Voor staalsoorten met ≤ 1% Ni LNS 133U
0.08 1.6 -
AW 460 560 28 110 40
P240 SR 420 540 28 115 48
• HAZ softening & taaiheidsafname bij LNS 160
0.07 1.0 1.0
AW 470 550 28 120 80 30
P240 SR 430 490 32 160 120 40
multipass lasnaden LNS 162 AW 480 560 26 140 100 60
0.08 1.0 2.2
P240 SR 460 530 30 210 140 80
• Lastoevoegmaterialen: 1-2,5% Ni LNS 175 AW 550 600 27 150 110 60
0.06 1.0 3.5
P240 SR 520 540 28 200 150 75
Outershield Flux Cored Wires -40°C -50°C -60°C
T55-H 0.06 1.4 - AW 520 580 30 110 100
K2-
AW 510 570 28 80 60 HSR
81Ni1 0.05 1.4 0.95
SR 475 550 30 80 70 AW 80
SR 85
81K2 0.06 1.4 1.6 AW 600 670 25 110 80
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.65 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.66
Lassen FK-
FK-staal voor -60
60ººC (1
(1--2,5% Ni) Lassen cryogene staalsoorten
 Matching toevoegmateriaal
 Rupsdoorsneden beperken:  Voor staalsoorten met 1 - 3,5% Ni
• Optimale rekristallisatie en rupsdikte max. 3mm
• Bainitische/martensitische microstructuur
 Ni hoge affiniteit tot S  NiS
• Laag smeltend eutecticum bij ±950ºC • Laag waterstof lastoevoegmaterialen
• Laag S-houdend toevoeg- en basismateriaal
o Matching / austenitisch RVS
•  S-concentratie bij gelijkzijdige X-naad aanleiding tot:
o verlaagde kerftaaiheid (segregatiebanen midden plaat) • geen PWHT
o onvoldoende buighoek
o en in ergste geval scheurvorming • Temper-bead-techniek
 Hoe  Ni-gehalte   ductiliteit en de las gevoeliger voor
verontreinigingen • Lage warmte-inbreng
•  Ni  schoner werken en meer aandacht voor rupsdoorsnede
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.67 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.68

Minimum project requirements


Lassen cryogene staalsoorten for mechanical properties

Steel Gr. 3.5% Ni 5% Ni 9% Ni


 Voor staalsoorten met > 3,5% Ni
Yield
• Martensitische + austenitische HAZ 345 390 430
[MPa]

• Lage warmte-inbreng Tensile


500 570 690
[MPa]
• PWHT op 650ºC
Elongation
22 25 35
• Austenitisch SS / Ni-base [%]

lastoevoegmaterialen Impact - 101°C - 140°C - 196°C


[J] -50 34 70

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.69 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.70

Lassen 9% Ni
Ni--staal
Lastoevoegmaterialen Mechanische eigenschappen (2)

 De materiaalgroepen met een Ni-gehalte  Rekgrens: > 430 MPa


tot 3,5% kunnen met lastoevoegmateri-
alen van een overeenkomstige chemische  Treksterkte: 690-825 MPa
samenstelling gelast worden  Rek : > 35 %
 De materiaalgroepen van 5% en 9% nikkel
 Kerftaaiheid (CVN): 70 J @-196ºC
kunnen niet gelast worden met lastoe-
voegmaterialen van gelijke chemische  Laterale expansie: > 0.38mm @-196ºC
samenstelling (matching, artgleich).
 Shear Fraction: > 80 % @-196ºC
• Deze 2 groepen zijn het best lasbaar met
nikkelbasis lastoevoegmaterialen zoals  CTOD: > 0.30mm @-165/196ºC
ENiCrMo-3, ENiCrMo-4 en ENiCrMo-6
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.71 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.72
Schematisch breukuiterlijk van Charpy
impact teststaaf na breuk en berekening Laterale expansie
van percentage brosse breuk
Laterale Expansie
>0.38 mm

10 mm 10 mm

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.73 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.74

