Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 18

Les 4.

Begraving

Inhouds opgaven

- Rites de Passage

- Soorten van begraving
Crematie, inhumatie
-Objecten om mee te geven in graven
-Gender in relatie tot objecten.
- Kleding
-Christenen en begraven, in gewijde grond, enkel christenen, moordenaar ongedoopte niet op
kerkhof
-Conclusies
- Archeologie van de begraving (vanuit Gente Abdijen)
Intro
Vorige les ging over de overgang van het heidendom naar het Christendom. Deze les gaat nog
steeds over deze over deze overgang maar dan vanuit de begravingscontext.

Hoe werden begravingsgebruiken beleefd bij het heidendom en het Christendom?

-> Belang voorouders, identiteit, ouders en macht.

Verhaal van man die in doopbad wil stappen maar er terug uitgaat omdat hij te horen krijgt dat zijn
ouders niet naar de hemel gaan omdat die niet gedoopt zijn .. belang rond rites, voorouders,
tradities. Het gaat hier over een pre christelijke koning.. Belevingswereld.

Rites de Passage

Een overgangsritueel of rite de passage is een ritueel dat de verandering in sociale of seksuele
status van iemand markeert (geboortes, puberteit, huwelijken, menopauze, begrafenissen ...).
Rond deze overgangsrituelen worden dan vaak ceremonies of dergelijke gehouden. Volgens Van
Gennep zijn er drie fases waarin een rite de passage zich ontwikkelt: afscheiding,
liminaliteit (transitie) en re- integratie.
De drie fasen


Van Gennep wees erop dat deze drie categorieën niet in dezelfde mate ontwikkeld zijn bij alle
rituelen en bij alle volkeren, maar behield ze toch als universeel patroon.
Bijvoorbeeld tijdens de puberteit

- De eerste fase, afscheiding, betreft symbolisch gedrag waarbij het individu afgescheiden wordt
van een voordien vaste maatschappelijke status. Hierbij wordt de oude status eerst 'vernietigd'
als voorbereiding tot de nieuwe.

-Tijdens de middelste fase wordt de 'reiziger' ontdaan van elke uiterlijke manifestatie van zijn rang
of rol en betreedt een soort 'liminale' status tussen vroegere en toekomstige identiteiten. Deze
fase wordt vaak vergeleken met een (rituele) dood, of een verblijf in de duisternis van de
baarmoeder in afwachting van de geboorte.

-In de laatste fase overschrijdt het rituele subject deze drempel en maakt in zijn nieuwe sociale of
religieuze rol zijn herintrede in de maatschappij.

Hoe deze dingen gebeuren hangt af van u leefomgeving en cultuur, geslacht, ...
Er zijn ook afwijkende rite de passage. Bijvoorbeeld stenen in een heks haar mond doen
zodat ze niet meer zou wakker worden uit de dood ...

er zin 3 grote verschillenden begraving: Crematie (Romeins, Germaans), inhumatie


Eerst grafvelden
Eerst grafvelden (Merovingers), dan kerkhoven (Christelijk). Eerste deel van de les gaat over
begravingen tot aan de christelijke tijd. Vanaf de 7de eeuw komen er veranderingen op. Met het
christendom worden graven mee gecentraliseerd, kerken in dorpen groeien vanuit Romeinse
cella’s. Het Christendom heeft de graf ritues van de Merovinger geleidelijk overgenomen en
verchristelijkt..

De bekende rituelen zijn crematie en inhumatie, ook speelt de plaats van begraving een grote rol
of de monumenten. Daarnaast ook de ligging van de dode. Met het hoofd naar het oosten en met
de voeten naar westen ...

Inhumatie grafvelden, crematie grafvelden, kerkhoven ... ook nog begraaf plaatsen die er niet bij
horen zoals voor moordenaar of homo’s of niet Christenen of massa graven door de pest
bijvoorbeeld. Doden die niet binnen de gebruikelijke rites begraven kunnen worden

Algemeen
- Vroege middeleeuwen Merovingisch grafvelden 5, 6de eeuw

- Vanaf de 7de eeuw verdwijnen de grote grafvelden

- Vanaf de 8ste eeuw komen de cella ’ s en de centralisatie op, grondbezit en elites. Deze cella ’s
komen op in de Karolingische tijd waarin er een revival was van de antieke oudheid, ook wou
men het Christendom meer implementeren, vandaar dat deze cella ’ s misschien kerken zijn
geworden daarna?