Lassen 3,5% nikkelstaal (1) Experienced 3.5% Ni filler metal grades


 Idem als 1-2,5% Ni-staal, zelfs nog in sterkere Welding Electrode Heat Rp0.2 Rm A5 Impact values in [J]
mate indien matching gelast wordt process type treatment [MPa] [MPa] [%] -60°C -80°C -105°C
 3,5% Ni-houdend lasmetaal stolt uit de smelt γ AW 570 650 25 132 76
en heeft dus geen δ-ferriet (als verwacht) SMAW Kryo 4
1h/600°C/Air 90 82
 Austeniet lagere oplosbaarheid voor
AW 496 595 23 55
verontreinigingen zoals bijv. Si, P, S en O GMAW
LNM
Ni2.5
• Dus basische elektroden, vuldraden, D/P-combinaties 1h/620°C/Air 540 610 26 50
met laag Si, P, S, O en N AW 522 574 31 59 30
• Vuldraden meestal met 1-2,5% Ni op de markt, FCAW 2.5% Ni
1h/580°C/Air 490 559 28 52 23
uitkijken:
o zijn niet matching LNS 175
AW 490 566 28 110 55 63
SAW
o micro gelegeerd met Ti – B with P240
50h/580°C/Air 445 513 30 151 117 90
o bij PWHT ontstaan ongewenste precipitaten
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.75 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.76

Lassen 3,5% nikkelstaal (2) Lassen 3,5% nikkelstaal (3)


 Mogelijkheid tot lassen met RVS  Austenitisch gelaste verbindingen mogen
toevoegmateriaal niet spanningsarm worden gegloeid
 309L, austenitische matrix met 15% ferriet (bij 3,5%Ni vaak noodzakelijk)
• Tot -80ºC geschikt voor dunwandige constructies • Spanningsarm gloeien in ontlaattemperatuur
gebied van 620-730ºC
 1.4455 (20Cr+15Ni+8Mn+3Mo+0,2N) volledig
austenitische structuur en weinig  Lassen met Ni-basis toevoegmateriaal
warmscheurgevoelig door 8% Mn >60% Ni met toevoegingen van Cr, Mo, W,
• Kerftaaiheid tot -269ºC Nb en Fe.
• Nadeel: uitzettingscoëfficiënt verschilt ~50% met • Gloeien op temperaturen tussen 620-730ºC is
het 3,5% Ni basismateriaal zonder problemen
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.77 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.78
Naad A uit de praktijk
OP--Lasnaden in 3,5% Ni
OP Ni--staal Cap laag 7mm

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.79 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.80

Naad A, voldoet Naad B, voldoet


nog steeds niet aan de eisen

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.81 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.82

Lassen 5% nikkelstaal (1) Lassen 5% nikkelstaal (2)


 Geleverd in ontlaten toestand (Q+T) gevolgd door  Constructies welke niet worden
een gloeibehandeling in δ/-gebied en een blootgesteld aan wisselende belasting (bijv.
gerichte afkoeling  ontstaat laag C-houdend t.g.v. low cycle fatigue) dan kan met RVS
ontlaten martensiet, ferriet en stabiele austeniet
gelast worden (1.4455 –
 Bij lassen andere, verre van ideale warmte-
behandelingen in de overgang van plaatmateriaal, 20Cr+15Ni+8Mn+3Mo+0,2N al of niet met W)
gevolgen zijn:  In alle andere gevallen uitgaan van
• Microstructuur verandert afh. van de afstand tot de legeringen op nikkelbasis:
smeltlijn sterk
• 65Ni+13Cr+4Mo+W
• Overgangstemp. loopt terug naar hogere temp.,
deze shift kan aanzienlijk zijn • 60Ni+20Cr+9Mo+3,5Nb
• Vandaar vaak spanningsarm gloeien op 650ºC • 60Ni+16Cr+16Mo
gevolgd door snelle afkoeling • 70Ni+15Cr met toevoegingen van Mo, Nb, Fe etc.
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.83 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.84
Lassen 5% nikkelstaal (3) Lassen 5% nikkelstaal (4)

 Door Ni >60% wordt C-diffusie bij lassen  Lassen met RVS geeft na gloeien
(620-730ºC) chroomcarbide
en gloeien in hoge mate voorkomen
precipitatie op smeltlijn RVS/5Ni
 dus geen negatief effect van
• Smalle zone neemt aanzienlijk in
chroomcarbide precipitatie hardheid toe en verbrost sterk
 + uitzettingscoëfficiënt ongeveer gelijk • Door grote verschil in uitzetting wordt
deze zone ook nog eens hoger belast
aan 5% Ni-staal waardoor spannings-
• Combinatie van locale hoge belasting
concentraties in overgangszone wordt en verbrossing geeft aanleiding tot
voorkomen (kan negatieve gevolgen hebben) scheurvorming indien wisselend belast
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.85 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.86

LNS 4455/P7000 Welding Procedure Macro examination,


examination, 25 mm dik
in 12Ni19 base material 12Ni19 SAW gelast met 1.4455

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.87 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.88

Lassen 9% nikkelstaal (1) Lassen 9% nikkelstaal (2)


 Geleverd in optimale toestand  Indien PWHT dan na gloeien snel afkoelen
om vorming van brosse fasen te voorkomen
 Structuur; hoog ontlaten martensiet met
 Kan met RVS worden gelast (zie 3,5/5%Ni)
enkele %   zeer ductiel bij lage temp.
 Beter is Ni-basis leg. met minimaal 60% Ni
 HAZ ondergaat structuur veranderingen  Ni + Cr, Mo, Nb, Mn en W
• beginnen bij piektemp. > 650ºC  Voorkom te grote opmenging  kan
• bij piektemp. ≥ 900ºC verdwijnt stabiele scheurvorming ontstaan in lasmetaal
austeniet en neemt hardheid aanzienlijk toe  Lassen in dunne lagen en met
• overgangstemperatuur verschuift naar een gecontroleerde warmte-inbreng
hogere temperatuur  Lasprocessen; TIG, MIG, elektroden, OP en
FCAW met hoog Ni-basis toevoegmateriaal
 Koud of warmscheuren:
• Aanpassen naadvorm (groter), klein staand deel,
• niet of slechts in zeer geringe mate gevoelig grotere zuiverheid, ontbreken van vet etc.
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.89 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.90
Lassen 9% Ni-
Ni-staal
Aandachtspunten voor lastoevoegmat.
lastoevoegmat. (3) Lineaire uitzettingscoëfficiënten
 Vanwege de extreem lage toepassings-
temperaturen zal een hoge uitzetting en
krimp optreden
 Om thermische vermoeiing en defecten te
voorkomen is het noodzakelijk om een laag
niveau van thermische spanningen te
handhaven
 Om deze redenen hebben lastoevoeg-
materialen met een lineaire uitzettings-
coëfficiënt die zo dicht mogelijk bij het
basismateriaal liggen de voorkeur
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.91 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.92

Lassen 9% Ni-
Ni-staal
Lastoevoegmaterialen (1) SMAW lastoevoegmateriaal
AWS A 5.11 (Covered electrodes)
Element E NiCrFe-2 NiCro 70/15 E NiCrFe-4 E NiCrFe-9 E NiCrMo-3 NiCro 60/20 E NiCrMo-6 Nyloid 2
 Uit het oogpunt van ductiliteit, rek en E NiCrFe-2 * -- -- E NiCrMo-3 E NiCrMo-6
Typical AWM Typical AWM Typical AWM

thermische spanningen zijn de


C 0.10 0.02 0.20 0.15 0.10 0.02 0.10 0.05
Mn 1.0 - 3.5 4.6 * 1.0 - 3.5 1.0 - 4.5 1.0 0.4 2.0 - 4.0 3.0
Fe 12.0 6.3 12.0 12.0 7.0 1.0 10.0 6.0
Si 0.75 0.43 1.0 0.75 0.75 0.3 1.0 0.4
nikkelbasis lastoevoegmaterialen het Cu
Ni
0.50
min. 62.0
0.03
68,2
0.50
min. 60.0
0.50
min. 55.0
0.50
min. 55.0
0.02
62.0
0.50
min. 55.0
0.02
68.0
Co (e) N.D. -- -- (e) N.D. -- N.D.