- In de 9de en 10de eeuw krijgen we dan de evolutie naar de typische Christelijke kerkhoven en
parochie kerken.


Slide

- de rites de passages gechristianiseerd.



-Chrisntendom gaat opvatting implementeren in de omgeving door kunst: gisnante en rijke
graven, tympanen, schilderijen, ...(Romaans)
- 4de/5de – vroege 8ste eeuw

- Vooral inhumatie, maar ook crematie

- OW-oriëntatie, rijengraven ‛-Bijzettingen en grafgiften - Ruimtelijke organisatie: nabij/tegenover


nederzettingen (visueel contact),



- rol van de herinnering, glorie en uitwisseling tot 10de eeuw

- macht van de voorouders.
- Inhumatie start in 3de eeuw n Chr. naast crematie

- Wapengiften: Nieuw vanaf 350: nieuw ideaal v/d jacht

- Crematie blijft bestaan tot ca. 600 (niet-Christelijk)

- Vanaf late 4de eeuw: inhumaties op nieuwe locaties, voordien werd alles bijgezet bij oude


crematiegrafvelden), zoals Rhenen, Furfooz, Vireux


1) Soorten van begraving


Merovingische begraving: 


-Crematie: mengeling van Germaanse en Franko-Romijnse invloeden

Crematie is in de eerste plaats Romeins maar ook Germaans en dus ook keltisch
element (La Tene). In de laat Romeinse periode komt inhumatie op maar bij ons
zal de crematie zich doorzetten. Bij crematie werd men op de brandstapel gezet
en het worden opgebrand door het vuur staat symbool voor het naar de hemel
gaan. Transformatie van de geest door het vuur.. er werden ook dingen mee
gegeven.. Pre christelijke gebruiken, Inhumatie zal vanaf het Christendom terug
op komen want hierin staat de wederopstanding van de lichamen centraal

Giften als kannen, kleine pincetten, scheermessen,

Vroeg middeleeuws Merovingisch grafveld in Broechem belangrijk. Er zijn


crematie kuilen gevonden, 65 crematiegraven.

Er was niet 1 stijl van begraving in de vroege middeleeuwen, er kwam zowel


inhumatie en crematie voor.

In Merovingische grafvelden zijn vaak linken te leggen met prehistorische


elementen. bronstijd grafheuvels werden ge transformeert in grafvelden
bijvoorbeeld. Beerse is zo een voorbeeld.
Tot hier crematie. Nu inhumatie

Belang van voorouders, dit wordt duidelijk omdat deze altijd in verband staan met
voorouderlijke graven. Er zitten altijd reeds christelijke elementen in sommige
graven, we zitten hier ook in de periode waar Clovis zich liet dopen, de impact
werd toen ligt zichtbaar.

Voor dat de cella memories opkwamen werd men begraven buiten de


nederzetting. Dit is Romeins. Niet Christelijk, hangt samen met het idee van
grafmonumenten uit de prehistorie. Tot de 5de eeuw bij gezet bij oude
crematie velden. Na 5de eeuw nieuwe grafvelden in Romeinse villa en nabij
water, nabij water was een belangrijk element.
We zitten dus nog in een bredere Romeinse wereld.

Men heeft op basis van de sporen die zijn achter gebleven in Grez Doiceau een
reconstrutie kunnen maken van de grafkisten.

Grafgiften zitten zowel binnen als buiten de kist. Er zijn 3 soorten kisten bij de Merovingen:

1) uitgeholde boomstam met of zonder deksel.





















2) Grafkist met een soort dak zoals bij de Etrusken..





















3) Derde is met losse planken in een gezet.


Graf Childrik is opgegraven in 17de eeuw, hij lag onder een grafheuvel
In onze regio (Nederland, Duitsland, Frankrijk maar ook in Engeland) kennen we grafvelden en ook kleine
grafheuvels.

In engeland kent men ook de scheepsgraven -> clan leiders, dit kwam op vanaf de 6de en 7de eeuw.

- Sutten Ho 6de en 7de eeuw



Sutton Hoo is een gebied bij Suffolk in Engeland waar twee Angelsaksische begraafplaatsen werden ontdekt uit de 6e en 7e eeuw. De
begraafplaatsen bleken een schat aan voorwerpen te bevatten en zijn van groot belang voor historici die de vroege middeleeuwen in
Engeland bestuderen.