meest geschikt Al
Ti
--
--
0.04
0.1
--
--
--
--
--
--
0.03
0.1
--
--
0
0.03
Cr 13.0 - 17.0 17.3 13.0 - 17.0 12.0 - 17.0 20.0 - 23.0 22.5 12.0 - 17.0 13.0
Nb (+Ta) 0.5 - 3.0 1.9 1.0 - 3.5 0.5 - 3.0 3.15 - 4.15 3.5 0.5 - 2.0 1.5
 Zijn voor alle lasprocessen beschikbaar Mo
V
0.5 - 2.5
--
0.9
N.D.
1.0 - 3.5
--
2.5 - 5.5
-
8.0 - 10.0
--
9.0
N.D.
5.0 - 9.0
--
6.0
N.D.
W -- N.D. -- 1.5 -- N.D. 1.0 - 2.0 1.5

 SMAW, FCAW en SAW zijn de meest Rm > 550 (80 psi) 665 > 650 (95 psi) > 650 (95 psi) > 760 (110 psi) 775 > 620 (90 psi) 720
Rp0.2 415 515 470

economische oplossingen
Elong. > 30 44 > 20 > 25 > 30 44 > 35 39
@ - 196°C 124 J avg. 80 J avg. 85 J avg.

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.93 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.94

SAW lastoevoegmateriaal Lasnaad voorbereiding 9%Ni


9%Ni--staal
AWS A5.14 (Solid Wire)
Element ER NiMo-8 ER NiMo-9 ER NiCrMo-8 ER NiCrMo-3 LNS NiCro 60/20 ER NiCrMo-4 LNS NiCroMo 60/16
-- -- -- ER NiCrMo-3 ER NiCrMo-4
Typical AWM Typical AWM
C 0.10 0.10 0.03 0.10 0.01 0.02 0.02
Mn 1.0 1.0 1.0 0.50 0.1 1.0 0.6
Fe 10.0 5.0 Rem. 5.0 0.4 4.0 - 7.0 6.0
Si 0.50 0.50 1.0 0.50 0.4 0.08 0.4
Cu 0.50 0.3 - 1.3 0.7 - 1.2 0.50 0 0.50 0.01
Ni min. 60.0 min. 65.0 47.0 - 52.0 min. 58.0 64.3 Rem. balance
Co -- -- -- -- N.D. 2.5 N.D.
Al -- 1.0 -- 0.40 0.07 -- 0.06
Ti -- -- 0.70 - 1.50 0.40 0.08 -- 0.07
Cr 0.5 - 3.5 -- 23.0 - 26.0 20.0 - 23.0 21.8 14.5 - 16.5 15.0
Nb (+Ta) -- -- -- 3.15 - 4.15 3.84 -- 0.03
Mo 18.0 - 21.0 19.5 - 22.0 5.0 - 7.0 8.0 - 10.0 8.8 15.0 - 17.0 15.8
V -- -- -- -- N.D. 0.35 N.D.
W 2.0 - 4.0 2,0 - 4,0 -- -- N.D. 3.0 - 4.5 3.5
Rm 760 720
Rp0.2 510 500
Not specified Not specified
Elong. 46 35
@ - 196°C Remark: Typical AWM is Wire/Flux P 2000 combination 80 80

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.95 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.96
Structure of a weld in 9% Ni-
Ni-steel Lassen RVS en aluminium
Ni-base weld metal

 Hooggelegeerde staalsoorten:
voor lezing bouwen LNG tank?

magnification x 30  Lassen aluminium AlMg4,5Mn:


• Relatief hoge sterkte
o Uitstekende ductiliteit
magnification x 200
o Goede corrosievastheid
Heat Affected Zone unaffected plate

LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.97 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.98

Samenvatting
cryogene staalsoorten
 Gecontroleerde warmte-inbreng
 Interpass temperatuur max. 200ºC,
voor kritische toepassingen max. 150ºC
 Zoveel mogelijk verkant lassen
 Beperk laagdikte tot 3 á 4mm max. Einde deel 1
 Bij - 60 / - 80ºC toepassing, raadzaam te
lassen met Ni-basis
 Alleen droge lastoevoegmaterialen
 Vermijd vuil, vet en andere
verontreinigingen ter voorkoming van
warmscheuren (Ni-basis gevoelig)
LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.99 LZL, 10 dec. 2019 – Laaggelegeerde cryogene staalsoorten. NF.19.100

You might also like