Ookal zitten we nog maar in de pre christelijke traditie. In de 6de en 7de eeuw zijn er reeds
graven met Christelijke invloeden. (kam, schoenen, juwelen, dingen die naar positie verwijzen en kruisjes).
Dit komt eigenlijk op vanaf de 5de eeuw ongeveer. Wanneer het Christendom zich stelselmatig door
begint te zetten. Pre christelijk is een mengeling van keltische - gallo romeinse tradities. Deze
tradities zullen een langs elkaar bestaan.

Vanaf de 7de eeuw verdwijnen de grote grafvelden, ze worden verlaten. Men gaat mensen meer dichter
bij huis begraven. Dicht bij de nederzetting of zelfs in de nederzetting.

Men wijd dit aan de toenemen van groot grond bezit. De grote domeinen ontstaan. Er komt meer druk op de
familie. plus de opkomst van de cella memories in de 7de? eeuw zullen later de kerkhoven voortbrengen.
Geldrop: 7 boerderijen ca. 660. Vooroudergraven binnen de nederzetting. Dommelen: familiegraf op
de boerderij, 2de helft 7de eeuw. (graf met wapens gevoden)

Voorbeeld bij ons Hove-Ceuteghem. Een nederzetting die in de 12de eeuw werd verlaten maar
continuietiet kent vanaf de Merovingische periode zeker vanaf de 7de, mogelijke vanaf de 6de eeuw.
Objecten om mee te geven in graven

Voorwerpen met een biografie en die een betekenis hebben voor de persoon, vertelt iets over zijn status,
gender. Deze objecten belichamen de overgang van leven naar dood, afscheid van oude rol.
Gender in relatie tot objecten

De man wordt begraven met wapens: bescherming van de clan en zijn familie.
De vrouw in relatie tot bescherming van het huis, de vruchtbaarheid, relatie met familie en klan.

Er zijn uitzonderingen gevonden:

Vrouwen met wapens in Dover en 8ste eeuw in Zweden: (krijgers, priesteresse?)


En mannen met enkel juwelen. (Priesters?)

volgens Beda komt dit omdat pre-Christelijke Angelsaksische priesters geen wapens mogen dragen ...

Mannen
Algemeen zijn wapens mannelijk. Wapens werden meegegeven. Hadden niet enkel een oorlog betekenis
maar ook, bescherming en een sociale betekenis. Ook mensen die niet konden vechten hebben wapens in
hun graven zoals kinderen en oudere. Geleidelijk aan is er een afnamen van wapens in de mannelijke
graven in de loop van de 7de eeuw.

vrouwen
Bij vrouwen werden dan eerder huishoudgebruiksvoorwerpen gevonden, voorwerpen die te maken hebben
met het huis en kleding. Waaronder ook juwelen. Dat er mediteranen invloeden zijn wordt duidelijk
omdat voorwerpen m.b.t. het huis zoals sleutels in graven werden gevonden van vrouwen. Bij
germanen hadden vrouwen niets te zeggen, in de mediteren wereld wel. Mediteranen invloeden
omdat vrouwen dingen mee kregen in het graf die te maken hebben met land en macht;

Mannen en vrouwen
Wat bij mannen zowel als bij vrouwen wordt gevonden zijn de drinkbekers. Dit kan vergeleken worden
met de koffietafel bij ons. Deze bekers werden geassocieerd met bier drinken. Het vieren van het afscheid.
Drinkbekers in glas en ceramiek. Beconische potten voornamelijk voor bieropslag.

Er werden ook graven geroofd, dit deed men om te stelen maar ook op de rites de passage te sabotere,
bijvoorbeeld bij de Egyptenaren hoofd van beeld wegnemen. Dit kan men niet bewijzen maar wel zeker dat
er plunderingen waren.

Kleding
De kleding is vrijwel nooit bewaard in graven… Maar wel veel elementen die met kledij te maken hebben.
Water-Rogers ging o.b.v. graven in Engeland dan een reconstructie proberen bekomen. Men kon
bijvoorbeeld door mantelspelden na gaan hoe kleden werd vastgemaakt. Ook bijvoorbeeld door op oude
zuilen te gaan kijken welke kleding men droeg.

Skeletten vergaan maar spelden blijven zichtbaar. Klein voor onderhemd, grote voor mantel. De kledij e,
alles, en de manier hoe deze begraven werden zegt iets over de status van de volwassenen. Als vrouw of
als man.

Een band op het hoofd is mediterraans. Men verondersteld dus dat er invloeden waren. Ook oorbellen. 6de – 7de
eeuw..
Tot ongeveer 700 (8ste eeuw) zijn de overgangsrits nog steeds niet
gebaseerd op Christelijke waarden, maar op complexe systemen die pre
Christelijk zijn. Op het einde van de 8ste eeuw zal Karel de Grote alle
begravingen verplichten rond kerk. Lee=ijd, gender en status zijn zeer belangrijk. Dit
wil niet zeggen dat deze persoon niet Christelijk of niet gedoopt zou zijn. De rites de passages zijn
gewoon niet gechrisEaniseerd.

Tot 700 zijn er dus nog steeds pre christelijke gebruiken zoals cremaEe en bronsEjdgrafvelden en
op boeren erven. Het Christendom is oppervlakkig aanwezig.

Na 700 Cella memoria (Hordain is de belangrijkste)

Na 700 ontstaan er grote veranderingen. De grafgi=en (objects of memorie) verdwijnen. Graven


gaan zich meer centraliseren rond een sEchters graf van de leider of belangrijk persoon. Deze
zullen gelijkeik uitgroeien tot een centrale graLapel wat aangeduid wordt als de CELLA MEMORIA.
Van hier uit zal het principe van een parochiekerk ontstaan.

Vanaf 700 komen ook de sacramenten op en zal geleidelijk aan de cremaEe verdwijnen.

—> De merovingische grafvelden zullen dus verlaten worden en we krijgen uiteindelijk


begravingen rond de parochie kerk. De cella memorie is een kleine construcEe waarrond graven
werden geplaatst.

Merelbeke
-Laat Merovingisch grafveld met sporen van Karolingische cella memoria. Verdwijnt 10de
eeuw, komt een dorp over maar dorp verdwijnt ook ..

Kruishoutem
-8ste eeuw. Ook hier is een cella gevonden die kapel werd in de 10de eeuw. Grafgiften heel
beperkt..

Hordain
Grafveld met Merovingische oorsprong rond de7de eeuw verschijnt rechtss een houte
gebouw (calla) en later een stenen gebouw, dit wordt een Christelijke parochie in de 10de
eeuw. Hier zien we heel duidelijk een Cella memoria evolueren tot een dorpskerk

Ouwen Grobbendonk
Voorbeeld van ontwikkeling vroege dorpskerken die terug gaan op Merovingische
grafvelden uit de 7de eeuw. Van cella memoria naar houten kerk in de late 8ste eeuw. In de
10de eeuw kerk in steen en in de 14de eeuw gotische kerk.

In de 9de en 10de eeuw krijgen we dan de evolutie naar de typische Christelijke kerkhoven
en parochie kerken. Veel van deze parochie kerken zijn gegroeid uit de Cella memoria. Zij
vormen de oorsprong, cella ’ s hoorde bij adellijke nederzettingen, en deze zullen
uitgroeien tot de dorpskerk/parochiekerk.

In Edegem Buizengem gebeurde ook zoiets. Eerst was er een houten kerk in de 8ste
eeuw. 1000 stenen kerk, 1200 verschuiving kerk.
Parochiekerken en kerkhoven ontstaan in de 9de eeuw. Deze kerken ontstonden uit de
persoonlijke kerken van de heren.

Vanaf de 9de eeuw worden de begravingen gecentraliseerd rond kerken. Ook wordt
vanaf dan een parochie echt een territorium. Parochies bestonden al vanaf de 4rde
eeuw maar vanaf de 9de eeuw komen deze op zoals we die vandaag nog kennen.
vanaf de 9de eeuw ontstaat dan beginnende dorpsvorming.

Op dit moment worden alle rites de passage gechristianiseerd. Opkomende sociale


controle.

Het pre christelijke motief van de germanen, namelijk de connecties met de voor
ouders. wordt gemengd met christelijke waarden en zo worden de rites de passage
gechristianiseed. De staafkerken werden ook gebouwd op de plaatsen waar de
elites ervoor waren.

Vorige versie:

Voorbeeld van ontwikkeling vroege dorpskerken die terug gaan op Merovingische grafvelden uit de
7de eeuw. Van cella memoria naar houten kerk in de late 8ste eeuw. In de 10de eeuw kerk in steen en in
de 14de eeuw gotische kerk.

In de 9de en 10de eeuw krijgen we dan de evolutie naar de typische Christelijke kerkhoven en parochie
kerken. Veel van deze parochie kerken zijn gegroeid uit de Cella memoria. Zij vormen de oorsprong, cella ’ s
hoorde bij adellijke nederzettingen, en deze zullen uitgroeien tot de dorpskerk/parochiekerk.

De parochie bestond al vanaf de 4rde eeuw maar deze bleven heel lang een gemeenschap van
gelovigen, in de 9de / 10de eeuw wordt dit meer ruimtelijk, deze wordt een territorium, een gemeente.
Rond de kerk gaan zich dan kerkhoven settelen. Einde 8ste eeuw gaan de begraaf plaatsen zich dan
concentreren rond de kerk.

Ook dan beginnen de dorpen op te komen. Dit gebeurd niet overal even snel. Vanaf de 9de eeuw
beginnen komen dus dorpen met kerken en kerkhoven op. Karolingische periode.. link leggen met
Karel de grote die Christendom gaat samenbrengen met wereldse macht en revival van Romeinse
tijd.. 784 Karel de Grote verbiedt begravingen op andere locaties dan kerken en begraafplaatsen.
Dit brengt christelijke rites voort bij de begraving.

-Gewijde grond is van belang om over te gaan.

—> Het belang van een goed Christelijk leven wordt belangrijk.

—> Dit brengt een nieuwe devotie voort.

—> Wat betreft grafgiften —> Soberheid gaat centraal staan, geen giften.
Van 750 tot ongeveer 1000 spreken we van de Karolingische periode, vanaf 1000 de Romaanse periode.

De Romaanse periode loopt van ongeveer 1000 tot 1200 (de gotiek volgt daarop en begint 1140 (abt
Suger).

De Christelijke boodschap wordt dan aan de man gebracht door schilderijen, timpanen, fresco’s op muren..
etc.. Dit komt op bij het ontstaan van o.a. de parochiekerken. Men wil de christelijke boodschap om
allerhande manieren aan de man brengen.

Ondanks dat men soberheid en eenvoud moest bekomen “in” de grond, ging men dit niet echt doen “boven”
de grond. Men ging dan toch nog de eigen status tonen a.d.h.v. grafmonumenten.
Ook de positie waar je begraven werd in de kerk was van beland. Iemand die aan het altaar werd begraven
was heel belangrijk, iemand buiten de kerk minder.
Niet iedereen mocht begraven worden op het kerkhof in gewijde grond maar velen werden
uitgesloten: de on gedoopte of pedofiele, ongelovige, geëxecuteerde, homo’s.

Er waren ook verschillende soorten graven zoals pestgraven en massagraven.

Massagraf (pestgraven) : 1) meerdere overledenen, 2) anonimiteit, 3) geen herinnering,


4) gebrek aan tijd voor reguliere begraving (urgentie), dreiging want epidemieën kunnen
verder verspreiden dus lijken moeten snel weg, bestaande religieuze en sociale regelingen
kunnen daarom niet worden toegepast.

Verschil tussen massagraf en collectief graf: massa graf ligt alles door elkaar.

knekelhuis is een gebouw op een begraafplaats of een deel van een kerk, waar beenderen
van overledenen worden bewaard (bijvoorbeeld de beenderen die worden gevonden bij
het delven of ruimen van graven).

Grafgoederen in de graven zijn voor de Romaanse/laat middeleeuwse periode


uitzonderlijk maar ze zijn er wel.Meestal zitten deze objecten in de religeuze sfeer, gaat
het om kledij en bezitinngen van geestelijke. Kruisjes, kelken, kledij, kronen.
Conclusies
De 7de en de 9de eeuw wordt gekenmerkt door een transformatie proces. Het Christendom
geeft eigen waarden systeem. Besef dat je sterflijk bent, zorg voor de ziel met het oog op
het hiernamaals. Het Christendom en haar rites waren ook machtsinstrumten om controle
te hebben over de dingen.

Christen kan je enkel zijn binnen het Christendom, mensen die er niet geloven horen er
niet bij.

Vanaf de late 9de eeuw en 10de eeuw krijgen we dominantie van de Christelijke mind-set.
De parochiekerk wordt de norm.

En vanaf 10de 11de eeuw wordt de parochiekerk in het landschap het symbool van het
dorp.

Met het Christendom wordt er over gegaan van een publiek ritueel naar een intieme
devotie.

Wat belangrijk is in de archeologie zijn de betekenissen die achter de rites de passage

Slide

You might also like